BINNENLAND.
BUITENLAND
Tweede Blad
7 November 1923
Uit de Pers.
Rond de Kabinetscrisis.
De Kabinetscrisis.
Het roode testament.
Verbetering.
De a.s. herstelconferentie; de nota van Poincaré in Londen; de meening
te Washington. Tevredenheid in Engeland over de Beigische maat
regelen tegen de separatisten. De separatisten in de Palts krijgen ver
sterkingen. Een groot Engelsch vliegstation.
Onder de Telegrammen; In Engeland, acht men de reserves van
Poincaré onwettig. Versterking van de rijksweer in Thiiringen. De
plunderingen in Berlijn. De Duitsche sociaal-democraten en de be
scherming der republiek. Het proces Conradi. Een protestnota van
Rusland aan Polen.
GEM, BUITENL BERICHTEN.
0
FEUILLETON.
PLICHT VOOR ALLES!
Naar aanleiding van de regeeringscrisis
schrijft het Christelijk dagblad ,,De Amster
dammer" o.m.:
„Onze beste mannen, dag in dag uit ge
scholden en belasterd; al hun inspanning
met hoongelach beloond, wel, laat nu de
heeren, die 't allemaal zooveel beter weten,
de zaken maar opknappen."
De geestesgesteldheid, die uit dit schrij
ven blijkt, is volkomen verklaarbaar. Het
was meer dan bar geworden, schrijft „De
Volkskrant".
„Onze politieke tegenstanders streden
met wapenen, waarvoor zij zich moesten
'schamen. Zij kennen, evenals wij, den moei
lijken toestand, waarin zich ons land be
vindt; waren er ook getuigen van, hoe de
afgetreden regeering al het menschelijk mo-
gelijke deed, om te redden, wat te redden
valt, hierbij natuurlijk ook fouten makende,
maar toch met de eerlijke bedoeling bezield,
om het vaderland, om het volksbelang te
dienen. Maar zeiven geen betere wegen
wijzende, werd letterlijk eiken maatregel
der regeering door hen afgekeurd en ver
dacht gemaakt, weinig minder dan als een
verraad of een misdaad uitgekreten. En
hierbij bleef het niet: ook de personen van
de ministers werden op de onverantwoor-
delijkste wijze belasterd. De politiek van de
sociaal-democraten zonk tot het laagste
peü.
Wij kunnen het begrijpen, dat. onder
zulke omstandigheden de verontwaardiging
in christelijke kringen ten top gestegen is
en dat er zijn, die ten slotte zeggen: daar
ligt de boel, doe het dan zelf!
Maar zóó kunnen wij niet ontkomen aan
onze verantwoordelijkheid! De groote meer
derheid der kiezers heeft, nauwelijks een
jaar geleden, nog volle vertrouwen geschon
ken aan de christelijke regeering. Dit ver
trouwen mag niet worden beschaamd. Wij
hebben onzen plicht te doen, harden plicht
weliswaar, maar plicht vóór alles.
Om het ongeluk bij de Vlootwet is de
sterkste katholieke partij niet uiteen geval
len en behoeft ook de samenwerking onder
de rechtsche partijen die toch op geen
Vlootwet steunt niet op te houden.
De katholieke tegenstanders van de
Vlootwet hebben, zooals zij duidelijk lieten
verstaan, geenszins de bedoeling gehad een
breuk te veroorzaken in onze partij, en de
lijn der christelijken beginselen in de staats-
politiek is niet verbroken door de misluk
king van een marineplan!
Hiermede willen wij niet betoogen, dat
nu maar aanstonds weer een rechtsch mi
nisterie moet worden gevormd. Laat onze
tegenstanders maar eerst probeeren, wat zij
kunnen. Maar moeten zij straks hun on
macht belijden Katzenjammer na hun
overwinningsroes is er nu al dan zal de
groote meerderheid der rechtsche partijen
opnieuw de verantwoordelijkheid moeten
aanvaarden. Plicht vóór alles!"
ANTI-PAPISME.
Het Protesiantsche „Friesche Dagblad"
neemt de anti-papisten in „Dingen van den
Dag" er als volgt tusschen:
„Het was Vrijdagavond, 26 Oct. 1923.
Te Nulhuizum, provincie Alleswater.
Vergaderde in de consistorie, de plaatse
lijke afdeeling der Herv. (Geref.) Staats
partij. 't Was een min of meer feestelijk
samenzijn en dominee had een gloeiend
referaat gehouden over 't onderwerp: „Ro
me, oorsprong en voedingsbron van onze
constitutioneele dwaasheden!"
'n Levendige discussie is gevolgd.
Een der broederen heeft o.a. de vraag op
geworpen hij bedóélde geen persóönlijke
krenking, zei hij óf het niet mogelijk was,
dat vermomde Jezuïeten van wie je óók het
érgste verwachten kon! als predikanten zich
wisten in te dringen in de Ned. Herv. Kerk,
om zoo heimelijk den bloei van Rome te
bevorderen, ja! of ze langs dien weg geen
minister konden worden zelfs....
Er wordt ook een vaandel onthuld.
Daar staat op: „Door Strijd tot Zege";
er ónder 't jaartal 1923 en er boven A. P. 3.
Dit laatste begrepen sommigen niet.
Dominee legt uit, dat het zeggen wil,
Anti-Papistisch in de derde macht.
Valt plotseling 'n verlate broeder binnen.
Zijn aangezicht staat in extase:
„Broeders! de Vlootwet is verworpen! 't
Kabinet gaat heen; we zijn met één slag al
die roomschen en priester-vrienden uit de
regeering kwijt!"
De vergadering jubelt en juicht....
Dominee zoekt een passend psalmvers
op. Eén vraagt:
„Maar hoe is dat dan gegaan?"
„Tien man van Rechts hebben tegen het
Kabinet gestemd!"
„Kérels" juicht Nulhuizum. „Wat 'n ke
rels!"'
Bomans en Van Schaik en mevrouw
Bronsveld.... en nog zeven andere room
schen...."
„Röó..mschen?!" schrikbult de
vergadering.
„Hebben wij voor de roomschen ge
juicht?"
President-predikant hamert om stilte.
Ziet wasbleek, beeft van vervaarnis.
„Broeders!" zegt hij: „Ja, gij hebt voor
röómschen gejuicht! Gij hebt ze „kerels
genoemd! Gij hebt ze in gedachte stevig de
hand gedrukt.... En ik.... heb meege
daan.
Schaamrood buigt hij 't schuldig hoofd.
„Broeders! ik twijfel aan u.... hier roeit
Rome onder.... daar kunnen bij u ver
momde roomschen zijn! Broeders! ik twijfel
aan mijzelf; het kón es wezen, dat ik in het
diepste van mijn innerlijk zijn, in 't onderste
van mijn onderbewust zieleleven toch eigen
lijk was.... een vermomde Jezuïet!....
„Broeders! ik sluit deze vergadering."
EEN
CHRISTELIJK-HISTORISCH
VOORSTEL.
De „Nederlander" betoogt, dat 't toch
eindelijk tot een oplossing moet komen.
Het blad zegt o.m,:
„Een ^aken-Kabinet kan noodig en moge
lijk zijn, als de moeilijkheden, waarin de
Staat zich bevindt, van buiten de grenzen
komen. Dan verzamelen alle burgers zich
gemakkelijk rondom een zoogenaamd kleur
loos Kabinet. Maar thans, nu men, bij eiken
ontworpen maatregel, hevig botst tegen
allerlei zeer ernstige en eerbiedwaardige
binnenlandsche belangen nu zijn er
slechts twee wegen mogelijk: de dictatuur
van het geweld of een Kabinet, dat steunt
op een parlementaire meerderheid. Wij kie
zen onbepaald voor het laatste, ook als het
mogelijk bleek een zoodanig linksch Kabinet
te vormen. Indien echter de linkerzijde de
taak niet aanvat, dan zou, ongetwijfeld ge
poogd moeten worden weder samenwerking
te vinden voor een nieuw rechtsch Kabi
net."
Het blad betoogt dan verder, dat de strijd
tegen het Kabinet-Ruys het krachtigst, het
breèdst en 't eerlijkst werd gevoerd door
den heer Marchant. De heer Marchant heeft
het recht te verwachten, zegt de „Ned.",
dat hij met de vorming van een nieuw Kabi
net worde belast en op hem rust de
plicht aan deze verwachting te voldoen!
„Niet de heer Troelstra deed de Vlootwet
vallen, al is daarvoor de schijn gewekt.
Maar de heer Marchant, die stad en land
afreisde om persoonlijk te getuigen tegen
de Vlootwet, en die naar waarheid kon
verklaren in de zitting van 16 Oct.: „Ik ben
voor mijn geweten volkomen gerust, ik heb
mij schuldig gemaakt aan geenerlei onwaar
heid, aan geenerlei verzwijging van eenige
waarheid en aan geenerlei scheeve voor
stelling" de heer Marchant heeft bij vele
Nederlanders den twijfel gewekt of de voor
gestelde maatregelen wel werkelijk noodig
waren voor het duurzaam behoud onzer ko
loniën."
Er zijn alle gegevens vóór den heer Mar
chant om te slagen, zegt het blad verder. In
zijn partij ontbreekt het niet aan goede
krachten. Hij is links en rechts voldoende
georiënteerd, om uit de S. D. A. P. en uit
liberale kringen bekwame mannen om zich
te verzamelen. Na zulk een forschen wel
geslaagden aanval mag de taak niet wor
den afgewezen.
„Handhaaft echter de heer Marchant zijne
blijkbaar aanvankelijk-aangenomen houding
dat niet hij maar dat de rechterzijde het
stuur moet aanvatten, of slaagt hij niet in
de vorming van een Kabinet eerst dan
zou aan de rechterzijde de poging tot sa
menwerking en Kabinetsvorming kunnen
maar dan ook moeten gewaagd worden."
DE KATHOLIEKEN EENSGEZIND.
Baron A. van Wijnbergen betoogt in „De
Maasbode", dat de vorming van een
rechtsch Kabinet afhankelijk is van den
steunder geheele Katholieke fractie aan
een zoodanig Kabinet, Hij meent, dat dit
niet tot de onmogelijkheden behoort en
besluit:
We wenschen alleen vast te leggen, dat
het al of niet tot stand komen van een
rechtsch Kabinet niet afhankelijk is van 'net
al of niet willen medewerken der beide
andere rechtsche fracties, maar hiervan, of
de Katholieken de omstandigheden zóó zul
len weten te wijzigen, .dat er grond is voor
het bestaan en voortbestaan van een
rechtsch Kabinet."
EEN RECHTSCH MINISTERIE.
„Het Centrum" meent, dat onder de be
staande omstandigheden de vorming van
een linksch ministerie is uitgesloten. Er zijn,
volgens het blad, slechts twee mogelijkhe
den: het optreden van een zakenkabinet, of
van een geheel of gedeeltelijk nieuw mini
sterie uit de rechterzijde:
Het komt ons niet *slechts wenschelijk,
maar ook al meer en meer waarschijnlijk
voor, dat in dit laatste de oplossing zal
worden gezocht en gevonden.
Er is geen tijd voor lang wachten, en
evenmin voor proefnemingen, die weinig
resultaat beloven.
Er dient eenerzijds met bekwamen spoed
te worden gehandeld, en anderzijds moet
het Kabinet een behoorlijken grondslag
vinden voor het vervullejj zijner taak.
Waarbij dan Regeermg en Kamer hun
voordeel kunnen doen met de opgedane
ervaring, om gemaakte fouten te vermijden
en voor nieuwe fouten zich te hoeden.
Een goed teeken lijkt het ons, dat de
toon in de pers kalmer wordt en voor op
winding en verwijt een meer'bezadigd oor
deel in de plaats schijnt te treden.
Gemakkelijker zal men er daardoor toe
komen, zich van averechtsche beschouwin
gen te onthouden en het besef te verleven
digen, dat Coalitie en Vlootwet twee ver
schillende zaken zijn, en dat bij een over
wegend Rechtsch Parlement een Rechtsch
ministerie past.
EEN KABINET VOOR HET FINANCIEEL
HERSTEL.
De Haagsche briefschrijver van „De Tijd"
beweert, dat de actie tegen de Vlootwet
onder de Katholieken samenging met een
actie tegen de financieele plannen der Re
geering.
Men kan dan ook moeilijk er aan twijfelen
met het gebeurde op 26 October voor oogen
dat, zoo het kabinet dien dag niet was ge
vallen het straks bij zijn financieele plannen
aan het gevaar opnieuw zou zijn blootge
steld. Wat wil men dan nu (aan die zijde)
van een rechtSch ministerie? Moet dit het
herstel van het financieel evenwicht op zijn
beloop laten?
De rechterzijde in groote meerderheid kan
en zal daartoe zeker nooit medewerken.
Moet het kabinet dan komen met plannen
in den geest van den heeê Colijn? Wat, in
dien het dan, wat men haast op de vingers
kan uittellen, over een maand weer valt?
Alles tijdverlies, waar geen nationale tijd te
verliezen valt. Wil mem vooruit, dan moet
men recht aansturen op hetgeen waar het
toch komen moet: een kabinet ad hoe, dat
het financieel herstel zich als eerste doel
kiest, maar tot bereiking van dit doel op
rechts steunt, en niet van rechts alleen af
hankelijk is.
EEN RECHTS KABINET ONMOGELIJK?
In een zeer druk bezochte vergadering
der A. R. Kiesvereeniging te 's-Hage spra
ken Maandagavond de anti-revolutionnaire
Tweede Kamerleden mr. V. H. Rutgers en
mr. J. A. de Wilde over de verwerping van
de Vlootwet en de Kabinetscrisis.
Mr. Rutgers vatte zijn betoog samen in de
volgende drie stellingen:
1. Waar een Kabinet uit een parlemen
taire meerderheid voortkomende en daar
mede verband houdende voor de vestiging
van den volksinvloed op het staatsbestuur
vati de allerhoogste beteekenis is, behoort
uit de meerderheid, die een Kabinet omver
werpt, een nieuw Kabinet voort te komen;
2. Voor een anti-revolutionnair bestaat
er nu, evenmin als voorheen reden om de
overtuiging op te geven, dat een Kabinet,
dat voortkomt uit en gesteund wordt door
de drie groepen der rechterzijde voor Ne
derland zeer gewenscht te achten, is.
3. De houding van de tien Roomsch-Ka-
tholieke leden der Tweede Kamer, die de
Vlootwet hielpen verwerpen en het Kabinet
len val brachten met de daarachter liggende
bedreiging van het bezuinigingsprogram,
doet 't vergeefsche moeite zijn om een
rechts Kabinet te doen optreden, dat zijn
program niet zou kunnen uitvoeren en over
een maand wellicht weer ten val zou ge
bracht worden.
Mr. De Wilde, die in denzelfden geest
sprak als mr. Rutgers, besloot met de ver
wachting, dat het anti-clericale optreden
der tegenpartij de christelijke partijen
steeds weer bijeen zal drijven.
Onder daverend applaus werd besloten
een brief adn minister Colijn te zenden met
de mededeeling dat A. R. Den Haag hem
na het gebeurde nog meer aanhankelijk is
dan daarvoor.
VERGADERING DER RECHTSCHE
KAMERFRACTIES.
Uit parlementaire kringen wordt verno
men, dat Dinsdag in het gebouw der Tweede
Kamer de fracties der R. Katholieke, Anti-
Revolutionnaiare en Christelijk Historische
Kamerleden vergaderingen hadden uitge
schreven in verband met den politieken toe
stand van het oogenblik. De R.-K. en A.-R.
fracties vergaderden Dinsdagmiddag, de Chr.
Hist, fractie zou Dinsdagavond bijeenkomen.
Nader wordt gemeld:
De vergadering van de fractie van Anti-
Revolutionnaire Kamerleden werd bijgewoond
door de ministers Heemskerk, Colijn en van
Dijk en door den minister van staat, den
heer Idenburg, lid der Eerste Kamer.
De vergadering der Roomsen Katholieke
fractie was betrekkelijk spoedig geëindigd.
Te 1 uur aangevangen, was men omstreeks
half drie gereed.
In een klein gedeelte onzer vorige oplage
van gisteren, stond als noot der Redactie
onder het bericht Van de „Tel." over de mo
gelijkheid eener kabinetsformatie door Mr.
Kooien, voorzitter der Tweede Kamer, dat
deze tegen de Vlootwet heeft gestemd. Dit
moest, zooals uit de context bleek, zijn
VOOR de Vlootwet.
Aan het dept. van buitenlandsche zaken
te Londen zijn de officieele beschouwingen
van de Fransche regeering inzake de com
missie van onderzoek ontvangen.
De Morning Post verneemt dat de voor.
naamste voorwaarden de volgende zijn:
le. het onderzoek blijft beperkt tot
Duitschland's huidig betaalvermogen;
2e. de deskundigen van de conferentie
hebben slechts adviseerende bevoegdheid
en moeten zich voegen naar de instructies
van de commissie *van, herstel, aan welke
zij ook hun rapport moeten uitbrengen;
3e. de deskundigen hebben niet het recht
eenige overeenkomst aangegaan of aan te
gaan tusschen de Fransche regeering en
Duitsche burgers aan een onderzoek ie-J>n-
derwerpen of daarA tusschen beide te'Ko
men. Dit laatste heeft klaarblijkelijk betrek
king op de onderhandelingen tusschen
Frankrijk en de industrieelen van het Roer
gebied.
In de Maandagavond te Londen van Poin
caré ontvangen nota moet, naar gemeld
wordt, de Fransche premier zijn bezwaren
uiteenzetten tegen de ontworpen uitnoodb
ging aan Amerika, zooals die door Engeland,
België en Italië is goedgekeurd en gaat hij
voort met aan te dringen op beperking van
de bevoegdheid der voorgestelde commissie
van onderzoek.
De Times legt nadruk op de dringende
noodzakelijkheid van een snel en met de
L>ezer dagen werd het faillissement aange
vraagd van de berucht geworden „Brussel-
sche Bank", te Amsterdam, die, blijkens ge
ruchten, goedgeioovige buitenmenschen voor
millioenen guldens heeit benadeeld
Hierboven het portret van den te Schoten
woonachtigen, doch nu voortvluchtigen F.
Bridée, een der directeuren van de
Brus8elsche Bank.
werkelijkheid rekening houdend doortasten
in de Duitsche vraagstukken en houdt zich
iri bijzonderheden bezig met de chronische
wanorde waarin Duitschland vervallen is.
Het blad besluit: Het is een feit, dat, ter
wijl Engeland en eenige van zijn bongenoo-
ten zich alle moeite geven om een inter-
-nationale commissie tot stand te brengen
om een onderzoek in te stellen naar den
huidigen toestand van Duitschland, zij in
die poging gedwarsboomd worden door
kleinzielige haarklooverijen, terwijl Duitsch
land intusschen bijna hulpeloos is geworden
in den greep van machten, die uit zijn op
gewelddadige sociale onlusten en een ver
nietigenden burgeroorlog.
De Ver. Staten en de schadevergoeding.
De correspondent te Washington van de
Nêw York Times meldt aan zijn blad dat
naar hij van gezaghebbende zijde heeft ver
nomen de inlichtingen door den Fran-
schen gezant Jusserand verstrekt aan den
Amer. secretaris van staat Hughes over de
opvattingen van minister-president Poincaré
inzake het voorgestelde onderzoek over de
schadevergoeding, de bezwaren van de
Amerikaansche regeering tegen de beper
king van dat, onderzoek niet heeft opge
heven.
Er bestaat kans dat de Amer. regeering
haar plan om mee te doen aan het onder
zoek laat varen, tenzij Frankrijk toegeeft en
aan de te benoemen commissie van enquête
vrijheid van optreden toestaat.
De separistische beweging in het
Rijnland.
In officieele Engelsche kringen is men
hoogelijk ingenomen met de drastische
maatregelen van de Belgen om aan de wan
orde der separisten in de door hen bezette
zone een einde te maken.
Op het besluit om stipt de verordening
van de hooge commissie waarbij het dragen
van wapenen is verboden en de bondige
verdrijving van de separistische benden uit
Aken is nu de verjaging gevolgd van wan
orde aanrichtende benden op andere pun
ten in hun gebied. De Times zegt dat de
Belgen een gelukwensch verdienen van de'
beschaafde wereld voor hun krachtig op
treden, daar hierdoor eindelijk volkomen de
dwaasheid van het separistische avontuur is
gebleken.
Uit gisterenochtend bij het ministerie van
buitenlandsche zaken te Brussel ingekomen
berichten blijkt, dat er in de Hooge Com
missie der geallieerden geen kritiek is ge
oefend" op de houding van Rolin Jacque-
mins, den Belgischen commissaris te Ko-
blentz, tegenover de separisten te Aken.
De bondgenooten hebben zonder eenig be
zwaar zich aangesloten bij de beslissing van
den hoogen Belgischen commissaris.
De separatisten in de Palts.
Naar de Kölnische Zeiïung uit Kaiserslau-
tern verneemt, hebben de separatisten van
buiten de Palts aanzienlijke versterkingen
gekregen. De bezettingsoverheid heeft de
Duitsche Schupo verboden tegen de separa
tisten met vuurwapens op ie treden. Der
halve verricht de Schupo geen dienst meer.
omdat het .haar zonder vuurwapens onmo
gelijk is rust en orde te handhaven.
Volgens de Kölnische VolksZeitung heeft
Zondag een bende van 30 separatisten het
gebouw van den Landraad te Simmern over
vallen en bezet. De bende stond onder lei
ding van een ambtenaar der Fransche regie.
UIT HET BEZETTE GEBIED.
Over de onderhandelingen tot invoeren
van geld met vaste waarde in het B. G.,
die Zaterdag bij Tirard, den voorzitter der
Rijnlandcommissie te Koblentz zijn ge
voerd, verneemt de Essener Allg. Ztg. dat
alle vertegenwoordigers uit het Rijnland
en Westfalen het eens zijn over de grond
trekken van de voorgekomen regeling. Er
zal een emissiebank met internationaal
kapitaal en met volle gouddekking worden
opgericht. Het nieuwe geld van vaste waar
de zal evenals andere valuta aan alle beur
zen worden verhandeld. Het stichtingskapi
taal der bank zal vermoedelijk 100 millioen
bedragen. De Rheinische Landesbank zal
ook aan de stichting dêelnemen. De onder
handelingen, die nog voortduren zullen bin
nen een week haar beslag krijgen.
DE NOORSCHE COMMUNISTEN.
De nieuwe Noorsche communistische
partij (gesticht door de minderheid van het
congres) die de eischen van het uitvoerend
comité der Derde Internationale te Mos
kou heeft aangenomen, heeft het Stortings
lid Stöstad tot voorzittr gekozen.
Tot de nieuwe partij behooren 14 Stor
tingsleden; tot de oude partij, die zich van
de Derde Internationale heeft afgescheiden,
eveneens 14.
NA DEN OPSTAND IN GRIEKENLAND.
Havas vat den toestand, ontstaan door
de laatste contra-reVolutionnaire beweging
in Griekenland, als volg samen:
De republikeinsche partij schijnt nieuwe
aanhangers tc hebben gekregen, vooral in
het leger. Deze elementen, waaronder
vooral op den voorgrond treden generaal
Pangalos en admiraal Hadjikiriakos, willen,
dat voor de a.s. verkiezingen een plebisciet
de kwestie van den toekomstigen regee-
ringsvorm zal uitmaken.
De Grieksche regeering acht het verkie
selijker, de regeling van die kwestie en
het gewenschte van een plebisciet over te
laten aan de volgende Nationale Vergade
ring. De gematigde Venizelistische elemen
ten steunen de regeering.
De Grieksche zaakgelastigde is gisteren
met zijn staf naar Angora vertrokken.
De gewezen schout-bij-nacht Goedes, die
minister in het kabinet-Goenaris is ge
weest, is te Paros gearresteerd.
De meeste gearresteerde officieren en
burgers zijn weer in vrijheid gesteld.
EEN GROOT ENGELSCH VLIEGSTATION
De Engelsche bladen melden, dat het
grootste vliegstation ter wereld te Croydon
zal worden ingericht op last van het mi
nisterie van luchtvaart. Het plan houdt in
een verlegging van den weg en den bouw
van een spoorwegstation op het vliegter
rein met electrische treinverbinding naar
Londen. Honderden acres bouwland zullen
aan het bestaande vliegveld worden toege
voegd. Een reusachtig uitgestrekt landings
terrein zal worden gemaakt, waarop ver
scheidene groote handelsvliegtuigen kunnen
dalen of tegelijkertijd opstijgen.
Er zullen entrepots en douaneloodsen
worden gebouwd en een plan voor een
nieuw hotel voor luchtpassagiers is ont
worpen.
HET DRANKVERBOD IN TURKIJE.
De commissie voor de begrooting onder
zoekt de wet op het verbod van sterken
drank. Havas verneemt, dat de meerderheid
in de Nationale Vergadering er tegen is
De partijen van de gewiezen groote
coalitie hebhen een commissie benoemd die
gisteravond vergaderd heeft ten einde
de mogelijkheid te onderzoeken een ge
meenschappelijke oproeping tot de bevol
king te richten. Men besloot daarvan af te
zien maar elke partij beloofde zich afzon
derlijk tot de bevolking te zullen richten
met een oproeping die rekening zou hou
den met eenige principieele punten, welke
in de vergadering nog werden bepaald. De
manifesten der partijen zullen pas morgen
avond worden gepubliceerd en alle bur
gers die de grondwet willen eerbiedigen,
oproepen ter bescherming van de republiek.
De vakvereenigingen zullen zich met een
gemeenschappelijke kennisgeving bij deze
actie aansluiten.
Behalve de reeds vermelde dagbladen- zijn
nog de B. Z. am Mittag en de Berliner Bör-
senkurier in Beieren verboden. Overtredin
gen van het verbod zullen met boete en
gevangenisstraf tot een onbeperkte hoogte
kunnen worden gestraft. Zelfs de poging tot
verspreiding van deze dagbladen is reeds
strafbaar.
Naar de Frankf. Ztg. uit Munchen ver
neemt, zal de bekende Beiersche politicus
dr. Heim zich eerlang uit het politieke leven
terugtrekken.
Inzake den militairen dienstplicht in de
geheele 'sowjetfederatie schrijft de Izwestia
o.a. het volgende:
Alle burgers, die delf 20-jarigen leeftijd be
reiken,' worden dienstplichtig. Zij moeten in
Februari of in Maart onder de wapenen ko
men. Personen, die vanwege hun ambt of hun
anti-bolsjewistische gezindheid niet voor den
gewapenden dienst kunnen worden gebezigd,
moeten volgens speciale regels behandeld
worden. De .termijn voor verblijf onder de
wapens is vastgesteld voor de infanterie en
artillerie op l'H, voor de cavalerie op 214,
voor de luchtvloot op 3 'A en voor de marine
op 4/tS jaar. Als vrijwilligers kunnen ook bui
tenlanders in het Russische leger dienst ne
men.
Vergelijkt men bij de voor den oorlog gel-'
dende wetten, da° brengt deze militaire wet
een korteren diensttijd maar daarentegen
voert zij voor recruten, die wegens overcom
pleet van den militairen dienst vrijgesteld
zouden zijn. een zesmaandschen diensttijd in-
het najaar in, en verlengt zij den termijn van
beschikbaar-zijn tot den 40-jarigen leeftijd.
Een van de ernstige belemmeringen
voor een geregelde ontwikkeling van de so
ciale verzekering in Rusland, zoo schrijft de
Izwestia, was tot nog toe het gebrek aan
geld bij de ondernemingen, die van staatswe
ge geëxploiteerd worden, waardoor zij niet
in staat waren veel aan premies te betalen.
Dit geldgebrek vond zijn oorzaak in de eerste
plaats hier in, dat het volkscommissariaat
van financiën niet in staat was de onderne
mingen van voldoende geldmiddelen te voor
zien.
Deze kwestie is behandeld in een vergade-,
ring van den raad van volkscommissarissen,
waarin besloten werd dal het volkscommis-
sariaat van financiën meet zorgen voor hef
noodige bankpapie.' voor alle betalingen in
verband met de sociale verzekering en met
dien verstande, dat de premies nog dit ia^
zullen worden betaald. Ten slotte heeft de
raad van volkscommissarissen aan de volks
commissariaten van sociale voorzorg en fi
nanciën opgedragen te zorgen,, dat de voor
verzekeringsuitgave toegestane credieten on
middellijk ter plaatse, waar ze noodig zijn,
zullen worden uitbetaald.
De Iswestia, hoopt en verwacht, dat ten
gevolge van dezen maatregel de sociale verze
kering in Rusland, die tot nu toe een kwij
nend bestaan leidde, een betere periode te
gemoet zal gaan en indien de geldcirculatie
geregeld wordt, dan kan dus het verzeke
ringswezen een regelmatig beloop hebben.
De Prawda wijst op de noodzakelijkheid
om op de aanstaande conferentie der com
munistische partij het vraagstuk van verbete
ring van de materieele positie der partijlei
ders en versterking der partijtucht onder de
oogen te zien. Zelfs in het centrum bestaat
dikwijls groote onverschilligheid ten opzichte
van door de communisten te ondëïnemen
acties, terwijl het meermalen voorkomt, dat
de ambtenaren in dienst van het partijbestuur
verzoeken om niet met bepaalde opdrachten
belast te worden.
Alle politieke partijen in Engeland ont
wikkelen groote bedrijvigheid met het oog op
het voor uitzicht" van een spoedige algemeene
verkiezing, die de Kanselier van de schatkist
in zijn rede te Leeds als waarschijnlijk heeft
genoemd.
De voorstellen van den eerste-minister
„voor de bescherming van de binnenlandsche
markt" tegen de buitenlandsche concurrentie
en voor een plan tot het instellen van voor
keurrechten voor de dominions en de kolo
niën zijn In een reeks van vergaderingen be
handeld. De voorstanders van vrijhandel zijn
dientengevolge ook in grooten getale in het
strijdperk gestreden.
De arbeiderspartij heeft reeds haar oppo
sitie aangekondigd tegen de tarieven en gis
teravond hebben Asquith, de leider der on
afhankelijke liberalen, en Sir Alfred Mond,
een voornaam lid van Lloyd George's natio
nale liberalen, hun vertrouwen in den vrij
handel uitgesproken.
Asquith verklaarde dat de afneming van
den uitvoer ten gevolge van het inkrimpen
van den wereldhandel de oorzaak was ystn
dé werkloosheid. Protectie zou, naar hij
zeide, den uitvoerhandel nog meer belemme
ren. Het geneesmiddel bestond in het herstel
van de voortbrengingsbedrijvigheid en van de
wisselkoersen over de wereld.
Er dreigt een staking onder de arbeiders
in de bouwvakken te Londen ten gevolge van
de weigering der werkgevers om een uur toe
te staan voor het nuttigen van het middag
maal. De werkgevers bieden een half uur aan.
Onlangs was besloten om voor December en
Januari een uur toe te staan, maar over No
vember was toen niet gesproken.
Lawrence Speary, een Amerikaansche
zakenman, die gisteren te Southampton is
aangekomen bracht een vliegtuig mee dat
slechts 20 voet breed is en 600 pond weegt
,en dat hij wenschte te gebruiken op een za
kenreis door Engeland. Hij wilde dadelijk
wegvliegen, maar* dit werd niet toegestaan,
daar hij geen Engelsche vliegvergunning had
en het toestel nog niet van wege het ministe
rie voor luchtvaart was goedgekeurd. Het
toestel is in een vliegloods ondergebracht, in
afwachting van de vervulling der noodige for
maliteiten.
Zondag 11 dezer, dag van den wapen
stilstand, in Frankrijk tot. een officieelen
feestdag geworden, zullen de vlaggen uit het
Leger-museum door het garnizoen van Pa
rijs naar het graf van den onbekenden sol
daat onder den Are de Trimphe gebracht en
daar omheen in een vierkant worden opge
steld. Binnen het aldus afgezette terrein zul
len tegen elf uur met den president van de
Republiek de ministers en zeer vele burger
lijke en militajre grootwaardigheidsbeklee-
ders samenkomen. Zoodra de president van
de republiek zijn plaats heeft ingenomen, zal
er boven van den Are de Triomphe een schot
gelost worden, het signaal, dat het oogen
blik van stilte, dat een eerbiedige hulde be
doelt te zijn aan de nagedachten* van de
in den oorlog gesneuvelde soldaten, is inge
gaan. Een schot kondigt eveneens het einde
van het oogenblik van stilte aan. Onmiddel
lijk daarop zullen de troepen hun défilé be
ginnen. Na het vertrek van den president
van de Repifbliek worden de vaandels naar
het leger-museum in de Invalides terugge
bracht.
Bij de plunderingen te Berlijn zijn
Maandag in het geheel 129 menschen aange
houden. 48 hunner werden in den loop van
den dag weer in vrijheid gesteld. Verschei-
denen waren in het bezit van gestolen wa
ren, zooals levensmiddelen en schoenen. Dc
agenten hebben gisteren slechts een enkele
maal van de vuurwapens gebruik moeten
maken ten einde de plundering van een
fietswinkel te verhinderen. Bij die gelegén-
Jacques Lagarde hield er, zooals te be
grijpen is, volstrekt niet van gezien en her
kend te worden in een stad, waar hij aan
gehouden en veroordeeld was. Daarom had
hij zijn baard laten staan, alvorens de ge
vangenis te verlaten, terwijl hij vroeger
geen knevels of bakkebaarden had gehad.
Daarom wachtte hij zich wel in het holst
van den nacht naar een van de voornaamste
hotels van Joigny te gaan, waar men hem
misschien kon herkennen.
Toen hij het station verliet, richtte hij
zich tot een spoorwegbeambte en vroeg:
„K^nt ge hier in de nabijheid een goed
koop logèment?"
„Ja mijnheer, de herberg „Au Martin
Pêcheur" zal juist naar uw zin zijn.... men
zal u daar niet overvragen.... voor de deur
hangt een brandende lantaarn onder het
uithangbord."
„Wel bedankt, vriend."
Jacques Lagarde, gevolgd door Pascal
Saunier, ging op het aangegeven adres af
door de straten, die op dat uur volkomen
eenzaam waren.
Terwijl hij voortstapte, zeide hij tot
Pascal:
„Je begrijpt, dat ik me zoo weinig moge
lijk zal laten zien. Ik zou niet graag willen,
dat iemand wist, dat ik hier in Joigny ben."
„Zeg dan tegen den notaris, dat hij zwij
gen' moet."
„Dat zal ik zeker doen. Het is niet noodig,
dat ik bij mijn medemenschen hier over de
tong ga voor den korten tijd, dat ik hier
ben."
„Denk je, dat men je na vijf jaar nog her
kent?"
„Dat zou- best kunnen, ondanks mijn vol
len baard.... er zijn menschen, die een ver
duiveld goede memorie hebben en door het
proces ben ik bekend geworden.
Onder het praten hadden zij de „Martin
Pêcheur" bereikt.
Paul belde aan.
Na verloop van eenige minuten kwam de
baas zelf open doen.
„Kuhnen wij hier een kamer met twee
bedden krijgen," vroeg Pascal Saunier.
„Ja, mijnheer, komt binnen als 't u be
lieft.... een goede kamer.!'
Ze traden binnen, gevolgd door den
waard, die na de deur gesloten te hebben,
in de gelagkamer kwam en vroeg:
„Zouden de heeren nogviets willen ge
bruiken, voordat zij gaan slapen? Wil ik
wat koud vleesch en een flesch wijn halen?"
„Geef ons een stuk kaas en een flesch
wijn, maar gauw, want we zijn dood van
vermoeenis.
Eenige minuten later stond een flesch,
twee glazen, brood en kaas op tafel.
Pascal schonk in en vroeg aan den her
bergier:
„Is de kamer met de twee bedden ge
reed?"
„Ja, mijnheer, een mooie, groote kamer,
met uitzicht op de straat. Naast die kamer
woont een dame, zeer stil, want ze is ziek
en woont daar alleen met haar dochter, een
lief, braaf meisje."
„Nu, breng ons dan naar die kamer, als
't u belieft," zeide Jacques Lagarde,....
„wij kunnen tegen den slaap niet meer op."
De herbergier nam een kaars, ging de
reizigers voor en bracht ze op de kamer
met de twee bedden, waarvan de zindelijk
heid zijn huis tot eer strekte. Dan liet hij
hen alleen en na eenige oogenblikkem wa
ren de twee ontslagen gevangenen in die
pen slaap.
Het was reeds negen uur in den morgen,
toen Pascal Saunier uit bed sprong en Jac
ques Lagarde wakker maakte.
In een ommezien waren ze gekleed.
Zij gingen naar de gelagkamer waar baas
Lureau hen vriendelijk ontving.
„Hebben de heeren goed geslapen?"
„Zeer goed," antwoordde Pascal.
„Willen de heeren misschien eten, voordat
ze uitgaan?"
„Neen," antwoordde Jacques, „ik pet nu
niet. Ik heb een dringende boodschap te
doen en kom aanstonds terug."
„En ik," zeide Pascal, terwijl hij een cou
rant nam, ik zal op je wachten, en onder de
hand een druppeltje drinken en de courant
lezen."
Jaques ging heen.
Pascal Saunier bestelde een „druppeltje",
stak een sigaar op en las eenige regels," maar
zijn-gedachten waren ergens anders.
In gedachten volgde hij Jacques naar den
notaris om het erfdeel in ontvangst te ne
men, dat het uitgangspunt van hun fortuin
zou moeten zijn.
Hij zag hem reeds de kostbare bankbiljet
ten opstrijken, die hun in staat zouden stel
len zich beter voor te doen, om daardoor met
meer succes hun doel te kunnen bereiken.
Hij koesterde nog andere plannen, waar
van zijn collega niets wist en die hij hem ter
gelegener lijd zou mededeelen.
Hij bevond zich alleen in de wachtkamer,
want Lureau was aan 't rekeningen schrijven
en zijn vrouw bracht met de dienstmeid de
kamers, der gasten in orde, die voor het mee-
rendeels handelsreizigers of beambten waren,
die,allen reeds vroeg in den morgen vertrok
ken.
Pascal werd plotseling uit zijn overpeinzin
gen gewekt door het binnentreden van een
vrouw.
Die vrouw was Martha Grandchamp.
Toen hij het meisje zag, dat ondanks de
dieptreurige uitdrukking van haar gelaat er
niet minder, verrukkelijk uitzag, zat Pascal
letterlijk verbaasd, met open mond en sta
rende oogen.
Nooit had hij zooveel schoonheid gezien, of
zelfs maar gedroomd.
Martha scheen zeer verlegen.
„Is mijnheer Lureau niet hier?" vroeg ze
verlegen.
Die weinige woorden brachten Pascal tot
bezinning.
Hij stond op, groette en wilde antwoorden,
doch had er den tijd niet toe.
De waard van den „Martin-Pêcheur", die
de stem van het meisje had gehoord, kwam
aanloopen.
„Hier ben ik. hier ben ik, juffrouw. Wat
is er van uw dienst?"
„Hebt ge goeden bouillon vanmorgen, mijn
heer Lureau?"
„Ja, juffrouwDe ketel staat reeds op
het vuur.... acht pond best vleesch en
groenten.... versch uit den tuin.... meer
hoef ik niet te zeggen.... de reuk alleen
doet een mensclj het water in den mond ko
men."
„Wilt ge, als 't u belieft, er een kom van
voor mij houden?"
„Zeker, juffrouw.... is dat alles?"
„Met een broodje.ja, dat is alles, mijn
heer Lureau. Is de postbode al geweest?"
„Nog niet. juffrouw.maar u hoeft zich
niet bëzorgd te maken, als hij iets brengt, zal
ik 't u aanstonds geven."
„Dank u."
jtHoe is het vanochten4 met uw moeder?"
„Ik geloof, dat ze iets beter is."
„Dus goed nieuws!.Als 't maar begint
te beteren, dan zal de genezing spoedig vol-
gen."
Martha groette de mannen met een lichte
buiging en ging naar haar kamer.
Pascal was geheel onder den indruk van
die zachte, zuivere, kristalheldere stem, ter
wijl zijn oogen op de trekken van dit schitte
rende beeld van schoonheid gevestigd ble
ven.
Doch zonderling genoeg wekte het voorko
men van die onvergelijkelijk schoone vrouw
geen liefde of zelfs bewondering bij hem.
Het zien van Martha gaf Saunier de oplos
sing van een vraagstuk.
Haar buitengemeene schoonheid was het
antwoord op een vraag, welke hij zichzelf ge
steld had, eenige oogenblikken vóór Martha's
binnentreden en hij verwonderde zich over
het onverwachte toeval dat hem in een klei
ne provinciestad, in Joigny, waar hij maar
enkele uren doorbracht, het bijna onbereik
bare voorwerp deed ontmoeten, dat tot
grondslag moest dienen voor zijn stoutste
plannen.
Hij keek nog naar de «leur waardoor Mar
tha was verdwenen, toen de baas van de
„Martin-Pêcheur" hem in zijn overwegingen
stoorde.
„Een mooi meisje, niet, mijnheer?" zeide hij
op vroolijken, bijna fieren toon.
„Een wonder schoonheid," riep Pascal
uit.