I BINNENLAND. BUITENLAND Tweede Blad 6 November 1923 Uit de Pers. Rond de Kabinetscrisis. De Kabinetscrisis m,m m mm Het roode testament. m-M De wereldvermaarde Sixtijnsche Kapel, ook in ons land wel bekend De a.s. herstelconferentie; een Kabinetsraad in Londen. Tusschen de Fransche controle-commissie en de mijnbouw-directies in het Roergebied zou een voorloopige overeenkomst gesloten zijn. De separatisten zijn bezig zich uit de Belgische zone terug te trekken. Splitsing in de Noor- sche communistische partij. Politieke moordaanslag te Sofia. Onder de Telegrammen: De herstelconferentie; een nota van Poincaré. Het zoogenaamde Bejersche ultimatum wordt tegengesproken; in Berlijn acht men geen reden tot ongerustheid aanwezig. De protest nota der Bulgaarsche regeering van de Zuid-Slavische. FEUILLETON. -j Als in 1913? Prol. H. T. Colenbrander schrijft in „De Gids", dat dc oplossing der crisis niet ge makkelijk zal vallen, wanneer men ze in de Kamer en hare verdceling in vóór- en tegenstemmers op 26 October 1923 alleen zoekt. Maar 1913 'beeft geleerd, dat het ook anders kan. Een anti-vlootwet-minis- terie te vormen ware z. i. ,,'een even groote dwaasheid als het Kabinet-Ruys er een beging roet vlootwet-ministerie te worden. Het moet nu zijn het ministerie van fi nancieel hersel en niet anders. „Er zullen, als dg begrooting eerlang sluitend zal worden gemaakt, heel wat 'heilige huisjes van de sociaal-democratie moeten vallen. Van de sociaal-democratie, doch van haar niet alleen. Ook van de bewapeningsfinantici, van onderwijsfantas- ten, van subsidieplukkers zonder tal, en. misschien noodigst van al, de bureau helden, wier onaandoenlijkheid klachten als die van de Rekenkamer en van de commis sie-Rink bij voortduring mogelijk heeft doen blijven, moeten onder hun zitvlak de stoelen voelen gaan beven. Weg met de neuzenbellerij, die zou willen decreteeren of in verband met de stemming van 26 Oc tober en met de debatten daarvóór een kabinet-Troelstra dan wel Troelstra-Mar- ohant, dan wel Dresselhuys-v. Schalk, dan wel de combinatie dezer vier is „aange wezen". Zoo komt men tot iets kunstmatigs en gebrekkigs, dat geen jaar leven kan hebben. Men zoeke niet de Kamer, maar het laad af, als in 1913. De heer De Geer? De positie van iemand, dien zijne partij heeft uitgestooten, zonder dat hij vrijheid vond tot een andere over te gaan, is altijd hachelijk. Hij zal minder vrij staan dan een outsider. Gaat hij tegen zijn vroegere partij in, het zal heeten, dat hij niet voldoende losgescheurd is uit zijn vroeger verband. Om deze be zwaren te boven te komen, zouden noodig zijn groote lenigheid en groote durf, zich vereenigend" in de groote gouvernementale kracht. Aan de louterheid zijner overtui ging twijfelt na Juli niemand, zijn inzicht is bevestigend, maar is dit thans genoeg? Een man van doorzettende kracht bleek sinds zijn optreden in 1921 ook hij niet, en aan zulk een man is behoefte. Tevens moet het iemand zijn, die zioh te hoeden weet voor de fout'van Colijn, en geen onvercenig. bare opdrachten tegelijk aanvaardt. Strenge beperking is de keus, en vasten wil in de bevordering van bet doel; vertrouwen ook, dat een dergelijk gedrag bet vertrou wen, niet van deze of gene politieke onder neming, maar van de Kamer boven club verdeeldheid zal weten te winnen. Het is gemakkelijk en eigenlijk wat goed koop, de eischen zoo op te sommen. antwoordelijker taak is het, den man t'e kiezen die geacht mag worden er het best aan te voldoen. Moge de vinger, die de aanwijzing van een extra-parlementair premier verricht, even gelukig als in 1913 bestierd blijken." „Het Volk" over katholieke eenheid en coalitie. Het orgaan der S ,D. A .P. teekent het >1 gen de aan bij een opmerking in het „Huisgezin". „In dien „Het Huisgezin" onderstelt, dat wij op een splitsing van de katholieke partij •n twee partijen of op een splitsing der ka tholieke Kamerfractie in feitelijk twee fracties speculeeren, vergist het blad zich. Wij zijn'daartoe te zeer realisten. Wij weten zeer goed, welke krachten naar de organi satorische eenheid der katholieke partijen werken en zien den tijd volstrekt niet zeer nabij, waarin die eenheid ontbonden zou worden. Een dergelijke toekomst-fantasie zonder feitelijken grondslag laten wij dan ook in al onze beschouwingen over de ka binetscrisis en haar meest gewenschte op lossing geheel buiten beschouwing. Met de coalitie is het wat anders. Die is dood, was het zelfs al een tijd geleden, zoo als Colijn o. a. bij de Gedeputeerden-ver kiezingen dezen zomer geconstateerd heeft. De coalitie is uitgeleefd. Zij kan misschien nog weer eens opgelapt worden en een tijdelijk schijnbestaan voeren, maar wat bij de Vlootwet gebeurde, zal zich op ander gebied telkens weer herhalen. Als regeer- krachtig instrument heeft de coalitie afge daan. Het ware gewenscht, dat de katholieke pers deze realiteit even duidelijk voor oogen hield als wij onzerzijds de realiteit der voorloopig nog gehandhaafde organisa torische katholieke eenheid. ONZE DEUR OP SLOT. Uit de notities van de „Haagsche Post": En een van dc meeste ergerlijke kanten der bestrijding van de Vlootwet is nu geweest, hoe men de militair-politieke noodzaak van een weerbaar Indië trachtte te verdoezelen, door quasie pacifistische lyriek. De katholie ke mevrouw Bronsveld-Vitringa heeft koren gebracht op den molen van hen, die het op treden van vrouwen in de volksvertegen woordiging vooralsnog eerder gevaarlijk ach ten dan nuttig, wegens haar emotioneel tem perament. •:E#? wet, die ingaat tegen het ideaal van heel de wereld!" schold zij de Vlootwet, en haar politieke tegenstanders van liberalen huize haastten zich, die gulden woorden af te drukken boven hun eigen, eogal magere argumenteering. Natuurlijk gaat elke militaire maatregel vlak tégen 's werelds idealen in, maar dat is het geval met driekwart van alle wetten. Het zou ook veel beter zijn, als wij geen diefstal, geen moordzucht, geen dronkenschap behoefden te bestrijden, indien we al verkeerden in Camphuyzen's wonderbare wereld, waar „al le menschen wél willen". Daar ontbreekt in- tusschen nog wat aan. En wat de internatio nale verhoudingen betreft, lijkt deze onvol maakte wereld eiken nieuwen dag wat meer op een anarchistischen heilstaat, waar de sterkste boef het meest te zeggen heeft en het meesf kan weghalen. In die omstandighe den doen we onze deur op slot, als we ver standig zijn. En eeren den Volkenbond, maar vertrouwen pas op zijn hulp als hij liiet lar ger gesaboteerd en krachteloos gemaakt wordt door zijn valsche vrienden, die hem hielpen oprichten, om hem te misbruiken voor eigen zelfzuchtig doel. Het blad ziet den toestand somber in: „Mr. Troelstra schijnt hetgeen in 1918 niet door dreigen met het Roode Spook gelukte, thans langs lijnen van geleidelijkheid te wil len verkrijgen. MisschienDe liberalen, op wie een politiek fatum schijnt te rusten, hebben het bestaande wel afgebroken, maar geven er niets voor in de plaats. Wat men van socialistische zijde te verwachten heeft, blijkt uit enkele uitlatingen van mr. Troel stra op de meeting van Maandagavond: „Wij vechten ook tegen een defensie-systeem te landDe Vlootwet is van de baan, maar een groot deel van het volk had niet mmder tegenzin in de ongewoon eenzijdige bezuini ging, die er achter stond. Ziedaar een voorproefje. Indien het roer van Staat wordt omgeworpen, op weerloos heid, communisme en een waardeloozen gul den wordt aangestuurd, zal ons volk met zijn geheel bedorven parlementaire stelsel eigen lijk niets beters verdiend hebben. Maar een nieuwe richting in te slaan, schijnt zelfs on mogelijk: wie kan regeeren zonder meerder heid? Men zou zeggen, dat de Kamer er naar getracht heeft, den chaos, die buiten onze grenzen heqrscht, over te brengen naar bin- NATIONALE POLITIEK. Mr. L. J. C. van Gorkom schrijft in het „Huisgezin" een artikel: „Nationale Poli tiek", waaraan het volgende is ontleend: „Het is aan allen duidelijk, dat onze Ka tholieke partij in zichzelve zal hebben te keeren. Wij zullen ons hebben af te vragen, waar om dan toch, ja, waarom dan toch anti-revo- lutionnairen en christelijk-historischen over de vraagstukken der landsverdediging zoo geheel anders denken dan een sterke groep onder de onzen. Die vraag zal onder ons openlijk en eerlijk moeten worden behan deld. In het vraagstuk van den persoonlijken dienstplicht hebben wij in dit opzicht een bedenkelijk antecedent. Is het dan, omdat wij, Katholieken, ten slotte een betere opvatting van het Christen dom in dit opzicht zouden hebben dan anti- revolutionnairen en christelijk-historischen? Of zoude het kunnen zijn, omdat deze beide bondgenooten tot heden dan ten slotte met al de vezelen van hun hart nog dieper aan de instinctieve idee van het Nederlandsche va derland en van de Nederlandsche geschie denis zouden verknocht zijn dan wij? Tusschen dit alternatief ligt, dunkt ons, ten slotte het antwoord. Maar wij gelooven aan de noodzakelijke evolutie van onze katholieke partij van het goed begrip der godsdienstige, inwendig po litieke maatschappelijke en cultureel-paeda- gogische vraagstukken, dat zij getoond heeft, tot het goed begrip der nationale en interna tionale vraagstukken, dat zij nog toonen zal. Er bestaat geen houdbaar alternatief: mili tairisme of anti-militairisme. Een dergelijk alternatief geeft slechts aanleiding tot jam merlijke begripsverwarring en tot grehzeloo- ze oppervlakkigheid in bewering en oordeel. Er bestaat in dit opzicht slechts één alter natief: wat is goede of wat is slechte staat kunde? Welke machtsmiddelen heeft de rechtsorde noodig, om zich te handhaven? In de evolutie onzer Katholieke partij tot de nationale en internationale politiek is thans een omvangrijke crisis uitgebroken, maar ook deze crisis zal zij te boven komen, omddt de bron harer levenskrachten zoo rijk is. Moge God intusschen ons vaderland spa ren voor de allerzwaarste beproeving, ter- wille van de goede eigenschappen én van den oprechten vredeswil van ons volk. Maar wij zijn er van overtuigd, dat krach tig vóór hun meening zullen moeten uitko men degenen, die ten opzichte onzer na tionale heteekenis onzer nationale onafhan kelijkheid en onzer nationale toekomst zéér „ouderwetsche" meeningen huldigen. Wij zijn er van overtuigd, dat hunne denkbeelden, eerlijk en na degelijke overweging en schif ting geuit, spoediger tot in alle geledingen en gelederen van ons katholieke volk zullen kunnen worden verstaan en begrepen, naar mate zij zuiverder en vrijer zullen worden verkondigd. Reeds trachten, blijkens de eerste pers stemmen, de „intellectueele" liberalen de ge legenheid voor zich vrij te maken, in de toe komt de eer van ons Indië daadwerkelijk te hebben weerbaar gesteld, naar zich toe te kunnen halen. Weldra zullen zij ons gaan verwijten, dat wij daartoe niet in staat zijn geweest." WAT TE BETREUREN VALT, De „Gelderlander" schrijft o.m.: „Wij betreuren het, dat een deel onzer geestverwanten deze regeering, die waarach tig geen militairistische neigingen had ver toond, niet gesteund heeft bij haar pogen om haar verantwoordelijkheid ten opzichte van 's lands verdedigbaarheid te dekken en wij verwerpen de mogelijkheid, dat ze an ders kon gehandeld hebben. Wat zij heef! •eer - mogelijke. Wat zij heeft verdedigd, kon, gezien de in ternationale omstandigheden, niet worden uitgesteld. Waar zij haar bestaan aan gekoppeld heeft, was het leven van een ministerie waard en kon eenerzijds niet anders worden verkre gen, anderzijds niet worden nagelaten zon der schuld. Ieder verantwoordelijk man legt zijn taak neer, als hem de middelen worden gewei gerd, welke hij, na diepe overtuiging, ter dekking zijner verantwoordelijkheid noodig acht. Doch van den anderen kant verstaan wij de meening, dat er een andere Vlootwet mogelijk geweest zou zijn dan deze. Dat het oogenblik van uitvoering der bouwplannen voor een nieuwe vloot in ver band met de bezuinigingsplannen ongunstig was gekozen. Dat de veiligheid dee lands verzekerd kon worden zonder dat er eenzelfde schade werd aangericht aan de innerlijke kracht der partij. In elk geval staat vast, dat er, hoe zwaar wij de tweespalt ook laten wegen, er in onze partij geen principieel meeningsverschil be staat. Geen verschil omtrent de beginselen, die grondslag vormen van dc partij. Geen principieel zelfs omtrent het punt, waaruit de crisis is ontstaan, geen verschil omtrent het beginsel der defensie. Er is niet één groep, die meent dat Neder land niet en een andere, welke meent, dat het wél verdedigd moet worden. Beide groepen erkennen de noodzakelijk heid der defensie. Alleen is er omtrent den vorm der defen sie een conflict uitgebroken." Naar de „Tel." verneemt, doet in Den Haag het hardnekkige gerucht de ronde, dat in parlementaire kringen ernstig rekening wordt gehouden met de mogelijkheid, dat de vorming van het kabinet zal worden op gedragen aan den voorzitter der Tweede Kamer, mr. D. A. P. N. Kooien. Deze zou voor zich dan de portefeuille van Financiën reserveeren. Hetgeen aan de juistheid van dit gerucht sterk doet twijfelen, is de omstandigheid, dat Mr. Koblen, tegen de Vlootwet gestemd heeft. (Red.). Hervatting der Kamerzittingen? Naar de „Tel." verneemt, wordt er in par lementaire kringen, vooral ter rechterzijde, rekening mede gehouden, dat spoedig de openbare zittingen der Tweede Kamer zullen worden hervat. Men verwacht een rechts kabinet. De heer Colijn schijnt zich cr over te hebben uitgela ten, dat het door hem ingenomen standpunt van afzijdigheid in dien zin, dat hij zich, evenals de andere ministers, individueel ver bonden had aan het vlootplan niet persé behoeft te worden gedeeld door zijn fractie of partij. R.-K. KAMERCLUB. Naar „Dc Tijd" meldt, zal heden, Dins dagmiddag, een vergadering worden gehou den van de R. K. Kamerclub in verband met de ministerieele crisis. EEN PROGRAM VAN S. D. A. P. EN HET N. V. V. In verband met dc Vlootwet-verwerping hebben de S. D. A. P. en het N. V. V. een manifest gericht tot „het Nederlandsche volk." Daarin wordt naar „Het Volk" meldt, o.m. het volgende gezegd: Ook de moderne arbeidersbeweging weet, dat naar een sluitende begrooting moet worden gestreefd. Geen staat kan blijvend meer uitgeven dan hij ontvangt. Het is echter de vraag, waarop en in welk tempo de bezuiniging tot stand moet komen. Aan een bezuiniging op de uitgaven voor cultureele en sociale doeleinden mag niet worden gedacht, zoolang niet alle andere middelen zijn uitgeput. Wij meenen, dat onverwijld een bezuini ging van tientallen millioenen op leger en vloot mogelijk is; dat opheffing van de geldverspillende ver snippering op het gebied van het onderwi; millioenen kan besparen zonder de cultureel, waarde aan te tasten, zonder het zevende leerjaar op te heffen en zonder nieuwer onderwijsstrijd te ontketenen; dat een stelselmatige reorganisatie van dc departementen, diensten en bedrijven van den Staat eveneens vele millioenen kan be sparen. Een regeering met een bezuinigingspro gram als boven omschreven, zou, mits zij daarnaast een krachtig program van demo- cratischen vooruitgang van sociale politiek tot het hare maakte, op den steun en de medewerking der moderne arbeidersbewe- ging kunnen rekenen. Het manifest geeft dan verder een uitvoe rig democratisch program, wat, naar gezegd wordt, in de komende jaren verwezenlijkt zou kunnen worden, „wanneer de burgerlijke democraten, en*in de eerste plaats de katho- lieke arbeidersbeweging met ons willen medewerken." De gelden voor productieve werken en voor de maatregelen in het belang der volks huisvesting kunnen uiteraard niet uit de ge wone ontvangsten worden gedekt, doch moe ten uit leeningsgeld worden verkregen, zegt het manifest. Tot besluit wordt o.a. verklaard, dat het onmogelijk zal blijken, dat eenig bezuini gingsprogram kan worden doorgevoerd, al vorens de kiezers zich over het thans te vol gen regeeringsbelcid hebben uitgesproken, hetgeen Kamerontbinding onvermijdelijk zou maken. DE TWEEDE. Na Dr. Emile Verviers, heeft Dr. van der Mijle, te Heeze (N.-B.), voorzitter van den Nationalen bond voor bezuiniging, een open brief tot de Koningin gericht in verband met de kabinetscrisis. Hij betoogt dat een zoo genaamd parlementair kabinet geen uitkomst zal geven en dat noodig is „een kabinet, ge vormd uit bekwame, energieke en doortas tende mannen, dat steun wil zoeken in het gezond verstand en het verantwoordelijk heidsgevoel van de individueele leden der volksvertegenwoordiging, doch dat ander zijds niet aarzelen zal om het parlement te dwingen weer terug te gaan in de oude banen van adviseerend lichaam, zoo onver hoopt de volksvertegenwoordiging bezwa ren in den weg zou willen leggen aan een dergelijk extra-parlementair kabinet." i»v stap wordt alheen toegeschreven aan de beperkingen die Poincaré stelt. De bladen te Londen kunnen moeilijk begrijpen waar om al deze 'gedachtenwisselingen over de voorwaarden, die de commissie in acht heeft te nemen noodig zijn. daar Poincaré zelf heeft toegegeven dat de souvereimteit van de commissie van herstel onder wier auspiciën de commissie zal bijeenkomen en wier intructies gebaseerd zijn op de op vatting van de commissie van 'herstel in zake het verdrag van Versailles, niet mag worden aangetast. Men doet uitkomen, dat of de beperkin gen die Poincaré wil opleggen geen zin hebben of hij inderdaad bezig is met het verminderen van de rechten v,an de missie, die hij gewoonlijk zoo zorgvuldig tracht hoog te houden. Groote waardeering wordt te Londen be toond voor de bevorderende en behulpza me houding door België aan den dag ge- legd. Ue Daily Telegraph wenscht Theunis en Jaspar geluk dat zij terstond een gedrags lijn hebben aanvaard die onafhankelijk en verzoeningsgezind is voor hiet algemeen welzijn zonder in het minst daarbij de al- jemeene harmonie tusschen Frankrijk en elgië te willen verstoren. Zij zijn zich be au van de groote hoop voor het econo- -che herstel van Europa, die Schuilt in samenwerking van Amerika met de des- .igen der bondgenooten. Dientengevolge ,,u zoowel België en Italië als Engeland an oordeel dat zulk een medewerking aoote opofferingen waard zou zijn en een terzijdestelling van bezwaren die voor het meerendieel technisch en, formeel zijn, zou rechtvaardigen. Dc Amerikaansche bankiers schijnen inmiddels al hun plannen klaar te hebben. Naar van gezaghebbende zijde uit New- York wordt medegedeeld, verwachten de Amierikaansche bankiers dat zij zullen ge roepen worden om een Duitsche leening ie plaatsen bij het einde van de voorgestelde conferentie van deskundigen. Zij leggen er echter den nadruk op, dat zij voldoende waarborgen zouden eischen, in den vorm van een pandrechtprioriteit op de Duitsche activa, met de zekerheid dat zulk een leening plaats heeft op eenstem mig verzoek van en ten behoeve van alle geallieerden, De bankiers te New York verwachten niet, dat Frankrijk zulke voorwaarden zal goedkeuren. Uit het bezette gebied komen nieuwe berichten van heteekenis, Tusschen de Fransche controle-commissie en dc mijnbouw-direoties in het Roerge bied is volgens de Deutsche Bergwerks Ztg. een voorloopige overeenkomst getroffen, die tot 15 April 1924 zal gelden. Volgens deze overeenkomst zal de controle-commis sie de achterstallige bedragen, die de mij nen aan kolen-belasting te betalen hebben, meer dan 15 millioen dollar zijn; in minde ring komt echter de waarde der steenkool, die de Franschen op afbetaling der be lasting in beslag hebben genomen. In het vervolg zal van den verkoop van steenkool 10 frank per ion worden gehe ven. Het belastingvrije eigen gebruik der mijnen is op 12 pCt. van de productie be paald. Voorts zullen de mijnen naar rato van hun productie kosteloos schadevergoe dingskolen moeten leveren naar het pro gram van de commissie van 'herstel. Tot 18 Januari is de te leveren hoeveelheid op 18 pet. van de productie vastgesteld. Van de teerproductie moet 10 pet. worden ge leverd. De controle-commissie zal de prij zen vaststellen van de aan de spoorweg regie te leveren kolen, mkt dien verstande, dat de prijzen der Saar-kolen als richtsnoer zullen dienen. I bijzender ten opzichte van het voorbehoud, dat Poincaré gemaakt heeft voor de be voegdheid der commissie. Engeland, België en Italië zijn het eens over de radactie van de ontworpen uitnoo- diging, die, naar bekend is, met de wenschen der Vereenigde Staten overeenkomt en het talmen met het nemen van den volgenden DE A.S. CONFERENTIE, Uit Londen wordt gemeld, dat het En gel- sche kabinet en de Rijksconferentie in het begin van deze week zullen beraadslagen over de kwestie die betrekking heeft op het voorstel tot liet instellen van een onderzoek naar Duischland's betaalvemogen in het De mijnen verplichten zich aan de bezet tingstroepen tegen requisitiebons kolen te leveren. De leveringen voor de schadevergoeding, aan de spoorwegregic en de bezetting zul len den voorrang hebben boven alle andere leveringen. Gisterenochtend hebben tal van groote ondernemingen een deel van hun personeel opgezegd, daar dc onderhandelingen met de Fransche commissie lot dusn - vruchte loos zijn gebleven cn er voorshVnds ook weinig kans is op een overeenkomst. Deze mislukking der besprekingen stelt vele be drijven buiten staat zich grondstoffen aan te schaffen en geld voor de uitbetaling van bonen te vinden. In dc ondernemingen van Thyssen te Mulheim is aangeplakt dat met ingang van 10 November (Zaterdag a.s.) het geheelc personeel, tezamen een 30,000 man, gedaan krijgt, In het district Dusseldorf hebben ook vele ondernemingen hun personeel opge. zegd. De ministers Theunis en Jaspars hebben gisteren Delacrox, den Belgischen gedele geerde in de Commissie van Herstel en Hanequart, het hoofd van de Belgische de legatie in het Roergebied, ontvangen. Uit de besprekingen bleek, dat de industrieele missie in de Roer zich in het bijzonder heeft beziggehouden met het in orde bren gen van overeenkomsten met Stinnes. Er is in het bijzonder van gedachten gewisseld over de kwestie van de kwaliteit der ver- goedings-steenkool, over dc wijze, waarop er in de Roer controle geoefend kan wor den op de productie en verdeeling der kolen. Franschen en Belgen zoowel als de Duitschers verwachten dat Woensdag of op zijn laatst Donderdag de verschillend^ con tracten geteekend zullen worden. De separatistische beweging in het Rijnland schijnt vast te loopen. De voorloopige sepa- ratistische regccring te Koblenz heeft aan den hoogen Belgischen commissaris een brief gezonden, waarin zij protesteert tegen de gedwongen ontruiming van Aken. Zij deelt voorts mede, dat Aken was omsingeld door 400 man separatistische troepen,' waar van de helft de stad was hjnnengedrongen, toen het Belgische bevel tot ontruiming kwam. Dan nam hij een papier er uit, vouwde liet open en gaf het aan 'het meisje, terwijl hij zeide: „Juffrouw, hier is de rekening van mijn bezoeken tot nu toe. Wilt u ze eens nazien. Ik ben niet gewoon mijn reke ningen te laten oploopen. Iedereen bevindt zich er wel bij. Ik heb een zeer matigen prijs voor mijn bezoeken bepaald. Dat zult ge wel zien." Martha's keel was droog geworden". Met bevende hand nam zij de rekening aan en wilde spreken, doch het was haar onmogelijk een enkel woord uit te brengen. Haar Uppen bewogen zich, doch geen klank liet zich booren. „Er is geen haast bij," ging de genees- 3eer voort. „Gij kunt ze straks wel inzien of alles juist is. Tot morgen dan.... I'k zal probeeren vroeger te komen dan nu." De geneesheer groette het meisje en ver wijderde zich. Terwijl hij de trap afging, lacht hij: „Lureau moet toch gelijk hebben. De arme vrouwen schijnen door haar geld heen te zijn. Ze zijn te beklagen, maar ik kan toch niet voor niets werken, vooral niet voor vreemdelingen. De baas van de Martin-Pêcheur loerde het vertrek van den geneesheer af. „Zoo, dokter, gaat het daarboven wat beter?" vroeg hij den geneesheer, dien hij, toen deze de deur wilde uitgaan, terughield. „Ja, er is merkbare beterschap en ik ge loof, dat genezing mogelijk, en zelfs waar schijnlijk is." „Dat is goed nieuws! Ik stel belang in die twee vrouwenHebt ge mijn raad van gisteren opgevolgd?" „Ja.... ja.... ik heb mijn rekening ge geven en ik meen gezien te hebben, dat uw voorspelling juist was." „Ze zijn dus ten einde raad, nietwaar?" „Men zou het welhaast zeggen." „Een mensch mag of kan niet werken voor niets.... leder 't zijne, dat zeg ik.... Alles is nu duur.... De bakker en de sla ger willen nu ook wel met iets anders be taald worden, dan met mooie woorden.... Dring morgen op betaling aan en laat de rekening vooral niet oploopen." „Wees gerustl.... Dank u!" De geneesheer drukte den herbergier de hand eél vertrok in de richting van de brug van Joigny. Na het vertrek van dokter Gerbaut was Martha blijven staan, als vastgenageld aan den grond met starende oogen, beklemde borst en duizelend hoofd. Eindelijk ontwaakte zij uit hare verdoo- hem bidden en smeeken. Als een geneesheer ving en eenige woorden ontsnapten aan een edel man is, mag hij zijn zieken niet haar mond. I verlaten om zulk een ellendige kwestie van „Ik vreesde het,' stamelde zij. „Zijn reke- loonMaar als hij eens meedoogenloos ning.... cn morgen zal hij geld vragenj is?als hij eens weigert? Als hij niet morgen, mijn Godmorgenterug komt?Wat moet ik dan doen?..,. Zij vouwde het noodlottig papier open en Maar kom.... geen'moed verliezen!.... Ik haar blik zocht naar de totale som, die zij heb mijn juweelen en die van mijn moeder aan den geneesheer verschuldigd was. al in den „Berg van Barmhartigheid" gezet, Dit bedrag deed haar een huivering door ....maar ik heb de pandbriefjes nog.... die kan ik verkoopen.Als ik Jnze kof- het lichaam gaan. Twee en twintig bezoeken, elk van drie francs! En toch had de dokter niet gelogen, toen hij zeide, dat de prijs, die hii voor elk be- zoek had gerekend, zeer matig was. Hij had wel vijf franc* per visite kunnen rekenen, Martha viel op een stoel neer en verborg haar hoofd in haar handen. „Zes en zestig francsA.." stamelde zij droevig. „Wat moet ik doen? Als ik niet betaal, komt hij niet meer terug.dan zal j hij mijn arme moeder verlaten, die zijn hulp j niet kan missen.... Wat hebben wij toch gedaan, dat we zoo ongelukkig zijn." Het meisje verdiepte' zich eenige oogen- blikken in haar droevige gedachten en ging voort; fers hier had, zou ik op kleeren en linnen wel geld kunnen krijgen, maar ze zijn van Génève naar Parijs gestuurd!.,.. We heb ben hier niets!.... En die bankier ant woordt niet, hij laat ons van honger ster ven." Terwijl ze zoo sprak, had Martha uit een kast de pandbriefjes genomen. Zij vouwde ze op, stak ze bij zich, nam het recept van den dokter, zette haar hoed op en ging haar de kamer van haar moeder. „Ga je Uit, kind?" vroeg de zieke. „Ja, moeder, maar ik blijf niet lang weg." „Waar moet je heen?" „Naar den apotheker, Hebt ge nog iets noodig, voor ik uitga." „Ik heb dorst, ik zou wel willen drinken." Martha gaf haar moeder een kopje met „En ik heb hem van onze armoede/ niets «en verkoelenden drank, verliet de kamer gezegd. Hij had misschien mijn vrees en en sloot de deur achter zich. wanhoop begrepen en zou medelijden met j Sedert den morgen had het meisje niets ons hebben gehad. gegeten. Zij kon zich ternauwernood staaro Morgen zal ik 't hem zeggen.... ik zal I de houden. Haar beenen T*"kelden bij el- ken stap, en verschrikkelijke maagkrampen deden haar het kille zweet uitbreken. „Ik heb honger".... mompelde zij. „Ik word flauwmaar toch moet ik me sterk houden om moeder te kunnen verzorgen..." Martha trad een bakkerswinkel binnen, kocht een hrodSje, haalde bij een kruidenier een stuk chocolade, en terwijl ze de stad in ging, at ze dat armzalige voedsel, dat haar honger voor een oogenblik moest stil len. Bij het bureau van den „Berg van Barm hartigheid" had zij den winkel opgemerkt van een juwelier of liever van een opkoo- per van oude juweelen, oud goud enz. Op een kaart in de uitstalkast stond: „Hier haalt men panden uit den „Berg" en koopt men pandbriefjes. Naar dien winkel begaf zich hei arme meisje. Op haar weg daarheen bevond zich de apotheek, waar zij gewoonlijk de genees middelen voor haar moeder Het gereedma ken. Ze trad den winkel binnen en overhan digde het recept aan den apotheker. Deze keek het in. „In hoeveel tijd is bet klaar, mijnheer," roeg ze. „Binnen drie kwartier, juffrouw." „Zóüdt u me kunnen zeggen, hoeveel het kost." „Zeker." Bij de inmiddels geleverde gevechten had«< den de separatisten i doode en 4 gewonden, hun tegenstanders 2 dooden en 4 gewonden. De separatisten hadden verder 70 gevange nen gemaakt. Na de ontruiming van Aken zijn ze naar Koblentz getrokken, waar ze naar de omliggende dorpen zijn gedirigeerd.; De Fransche gezant te Brussel heeft aan! minister Jaspar een dokument overhandigd betreffende de te Aken door de Belgische, overheid aangenomen houding. De Rijnlandsche regeering heeft aan Rolia Jacquemins, den Belgischen hoogen commis saris een protest doen toekomen, waarin zij zegt, dat de Belgische gedelegeerde te Aken.j na den aanval op en dc overnteestering van het raadhuis te Aken en nadat Deckers en Matthes de stad verlaten hadden en naar1 Koblentz waren gegaan, de stad onder de bevelen van een commissaris achterlatend, het onverwachte bevel gegeven had alle door separatisten bgzette gebouwen te ontrui men. Ondanks alle moeilijkheden, die dit Belgische bevel meebracht, is het uitgevoerd, de Rijnlandsche troepen trokken zich terug. Te Koblentz aangekomen werden zij over de naburige dorpen verdeeld. Minister Jaspar heeft aan den Franschen gezant medegedeeld, dat de Belgische re geering de door Rolin Jacquemins, den Bel gischen hoogen commissaris, ten opzichte van de troebelen te Aken aangenomen hou ding had aanvaard. Jacquemins, zeide Jaspar, heeft slechts ingegrepen om een eind te maken aan de plunderingen en de veiligheid te verzekeren. Overigens blijft België strikte onzijdigheid betrachten. Matthes heeft de volgende verklaringen afgelegd in zake de gebeurtenissen te Aken: Wij doen een beroep op Frankrijk, dat zich steeds aan de zijde van de onderdrukte vol ken geschaard en voor de onafhankelijkheid der kleine volken gestreden heeft. Ziet men dan niet, dat in Frankrijk de bedrijvigste helpers van Pruisen gevonden worden onder de communisten, die vreezen, dat een repu bliek Rijnland een steun voor de orde in Europa zal zijn en een barrière te meer tegen de naar het Westen gaande vloedgolf van het bolsjewisme? Naar de gisterenochtend ontvangen berich ten te oordeelen zijn de separatisten bezig zich uit de Belgische zone terug te trekken, zulks in verband met een verordening der Belgische bezettingsoverheid, welke de vor ming van gewapende benden verbiedt. De aftocht der separatisten, die voor 't meerendeel naar de Fransche zone trekken, is tot dusver zonder incidenten gegaan. Duis burg, Krefeld en tal van andere plaatsen zijn vanochtend ontruimd. Uit Kristiana wordt melding gemaakt van een Splitsing in de Noorsche com munistische partij. Het congres der Noorsche communistische partij heeft n.m. met 169 tegen 103 stemmen het ultimatum van het uitvoerend comité der derde Internationale verworpen. Dit ultima tum behelsde den eisch, dat het congres zich bereid zou verklaren de besluiten van het uitvoerend comité uit te voeren. Na de verwerping deelde Nörnle, de ver tegenwoordiger van Moskou, mede dat het uitvoerend comité de meerderheid der Noor sche partij van het lidmaatschap der derde Internationale vervallen acht. Daarop ver liet de minderheid de zaal, ten einde een afzonderlijke partij te vormen. Omtrent den politieken moordaanslag Sofia meldt Belga het volgende: Drie onbekenden vervoegden zich Zondag aan de woning van kolonel Krastits, Zuid- Slavisch militair attaché, en zeide een brief aan den attaché te willen overhandigen. De oppasser, die dc personen niet vertrouwde, en ze niet binnen wilde laten, werd met een dolk gestoken. Toen de kolonel daarop zelf aankwam, gingen twee der personen op de vlucht. De derde loste revolverschoten die echter den kolonel niet troffen. Toen de ko lonel ziji aanrander wilde vatten, wist deze hem met een scherp voorwerp een ernstige wonde toe te brengen en te ontvluchten. Er zijn strenge maatregelen genomen om de schuldigen te ontdekken. De minister van binnenlandsche zaken heeft aan de pers me degedeeld, dat de daders personen moeten zijn, die moeilijkheden tusschen Bulgarije en Zuid-Slavië willen uitlokken. Dc ministerraad te Bergrado heeft verga derd onder voorzitterschap van den koning en heeft besloten naar aanleiding van het voorval te Sofia een nota te richten tot de Bulgaarsche regeering, waarin in krachtige termen volledige voldoening geëischt wordt. Volgens de bladen zal deze stap ondersteund worden door de vertegenwoordigers van de kleine Entente te Sofia. Uit Athene komen wederom berichten over neigingen om van Griekenland een republiek te maken. V olgens de bladen heeft de partij van da Republikeinsche unie aan de regeering me degedeeld, dat zij de instelling van de repu bliek beoogt, maar door middel van een volksstemming. De krijgsraad te Saloniki heeft twee ma joors en een kapitein ter dood veroordeeld, drie majoors en een kapitein tot levenslange opsluiting, twintig andere officieren tot tijde, lijke opsluiting. Elf lagere officieren zijn vrij. gesproken. Volgens berichten uit Athene wordt i® een door dc opperbevelhebbers van leger en vloot op de muren van Athene aangeplakte proclamatie gezegd, dat de koninklijke fami ne betrokken geweest is bij den jongsten op stand en dat een volksstemming ten spoedig ste noodig is over dc vraag of Griekenland een monarchie zal blijven of een republiek zal worden. Er wordt op aangedrongen, dat tot afloop van die volksstemming de troo® vacant verklaard zal worden. De apotheker nam een potlood en maakta de rekening op. „Zes francs, vijf en twintig centimes," zeide hij. „Dank u, mijnheer.... Over drie kwar tier kom ik terug." „Dan zijn de pillen en het fleschje ge reed." Martha verliet de apotheek. „Zes francs, vijf en twintig," sprak ze bij zich zelf, „en morgen zes en zestig francs voor den dokter.... meer dan twee en zeventig francs en wat klein geld. Nu moet ik het doen!" Zij ging de straat over en sloeg een zij straat in, om naar het Mariaplein te gaan, waar de juwelier woonde. Voorbij een kerk komend, trad ze binnen* en stortte het vurigste gebed, dat ooit ee® door smart gebroken ziel had kunnen stor ten. Toen zij opstond, had een plotselinge ver andering in haar plaats gegrepen. Haar gelaat was zoo bleek en ontsteld niet meer. De bittere plooi om haar lippen was ver dwenen. Zij begaf zich regelrecht naar den juwelierswinkel. De koopman was alleen en zat met een vergrootglas een horloge na te zien, waar van hij het werk repareerde. Toen hij het meisje zag, legde hij het ver grootglas en het horloge op de toonbank, stond van zijn stoel op en groette, terwijf

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1923 | | pagina 5