GEMENGD NIEUWS
Het jubileum der Koningin.
VERDRONKEN.
ZWENDELAARS GEARRESTEERD.
KORTE 3ER10NTEN.
BINNENLANDSGH MIEUWS
De Neef van Curacao, i
Hollandschetajereelen uit het begin
der vorige eeuw,
HET VERHAAL VAN BAREND PROU-
WELMAN.
n.
WEER EEN MOORD IN EEN TREIN, j
In den trein, welke Woensdagmorgen oon
6 uur 3 min, aan het Anhalter Bahnhof uit
Frankfort aan Main aankwam, is, naar de
Tel. verneemt, een ernstige misdaad ge
pleegd. Een tot nu toe onbeken^ gebleven
passagier werd namelijk in een wagon 2de
klasse overvallen en met een ijzeren stang
dusdanig mishandeld, dat hij aan de beko
men wonden is overleden. De dader is
onbekend.
Voor het station Grossbehren. hetwelk
de trein om 5 u. 50 m. passeerde en dat op
ongeveer 1 K.M. afstand van het Anhalter
Bahnhof gelegen is, werd tusschen de rails
het lijk gevonden van een in zijn bloed
badenden man, Onmiddellijk werd aange
nomen, dat de ongelukkige, hetzij uit den
juist voorbijgesnelden trein was gevallen of
geworpen. Men seinde het gebeurde naar
het Anhalter Bahnhof, waar de trein door
politie- en statiomsbeambten werd afge
wacht. Alle reizigers werden aan een
uiterst nauwgezet onderzoek onderworpen,
doch niemand kon als verdacht worden
aangehouden. In een wagon tweede klasse
werden bloedspatten gevonden, terwijl in
diezelfde afdeeling onbeheerde bagage
waarschijnlijk dus van het slachtoffer
aanwezig was. Het slachtoffer zelf is ge
heel beroofd. Men vond noch een porte
feuille, noch eenig identiteitsbewijs op hem.
POLITIEKE KEUKENMEID GEARRES
TEERD.
Madame" de weduwe Gabrielle Moutet,
geboren Cheval, van beroepkeuken
meid, had zich Dinsdag voor de 13e kamer
der correctioneele rechtbank te Parijs te
verantwoorden wegens eenige delicten,
waaronder beleedigimg van politie-agenten
en openbare dronkenschap.
De beminnelijke keukenprinses leverde
zich echter, behalve aan den drank zij
had vóór het jaar 1916 reeds 38 veroordee
lingen wegens dronkenschap achter den rug
ook aan politieke buitensporigheden
over.
Althans, zij was onlangs te Parijs ge
arresteerd we$ens het coilporteeren van
anarchistische „tractaatjes".
Dank zij het welsprekend woord van haar
«exegenoote „advocate mademoiselle Sn-
zanne Lévy, werd de beoefenaarster
der edele kookkunst en der oproerige col
portage vrijigesproken voor wat betreft de
haaf ten laste gelegde beleedigimg van
igente'n; echter tot 8 dagen gevangenisstraf
veroordeeld wegens dronkenschap en tot.,
•en jaar gevangenisstraf wegens anarchis
tische propaganda.
Dat ze er, wat de haar ten laste gelegde
dronkenschap betreft, met zulk een betrek
kelijk lichte straf was afgekomen, wtas te
dartken aan met feit, dat het sinds 1916 de
eerste maal was geweest, dat ze weer
sterken drank gebruikt had ongelukkiger
wijze weer in te groote hoeveelheid.
ZIJN EIGEN FIETS GEKAAPT.
Een jongeman te Tilburg, circa 23 jaar,
stapte bij een boekwinkel van zijn fiets af,
zette het rijwiel tegen het winkelraam en
ging den winkel binnen.
Na een minuut of vijf kwam hij volgens
de „N. Tilb. Crt." den winkel uit en scheen
te zijn vergeten, dat hij met zijn fiets was
gekomen .Hij wandelde terug en liet zijn
fiets staan. De jongeman was echter nog
niet bij den hoek van de volgende zijstraat
of hij herinnerde zich dat hij zijn fiets had
vergeten. Direct keerde hij terug en hij zag
van uit de verte reeds zijn fiets staan.
De tactiek van eeiy fietsendief is kalra
voorbij te loopen, de fiets oppakken, kalm
en rustig, zooals een mensch dat met zijn
eigen fiets zou doen en zonder meer op
stijgen en wegrijden.
Een rechercheur van politie kwam voorbij
en zag voor den boekwinkel een fiets onbe
heerd staan. Uit den aard der zaak van
zijn beroep hield hij de fiets in 't oog. Hij
zag een jongeman komen aanwandelen, die
zich kalm en bedaard naar de fiets begaf,
deze bij het stuur nam, alsof de fiets tan
hem was, er de stoep mee af ging en be
wegingen maakte om op te stappen.
De jongeman had echter zijn rechterbeen
nog niet over het achterwiel geslingerd of
de vaste hand van den rechercheur greep
hem vast.
Het is mijn eigen fiets, zeide de jonge
man,
Natuurlijk, antwoordde de rechercheur
hoonend, dat spreekt vanzelf, maar jij gaat
mee.
U vergist zich, vervolgde de jongeman
bescheiden.
Natuurlijk, ik vergis me, grappigde de
politieman, maar jij vergist je ook, wanneer
je denkt, dat ik gebrek aan ervaring heb.
Er zat voor den jongen man niets anders
op dan mee te gaan naar bet bureau. De
schijn was tegen hem. en wanneer je den
schijn tegen je hebt, maak je dat zoo maar
niet op straat in orde met een politieman.
De jongeman met de fiets werd opge-
bracht, voor het kapen van zijn eigen fiets.
Woensdagmiddag is te 's-Hertogenbosch
de 15-jarige J. Vos van een der pijlers der
Vughtsche brug, waarop hij zat te visschen,
in den Dommel gevallen. Reddingspogingen
faalden. Eenigen tijd later werd het lijk van
den knaap opgehaald.
GEEN KAMERNOOD MEER.
Te Delft staan thans ruim 300 kamers te
huur. Nog niet zoo heel lang geleden was de
kamernood zoo nijpend, dat zelfs de bouw
van een groot studentenhuis werd overwogen.
TIJDENS HET VUURWERK.
Te Barneveld is Dinsdagavond, tijdens het
vuurwerk, waarheen zich bijna alle bewoners
hadden begeven, op twee plaatsen ingebro
ken, n.l. bij den heer J. J. L., onderwijzer
aan de openbare school, bij wien f 300 is ge
stolen, en bij zijn buurman, de heer B. P.,
hoofdcommies ter secretarie aldaar. Bij laatst
genoemde wordt niets vermist.
EEN WEGZINKEND HOTEL.
Het strandhotel op het eiland Schiermon
nikoog is reddeloos verloren. De Noord-West
hoek hangt reeds over het cfciin heen en de val
van dit gedeelte kan ook het andere in zee
doen storten. De inventaris wordt thans ge
borgen en te Delfzijl opgeslagen.
Een combinatie is reeds bezig plannen te
ontwerpen voor een groot le-klas pension
met annex een 6-tal villa's voor famines met
Antoon Kabelaar. Wat hij dan deed? Op
den 19en Februari 1887, den 70en verjaar
dag van koning Willem III, waren koningin
Emma en het prinsesje uitgereden. Op den
Scheveningschen weg schrikten de paarden;
zij wierpen den jockey af, de achter op het
rijtuig zittende lakeien waren van het rijtuig
gesprongen. Woest hollend zeulden de
paarden het slingerend rijtuig door Zee
straat en Noordeinde, elk oogenblik dreigde
het rijtuig te kantelen of tegen lantaarn
paal of huis te pletter te stooten. Antoon
Kabelaar naderde met een vrachtje uit de
richting van de Hoogstraat. Zoodra hij het
hollend span zag, sprong hij van den bok,
wierp zich voor de paarden en slaagde er
in één der beesten te grijpen en met op
offering van zijn zweep, de dieren tot staan
te brengen. Het geschiedde voor den stal
van den heer Wegman, één der paarden
vloog nog tegen het hek van den bekenden
poelier naast het paleis op.
De heer Wegman, naar buiten gevlogen,
droeg de prinses uit het rijtuig; mevrouw
Wegman begeleide de koningin naar het
paleis, de paarden werden in den stal van
den heer Wegman uitgespannen. Zoo snel
geschiedde alles, dat de vorstinnen geen
woord tegen Kabelaar konden zeggen. De
flinke, jonge kerel klom weer op z'n bok
en reed weg. Een poosje later werd hij op
het.... stadhuis geroepen en ontving daar
van den burgemeester 100. Van het Ko
ninklijk Huis vernam hij verder nooit iets.
Eenige heeren, die het heele geval had
den gezien, vereerden hem echter met een
gouden horloge en een oorkonde.
Een verslagever van het „Vad." heeft
Kabelaar Zaterdag een bezoek gebracht en
vertelt daarvan:
Hij kwam thuis van den dagelijkschen rit
met dr. Roos. Vroeger heeft hij jaren laniL
mei mmtA ecu u-iai vuu 5 voor lammes mei c,
kinderen. Het grootste gedeelte van het be- f°°.d', ,dr', .Ste,,n gereden Van dF
noodigd kapitaal is reeds toefgeZegd. Dit! oorkon.de veftelde ,°n? tut «|n geheugen
nieuwe hotel zal komen bij den jacobsweg, iir tT et Zl)n..ge™ot;d
in de nabijheid der dennenbosschen en di- ±>ot V0.L Kabelaar .s nu 62 jaar; zi,n heele
reet aan rpo. J leven zat hij op den bok, stil zijn plicht
1 doende, tot aller tevredenheid, het meest
tot tevredenheid van zijn patroon, den heer
xijcixn. Arkestem, die Antoon dadelijk aan ons af-
l stond en het paard-uitspannen vQor deze
Uit de voorloopige hechtenis te Dordrecht
is naar de „Msb." meldt, ontslagen het echt
paar K. uit Sliedrecht, benevens de spoor
wegarbeiders T. en M., die, zooals gemeld,
op last van den officier van justitie waren
gearresteerd in verband met den moord op
den seinwachter De Jong te Giessen-Nieuw-
kerk.
EEN NOODLANDING.
Dinsdag landde te Medenblik wegens mo
tordefect een marinevliegtuig. Men kwam
met moeite neer bij het Havenhoofd. Met
veel kennis en stuurmanskunst mocht het
den inzittenden, een officier- en koporaal-
vlieger gelukken het toestel in de haven te
brengen. De motor werd daar gerepareerd
en na vele mislukte pogingen gelukte net den
tocht te vervolgen.
MOORDAANSLAG OP EEN 20-JARIG
MEISJE.
Zekere J. v. d. P., te Eindhoven ontmoette
Dinsdagavond 'n 20-jarig meisje uit Ton'
geren, aan wie hij vroeg hoe laat 't was.
Hierop antwoordde het meisje „Ik weet het
niet." V. d. P. greep het meisje vast, wierp
haar op den grond en trachtte haar te wur
gen. Hij bracht haar verschillende wonden
toe. Gelukkig kwam hulp opdagen, waarop
de onverlaat zich uit de voeten maakte. De
politie wist echter V. d. P. spoedig te arres
teeren. Hij bleek 'n ontslagen verpleegde te
zijn uit 'n rijkskrankzinnigengesticht. Door
een dokter werd op last van de politie onder
zocht in hoeverre de man nog krankzinnig
was. De dokter kon ecjiter niet verklaren,
dat opneming in een krankzinnigengesticht
voor V. d. P. noodzakelijk was, waarop hij
dan ook in arrest gehouden werd, Er is pro
ces-verbaal tegen hem Opgemaakt wegens
poging tot doodslag. V. d. P. zal ter beschik
king worden gesteld van den officier van
justitie te Den Bosch. Hij is geen onbekende
bij de politie.
DE GEZONKEN BAGGERMOLEN.
Op 't eiland Schokland heelt een beurt
schipper van Amsterdam op Zwartsluis aan
gebracht het lijk van den jongen Marinus
de Raad, uit Hardinxveld, een der vijf op
varenden van den op 30 Aug. in de Zuider
zee gezonken baggermolen. Dit lijk is naar
Urk vervoerd. Reeds zijn vier dezer omge
komenen gevonden.
WAAROM OOK NIET?
Als een „bijzonderheid" meldt men uit
Doetinchcm aan het „Hbld.", dat een der
vooraanstaande sociaal-democratische raads
leden uit die gemeente, aldaar, heeft deel
genomen aan het feestbetoon bij de Konin-
ginnefeesten.
Toen hij 's avonds ook deelnam aan het
feesthal, nam het overige publiek hem in
een kring en voerde een rondedans om hem
uit.
EEN VERGETEN HOOFDPERSOON.
De vergeten hoofdpersoon in de feesten
ter gelegenheid van het regeeringsjubileum
der koningin, zoo schrijft het „Vad.", is
gelegenheid van hem overnam. Kabelaar is
kinderloos weduwnaar, woont in bij zijn
zuster, Van der Duynstraat 56.
Maar hoe is het mogelijk, Antoon, dat
je nooit meer iets hoorde van het geval?
Ik geloof mijnheer, antwoordde An
toon, dat de burgemeester aan de politie,
die toen niet in een erg goed blaadje stond,
de eer wilde geven.De politic wou dadelijk
ook van mij de paarden overnemen, maar
de heer Wegman zei; Neen, neen, Kabelaar
heeft ze heelemaal alleen tot staan gebrachf.
De jonge held is een grijsaard geworden,
met een weekloontje van 16 en groote
zorg voor den ouden dag.
DE EL-KWESTIE.
Het bericht, dat de regeering voornemens
zou zijn het gebruik der oude benamingen
van el, pond enz. strafbaar te stellen, is met
groote ing^iomenheid door de redactie van
de Manufacturier gelezen, omdat daarmede
haar strijd tegen dit gebruik met succes
wordt Bekroond,
„De aanhouder wint, mogen wij met vol
doening constateeren.
In dezen strijd hebben wij trouwens niet
alleen gestaan,
Nog in het jongste nummer van het
Maandblad der Vereeniging van Huisvrou
wen komt een artikel voor over De el en
de meter.
Er wordt in herinnerd, dat in ons land in
1816 bij een Wet vastgesteld werd, dat de
Meter de grondslag voor de Ncderlandsche
lengtematen zou zijn. Echter eerst in 1820
kwam die Wet in werking en werd voorge
schreven, dat hij de eenige welige maat
zou zijn voor den handel in manufacturen
enz., en dat het bezigen van andere toen
in gebruik zijnde ellen verboden zou zijn.
Dat wis een zeer nuttig voorschrift, om
dat toentertijd allerlei ellen van verschil
lende lengte in gebruik waren. Dat hing af
van de plaatsen waar ze gebruikt werden,
waaraan zij hun niam ontleenden. Zoo had
men de Delftsche el, de Haagsche el, de
Amsterdamsche el, enz. Vooral de laatste
werd veel gebruikt en is ook nu nog 't
meest bekend. Ze heeft een lengte van on-
geveer 688 strepen.
Tegenover die Haagsche, Delfsche, Am
sterdamsche en allerlei andere ellen werd
nu geplaatst de officiële, wettelijke Meter
en deze werd genoemd de Nederlandsche
El. Ze gold wettelijk voor heel Nederland.
Maar het gebruik van de vroegere
oude el bleef bestaan. En toen werd in 1869
een nieuwe Wet gemaakt, waarin hernieuwd
werd, dat van 1 Januari 1870 af slechts ge
bruikt mocht worden de Meter en zijn on-
derdeelen. Evenwel was de naam, die aan
den Meter gegeven werd, namelijk Neder
landsche" el niet geschikt om verwarring met
de oude el te voorkomen. Men had dezen
naam Nederlandsche el nooit moeten bepa
len, doch aanstonds moeten spreken van
Meter. Dan wist het volk terstond, dat het
een nieuwe maatbepaling gold en dat de
oude was afgedaan. De naam Meter was
dan ingeburgerd en deze maat was dan
evenzoo allerwegen in gebruik genomen.
Maar nu bleef met den naam Ned. el het
oude gebruik van de oude el zich handha
ven. Na 1870 werd het gebruik van den
naam Meter aanbevolen, ofschoon de naam
el niet verboden was. Sedert 1918 komt bet
woord el wettig niet meer voor op de leng
tematen en geldt enkel Meter.
Hoewel van hooger hand alles beproefd
werd, cm het gebruik van den Met-er ingang
te doen vinden en meermalen strafvervol
gingen werden ingesteld, is tot heden dc
oude ei met haar onderverdeeling in verrel
en half verrel nog in gebruik en dat nog we!
bij de onbekendheid van haar lengte, want
feitelijk niemand kan zeggen hoe lang zij is.
In den groothandel en vrij algemeen in
groote plaatsen is de Meter de lengtemaat.
Doch overigens wordt in den manufacturen-
handel nog veel gesjacherd met de oude
el. En toch bestaat hieraan geen behoefte,
want van het bestaande geslacht hebben de
vrouwen en meisjes en ook alle kooplieden
leeren rekenen met den Meter. Nauwelijks
van school gekomen, leert het jonge meisje
door toedoen van moeder of haar familie
leden de oude el kennen, en de jongen of
het meisje dat 'bij een manufacturier in de
leer komt, wordt er op afgericht dat men
inkoopt bij den Meter, en dat men verkoopt
bij de el.
Wat is de oorzaak van dit euvel? Gemak
zucht der vrouwen bij het onnauwkeurig re
kenen met ellen, verreis en halfverrels, om
dat men dan als een el niet genoeg is, er
nog een verrel of halfverrel bij kan nemen
(waarbij men dan misschien een stukje te
veel heeft, doch dat komt zoo nauw niet),
of is het een speculatie der kooplieden op
die ,gemakzucht en tevens de zucht naar
voordeel, dat te behalen is met een maat
van niet bekende lengte?
EEN VREEMDSOORTIGE DIEFSTAL
Een geheimzinnige diefstal houdt momen
teel 'de politie van Huil (Engeland) bezig.
Gedurende de laatste week van Augustus
zijn tijdens de afwezigheid van den geeste
lijke, den organist en koster uit een kerk te
Newington niet minder dan 124 orgelpijpen
gestolen, terwijl ook nog op andere wijze
schade aan het orgel is aangericht. Het in
strument was wel tegen brand, doch niet
tegen diefstal verzekerd. Men vermoedt, dat
wraak de oorzaak is van dezen vreemdsoor-
tigen diefstal,
EEN ANGSTIGE TOCHT.
Te Nijmegen reed een automobiel, be
stuurd door P. S., wonende te Aken, de
Grootestraat af. Plotseling werd de rem van
den auto defect en het voertuig reed met
toenemende snelheid de hellende straat af.
De chauffeur schreeuwde luid, ten einde de
talrijke voetgangers te doen wijken. Dc in
zittende mevr. M. Badenbach, uit Aken,
werd bevreesd en sprong met haar 3-jarig
dochtertje uit den auto. Het kind bekwam
hierbij een wonde aan het voorhoofd, welke
wonde in het R. K. ziekenhuis werd ge
hecht. De auto kwam op de Waalkade tot
stan. Verdere ongelukken kwamen niet
NIET GESLOTEN SPOORWEG
OVERGANG.
Men meldt uit Bome d.d. 13 Sept. aan de
,Zw. Ct.":
Hedenmorgen had alhier een ongeluk
plaats, doordat de afsluitboomen aan den
spoorwegovergang Borne-Deldcn niet waren
neergelaten. Een voerman van de steenfa
briek, die met zijn wagen de lijn wilde pas-
seeren, haH niet bemerkt, dat dc goederen
trein van 8 uur in aantocht was, ten gevolge
had, dat dc twee paarden door den trein
werden overreden en gedood, terwijl hij zelf
gelukkig nog bijtijds van den wagen kon
komen. Ook nog meerdere personen, die de
lijn passeerden, konden zich gelukkig nog
bijtijds in veiligheid brengen.
EEN WONDERBARE VISCHVANGST.
In het Merwedekanaal bij Utrecht zat een
hengelaar naar het dobbertje te turen, tot
op eens; beet!
En onze visscher aan 't halen. Geen ruk
ken werd gevoeld, als anders bij een visch
het geval is. Tot.... een heerenfiets aan
de oppervlakte verscheen.
Het rijwiel werd bij de politic gebracht.
Denkelijk is het van diefstal afkomstig.
BRANDEN.
Door bet omvallen van een brandende
petroleumlamp op den zolder is brand ont
staan in den schoenwinkel van de Wed.
Beek te Lunteren. Het huis cn de winkel
brandden geheel uit. Verzekering dekt de
schade.
Te Nijkerk is afgebrand de arbeiders
woning van B. Doornekamp, aan de Plasse-
steeg. De inboedel werd grootendecls gered.
Eenige geiten kwamen in de vlammen om.
Het huis was verzekerd, de inboedel niet.
Men vermoedt, dat de brand ontstaan is
bij het aanmaken van een fornuis.
Te Vricscheloo (Gron.) is afgebrand
het winkelhuis van G. Gernant, medebe-
woond door H. Kuiper. Er kon%lechts wei~.ig
uit de vlammen gered worden.
Tijdens de volksfeesten te Zwijndrecht
is brand uitgebroken in den behangers- en
stoffeerderswinkel van den heer J. Ouburg.
De étalage, welke geheel met vuurwerk en
lampions was uitgestald, had plotseling
vlam gevat door een aldaar aangestoken zgn
zevenklapper. In een ommezien stond"alles
in brand. Door het vlugge optreden vanden
brandweer bleven de aangrenzende panden
buiten gevaar. Een deel der bovenverdieping
kon worden gered, hoewel het veel water
schade bekwam.
Verzekering dekt de schade.
Twee Roemecnsche zwendelaars, Karl
Kaufmann en Anatoli Taschnikow, die ver
schillende kooplieden te Berlijn voor een
gezamenlijk bedrag van eenige milliarden
hebben opgelicht, zijn gisteren door de Ber-
lijnsche crimineele politie aangehouden.
Zij woonden sedert geruimen tijd in een
der voornaamste hotels in den omtrek van
den Dierentuin, en leefden op zeer grooten
voet. Taschnikow is een „broeder" van
den directeur der firma W. P. Taschnikow te
Galatz, terwijl Kaufmann optrad als finan
cieel leider van deze firma. Zoogenaamd
voor deze firma sloten zij contracten af, die
in de milliarden liepen, waarna zij bij leen
banken, op grond van deze contracten, de
waren voor 50% beleenden. Van de bedragen,
die zij hierop ontvingen, betaalden zij een
derde van den prijs der gekochte waren, de
rest werd nimmer voldaan.
Toen de beide zwendelaars achter slot
en grendel gezet waren, stond er op hun naam
nog een schuld van 400 millioen mark aan
het hotel.
OUDE VLAGGEN.
Bij mevrouw de weduwe D., te Alfen a. d.
Rijn, vertelt het Rott. Nbl. wapperde
met de Jubileumfeesten nog een vlag, welke
sedert het jaar 1813 door deze familie bij
gedenkdagen van het Koninklijk Huis werd
1 ontplooid.
Bij de Huldebetooging te Amsterdam was
Woubrugge vertegenwoordigd door afge
vaardigden van de Chr. Oranjevereeniging
die een vlag bij zich droegen, eveneens datee
rende uit 1813. Deze vlag is versierd met
een lauwerkrans en oranjeappelen en
draagt het opschrift „Het is geheerd,t
want God regeert."
HET ZEEGAT UIT!
Woensdagmiddag was te Scheveningen ter
j haringvisscherij uitgevaren de logger „Sche-
'veningen 1!6". Op de monsterrol kwamen
behalve de bemanning nog drie jongens voor.
Toen de logger echter een goed eind in ree
was, kwam opeens een vierde jongen, die
zich in een kooi verstopt had, te voorschijn.
Aan teruggaan viel niet ineer te denken,
maar een paar sleepbooten waren inmiddels
uitgezonden om den deugniet terug te halen.
Echter d eze pogingen bleken ook te ver
geefs. Het was door de vrij onstuimige zee
onmogelijk, zoo dicht bij den logger te ko
men, dat men den jongen kon laten over
springen. Ook kon men zich in de sleepboo
ten niet verstaanbaar maken.
Dc ouders,- die hun jongen niet hebben
zien thuiskomen, zullen nu wel in ongerust
heid blijven.
DE OUDSTE DWARSLIGGERS IN
NEDERLAND?
In „De Ingenieur" breekt Ir, H. van Ber-
ckel een lans voor dc ijzeren spoorweg-
dwarsliggers, zooals ze in de vorige eeuw
gebruikt werden (systeem Cosijn, ook wel
systeem Couillet genoemd) Van 10.000 om
streeks 1865 in het hoodspoor tusschen De
venter en Olst gelegde dwarsliggers, bevin
den zich thans nog ettelijke duizenden in
het baanvak.
Deze dwarsliggers liggen dus bijna 60 jaar
in den weg, op een vrij druk bereden baan
vak, wat vermoedelijk 'n record is. Als men
bedenkt dat dc gecreosoteerdc grenen lig
gers die tegenwoordig veel meer gebruiki
worden, gemiddeld 12 a 15 jaar in den weg
liggen, blijken dc ijzeren, door hun duur
zaamheid een zuinig materiaal te zijn: zij
zijn thans nog niet versleten,
DIEFSTAL.
Woensdagmiddag is te Leeuwarden aan
gehouden de opkooper J. dc H. aldaar,
verdacht van den diefstal van 2000 uit een
kist ten huize van den landbouwer Luxen
te Stiens. Dc meid-huishoudster van den
heer Luxen was reeds gisterochtend aange
houden.
CONGRES VAN HOOFDARBEIDERS.
Zondag 14 October zal te 's-Hage ter
voorbereiding van het op te richten Ver
bond van Hoofdarbeiders, een congres van
hoofdarbeiders gehouden worden, waaraan
vertegenwoordigers zullen deelnemen van
vereemgingen van handels- en kantoorbe
dienden, technici, opzichters en teekenaars,
schcepswerktuigkundigen, apotheker-assis
tenten, scheikundig personeel, leeraren bij
het nijverheidsonderwijs, ambtenaren bij de
Nederlandsche spoorwegen en in overheids
dienst, enz.
Op di> congres züllen nok aanwezig zijn
afgevaardigden van de" Engclsche National
federation of professional, technical,admini
strative and supervisory workers, alsmede
van den Duit'schen Allgemeinen freien An-
gestelltenbund.
DOOR
JOS. P. H. HAMERS
De kapitein deed een langen trek aan zijn
Zwart gebrand doorrookerlje, blies een ver
vaarlijke raekwolk voor zich uit en vroeg
nieuwsgierig
„Nou, wat gebeurde er dan Barend
„Het was een jaar daarna," vervolgde Prou-
welman „ik had den heelen zomer danig
aan de koorts gesukkeld en was zoo mager
geworden als een vlaggestok. Wie me zag,
dacht niet anders, of Barend /Prouwelman
zou binnen een paar weken voor de haaien
zijn. Maar tegen den herfst begon ik wat op
te kikkeren en weer- dik in m'n vleesch te
zitten. We hadden toen een droog najaar;
het weer was helder, maar koel. De dokter
meende, dat verandering van lucht goed
voor me zou zijn. Hij stond er op, dat ik tot
herstel van gezondheid, eens een Gel-
dersch luchtje zou gaan scheppen als ik
bekenden in het Stichtsche had, dan was
dat ook goed dat was nog dichter bij de
hand."
„Wel ja Barend," zei m'n goede huisplaag,
„neef Haalwijk heeft je al zóó dikwijls ge
vraagd en is vast boos, dat je nog niet bij
hem bent geweest. Ga die goeie menschen
eens stilletjes verrassen en blijf er een dag of
veertien. Ik weet zeker, dat ze dan dolblij
zullen wezen. De frissche buitenlucht zal
je goed doen."
„Ik liet me door Griet bepraten en besloot
er maar onverwachts op los te gaan. Neef
kwam toch ook altijd ongevraagd en daar
hadden we niks op tegen ik zou dus bij
hem ook van harte welkom zijn, al kwam ik
ongenoodigd, zoo redeneerde ik bij m'n
eigen."
„Affijn, zoo gezegd, zoo gedaan. Ik ging
van hus en zat niet lang daarna bij neef
Haalwijk binnengaats. Ik had zoo bij m'n
eigen gedacht, er gul en blij te zullen wor
den ontvangen. Maar jawel, ik had pas een
voet of wat in huis gezet, of ik zag al gauw
hoe laat het was. Neef en nicht trokken ge
zichten als geschutspoorten van een kaper
schip. Het speet hen geweldig zoo heette
het dat ik juist nu kwam, want het was
zoo'n ongelegen tijd. Men wist niet wat
men iemand al zoo zou voorzetten. Peul
vruchten en versche groenten waren er nu
nietdaarvoor was het al te ver in 't najaar;
de etenswaren werden ook al schreeuwend
duur. Dat waren zoo van die smoesjes, die ik
nog geen minuut na m'n aankomst moest
aanhooren.
Maar ik antwoordde koeltjes dat maakt
niks uitik kan me heeligoed met den win-
terpot behelpen met erwten en boonen
dat is scheepskost. Een zeeman ziet zoo
nauw niet naar wat hij in z'n vooronder
laadt."
„Het mooiste kwam nog, toen ik me 's
avonds naar m'n slaapvertrek zou begeven.
Nu moet je weten, ik had opgemerkt dat
er heele goede kamers in huis waren en dat
neef en nicht deftig in hun meubels zaten.
Maar in plaats van mij een ruim en luchtig
vertrek tot slaapkamer aan te wijzen, brachten
ze me in een donker, eng hok, waar in de
haast een kermisbed was opgeslagen en dat
nog pas geledch tot bergplaats van winter
provisie of zoo iets scheen gediend te hebben.
Ik gaf dan ook ronduit te kennen dat ik het
daar dompig en somber vond, zonder frissche
lucht of licht. Ja, zeiden ze, men zou me vast
en zeker een ruimere kamer gegeven hebben,
maar dat was om m'n bestwil nagelaten,
want in dc écne kamer tochtte het zóó ver
schrikkelijk en de andere was nog niet op
geruimd, en in de derde juist die, welke
ik graag zou gehad hebben daar was het
niet pluis."
„Hoe zoo vroeg Van der Stap, waren er
dan soms rotten in."
„Dat vroeg ik ook. Maar daar wilden ze in
't eerst niet voor uitkomen. Eindelijk moest
het hooge woord er uit. En wat meent ge,
Jan, dat het was? Het spookte er 's nachts."
„Nou," zei ik, „daar geven wij, zeelui,
geen zier om. Ik zou zoo n spook wel eens
graag bij z'n lurven willen pakken dat zou
juist een kolfje naar m'n hand wezen." Maar,
,daór wilden ze niet van hooren dit wilden
ze niet op hun geweten hebben. Wat een
huichelaars, hé Jan? Ik mocht daar zoo
roekeloos over praten als ik wilde, met derge
lijke dingen viel toch niet te spotten."
„Jawel, dacht ik Jullie zijt me een paar
mooie familieportretten, die ik met plezier
een flinke rammeling voor de mast zou wil-
en toedienen." Ik zei verder r.iet veel meer,
maar ging vrij boos, naar bed."
„Het hok waarin ik lag, grensde aan de
huiskamer, waar ik met m'n heven neef en
z'n wijf sinds mijn komst gezeten had, en
was alleen door een dun planken beschot
daarvan gescheiden. Ik lag al een heele poos
n bed, maar kon, hoe ik me ook keerde, den
slaap maar niet vatten. Nou, dat was waar
achtig ook geen wonder. Ik was meer dan
vier uren vroeger dan ik anders gewoon
was, naar kooi gegaan; met de kippen op stok;
want gei die kostelijke nicht, dat spaarde
bij de lange avonden vuur en licht uit."
„Terwijl ik me zoo bij m'n eigen lag te
ergeren, ontwaarde ik, dat neef Haahvijk en
z'n yrouw nog opwaren. Ze spraken vrij
luid met elkaar in de huiskamer. Het ging
er al luider en luider toe en het' kwam me
voor, dat ze aan 't kijven waren. In 't eerst
dacht ik wat raakt mij zoo'n twist tusschen
man en vrouw., dat komt in de beste
huishoudens wel eens voor."
„Juist wou ik de dekens over me heen trekken
na me op één oor gelegd te hebben, teen ik
hen, vrij duideliik, een paar keer m'n naam
hoorde noemen."
„Natuurlijk begreep ik dat ze 't over mij
hadden en ofschoon ik anders een gezworen
vijand van luistervinken ben, zoo ging hier,
zooals je wel begrijpen zult, de natuur boven
de leer en lag ik al heel gauw met m'n hoofd
tegen het planken beschot en m'n ooren wijd
open."
„Luister'nou, wat ik te hooren kreeg."
„Dat heb ik aan niemand anders te danken
dan aan jou, hoorde ik m'n dierbare
nicht, scherp en vinnig tegen haar man zeg
gen. Jij hebt dien kerel aangehaald,;':; hebt
hem, niet ééns, maar wel honderdmaal ge*
vraagd, hem zelfs gedwongen om te komen.
Dat heeft hij zoo even zelf ge zegd."
„Dat heb ik maar voor de leus gedaan,
gekkin," zei neef.,, Kon ik dan weten, dat
de vent komen zou Ik moest hem immers
voor m'n fatsoen wel vragen."
1 „Och wat, jij met je fatsoen 1 Je moet Zulk
volk maar aanhalen, dan zit je er mee opge
scheept Daar heb je nu je lieve neef Prou
welman bij je., zie jij nou ook maar, dat hij
te eten krijgt. Alles is hier even duur., en
zoo'n dikke, zwaarlijvige kerel gaat voor drie
man in den middagpot."
„Je rekent verkeerd, Jans. Wees maar niet
bang dat hij veel zal eten, want {ie vent ziet
er zóó gezond en doorvoed uit, dat hij met
een kleinigheid al te verzadigen is."
„Wat zeg je daar? Heb ik dan niet met
m'n eigen oogen gezien, welk een vervaar
lijke homp brood hij bij 't avondeten naar
binnen sloeg? Moest ik niet de kamer uit
gaan, om uit te huilen, toen ik aan m'n armen
boterpot dacht Zoo'n vlegel eet ons in veer
tien dagen arm."
„Hij zal hier geen veertien dagen blijven,
Jans, Je moet maar schraal opdisschen, dan
zal hij wel gauw z'n matten rollen."
„Alsof ik dat zelf ook niet wistDacht
je dan soms, dat ik hem op allerlei kostelijk
eten zou onthalen Zoolang hij hier is, kook
ik eiken dag gort of meelpap met stijfsel er
in. Dat blijft lang in de maag kleven."
„Maar bedenk wel," zoo hoorde ik neef
Haalwijk op gewichtigen toon zeggen, „dat
we het niet te bont moeten maken., het zou
anders in 't oog kunnen loopen."
„En hem zeker volop geven, hè, zoodat hij
ons dc ooren van het hoofd eet."
„Val me nou niet in de reden, zeg ik je."
„Wat doe je ook met zulke schuimers hier
in huis te halen
„Wel verdikkie," foeterde de man, wiens
geduld ten einde liep, „dat moest ik'wel doen.
Nergens geniet ik zooveel vriendschap als
bij hen als ik in Amsterdam ben. Hij én
nicht Greet zijn de gastvrijheid zelf. Daarbij
komt, dat ze d'r warmpjes inzitten en kind
noch kraai in de wereld hebben. Houden
we die lui te vrind, dan valt er te avond of te
morgen, allicht nog wat te erven."
„Ja," zei dat serpent van een wijf, „als we
dat maar zeker wisten. Maar zoo'n sterke ke
rel, zoo'n waterchinees, kan nog jaren leven
als hij niet verzuipt, en dan heb je die nicht
Griet ook nog. Als hij ons overleefde, dan
zou hij in z'n vuistje lachen, dat hij zich hier
nog eens recht te goed had gedaan. O, als ik
daaraan denk dan
„Hou nu je snater eens, Jans. Kon ik maar
wat uitvinden, om met goed fatsoen van hem
af te|komen Hoe krijgen we dien opvreter
in de eerste acht dagen weg
DE KONINGIN TE UTRECHT OP A.S.
MAANDAG.
Na de hulde van de Nederlandsche weer
macht op Maandag a.s. bij Amersfoort, zal
de Koningin, die, zooals men weet, verge
zeld zal zijn van Prins Hendrik en Prinses
Juliana, naar Utrecht gaan en om 4 uur
van het Centraal Station aldaar naar Den
Haag vertrekken. De Vereeniging Koning
innedag te Utrecht heeft het initiatief geno
men tot een huldiging van de koninklijke
familie op Haar doortocht door Utrecht.
Als IT. M. omstreeks half 4 bij het binnen
komen van de gemeente het Hoogelandsche
park heeft bereikt, zal een koor van duizend
zangers en zangeressen Haar twee verzen
van de Wilhelmina-cantate van H. A. Maas
toezingen, vermoedelijk met begeleiding
van een muziekkorps. Daar zullen voorts de
weeskinderen der verschillende gezindten
zijn opgesteld. In langzaam tempo wordt
dan gereden naar de Maliebaan waar de
schoolkinderen H. M. zullen begroeten.
Het voornemen bestaat verder dat op 't
Lucasbolwcrk de leden van de studenten
corpsen Unitas en Absyrtus en op het Jans
kerkhof de leden van het Utrechtsche Stu
dentencorps aan de Koninklijke Familie een
huldebetoon zullen brengen. Op een ander
punt van den doortochtsweg zal een groot
aantal jongens de kleppermasch van Morks
uitvoeren.
Op het bordes van het station zal het be
stuur van de vereeniging Koninginnedag de
Koninklijke Familie opwachten en zullen
enkele jonge dames aan de Koningin bloe
men aanbieden. De Koninklijke Utrechtsche
vereeniging voor mannenzang en de Ko-
ninki. Utrechtsche Ver. voor kerkzang zul
len "op het Stationsplein, met begeleiding
van de politie-muziek, de eerste twee ver
zen van het Wilhelmus ten gehoore bren
gen. Afvaardigingen van verschillende
Utrechtsche verecnigingen zullen er met
banieren en vaandels zijn opgesteld.
De burgemeester zal de Koninklijke Fa
milie op Haar weg door de stad begeleiden.
DE NEDERLANDSCHE BISSCHOPPEN
BIJ DE KONINGIN.
De ontvangst door H. M. de Koningin van
het Doorluchtig Nederlandsch Episcopaat,
benevens Mgr. Vuylsteke, Apostolisch-Vica-
ris van Cu»a<;ao, had gisteren om kwart over
twee plaats.
De ontvangst der Bisschoppen, welke af
zonderlijk voor de groote audiëntie, welke
om 3 uur aanving, geschiedde, had plaats in
de Roode Zaal
Mgr. H. van de Wetering, aartsbisschop
van Utrecht, hield de volgende toespraak
tot H. M.:
Mede in naam van de Hoogwaardige Bis
schoppen en van den Hoogwaardigen Apo
stolische!) dignitaris van Curaïao moge ik
Uwer Majesteit eerbiedig dankbare geluk-
wenschen aanbieden bij gelegenheid van dc
herdenking van haar 25-jarig zegenrijk be
stuur van ons dierbaar vaderland. Uit mil-
lioenen harten zijn de vorige week dank
en smeekbeden opgestegen voor het heil
van Uwe Majesteit en voor het vaderland.
Mogen die gebeden door God verhoord wor
den cn het Uwe Majesteit gegeven zijn, nog
tal van jaren ons vaderland te besturen met
de kalme vastberadenheid en algeheele toe
wijding, welke Haar Bestuur tot hiertoe
hebben gekenmerkt. Wij danken Uwe Ma
jesteit eerbiedig, dat zij ons wel de gelegen
heid heeft willen geven, deze gelukwen-
schen persoonlijk Haar aan te bieden en
geven opnieuw Uwe Majesteit de verzeke
ring van onze onwankelbare trouw aan Uwe
geëerbiedigde persoon en aan Uw Vorsten
huis.
Naar dc „Msb." meldt droegen dc Bis
schoppen het bisschoppelijk ornaat met de
onderscheidingsteckenen van hun Neder-
Nederlandsche ridderorden. Mgr. Vuylste
ke was gekleed in het habijt der Bomini-
canen.
H.H. D.D. H.H. waren met auto's van de
pastorie van den Hoogecrw. Deken van de
Willemstraat gekomen, waarheen zij na de
audiëntie Weef terugkeerden.
NED. R. K. MIDDENSTANDSBOND.
Het congres op 4 October.
Op het Congres van den 'Ned. R. K. Mid
dens! amtshond op 4 October te houden zal in
■den voormiddag i>eh<Avdc!cl worden:
a. De vakorganisatie cn de Rijksvoorlich-
linigsddenst. Inleider is Ir. H. Stcketoe, nij-
vcrliekkseoivsulent van het noorden en 't oos
ten van ons 'tand.
b. Nieuwe vorm van inkoops-coopcralie.
Inleider Th. Kuyper, directeur van St. lo-
mribonus.
In den namiddag worden behandeld
c. De Kamer van Koophandel en do vrije!
organisatie. Inleider H. E. van dsn Brule,
voorzitter van don R. K. Mid'd'en.stan ris vereeni
ging tc Rotterdam.
d. Medodoeüng en tceWchting van do voor
genomen reorganisatie van den R. K. Midden
standsbond, door Mr. J. A. G. M. van Hellen-
berg Hubar.
HET RELLETJE TE KATWIJK.
Het lid der Tweede Kamer de heer Al-
barda heeft, naar Het Volk meldt, aan de
ministers van binnenlandschc zaken en van
justitie schriftelijke vragen gesteld naar aan
leiding van dc mishandeling van jonge soci
aal-democraten te Katwijk en dc daarbij
door dc politie aangenomen houding.
..„Daar zit je nu met je gebakken peren.'
nijdigde Jans terug, „Waarom was je ook zoo
stom om hem uit te noodigen En het erg
ste is nog, dat, als we hem de broodkruimels
niet hoog genoeg hangen, hij 't volgend jaar,
zoo goed als zeker, met nicht Griet op komt
dagen,"
„We moeten intusschen niet vergeten"
hoorde ik nu neef Haahvijk zeggen, „dat we
hem te vrind moeten houden. Je weet
zoo vaak ik in Amsterdam kom, heb ik vrijen
intrek bij dien kerel, alles vrij. Tafel, bed
bediening, alles is er overheerlijk. Het kost,
me geen koperen duit. Verbeeld je, dat zou
er mooi uitzien, als we hem boos maakten
en ik in 't vervolg in een logement moest
gaan. Maar wacht eens, daar schiet me wat
goeds te binnen. Er staat nog een osserib in
't zout, die moet je morgen braden en op tafel
zetten."
„Wordt je nu stapelgek, Boudewijn
riep Jans, half huilen^,. „Zou ik dien vlegel
nog vleesch voorzetten?"
„Je snapt niet waar ik heen wil. Ik zeg je
nog eens, morgen-middag disch je die osse
rib op."
„Ja, ik zal jou en je lekkeren neef Prouwel
man osseribben., daar kun je staat op maken.
Ik ga er nu cn dan een3 naar kijken, zonder
aan dat kostelijk stuk vleesch te durven komen
en dan zou ik zoo gek wezen om zoo'n kerel
cr van in z'n maag te stoppen 1"
„Schei nu eens uit met dat gezanik,
dan zal ik je zeggen, wat ik er op gevonden
heb."
„Nou, wat dan
„We moeten hem weg zien te krijgen en
hoe eerder hoe liever. Het komt er maar op
aan, hoe we het aanleggen. Je begrijpt net
zoo goed als ik, dat ik de kwaje pier niet bij
hem moet worden, want dan hoef ik nooit
meer bij hem aan te komen. Verbruidt jij
het daarentegen bij hem, dan is dat van min
der beteekenis. Ik kan dan de vriendschap met
met hem aanhouden, door jou kwansius in 't
ongelijk te stellen."
„Waar moet al het moois dat je me daar
vertelt, toch op uitloopcn
„Luister. Je braadt morgenmiddag de osse
rib, maar Zorgt, dat ze niet al te ga arop ta
fel komt. Tets meer dan half gaar, zou ik
z ggen. Als we dan aan tafel zitten, zal ik
voorsnijden en je een standje maken, oiidat
het vleesch niet gaar is. Dat laat je je niet
aanleunen het komt tot hooge woorden tus
schen ons en als de twist op z'n hoogst geste
gen is, dan roep ik hem als scheidsrechter in.
Nu gaat hij ook aan 't snijden, vindt dat het
vleesch niet gaar is en stelt jou dus in 't
ongelijk. Daar heb je dan de poppen aan 't
dansen. In plaats van nog langer tegen mij
uit te varen, keert ge je teg^n hem. Je maakt
je geweldig boos, omdat hij jou in 't ongelijk
heeft gesteld, geeft hem geducht van katoen
en schreeuwt hem toe: Moet jij hier uit
Amsterdam komen om tusschenman en
vrouw kwaad te stoken Om mijn lieve Bou
dewijn tegen mij op te zetten 1 M'n deur uit,
jij stokebrand, of ik ruim nog vandaag zelf
het huis 1"
„Zoo iets, dat voel je Jans, kan hij niet
kalmpjes aanhooren hij wordf boos en wil
dadelijk vertrekken. Maar nu treed ik als
bemiddelaar op. Ik tracht je de overtuiging
bij te brengen, dat onze goa^e neef de waar
heid gezegd heeft, zonder het oogmerkfge-
had te hebben, om tusschen man en vrouw
kwaad bloed te zetten. Natuurlijk is er niets
met je te beginnen, en je zweert bij hoog en
laag, dat, als hij niet op staanden voet vertrfekt
jij zelf direct het huis verlaat. Wanneer hij
dan ziet, dat je onverzoenlijk blijft, wil hij
natuurlijk z'n biezen pakken. Maar dan
houd ik hemmet bei m'n handen bij z'n jas
panden vast en verzeker hem, dat het voor
val mij om zijnentwil schrikkelijk bedroeft,
dat ik zielsveel van hem houd en smeek hem
toch te blijven, of voor 't minst, de vriend
schap met mij te blijven aanhouden."
„En daar het niet anders kan, of ik
ben de goede, onschuldige man bij hem, be
tuigt hij mij wederkeerig zijn diep leedwezen
over hét gebeurde, verzekert mij van zijn
voortdurend gunstige gezindheid en zegt
ten slotte, dat het hem cn nicht Griet veel
plezier zal geven, als ze mij gauw weer eens
bij hen zullen zien. En als hij heen gaat,
beklaagt hij mij, z'n goeden neef Boude
wijn nog, omdat die voor z'n léven lang, aan
Zoo'n helleveeg als jij bent, vastzit."
„Ja," zei Jans, „hij mag van me zeggen
wat hij wilals hij maar zoo gauw mogelijk
ophoepelt."
„Zoo liep dat stichtelijk gesprek tusschen
man en vrouw af," aldus Prouwelman. „Ik
had alles afgeluisterd en besloot m'n njaat-l
regelen te nemen."
(Wordt vervolgd);