DE F4INSTE PLANTENBOTER
♦THANS
VQOPDEELIS
CTSPERPDND
e wi &r*r ve"
BUITEN LAND
DE WUZE WEEGT MET SCMtRP GEZICHT
ZUN UITGAAF MET EEN GOUD GEWICHT
Tweede Blad
1© October 1923
Gedelgde schuld.
SESfl. BUITENS.* BERICHTEN.
Terwijl deze gedachten zijn brein door-,
kruisten, viel de beslissing voor wat de be- j
INederlandsche bedevaart
öoöxgeS^631' d!e 2ii te Li5UUX hebbea
Mr. P. v. S.
Lord Grey over het evenwicht in de Europeesche politiek. Een
rede van ex-minister Hiiferding. Algemeen kiesrecht in Japan.
Onder de Telegrammen: Poincaré wenscht niet met de Duitsche
regeering over de arbeidshervatting in het Roergebied te cosifereeren.
Eischén van de Stinnesgroep. De Britsche rijksconferentie. Uil den
Rijksdag; de machtigingswet.
FEUILLETO
kuiit onmogelijk"??/ ü2' Sei d" andeJe
die er wonen namen
te kennen! ^eb aoB niet de eer, uw naam
EEN REDE VAN EX-MINISTER
HILFERDÏNG.
0} den partijdag der afdeeling Berlijn
van de S. D. A. P. heeft Hilferding, de af
getreden Minister van Financiën, een red'
gehouden, waarin hij de kabinetscrises be
handelde en de gevaren, die de sociaal-
democratie bedreigen. Bij de crisis was d«
beslissende vraag of de groote coalitie ii
stand gehouden zal worden óf dat men ee'
dictatuur van rechts zou aanvaarden. Hil
feeding deelde mede, dat de putschplan
nen veel omvangrijker zijn geweest ei
veel vasteren vorm hadden aangenome»
dan vermoed wordt. Rijkskanselier Strese-
mann heeft zich zeer loyaal gedragen. Hil-
ferding wees er op dat de sociaal-demo
cratische partij zwakker is geworden en
dat haar invloed op de groote massa even
eens geringer is geworden. De invloed van
de sociaal-democratische pers neemt af,
Ook de vakv-ereenigingen worden verzwakt
door het woelen* der communisten. Een
groot gedeelte van degenen die in 1918
tot het voljc zijn teruggekeerd en zich bij
de sociaal-democratie hadden aangesloten
bevinden zich thans in hei nationalistische
kamp. De sociaal-democratische partij ver
keert in een moeilijken toestand. De con
tra-revolutionaire beweging wint steeds'1
veld. Het* is zelfs de vraag of over acn'c
weken nog verga-deringen zullen kunnen
gehouden worden of dat de blader no<*
zullen verschijnen.
UIT TSJECHO-SLOWAKIJE.
De mijnwerkersstaking in Tsiecho-Slo*
wijkije is na een duur van 7 weken heden
geëindigd. De loonen zijn met 9 tot 13
procent verlaagd. Als gevolg van het
einde van de staking verwacht men een
daling van de kolenprijzen met ten minste
20 procent.
De arbeid is hervat.
ALGEMEEN MANNENKIESRECHT
OP KOMST.
Baron Goto, dc minister van binnenland-
sche zaken, en Inoekai, de minister van
Posterijen, zijn bezig met het uitwerken
van een wetsontwerp-mannenkiesredhtHet
ontwerp wil het kiesrecht verleen-en aan
mannen, die den 25-jarigen leeftijd hebben
bereikt en zes maanden een vaste woon
plaats -hebben, verbindt het kiesrecht niet
aan belastingbepalingen. Het wetsontwerp,
dat nog een punt va-n discussie uitmaakt in
het kabinet en zeker zal stuiten op den
tegenstand der Seiya-K-eii in den Landdag,
heeft ook de bedoeling, monniken, pries
ters en onderwijzers, die thans niet tot lid
van een vertegenwoordigend lichaam kun
nen worden verheven, het passieve kic:
recht te verleen-en.
Het ontwerp draagt voor Japan een zeel
revolutionair karakter.
De Sovjelregeering heeft van de Ja-
pansche regeering een nota ontvangen,
welke verklaart waarom het stoomschip
„Lenin", dat eind September met levens
middelen voor Japan te Kobe aankwam,
nie't in de Japansche wateren mocht blij
ven. De nota zegt, dat de vertegenwoor
diger der Sovjetregeering het recht op-
eisebte, om zelf de goederen te distribuee-
ren en alleen de „proletariërs" wilde hel
pen. Hij begon in het openbaar communis
tische redevoeringen te houden, waarop de
havenmeester het- schip gelastte Kobe te
verlaten.
De af-deeling Hamburg van, den Alge.
meenen Duitschen Bond van Vakvereni
gingen -heeft de besturen der sociaal-demo
cratische, communistische en onafhanke
lijke partij uitigenoodigd tot een conferen
tie, om de eenheid "tusschen deze arbei
derspartijen te herstellen.
Naar de Frankf. Ztg. uit Londen ver
neemt hebben de Geallieerden geprotes
teerd tegen het vervoer van Duitsch papier
geld per vliegtuig naar het Engelsche be
zette gebied. Het vervoer ging van Berlijn
via Londen naar de zone van Keulen en
weid ontdekt doordat een vliegtuig onlangs
ii\ België moest landen.
De rijksregeering heelt nu beloofd hel
vervoer langs dezen weg te staken.
De Duitsche spoorwegtarieven voor
personen en goederen worden met ingang
van morgen weer verdubbeld.
Lloyd George heeft gistermorgen voor
een gehoor van tienduizend menschen te
Montreal gesproken. Hij kreeg een geestdrif
tige ovatie.
De spreker, wiens keel blijkbaar geheel
hersteld was. behandelde hoofdzakelijk de
rol die Canada i» den oorlog vervuld had.
In ons nummers van gisteren is reeds
gemeld, dat er twee lezingen zijn over de
paniek op de markt in Club-row te Londen.
Volgens de eene zou de herrie op touw ge
zet zijn door kwartjesvinders, volgens de
andere door kooplui. Een van de kooplieden
wiens kraampje omver is gegooid, heeft te
genover een rnan van Star volgehouden, dat
het een strooptocht gold, die georganiseerd
werd uit broodnijd. Hij begon dan ook op
hetzelfde oogenblik op drie verschillende
plaatsen. Dadelijk verrees er een getier van
„aardbeving!" „bandieten!" en ,een paard
op hol" en werd Howard (zoo heette de ge
ïnterviewde vogelkoopman) van den stoel
waarop hij stond om zijn waren aan te prij
zen gesmeten. Een man wilde er van door
gaan met een „stick" (een reeks van zeven
vogelkooien, die aan een lat hangen), maar
Howard gaf hern een opstopper en hij liet
zijn buit vallen. Toen de menigte na vijf mi
nuten terug kwam, liet zij de kanarie-
kraampjes vlak naast Howard onaangeroerd,
maar viel zij op zijn kooien aan. Later kwa
men de onruststoker» nog eens terug. Van
de duizend kanarievolgels van Howard, wa
ren er toen nog maar ongeveer 400 over.
Hij schatte zijn hcele verlies op tusschen de
200 en 300.
Van de anderen vogelkoopman bedroeg da'
schade ongeveer 800.
Volgens een draadloos bericht uit Mos
kou is in den gezondheidstoestand van Le«
Zijn vermogen smolt als sneeuw in de zon'
en z.g. „vrienden" hielpen hem trouw bij die
schandelijke verkwisting. Dan, de Voor
zienigheid zou tussjhenbeide komen
een hachelijk oogenblik besliste over geheel
zijn toekomst.
Zekeren avond zat de jongeling met zijn
vrienden aan de speeltafel. Volgens gewoon
te werd er om groote sommen geld gedob
beld, en Cantière verloor slag-opslag. Hij
was van nature zeer driftig, en de vurige
wijn steeg hem naar 't hoofd, zoodat hij
alle zelfbeheersching verloor en tot zijf
laatste goudstuk waagde.
Zeker oogenblik viel er een „louis d'or"
op het zware tapijt, waarmee de vloer was
bedekt, en kwam iti aanraking met den voet
van Cantière. Werktuigelijk bukte hij zich
om het geldstuk op te raken en op de tafei
te leggen, maar ten eenenmale verdiept ia
den gang van het spel, hield hij, zonder het
te weten den „loüis" in de hand. Zoo ver
liepen er eenige minuten zonder dat hij zijn
vondst bekend maakte, en toen hij er weer
aan dacht was het te laat. Nu zou men het
om een zachte uitdrukking te bezigen,
„zonderling" vinden, dat hij 't geldstuk zoc
lang behouden had, en van den anderen
kant zou men het verlies waarschijnlijk niet
bemerken. Waarom dan het goud-stuk terug
gegeven Dat zou hem enkel compromit-
teeren
NAAR LISUUX.
ouc'e cn merkwaardige stadje Lisuux
'is binnen enkele jaren geworden tot een be*
devaartscord van grocte 'oeteekenis.
Lertijds aan weinigen bekend, gaat er thans
een roep van uit, ver over de grenzen van
Fran Kr ij :v. Uit alle landen der wereld stroo
men de pelgrims toe, om Soeur Thcrese van
i'cp-7 Q,e J?sus> daar den 30cn September.
1.2/ in voorbeeldige heiligheid gestorven, te
komen bedanken voor verkregen gunsten en
af te smeeken.
- J?'n 'n de afgeloopen week met de
eerste Led. Bedevaart naar Lisuux opgetrok-
KC'i, om neer te knielen bij het graf van de
FiuMik Thcresia cn in de kloosterkapel
an ac Carmeliiessen waartoe zij behoorde,
I v-ip"zc vei'ëering te getuigen.
m-Vi i yas het aantal dat voor de eerste
Pater Pcte-s'n °£dsr geestelijke leiding van
On-e aan ze bedevaart.
Ziin -,J'eer landgeheqten hadden aan
v '- tern gehoor gegeven,
aantal ?wV'erl echter niet of jaarlijks zal dit
vaarten ^meerderen zullen de bcde-
'die uit Nederland niet onderdoen voor
lijke j.'"1Qere randen. Het zijn onvergete-
dankbar/w- S€-n van vrome wijding en
star'ic /iiipc ,aeJ',ng* ^oe sPreekt in dit
die ccnvo .'u,? ft en dankbaarheid jegens
leven kloosterzuster, die bij haar
teliike en r¥gen van ro2ea' van »*s-
aarde *i L gunsten, na haar dood,
S doen nederdalen.
De herin??i'?niS tree,dt ons overal tegemoet.
oüdc abdij der r/31?! Iecft VQOrt in die
jeugdjaren ?enfd:c'i, nessen, waar zij haar
Commit doorgebracht, haar le' H.
keef'^f-n en het H- Vormsel
talc kf rknrK 1 betred?-n dc monumen-
Sebeden W,, JWen' waar zi> dagelijks haar
byinec t* o-.m 3t2rtev' alvorens de Carmel
draal St eerbiedwaardige kathe-
de ecnvo in wonderscboDne St. Jacques
fereelen if 9iser' ^.alle roepen ta-
Therer,- pi'?.1'1? dat jeugdleven van Soeur
Zijn zij tL.' k'V nmt alleen. Meerdere maleh
^gkeden, van kerkelijke plech-
°nzen tijd. üeze 10n§e heilige van
Triduunf'pevieii; Cf °P luisterrijke wijze een
°e kleine The-?- C'J z"n de relikwieën van
bracht uit het stiüe ti3rheen, t^dell'k overge-
'Hogen ^r-r'rn f rekkwieën in ft klooster
derfijke zaal inerWCI}' Waar zi'" in een afzon-
°PfeesteIri r - ^roote Zorgvuldigheid zijn
ffeed vanhli1 ^SWOt portrlt in het
Links en r/ uf °,r vormt den achtergrond,
in d'e kVnH daarvan ruime vitrines, waar-
haar frpHr? 3tU n worden bewaard door
de sluier Cj ln de laatste levensjaren. Naast
kleed en witte koormantel, haar doop-
hoorrlcn ;a ,vaa voorwerpen die haar toebe-
alles te kaa*' kloosterleven. En dat
Plukt/. "den van bloemen des vclds, die zij
te vp-u m beeltenis van het kindje Jezus
beeldi-1Erei]' Leo kleine doodkist, van ge-
Hhot K"' j e'ken waarin haar stoffelijk ovcr-
ncerpeij lweecl° opgraving in 1917 werd
e^d, trekt bijzonder onze aandacht,
hof v,VCri d£n 4en October 1897 op het kerk-
rischp°°2,®n sc'loon gelegen boven dit histo-
l~923V'tstadje, bleef zij daar rusten tot 26 Maart
gebraruen Pleekd?; haar gebeente werd over-
q, "f tiaar het klooster der Carmelitessen.
kuis/V p,e verzuimen het eenvoudige
haar vadi^* if"' Waar Tbcrcse' Maria met
ren van hl* 2U3ters' verscheidene ja-
vemnderd c even heeft gewoond. Niets is er
Van Soeïtr Tk dlen tijd. Alleen de kamer
huiskanel It*™* 'S S?maakt tot kleine
Sragén 1 dR" dc K' Mis worót
uaSt men het speelgoed,
Zo?4- id- üld ezat' haar studieboeken en
JWsVuldjg bijeengebrachte voorwerpen
waardeloos op zich zelf maar waardevol door
de herinneringen die zij oproepen aan de
jeugdjaren van haar, wier naam thans geheel
dc wereld over weerklinkt. De kloosterkapel
echter blijft het middelpunt van de geeste
lijke oefeningen, gedurende de pelgrims
tochten naar Lisuux te houden.
Daar, in de nabijheid van het uit marmer
opgetrokken praalgraf, waarop de beeltenis
van Thcresia rust in het feestelijk gewaad
van haar orde, weerklinken dagelijks de lof
gezangen haan ter eere, voeren gewijde rede
naars het woord, voelen wij ons het dichtst
bij haar die dit kleine heiligdom heeft ge
maakt tot een oord van wereldbekendheid.
„Ik zal mijn hernel doorbrengen met goed
te doen op aarde", heeft zij eens gezegd. Hoj
spoedig reeds zijn haar woorden, na haar
sterven, bewaarheid.. Ontelbaar zijn de ge
nezingen op haar voorspraak verkregen, da
gelijks vermeerderen dc gunstbewijzen, die
reeds haar zaligverklaring hebben bewerkt
en haar heiligverklaring binnenkort in het
vooruitzicht stellen. Treffend zijn de verhale
ons door ooggetuigen gedaan, onwederleg-
baar de feiten door geestelijken cn leeken ge
constateerd, overtuigend de rapporten der
geneesheeren, die niet het minst het proces
te Rome, zoo spoedig tot zulk een blij einde
hebben gevoerd.
Wel bevoorrecht was in geestelijkjopzicht
de familie Martin, waarvan Soeur Therese
als een der jongste deel uit maakte. Niet zij
alleen betrad het kloosterhuis der Carmeli
tessen om een leven van gebed en zware zelf
verloochening tegemoet te gaan. Drie zusters
van haar bevinden zich nog in dit zelfde kloos
ter te Lisuux. Bij hooge uitzondering werd
aan onzen geestelijken leider Pater Peters
toegestaan een onderhoud met twee harer,
de Moeder Overste Soeur Pauline erf Soeur
Cel; lie, te mogen hebben. Uw briefschrijver
mocht ia dit hooge voorrecht deelen. Niet
licht za! ik die oogenbükken vergeten, toen
van achter de dichte tralies de stemmen weer
klonken van Theresia's naaste bloedverwan
ten. Zij waren zoo dankbaar dat ook Neder
land, de kleine Therese kwam vereeren en be
loofden ons dierbaar vaderland niet in hun
gebed te zullen vergeten. Wederkeerig vroe
gen zij cm het gebed van onze landgenooten.
En nadat Pastoor Jansen uit den Haag. me
de bij onze bedevaart aangesloten en bij het
onderhoud tegenwoordig, op haar verzoek
den zegen had gegeven, verlieten wij diep
onder clen indruk dit door weinigen betreden
plekje van het Carmeiitessenklooster te Li
suux.
Nog leeft de gedachtenis bij ons voort aan
die beide zustertjes, die Theresia zoc goed
hebben gekend,- maar niet aan haar alleen.
Wij denken eveneens aan al haar medezus
ters, die de wereld hebben verlaten, de meest
gestrenge afzondering, het zwaarst boeteleven
hebben gekozen om welgevallig te zijn aan
God. Geldt van de Heiligen dat zij voor de
meesten meer tc bewonderen dan na te vol
gen zijn, niet minder van deze kloosterlingen,
trouwe volgelingen van de stichtster harer
orde, de groote Theresia.
Onze bedevaart is ten einde, maar wij heb
ben geen afscheid genomen van Lisuux, wij
hebben het eeh blij tot weerszien toegeroepen.
Gaarne geven wij gehoor aan het verzoek van
onzen leider P. Peters, tot wien wij tevens een
woord van dank voor zijn onvermoeide zor
gen willen richten, om onze landgenooten
aan te sporen, zoo mogelijk een volgend jaar
mee op te trekken naar het genadeoord van
„Soeur Therese van het kindje Jezus".
Met groote voldoening zien .alle deelne
mers aan deze eerste bedevaart terug op de
dagen die achter hen liggen.
Lisuux, op zich zelf reeds een plekje van
bijzondere schoonheid, van uiterlijke beko
ring, is door Soeur 'Therese geworden tot
oord van genade, tot een bron van innerlijke
vreugde en heiliging.
Parijs, 3 October 1923..
EEN BRIEF VAN LORD GREY OVF.R
ENGELAND EN FRANKRIJK.
Lord Grey, de vroegere Engelsche minis
ter van buiteniandsche zaken, aan wiens af
cn toe verschijnende verklaringen altoos
groot gewicht wordt gehecht, heeft een brief
aan de Times geschreven, waarin hij bet
jongste Italiaansch-Grieksche geschil als
tekst neemt voor een uiteenzetting over de
tegenwoordige politekc stroomingen in
Europa, met name in verband met de hei
ligheid van internationale tractaten en den
status en de bevoegdheid van den Volken
bond, gelijk zij door zoodanige tractaten
zijn vastgesteld.
Hij oefent kritiek op de beslissingen in het
Italiaansch-Grieksche geschil en zegt, dat
tenzij men den Volkenbond gebruikt en
steunt, er geen kans bestaat op den toe-
komstigen vrede van Europa.
„Het eenige wat dc catastrophe kan voor
komen van een nieuwen grooten Europce-
scher, oorlog is, dat er in alle gévallen een
oprechte poging gedaan wordt, om. geschil
len tusschen naties te regelen door dc
rechtvaardige beslissing van een onpartij
dige autoriteit, alvorens tot geweld zijn toe
vlucht te nemen.
„Elk geschil, dat door een rechtvaardige
beslissing op die wijze wordt beslist, is een
versterking van de grondvesten van den
vrede, terwijl ieder geschil, dat niet op
vredelievende wijze of onrechtvaardig wordt
bijgelegd, den vrede ondermijnt, De gebeur
tenissen van den laatsten tijd, zegt bij. too-
nen, dat Europa langzaam maar zeker naar
den afgrond glijdt.
Van de groote Europeescbe mogendheden
blijven Frankrijk en Engeland alleen over
met ongerepte en met geschorste vrije
grondwetten. Kunnen hun volken onder het
verschil van meening ov5r zekere punten,
met het gemeenschappelijke belang inzien,
dat de twee landen hebben bij samengaan?
Kunnen zij niet inzien, dat de loop der ge
beurtenissen in Europa niet gunstig is voor
de idealen van beiden? Het herhaaldelijk
nadruk leggen op de noodzakelijkheid voor
samenwerking brengt die nog niet tot stand.
Welke kans is er dat zij hersteld vzordt?
De meening, die in or.s land over Frankrijk's
Roer-politiek bestaat, is dat zij het vooruit
zicht op het krijgen van schadevergoeding
vóór de geallieerden moet uitstellen, zoo
niet vernietigen en dat z\- in Ehiitschland
gevolgen zal vcrwerkken, die een belemme
ring, zoo geer. verhindering, voor den we
deropbouw van Europa zullen zijn. Frankrijk
denkt er precies tegenovergesteld over. Zoo
lang dit zoo is, kan er geen samenwerking
op zulk een verschil van mdening gebaseerd
worden.
„Zal er samenwerking zijn in andere
kwesties, dan die van het herstel in
kwesties, die niet doer het tractaat van
Versailles in een bepaalde categorie zijn ge
plaatst? De toekomstige vrijheden van Euro
pa hangen af van het regelen van geschillen
tusschen naties door wet en recht en van
het hooghouden van de heiligheid der trac
taten, waardoor de vrede beveiligd wordt.
Daf is de staatkunde, waarvoor de Volken
bond werd gesticht en waarvan hij het in
strument zou zijn. Indien zij niet de boven
hand krijgt, zal er een nieuwe wedijver ko
men in wapening en zullen de naties zich
ten gronde richten door-kostbare toebereid
selen voor een nieuwen oorlog, die hun on
dergang volledig zal maken.
„Het •gevolg zullen nieuwe oorlogen of
revoluties zijn, vermoedelijk vel beide, en
dat binnen een niet al te langen tijd. Geen
land, zelfs Frankrijk niet, zal aan de "amp
kunnen ontkomen.
Indien deze-overwegingen en alles wat er
aan vastzit overal zouden worden ingezien,
is het mogelijk dat cr redding is uit een
toestand, die gestadig door gevaarlijker
wordt."
Lord Grey besluit, dat op den dag, waar
op Engctand en Frankrijk tot overeenstem
ming zullen gekomen zijn over" essentiëele
beginselen, er geen gevaar zal bestaan, noch
voor de veiligheid van Europa, noch voor
de toekomst van het recht.
DUITSCHE MEDEWERKING IN HET
ROERGEBIED.
Gisterenmiddag om twaalf uur heeft Roc-
digcr., de Duitsche zaakgelastigde, aan mi
nister Jaspar medegedeeld, dat de Duitsche
regeering wenscht mee te werken tot de
hervatting van het economische leven in het-
Roergebied en aan dc levering van steen
kool voor de vergoeding. Om de onderdec-
len van deze schikking te regelen, stelt de
Duitsche regeering aan België en aan Frank
rijk voor, gedelegeerden aan le wijzen, die
met de afgevaardigden van Berlijn zullen
beraadslagen.
Minister Jaspar heeft aan den Duitschen
zaakgelastigde geantwoord, dat hij zich met
de Franschc regeering hierover zou ver
staan. De minister heelt erbij gezegd, dat
dc Duitsche regeering thans niet meer kon
volstaan met het afleggen van verklaringen,
maar tot daden moest overgaan. Om te be
ginnen, behoort zij onverwijld dc Duitsche
spoorwegmannen te gelasten onmiddellijk
aan d^ji arbeid te gaan en tevens moet zij
beloven de industrieelen uit de Roer de
kolen tc betalen, die dezen bereid zijn aan
België te leveren.
De Duitsche zaakgelastigde heeft aan Jas
pas toegezegd in dezen zin eer. nota aan zijn
regeering tc zenden.
Heden vergadert de Belgische minister
raad om het Roer-vraagstuk te bespreken.
WAT POINCARé BEDOELT.
Poincaré heeft in zijn Zondag te Ligny in
Barrois uitgesproken redevoering herinnerd
aar. Frankrijk's program ten opzichte van de
schadevergoeding, neergelegd in het Geel-
bock, dat een tijd geleden verschenen is,
Poincaré heeft daar Zondag nog bij gezegd,
dat hij aan dat program niets had toe te
voegen.
Het gedeelte, waarop Poincaré Zondag
doelde Co dat aan de huidige omstandighe
den bcteekenis ontleent, luidt als volgt;
,-De Franschc regeering geeft zich reken
schap e: van, dat Duitschland, ivil net ge
regelde en groote betalingen kunnen doen,
wil het zijn crediet, dat het opzettelijk ver
nietigd heeft, terugkrijgen, den tijd moet
hebben om zijn begrooting iu evenwicht te
brengen. Wanneer dat geschied is, zal hef
gemakkelijk zijn de verschillende hulpbron
nen te onderzoeken, die er ter beschikking
van de geallieerde regeeringen gesteld kun
nen worden, 't zij om een aflossing te be
talen, t zij om als onderpand voor leeningen
te dienen; tot deze zullen in de eerstf
plaats behooren spoorwegen, monopolies,
enz. Maar in afwachting daarvan moet
Duitscland, dat van zijn wezenlijken rijkdom
niets verloren heeft, aan de bondgenooten
een zeker aantal hulpbronnen verschaffen,
die onmiddellijk verwezenlijkt kunnen wor
den en waaruit dezen dan betalingen zuilen
kunnen ontvangen of onderpanden voor leu
ningen maken.
Tod deze hulpbronnen, die niet onderwor-
Dnitschland, dat van zijn wezenlijken rijkdom
ving in buitenlandsth geld, behooren de
volgende:
1. De spoorwegen van den linker Rijn
oever, die reeds door een internationaal
bestuur beheerd worden, zouden aan een
maatsfchappij overgedaan worden, waar
aan Frankrijk, Engeland, België en zeifs
de Rijnlanders zouden deelnemen. Het is
onnoodig tc wijzen op de waarde van dit
onderpand uit een oogpunt van veiligheid.
2. Daar de groote Duitsche industrie ten
koste van het overige Duitschland en dc
bondgenooten zich verrijkt heeft, is het bil
lijk, dat zij onmiddellijk een belangrijk aan
deel neemt in het herstel; sommige kolen
mijnen in dc Roer zouden door de Duitsche
regeering overgenomen en overgedaan wor
den aan een maatschappij van geallieerden,
op dezelfde voorwaarden gevormd als de
spoorwegmaatschappij; de bondgenooten
zouden aldus dc steenkool hebben, waarop
zij recht hebben en Duitschland zou op die
manier een aanmerkelijk deel van zijn schuld
in kapitaal betalen.
3. De leveranties in nalura zouden her
vat worden binnen nader vast te stellen
grenzen.
4. Het bedrag der douane-rechten zou
onmiddellijk in goud of volgens de waarde
van het goud geheven kunnen worden en
aan de bondgenooten afgedragen.
5. Ten slotte zou, overeenkomstig dc
door de Duitschers zelf aanvaarde beginse
len, een zeker gedeelte der deviezen, afkom
stig van Hen verkoop van sommige groote
uiWocrproductën, aan dc bondgenooten af
gedragen worden, waarbij de hetiing van
26 pet, in harmonie gebracht werd met de
behoeften van de Duitsche economie, opdat
niet alle producten zonder onderscheid ge
troffen worden, maar alleen die, welke in
handen zijn van groote productie-syndica
ten.
Het behoeft geen betoog, dat de geallieer
den zelf in het bezette gebied de opbrengst
van dc douanen en van dc 26 pet. zouden
innen.
Deze verschillende middelen zouden ter
stond betrekkelijk aanzienlijke-sommen op
brengen,"
Aldus het in het Geelboek ontwikkelde
program.
UIT HET BEZETTE GEBIEE.
In den mijnen van. het Roergebied zijn dc
mijnwerkers gisicrenochtend op den gewo
nen tijd aan het werk gegaan. Voor zoover
te Essen gisterenochtend hekend was, is het
nergens tot betoogingen tegen dc kennisge
ving van de werkgevers omtrent dc verlen
ging van den arbeidstijd gekomen. Wel heb
ben in zoowat alle mijnen de werklieden be
sloten, den raad van dc vakbonden op tc
volgen eri den thans geldenden werkdag te
handhaven. Of dit besluit algemeen is, kan
pas vanmiddag als de ochtendploeg weer
opstijgt,'blijken.
De werkgevers schijnen vastbesloten, de
verlenging van den werktijd door te zetten
en de mijnen weer te sluiten, als de arbei
ders daar niet aan willen. Een conflict zal
dus wel moeilijk te vermijden zijn.
Pc Franschc bezettingsoverheid is niet
voornemens zich in een strijd over den
werkdag tc mengen, ofschoon de Fransch-
Belgische ingenieurs-tommissie in dc mijnon,
welke zij onder haar beheer heeft genomen,
den tienuurschen werkdag heeft ingevoerd,
zocdat zij blijkbaar overtuigd is van de wen-
sehelijkheéd van verlenging.
Na de staking van het lijdelijk verzet, is
dc steun uit dc z.g. „Ruhrhilfc," het fonds
dat gevormd is door inzamelingen in het ge-
hecle rijk, aanmerkelijk ingekrompen. Zoo
is in de nietselindustrie voor de loopendc
week een verkorte arbeidsduur ingevoerd.
Er zal slechts 4 dagen wojden gewerkt, twee
dagen van 8 en twee van 7 uur. Dc werk
lieden zullen slechts betaling ontvangen over
de uren .die zij gewerkt hebben. Wie bo
vendien aanspraak maakt op steun krijgt de
volgende week in het geheel geen werk. Of
schoon de arbeiders niet deze regeling alles
behalve ingenomen zijn, is het nergens tot
incidenten gekomen.
Voor een deel van het kantoor-personeel
in de metaalfabrieken zal eerlang ook een
verkorte arbeidstijd worden ingevoerd.
Naar de Petit Parisien uit Berlijn ver
neemt heeft dc bond van mijneigenaars in
het Roergebied den Rijksdag machtiging ver
zocht om rechtstreeks met de bezettings
overheid te onderhandelen, en voorts af
schaffing van den achtuurschen werkdag en
van de kolenbelasling gevraagd.
JURGENS'
door Baronesse De Liman.
7
-7 Dat verwondert mij niet, en ik kan 't
u -net kwalijk nemen. Toen ik u leerde ken
nen waart gij nog in functie als griffier bit
iAdemoTk--te JU'sanf?" m dlc Hoedanig?
-.amoest gij lederen dag omgaan met 7ul'k
trrl< °°P-menschen' dat 8') onmogelijk ieders
meV '-n ,uw 8eksugen kondt prenten. Dan
irnriH u- is anders gelegen. Ik meende cn-
homvf '1 11 te herkennen, en toen ik u
verp.v, sPreTken' Wlst ik zeker, dat ik mij niet
ik ter 1 e nu I lnm achf jaren geleden, dat
Pelii? cor e .van een proces tegen de familie
toén.? "!et 11 ln aanraking kwam. Ik woonde
Van tc Berny °P het landgoed, dat ik
niet? ,ae ouders gessrfd had. Kent gij het
Was verplicht op die vraag ont-
zich a?tw°orden. Zelfs herinnerde hij
hoord tc 'hébbenen p!aatsnaam -Berny" ge-
ment kennen rn - dorpen van uw departe-
Ik heet Legrand, mijn ouders waren
rijk, doch na hun dood verkwistte ik in kor
ten tijd alles, wat ze mij nalieten. Zoo is nu
eenmaal het jonge volkje.... Ik verkeerde
in den waan, dat piijn geld niet op kon
maar zekeren dag verdween die begooche
ling als rook in den wind. Ik bezat geen stui
ver meer, was een bedelaar.Wattoen
gedaan? Ik vertrok naar Amerika, waar ik
nu reeds zes jaar rondzwerf. Het viel mij niet
gemakkelijk, mijn brood te verdienen, en
nauwelijks verspreidde zich het gerucht dat
in Californië goudmijnen waren ontdekt
of ik snelde er heen.... Maar gij waarde
heer Dujardin, gij die een vaste cn deftige
positie bckleeddet, hoe kondet gij u door de
..goudkoorts het hoofd op hol laten bren
gen?
t Helaas nooit zou ik Besan?on verlaten
hebben, ware het niet, datMaar 't is
een lange geschiedenis, zal het u niet ver
velen
Integendeel, ifc zal met belangstelling
luisteren, maar wil niet aandringen, als gij
uever het verleden laat rusten.
.Neen, ik heb geen reden om tc zwijgen
wat ik gedaan heb mag iedereen weten. Ik
kreeg mijn ontslag omdat ikeen onge
lukkige uit den nood hielp, iets, waartoe ik
naar het scheen, geen recht hadEen
ontsnapten gevangene verschafte ik de mid
delen om te vluchten, instede van hem, zoo
als 't mijn plicht was, aan te houden en
weer aan de justitie over te leveren.
Dujardinv vertelde nu de ons bekende ge
schiedenis en voegde er ten slotte bij
Tengevolge van die „zwakheid" ver
loor ik mijn ambten daar de revolutie mij
heelemaal ten gronde richtte, bleef mij niets
over dan in Californië mijn geluk te be
proeven.
Arme man 1 zeide Legrand mét diep
medelijden. Zwaar moet gij boeten voor een
weldaad.... misschien aan een onwaardige
verspild.
Aan een onwaardige verspild O neen
Vast ben ik overtuigd, dat die man niet in
den grond bedorven was. Hij maakte op
mij veeleer den indruk van een ongelukkige
dan van een booswicht. Zeker heeft hij van
de vrijheid, door mijne hulp verkregen, een
goed gebruik gemaakt. Laat mij, ik smeek
het u die zc-ete overtuiging.
Gij zijt een edel mensch 1 De Hemel zal
u. gerechtigheid doen wedervaren en u het
geluk schenken, dat gij verdient. Tracht
nu van uw kant, bet doe! uwer reis zoo snel
mogelijk te bereiken, en gaarne zal ik u
daartoe behulpzaam zijn. Laten wij met ver-
eenigde krachten arbeiden, ons zoo nauw
mogelijk^bij elkaar aansluiten. Wilt ge?.
Dujardin, wiens wantrouwen nu geheel
verdwenen was, nam dankbaar dat voorstel
aan. Hij begreep, dat ^samenwerking met
dien sterken, onverschrokken man, die het
leven in de mijnen reeds zoo goed kende,
hem onberekenbaar voordeel kon opleveren.
Door een wannen handdruk bezegelden
Zij hun bond, en Legrand wilde niet slechts
dat Dujardin met hem de hut zou bewonen
maar stond hem ook de helft af van zijn
„claim"
Gij blijft, nu bij mij, verklaarde hij, en
morgen gaan wij samen naar de rivier, waar
ik tegenwoordig aan het werk ben. Mijn
„claim" is wel is waar niet zoo rijk als vele
andere., doch met vereende krachten is êr
toch loondende bezigheid te vinden. Trou
wens, wij zijn niet verplicht, hier te blijven
't schijnt dat er stroomafwaarts méér goud
gevonden wordt. Als wij cr lust in hebben,
gaan we ook daar een kijkje nemen.
XI.
Zeer waarschijnlijk heeft de lezer in Du-
jardin's nieuwen vriend den ontvluchten ge
vangene herkend, van wien hij in het eerste
hoofdstuk van ons verhaal gerept heeft, 't Zal
misschien verwondering baren, dat de voor
malige beambte niet op diezelfde gedachte
kwam. Maar als men bedenkt, dat de arme
griffier, bij dat onverwacht bezoek zoo hevig
ontsteld zeer weinig had gelet op de physi-
onomie des vluchteüngs dat deze toen geen
baard droeg en heel anders gekleed was.
Zal men het begrijpelijk vinden, dat Dujardin
Zijn beschermeling niet herkende. Houdt
men er bovendien rekening mede, dat de
kamer, waar de familie zich ophield, schaars
was verlicht door een lamp met groene
„kap" en dat de geheele scene iu eenige mi
nuten werd afgespeeld, dan zal Legrand's
overtuiging dat zijn redder hem niet mak
kelijk zou herkennen, niemand verwonderen.
De ontvluchte gevangene, die eigenlijk
Cantière heette, had echter den naam Le
grand aangenomen. Hij was de zoon van
zeer welgestelde ouders, had goede scholen
bezocht en was dermate ontwikkeld, dat
iedereen hem 'n schitterende toekomst voor
spelde. Ongelukkigerwijze verloor hij reeds
op zestienjarigen leeftijd zijn ouders, wier
bijstand hem in die periode van ontwikkeling
zoo dringend van noode was. De voogd,
door den familieraad gekozen, verwaarloos
de zijn plicht en liet den jongeling alles doen,
wat hij wilde.
Het eerste gevolg van die noodlottige vrij-
heidop enbaarde zich in het verwaarloozen van
zijn studiën. Hij bezocht nog maar zelden
een college en gewende zich méér - en meer
aan lediggang, welke te verdefelijker op hem
werkte, omdat hij een hartstochtelijk speler
was. Eenmaal meerderjarig, haastte hij zich
het landgoed, hem door zijn ouders nage
laten, te gelde te maken, want hij gevoelde
niet den minsten lust tot beheer van een uit
gestrekte landbouwexploitatie.
Louis Cantière leefde gaarne op grooten
voet, maar zijn kapitaal bracht weinig rente
op, en zijn inkomsten veroorloofden hem
geen buitensporige weelde. Natuurlijk ble
ven de gevolgen van die levenswijze niet uit.