GEMENGD NIEUWS
BUITEN LAND
Tweed© Blad
30 Jail 1923
Uit de Pers.
KLATERGOUD
Volgens 't Reuterbureau te Londen zouden vandaag de Fransche en
Belgische antwoorden aan Curzon worden overhandigd. De toestand
in Duitschland; communistische dreigementen; geweldige prijsstijgingen.
Pascifistische betoogingen in Engeland, Morgan naar Europa.
Mijnongeluk in Engeland.
Onder de Telegrammen: De Zondag is in Duitschland kalm verloopen.
Dreigende mijnwerkersstaking in Amerika. De bijeenkomst der
Kleine Entente. Het Belgische antwoord in concept naar Parijs gezon
den. Nadere bijzonderheden over de mijnramp te York-Shire.
§m BUITENLf IISttSHTEM,
FEUILLETON
8
.Ja"
VERPLAATST DEBAT.
In het Centrum lezen wijs
„Het pers-debat over de vlootwet en over
het aftreden van minister de Geer is in
sommige bladen geheel ten onrechte ge
maakt tot een debat over vrijhandel of be
scherming.
En evenzeer ten onrechte wordt daarbij
de voorstelling gewekt, alsof Links het mo
nopolie zou hebben van den vrijhandel en
Rechts van het protectionisme, of wat daar
mee overeenkomt.
De aldus gestelde antithese heeft geen
zin, en het is zeker verkeerd in de handels
politiek van een „dogma" te willen spreken,
nf door dik en dun aan een bepaald systeem
e willen vasthouden.
De omstandigheden kunnen dwingen tot
maatregelen van afweer en zelfbehoud en
in een abnormalen tijd is soms noodig of
gewenscht, wat onder normale omstandig
heden onnoodig en ongewenscht; ja zelfs
verwerpelijk moet heeten.
Echter staat wel vast, dat het voor een
klein land, en vooral voor een land als het
onze, geraden is zich tweemaal, en meer, te
bedenken, alvorens het in protectie uitkomst
gaat zoeken.
Wij hebben dit reeds herhaaldelijk uiteen
gezet, zoodat wij er thans niet opnieuw
over zullen uitweiden.
Maar wel mogen wij er nog even aan her
inneren, dat de Rechtsche partijen er nooit
eenig genoegen van hebben beleefd, wan
neer zij met beschermingsleuzen optraden,
of overeenkomstig die leuzen, protectionis
tische tariefsverhoogingen aanhangig werden
gemaakt.
Zijn buitengewone maatregelen tot steun
van onze industrie op goede gronden nood
zakelijk te achten dan lijkt het altijd nog
beter met een tijdelijk en een gemakkelijk
op te heffen invoerverbod te komen of
schoon ook dit zijn schaduwzijde heeft
dan met aanzienlijk verhoogde invoerrechten.
De welvaart, door zulk een tariefwijziging
te verkrijgen, is maar al te dikwerf slechts
problematisch en wat aan den eenen kant
misschien gewonnen wordt, gaat licht aan
den anderen kant weer verloren.
Directe stijving der schatkist en verster
king onzer financiën kan men alleen ver
wachten van een zoogenaamd fiscaal recht
en men heeft dan ook ministers, die als
sterke voorstanders van den vrijhandel be
kend stonden daartoe zien overgaan.
Of het thans echter het juiste oogenblik
is, om te trachten langs dien weg onze rijks
inkomsten belangrijk te vermeerderen, zou
den wij niet durven uitmaken.
In 't algemeen kan men van de tariefs-
quaestie zeggen, dat zij vooral een quaestie
is van opportuniteit, en dat men zich dus
bij de beoordeeling daarvan heeft te hoeden
tegen doctrinarisme en een al te strak vast
houden aan vooropgezette meeningen.
Dit wil niet zeggen, dat er geen groote
lijnen zouden te trekken zijn, of geen be
paalde theorieën op dit stuk zouden be
staan.
Maar een al te groot vertrouwen kan men
daarop niet stellen, en op de practijk en
haar eischen komt het ten slotte aan.
In elk geval lijkt het ons niet geraden,
thans een nauw verband te gaan leggen
tusschen de uitvoering der vlootwet en de
invoering van protectie-maatregelen.
Die beide zaken moeten geheel geschei
den blijven; zij behooren elk afzonderlijk
en op zich-zelf te worden beschouwd; en er
bestaat volstrekt geen zekerheid, dat door
de laatste zal worden mogelijk gemaakt, wat
de eerste aan uitgaven eischt.
Tegenover de tastbaarheid en werkelijk
heid dier uitgaven, staan de twijfelachtige
kansen en het risico, aan een tariefsherzie
ning en a fortiori aan oen herziening, die
protectie beoogt, eigen.
De kosten van het vlootplan zijn een feit,
een realiteit.
De baten van een hoog invoerrecht daar
entegen niet meer dan een gissing, een ver
onderstelling, een wensch,, misschien slechts
een.... vrome wensch."
DE GEALLIEERDEN EN DUITSCHLAND.
Reuter verneemt dat, ofschoon er geen be
paalde aanwijzingen zijn, dc Fransche en
Belgische antwoorden op de Britsche nota
heden, Maandag op het Foreign Office te
Londen worden verwacht. Algemeen wordt
aangenomen, dat de beide nota's nadrukke
lijk zullen weigeren, onderhandelingen met
Duitschland te beginnen, zoolang het lijde
lijk verzet voortduurt. Men gelooft, dat de
Belgische nota het Britsche standpunt ten
aanzien van de waarborgen en het te beta
len bedrag meer zal naderen, terwijl de Fran-
iche nota blijkbaar meer inlichtingen wenscht
op zekere punten,
De Katholieke Libre Belgique schrijft:
Daar er reeds een Fransche nota naar Brus
sel is vertrokken, bestaat er wellicht geen
bezwaar tegen, dat men mededeelt, wat te
Parijs reeds bekend is over den inhoud van
de Engelsche nota. De tekst, opgesteld door
Lord Curzon met correcties van lord Robert
Cecil en van Baldwin zelf, bedoelt te ant
woorden op de twee Duitsche voorstellen:
Vaststelling van de schuld door een commis
sie van deskundigen en beslaglegging door
de geallieerden op de door Duitschland aan
geboden hypotheken, die productief zouden
worden met ingang van 1927. Geen van beide
voorstellen wordt verworpen. Engeland oor
deelt, dat men op het oogenblik, dat de Duit
sche betaalkracht hef laagst is, de schuld
vordering der geallieerden wel mag vermin
deren. In de Engelsche ontwerp-nota wordt
gezegd, dat de nieuwe raming van de Duit
sche schuld eerst kan gebeuren, nadat er be
sprekingen zullen plaats gehad hebben onder
de geallieerden om gezamenlijk het vraagstuk
van het herstel en der geallieerde schulden
op te lossen, maar de nota vraagt, dat men
nu reeds het principe der schuldvermindering
zou aanvaarden. Londen zou er in toestem
men, de totale schuld tot 35 milliard onge
veer te beperken, waarvan Engeland slechts
een deel der annuïteiten, die het aan Ameri
ka moet betalen zou afnemen. Het tweede
deel der nota van Baldwin toont de waarde
loosheid aan der Duitsche hypotheken op de
jpoorwegen, de staatsinkomsten, de nijver
heid en den landbouw. Verklaard wordt, dat
al deze hypotheken, die gezamenlijk ten
hoogste 2 milliard 500 millioen goudmark
per jaar kunnen opleveren, met ingang van 1
Juli 1927 niet de minste waarborg van be
taling bieden, indien de Duitsche financiën
en zelfs het politiek bestuurssysteem niet
grondig worden hervormd en indien Duitsch
land er zich niet op toelegt, zijn krediet te
herstellen. Engeland stemt toe in het mora
torium zonder beperkingen voor de door
Duitschland gevraagde vier jaren en Baldwin
verklaart er zich van overtuigd, dat deze
rust zal volstaan om dc economische gezond
making van Duitschland, te bewerken.
In zijn naar Brussel gezonden ontwerp van
antwoord drukt Poincaré zijn verschil van ge
voelen uit betreffende de twee eerste pas
sages der Engelsche nota.
Wat het bedrag der schuld betreft
blijft Poincaré op zijn standpunt staan
dat men niet kan toestemmen in een vermin
dering op don betalingsstaat van Londen en
dat Duitschland alleen een verlichting kan
verwachten van concessies, te doen door de
schuldeischers, inzake de geallieerde schul
den. Wat betreft het tweede deel vraagt
Poincaré, dat de tekst nadruk zou leggen op
de politiek van faillissement en uitvluchten
van Duitschland en op de beslissing der ge
allieerden. Het blad geeft geen bron aan.
In zijn mededeeling betreffende den Bel
gischen ministerraad vraagt de Soir: Maar
zou het niet dienen, tegenover de Engelsche
voorstellen concrete Fransch-Belgische voor
stellen te stellen?
Volgens de Vingtièmc Siècle blijft men in
Belgische officieele kringen zeer sceptisch
over het practisch resultaat van de loopende
onderhandelingen. De Fransche en Belgische
nota's zullen tot gevolg hebben, het contact
onder de geallieerden te bewaren, maar men
betwijfelt het, dat zij kunnen leiden tot een
sneller oplossing der internationale proble-
DE TOESTAND IN DUITSCHLAND.
Dreigende plannen van rechtsche
en linksche extremisten.
Naar de socialistische „Rheinische Zeitung"
mededeelt, zijn in Keulen meer dan twintig
rechts-radicalen en oproermakers gearres
teerd. Bij dc talrijke huiszoekingen bij de
gearresteerden, die allen tot verboden
rechts-radicale organisaties behooren en ten
deele studenten aan de universiteit van Keu
len zijn, brachten groote hoeveelheden dyna
miet aan het licht.
Volgens een bericht aan hetzelfde blad
wordt van communistische zijde in de be
drijven het parool uitgegeven zich niet te
houden aan het verbod van den Keulschen-
politic-president en de Britsche autoriteiten
om geen vergaderingen in de open lucht te
houden, maar ondanks dit verbod Zondag
(gisteren) op de aangekondigde punten voor
het houden van betoogingen bijeen te komen.
Het blad waarschuwt de arbeiders daaro'm
dringend tegen onbezonnenheid.
Ook uit Hamm, Gelsenkirchen, Dortmund,
Bochum en andere steden in het Ruhrgebicd
komen berichten in, volgens welke de com
munisten zich niet aan het verbod tot de-
monstreeren der bczettingsautoritciten willen
houden.
Naar uit Hamburg wordt gemeld heb
ben de communisten, nadat de vergaderingen
van Zaterdag een rustig verloop hadden
gehad, een nieuwe betooging voor heden,
Maandag, aangekondigd, welke tegen het
verbod van den anti-fascistendag en tegen het
verraad der sociaal-democraten zal zijn ge
richt.
Uit Bremen wordt gemeld dat daar fieaen-
ochtend verscheidene leiders der commu
nisten wegens hoogverraad in hechtenis
zijn genomen.
Arrestaties te Bremen.
Zaterdagmorgen werden eemge leiders der
communistische partij te Bremen wegens
hoogverraad gearresteerd. De orde is te Bre
men nergens verstoord.
Uit het bezette gebied.
De Franschen hebben in de steden, waar
reeds stedelijke politie is georganiseerd, op
29 Juli alle anti-fascistische betoogingen ver
boden.
Wat zal de Regeering doen?
Uit Berlijn wordt aan de N. R- Ct. ge
meld:
Nadat in de laatste dagen door dc gewel
dige dalingen van de mark de economische
toestanden treuriger zijn geworden dan ooit
voorheen waren, en nu de verwarring alge
meen dreigt te worden, heeft de regeering
besloten, te trachten, met alle mogelijke
middelen een wijziging van de economische
wetgeving door te voeren.
In de eerste plaats onderzoekt men de
mogelijkheid van alle staatsinkomsten op
een nieuwen grondslag met vaste waarde
te berekenen. De belasting op het vermo
gen zal hierin waarschijnlijk het voorbeeld
moeten geven. De rijksminister van financien
heeft reeds een nieuwe wet ontworpen,
welke het vermogen buitengewoon zwaar
zal belasten, ten bate van het herstel van het
economische leven van het rijk Deze her
vorming zal de basis worden voor 'n algehce-
le hervorming van de rijksfinanciën en op
deze basis zal het thans onvermijdelijke
goud-giroverkeer en waarschijnlijk ook een
nieuwe muntstandaard worden opgebouwd.
Naast het bestaande papiergeld zou een
nieuwe muntstandaard in het leven worden
geroepen, die als de eenheid voor alle toe
komstige berekeningen zou dienen. Vermoe
delijk zal de goudmark deze nieuwe eenheid
zijn. De nieuwe belasting op dc erfenissen zal
de gcudwaarden zwaarder treffen. De belas
ting op den omzet zal eveneens worden
verhoogd.
De tarieven van post en spoorwegen zul
len in de toekomst automatisch stijgen. De
jongste verhoogingen van deze tarieven zul
len dus weer van korten duur zijn en spoedig
door een geheel nieuw berekeningsstelsel
worden vervangen.
In een zijner eerstvolgende bijeenkomsten
zal het rijkskabinet ook een beslissing moe
ten treffen ten opzichte van de Rijn- en
Roerbelasting, die slechts eenmaal zal moe
ten worden betaald en die hoofdzakelijk door
het kapitaal zal moeten worden opge
bracht.
Ook de dcviezenpolitiek zal dezer dagen
opnieuw worden gewijzigd. Vermoedelijk
zal men tot-het oude systeem terugkeeren en
de verschillende deviezenverordeningen ge
heel of gedeeltelijk intrekken.
De rijksbank schijnt, gezien de dreigende
gevaren, haar hardnekkig verzet tegen het
goudgiroverkeer op te geven. Goud-giro
rekeningen zullen vermoedelijk weldra wor
den ingevoerd en men hoopt aldus het
groote gebrek aan, betaalmiddelen te helpen
bestrijden.
De prijsstijgingen
Onafgebroken, haast van uur tot uur
stijgen te Berlijn de prijzen der levensmid
delen. Zaterdag waren de bakkerswinkels
uitverkocht, omdat Maandag een distributie-
vrij brood niet minder dan 50,000 mark zal
kosten. De prijs van het distributiebrood,
dat thans 11,000 mark kost, zal echter
slechts met 1000 mark worden verhoogd,
maar spoedig toch wel duurder worden, aan
gezien ook het personeel der bakkerijen weer
loonsverhooging vraagt. Een bakkersgezel
verdient thans ongeveer 800,000 mark per
week, maar dit loon zal den volgenden
Zaterdag wel tot 2 millioen zijn gestegen.
Algemeen vreest men dat dientengevolge de
prijs van het distributiebrood begin Augus
tus met 300 pCt zal worden verhoogd.
Bovendien zal het rijk niet langer meer in
staat zijn, goedkoop meel aan de bevol
king te versterken. Naar men weet zou het
geheele distributiestelsel op 15 September
verdwijnen. Gezien de treurige omstandig
heden van het oogenblik zal de rijksraad ver
moedelijk het besluit nemen om dit stelsel
voorloopig tot 15 October te doen voortbe
staan.
De bakkers moeten enorm hooge prijzen
voor het binnenlëndsche meel betalen; on
geveer 25,000 a 30,000 mark per pond. Het
rijksmeel is gemiddeld 5000 mark goed-
kooper. 100 K.G. buitenlandsch meel kost
7M- dollar, dus 7 a 8 millioen mark. Dc
bakkers moeten bij ontvangst betalen en
zijn daartoe dikwijls niet in staat bij ge
brek aan het noodigo kapitaal.
Zaterdag kostte een pond margarine
reeds 100,000 mark, een pond vet 160,000
mark. Dezelfde prijs werd voor boter be
taald, dat wil zeggen, men kreeg in sommige
winkels een kwart pond voor 40,000 mark,
nadat men een uur en langer in de rij der
kooplustigen had gestaan.
Een ei kost heden 8000 mark, een pond
peren 38,000 mark. Voor een haring werd
op de markt 15000 mark betaald Op de
markt waren ook weer wat aardappelen te
koop, de centenaar voor 800,000 mark.
De tarieven der automobielen zijn thans
verhoogd tot het 80,000-voudige van het
vredestaricf. De koetsiers der rijtuigen mo
gen sinds heden het 50,000-voudige van het
oude tarief vragen.
PASCIFISTISCHE BETOOGINGEN
IN ENGELAND.
Zaterdag hebben in geheel Engeland pro-
paganda-vergaderingen plaats gehad, georga
niseerd door den Bond „tegen den oorlog
waarin werd geprotesteerd tegen iedere
politiek, die tot een nieuwen oorlog zou
kunnen leiden. Onder voortdurende regen
buien verzamelde de menigte beloogers zich
op het Theemsembankment, bij het parle
mentsgebouw, om zich vandaar naar Hyde-
park te begeven, waar vertegenwoordigers
der arbeiderspartij, vakvereenigingen, socia
listische en pacifistische vereenigingen de
menigte toespraken. In alle redevoeringen
werd gezegd dat negen jaar geleden legers
en vloten slechts wachtten op het com
mando der regeeringen, en dat de eenige
verandering, die sedert heeft plaats gehad
fs, aai de regeeringen niet meer zooais toen
beschikken over groote geldmiddelen.
Het bureau van de Onafhankelijke Arbei
derspartij publiceerde een manifest, waarin
gewaarschuwd wordt dat soortgelijke invloe
den, die den oorlog van 1914 hebben ont
ketend, ook thans weer aan het werk zijn,
en dat er een conflict dreigt, waarvoor ieder
land dat het immoreele vredesverdrag van
Versailles teekende, mede verantwoordelijk
is. Het manifest verlangt verder het onmid-
uit Duitschland, zoomede een herziening van
dellijk terugtrekken der Engelsche troepen
het vredesverdrag, waarbij Engeland afstand
moet doen van zijn aanspraken op schade
vergoeding. Ten slotte wordt verlangd dat
Engeland de Sovjet-regeering zal erkennen
cn een wereldconferentie bijeen zal roepen
teneinde de algemeene ontwapening tot een
feit te maken.
MORGAN NAAR EUROPA.
De bekende financier Morgan is naar
Europa scheep gegaan waar hij, naar verluidt,
waarschijnlijk met Europeesche en in Europa
vertoevende Amerikaansche bankiers zal
confereeren omtrent den economischen toe
stand der wereld.
EEN OPROEP TOT ALLE MOHAM
MEDANEN.
De Aga Khan, het geestelijk hoofd van
millioenen Mohammedanen in verschillende
deelen der wereld heeft uit Lausanne een
Boodschap gericht tot alle Mohammedanen
in Indië, Egypte, de mandaatgebieden in
Afrika en Azië en andere landen. Hij zegt
daarin, dat te Lausanne voor het eerst in
de historie namens een Mohammedaansche
natie een verdrag is geteekend met de
groote Westersche mogendheden op volstrekt
gelijke voorwaarden. Volgens dit verdrag zal
Turkije een onafhankelijke, nationale Staat
worden. De Turksche souvereiniteit zal niet
langer worden verzwakt door de buitenspo
rige en abnormale privilegiën, die onderda
nen van andere mogendheden in het verleden
op Turksch gebied genoten. Er zullen geen
vreemde troepen meer op Turksch grondge
bied zijn; het historische Kalifaat van
Konstantinopel wordt gehandhaafd en de
Turken krijgen hun hoofdstad zonder eenige
beperking terug.
De Turken hebben de hoogelijk bevredi
gende regeling aan eigen offers, eigen moed
en vastberadenheid te danken, doch tevens
aan de welgezindheid van de Britsche en
Fransche volken, wier invloed steeds gericht
is geweest op het sluiten van een rechtvaar
digen vrede met Turkije en het herstel van
de nauwe banden met de Mohammedaansche
wereld.
De Aga Khan spoort de Mohammedanen
aan alles in het werk te stellen om de
vriendschappelijke betrekkingen met de
Westersche mogendheden te versterken;
vooral de Mohammedanen in Britsch-Indië
moeten alles nalaten wat de nieuwe, thans
aangeknoopte betrekkingen tusschen Turkije
en Groot-Britannië zou kunnen bemoeilijken.
Ten slotte zegt de Aga Khan te erken
nen, dat het verdrag de Arabische volken,
die buiten het kader er van vallen, in een
onbevredigende positie laat, doch hij gelooft
dat de tijd het Arabische probleem, dat niet
onoplosbaar is, oplossen zal.
BESTRIJDING DER BULGAARSCHE
REGEERING DOOR EEN OUD-MINISTER.
De Bulgaarsche oud-minister Daskalof is
uit Praag naar Weenen vertrokken, waar hij
een Fransch en Duitsch blad zal uitgeven
ter bestrijding der tegenwoordige Bulgaarsche
regeering.
DE BUITENLANDSCHE POLITIEK VAN
POLEN.
Het P. T. A. seint uit Warschau de tekst
van een rede, die Seyda, de minister van
bui'enlandsche zaken, in antwoord op een
interpellatie in de Kamer heeft gehouden
en welke aan de buitenlandsche politiek was
gewijd.
Aangaande de a.s. conferentie van Sinaia
zeide de minister o.a., dat deze een definitie
van de houding van Polen tegenover dc
Kleine Entente vereischt. De Kleine Entente
is een wederzijdsch veiiigheidsverbond voor
dc staten, die cr aan deelnemen; een veilig
heid, welke op de verdragen van St'. Ger
main, Neuilly en Trianon berust. De stabi
liteit dezer verdragen is in het belang van
den vrede. Het gemeenschappelijk welzijn
is dc reden van beslaan der Kleine Entente.
Haar politieke basis berust op bovenge
noemde verdragen, en omvat dus niet de
juridische en politieke grondslagen, waarop
dc Poolsche staat berust. Het is voldoende,
aldus de minister, om op .onze oost- en west
grenzen en op de beslissing van den Raad
van Gezanten in de quaestië betreffende
Wilna te wijzen. Wij acahten het dus onzen
plicht om er naar te streven, te trachten in
Ccntraal-Europa een politieke combinatie
van een dcrgelijken omvang te scheppen,
dat zij den vrede op dit geheele gedeelte van
Europa kan waarborgen en een geruststelling
kan vormen voor de belanghebbende staten
op de basis van alle betrokken verdragen.
De Poolschu regcering, zoo vervolgde
Seyda, zal te Sinaia niet vertegenwoordigd
zijn, daar de conferentie er eene van de
ministers van buitenlandsche zaken der
Kleine Entente is. Daarentegen zal vóór de
September-ziti'ing van den Volkenbond een
conferentie van Polen en de Kleine Entente
plaats vinden, teneinde de politiek dier sla-
ten gedurende de Vergadering van den Vol
kenbond te coördineeren. Bij het verwezen-
lijken van dit doel zal Polen in de eerste
plaats steunen op het duurzame Poolsch-
Roemeensche verbond.
De quaestie betreffende de cap.didatuur
van Polen in den Raad van den Volkenbond
is het voorwerp van de voortdurende zorg
der regeering, zeide de minister. Dc interpel-
lanten maken zich ongerust over een bepaal
de passage in een rede, welke minister-presi
dent Witos te Tarnof heeft gehouden en
wanneer hij de Poolsche expansie naar het
oosten besprak, De authentieke tekst luidde:
„Wij dienen er over na te denken of onze
economische expansie niet in Russische rich
ting moet worden geleid, opdat zij gevolgd
kan worden door een algemeene ^regeling van
onze betrekkingen met Rusland." Er was dus
geen sprake van een politieke expansie ^naar
het oosten, slechts van een natuurlijke'eco
nomische expansie naar oostelijke markten.
EEN MIJNONGELUK.
Ongeveer twintig slachtoffers.
Bij Rol'herham in Zuid-Yorkshire heeft een
hevige mijn ontploffing plaats gehad, waarbij
een twintigtal mijnwerkers waarschijnlijk
den dood hebben gevonden.
De reddingsbrigade was niet in staat het
tooneel der ontploffing te naderen, daar de
gangen zijn versperd.
Het Augustus-nummer van de „Atlantic
Monthly" zal een artikel bevatten van^ ex-
president Wilson, waaruit de „Times' nu
reeds een kart uittreksel vermag te geven.
Het is getiteld „The road away from revo
lution" en de voormalig" president verklaart
er in, dat de beschaving in gevaar is en dat
de democratie haar alleen redden kan. Hij
zegt dat de wereld weliswaar veilig is voor
de democratie, maar dat de democratie dc
wereld nog niet heeft beveiligd tegen on
redelijke revolutie. De Ver. Staten als de
grootste onder de democratiën moet deze
taak op zich nemen
De Russische revolutie, zegt Wilson, was
tegen het kapitalisme gericht, terwijl de on
tevreden klassen in alle landen hun aan
klachten tegen het kapitalisme onder dezen
of genen naam richten. Is hei kapitalistisch
systeem onbestrijdbaar, vraagt hij. Hij ant
woordt er zelf op met te verklaren dat er een
manier moet worden uitgedacht, om de uit
wassen van het systeem uit den weg te rui
men en „het leven zuiver te maken voor hen,
die er op eerbare en zuivere wijze aan willen
deelnemen." Wilson meent dat onze heden-
daagsche beschaving materieel niet kan
voortleven tenzij zij geestelijk gezuiverd
wordt
De vier Labour-afgevaardigden voor
Glasgow, die een maand geleden werden
geschorst wegens een ongepaste uitdruk
king, welKe zij weigerden te treKKen»
hebben den Speaker medegedeeld - oor-
ncmens te zijn Maandag in het Lagerhuis te
verschijnen ten einde hun recht op te
eischen en hun zetels weer in te nemen.
£)e Hongaarsche bladen nemen berich
ten uit Engelsche kranten over volgen*
welke graaf Michael Karoly, die zich in
Joegoslavië gevestigd had van plan zou
zijn, binnenkort met zijn familie naar t-ar
nada te verhuizen.
Dc Tsjecho-Slowaksche regeering zal
in Slowakije vier nationale parken, naar
voorbeeld van het Amerikaansche Yellow
stonepark, afbakenen, tot behoud en be»
scherming van flora, fauna en natuurmonu
menten. in verband hiermede is reeds thans
een verbod uitgevaardigd tegen het schie
ten van gemzen, voorloopig voor den tijd
van tien jaar. Twee der nationale parken
zijn in dc Hooge Tatra gedacht, een he
noorden Presburg en een tusschen Pres
burg en Komarne.
Volgens dc thans openbaar gemaal: ii
volledige uitkomsten van de einde 1926
gehouden volkstelling in Hongarije bedroeg
het aantal inwoners van dit land 7,980,143,
nl. 3,8 millioen mannen en 4.1 millioen
vrouwen. Uit de cijfers betreffende de na
tionaliteiten, die in het land wonen blijkt,
dat Hongarije thans een nagenoeg zuiver-
nationale staat is. Van Hongaarsche natio
naliteit is nl. 89.6 pet. van de geheele be
volking. Volgens de moedertaal is de be
volking verdeeld als volgt: Hongaren
7,147,053, Duitschers 551,711, Slowaken
141.882, Roemenen 23,760, Kroaten 36,885,
Serviërs 11,131, Polen 7541, Tsjechen 6577-
enz. Het aantal der Hongaarsch sprekenden
bedraagt 7.722,613, d.w.z. 96.8 pet. van da
geheele bevolking. Volgens de godsdiens
ten is de bevolking als volgt verdeeld:
Roomsch-katholicken 5,096,729, Grieksch-
katholieken 175,247, gereformeerden
1,670,144, evangelischen 497,012, Grieksch-
orthodoxen 50,990, unitariërs 6224, Joden
473,310, andere confessies, zooals (doopsge
zinden, Nazareners enz. te zamen 10,487.
Het aantal analphabeten is weliswaar aan
merkelijk afgenomen, maar bedraagt tocti
nog altijd ruim een half millioen personen.
DE .MOORDAANSLAG TE VALKENS-
WAARD.
Nieuwe bijzonderheden over dc kwesctc-uan
Haastert.
L)e „Meijer. Crl." bevat nu net volgende
verhaal:
„Hedenmorgen (d. i. Donderdag) werden
wij opgebeld door inr. van Haasterl, die ons
over de onlvluchtingskwestie verzocht het
volgende te zijner ontlasting van de tegen
hem geuite gruwelijke beschuldiging, te wil
len meedeelen:
Enkele dagen geleden kwam een cliënt bij
mr. van Haa,siert vertellen, dat hij voor
5000 opgelicht was door iemand, die zich
ook wel noemde Clerks. Om van dit bedrag
zooveel mogelijk terug te krijgen, had de
cliënt vriendschap voor Clerks geveinsd en
was zoodoende achter den waren naam van
dien man gekomen. Het was zekere E„ uit
Bunnik.
Onmiddellijk begaf mr. van Haastert zich
met zijn cliënt .naar de politie om hiervan
mededeeling te doen, en heel spoedig daarop
weid E. geknipt. Zaterdag j.I. is hij dan ook
zooals vele menschen hebben gezien
reedsgeboeid; door Eindhoven geleid;.
E. heeft thans hekend. dat er heelemnal
geer» onlvjuchtingsplan heeft bestaan. Ook
heeft hij dien laatsten tijd niet hij K. in dc
gevangenis gezeten. Wel is hij vroeger al tot
een paar jaar wegens oplichting veroordeeld
geweest.
E. had' den ouden heer K. dat gefantaseer
de ontvluchtingsverhaal maar op den mouw
gespeld en had van hem daarvoor reeds 120
losgekregen. „En ik zou nog f 1000 gekre
gen hebben, bekende E.. als mevrouw 'K.
mij maar geloofd 'had. doch zij geloofde mij
niet". Om die f 1000 los te krijgen heeft E-
zelfs mevrouw K. opgeheld, onder voorge
ven, dat zij sprak met mr. van Haasterl, er
op aandringende om 't maar fe doen.
E. wordt er verder ook van verdacht, dat
hij vroeger ook mej. Mutsaers te Eindhoven,
heeft willen oplichten.
Mr. van Haastert is er dan ook van over
tuigd, dat bij de behandeling van het Hoo-
ger Beroep, hetwelk vermoedelijk eerst na
de vncantie aan de orde zal komen, zijn on
schuld wel glashelder zal bewezen worden,
voor zoover zulke beschuldiging indirect te
weerleggen is.
Uil het feit, dat ik de politie geholpen heb
en uit de bekentenis van E. zélf, blijkt nu
al wel. dat het onlvjuchtingsplan niet van
mij kan zijn uitgegaan, zooals K. mij be
schuldigde, cn dat ik niet het plan om va!-
sehe papieren tc maken, kan hebben ont
worpen, t
Geen advocaat in Nederland, zoo besloot
mr. van Haasterl, gelooft nog in mijn schuld
en ik zal niet nalaten aan de Rechtbank »e
zijner tijd een votum' van vertrouwen te
vragen.
Door de Coöp. Centrale Roeren leerbank
en door de R.K. ReclasseeringsvcrceiTging
zijn reeds brieven aan de Rechtbank gezon
den, waarbij die vereenigingen haar volko
men vertrouwen in mij uitspreken.
Ten slotte deelde mr. van Haastert ons
mede, dat hij alle reden heeft om aan te
nemen, dal door het voortgezet onderzoek,
ook de onwaarheid der overige beschuldi
gingen van K. en mevr. De S. ontmaskerd
zullen worden.
Moge de waarheid in deze gruwelijke zaak,
voegen wij er aan toe, geheel en al aan het
licht treden!"
Naar aanleiding van hel bovenstaande
heeft de 's Hert. Ct. een onderzoek ter be-
voegder plaatse ingesteld en kreeg zij de
volgende informaties:
Voor wat betreft den cliënt van Mr. vat,
Haastert, zekere D.: Deze was in 1916 op
gelicht door E. voor een com van 5 a 6000
gulden. Eerst dezer dagen' (waarom nu pas?)
maakte hij er werk van en ging vanuit
Utrecht naar het kantoor van Mr. v. H. Te
Utrecht ontmoette hij E., alias Clerks, doen
ontliep hem en zoodra hij te Eindhoven, was,
ging bij naar de politie aldaar, die zich di
rect in verbinding stelde met de politie te
Utrecht. Deze slaagde er niet in om den.
persoon te vinden, waarop de commissaris
van politie te Eindhoven met een recher
cheur zich naar Utrecht begaf om c*n,onder
zoek in te stellen en dezen mocht het ten
slotte gelukiken om E. alias Clerks, te arres-
teeren en- naar Eindhoven over te brengen.
Gebleken is dat E. onder den naam van
Clerk het ontvluchtingsplan had besproken
met den 'heer Kersemakers Sr.. ie Eindho
ven, doch zich niet aan oplichting heeft
Schuldig gemaakt. Hij is dan ook weder op
vrije voelen geste,id.
beweerde bij den ouden hoer K. te zijrK
geweest om linnen te koopen en moet van
dezen een som van 10 hebben gekregen.
De beklaagde K. was reeds te voren doof
diens verdediger met het plan bekend ge-,
maakt.
Voor wat het verder verloop der «zaak be
lt'eft kouden. wij thans geen verdere inlich
tingen krijgen.
De „Bossche Crl." verneemt, dat de zaak
Iverssemakers waarschijnlijk einde Septem
ber in hoogcr beroep voor het Gerechtshof
te 's-'Hertogenhosch zal dienen.
LAAT BROEKHUIS ZICH FAILLIET
VERKLAREN?
"I
Naar wij vernemen, heeft de heer W. H-
Brockhuys zich in een circulaire tot de vroe
gere leden van de „Dag-redactie" gewend,
waarin hij hun een(nieuw voorstel doet,
hetwelk 8 dagen wordt gehandhaafd. Het
moet collectief worden aangenomen en zij,
die een anderen werkkring hebben gevotjden,
moeten schriftelijk verklaren, dat zij het
contract als niet geteekend beschouwen. Aan
het slot van de circulaire verklaart de heer
Broekhuys:
„Indien het voorstel wordt aangenomen^
krijg ik finale kwijting; bij verwerping laat
ik mij - verklaren in staat van faillissem»-"-|,•
en krijgt geen uwer een cent."
Het voorstel luidt als volgt:
„Indien de 60,000 staande bij de Affl-
sterdamsche Bank pondponds-gewijze 31 Juk
of 1 Augustus worden verdeeld onder de ex-
redactieleden, voor zoover deze nog geen
nieuwen werkkring hebben gevonden, staan
de Broekhuys-vennootschappen af de haar
toebchoorende panden. Op de twee panden
te Rotterdam en op de twee panden te Hil
versum rust een hypothecaire geldleening
groot 110,000 welke stukken het eigendom
zijn van de heeren Kraak, Kiebert en P. van
Staal. Deze heeren zijn echter bereid bii
aanneming van het voorstel afstand te doen
van deze stukken, waardoor alle panden vrij
van hypotheek worden. Ik ben dan alleen
verplicht een schuldbekentenis te hunnen
behoeve te teekenen en in 20 jaren af te los
sen, wat zij nu wenschen prijs te geven.
Alleen moet van de opbrengst van deze
panden worden betaald een behangers-, een
schilders- een stoffeerders- en loodgietcrs-
cn een electriciensrckening benevens een
tuinmansrekening en een tweede schildersrc-
kening, mits deze aanzienlijk worden ver
laagd. Naar schatting bedragen deze rekenin-,
Naar het Engelsch.
„Hoe het ook zij de villa fs in elk geval
mijn vaderhuis niet meer. Ik kom er een be
zoek brengen als gast, zooals ieder ander,"
ging zij na eenig zwijgen voort. „Hier in
den molen sta ik op eigen grond en bodem;
hier heb ik het gevoel van thuis te zijn het
Oude leien dak boven mijn hoofd en Frans
en Suze zullen mijne onmondige achttien
jaren niet minder trouw beschermen, dan
de villa met hare stijve en strenge etiquette
het ooit zou kunnen doen." Een moedwillig
lachje speelde om haren mond. „Overigens
tal men over dat „gebrek in den vorm" ge
makkelijker heenstappen, dan gij denkt,
dokter. Men kon immers van het „mole
naarsmeisje" niet anders en niet beter ver
wachten l"
De vriendelijke bijnaam, dien haar vader
haar had gegeven, had zeker nu zijn toepas
selijkheid lang verloren springen, sluipen,
onverwachts in een hoek verdwijnen dat
beeld van lichamelijke vlugheid met zekere
sluwheid van ziel gepaard, voegde niet bij
dit meisje, dat haar rein, hoog voorhoofd zoo
vrijmoedig naar de wereld keerde en dat,
bij alle jeugdige en frissche levendigheid,
toch een zekere waardigheid bij al hare be
wegingen aan den dag lei.
Langzamerhand begon de kachel een be-
hageüjke warmte af te stralen. Kathe haalde
een flacon uit den zak en liet eenige droppe
len eau de cologne op de heete plaat vallen,
zoodat zich een aangename geur door het
vertrek verspreidde. „Suze zal wezenlijk op
gewonden zijn, als zij hier komt," riep zij
vroolijk en liet de oogen nog eens onderzoe
kend door de kamer gaan. Alles was in orde,
de deur van de alkoof stond alleen nog maar
open, en door die opening zag men juist
op de bontgekleurde bloemen van het ledi
kant, dat daar neer was gezet. Nu eerst viel
de blik van het jonge meisje op deze versier
selen, die hare kindsheid in verrukking had
den gebracht zij werd opeens doodelijk
bleek, zelfs hare frissche lippen waren wit
geworden.
„Daar is grootpapa gestorven?" vroeg zij
ontroerd.
Dokter Bruck schudde het hoofd en wees
Zwijgend naar het hoekraam.
„Waart gij bij hem vroeg zij haastig,
terwijl zij naar hem toeging.
„Hij is zoo plotseling gestorven en Maurits
heeft mij zoo weinig van de omstandigheden
medegedeeld, die zich bij dit sterven hebben
voorgedaan, dat ik niet eens weet, wat hem
eigenlijk gescheeld heeft."
De dokter stond zoo, dat hij alleen in
profiel kon worden gezien, hij droeg een
zwaren baard om lippen en kin, en toch zag
zij, dat hij de lippen sterk op elkander klem
de, als kostte hem het antwoord moeite.
Na een oogenblik zwijgens wendde hij zijn
gelaat langzaam naar haar toe en zag li3ar
ernstig aan. „Men 'zal n vertellen, dat hij
tengevolge mijner mislukte operatie gestor
ven is," zei hij, met een stem die van aandoe
ning schier klankloos was.
Van schrik en ontroering sprong het meis
je achteruiteven zag zij den spreker vlak
in het gelaat en toen sloeg zij den blik ter
neder.
„Buiig cn alleen om u gerust te stellen
Zou ik u gaarne de verzekering geven, dat di
volstrekt niet waar is," ging hij kalm en
bedaard verder, „maar ik kan u niet dwingen,
ik kan zelfs niet van u verlangen, dat gij mij
gelooft. Wij zien elkander thans voor den
eersten keer en weten eigenlijk niets van
Zij 'had hem met een enkel woord, hoe
weinig betee kenend op zich zelf, uit zijn pijn
lijken toestand kunnen helpen, maar daar
dacht ze niet aan. Hij had gelijk hoe kon
zij weten, of hij onschuldig, of de openbare
meening in haar onrecht was? Zeker droeg
zijne houding den stempel van eenvoudige
oprechtheid en waarheidszin. Zij had er
zelfs een gevoel van, of hij eigenlijk de man
niet kon zijn, om een woord te verspillen
tegenover valsche aantijging en verdenking,
ja, of hij zich op dat oogenblik jegens haar
nederiger had getoond, dan zijne gewoonte
was.Toch had zij geen woord te zeggen,
dat den schijn van rechtvaardiging droeg.
Hij had zeker ook geen antwoord verwacht,
want hij keerde zich om, maar met zooveel
waardigheid en fiere kalmte, dat Kathe plot
seling van schaamte begon te gloeien. „Mag
ik de zieke nu hier brengen vroeg zij op
aarzelenden toon.
ÉËDokter Bruck gaf zijn toestemming en
ijlings ging zij heen. Toen zij de kamer uit
was, wischte zij de tranen uit de oogen en
liet zich, in het kleine vertrekje, alles door de
oude huishoudster vertellen.
„Dc geheele geschiedenis heeft den dokter
in de stad veel kwaad gedaan," zoo besloot
Suze haar verhaal. Eerst was er geen knapper
dokter dan hij en hij had een drukke praktijk,
en nu zegt men opeens, dat hij zijn vak niet
verstaat. Zoo zijn de menschen, juffrouw
Katlic. En toch heeft hij geen schuld aan
het ongeluk. Alles was goed gegaan, ik lieb
het met mijne eigen oogen gezien. Maar de
molenaar moest dood bedaard blijven
ja, hij, en dan bedaard Ik weet beter dan
iemand, dat de minste kleinigheid hem paars
van drift kon doen worden. Frans behoefde
buiten maar wat hard te hebben gesproken of
den wagen wat te snel gereden, dan was de
boel gaande. Zoo was hij. Ik heb lang genoeg
met hem te doen gehad en tot belooning
heeft hij mij met geen penning in zijn testa
ment bedachtzij lachte bitter en toor
nig „als gij niet voor mij zorgdet, kon ik
nu gaan bedelen."
Kathe hief knorrig den wijsvinger op.
„Nu, wat mij betreft ik zal wel stil Zijn,"
bromde de oude en liet het jonge meisje
haar gang gaan, toen dit haar zoo goed en
zorgvuldig mogelijk inpakte als een hulpeloos
kind. „Het spijt mij maar, dat een zoo goed
heer, als de dokter is, nu een slechten naam
krijgt en zijn brood verliest, en met de oude
tante, die bij hem inwoont en voor wie hij
alles is, heb ik ook medelijden. Zij heeft
hem van het beetje dat zij had, laten studee-
ren, die goede domineesvrouw. Nu woont
zij bij hem in en was grootsch op hem. De ar
me, dat zij dat nog beleven moet 1"
Kathe maakte aan al deze mededeelingen,
die een groote uitbreiding begonnen te krij
gen, een einde en beurde de zieke voorzich
tig van haar stoel op. Zij was te lang weg ge
weest en verkeerde met hare gedachten en
gewaarwordingen te zeer in Dresden, o m
belang te stellen in al de bijzonderheden,
die op Flora's bruidegom betrekking had
den. Wel had zij medelijden met den dokter,
die, tengevolge eener mislukte operatie, op
eens zijn bestaan dreigde te verliezen, maar
het lijden van haar grootvader, dat in elk
geval erg was geweest, woog natuurlijk zwaar
der bij haar dan al het andere.
Bijna gedragen door de krachtige armen
van het jonge meisje, hinkte Suze naar de
voorkamer. Dc deur was open en bij do trap,
waardoor men binnenkwam, stond de dokter,
om de patiënt in zijn armen te nemen en de
trap af te helpen. Het was een eigenaardig
schouwspel, dat de deurpost op dat oogen
blik omvatte. Kathe had den gezonken arm
der lijderes zich om den hals gelegd en hield
de oude, knokkelige hand met de fijne roos
kleurige vingers op den linkerschouder vast,
terwij haar rechterarm om Susc's heupen
was geslagen. De offervaardigheid kon nis'
duidelijker worden getoond dan in dit meisje,
dat, zijwaarts over de hulpbehoevende lijde
res gebogen, het van jeugd en frischheid
stralende gelaat tegen den-grijzen schedel en
de rimpelige wang vlijde.
Weinige oogenblikken later zat Suze it
de ruime kamer, warm en op haar gemak
Zij keek angstig naar de nieuwe gordijnen,
was verbaasd over het bed op de „trotsche
canapé" en poogde vergeefs hare blijdschap
te verbergen over het geluk dat zij smaakte,
nu zij weer al de zakken kon tellen, die op
de plaats op- en afgeladen werden.
De jonge dame zag op haar klein gouder
horloge. „Het wordt tijd voor mij, naar dt
villa te gaan anders val ik mogelijk in eens
midden in het thee gezelschap vam mevrouw
Urach," zei ze met een prettige vertooning
van schrik bij die gedachte en haalde hare
handschoenen voor den dag. „Over een uus
kom ik weer, om u wat soep te koken, Suze-"
„Met die fijne handen
„Met die fijne handen, dat spreekt vanzelf.
Denkt gij dan dat die te Dresden altijd rust
hebben gehad Gij hebt toch mijne juffrouw
Lucas wel gekend die is nog net als vroe
ger, en dat weet gij, van stil zitten komt bij
haar niet in, werken is de boodschap. Gij
moest haar eens zienZe is eene dokters-
vrouw, zooals er geen tweede bestaat
Met die woorden verliet zij de kamer on
in Suze's vertrekje zich voor het bezoek of
de villa gereed te maken.