Dit nummer bestaat uit 20 bladzijden, waaronder het Geïllustreerd Zondagsblad in 8 bladzijden. Zaterdag 11 Augustus 1923 46ste Jaargang No. 14510 Colijn aan Financiën. Leekepreeken. UIT 8E« 6SSÏREK» JOHN P. ROCKEFELI HfL HAARLE1V De reorganisatie van „De Htnze Arbeidswet in verband met R. K. Feestdag op 15 Vug. 1923. Geen Orgelconcerten in onze R,K. Kerken. Jubilé firma Haverschmidt en Klajé. Personalia. vrr rr s Wanneer komt de grensregeling-1 Het Tap verbod Examens Hoofdacte Gewetensgefti AMSTERDAMSCHE BEURS. lor»/,, lol'/. 'Vi «Va rie auoonnementsprijs bedraagt yoor t Haarlem en Agentschappen: Per week f 0.25 Per Kwartaal 3.25 Franco per post p. kwartaal bij Vooruitbetaling 3.58 Bureaux: Nassaulaan 49 w, Haarlem. Telefoonnummers: 1426, 2741 en 1748. Postrekening No. 5970 NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT Advertentiên 35 cents per rejd» Bij contract belangrijke korting. Advertentiên cusschen den tekst als ingezonden mededeeling, op d* lc Pagina 75 ct., op andere redac tiepagina's 60 ct. per regel. Vraag» en aanbod-aavertentiën 14 regels 60 cent per plaatsing; elke regel meer 15 cent. bij vooruitbetaling Over het conflict, dat aan minister de Geer het parlementaire leven kostte, hebben wij lot tweemaal toe geschreven, dat daarover door niemand behalve de weinig ingewij den van den ministerraad viel te oordee- len, alvorens meerdere gegevens zoowel om trent den aard van den financieelen nood der schatkist als over het dreigende gevaar voor onze koloniën bekend waren. Door de Aanvaarding van de benoeming tot minister van financiën door den heer Colijn wet, blijken? een bericht in ons blad van gisteren wel als zekerheid kan worden aangeno men begint er meer teekening in den toe stand te komen. Immers, de leider der anti revolutionaire partij is een man uit één stuk, een krachtige, ondubbelzinnige figuur, met een rijk politiek verleden. Uit zijn jongste optreden, zoowel bij de begrootingsdebatten in de Tweede Kamer in November 1922 als in de Standaard, waarvan hij de hoofdredac teur is, kennen wij hem als den grooten pre diker der bezuiniging. Wanneer ons budget niet met nog een 100 millioen naar beneden gaat, raken we in den put, verkondigde hij reeds toen minister de Geer met een begroo ting kwam, waarop, naar het heette, tot het uiterste bezuinigd was. Zelfs de defensie mocht niet aan het snoeimes ontkomen, meende de heer Colijn. Wanneer dus deze man in deze omstandig heden de portefeuille van financiën aan vaardt, dan moet dit het volgende beteeke- nen: de heer Colijn ziet kans om de begroo ting met tientallen millioenen naar beneden te drukken en daarenboven nog de onver wijlde doorvoering der Vlootwet mogelijk te maken. Wij zouden dan weer een homogeen kabinet krijgen met een sterken minister van finan ciën. Van den heer Colijn, die ten deze zoo scherpe critiek .uitoefende op zijn voorgan ger, moet immers worden aangenomen, dat hij met zijn collega-minister vooraf op een financieel program tot een accoord is ge komen, waarin aanneming en uitvoering der Vlootwet (waarvan hij voorstander is) zijn in begrepen. Voor een deel heeft de heer Colijn reeds zijn financieel program ontwikkeld in zijn groote Kamerrede Van 9 November. Met prof. Fabius wenschte hij een „onbekrompen bekrompen huishouding," dat wil zeggen een bekrpmpen, dus sterk' ingeperkt Staatshuis- houden maar op onbekrompen wijze inge richt. Wij worden, volgens den heer Colijn op 9 November 1922, in een voortgaande ver strikking opgesloten van papier, commissies cn honderden ambtenaren. Daar moet een einde aan komen. Voor de toepassing der Leerplichtwet zijn alleen vier millioen kaar ten noodig. Bezuinigd kan worden op de subsidies voor volksuniversiteiten, voor de jeugdorganisa ties, opera's enz. De werkloosheid zal be streden moeten worden uit arbeid en niet met geldelijken steun. En wat vrijheid of be scherming van handel en industrie betreft (waarover gedurende de jongste crisis in de liberale pers zooveel angstkreten zijn opge gaan) zei de heer Colijn, dat voor hem de vrijheid van handel postulaat is voor onze welvaart, en dat bescherming meestal niet altijd leidt tot duurdere goederen en voor onze exportindustrie doodend is. Toch kunnen er bijzondere omstandigheden zijn, waarin wij onze economische theorieën, die in normale lijden gelden, niet kunnen vol houden. Voor het in standhouden van wel vaartsbronnen zullen wij wellicht tot tijde lijke bescherming van industrieën moeten komen. Daartoe moet de weg niet worden af gesneden. Ook dacht de heer Colijn toen aan staats- voorschotten op solied onderpand tegen een lagere dan. de geldende rente, door de Ne- derlandsche Bank aan handel en industrie te verstrekken om ons welvaartspeil op te houden. Laat ons afwachten, hoever het den heer Colijn gelukken zal met een financieel plan ie komen, dat de staatskosten verlicht en de volkswelvaart opbeurt. Het kan aan niemand onbekend zijn, dat de heer Colijn na de jong ste Kam/.verkiezingen als de aangewezen drager der portefeuille van financiën werd genoemd. Dat hij het toen niet werd, maar nu een aangeboden benoeming aanvaardt, be- teekent zooveel als het hijschen van den stormbal door de regeering. Het beteekent, dat onze regeering den nationalen zoowel als den internationalen 'toestand zóó donker in ziet, dat zij een hoogst bekwame, maar ook uiterst zelfstandige krachtfiguur in haar mid den neemt, om Nederland door de donkere tijden heen te helpen. En met betrekking tot den heer Colijn zelf beteekent de aanvaar ding van dit ambt de overtuiging zijnerzijds, dat Nederland economisch nog in evenwicht te houden is. De roode bladen zullen niet nalaten den arbeiders vrees aan te jagen voor het spook der reactie, dat, door het toetre'den van Colijn tot het kabinet, n.u nog driester dan voorheen zal gaan rondwaren! Daar is allerminst reden toe. Er is veel meer aanleiding tot het uitspreken onzer vol doening over de toenemende kans om onze financiën weer in evenwicht te brengen door een krachtige politiek van bezuiniging en economische saneering, een politiek, die zeker niet het laatst aan de niet-kapitaal- krachtigen ten goede komt. En ten slotte waarborgt deze oplossing der crisis het voortbestaan eener christelijke regee ring, welke onze heiligste beginselen zal hoog houden; de leider der anti-rev, partij immers is een overtuigd voorstander der coalitie. Een verzwakking der regeering nu, zou zoo gemakkelijk tot haar spoedigen val hebben kunnen leiden. En wat ons daarna te wachten zou staan is, zooals wij den laatsten tijd al meermalen aertoonden, weinig ge- ustst'ellend. V. a tabletten gebruikt men ter bestrijding van Hoofd- en Zenuwpijnen, Griep, influenza, Rheumahek enz. Hét tast If if BJA de kwaal direct in haar oorsprong aan en stilt de pijn onmiddellijk. Togal is ook uitstekend bi; slapeloosheid. m w a~m swz yerkr„ baar bij aj|e {b £T1 dr0rf. Q.80 en ƒ2.00 per flacon. Imp. A. J. AMETfE. Amsterdam. VAN DRESSEUR TOT ADVISEUR. Kinderen zijn als apen en papegaaien; zij doen en praten alles na! Hoe dikwijls hebt ge deze uitdrukking al niet gehoort en zelf gebezigd. Waarom er dan geen lessen uitge trokken? t Is inderdaad waar, dat jonge kinderen, tot vier, vijf jaren toe, hoofdzakelijk afgaan op uiterlijke indrukken en zich daarnaar richten. Vóór dat „de jaren des verstands" kome», zullen wij goed doen ter dege reke ning te houden met het instinct. Het alles nabootsende en nabauwende kind leert ons twee dingen: 1ste, dat het voorbeeld in de opvoeding een bijna al machtige factor is; en ten tweede, dat in de eerste opvoedingsperiode voornamelijk de dressuur moet overheerschen. Het kleine kind is om het oude beeld nog eens te gebruiken als was in de han den der opvoeders. Maak het een kruis voor en het zal het poezele handje van den lin ker naar den rechter schouder brengen; laat een ouder broertje de tong uitsteken, uw kleine telg doet het den volgenden dag tegen u. Wanneer gij een kleinen mensch, die nauwelijks zijn eerste schreden zelfstandig kan richten, de woorden van het „Wees Gegroet" in gebroken klanken hoort stame len, denkt ge onmiddellijk aan de moeder, die de «rome woorden tientallen malen moet hebben voorgezegd. Schiet ge in een lach, wanneer gij een nog half tandelooze er een paar knoopen hoort opleggen bij het omval len van een houten paard, het volgend oogenblik zult ge toch bedenkelijk uw hoofd schudden en de onvoorzichtigheid misprij zen van de omgeving, waarin zulk een jonge ziél rijpen moet. Uit de daden en den mond van uw kind kunt ge gemeenlijk uw eigen gedrag lezen. Is daarin iefs, wat u in een kind mishaagt, verander dan u zelf en verlang niet, dat uw kind bid, terwijl gij vloekt, dat uw kind zijn driften betoomt, terwijl gij u zelf niet mees ter blijft. Op de tweeede plaats wijst de eigenaar digheid van den mensch in zijn eerste levensjaren om alles na te apen en na te praten er op, dat uw opleidingssysteem in dien tijd veel moet gelijken op dressuur. Deze methode zal u later groote voordeden verschaffen. Leer het kind te kijken naar uw oogen; leer het te gehoorzamen, onmid dellijk, op korte, duidelijke bevelen. Als kastijding ooit nut kan doen, dan is het in deze eerste levensjaren, waarin het kind kan lachen en schreien tegelijk. Het jonge kind moet leeren, dat het naar een lepel *»»aê grijpen maar van een mes moet afblij ven. Wanneer voor het bijbrengen van dit onderscheid een tik op de vingers noodig is, moet ge u daarvan niet laten terughouden door overgevoeligheid of vrees voor ge schreeuw. En denk niet, dat ge uw kind wel kunt behoeden tegen gevaar, door altijd de messen en lucifers weg te bergen, 't Is veel beter het te leeren de handen van zulke voorwerpen af te houden. Dit oefent het on derscheidingsvermogen en kweekt gehoor zaamheid aan en beschermt het kind tevens in oogenblikfeen dat uwe voorzichtigheid ge faald heeft. Een goede dressuur kan niet vroegtijdig genoeg beginnen en is gespeend van alle weekhartigheid. Bij de opvoeding moet het verstand heel vaak boven het gevoel gaan. Zeg niet, dat uw poezele kleinen in hun eer ste levensjaren geen hard woord kunnen verdragen en enkel maar geliefkoosd mogen worden. Van uw teerhartigheid zullen zij weinig gen-ot hebben en later zult gij des le strenger moeten optreden, wanneer het u en hun meer piin doet. Zoodra het onderschei dingsvermogen wakker wordt, is het kind in staat uw wil te begrijpen, zoodat uw dres suur reeds in net tweede levensjaar begin nen kan en geleidelijk aan, al naar het be vattingsvermogen van den patiënt, zich meer en meer tot hét verstand kan richten. Jn die tweede levensperiode, wanneer alle intuigen tot rijpheid zijn gekomen en de klei ne mensch vragend en zoekend voor 't groote leven staat, is de voornaamste taak varj ouders en opvoeders te trachten het volle vertrouwen van hun pupil te winnen. Hoe krachtiger uw dressuur in de eerste jaren geweest is, hoe gemakkelijker u dit zal val len, Het moeilijke gehoorzamen is een ge woonte geworden; uw bevelen worden blindelings gevolgd, zonder Vragen naar het „waarom." Daarom kunt ge nu vanzelf en ongevraagd van tijd tot tijd de reden aan geven, waarom dit 'zus en dat zóó moet ge beuren; waarom dit goed en dat kwaad is. Het ontluikende verstand zal zich met meer vragen tot u wenden. Zorg, dat ge nooit verlegen staat en steeds een antwoord klaar hebt. Het kind moet weten steeds en altijd bij u en bij niemand beter met zijn kleine zorgen én moeilijkheden, met zijn onoplos bare raadsels terecht te kunnen; in u altijd een geduldig toehoorder en een alwetend meester te vinden. Wie een kind in die jaren de overtuiging kan bijbrengen, dat vader en moeder de belangelooze verzor gers zijn, die uit pure liefde voor hen kind alles willen doen, wat in hun vermogen is, en dat dit vermogen ook steeds toereikend is voor zijn werkelijke behoeften, voor wat bet begrijpen en bevatten kan, die za' in de oogen van zijn kind weldra staan als de on vervangbare leidsman en leidsvrouw, waarin het volledigste vertrouwen nimmer be schaamd wordt. Zoo iemand is in zijn moei lijke haak reeds voor meer dan de, helft ge-, slaagd. Tn dien tijd van het ontluikende verstand tot de overgangsjaren valt de eigenlijke op voeding. Bij groote goedheid en onuitputte lijk geduld blijft een ijzeren wil, die onver biddelijk eischt gehoorzaamd te worden, een onmisbare factor. Zoo kan men met gerustheid de befaamde puberteitsjaren tegemoet gaan, welke ge meenlijk de vuurproef van de opvoeding vormen, die beslissend zijn voor het verder leven van het kind en voor de al of niet blijvende kinderliefde. Hoe vele ouders en opvoeders staan in dien tijd niet met hun opgroeiende jongens en meisjes verlegen! Hoeveel klachten wor den er dan niet geuit, hoeveel tranen door moeders geschreid! Het kind is ongedurig; vandaag „himmelhoch jauchzend," morgen „zum Tode betrübt." Bij vermaningen en raadgevingen geeft het merkbare blijken van verveling; kastijding zou meestal 't tegendeel uitwerken van wat met de straf bedoeld wordt'; het kind trekt zich in zich zelf terug, leidt een eigen gevoelens- en zieleleven en doet de levenswijsheid, waar- fiaar het hunkert, elders op. Wie in de twee eerste levensperioden gefaald heeft in zijn dressuur en opvoeding, kan er zeker van zijn, dat hij niets meer bereikt in de jaren, dat zijn taak voornamelijk wordt: leiding geven. Maar wie er in geslaagd is zijn kind in de eerste dozijn levensjaren te wennen aan volgzaamheid, gegroeid tot een tweede natuur; wie met goedheid, maar zonder weekhartigheid den wil van het kind heeft gestaald en vooral, wie van zijn kind ge wonnen heeft hfet volle, nooit geschokte vertrouwen, die zal juist in de moeilijkste jaren het groote genot smaken, dat aan iedere juiste opvoeding verbonden is. Hij zal dagelijks een wisselwerking titsschen zijn eigen zieleleven en dat van zijn dierbaarst bezit waarnemen; vragen en antwoorden zullen ongekunsteld gesteld en zonder moeite gegeven worden; dankbaarheid zal groeien bij het kind, dat steun zoekt, vol doening bij hem, die hulp geeft, omdat hij geven kan. Dat volledig vertrouwen in de ouders is zoo vaak de eenige steun voor het kind in de moeilijkste uren, wanneer de driften losbreken en het evenwicht dreigt verloren te gaan; wanneer het gevoel van weldra -volwassen mensch de wetenschap der vol wassenen eischt, maar het schaamrood tegenhoudt om te vragen naar het hoe en waarom van alle levensbeginsel; wan neer de armen zich in stilte van nature strekken om te liefkoozen of het hoofd zich neigt om gestreeld te worden, terwijl er een stem in die zegt, dat deze neiging thans een andere is dan in de eerste levensjaren. Wanneer in die periode van Sturm und Drang de kinderen blijven vasthouden aan de ouders, als aan hun natuurlijke en nim mer falende hulp, dan is de opvoeding vol komen. Wederzijdsche liefde, zonder vrees, maar met ontzag eenerzijds, met gfoote goedheid zonder weekhartigheid anderzijds, liefde, gegroeid uit en steunend op absoluut vertrouwen zal dan triomfeeren over alle moeilijkheden, zal de sleutel zijn voor alle raadsels, de stevige staf op het einde van den weg der kindschheid. Zeker, het gebeurt vaak, dat een opvoe ding, well/ op sommige punten in de eer ste levensperioden heeft gefaald, door an dere middelen en andere hulp er nog toe komt in de puberteitsjaren een kind te vor men tot een degelijk mensch, dat later door zelfopvoeding het nog tot de besten in de maatschappij kan brengen. Maar voor de ouders zelf gaat zulk 'n kind toch in zekeren zin verloreh. Het kind, volwassen geworden, ziet de mislukking; voor de ouders blijft op zijn best over; liefde uit plicht, dankbaar heid, vermengd m.et een gevoel van medelij den. En de zoo zware taak der opvoeding verdient toch een betere bekroning! Wien 't gegeven is naast zijn kind te staan ook in den moeilijksten lijd van zijn leven, het dan te vormen en te leiden naar geest en gemoed, die zal op zijn ouden dag den vollen rijkdom der kinderliefde genieten, wanneer het kind, mensch géwordén, be grijpen gaat, wat het aan zulke ouders dankt. Maar voorwaarde voor .het bereiken van zulk een kroon is het reeds vroegtijdig leg gen van den grondslag voor wederzijdsch vertrouwen. Onze preek is weer lang geworden, daar om zien wij er van af nog deze raadgeving uit te werken: denkt er aan, dat aan iedere opvoeding een begin, maar ook een einde is. Begin met dressuur, wecst dan opvoeder, dan lêidsman en eindig als adviseur, maar als eene, die niet zich zelf opdringt, maar gretig gezocht wordt. HOMO SAPIENS. Heb het uitstekendste aan te bieden dat iemand wenschen kan. hoe zal de wereld het weten, indien gij niet adverteert. Donderdagavond is de Reorganisatie-Com missie der „Hanze" geïnstalleerd. Bijeen was 'het bestuur der aid. Haarlem met den geestelijk adviseur, den Zeereerw. Heer rector J. P. J. Kok, de directeur van het" Centraal Hanzebureau, de heer Chris Jansen, en de leden der Reorganisatie- Commissie Nadat, op de gebruikelijke wijze de ver gadering geopend was, sprak de voorzitter der „Hanze", afd. Haarlem, de heer J. N. Hensen, een installatie-woord. Spreker zeide, dat het hem een aange name taak was, de commissie te instalieeren, oindat eindelijk, na jaren van werken, ook anderen hun steun en kracht aan de R. K. Middenstandsorganisaties gaan geven. Het was niet de bedoeling van spreker, om hier, een pluim op den hoed te steken van het bestuur van de „Hanze" voor hetgeen het tot dusver heeft gepresteerd, doch 'tin de 15 achteenv olgen-de jaren bestuurslid wezen door spr. van de organisatie, hebben menig maal de zeer onaangename ervaring ge bracht, dat het helaas maar zoo'n enkeling is op wiens steun in noodige gevallen ge rekend kan worden. En daarom vooral is het spr, zoo aangenaam, dat hier menschen zijn, gekomen met het grootsche doel: het op hooger peil voeren van de „Hanze"!. Die taak moet niet licihter voorgesteld worden, dan zij in waarheid is. Tijd en moeite zal van de leden der commissie ge vergd worden, maar daar tegenover mag worden gesteld, de groote waarde zoowel stoffelijk als geestelijk van een goed geves tigde middenstandsvereeniging. Spr. zeide dan de" volle medewerking van het bestuur toe, zeide, dat het bureau der „Hanze" en diens administrateur gaarne ter harer beschikking zal staan en uitte ten slotte den wensch, dat Gods Zegen op haren arbeid moge rusten, opdat hier ter stede een stevige R. K. Middenstandsvereeniging moge gevestigd worden. Het volgende werkprogram werd der commissie dan ter hand gesteld: De commissie stelle zich ten doel, te trachten, in den ruimst mogelijken zin een aantwoord te geven op de vraag: Hoe is te Haarlem bereikbaar de krachtigst mogelijke R. K. Middenstands-organisatie en alge- meene medewerking door alle belangheb benden? Speciaal zullen daarbij aandacht vragen kwesties als de navolgende.' a. grondslagen van de plaatselijke vereeniging (doel, statu ten, reglement, lidmaatschap); b. verhouding tot den hoofdbond; c. verhouding tot andere Kath. Organisaties ter plaatse; d, verhou ding tot niet-kath. vereenigingen met gelijk soortig doel; e. verhouding tot de plaatse lijke sociale politiek; f. contribuüevraag- stuk; g. plaatselijke instellingen; h. bevor dering van vergaderingbezoek; i. bemoeiin gen inzake middenstandsjeugdorganisatie; j. program van actie; k. vorming van com missies met bepaalde opdrachten; 1 excur sies, ontwikkeling enz. De commissie vergadert zelfstandig, doch kan desgewenscht ook gecombineerde ver gaderingen met het bestuur aaxxvragen. Zij heeft de bevoegdheid om hetzij als geheel, hetzij door middel eener delegatie uit haar midden, te confereeren met besturen of be heerders van plaatselijke instellingen. Zij kan voor de toetsing van de meenin gen over bepaalde onderdeden der com missoriale besprekingen eene ledenvergade ring uitschrijven. Het eindrapport wordt uitgebracht aan het bestuur en eerst met het bestuur be sproken, alvorens het wordt voorgelegd aan de algemeene ledenvergadering. De heer P. J. M. van Tetering; voorzitter der Reorganisatie-Commissie, nam daarop het woord. Allereerst bracht spreker dank en hulde aan het bestuur, den geestelijk adviseur en den directeur van het Centraal Hanzebureau voor de wijze, waarop zij het werk der Re organisatie-Commissie hebben voorbereid de beide laatsten op verzoek van 't bestuur, en daartoe de wegen gebaand en geëffend. Spr. hoopte, dat zij dien steun steeds zou den blijven geven en met de commissie steeds zouden willen medewerken, wanneer daartoe een beroep op hen gedaan werd. Een apart woord van hulde richtte spr. tot het bestuur, omdat het aan het roer gebleven is te midden eener algemeene laksheid en lusteloosheid; omdat het steeds op zijn post gebleven is. Spr. zeide dan, geen gedétailleerd exposé van de werkzaamheden der Reorganisatie- Commissie te kunnen geven, evenmin als van de reorganisatieplannen. Daartoe toch, aldus spr., zullen noodig zijn tal van ver gaderingen der commissieleden, hetzij af zonderlijk, hetzij gecombineerd met bet be stuur der Hanze, hetzij met anderen. En't zal dus duidelijk zijn, dat de reorganisatieplan nen eerst in later stadium zullen kunnen ge publiceerd worden. De commissie vertoont in haar samenstelling het evenbeeld van de Hanze-afdeeling zelf, welke zij moet re- organisëeren, want beide toch zijn gevormd uil zeer heterogene bestanddeelen, hetero geen in bedrijven, heterogeen ook in per sonen en karakters.. Nadat spr. er op gewezen had, dat ook aan de jongeren in de commissie" een plaats ingeruimd was en de noodzakelijkheid had betoogd van organisatie op Katholieken grondslag,wees hij er op, dat de reorgani satie volgens de door het bestuur aan de commissie verstrekte opdracht in hoofdzaak in dit teeken zal staan:' le. Repareeren en perfectioneeren van de veree-nigingsmachine in haar inwendig raderwerk; 2e. Duurzaam vestigen van gezag en het drukken van cachet op de vereeniging in haar werken naar buiten. Niet gerust, aldus spr., zal en mag wor den, totdat alle R. K. Middenstanders zijn ondergebracht in de veilige haven onzer R. K. Organisatie en totdat allen op hun beurt gerangschikt zijn in de Bedrijf s- categorieën, waarin zij behooren. Wij zullen en wij willen niet tornen aan de zelfstandigheid van iederen zakenman indivi dueel, doch we zullen hun wegen moeten ef fenen, we zullen algemeene bedrijfs- of per- soneele belangen voorstaan en zóó hopen we grondig le reorganiseeren het Informa tie-, het Incasso-, het Assurantiewezen en zooveel andere nuttige instellingen, die be reids in onze Hanze zijn ingevoerd cn waar wij nieuwe plannen mochten beramen, zul len wij ons met ijver op de" uitvoering der- relve werpen. Wat het tweede deel der taak betreft, zeide spr., dat de „Hanze" vooruit en naar de spits gevoerd moet worden door haar werken naar buiten, dat bevorderd en ver dedigd zal worden alles, wat den midden stand kan verheffen en bevoordeelen en gestreden tegen wat hem nadeelig kan zijn. We zullen dus, zoo ging spr. voort, onze aandacht te schenken hebben aan bestaan de, voor onzen middenstand zeer nadeelige en ergerlijke toestanden, bepalingen en /ver ordeningen en we. zullen moeten bestudee- ren en, zoo noodig, alarm slaan voor in den maak zijnde, Spr. stelde vervolgens in uitzicht het mogelijke samenwerken met zusler-afdee- lingen, Centrale en Dioc Vereenigingen en. hier in Haarlem rnet de Chr. Middenstands vereeniging „Boaz' en .de „Haarlemsche Handelsvereeniging". Ook zal medewerking met de Pers, in zonderheid de „Nieuwe Haarlemsche Cou rant" gezocht worden, terwijl overwogen zal worden de oprichting van een perma nent perscomité. Aan het einde zijner rede riep spr. aller medewerking in, opdat gezamenlijk gearbeid worde tot groei en bloei der „Hanze" in Haarlem. Het woord werd vervolgens gevoerd door den Geestelijken Adviseur, den Z. E. Heer Rector Kok. die zijn groote vreugde uitsprak over het verloop dezer vergadering en hulde bracht aan het Bestuur der Hanze, dat alle persoonlijke gevoelens en overwegingen ter zijde heeft gesteld en getoond heeft met opoffering van allés alléén de goede zaak der R. K. Middenstandsvereeniging te willen dienen. Dat strekt dezen mannen tot eer en dat waarborgt een goede, aangename en vredelievende samenwerking. Zijneerw. dapkte ook de léden der Reor ganisatie-commissie voor hun bereidverkla ring en wenschte hun toe, dat hun arbeid rijke vruchten zou dragen voor de Organi satie. Hierna werden nog enkele besprekingen gevoerd van meer huishoudelijken aard, n.l. over het verstrekken van communique's aan de Pers, de werkwijze der Commissie, be- studeeren van aangelegenheden den Midden stand betreffende, het onderhouden van zeer vriendschappelijke betrekkingen en het sa menwerken met de Stedelijke Middenst. Vereenigingen, enz. De heer Chris Jansen, Directeur van het Centraal Hanzebureau, die, wegens een te vervullen spreekbeurt later ter vergadering verscheen, sprak mede namens het Hoofd bestuur zijn vreugde uit over den nieuw ingeslagen koers in de Haarlemsche Hanze, huldigde het Bestuur, dat op zoo vredelie vende wijze der commissie was te gemoet getreden. Door het Hoofdbestuur en het Centraal Bureau zal aan de commissie alle steun worden verleend. Met een passend woord werd deze zeer geanimeerde vergadering door den heer Hensen vervolgens gesloten. De Reorganisatie Commissie, daarna in aparte vergadering bijeen, bekrachtigde de benoeming van den heer P. J. M. van Tetering tot voorzitter der commissie en koos vervolgens tot haren secretaris den heer J. van dei Pigge. Nog in deze maand zal de commissie hare officieele eerste vergadering houden, waarin reeds met de werkzaamheden zal worden aangevangen. Er wordt aan herinnerd, dat volgens ver gunning van den Minister van Arbeid voor het inhalen van verzuim ontstaan door het niet werken op R. K. feestdagen (o.a. 15 Augustus) in alle gemeenten des Rijks in ondernemingen, waarin in fabrieken en werk plaatsen arbeiders werkzaam zijn die op R. K. feestdagen in die onderneming geen arbeid verrichten, door die arbeiders in een tijdvak van 2 achtereenvolgende weken, be slaande uit de week, waarin die feestdag valt en de daarop volgende week, in afwij king van het bepaalde in de Arbeidswet op alle werkdagen, met uitzondering van den Zaterdag, arbeid wordt verricht gedurende ten hoogste 10 uren per dag, onder voor waarde: dat de arbeidstijd in zijn geheel gelegen is tusschen 6 uur voormiddags en 7 uur des namiddags; dat in voormeld tijdvak van 2 weken in totaal niet langer arbeid wordt verricht dan gedurende 96 uren; dat naast de arbeidslijst een geschrift is opgehangen waaruit duidelijk blijkt, welke werktijdregeling zal worden gevolgd gedu rende voormelde 2 weken. St. Bavo van 12 Augustus bevat een ver bod van Z. D, H. den Bisschop van Haar lem tot het houden van zgn. „orgelconcer ten" in onze Katholieke Kerken, als strijdig met de heiligheid van het Huis Gods. De welbekende firma Haverschmidt en Klajé, Chemische Wassoheri.j en Ververij, werd 15 September 1898 alhier opgericht en herdenkt dus eerstdaags haar 25-jarig be staan. De heer Klajé. die op vermelden datum de firma oprichtte onder den firmanaam van Haverschmidt Ivlajé. had zijn zaak gevestigd in de Groote Houtstraat 90, waar ■Mi een parfumeriewinkel is gevestigd, terwijl <le eerste fabriek in de Spoorstraat was. Al heel spoedig bleek, dat de zaak le klein was, om alle orders prompt Ie kunnen uit voeren en daarom Werd i't n ook een li- lianl-fabriek -opgericht, tkrt was gelegen aan de Brouwersvaart. Ook daar bleek ech ter al heelspoedig, dat de omvang le klein was en moest ook deze fabriek aanmerkelijk wórden uitgebreid, wat, met hel oog op de vrije ligging, zonder bezwaar kon geschie den Da ur ook deze roods tamelijk groote ruimte op den duur nog niet voldoende bleek, werd besloten lot den aankoop van de omliggende perceel en. om zoodoende de fabiek nog verder uil te. breiden. Hel bedrijf maakte ook uitbreiding van den -winkel noodzakelijk. Daar verbouwing echter niet mogelijk .was, werd de winket zaak verplaatst naar de overzijde, alwaar hij thans nog steeds is gevestigd. Ook de zaken |e Amsterdam, en haar agentschap pen in dé verschillende plaatsen van ons land rendeeren steeds beter. liet zal 'den heer Klaje bij den naderenden feestdag aan belang si dfcg en gelukweni- Sehen zeker niet ontbreken. Te 's-Gravenhage zijn geslaagd voor het examen IIoog-Duitsch (L. O.) de heer T. P. Winkler en mevr. .1. M. J. Phibppeau S'tad'linair, beiden alhier. Ja. wanneer? We welen hel ook met en v ioneer we ons er toe zetten om de waag te beantwoorden, dan is het alleen om een» uiteen te zetten, wanneer „op z'n vroegst n P.ventueele grensregeling is te wachten. D naar aanleiding van de vele malen, dat men hóórt beweren. Out de nieuwe grerrt- rpgeling er wel met ingang van 1 Januari 1924 zal zijn. Welnu we kunnen wel haast op een bnetje „even dal de nieuwe grensregeling er niet mei ingang van Januari 1924 zal zijn. Waarom niet? Omdat er. vóórdal zoo p grensregeling lol stand is gekomen, nog zoo veel gebeuren moei, dat hel onmogelijk is dat dit alles vóór 1 Januari 1924 zijn be slag heeft gekregen. Op dit ooganhlik staat de zaak zoo, dat het ontwerp van Cedep. Stalen van Noord- Hofland aan alle betrokken gemeenten om advies is gezonden en dat de rapporten van deze gemeenten bij hen zijn teruggekomen Over een wetsontwerp zijn, nieenen wij, Ge deputeerde Staten het nog niet cent kunnen worden. Wel is reeds de Minister van Bm- ncnlamtsohe Zaken in briefwisseling getreden met de gemeente Haarlem. Gedep. Staten zijn dus nog steeds aan het maken van een wetsontwerp toe. Laten wc nu eens aannemen, dal het ma ken van dit wetsontwerp in dezen va can be lijd zoo goéd lukt, dat er een bij de Tweede Kamer is ingediend vóór 15 September. Een krachttoer, want in (hen tijd moet hel ge reed zijn gemaakt op de Provinciale Griffie, de Regeering hebben bereikt, den Raad van State gepasseerd en bij de Kamer zijn in gediend. Maar nemen we aan. dat bet er vóór 15 September is, dan moe» de Tweed» Kamer het wet buitengewoon belangrijk ach ten en er andere dingen voor laten staan, wanneer het de afdeetingen gepasseerd is, be handeld en aangenomen is (foor de Tweed» Kamer vóór 15 October. Wanneer eenzelfde ondenkbare spoed betracht wordt bij de be handeling door de Eerste Kamer, dan is hef mooi nis het ontwerp vóór 15 November de Eerste Kamer heeft gepasseerd en vóór 1 December in het „Staatsblad" staat. Zulk 'n spoed is niet mogelijk haast, maar laten w* aannemen dat ze betracht wordt voor het grenswijzigingkont werp Haarlem, dan is 1 De cember toch al te laat om de wijziging 1 Januari 1924 te doen ingaan. Want er dienen nog zooveel administratieve maatregelen ge nomen, zooveel bezittingen getaxeerd, zooveef diensten in elkaar gezet enz., dat aMes niet in één maand voor elkaar komt. We hebben bovendien hierboven een <m- gekenden spoed aangenomen. Aannemelijk I» dat de grenswijziging heel wat meer voeten in de narde zal hebben. Resumeerende zouden wij willen zeggen: ia'len we voorloopig maar aarmenmen, dat, als er grenswijziging komt. rij niet vóór 1 Ja nuari 1925 zal ingaan, Dit lijkt ons wel een aannemelijk tijdstip Op verschillende lijsten tegen het lapver bod zijn ongeveer 3000 handteekeningen ver- zameld.Van ongeveer 200 lijsten is eoWer hof aantal handteekeningen nog onbekend. Tof en met Maandag liggen de lijsten ter teekening. HAARLEM. Geëxamineerd 14 vrouwelijke candidaien, afgewezen 10. Geslaagd de damet J. J. van der Linde, Schoten; J. Dekke*, Haarlem; H. Krouwer, Aalsmeer en 3. M. Dammes, Alkmaar. De Minister van Financiën maakf bekend, dat van N.N., /te Haarlem, ten behoeve van 's Rijks schatkist, per postwissel is ontvangen een "bedrag van 32,50 voor te weinig bi laal/de successierechten. Medegedeeld door de SP A AR NEB ANK De Beurs opende heden: flauw. V. K. HEDEN 5% Nederland 1919 963/,/ 96 6% Nederland 1923 Oude Vaart 80 79'/, dito Gem. Eigendom 70'/, 70 Mij. „Nederland" 132 128 Scheepvaart-Unie '051/, 98 Rotlerd. Lloyd 115»/, 108'/, Hotl. IJoyd 8 7 Pakelvaart 109'/, 106 Oude Boot 52 46 Holl. Stoomboot 18 15 H. V. A. 409 403 Java Cultuur 307 305 Jurgens gew. 41'/, 38»/, Koloniale Bank 140 138 Indische Bank 111 109»/i Cert. Handel Mij' 1207, 118 ltesc. dito 121»/, 118*/* O rio n 24 23»/i Geconsolideerde 121'/, 119',, Kon. Olie 328 333 M. S. Steel 90 89 Marine comm. 6'/„ 6 S'orstcnlanden 145 145 Actions id. 139 139 Poerwored jo 84 84 Oude Deli 277»/, 275 Seneinbah 243% 241 Deli Batavia 292»/, 292 Amsterdam Rubber 147 148% Serbadjadi 288 S'tlau 1117, 114 Wai Sumatra 112 114»/j Dordtsche Pet« 315 320 Southern Rails 31% 32»/, Union 130»/, 131»/, Anaconda 83»/, Wabash a

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1923 | | pagina 1