TSTE NIEUWS DE BURGEMEESTERS-VACATURE TE ROTTERDAM. SE8E8SB NIEUWS. ONDEUGDELIJKE PANNEKOEKEN. HARKTNIEUWS. - ÏL" 1SRAAOLOOZC TELEFOON - "H"* "h;y IHtEZOHDEH. DUITSCHE PASSENCONTROLE. Het Hbld. verneemt, dat binnenkort te Zevenaar een Duitsche passencontróle wordt gevestigd. Het stationsgebouw ondergaat daarvoor reeds verbouwing. CENTRAAL HULDIGINGS-COMITE. Gemeld wordt: Heden vergadert te Utrecht het Centraal Huldigings-Comité voor de Nationale Betoo ging op 6 September a.s. te Amsterdam, met afgevaardigden van de 13 Sub-Comité's en de groote Landelijke Organisaties uit het geheele land. Op de vergadering zullen de laatste pun ten van de organisatie worden besproken en vastgelegd. Reeds nu kan worden medegedeeld, dat het slagen dezer Betooging volledig is ver zekerd. Het lang uitblijven van de burgemeesters benoeming schijnt uitsluitend zijn oorzaak te vinden, in de groote moeilijkheid een ge schikt candidaat te vinden, dan wel een zoo danig persoon bereid te vinden tot aan vaarding van het ambt. Het burgemeesterschap van Rotterdam stelt uit bestuurs- zoowel als representatief oogpunt geen geringe eischen. Iemand, die als opvolger den heer Zimmerman niet wil afvallen, zal heel wat in zijn mars moeten hebben. Het kan zijn, dat die wetenschap bij hen, die gevraagd zijn of heeten, de schaal naar de weigering heeft doen over slaan. Maar, zoo vraagt het Weekblad van Rotterdam, zou het ook kunnen zijn, dat zij, die uitgenomen werden, geen lust hebben min of meer winstgevende functies op te ge ven voor het burgemeesterschap, dat hoe mooi ook op zich zelf, toch tenslotte maar zeer bedroevend wordt gehonoreerd. Zeker, zoo vervolgt het blad, wij hebben den tijd nog mee gemaakt dat de burgemees ter van Rotterdam zich als jaarwedde de som van 800 zag toebedeeld. Daargelaten dat het toen van financieel standpunt be zien een geheel andere tijd was dan de te genwoordige, was ook toen het karakter van bet ambt van het burgemeesterschap eener groote stad echter een werk- ambt van de eerste orde geworden en bij die alle eischen benadert, die men aan de vervulling kan stellen, moet zich wel als magistraat geboren achten en daarvoor roe ping hebben, als hij niet de voorkeur geeft aan een particuliere functie die hem een belooning in uitzicht stelt aan zijn capaciteit geëvenredigd. 18.000 is ais salaris voor het hoofd der gemeente eigenlijk een aalmoes, zoo de betrokkene zelf niet met aardsche goederen is gezegend. Het valt in het niet bij de inko mens, genoten door hen, die in 't dagelijksch leven tot den „kring" van den burgemeester moeten worden gerekend en die misschien maandelijks toucheeren hetgeen de burge- gemeester in een jaar het zijne kan noemen. Dft ia zeker geen onbeteekenende factor en de mogelijkheid bestaat, dat de overweging daarvan al weder heeft bijgedragen tot de ontvangen weigeringen. Het kan zijn, zeggen wij, want zekerheid bestaat er te dien aan zien niet. Maar is het niet onjuist dan zou het van de regeering zeker overweging ver dienen althans deze moeilijkheid uit den weg te ruimen hetzij in den vorm eener hoogere jaarwedde, hetzij door hef toestaan van' een belangrijk bedrag voor representa tiekosten. Als men nagaat wat alleen aan belasting reeds van de burgemeesterswedde afgaat, dan zal men moeten toegeven, dat er een belooning overblijft die niet door den beugel kan, in aanmerking genomen al wat merr met meerder of minder recht van den burgemeester mag verwachten. Wij meenden dit eens in het midden te moeten brengen, omdat wij in hoogere mate den indruk hebben, dat ook de financieele zijde van het vraagstuk ten deze niet zon der beteekenis is gebleven. NAT, HANZEBOND VAN SIGAREN WINKELIERS. - 1 ««Wr.tr Deze week hield de Nat. Hanzebond van Sigarenwinkeliers onder voorzitterschap van den heer P. J. Hol uit Utrecht in het Geb. v. K. en W. aldaar zijn vijfde jaarvergadering. Vertegenwoordigd waren alle afdeelingen, terwijl ook enkele verspreide leden deze tweedaagsche vergadering bijwoonden. Na een kort welkomstwoord door den heer W. Hol namens de afd. Utrecht, hield de voorzitter de openingsrede, waarin hij een korten terugblik wierp op de historie van den Bond sinds de oprichting in 1918. De heer Van Zijp bood ter gelegenheid van het eerste lustrum van den Bond namens de afd. Rotterdam een bloemstuk aan den voorzitter aan. Onder de ingekomen stukken was een schrijven van den heer J. G. Heijnen uit Roermond houdende mededeeling van zijn ontslagname als lid van het hoofdbestuur. Besloten werd hem eene telegrafische betui ging van dank te zenden voor de ijvervolle diensten als hoofdbestuurslid aan den Bond bewezen. Voorts waren ingekomen een felicitatie- schrijven van den Ned. Bond van Sigaren winkeliers en telegrafische en schriftelijke gelukwenschen van enkele sigarenfabrikan ten. Hef jaarverslag van den secretaris, den heer P. J, M. Luyke uit Rotterdam, welk verslag van een opgewekt Bondsleven ge tuigde, werd onder dankzegging goedge keurd. olgens het financieel verslag van den penningmeester, den heer Joh. Lathouwers uit Tiel, bedroegen de ontvangsten en uit gaven 1473.77. Het verslag inzake de ex ploitatie van het orgaan „Ons Dekblad" wees een voordeelig saldo aan van 1639.01a; de ontvangsten bedroegen i8745. Op voorstel van de verificatie-commissie werd de penningmeester van zijn beheer over het afgeloopen boekjaar ontheven. De contributie werd wederom vastgesteld op een bedrag van 6 per lid en per jaar. Uitvoerig werd gediscussieerd over een voorstel-Utrecht tot aanstelling van een Bondspropagandist. Het voorstel door het H. B. voorloopig om financieele redenen ontraden werd ten slotte teruggenomen. De begrooting van het orgaan „Ons Dek blad" werd vastgesteld met een eindbedrag van 6616. Het verslag van den administrateur van „Ons Dekblad" den heer N. Velthuyse uit Amsterdam, werd goedgekeurd. De heer J. G. Erftemijer, lid van het H. B. en lid van den Gemeenteraad van Amster dam, hield vervolgens eene korte doch inte ressante inleiding over „De Tabakswet in de praktijk," waarin spreker duidelijk deed uit komen, dat het stelsel dezer wet zoovele gebreken aankleven, dat het onhoudbaar is, en zoo spoedig mogelijk door een ander stelsel (belastingheffing bij de bron) vervan gen moet worden willen kleinbedrijf' en win- keliersbedrijf niet ten gronde gaan. Bij enkele candidaatstelling, werd in de vacature-Heynen, tot lid van het hoofdbe stuur gekozen de heer Förster uit Zwolle. Inzake de actie tegen het prijsbederf werd na uitvoerige discussies besloten ten deze niet meer met andere organisaties samen te werken, en den leden te adviseeren zelf zoo min mogelijk resp. in 't geheel niet te knoeien. Een kort propagandistisch woord werd ge sproken door den heer Brabander, directeur van het Centraal Hanzebureau te Utrecht. Bij de rondvraag kwam o.m. ter sprake de houding der R. K. Kamerfractie inzake de Tabakswetgeving. Deze houding werd door verschillende afgevaardigden scherp becriti- seerd. Tijdens het Bondsdiner den avond van den eersten dag bij Figi te Zeist gehouden, werd den voorzitter als blijk van hulde door den heer Nijenhuis namens de afd. Utrecht een fraaie voorzittershamer aangeboden. BOOM- OF PLANTRECHT. Door het bestuur van de Vereeniging „Het Grondbezit" te 's Hage, is een adres gericht aan 't College van Ged. Staten in de onderscheidene provincies, waarin het vol gende wordt te kennen gegeven. „In meerdere gemeenten is men er, in den laatsten tijd, toe overgegaan om een z.g. boom- of plantrecht te heffen, tengevolge waarvan een jaarlijksche belasting komt te liggen op iederen knot- of opgaanden boom, die krachtens onze poot- en plantrechten, langs de openbare wegen, en zelfs wel op 'bezittingen dier gemeenten is geplant, door de bijzondere personen, welke houders zijn van die oude rechten. Voor de betrekkelijke gemeenten kan die jaarlijksche belasting niet heel veel inbren gen, hetgeen gemakkelijk is in te zien als men, in ieder bijzonder geval, eens narekent, hoeveel boomen er moeten zijn voor iedere 100, totale bruto-opbrengst der belasting, terwijl de intringskosten e.d. meestal zeer hoog zijn. Voor den getroffene echter is, als regel, de belasting naar verhouding van de producti viteit van het pootrecht in kwestie, buiten gewoon zwaar. Immers, hij moet het jaar lijksche bedrag der belasting kapitaliseeren en in mindering brengen van de boomwaarde op stam. Het is dan ook niet te verwonderen, als als men verneemt, dat deze nieuwere be lastingen heel gemakkelijk aanleiding geven tot het niet meer gebruik maken van het oude pootrecht, ja zelfs tot het omhakken der bestaande boomen. Niet alleen is dan echter dit instituut onvruchtbaar, ook voor de gemeenten, geworden, maar het brengt tevens tal van nadeelen mede voor onze klompenindustrie, iucifersfabricage, waar- denhoutconsumenten, e. d. m., mede, terwijl hét nog verder nadeel doet aan het landelijk schoon van vele onzer plattelandsgemeenten dat aan meerdere dier gemeenten zulk een eigenaardigheid geeft." Adr. verzoekt daarom Ged. Staten, hun invloed te willen aanwenden om die plaatse lijke belastingen te voorkomen en, waar reeds tot stand gebracht, te doen intrekken. ESPERANTO EN DE VOLKENBOND. Aan het Internationaal Arbeidsbureau van een Volkenbond is verbonden een afzon derlijke Esperanto-afdeeling, welke de in- en uitgaande brieven in deze taal behan delt. De afdeeling geeft vlugschriften uit, die door middel van de vertegenwoordigers -van den Internationalen Esperanto Bond in de verschillende landen vertaald en ver- 'spreid worden. DOOD DOOR HITTE EEN ONGEVAL? De Raad van Arbeid te Middelburg heelt medegedeeld, in verband met de berichten omtrent doodsgevallen door de hitte: Aangezien 1 Mei 1923 de Landbouwonge- vallenwel' in werking is getreden en alle landarbeiders onder de bepalingen dezer wet vallen, is het niet ondienstig te vermel den, dat, indien het overlijden heeft plaats gehad gedurende den arbeid, bij het gaan naar huis of naar het werk, het niet on waarschijnlijk is, dat dit overlijden als een ongevalsgebeurtenis zal worden beschouwd, waardoor o.m. recht op weduwen- en wee- zenrente kan ontstaan. Het verdient aanbeveling van elk geval aangifte te doen, door de landbouwers, aan gesloten bij een bedrijfsvereeniging; door de landbouwers, aangesloten bij de Rijksverze keringsbank, ten kantore der Posterijen van hun woonplaatsen. Hetzelfde geldt van arbeiders, die vallen onder de industrieele Ongevallenwet. DE OPVOLGER VAN MINISTER DE GEER. In het Utr. Dbl. stond het volgende be richt: Zijn wij wel ingelicht dan zou rnr. Kolk man, de oud-minister van Financiën ge noemd worden als opvolger van Minister De Geer. Naar aanleiding hiervan heeft het Vad. zich tot mr. Kolkman gewend met de vraag of hij dit bericht kon bevestigen. Zijn ant woord luidde woordelijk: „Wat?? Ik?? Men heeft er mij nooit naar gevraagd. Ik heb er nooit over gesproken. Het is onzin!" De Gemeentelijke Geneeskundige Dienst te Amsterdam heeft een onderzoek inge steld naar de oorzaak van lichte vergifti gingsverschijnselen (welke gelukkig geener lei ernstige gevolgen hebben gehad) bij twee gezinnen, resp. in de Kuiperstraat en de Van Ost'adestraat aldaar, die zelf-bereidc pannekoeken hadden gegeten. De uitslag van het onderzoek is nog niet bekend. Van bedorven meel was geen sprake. Na het bacteriologisch onderzoek neemt de Genees kundige Dienst thans die proeven; het re sultaat daarvan kan nog wel eenige weken op zich laten wachten. Vermoedelijk is een vreemde stof in het meel terecht gekomen en heeft deze bij de pannekoek-eters de ge constateerde brakingen ten gevolge gehad. LONGONTSTEKING IN 'T WATER. De 13-jarige A, v. d. Heuvel te Rotter dam, die Vrijdagavond Iaat met een kame raad ging zwemmen, zonk 'plotseling. Zijn kameraad bracht hem op het droge en slaagde er in, de levensgeesten weer op te wekken. In het ziekenhuis bleek, dat v. d. H. in het water getroffen was door een long ontsteking en dat daaraan te wijten was, dat hij, ofschoon een uitstekend zwemmer, plot seling in de diepte verdween. BRAND IN EEN KOPERSLAGERIJ. Gevaarlijk soldeerwerk. Zaterdagmiddag omstreeks één uur was de koperslager N. H. ten Rauwelaar in zijn werkplaats Utrechtschedwarsstraat 145 te Amsterdam bezig filmtrommels, die films in hielden, dicht te soldeeren. Eensklaps raakte ten gevolge van de hitte een der films in brand, waardoor een groote vlam ontstond. In een oogenblik tijd werden 126 andere films, die eveneens in open trommels lagen, aangestoken en eenige minuten later stond de geheele koperslagerij in ibrand. Langs de binnenplaats bereikten de vlam men de eerste verdieping en richtten hier, vooral aan de achterzijde, schade aan. Een tusschenverdieping en de zolder brandden geheel uit. Het vuur deed een oogenblik brand ontstaan aan de achterzijde van per ceel 143 en van een perceel aan de Prinsen gracht. De familie van den eigenaar van het huis, den schipper Th. Raaphorst, die op de eerste étage van het kleine perceel woont, moest hals over kop vluchten. Een zwager van den schipper, die bij hem inwoont en beide beenen mist, werd door den knecht van een pianohandelaar aan den Amstel naar buiten gedragen. De brandweer, die met eenige motorspui ten en den ladderauto uitrukte, wist met twee stralen op een der spuiten het vuur spoedig te blusschen. Van het huisraad is niets verzekerd; het huis voor 4000. Naar aanleiding van het gebeurde zij op gemerkt, dat het soldeeren van filmtrom mels, zooals hier 't geval was, een overtre ding der voorschriften is, DE MOORD TE UBACHSBERG. Het onderzoek naar den dader. Te Heerlen was aangehouden zekere W. uit Nieuwenhagen, verdacht van betrokken te zijn bij den moord te Uhachsberg. Hij is weder vrijgelaten, daar de man zijn alibi heeft kunnen bewijzen. Er hebben thans voor deze moordzaak -reeds 12 aanhoudingen plaats gehad, evenwel zonder resultaat. In venband met het groot aantal misdrijven in de laatste weken wordt nogmaals de aan dacht gevestigd op het feit, dat grenspassen al te gemakkelijk te krijgen zijn. Het over schrijden van de grens is voor onze naburen niet moeilijk. Het geschiedt zelfs zonder papieren, 't Is dus geen wonder, dat er zoo veel verdachte individuen in Zuid-Limburg rondzwerven. DOOR DEN TREIN AANGEREDEN. Men schrijft ons uit St. Pancras: Zaterdagmiddag geraakte een der werk lieden van den heer G. bij wachtpost 36, die tot onbewaakten overweg is herdoopt, op het traject Den HelderAlkmaar door de vurigheid van zijn paard op de spoorbaan en werd door den van Den Helder komenden sneltrein van 12.20 gegrepen. Het gespan werd geheel vernield, terwijl het paard on gedeerd bleef. De voerman bleek echter ernstig gekneusd te zijn. Na door een in den trein aanwezigen geneesheer te zijn verbon den, werd hij in bewusteloozen toestand naar zijn woning vervoerd. de toestand, ook voor de Priesters heel wat beter geworden. De meeste priesters kunnen zich thans redden. Vol dankbaarheid voor het vele goede, dat Nederlands Katholieken voor zijne arme priesters hebben gedaan, vroeg Z.E. Kardinaal Piffl ons, dat we nu op de eerste plaats de Duitsche Geestelijken zouden hel pen terwijl Z.Em, zijne zieke, zijn gepen sioneerde priesters en vooral ook zijne arme Seminaristen in onze liefde bleef aanbe velen. Ons comité, dat, dank de zich nimmer verloochenende liefdadigheid der Katholie ken in Nederland, in de afgeloopen jaren zooveel vermocht te doen tot leniging van den bitteren nood van zoovele Priesters, vooral in Oostenrijk en Hongarije, doet thans nogmaals een beroep op diezelfde liefdadig heid. Wij vragen hulp; 1. VoOr de Duitsche Priesters, vooral in de Diaspora. De nood onder hen is niet te beschrijven. Kondet gij eens hooren de kreten om hulp, die bijna dagelijks ons tegenklinken! We zouden zoo gaarne allen helpen, maar onze arme kas! Toe helpt ons! 2. Voor de zieke en gepensioneerde Gees telijken in Oostenrijk en Hongarije. 3. Voor de werkelijk doodarme Semina risten in de Centrale Landen. Het moet ge zegd: er behoort heldenmoed toe om met deze vooruitzichten voor priesters te studee- ren. Maar God roept Zijn toekomstige priesters en deze roepstem van God willen zij volgen, al is de toekomst nog zoo don ker! Katholieken van Nederland er moet nog veel geholpen worden! Aan U er voor te zorgen, dat wij onze actie kunnen blijven voortzetten, zoolang er nog Priesters zijn, die gebrek lijden. Denkt aan het woord van den Meester: Zalig de barmhartigen, zij zullen barmhartig heid verwerven! Giften voor de Oostenrijksche en Hon- gaarsche Geestelijken zende men aan on derstaande adressen. Giften voor de Duit sche Priesters kan men zenden aan Rector Gillissen te Heerlen (L.) of aan onderge- teekenden, die zich meer speciaal belasten met de hulpverleening aan de priesters in de Diaspora. P. C. van Aken, Pastoor Beek bij Nijme gen, voorzitter; Fr. Werners, Kapelaan te Nijmegen, Gerard Noodstr. 13; Fr. Hen- drikxs, Kapelaan te 's-Bosch; A. v. Dijk, Kapelaan te Eindhoven; Rector P. Hack, Breda, Hendrikstraat 1; H. J, Kempers, Kapelaan te Westervoort; Alb. v. Mackelen bergh, Rector te Tilburg, secretaris-pen ningmeester, Postcheque en Gironummer 28782. HOORN, 21 Juli. Aanvoer 9 schram' men, f 28-f 36 93 biggen f 18-28, 13 scha pen f 36-50 14 lammeren f f28-31.50 i paarden f 150-f 400 handel goed. Utrecht, 21 Juli. Aan de markt alhier wa ren heden aangevoerd stuks vee. Handel traag. De prijzen waren als volgt stieren f 200-290, vaarzen f 200-330, pinken f 100- 170, melkkoien f 240-420, kalfkoeien f 270- 470, vaarskoeien f 200-340, nuchtere kalve ren f 12-18, magere varkens f 23-50, biggen f 10-23, magere schapen f 36-48, lammeren f 23-32. ALKMAAR, 21 Juli. Boter 0.85, f 0,70. Aanvoer 3600 kop. Eieren f 6 tot f 6.75, Eendeneieren f 5. Aanvoer 55000 stuks. LEIDEN, 21 Juli. prima boerenboter f 1.65-f 1.75 goede idem f 1.50-f 1.60. Aangevoerd 106/8, 22/16 vaten, wegende 2340 K.G. Handel flink. LEIDEN 21 Juli. Totale aanvoer 7135 stuks. De prijzen waren kipeieren f 5.35- f 6.60 eendcieren f 5.85. f 6.75.Handel vlug UTRECHT, 21 Juli, Grasboter f 0.90, kaas f 0.50- f I eieren 6-7 ct. AMSTERDAM, 21 Juli.Andijker mui- Zen groot f 3.50 3.85, id. klein f 2.10—2.80. Langedijker muizen f 3.20 4, Schoolmees ters f 44.40, Rijpermuizen f 3.30—3.50, Westlandsche ronden f 6.206.50. Zes la dingen of 919 Hectoliter. R. K. Coöp. Tuindersv. Kennemerland. Veilingnoteering van 20 Juli. Aardbeien per K.G. 4054, frambozen per K.G, 6065, kruisbessen per slof 6080, perziken per stuk 2 A6, doperwten per K. G. 815, peulen 715, capusijners per K.G. 812, tuiflboonen per K.G. 58, raspers per K.G. 1218, dikke boonen per kl. kistje 2.803, aardappelen per K. G. 4'A5, aardappelen drielingen per K.G. 23, wortelen per bos 1520, rabarber per bos 712, selderie per bos 58, postelein per ben 1020, kom kommers per stuk 610, andijvie per kist 50 —95. v VA88 ONZE tuis' lil»* Voor den inhoud van deze rubriek sfelf de Redactie zich niet aansprakelijk. KATHOLIEKEN VAN NEDERLAND, Hoe staat het met den nood der Priesters in de Centrale Landen? God'dank, in Oostenrijk is door den on- vermoeiden ijver en de onbaatzuchtige actie van Prelaat Dr. Seipel, daarin krachtig ge steund door onzen eminenten Zimmermann, HET ANTWOORD AAN DUITSCHLAND. Een rede van Hicks. LONDEN, 22 Juli, Het kabinetslid sir William Joynson-Hicks, die als financieel secretaris van de schatkist tijdelijk in het Lagerhuis de functie vervult van Ministe'r van Financiën, zoolang deze portefeuille in handen van den premier blijft, heeft hier gisteren in het Cristal Palace een redevoe ring gehouden voor een groote vergadering vande Primrose League. Hij zeide o „Gedurende de laatste veertien dagen zijn eenige kabinetsvergaderingen gehodden met het doel te trachten op het continent van Europa een bestendiger toestand te .krij gen. Vrijdag werd na een langdurigen kabi netsraad aan onze vrienden en geallieer den een zeer langoverwogen en zorgvul dig opgesteld ontwerp van een schrijven ge zonden, in de hoop, dat wij gemeenschap pelijk met hen een oplossing kunnen tref fen, die den vrede in de wereld zal kunnen verzekeren. Het is wel een droeve gedachte, dat Europa thans bijna vijf jaar na het einde van den oorlog nog in een toestand van oor logsgevaar verkeert. Gij en ik zijn vrien den van onze vrienden en bondgenooten.- Gij en ik en de regeering wenschen, dat onze voormalige vijand zal worden gedwon gen tot betaling van hetgeen hij kan bet ilen. Wij wenschen, dat er recht zal worden ge daan en rechtvaardigheid zal worden be tracht ten opzichte van de aanspraken van onze bondgenooten en van ons eigen land, maar aan den anderen kant moeten en kunnen wij den toestand niet verg .'.ten, waarin Europa en de wereld zich thans be vinden. Wij beseffen, dat de toestand van den wereldhandel, waarvan niet alleen onze voorspoed maar zelfs ons bestaan afhangt, nimmer bevredigend kan worden, alvorens er in Europa eenige stabiliteit is gekomen. Spreker deed tenslotte een beroep op de geallieerden en alle andere landen om te be denken, dat de wereld op dit oogenblik bovenal behoefte heeft aan vrede. Een rede van Poincaré. LONDEN, 22 Juli. Poincaré hield heden een redevoering te Villiers Cotterets, ter gelegenheid van een monumentsonthulling. Hij liet zich hoegenaamd niet uit over den inhoud van het Britsche ontwerp-antwoord en zeide tot de journalisten: „Wij hebben ons verbonden tot de striktste geheimhou ding, waartoe ook de regeering te Londen zich verbond. Indien te Londen een indiscretie zou worden gepleegd, zouden wij te Parijs de onderhandelingen verbre ken, evenals Londen dit zou doen, indien onzerzijds de discretie werd geschonden. Poincaré uitte in zijn rede een ernstige waarschuwing tegen het industrieele gevaar, dat Buitschland oplevert. Hij bespreekt de moedwillige verwoestingen door de Duit sche legers in het Aisne-departement aan gericht in 1918. In het geheele departement werd het monsterachtige programma van economische verwoesting, dat de Duitsche en waarvan de Fransche regeering de authentieke bewijzen in handen heeft, op de meest nauwgezette wijze toegepast, Ge heele fabrieken, werkplaatsen en spinne rijen werden ten doode gedoemd. Te St. Quentin b.v. werden de machinerieën niet alleen buiten werk gesteld, dóch moedwillig aan stukken geslagen. Al het mogelijke werd gedaan om een herleving van deze indus trie onmogelijk te maken. Duitschland ruï neerde de geheele industrie, bond haar met koorden en zeide toen: Ik daag u thans uit, om deze industrie weer op de been te bren gen. Ik heb een voorsprong, dien ge niet spoedig zult inhalen. Bovendien, zegt Poincaré verder, weigert Duitschland thans aan zijn verplichtingen te voldoen, alsof het nimmer eenige schade had aangericht. De bevolking van het Aisne- Departement is echter ijverig bezig alles te herstellen; het richtte coöperatieve maat schappijen op regelde den arbeid, en beetje voor beetje vordert het herstel. Dit was het oogenblik, gekozen door een eminent staatsman, een voormalig premier van een geallieerde natie, om den toestand van Duitschland en Frankrijk te verwarren en te zeggen, dat het vermakelijk is, dat wij, Franschen, terwijl wij onze uiterste krachten aan het herstel wijden, Duitschland verwij ten, dat het groote uitgaven doet voor zijn eigen herstel. Wat bedoelde Lloyd George daarmede? Wanneer Duitschland zich her stelt, zijn spoorwegen uitbreidt, nieuwe kanalen graaft, herstelt het dan soms de oor logsschade. En hoe worden de gelden daar toe verkregen? Worden die gelden niet feite lijk aan onze aanspraken onthouden? Lloyd George mag dit vermakelijk noemen, voor Frankrijk is het diép treurig en onduldbaar. Duitschland- heeft het er moedwillig op toegelegd, de industriegewesten voor langen tijd te verlammen. Het maakte een lijst op van de grondstoffen en fabriekswa ren, die aan de binnengevallen departemen ten zouden worden ontvoerd, zooals; hout, rubber, chemische artikelen, ijzerwaren, me talen, hoogovens, koperen machine-onder- deelen en op die lijst werd daaraan met vreugde het volgende toegevoegd: Deze oor logsbeschadiging zal een duurzame uitwer king hebben en niet alleen hfet crediet van de betrokken ondernemingen schaden, doch het eveneens twijfelachtig maken, of deze ondernemingen zich ooit weer zullen kunnen herstellen. De oorlogsschade, door de Fran sche ijzer-industrie geleden, heeft het econo mische leven van Frankrijk te zeer geschokt, dan dat dit zich weer gemakkelijk zoude herstellen. (Bedenkt wel, zegt Poincaré, dat dit geschreven werd in 1916, toen de ver woestingen nog slechts voor een klein ge deelte waren ten uitvoer gebracht). De lijst gaat echter voort: De oorlogsschade, gele den door de textiel-industrie, zoowel door de spinnerijen van gekamde als van geparel de wol, heeft Duitschland in staat gesteld, zijn eigen spinnerijen één of twee jaar eer- generale staf speciaal had laten opstellen der te herstellen dan Frankrijk. Doch in dit verband merkt het Duitsclïe rapport spijtig op: Ongelukkigerwijze is echter te vreezen, dat Engeland het grootste deel der wol markt zal beheerschen. Wat de suiker-industrie betreft, welke van zoo groot belang is, waren de opmer kingen van den Duitschen generalen staf ook uiterst merkwaardig. Er werd namelijk ge zegd: Het is onmogelijk te achten, dat alle verwoeste suikerfabrieken zullen kunnen worden herbouwd en zelfs de fabrieken, die mochten blijven staan, zullen de gevolgen van den oorlog nog zeer geruimen tijd on dervinden. Het bebouwen van den grond is voor lange jaren onmogelijk gemaakt en het zal zeer moeilijk zijn, om de vroegere pro ductie te herstellen. Dergelijke opmerkingen werden ook gemaakt, wat betreft de leder-, alcohol-, hout-, zeep-, glas-, en papierfabrie ken, alsmede ten opzichte van steenkool, ijzererts en phosphaat. Duitschland rekende hierbij niet alleen op de schade, aan deze bedrijven toegebracht, doch eveneens daar op, dat het Frankrijk in langen tijd niet mo gelijk zou zijn, met Duitschland te concur- reeren, Lloyd George, zegt Poincaré verder, had zelf een exemplaar van dit document in handen, toen in 1919 het vredesverdrag werd opgesteld en is het inderdaad mogelijk, dat hij al deze infame dingen heeft gelezen en thans reeds weder vergeten? Ten slotte zeide Poincaré: Als wij de on voorzichtigheid begaan op dit oogenblik een bedrag vast te stellen voor hetgeen Duitsch land moet betalen, dan zal Duitschland door dien willekeurigen maatregel naderhand in staat worden gesteld, zijne buitengewone in dustrieele macht tegen ons aan te wenden. Om aan een dergelijk gevaar te ontsnappen, is het noodig, dat Engeland, België, Italië en Frankrijk zich nauwer dan ooit aaneenslui ten. Wij moeten de werkelijkheden in het oog houden en ons niet laten misleiden door het beeld van een verarmd Duitschland, dat voor altijd tot onmacht zou zijn gedoemd zijn schulden te betalen. Wij moeten de waar heid, die achter deze camouflage steekt, zien. Ten einde een volledigen indruk der verwoestingen en van Duitschlands schuld alsmede van de betalingscapaciteit van dat land te krijgen zal het voldoende zijn een bezoek te brengen aan het Aisne-departe ment, gevolgd door een réis naar het Roer gebied en wanneer men dit heeft aanschouwd, zal men leergeld hebben gekregen. En hier toe hebben wij geen experts, evenmin als internationale deskundigen, doch slechts mannen met een gezonden geest noodig. Laat ons hopen, dat de herinnering aan de gemeenschappelijke, roemrijke overwinning niet tc niet zal worden gedaan en dat niet het veld zal worden geruimd voor een bui- tenlandsche plutocratie. Laat ons hopen, dat de oogen, die thans nog gesloten zijn, zullen worden geopend voor het getuigenis, dat voor de hand ligt en laat ons tevens hopen, dat niemand het zal moeten betreuren, deze duidelijke waarschuwing van Frankrijk in den wind fe hebben geslagen." Frankrijk zal niet direct antwoorden. LONDEN, 21 Juli. Naar Reuter ver neemt wordt het niet waarschijnlijk geacht, dat reeds in de eerstvolgende dagen een antwoord zal worden ontvangen op de Brit sche nota aan de geallieerden. Terwijl groote reserve in acht wordt genomen ten aanzien van den inhoud der Britsche nota, verluidt toch, dat het ontwerp-antwoord aan Duitsch land in zijn huidigen vorm het lijdelijk ver zet niet veroordeelt. Als reden hiervoor wordt aangegeven, dat de Britsche regeering nimmer eenig aandeel heeft gehad in de Roer-politiek. PARIJS, 22 Juli. Hét Britsche ontwerp- antwoord aan Duitschland, dat gisteravond hier ontvangen is, zal Donderdag of Vrijdag in den ministerraad worden behandeld. Het is niet waarschijnlijk, dat het antwoord der Fransche regeering vóór het einde van deze week naar Londen zal worden gezonden. CHOLERA IN DE OEKRAÏNE. LEMBERG, 19 Juli. Volgens berichten van de Russische grens is in verschillende streken in Zuid-Oekraïne de Aziatische cho lera uitgebroken. Met het oog op het ont breken aan sanitaire maatregelen vreest men voor een uitbreiding der epidemie. EEN NIEUWE DRANKSMOKKEL-TRUC. WASHINGTON, 23 Juli. De rum-run- I ners hebben thans voor de eerste maal ge bruik gemaakt van traanverwekkende gas sen, om zich bij een achtervolging door ambtenaren, belast met de handhaving der drankwet, aan arrestatie te onttrekken. Toen enkele ambtenaren een auto vervolgden, waarin zij een hoeveelheid verboden dran ken vermoedden, werd eensklaps uit de afvoerpijp van den auto zooveel gas uitge laten, dat de oogen der achtervolgende ambtenaren er zoozeer pijn van deden, dat zij de achtervolging moesten staken. LE TROCQUER IN HET BEZETTE GEBIED DUSSELDORF, 22 Juli. Minister Le Trocquer inspecteerde verschillende opslag plaatsen en mijnen. Hij uitte zijn tevreden heid over den toestand. De huidige voor raad cokes bedraagt VA millioen ton, het geen voldoende is voor de Fransche en Belgische metaal-industrie tot Januari. UIT HET BEZETTE GEBIED. DUSSELDORF, 22 Juli. De Franschen hebben, zonder incident, de metaal-fabrie ken in Dortmund bezet. DUSSELDORF, 22 Juli. Uit vele plaat sen in het Roergebied komen berichten over een toenemende onrust onder de be volking", ten gevolge van het stijgen der levensmiddelenprijzen. Men vreest nieuwe wanordelijkheden. UIT ROEMENIË. BOEKAREST, 22 Juli. Naar in rcgce- ringskringen verluidt, hebben de door den minister van financiën Bratianu met den bekenden financier Sir Basil Zakaroff ge voerde onderhandelingen tot een definitief resultaat geleid. Zakaroff zal bereid zijn de voor het herstel van de Roemeensche spoorwegen benoodigde gelden te verstrek ken. met een mrllioensten droppel gedrenkt is." Daar spalkte Hans mond en oogen nog veel wijder open en vroege „Maar waarom dan toch zoo weinig „Zie," sprak de dokter, t is juist het gezonde menschenverstand, dat ons leert, dat het artsenijmiddel te beter werkt, naarmate men het meer verdunt. Be grijpt gij dat niet?" „Neen," riep Hans, „dat begrijpe de duivel. Behoud uw menschenver stand maar voor u zelf 1 Dat is niet het rechte gezonde, wat ik zoek." Daarop rukte hij de deur open en rende de trappen af en het huis uit. Op straat had hij bijna een man omverge- loopen, indien deze niet te rechter tijd ware uitgeweken. De man sukkelde op een stok voortals een doodelijk kranke, bleef hij elk oogenblik staan, om adem te scheppen en zuchtte bij eiken voetstap. Dat ging den dik ken Hans zoo aan het hart, dat hij vol mede lijden vroeg „Neef, wat scheelt u dan toch, dat gij zoo verschrikkelijk zuchten moet?" „Ach," antwoordde de man, „mij mankeert het overal. Ik ben een drie maanden geledep van een wagen gevallen en héb volle dertien weken in het hospitaal gelegen, en nu zeggen de doktoren, dat ik alleen maar eenige been deren heb verstuikt. Doch ik moet zelf het 't beste weten, hoe het met mij is. En nu wil geen van de verzekeringskassen mij een scha deloosstelling uitbetalen, terwijl toch hun ge zond menschenverstand zeggen moest, dat mijn geheele zenuwgestel door dit ongeval verwoest is en ik tot niets meer bruikbaar ben." „Hm," sprak Hans, „van zenuwen weet ik niets, maar van gezond menschenverstand heb ik reeds gehoord en ik zou gaarne weten waar men dat kan vinden." „Wacht maar sprak de man, „wellicht zult gij dat nog he den kunnen verkrijgen. Ik ben reeds door vele artsen onderzocht geworden, maar nog geen heeft mij aan een uitkeering geholpen, omdat ze niet getuigen willen dat ik werke lijk lijd. Maar thans ga ik naar den beroem den zenuwdokter Kraft en ik vertrouw, dat hij met zijn groot verstand mijn toestand zal begrijpen." „Neef," sprak Hans, „wan neer dat een man is met gezond menschen verstand, dan ga ik met u mee." „Mijnenthalve goed," antwoordde deze en strompelde, begeleid door den dikke, verder, tot zij met elkander de woning van den ze nuwdokter bereikten. Zij zaten daar nog niet lang, toen deze bin nentrad en zijn slimme oogen, achter zijn gou den bril, van den een op den ander liet gaan. De man, die zooveel leed, noemde zijn naam en haalde uit zijn borstzak een bundel papie ren te voorschijn maar de dikke Hans zeide. dat hij enkel was meegegaan, om het gezt nd verstand eens in levenden lijve te zien, Le dokter lachte den dikke toe en beval hem rustig te blijven zitten de steunende en ku chende man moest zich half ontkleeden en toen ging hij aan het kloppen en luisteren, aan 't meten en toetsen, zoodat de dikke Hans zich niet genoeg kon verwonderen. In- tusschen zag de dokter gedurig weder in de mede gebrachte papieren en schreef met een ernstig gezicht zijn bemerkingen op. Eindelijk werd een groote electriseerma- chine in werking gebracht en Hans uitgenoo- digd met zijn wijsvingers twee geelkoperen platen aan te raken. Als door een slang ge beten, sprong Hans op de zieke man ech ter liet zich het geheele lichaam electriseeren zonder een vin te verroeren. Toen het on derzoek was afgeloopen en de man weder ge kleed was, liet de dokter hem op een rust bank plaats nemen, keek hem strak in beide oogen, todat deze langzaam dicht vielen, en streek met beide handen zoolang van zijn voorhoofd benedenwaarts, tot de man vast sliep en zijne ademhaling ook was als die van een slapende. Toen fluisterde hij hem in het oor „Gij zult op uw terugweg in de her berg de „Blauwe Bok" gaan, waar thans dansmuziek is, en daar doen wat uw hart be geert." Daarop maakte hij hem wakker, door Hem in 't aangezicht te blazen en beval den verbaasd om zich kijkende rustig heen te gaan de rest zou wel volgen. Hans echter, die nu nog een veel dommer gezicht zette, werd door den doktei; bevolen nog te blijven, daar hij met hem spreken moest. „Mijn waarde," sprak hij, „gij hebt nu reeds een staaltje van gezond menschen verstand gezien en gij zult er nog meer van te zien krijgen, als gij doet wat ik u opdraag. Gij hebt verder niets te doen dan den man, die hier geweest is, te volgen en na te gaan wat hij doet. Gaat hij nu in een herberg, dan gaat gij er ook in, slaat hem gedurende eeni- igen tijd gade en komt dan terug om mij te Zeggen, wat er gebeurd is. Hebt gij dat begre pen?" „Zeer goed, Dokter", sprak Hans en sloeg met zijn rechterhand aan de muts, zoo als hij het bij de soldaten gezien had. Het duurde geen half uur of de dikke Hans kwam hijgende de trap op bij den dokter en stormde zijn kamer binnen met den uitroep „De Zieke 1" „Zeg op," riep de dokter. „Wat is'er met den kranke „De zieke de zieke hij danst op leven en dood in de „Blauwe Bok." De dokter lachte toen dat hij schudde, nam haastig hoed en stok en zeide tot den dikke „Dat heb je flink gedaan 1 Hoe het in zijn werk gegaan is, kunt gij onderweg wel vertellen. Nu maar spoedig voorwaarts, zóó- dat wij den vogel nog vangen in het net „Hoe het is voortgegaan Eerst is hij maar voortgesukkeld als iemand, die elk oogen blik den adem verloor. Toen hij om den eersten hoek was, leek hij mij al wel een hoofd grooter en bij den tweeden hoek. geko men is hij als een paal blijven staan en heeft hij rondgekeken maar hij heeft mij niet ge zien. Op eens was hij een Huis binnengegaan en toen ik hem volgde, bleek het de „Blauwe Bok" te zijn, en daar binnen ging het er op los met violen, fluiten en trompetten. Ik heb nog even gezien hoe de zieke man met een zwart-bruin meisje ronddraaide als een dronkaard om zijn stok. Daarop ben ik spoe dig weggeloopen orn het u te vertellen." Hans Had zijn heele leven nog niet zooveel achter elkaar gesproken, dus zweeg hij nu en haastte zich om met den dokter, die nog stilletjes lachte, in den pas te blijven. Bij de „Blauwe Bok" aangekomen, opende de dok ter gauw de deur en trok" den dikken Hans mee naar binnen. Juistdaar was nu die ern stige kranke. Deze had, om het zich makke lijker te maken zijn jas uitgetrokken, en zwierden in een gezellige wals met het bruine meisje, waarbij hij met het hoofd op de be- spotteijkste zwenkingen maakte. „Bravo, mijnheer Schlaumeier", riep de dokter, en klapte geweldig met de han den. Het gezicht van Schlaumeier hadt gij moeten zien. Eerst werd hij zoo wit als krijt en was hij op het punt om in elkaar te zak ken als een knipmes, daarna werd hij lood als een gekookte kreeft en stamelde in den angst zijner ziel „Heer dokter 1 Heer dok ter 1" „Ik verzoek u, mijnheer Schlaumeier laat u volstrekt niet storen. Zooals ik zie, zijt gij in korten tijd geheel van uw zware lijden verlost. Ik wensch u van ganscher harte geluk en wenschte u alleen nog te vragen, wat ik met de papieren moet doen. Wilt gij ze bij mij komen halen of zal ik ze aan den Staatsprocureur zenden voor een belangrijke en aangename bezigheid?" Toen werd Schlaumeier boos, nam een hou ding aan en zeide „Wat mij aangaat doe met de papieren, wat u wiltik ben nu opeens plotseling weer gezond geworden en zou wel eens willen weten, wie mij dat verbieden zou." Ik het allerminst," sprak de dokter, en trok den dikken Hans lachend met zich de deur uit. Op straat reikte hij hem den stok van Schlaumeier toe, dien hij in een hoek had zien staan en medegenomen en zeide „Kijk eens Hans, gij zijt in deze stad gekomen, om het gezonde menschenverstand te vinden en gij zijt waarlijk niet bedrogen uitgekomen. Het gezonde menschenverstand heeft mij da delijk bij het zien van Schlaumeier gezegd, dat hij een bedrieger was. Het gezonde men schenverstand heeft mij ook een middel aan gewezen, om hem te ontmaskeren en denk zoo dikwijls gij er naar kijkt, steeds aan dat, wat gij hier gezocht en gevonden hebt.",.-- Toen Hans den stok in zijn rechterhanc nam, bespeurde hij, dat een schok door zijn lichaam ging en zich in zijn hoofd een deur tje opende, dat tot heden toe gelaten was. Welgemoed en met opgericht hoofd, wan delde hij weder naar zijn woning, en toenjzijn vrouw hem aankeek, sloeg zij de handen boven het hoofd te zamen en kon zich niet genoeg verwonderen over de verandering, die met haar man had plaats gehad. Hij be greep nu niet alleen alles wat zij zeide, neen hij wist veel dingen beter dan zij zelve. Ook zijn buren en allen in het dorp merkten, dat hij een geheel ander verstand gekregen had, en geen twee jaar verliepen er, of de dikke Hans werd tot lid van den gemeenteraad ge kozen, en toen de oude Schout gestorven was, zelfs tot hoofd van het geheele dorp. Vele, vele jaren zag men hem met zijn stok zonder welken hij nimmer uitging, naar het raadhuis wandelen. Daar handelde hij als een wijs en rechtvaardig rechter en wanneer hij niet gestorven is, dan leeft hij heden ten dage nog./""" EINDE

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1923 | | pagina 6