UIT DE PERS.
BUITENLAND
BINNENLAND.
Rond de Kabinetscrisis.
Het roode testament.
GEM. BlIITENL 8ERIGHTEH.
KIM Eft SGKG3L
Ce mentaliteit van Claudius
Civiiis.
De Regeerinctscrisis in Duitschiand: nadere gegevens omtrent de
Stemming, die het Kabinet deed vallen. Stresemann heeft met deze motie
van vertrouwen zelf zijn val willen verhaasten, omdat hij door onvol
doenden steun in het parlement mislukkingen van zijn buitenlandseh-
politieke onderhandelingen voorzag. Het lid der Duitsche Volkspartij
von Hardendorf?, door het Centrum voorgesteld, is belast geweest met
het vormen van het nieuwe Kabinet, maar heeft zijn pogingen reeds op
gegeven. De Bcïersche eischen omtrent hervorming der rijksgrond-
r/et zijn geformuleerd. Beieren wil de schuldigen aan den staatsgreep
niet uitleveren. Fischer heeft in de commissie van herstel Duitschlands
financieele en economische positie uiteengezet. Poincaré s victorie,
Stresemann's val: de indrukken in Frankrijk. In Amerika betuigt men zijn
sympathie rel aan Frankrijk, maar ailerminst aan Poincaré. Lloyd
George's verkiezingstocht.
Onder de Telegrammen: Dr. Albert belast met de vorming van het
Duitsche Kahi :et. Vermoedelijke andere ministers. Arrestaties in het
Roergebied. Engeland is van plan, de militaire controle op zeer coulante
wijze te hervatten. De candidature» voor de Fngelsche verkiezingen.
Massa-arrestaties in Rusland. Een ontploffing aan boord van de
„Otterburn."
FEUILLETON.
GEEN COALITIE-KABINET.
t3e „Maasbode" schrijft naar aanleiding
van de mislukte poging van Mr. Kooien tot
het vormen van een kabinet:
„Uit bedanken van dr. Kooien voor de
opör. ht f formatie van een kabinet, mag
wel worden afgeleid, dat de huidige premier
inderdaad een profetischen blik bezat toen
hij als zijn meening gaf, dat een ministerie,
steunende op de drie groepen der rechter
zijde. na de verwerping der Vlootwet niet
mogelijk zou zijn.
En ook blijkt er rit, hoe de heer Kooien
zich bij zijn pogen tot Kr.biiets-formatie uit-
stuliend beeft bepaald tot het zoeken van
een oplossing in de aangeduide richting en
zich dus niet schijnt te hebben bekommerd
om de vraag, of hij eventueel een gemengd
kabinet, samengesteld uit mannen van rech
ter- en linkerzijde, 'bijeen zou kunnen bren
gen, gelijk wel is beweerd.
Nu de anti-revolutionaire fractie blijk
baar zijn „non possumus' heeft doen hoo-
ren op een wijze, die verder overleg hope
loos maakt, zal nochtans wel op een soort
gelijke combinatie dienen te worden aange
stuurd.
Tenzij een niet-Katho'iek formateur uit
i'i rechterzijde er alsnog 'n slagen mocht
vcor een soort zakenkabinet uit de re. hter-
zijde zich den steun te verzekeren van de
60 rechtsche leden "n het aldus zonder
speciaal accoord dan alleen op het stuk
van bezuiniging tot de stembus van 1925
uit te zingen.
Blijkt derhalve de hoop op een coalitie
kabinet ijdel. aldus zou althans het recht
sche regiem kunnen gehandhaafd blijven.
Een dergeiijkeoplossing moet toch eigen
lijk mogelijk zijn, gezien de overwegende
(om niet te zeggen beschamende) meerder
heid aan rechtsch enkant, waar men on
danks alle misverstand van den laatsten
tijd in beginsel zonder twijfel met el
kander één lijn trekt.
Verheffend is 't zeker niet, dat het onder
deze omstandigheden zooveel voeten in de
aarde heeft, om tot een nieuw plan voor
samenwerking te komen; en aan het parle
mentarisme in déconfiture zal de mislukking
van dr. Koolens poging stellig geen goed
doen."
LIEFST EEN RECHTSCHE REGEERING.
In een artikel „De Vlootwet-crisis" be
spreekt het Tweede-Kamer!id A. B. Michielsen
in „De Maasbode" aanhangige crisis en de
Vloortwetperiode, vreike hieraan voorafging.
O.m. stelt hij de vraag, of de Regeering hier
mi de kabinetskwestie en nog we! in zoo'n
scherpen vorm had behoeven te stellen. Hier
op antwoordt hij het volgende:
„Ik geloof bet niet. In de eerste plaats be
trof het hier geen prineïpieeie kwestie. De
10 tegenstemmers waren geen vijawjen van
de landsverdediging, geen voorstanders van
directe ontwapening, integendeel wanneer
de Regccring de keurige redevoeringen van
nvr. van Schaik naar-tig hadde overwogen,
don zou zij daaruit hebben gelezen: zeker
een ernstig bezwaar tegen deze wet voor dit
oogenblik, maar geen onoverbrugbare klove
voor de naaste toekomst reeds, wel daaren
tegen aDe elementen voor toenadering.''
Verder schrijft de beer Michielsen:
„Er moet echter weer een nieuwe Regeering
komen en Hefst een rechtsche. Wanneer men
y.ich alsnog aan de redevoering van (ten heer
Van Schaik met betrekking tot de Vlootwet
weet aan te passen, zal de oplossing niet
moeilijk zijn.
Er is echter m deze dagen meer dan 6én
bard woord gevallen en dat zal de oplossing
aiiet gemakkelijker maken."
Ten slotte doet schrijver uitkomen, dat het
in de coalitie sedent 26 October jJ. nog geen
i ais en vree is; hij zegt dan:
„Er moet nu niets meer geschaad worden.
Wij moeten geen verwijdering, doch toenade
ring brengen, zij het dan ook zonder opoffe
ring van wederzijdsoh inzicht Wij moeten
niet lijmen en niet krammen, wij moeten geen
schijn herstel der breuke, maar een duidelijk
accoord, thans zonder misverstanden. Dal
eischt vóór alles het economisch herstel van
het land, waarop vóór alles ons atler aan
dacht moet zijn gevestigd."
WAAROM DE POGING VAN MR. KOO-
LEN MISLUKTE.
Naar de N. R. Crt. uit goede bron ver
neemt, moet de mislukking der poging tot
Kabinetsformatie van mr. Kooien goeddeels
verklaard worden uit de gereserveerde
houding der Christelijk-Historischen. De an
ti-revolutionairen zouden nog wel voor een
bepaald program cn de opneming van geest
verwanten in een kabinet te vinden zijn ge
weest: de Christelijk-Historischen echter
(van wie men niet allereerst verzet had ver
wacht) konden op zijn hoogst een niet onl
we-willende houding toezeggen. Daarmede
meende de heer Kooien geen genoegen te
knnnen nemen.
Daarentegen wordt op grond van ver
trouwbare gegevens, het volgende gemeld
aar. de anti-rev. „Rotterdammer":
„Gelijk bekend, stelde de anti-rev. Ka-
meriractie zich van meetaf op 't standpunt,
dat 't gebeurde op 26 Oct. een Kabinet
steunend op de drie groepen der rechter
zijde, voorshands onmogelijk maakte, tenzij
her-iel der schade werd verkregen en de
redelijke zekerheid werd gegeven, dat her
haling niet te verwachten is.
Besprekingen wcike de strekking haddden
om dit te bereiken, hebben niet tot het ge-
wensebte resultaat geleid, zoodat de vor
ming van een Kabinet uit de drie groepen
der rechterzijde thans niet meer te ver
wachten is.
Zooals we reeds schreven, was de neiging
om wederom een coalitie-kabinet te vormen
bij de chr.-hist. partij vrij sterk, doch 't is
niet te verwachten, dat R.-K. samen met de
chr.-hi3t. de regeeringsverantwoordelijkheid
op zich zullen nemen.'
Aangaande het bovenstaand bericht van
de anti-rev. „Rotterdammer", schrijft de
„Maasb." het volgende:
„Het eerste gedeelte van het relaas lijkt
ons tamelijk indentieus. De vorming van
een rechtsch kabinet toch is niet afgestuit
op verzet bij de andere rechtsche groepen
cn zeker niet op onwilligheid der Katholie
ken om tot de vorming van een rechtsche
ministerie mede tew erken. Dat is herhaal
delijk duidelijk genoeg gebleken, zoowel in
de pers, als in de vergaderingen, waar R. K.
Kamerleden het woord voerden. Steeds ook
betoonden zij zich bereid tot overleg om
de „breuk" te herstellen. Maar voor zoover
wij mecnen tew eten, zijn door de Anti-Re
volutionairen nooit aan de andere groepen
daartoe concrete eischen gesteld of voor
stellen gedaan.
Het lijks ons daarom ook onjuist van
het A.-R.-orgaan om het voor te stellen
alsof het falen der poging van den heer
Kooien niet aan hen, maar aan anderen is
te wijten.
Wij meenen dan ook uit het bericht van
de „Rotterdammer" geen ander besluit te
mogen trekken dan dit, dat de Anti-Revo-
luiion.Jren hunnerzijds op het oogenblik
geen bestaansmogelijkheid zien voor een
rechts kabinet.
Het gevolg zal zijn dat de crisis nu in
een andere richting zal moeten worden op
gelost.
De crisis In Duitschiand
Bij de Vrijdag in den Rijksdag gehouden
Itemming ontbraken 75 afgevaardigden. Vol
tallig schenen alleen de Duitsche nation"!en
te zijn. Alleen Helfferich was afwezig. Men
weet dat hij zich om gezondheidsredenen in
het buitenland bevindt. Ook bij de Duitsche
volkspartij, de partij van den rijkskanselier,
waren eenige plaatsen onbezet. Men zocht
tevergeefs naar Stinnes en zijn medewerker
Voegeler die echter gisteren te Dusseldorf
met de bezettingsautoriteiten onderhandel
den. Al de leden van den rechtervleugel der
(actie waren voor het overige aanwezig. Bij
e sociaal-democraten was het aantal afwe
zigen het grootst. Een twintigtal afgevaar
digden ontbraken hier. Beweerd werd dat zij
hun stem niet tegen het kabinet hebben wil
len uitbrengen, en er daarom de voorkeur
j aan gaven in het restaurant te blijven tot
de stemming achter den rug was.
De aanwezige Duitsche nationalen, so
ciaal democraten en communisten stemden
eensgezind tegen, het centrum, de Duitsche
volkspartij en de democraten eensgezind
voor de motie van vertrouwen. Een dee! van
de afgevaardigden der Beiersche volkspartij
stemden tegen, een ander deel onthield zich.
De heele stemming duurde slechts enkele
minuten. Het was doodstil in de zaal toen
Loebe het resultaat van de stemming mede
deelde, eraan toevoegde aat de regeenng dus
niet het vertrouwen van het Huis genoot. Op
deze woorden van Loebe volgde geen applaus.
Dr. Stresemann is slechts ongeveer drie
maanden aan het bewind gebleven en is in
dit kort tijdstip als leider van twee kabinetten
opgetreden.
Aan een medewerker van het Acht Uhr
Abendblatt heeft dr. Streseman verklaard,
waarom hij een motie van vertrouwen had
ingediend, terwijl hij anders wellicht aan het
bewind had kunnen blijven.
„Het is geen gewoonte in de Duitsche po
litiek, dat de regecring een dergelijke mo
tie verlangt. Toch wilde ik deze motie aan het
parlement doen voorleggen, hoewel ik wist,
dat zij zou worden verworpen.
Ik deed dit, omdat ik wel voelde dat de
meerderheid waarover ik beschikte, onvol
doende zou zijn met het oog op de aanstaan
de belangrijke besprekingen en onderhart -
delingen van buitenlaudschen-poiitieken aard
Het gevaar bestond dat de onderhandelingen
zouden mislukken, doordat de regeering niet
op de meerderheid van het parlement kon re
kenen. Bovendien is het parlementaire stel
sel in Duitschiand nog erg jong en zonder
traditie. Het is de eerste maal in de geschie
denis van de Duitsche Republiek, dat een
regeering in een parlement ten val wordt ge
bracht. Alle andere kabinetten zijn heenge
gaan nadat lange besprekingen tusschen de
politieke groepen waren gevoerd. Nog nooit
is de Rijksdag eigenlijk verantwoordelijk ge
weest voor den val van een kabinet. Het par
lement meende, dat de Rij kspresident eigen
lijk verantwoordelijk was, omdat hij den nieu
wen rijkskanselier moest vinden en benoe
men. Het parlement moet eindelijk weer eens
inzien, dat het zelf de verantwoordelijkheid
te dragen heeft. Het aanstaande debat over
den werktijd sou zeker een nieuwe crisis heb
ben uitgelokt.
De Rijksdag is veranderd. In vrijwel alle
politieke groepen heerscht verschil van mee
ning. Hoe kunnen de leiders der partijen be
sluiten nemen, indien ze niet eens weten of
de fractie aan hun zijde staat. Een nieuw par
lement is nocdig. Ik betreur overigens, dat
wij niet het tweepartijen-stelsel hebben. In
een nieuwen rijksdag zal misschien de mo
gelijkheid weer bestaan van samenwerking
tusschen regeering en sociaal-democraten.
Een dergelijke samenwerking is mijns in
ziens in elk geval noodzakelijk."
Rijkspresident Ebcrt heeft Zaterdag het
rijksdaglid von Kardorff, lid van de Duitsche
Volkspartij, belast met de samenstelling van
een nieuw kabinet.' De heer von Kardorff
heeft bedenktijd voorgehouden. Eerst nader
hij te weten zou zijn gekomen, welke hou
ding de twee partijen, die het kabinet-Stre-
semann ten val hebben gebracht (sociaal
democraten en Duitsch-nationalen) tegenover
een door hem samengesteld kbinet zouden
aannemen, zou hij zijn beslissing nemen.
Het is zonderling, dat Kardorff behoort tot
de partij van welke de gevallen rijkskanse
lier de leider is. Nog zonderlinger is, dat hij
in deze partij niet eens tot de oppositie be
hoorde. Het zonderlingst van al is, dat het
centrum (de katholieke partij) hem -eft
voorgesteld.
Volgens latere berichten heeft de heer von
Kardorff echter Zaterdag nog den Rijks-
president medegedeeld, dat hij zijn pogin
gen tot vorming van een nieuw kabinet heeft
moeten opgeven.
Noch de Volks-partij, noch de Duitsch-
nationale partij bleken van zijn candidatuur
te willen weten.
De Duitsche Volks-partij had trouwens,
bij monde van haar tijdelijken leider Scholz
aan den Rijkspresident medegedeeld, dat
zij van oordeel was, dat uit haar midden
slechts dr. Stresemann voor de candidatuur
in aanmerking kwam.
Dat ook den Duitsch-nationalen de can
didatuur van Kardorff niet aanstond, is even
min te bewonderen, daar deze vroeger tot
hen heeft toebehoord en hun vervolging den
rug heeft toegekeerd.
Hiermee is dus deze zonderlinge candidaat-
stelling door het centrum en de democraten
van een man, die tot een nadere partij be
hoorde, mislukt.
In hetzelfde interview, waarvan wij boven
spraken, heeft'Dr. Streseman de gelegenheid
aangegrepen om nog eens zijn meening te
zeggen over den terugkeer van den gewezen
kroonprins.
„Ik ken den kroonprins zeer goed. Tijdens
den oorlog heeft hij zich ontwikkeld tot een
man, die den last van de verantwoordelijk
heid kent. Moet ik er aan herinneren, dat hij
na den slag aan de Marne dringend heeft
verzocht vrede te sluiten? Van de verdere
rol, die hij tijdens den oorlog speelde, wil ik
niet reppen. Echter heeft de wereld zeker
nooit een meer onjuiste voorstelling van ie
mand gekregen dan van dezen man. Ik sta
voor hem in. De geschiedenis bewijst, dat
men een toekomstig vorst nooit moet beoor-
deeien naar hetgeen hij als kroonprins heeft
gedaan. Welk verschil bestaat niet tusschen
koning Frederik den Groote en kroonprins
Frederik. Zooals gezegd, ik ken den kroon
prins en ben ervan overtuigd, dat hij in de
actie der rechtsradicalen eerder een hinder
nis dan een vooruitgang ziet. En nu vraagt de
entente ons, waarom wij toestemming hebben
verleend, dezen Duitscher naar zijn vader
land, bij zijn vrouw en kinderen te laten te-
rugkeeren. Ons antwoord moet luiden „Dat
is onze zaak, die buiten ons niemand iets aan
gaat."
BEIEREN EN HET RIJK.
Naar de bladen uit München vernemen
heeft de Beiersche regeering een programma
van eischefn opgesteld, ter hervorming van
de rijksgrondwet en ter regeling van de ver
houdingen tusschen het rijk en de landen,
dat dagelijks na de vorming van de nieuwe
regeering haar zou worde toegezonden.
De Beiersche regeering stelt zich daarmee
ten doel het steunen van de door de Rijks
dagfractie van de Beiersche volkspartij inge
diende motie over de herziening van de rijks-
gronéwet in federaiistischen zin.
Nadat de Rijksregeering het rijksgerechts
hof had uitgenoodigd, alle personen die een
rol hebben gespeeld bij den mislukten staats
greep te München te vervolgen, heeft, naar
wij vernemen, de rijksadvocaat den Rijksdag
toestemming gevraagd tot vervolging van
den afgevaardigde von Graefe van de Duit
sche Volkspartij.
De Beiersche regeering heeft overigens
heden reeds uitdrukkelijk te kennen gegeven
dat zij in geen geval personen die aan den
staatsgreep hebben deelgenomen aan rijks-
autoriteiten zal uitleveren.
DE COMMISSIE VAN HERSTEL.
De vergadering van de commissie van her
stel, die Vrijdag van kwart over 10 tot kwart
voor 1 duurde, was geheel gewijd aan het
hooren van een lange uiteenzetting door Fis
cher over den econ-mischen en financieelen
toestand van Duitschiand. Fischer eindigde
met te zeggen, dat hij een reeks van beschei
den ter beschikking van de commissie hield
om zijn beweringen te staven en dat de dele
gatie ter beschikking van de commissie stond
om de uiteenzetting mondeling aan te vullen.
De commissie zal eerlang de uiteenzetting
van Fischer bespreken.
Fransche indrukken over
Poincaré's succes en Stre
semann's debacle.
Poincaré heeft het vertrouwen herwonnen,
dat gedurende den Gezantenraad, eerst door
zijn eischen, die Engeland moesten afstooten,
later door concessies aan het Britsche stand
punt, scheen te wankelen. Tardieu werkte dit
resultaat door zijn onzinnige optreden in de
and. Het persoonlijke karakter in beider
duel was onmiskenbaar. Hij zelf pleegt redici-
ve in de Echo National van het echec Vrij
dag in de kamer geleden toen hij het nationale
blok verweet alleen als het aankomt op schen
ding van het verdrag van Versailles met de
linkerzij mee te gaan. Zaterdagmorgen be
schuldigde hij opnieuw de Kamer van uiterst
rechts tot de socialisten één lijn trekken tegen
wat hij van belang acht. In dit opzicht staat
hij alleen.
Cachin ziet in de heele zitting een sombere
klucht, waarbij zelfs radicalen en socialisten
tot zekere hoogte met Poincaré meespeelden.
Inderdaad zaten die groepen elkaar Vrijdag
geducht in de haren.
Stresemann's aftreden maakt in Frankrijk
niet veel indruk. In elk geval werd het ver
wacht. Links stelt Poincaré deels door het
echec aansprakelijk. Stresemann zocht
overeenstemming met Frankrijk, onder an
dere blijkens uit het opgeven van het lijdelijk
verzet in het Roergebied. Parijs wees de toe
gestoken hand af. Nu gaat hij heen op het
oogenblik, dat Stinnes en de zijnen met de
Franschen in de Roer een economische over
eenkomst sluiten. Zal deze onder Strese
mann's opvolger uitvoerbaar blijken? Men
is niet gerust erop, immers kan een volgende
minister-president Cuno's voorbeeld volgen
en den magnaten verbieden zaken met de
geallieerden te doen. Dan ware Frankrijk
van den wal in de sloot geraakt.
De Fransche bladen wijzen op het contrast
tusschen de Kamervergadering te Parijs en
de bijeenkomst van den Rijksdag te Berlijn,
in elk waarvan een regeeringshoofd de po
litiek zijner regeering heeft uiteengezet. De
Fransche politiek, schrijft de Matin, berus
tend op eerbied voor verdragen, heeft met
een weergalooze meerderheid gezegevierd.
Te Berlijn daarentegen heeft de Duitsche
politiek, die op schending van de verdragen
berust, het treurig afgelegd en Stresemann,
de kanselier, gehoond door uiterst links zoo
wel als door de rechterpartijen, is gevallen,
Duitschiand in een volkomen chaos achter
latend.
AMERIKA ANSCHE OPINIES OVER
FRANKRIJKS SCHULDEN EN
FRANKRIJKS GESTES.
Officieel Washington, aldus de New-
Yorksche correspondent van de Daily Tele
graph, heeft ernstig de wenkbrauwen ge-
frensd over het voorstel van senator Smoot
om nu Poincaré de benoeming van een com
missie van deskundigen tot onderzoek van
Duit:c'iland's draagkracht heeftin de wielen
gereden, aan Frankrijk te vragen wanneer
het denkt de Ver. Staten zijn schuld af te
betalen. Het congres heeft te verstaan ge
geven, dat een leening door de Ver. Staten
verstrekt, niet geschrapt kan worden, doet
Washington, aldus Hughes, wil geen druk
op zijn schuldeischers uitoefenen en is bereid
tot een redelijke overeenkomst inzake data
en wijze van terugbetaling. Uncle Sam is
niet voornemens pressie op Frankrijk en
Italië en andere landen uit te oefenen. Hij
is er trouwens van overtuigd, dat een derge
lijke stap te Parijs slechts een nieuwe Zon-
dagsche redevoering van Poincaré tenge
volge zou hebben om mee te deelen, dat gifte van schatkistbiljetten ten bedrage vaz
Frankrijk betalen zal, zoodra het de Duitsche 250 millioen drachmen.
In gezaghebbende kringen wordt het be-
richt van een heftige oplossing van de dy
nastieke kwestie tegengesproken. De stroo
ming voor het doen van een beroep op
Venizelos om de crisis op te lossen wordt
sterker. Het besluit, waarbij de staat van
beleg definitief wordt opgeheven, zal vandaag
verschijnen.
Men meldt dat Venizelos een telegram
van kolonel Pangalos heeft ontvangen, waarin
hij wordt uitgenoodigd naar Griekenlan.
terug te keeren. Terzelfder tijd meldt men
dat de staat van beleg in Griekenland morgen
zal worden opgeheven.
schadevergoeding heeft ontvangen. Deze
houding beteekent echter niet, dat de Ver.
Staten Frankrijk van zijn verbintenis zullen
ontslaan of af sullen zien van kritiek op de
houding van de Fransche regeering. Men
beklaagt er zich hier algemeen over, dat de
houding van Frankrijk betaling door Duitsch
iand vrijwel onmogelijk heeft gemaakt en dat
Poincaré, terwijl hij betoogt, dat Frankrijk
niet in staat is de regeling van zijn schulden
in overweging te nemen, gezorgd heefd, dat
de kleine staten van Oost-Europa tot een
bedrag van ongeveer 400 miljoen dollar
leeningen van Frankrijk ontvingen en dat
Frankrijk het grootste leger der aarde op de
been houdt en de machtigste luchtpost
bouwt, welke er ooit geweest is. Een hoofd
artikel in de New-York World heeft er
Frankrijk aan herinnerd, dat de Ameri-
kaansche regeering' niet van pressie afziet
uit sympathie voor Poincaré, maar uit sym
pathie voor Frankrijk en het verlangen zijn
slechte raadgevers niet te stijven door nieuwe
lasten op de schouders te legg n van het
Fransche volk. Dit artikel geeft de over-
heerschende meening in de Ver. Staten weer,
al is er een groep, waartoe het Amerikaansche
Legioen behoort, welke de Fransche actie
aan de Roer heeft aangemoedigd.
De Engelsche verkiezingen.
Op den tocht, dien Lloyd George Vrij
dag uit Londen door Engeland ondernomen
heeft, denkt hij vijf millioen kiezers te kun
nen bewerken. Een es kort van Elcctriciens
reist hem vooruit om overal geluidversterkers
aan te brengen, die zijn woorden verder
moeten dragen, dan anders mogelijk zou
zijn en hem in staat zullen stellen zijn stem
te sparen.
In Glasgow heeft Lloyd George Zater
dag in een verkiezingsrede gezegd dat in den
loop van het conservatieve bewind in Enge
land de toestand in Europa belangrijk slech
ter is geworden. Een jaar geleden beloofden
de conservatieven betere betrekking met
Frankrijk, doch spr. twijfelde of iemand zich
kan herinneren dat zij zoo slecht geweest
zijn als thans. Het herstel van den vrede in
geheel Europa is ons doel en als wij de gele
genheid krijgen, zullen wij dit doel zeker
bereiken. Het wordt tijd dat de vredesengel
in Europa ook een kans krijgt. Verder be
sprak Lloyd George de tariefplannen van
Baldwin evenals de heffing in-eens der ar
beiderspartij die hij beiden ten zeerste be
streed.
HET SPAANSCHE VORSTELIJKE
PAAR IN ITALIË.
Te middernacht zijn het Spaansche vor
stelijke paar en generaal Primo uit Rome naar
Florence vertrokken. De Koning, de Ko
ningin en de Kroonrpins van Italië, alsmede
ministers en andere autoriteiten deden hen uit
geleide.
De koning en de koningin van Spanje zijn
te Florence aangekomen en met groote geest
drift toegejuicht.
In de pers doet het bericht de ronde dat de
groep der Duitsche volkspartij in den Prui-
sischen landdag haar bestuur opdracht zou
hebben gegeven om de regeering mee te dee
len dat zij uit de coalitie treedt. Dit bericht
loopt echter op de gebeurtenissen vooruit.
Op het oogenblik is nog niet bekend, welke
slotsom de partij uit den veranderden toe
stand zal trekken.
Op verscheiden plaatsen in Berlijn is Za
terdagochtend weer geplunderd. In het geheel
zijn drie "slagerijen en evenveel bakkerijen
leeggehaald. Voor een andere slagerij joeg
de politie een groote menigte uiteen vóór het
tot plunderen kwam. Een troep van tien man
nen en twee vrouwen, die bedelende allerlei
winkel in sliep werd ingerekend.
Naar aanleiding van het verbod der
communistische en rechtsradioale partijen
zijn gisteren te Berlijn ongeveer 40 huis
zoekingen gehouden en dit niet alleen in de
bureaux van de besturen der partijen maar
eveneens in de afdeelingsbureaux. De redac
tiekantoren van de Rote Fahne en van het
Deutsche Tageblatt zijn door de politie
gesloten en verzegeld. Het is het personeel
in dienst der partijen en dér bladen verboden
verder voor de partijen te werken of de vroe
gere lokalen der partijen te betreden. Bij de
huiszoekingen is heel wat materiaal in handen
der agenten gevallen. Arrestaties vonden niet
plaats.
Het loon van de rijksarbeiders zal van
de volgende week af in goudmark worden
berekend en van 26 tot 56 penning per uur
bedragen. Bovendien wordt voor vrouw en
kind een toeslag van 3 penning per uur
betaald.
De Weensche politie is een groote zwen-
delarij op het spoor gekomen waarbij ook
Nederlanders schijnen te zijn aangewezen.
Het betreft den pachter van een hotel in de
pas gestichte zwavelbadplaats Schallerbach
(BovenOostenrijk), Zottl genaamd. Zottl had
nog een tijdje een rol gespeeld in het Ween
sche politieke leven, maar moest wegens
eenige duistere zaakjes daaruit verdwijnen'
UIT GRIEKENLAND.
De ministerraad heeft besloten tot de uit-
HET VATIC A AN EN FRANKRIJK
Wij hebben onlangs melding gemaak
van geruchten, loopende in de kringen van
het Vaticaan, dat Jonnart, als vertegenwoor
diger van Frankrijk bij den Heiligen Stoel
zou vervangen worden door Doulcet, du
vroeger Frankrijk's zaakgelastigde geweest is.
Naar de Agenzia Volta thans meldt, zijr.
de onderhandelingen tusschen het Vaticaan
en de Fransche regeering betreffende he
kerkelijke regiem in Frankrijk hervat. De
Heilifge Stoel zou den wensch te kennen
gegeven hebben, dat de toekomstige ver
tegenwoordiger van Frankrijk niet tot de
parlementskringen zal behooren.
Z. D. H. Mgr. P. HOPMANS.
Naar de Msb. verneemt, is Z. D. H.di
Bisschop van Breda Woensdagmiddag in zijn
bibliotheek zoodanig gevallen, dat hij twee
schouderfracturen bekwam.
De doctoren, die mgr. met X-stralen neb
ben onderzocht, verjklaarden de fracturen
niet van ernstigen aard.
Mgr. moet thans zijn kamer houden»
„De Vrijheid", hef orgaan van Dressel-
huys' Vrijheidsbond, dien sommigen in de
kabinetsformatie willen betrekken, heeft te
Nijmegen een medewerker, die zich Cl. Ci
viiis teekent.
's Mans mentalitit blijkt het best uit de
slotregels van zijn brief, die hij gespatieerd
laat afdrukken: „Op elke open plek, die
niet al te ongelegen is, bouwen wij hier
tegenwoordig een school of een kerk.
De school is een bijzondere school, en
de kerk is geen vrijmetselaars-bedehuis,
dat is zijn grief.
Welnu, deze Cl. Civiiis luest ditmaal den
burgemeester van Nijmegen, over wien hi
w,el°eens met lof geschreven heeft, tot mik
punt van zijn aanval.
Waaraan heeft de burgemeester het ver
diend?
Hij is zegt het „Huisgezin" voorzit
ter van het curatorium der Katholieke Uni
versiteit.
„Hij is voorzitter van het curatorium dei
Katholieke Universiteit.
Hij heeft bij de opening der Universiteit
het bestuur cler St. Radboudstichting uit
naam van Nijmegen bedankt, dat de keuz'
der vestiging op deze gemeente is gevallen
Hij heeft bij de opening der Universiteit
de groote klok van de toren der protes-
tansche St. Stevenskerk (eigendom der ge
meente) laten luiden, wat Cl. Civiiis stui
tend noemt voor het niet-katholieke deel
dor bevolking.
Hij heeft het woord gevoerd bij de eerste
steenlegging van het nieuwe R. K. zieken
huis en de hoop uitgesproken, dat de voor
zitter der stichting het nog zou beleven, dat
de Universiteit zich zoo zou uitbreiden, dat
er ook een medische faculteit aan werd
verbonden, waardoor het ziekenhuis tot zijn
volle waarde zou komen.
Dit alles heeft de burgemeester van Nij
megen gedaan, of liever, aan dit alles staat
hij schuldig, en deswege moet hij worden
gelaakt.
Een burgemeester mag volgens Cl. Gvilis
eigenlijk nief "katholiek zijn, het althans
niet toonen.
En hij mag ook niet voorstaan en bevor
deren wat, naast den stoffeiijken bloei,
mede het aanzien, de moreele en intellec-
tueele beteekenis zijner stad kan verhoogen.
Cl. Civiiis laat te duidelijk merken, waar
de schoen 'm wringt.
Katholieke scholen en kerken zijn hem
een doorn in het oog, ook al gaan de be
wijzen van geestelijken welstand van stolfe
lijke welvaart vergezeld."
Het is de oude liberale onverdraagzaam
Eeid, die uit zijn mond spreekt.
Hij kan zich nog niet schikken in den
nieuwen tijd en in de nieuwe verhoudingen.
Hij ziet de aftakeling van zijn eigen stel
sel en de leer (de Nederlander sprak dezer
dagen wel terecht van den vermolmden
Vrijheidsbond) en kan er zich niet mee ver
zoenen, dat uit den ouden en altijd jeugdi
gen boom van het geminachte Catholicisme
nieuw leven opbloeit.
En nog altijd kunnen de liberalen hun
laatdunkende manieren niet afleggen en
leven zij met hun gedachten nog te veel in
een verleden, dat nimmer terugkeert.
25
XKIV.
Thuis gekomen gat de oude knecht een
paar orders aan de dienstboden, Let circu
laire t drukken en zetti- zich aan het werk,
or d hem door don kantonrechter opge
dragen taak te volbrengen.
Hij opende ce.-st het bureau en doorzocht
alle laden behalve het geheime hokje, dat
hij niet kende, er. vond natuurlijk niets.
)e andere meubelen, die hii vervolgens
onderzocht, leverden niet veel beter resul
taat op.
Er bleef alleen nog een kastje over, in
Renaissance stijl.
Daar lag het testament, maar hoe Jero
me ook probeerde, geen van de sleutels
paste.
Zeer verwonderd hierover zocht hij in de
kleeren, die de graaf den vorigen dag had
gedragen.
De sleutel v. as en bleef weg.
Zoover was Jerome met zijn onderzoek
gekomen, toen een knecht kwam zeggen,
dat de kantonrechter en -e griffier waren
gekomen.
Jerome bracht hen in d« sterfkamer.
„Hebt ge iets gevonden?" vroeg de kan
tonrechter.
„Neen, mijnheer,"
,,Je hebt toch de studeerkamer onder
zocht?"
„Ik heb alle meubels onderzocht, behal
ve één, waarvan ik de sleutel niet kan vin-
den."
„Hebt ge de kamer hier al onderzocht?
„Neen, mijnheer,"
„Waarom niet"
„In tegenwoordigheid van den doode zou
ik dat niet durven doen."
„Wij zuilen dus maa» gaan verzegelen.
Als de zegeh worden afgenomen, zullen
we alles nauwkeurig onderzoeker..... La
ten we nu maar naar de studeerkamer
gaan."
Jerome opende de deur van de studeer
kamer.
Met een snellen blik zag de kantonrech
ter rond en vroeg:
„Waar is dat meubel, waarvan ge den
sleutel niet vinden kunt?"
„Dat daar."
„Waar sloot uw meester meestal zijn pa
pieren van waarde?"
„Juist daarin."
„Nu, dan moet het testament zeker daar
in liggen...."
„Kunt ge misschien n 'aan, waarom de
sleutel er van niet bij de andere is?...."
„Dat weet ik niet.... Maar hij kan on
mogelijk verloren zijn."
„Als 't toch zoo was, haalden wij een
smid er bij," hernam de kantonrechter. „Al
lereerst zal ik dit meubeltje verzekeren."
En zich tot zijn griffier wendend, voeg
de hij er bij:
„Vergeet vooral niet in het proces-ver
baal te vermelden, dat die sleutel niet ge
vonden is."
„Wat de papieren betreft, die op het bu
reau liggen, berg ze maar in het bureau."
De griffier gehoorzaamde, terwijl de kan
tonrechter de zegels legde.
Nadat het studeervertrek een beurt had
gehad, gingen ze naar de andere kamers.
Het huis was groot en bet werk duurde
ge ruimen tijd.
Het was reeds zeven uur in den avond,
toen de laatste zegel gelegd werd.
Dan verzocht de kantonrechter aan Je
rome, om alle dienstboden van het huis bij
een te 'gaan roepen.
Eenige oogenblikken later waren ze al
lemaal aanwezig.
„Ik moet u," zeide hij, „den eed afne
men, die door de wet wordt geëischt,
„Gij zweert, dat ge hier niets ontvreemd
hebt en dat gij niet weet, dat er iets zou
ontvreemd zijn door iemand anders?"
„Let wel op, dat die vraag geen de minste
verdenking ten uwen opzichte inhoudt..,."
„Het is alleen de wet, die tot deze vraag
verplicht."
„Geeft nu antwoord."
De bedienden letfden allen beurtelings
den gevraagden eed af, hetgeen eveneens in
het proces-verbaal werd opgeteekend en
door allen werd onderteekend.
Dan nam de kantonrechter weer het
woord.
„Jerome Villard, ik benoem u tot zegel
bewaarder.Neemt ge dat aan?"
„Ja mijnheer."
„Ge weet, dat deze benoeming u een
zware verantwoordelijkheid oplegt."
„Ik weet het en toch neem ik de be
noeming gaarne aan. Me dunkt, dat ik daar
door mijn meester de laatste eer bewijs."
De sleutels werden dan aan den griffier
overhandigd.
Het was ongeveer vijf uur in den namid
dag van denzelfden dag, toen de knecht
van mevrouw de Chatelux haar Raymond
Fromenthal kwam aandienen en zijn zoon.
Mevrouw de Chatelux liet haar bezoe
kers in de zaal.
Raymond Tromenthal was een man van
ongeveer vijftig jaar.
Groot en kloek gebouwd als hij was, met
breede schouders, was Raymond het levend
beeld van lichaamskracht, hoewel zijn dik
baar reeds vroeg wit was geworden.
Zijn trekken waren zeer regelmatig.
Er lag een bijzondere uitdrukking in van
zachtaardigheid en zwaarmoedigheid.
Paul geleek sprekend op zijn vader, maar
was lang niet zoo stevig gebouwd.
Hii geleek op zijn moeder, zeide altijd
gravin de Ghateb'x.
Mevrouw de Chatelux reikte vader en
zoon hartelijk de hand.
„Dat is nu nog eens aardig, beste Ray
mond, dat je me komt bezoeken."
„Het is al reeds lang geleden, dat ge een
laatste maal bij mij was."
„Dag Paul," voegde de gravin er bij, zich
tot Paul wendend.
„Ik behoef je geen verwijt te maken, ik
zie je tegenwoordig Gelukkig dikwijls ge
noeg, maar je vader schijnt karig te zijn
met zijn bezoeken, hij schijnt niet graag te
komen."
„Ik zou eigenl meer mod-n komen,
mevrouw," sprak Raymond ernstig, „om u
le bedanken voor de goedheid, die ge aan
Paul betoont, maar ik vrees .altijd, dat ik
lastig voor u ben."
„Nu, 't is goed Raymond, maar dan moet
je me beloven meer te komen."
„Dat beloof ik u gaarne."
„En allereerst wil ik dat ge vandaag
eens wat langer blijft."
,Gaat zitten en laten wij een beetje gaan
praten."
„Is Fabien niet thuis, mevrouw?" vroeg
Paul.
„Ja zeker, jongen; ik ce-lc, dat hij op zijn
studeerkamer is."
„Zou ik hem niet storen?"
„Je weet wel, dat jij hem' nooit stoort,"
„Wilde je hem iets vrage misschien?"
„Ja ik wou hem voorstellen graaf de
Thonnerieux «ven te gaan bezoeken."
Toen we twee dagen geleden bij den
graal waren, moesten wij beloven, vandaag
terug te komen."
„Dat is een belolte, die je moet hou
den.... Ga Fabien halen en ga dan even
naar den graaf."
„Ik zou, wel weer graag willen weten, hoe
het nu met hem is,"
„Ik zie u misschien nog bij Mevrouw,"
zei Paul tot zijn vader.
„Graaf de Thonnerieux woont niet ver
hier vandaan."
„We loopen vlug en zijn dan weer gauw
hier."
„Als mevrouw het goed vindt, zal ik hier
blijven wachten, Paul," hernam Raymoijd
De jongeman ging heen om zijn vriend t«
halen.
„Nu Raymond, nu kunnen we yrjj
spreken. Ben je tevreden?"
„Over mijn zoon?"
„Niet in alle opzichten."
„Doet Paul je soms verdriet aan?"
„Verdriet aandoen?Paul? ti'ch
neen, de arme jongen kan het zelf niet hel
pen."
Zijn zwakke gezondheid maakt me soms
bezorgd. Hij is zacht van aard en heel
vriendelijk altijd."
„Daarbij werkt hij hard."
„Ik heb hem Goddank niets te verwij
ten."
„Daar v/as ik wel van overtuigd, want ik
heb hm" al leeren kennen. Het is een be-