BUITENLAND Het roode testament. Volgens Engelsche courantenberichten zou het vertoog van de V. S. en Engeland aan Frankrijk alleen betreffen de Fransche credieten aan dc Oostenrijks-Hongaarsche Staten, waardoor misschien op Britsche priori teitsrechten inbreuk zon worden gemaakt. Rechberg, die met Fransche autoriteiten zijn nieuwe schadevergoedingsplan besprak is een ander dan de Kali-magnaat. Het laatste Ehiitsche memorandum aan Poincaré is uitvoerig door de Britsche regeering aan Reuter medegedeeld, waarover de Fransche premier zich zeer verstoord toont. Het Iersche leger wordt teruggebracht tot op minder dan twee derden van het toegestane contin gent. Venizelos wordt heden te Athene verwacht. Het Mexicaansche oetroletungebied zou in handen der rebellen zijn, die de petroieumrechten opeiscken. De V. S. verkoopen oorlogsmateriaal aan Mexico. Een kruiser van .de V. S. naar Honduras tot de ongeregeldheden daar en In Mexico geëindigd zuilen zijn. Het huwelijk van den Japanschen prins-regent uitgesteld wegens de Kabinetscrisis? Onder de Telegrammen: Rechberg gedesavonreerd door von Hoesch. De Engelsche regeering zou besloten hebben, haar protecti-poiitiek te 'aten varen. In conservatieven kringen wordt een ernstige drang waarge nomen om zich met de liberalen te verstaan en een arbeiderskabmet te voorkomen. Het Spaansche Directorium heeft officieel verklaard, dat het Tanger-statuut, zooais het daar nu ligt, aanvaard moet worden. De kwestie der Sowjet-propaganda in Rusland. GEM. BUiTENL. BEROTEH. HET VERGAAN VAN HET FRANSCHE LUCHTSCHIP „DIXMUDE". EEN ONGELUK BIJ HET RODELEN. rechtbanken. FEUILLETON. Ce commissies der C. v. H. Volgens een bericht uit New-York zijn de Atnerikaansche deskundigen in de door de Z. v. H. ingestelde commissies Zaterdag aan boord van de „Paris" naar Europa vertrokken. Engeland en de Fransche militaire credieten aan Polen, Roemenie en Zuid- Slavie. Een H. N.-bericht in ons blad van Maan dag meldde, dat de Engelsche en de Ameri- kaansche regeering in verband met de weige ring der Fransche regeering om prioriteit te verleenen aan levenstniddelencredieten voor Duitschland, opheldering zouden verzoeken ar ngaande de militaire credieten, die Frank rijk aan Roemenië, Poler. en Zuid-Slavië heeft ,-erstrekt. Dit zou dan weer samenhan gen met een aandringen op afbetaling der vorderingen van Engeland cn Amerika op Frankrijk.. Volgens de „Evening Standard" staat de taak echter eenigszins anders. Ode heer Poincaré heeft onlangs in de Fransche Kamer verklaard, dat de credieten aan bedoelde taten volkomen gewaarborgd zouden zijn. ingevolge de vredesverdragen hebben even- vel d: voornaamste geallieerde mogendheden en Amerika prioriteitsrechter, ten aanzien der financieele verbintenissen, welke de be trokken staten hebben aangeg-aan in hun toedanigheid van opvolgers der Ooster.- rijksch-Hongaarsche monarchie. Op grond hiervan informeert de Britsche egcering bij bedoelde regeeringen in hoe- »er.--' op deze prioriteitsrechten inbreuk zou worden gemaakt door den voorgesteldenwaat- borg aan Frankrijk van de door dit land te geven r ure credieten. Het sehadevergoedings- plan-Rechberg. Er wordt op gewezen, naar aanleiding van de berichten over de te Parijs door den Duit- schen industrieel Rechberg ontwikkelde plan nen welke plannen in Duitschland al da delijk volkomen gedesavoueerd zijn dat deze heer Rechberg blijkbaar niet de kali- magnaat is, zooals aanvankelijk uit Parijs werd gemeld, dcch de beeldhouwer Rechberg, die voor der. oorlog reeds te Parijs woonde. Ook hij is wel industrieel, ma3r toch niet van de beteekenis als die van den groot-industrieel, voor v ier hij ten onrechte is gehouden. Het memorandum von Hoesch. van Aan de publicatie van „Reuter" is het vol gende ontleend De Duitsche mededeeling constateert ter inleiding, dat de Duitsche vertegenwoordi ger te Parijs bereids met Poincaré van ge dachten gewisseld had, om dezen op de ur gente noodzakelijkheid van het voeren van onderhandelingen tusschen de beide regee- ringen te wijzen. Die onderhandelingen zouden moeten be treffen le. Het verkeer tusschen het bezette en onbezette gebied. Vóór alles is noodig de op heffing van de beletselen welke thans nog ten opzichte van het handelsverkeer tusschen beide gebieden bestaan, b.v. de binnenland- xche douane-grens de opheffing van de in- en uitvoervergunningen intrekking van dc bepalingen betreffende het personenverkeer der bewoners van het bezet en onbezet ge bied regeling van het goederentransport, uit het bezette gebied naar het buitenland Het Fransch-Belgische douane-bestuur heeft in de bezette zóne andere tarieven dan,, in Duitschland gelden. Het is wenschelijk dat deze tarieven gelijk worden. De Duitsche regeering heeft het uitvoer vergunningen-systeem nagenoeg geheel af geschaft, en ook het systeem van invoerver gunningen wordt weinig toegepast. De in- tergeailieerde autoriteiten daarentegen hand haven het systeem van in- en uitvoervergun ningen, zoodat de industrie van het niet be zette gebied genoodzaakt is, aan het in- en uitvoerbureau te Ems vergunningen te vra gen, tegen betaling van een hoog tarief, voor goederen, welke in onbezet gebied op de lijst der „vrije goederen" voorkomen. Het zou wenschelijk zijn, dat het bureau te Eras, het bezette gebied van Duitschland in dit opzicht in een gelijke positie plaatst, als het onbezette gebied. 2e. Het geldwezen. Voor de doorvoering van de overeenkomst met de Micura heeft het bezette gebied groote credieten noodig op stabielen grondslag. De uitvoering van die overeenkomst hangt grootendeeis af van het besluit der Rijnland commissie, om de circulatie der rentemark toe te laten, maar ook om de wetgeving der rentebank te doen toepassen in het bezette gebied. Behalve de rentexnark is ongelukkigerwijze nog een waardehoudende munt noodig, om het door de gemeenten uitgegeven noodgeld te vervangen. Dit noodgeld moet worden afgeschaft, omdat de rijksbank dat geld niet kan aanvaarden. De Duitsche regeering heeft daarom de Landesbank in dc Rijnprovincies en te Düs- seldorf gemachtigd een waarde hauden de munt uit te geven namens de respect. Steden en gemeenten. Deze munt zou door de steden en gemeen ten van het bezette gebied en door de Landes bank zelf gewaarborgd worden. Er was aangekondigd, dat Poincaré een Nieuwjaarsrede zou houden voor Engeland, welke rede draadloos hier zou worden opge vangen. Zondag werd radiografisch medegedeeld dat dit niet geschieden zal. Men v aagt zich af, wat hiervan de oorzaak kan zijn en de Pa- rijsche correspondent van de „Express" ver neemt, dat Poincaré erover verstoord is, dat de Britsche regeering aan Reuter den inhoud van het gesprek tusschen den Franschen pre mier en de Duit chen zaakgelastigde te Pa rijs heeft medegedeeld. Poincaré verklaarde, dat de inhoud van dit gesprek uit beleefdheid aan het foreign of fice werd gezonden. Van zijn verstoordheid geeft hij thans blijk, door geen Nieuwjaars groet naar Engeland te zenden. Geen Duitsche gevangte- ccn naar Guyana. Maandagochtend meldden wij, dat de Duitsche bladen er op aandrongen, dat de Duitsche regeering zou protesteeren tegen het transporteeren van drie Duitschers, die wegens sabotage door den krijgsraad in het Ruh gebied zijn veroordeeld, naar de Fran sche strafkolónie Guyana, resp. het Duivels eiland. „Havas" seint thans, dat dit onjuist is. Zij werden slechts naar de strafgevangenis St. Martin op het eiland de Ré (dep. Charente) gedirigeerd, welke zij niet zullen verlaten. Een uitspraak van den nieuwen ambassadeur der V.S. te Londen. Kellogg, de nieuwe ambassadeur der V.S., is te Londen aangekomen en verklaarde, dat de economische en politieke chaos, die in vele deelen der wereld bestond, een zeer ver draagzaam en breed staatsmansbeleid eischte met name van de groote mogendheden. Hij geloofde evenwel, dat 1924 gunstiger zou zijn dan 1923, daar de wereld zich ge leidelijk moeizaam herstelde van den grooten oorlog. Wijziging in den Engel- schendiplomatieken dienst. Sir Horace Rumbold is benoemd tot am bassadeur te Madrid als opvolger van Sir Esrae Howard, die (zooals gemeld) ambas sadeur *te Washington wordt in verband met met het aftreden van Geddes. Demobilisatie van het Iersche leger. De Iersche Vrijstaat is bezig, zijn leger snel op vredesvoet terug te brengen. De mi nister van financiën heeft beslist, dat de uit gaven voor het leger beperkt moeten worden tot 4 miliioen pond en thans wordt bericht, dat het bestaande leger zal bestaan uit on geveer 20.000 man, hetwelk minder dan 2/3 is van het aantal, toegestaan bij het Engelsch- Iersche verdrag. De uitgebreide demobilisaties, welke heb ben plaats gehad, gepaard met het in vrij heidstellen van meer dan 10,000 gevangenen, zullen waarschijnlijk zwaar drukken op de arbeidsmarkt, maar hierin zal eenigermate worden voorzien door he: voorstel van het parlement van den Vrijstaat, 2 miliioen pond uit te geven voor noodmaatregelen Vele man nen zullen aan het w«k worden gesteld/ om het deel van Dublin te herbouwen, dat verwoest werd in de onrustige tijden van drie jaren geleden. In het nieuwe jaar zal een aanvang worden gemaakt met het her stel van Sackville-street tot hare oude groot heid zij was n.l. een der schoonste hoofd straten van Europa. Venizelos vertrokken. Venizelos is Zondag uit Marseille ver trokken en wordt heden in Athene verwacht. Het Grieksche Kabinet heeft besloten af te treden na de eerste bijeenkomst der Nationale Vergadering. De opstandige beweging in Mexico. Een telegram uit Vera Cruz meldt, dat het garnizoen der haven van Tuxpan zich bij de revolutionnairen heeft aangesloten. Dit wordt van belang geacht daar hierdoor c e re volutionairen de volledige macht hebben over het petroleumgebied, waarvan Tuxpan de haven is. De la Huerta heeft een besluit uitgevaar digd, dat alle rechten op de petroleumpro- ductie aan de revolutionairen moeten worden betaald. De regeering der Vereenigdc Staten heeft er in toegestemd om een hoeveelheid oorlogs materiaal aan de regeering van Obregon in Mexico te verkoopen. Naar men gelooft, be vinden zich daaronder geweren, opgeslagen in de legerdepóts nabij de grens en vermoe delijk ook ammunitie. Het departement van buitenlandsche zaken heeft meegedeeld, dat de regeering zich tot dien verkoop bereid heeft verklaard met het oog op haar betrek kingen met de Mexicaansche regeering, die in September officieel werden erkend. Volgens een Reuter-bericht zou'den er zich onder het oorlogsmateriaal ook tien vliegtuigen bevinden. De kruiser „Rochester" heeft order ge kregen zich naar de haven van Amapala in Honduras te begeven en daar te blijven tot dc huidige ongeregeldheden in Honduras en Zuid-Mexico zijn bedaard. Van officieele zijde werd verklaaard, dat dit optreden een voorzorgsmaatregel is tegen nadeel aan Amerikaansche levens en eigendommen. Er zullen alleen in geval van nood troepen aan land worden gezet. Er schijnen in Honduras presidentsver kiezingen te zijn gehouden, waarbij geen der candidaten een voldoende meerderheid ver kreeg, zoodat de verkiezing nu zal moeten geschieden door.het Congres. Nu echter doet zich de omstandigheid voor, dat de candidaat, die bij de verkiezingen de meeste stemmen kreeg, in het congres niet op een meerderheid kan rekenen. En zoo ziet deze mar., de gene raal Carias, zich de preridentieele waardig heid ontgaan. Dat schijnt hem aanleiding te hebben gegeven tot een zeer rumoerige agitatie en op verzoek van een anderen, in het ccngres meer gezienen candidaat, die door deze agitatie nu op zijn beurt zijn kansen weer in gevaar ziet, is de nog'aan het bewind zijnde president Gutierrss er toe overgegaan de al te rumoerige aanhangers van Carias achter slot en grendel te zetten. Het is na tuurlijk mogelijk dat het hier dus alleen gaat om zuiver persoonlijke of zuivere partij- quaesties, mazr het is toch evengoed mogelijk, dat ook achter dezen strijd van candidaten voor het presidentschap zekere Amerikaan- sche belanghebbenden sta3n, gelijk dat zoo herhaaldelijk bij de troebelen in Mexico het geval bleek te zijn. Het aftreden van het Ja- pansche kabinet. Berichten uit Tokio melden, dat het af treden van het kabine -Yar a noto den poli tie ken toestand verscherpt heeft. Het is mo gelijk dat het huwelijk van den prins regent met prinses Nagaka, dat reeds herhaaldelijk is uitgesteld, opnieuw uitgesteld zal worden. Gelijk reeds in het kort gemeld, heeft koning George van Engeland een telegram van deelneming aan president Millerand ge zonden, in verband met den nu als zeker te beschouwen ondergang van het Fransche luchtschip „Dixmude". De tekst van het telegram luidt als volgt „Daar ik uit de laatst ingekomen berich ten vrees, dat het maar al te waarschijnlijk is, dat het luchtschip „Dixmude" verongelukt is, verzoêk ik u, mijnheer den president, om in naam der Engelsche natie te willen aan vaarden mijn betuiging van diepe deelneming in het verlies van zooveel dappere mannen, wier te vroegtijdige dood hier niet minder dan in hun eigen land betreurd wordt." Ook sir Samuel Hoare, staatssecretaris voor de luchtvaart en sir Hugh Trenchard, chef van den luchtvaartstaf, zonden telegrammen van deelneming. De Engelsche bladen geven uiting aan hun leedwezen over de ramp en herinneren aan de catastrofe, die 13 maanden geleden aan het Britsche luchtschip R 38, onder soortgelijk# omstandigheden is overkomen. Maar aanleiding van de jongste ramp wei den zij uit over de groote belangstelling, die in Engeland bestaat voor het plan van een luchtvaartdienst naar Indië en Australië, en vergelijken op sympathieke wijze de moeilijk heden, aan den tocht van de „Dixmude" naar tie Sahara verbonden, met die, welke aan den voorgenomen tocht naar de antipoden vast zitten. Dc Fransche minister van marine deelt mede, wijl het verongelukken van het lucht schip „Dixmude" als zeker moet worden be schouwd, dat de commatldeerende admiraal der Zuidelijke maritieme linie een commissie van onderzoek heeft benoemd, zooals bij de creet van het jaar 1920 is voorgeschreven. DUITSCHLAND'S HOUDING OP DE HAAGSCHE CONFERENTIES. De betrokken subcommissie van de met het onderzoek oyer de voqrgeschiedenis van den wereldoorlog belaste parlementaire com missie heeft in verband met de quaestie van Duitschland op de Haagsche vredesconferen tie in 1899 en 1907 een resolutie aangenomen, waarin, naar het W. B. meldt, erop wordt ge wezen, dat de in 1899 door Rusland in Den Haag gedane voorstellen zoo waren opgesteld, dat de vermoelijke tegenstanders van Duitsch land in een voordeelige positie zouden zijn ge komen. Toen na verwerping in 1899, de quae stie opnifuw aan de orde zou worden gesteld, meende de Duitsche regeering zich al dade lijk daarbuiten te moeten houden wegens de geografische ligging van Duitschland en het reeds in 1899 aan volkskracht sterkere en sinds 1907 door Engeland nog versterkte, Russisch-Fransche verbond. Duitschland heeft zijn voordeelige positie tijdens den Boerenoorlog of den Russisch-Japanschen oorlog niet benut om anderen mogendheden vernederende voorwaarden te stellen. Betreffende Duitschland's houding con stateert de commissie, dat de Duitsche regee- ruing met de afwijzing van een ontwerp van een algemeen arbitrageverdrag volstrekt niet alleen stond, daar elf staten het ontwerp ver wierpen. Duitschland zocht het liever in speciale overeenkomsten. Hebben andere mogendheden zich uiterlijk gunstiger gezind getoond ten opzichte van een dergelijk ver drag, dan maakten zij daarbij voorbehoud, waardoor de practische handhaving twijfel achtig werd. E*EN MILITAIRE OPERATIE IN NOORD-AFRIKA. V. D. maakt in een bericht uit Rome melding van een ernstige botsing tusschen Italiaansche troepen zuidoostelijl van Ti Wi lis. De Mahallas-arabieren hadden in Wcst- Italiaansch Lybië vijf colonnes van tezamen 7000 man op de been gebracht, die tegen de Italianen oprukten. In een strijd, die veertien dagen heeft geduurd, hebben de Italianen de rebellen verslagen, talrijke ge vangenen en een groote buit gemaakt. DE LAWINES IN ZWITSERLAND. In verschillende streken van Zwitserland komen nog steeds lawines voor. Het verkeer op de spoorlijn van den St. Gothard is thans tot Göschcnen gestoord. Uit de berichten in de Zwifsersche bla den blijkt, dat hoofdzakelijk in het Berner Oberland lawines ongelukken hebben ver oorzaakt. Uit mededeelingrn uit Chur blijkt intus- scheri, dat ook in het andere gedeelte van Zwitserland schade is aangericht, terwijl vele storingen in het verkeer zijn voorgekomen door den zwaren sneeuwval. Aan de overzijde van de grens heeft een lawine, van de Aiguilles Rouges komende, den verkeersweg tusschen Chamouix en de Zwitsersche grens versperd over een afstand van 100 M., terwijl een huis werd vernield en ecnige andere weningen werden bescha digd. Het spoorwegverkeer naar Chamouix is in beperkte omvang hervattea detache ment van 100 genie-soldaten is naar het lawine-gebied gezonden. Van de Diablerets wordt gemeld, dat een lawine in het geheel twintig huizen heeft vernield en een schade heeft aangericht van ruim 100.000 frs. Bij Bellegarde werden vier hutten meegesleurd. Personen zijn niet verongelukt, maar ook hier is de schade groot. Het op een hoogte van 1044 M. gelegen badhotel van Alliaz, zes K.M. van Blonay, heeft zeer geleden door de geweldige sneeuw massa's Een deel van het dak van het restau rant werd ingedrukt. De brandweer van Blonay is naar Alüaz gegaan om bij het op- ruimingswerk te helpen. Het badhotel wordt 's winters alleen door den eigenaar bewoond. Nader wordt van de Diablerets gemeld, dat een nieuwe lawine weer twee chalets heeft meegesleept, waarbij een bewoonster, mevrouw Gallaz, het leven verloor. Een lawine heeft verder een deel van het hotel Bellevue bij Adelboden vernield. Een V. D. bericht uit St. Moritz meldt, dat in verband met de weersgesteldheid het nog niet mogelijk is de sport te beoefenen. De bezoekers worden gewaarschuwd geen bergtochten te ondernemen zonder gids, in verband met het lawinegevaar. Te Zuoz zijn twee Duitsche toeristen omgekomen. Uit Vevey wordt bericht, dat tengevolge van het derailleeren van een goederentrein, eem groep Engelschen, die Vrijdagavond Parijs hadden verlaten om in Zwitserland de wintersport te gaan beoefenen, eenige min der prettige uren doorbrachten. Telkens moest de trein stoppen, daar de lijn vol sneeuw lag. De hongerige reizigers vielen op elk station op de buffetten aan om wat levensmiddelen machtig te worden. De trein kwam tenslotte met vele uren vertraging aan zijne bestemming. Draadloos wordt uit Londen gemeld, da1 vier Zwitserische skiloopers in de Engadin zijn bedolven, terwijl drie toeristen werden begraven, ofschoon later weer gered, bij een lawineval op de terreinen van het hotel Motta bij Airoio. ONGELUKKEN IN TIROL, Volgens een draadloos Engelsch telegram wordt uit Weenen gemeld, dat in Tirol verschillende ongelukken zijn gebeurd ten gevolge van hevigen sneeuwval. Het prachtige winterweer had Zondag reusachtige scharen rodêl-liefhebbers naar de naaste omgeving van Berlijn gelokt, en speciaal in Friedrichshagen trokken duizen den met hun sleden naar de Müggelbergen. Op een geïmproviseerde rodelbaan ontstond een ernstig ongeluk, doordat' een rodelslee tegen een boom botste en een groot aantal later komende sleden op de eerste liep. Vijftig personen werden gewond, onder wie som mige zee ernstig. EEN ONTPLOFFING TE POTSDAM. Naar men uit Berlijn meldt, is in een „Konditorei" te Potsdam Zaterdagavond de ketel der centrale verwarming gesprongen, waardoor een erpstige ontploffing ontstond. Twee personen werden gedood en twee ge wond. „DIE WELT AM MONTAG" VERBODEN. Het Berh'jnsche blad „Die Welt am Mon- tag" is voor vier weken door generaal von Seeckt verboden, omdat het een niet-zakelij ke kritiek op de financieele maatregelen der regeering van rijk en bondsstaten had ge oefend, waardoor het vertrouwen van het pu bliek in deze maatregelen in gevaar gebracht werd. DE VORST. De haven van Hamburg is volkomen dicht gevroren. VONNISSEN VAN SEPARATISTISCHE De bijzondere rechtbank der separatisten te Pirmasens veroordeelde Vrijdag den heer Sobel, directeur eener uitgeverszaak, en den directeur der „Pirmasenser Ztg." ieder tot 300 frs. boete wegens het doén drukken van een bericht uit Heidelberg. Het bedrag moet vóór Zondagmiddag betaald z:;n, daar beide personen anders worden verbannen. Verder had zicli in de geheele gemeenteraad voor het Standgericht der separatisten te ver antwoorden. Wegens opruiing tot verzet wer den alle raadsleden veroordeeld tot 100 frs. boete. 'HEINR CH DADE. De voormalige Duitsche landbouwhoog- leeraar dr. Heinrich Dade, die sedert 1895 aan het hoofd stond van den Duitschen land bouwraad en gedurende eenigen tijd ook secretaris-generaal was van liet voormalige koninklijke Pruisische economisch college en van het centrailbureau der Pruisische kamer van landbouw is Vrijdag te Berlijn overleden. j DE HOOGE WATERSTAND IN FRANKRIJK. Ten gevolge van de aanhoudende regens zijn de rivieren in Frankrijk nog wassende. Uit verschillende gebieden worden over stroomingen gemeld. Draadloos verluidt, dat de Seine sterk is gestegen en de Parijsche gemeentelijke autoriteiten tijdelijk houten borstweringen doen aanbrengen op de gevaarlijke punten. Er zijn eveneens maatregelen genomen om het binnendringen van het water in den onder grondschen spoorweg te verhinderen. ZEEPFABRIEK VERBRAND. De zeepfabriek v :n John Krijht te Silver- town (Engeland) is Zondagavond door brand vernield. Er hadden geen persoonlijke onge lukken plaats. De brandweerlieden moesten het blusschingswerk verrichten in een stroom van vloeibare zeep. ROOVERS OVERVALLEN. Uit Hongkong wordt gemeld, dat twee Britsche, een «Indische en een Chineesche politiebeambte gewond zijn bij de omsinge ling van roovers in een huis. Vier bandieten werden gevangen genomen een ontsnapte. DE TOESTAND IN DE BASJKIEREN REPUBLIEK. „Izwestia" wijdt een uitvoerige bescho- wing aan den toestand in de Basjkieren- republiek, waaraan wij de volgende gegevens ontleenen. De bevolking der Basjkieren- republiek bestaat uit Basjkieren er» Russen De Russen zijn landbouwers, de Basj kieren veefokkersnomaden. De economische positie van de Russische bevolking der republiek was in het afgeloopen jaar betrekkelijk goed. De bezaaide oppervlakte is van 974.651 desja- tinen in 1923. De rijksregeering heeft cre dieten toegestaan, waardoor de boeren in staat zijn gesteld vee en trekdieren te koopen en zich van de allernoodzakelijkste werk- tuigei^ te voorzien. Een geheel ander beeld vertoonen echter de gegevens over de Basj kieren, de oerbewo- ners van 't land. De Basjkieren, zin hoofd zakelijk nomaden en nhun eenige ijkdom b staat uit hun veestapel. Tijdens den'oorlog en vooral gedurende de burgeroorlogen, die herhaaldelijk op het gebied der Basjkieren hebben gewoed, hebben vele requisities van vee plaats gehad, zoodat de bevolking ten slotte tot den bedelstaf werd gebracht. Daarna volgden verschillende epidemiën vpbus, cholera, e.a.) en ten slot e de honger nood van 1921. Het gevolg van drze lampen, die achtereenvolgens het land hebben geteisterd, was da: 54% der Basjkieren is ges orven en de overigen e en arnzahg bestaan leiden. De eenige uitkomst voor deze ongelukki- gen zou zijn de overgang tot den landbouw, waa van hier en daar reeds voorbeelden be- taan. Helaas i; deze oplo sing onmogelijk, zelfs indien een plotselinge verandering van nomaden-veefokkers in landbouwers dcor te voeren was. De voor landbouw geschikte grond is nl. reeds beze door de Russische boeren, die hun akkers aan de Bas kieren niet zullen willen afstaan. Bobendien zou men allen van werktuigen, dieren, zaaizaad enz. moeten voorzien en hiervoor zijn er geen middelen. Een g deelte van de Basjkieren leefde voor de bolsjewistische ornwenteli ig in de bosschen en verdiende zijn brood met het branden van houtskool, het vervaardigen van teer enz., doch nu zijn de bosichen tot staatseigendom verklaard en de bevolking werd gedwongen haar boschbedrijven op te geven. Zooals de zaken dus nu staan moet zelfs „Izwestia" erkennen, dat de arme Basjkieren worden bedreigd met algemeenen ondergang. HET JUBILEUM VAN DE ALLIANCE FRANCAISE. Met een groot feestmaal heeft de „Alliance Franpaise" haar veertigjarig bestaan gevierd, en haar werken en streven is zoo sympathiek, dat tal van mannen van beteekenis, diplo maten, geleerden, generaals, priesters, aan de uitnoodiging mede aan te zitten hadden gevolg gegeven. De heer Poincaré presi deerde, want hij is voorzitter van de „Alli ance", niet alleen maar eere-voorzitter, maar „president effectif", zooals hij dat ook is van „Le Palais Littéraire", de vereeniging van schrijvende advocaten, en .waarschijnlijk van nog een stuk of tien andere vereenigingen van den meest uiteenloopenden aard. Aan zijn rechterhand had hij den pauselijke» nuntius, monseigneur Ceretti, aaa zijn linker den eenigen aanwezigen buitenlandschea diplomaat met den titel van „ambassadeur", den Braziliaanschen gezant De Souza-Dantas. Vele andere diplomatieke vertegenwoordigers waren er aan de ecre-tafel, onder wie jhr. Loudon. Voor de Nederlandsche afdeeling van de vereeniging was de voorzitter, mr. Van der Schalk, a-nwezig. In zijn rede, de eenige die uitgesproken werd, gaf de heer Poincaré 'n overzicht van het werk der „Alliance" in de veertig jaar van haar bestaan, ter verdediging van de Fransche taal over de geheele wereld. Naar het voorbeeld van Renan, die een dialoog had uitgedacht tusschen de verschillende windingen van zijn hersenen, sprak hij in Zijn qualiteit van president van de „Alliance" zichzelf toe in zijn hoedanigheid van eerste- minister, en bezwoer hem het werk van de vereeniging zooveel mogelijk te steunen en van haar diensten zoo vee! mogelijk ge bruik te maken. Negen en negentig jaar voor de stichting van de „Alliance Fran- gaise", zoo zei hij, schreef de Berlijnsche academie 'n prijsvraag uit met als onderwerp: wat heeft van het Fransch de officieele taal van Europa gemaakt Toen wij geboren werden, was er van die suprematie niet veel overgebleven) én zes-en- dertig Ij aar later werd, in weerwil van al onze pogingen om het Fransch te propageeren en in weerwil van de overwinningen, door een Franschen maarschalk ah opperbevelhebber behaald, een in Frankrijk, te Versailles,ge- teekend verdrag in twee talen opgesteld. Nu willen wij geen hegemonie voor het Fransch, maar we meenen dat het qualiteiten heeft, die in alle rijden zelfs de vreemdelingen heb ben getroffen. Wij verdedigen onze taal, in de eerste plaats omdat ze onze moedertaal is en het beste voertuig onzer gedachten, maar ook omdat ze op zichzelf een goede oude taal is, die haar bruikbaarheid getoond heeft en die in staat is nog vele diensten te bewij zen aan beschaving e voer uitgang. Er d urna zijn hoedanigheid van eerste minister aanne mend, sprak de heer Poincaré de beste wen- schen uit voor den voorspoed van de „Alli ance". Er is zooveel in deze toespraak, dat ied- land, ook het onze, mutatis mutandis, ea met vooropstelling van zijn eigen taal, lias onderschrijven, dat men niet anders dan instemming kangevoelen met den arbeid van de „Alliance Frangaise", die langzamer hand al een eerbiedwaardige instelling ge worden is. Tijdens en na den oorlog heeft ze haar dikwijls wat verouderde methoden nogal gemoderniseerd, en ze is thans een groot en machtig lichaam, dat in 1922 meer dan drie mü'ioen frangs aan allerlei subsidies heeft uitgekeerd. In Parijs zelf worden in het ge bouw aan den Boulevard Raspail verse: i len de cursussen gegevefï, terwijl diverse comité's zorgen voor de „inwendige" propaganda door lezingen en voordrachten. In het buitenland zurgt z:, dat goede conférencie s den Fran schen naam hoog houden. In Noord-Amerika en in het naburige Oosten heeft ze zeer veel gedaan voor de studie van het Fransch, dat er een voorname rol speelt. Er bestaat dus aanleiding voor het bestuur bij het bereiken van dezen mijlpaal, met vol doening terug te zien op hetgeen in die veer tig jaar bereikt werd, en het doel, omschreven als „resserrer les liens de sympathie littéraire et morale qui unissent la France aux autres peuples", is en wordt zeker door de ontwik kelde activiteit op bevredigende wijze be reikt. 54. „Zet het maar fn de eetkamer," zeide Fauvel. Dl- vrouw verwijderde zich. „Heeft ti nog niet ontbeten?" vroeg Jacques verbaast. „Ik ben gewoon niet te eten voor den middag," „En is o altijd alleen?" .„Altijd alleen.... Ik ben vrijgezel.... Die vrouw zorgt voor mijn huishouden en brengt mijn eten." „Vindt u die afzondering dan niet een tonig? „Och neen. Mijn boeken zijn mijn gezel schap... En het werk is een verstrooiing voor mij." „U zoudt door dat aanhoudend werken nog wel eens mijn patiënt kunnen worden." „Ik heb een sterk gestel." „Ik hoop het voor u. Tot zien." Jacques ging heen. „Op die rekennig," dacht Fauvel, terwijl hij zich de handen wreef, „win ik een mooie som. Als ik nu aan hem wat van die gestolen boeken verkoopen kon, dat was wel zoo goed.... Die Amerikaan komt pas is Parijs en weet dus nog van niets af.... Dat zou ik dus zonder vrees kunnen wagen." Fauvel ging ontbijten. „Sapristi," zeide hij, toen hij naar verloop van een kwartier weer terug kwam, „daar ligt dat kostbare boek van Graaf de Roche- fort zoo maar op de tafel. Hoe onvoorzich tig van mij. Ik zal het met „Het Roode Tes tament" in de donkere kamer bergen." Hij nam het boek uit de lade en dat van de tafel. „Als ik eens tijd heb, wil ik toch eens onderzoeken, wat" die onderstreepte woor den moeten betcekenen. Maar zaken gaan voor." Hij stak een kaars aan, schoof eenige boeken op een plank terzijde, en drukte op een knop, die er achter verborgen was. Een gekraak liet zich booren en een pa neel van ongeveer twee meter hoogte draai de met de plankan op hengsels en een deurtje in den muur werd zichtbaar. Feuvel opende het deurtje en trad een donker vertrek binnen, dat niet grooter was dan drie vierkante meter, waar een kist <n een aantal boeken stonden. „Daar ligt oen mooi fortuin," mompelde Fauvel, „kostbare boekjes, sommigen wal hun gewicht in bankbriefjes waard." Hij rangschikte de twee boekdeelen naast de andere eu sloot de kamer weer en ging schrijven. Hij was nauwelijks eenige oogen- blikken bezig, toen er weer gebeld werd. ,,'t Is waarachtig een dag met bezoek," merkt Fauvel wrevelig op. „Ik kan geen oogenblik rustig werken," EINDE VAN HET EERSTE DEEL. TWEEDE DEEL. Martha Berthfer. I. „Goeden dag, mijnheer Fauvel. Ik heb de eer u te groeten." liet een stem, met een sterk Duitsch accent zich hooren. „Zoo Abraham." antwoordde Fauvel en tiet den bezoeker binnen. „Wat kom je doen „Waarde mijnheer Fauvel, ik kom eens zien, of u mijn diensten vandaag misschien niet noodig heeft".... „Kom maar boven, dan kunnen we pra ten," Abraham ging de bibliotheek binnen. Het was een man van ongeveer vijf en veertig jaar, zeer netjes gekleed, zwaarlijvigen met een bolrond gelaat. Zijn dikke wenkbrauwen overschaduwden twee grijze levendige oogen, die een ander ncioit recht in het gelaat zagen. Onder zijn linkerarm droeg hij een zwart lederen aktetasch. Fauvel ging weer achter zijn tafel zitten en liet den bezoeker staan. „Waarom heb ik je al in tien dagen niet gezien, Abraham?" „U moet het mij niet kwalijk nemen, mijnheer Fauvel, maar ik had vrceselijke pijn.ik ben lam". „Dat wil zeggen, dat je dien tijd hebt doorgebracht met drinken en nu je geen roode duit meer hebt, je herinnert, dat ik er nog ben." „Neen, neen, mijnheer Fauvel, toch niet. Beslist, ik heb erge pijnen geleden.... Ik kon geen voet verzetten't Is waar, ik heb geen geld meer, want ik heb alles moe ten uitgeven voor geneesmiddelen".... „Heb je mij soms weer iets voor te stel len. Maak een beetje voort, want ik heb weinig tijdIs 't een ernstige zaak, of soms maar kletspraat?" ,,'t Is zeer ernstig, mijnheer Fauvel, een wonder, waarvan maar één exemplaar be staat „Wat is 't, maak een beetje voort"..,. ,,'t Is een handschrift." „Heb je het bij je.' „Neen, maar ik weel waar het is." „Waar dan?" „In de Nationale Bibliotheek".-- „Pas aangekocht?" „Ja." „Waar vandaan?" „Uit Rouaan." „Een handschrift uit Rouaan?.... Uit de verzameling I-ebert, misschien?" „Ja.... ja." „Wat voor een handschrift?" „Brieven van den Kardinaal van Lotha ringen aan Catharina de Medicis en belang- wekkende mededeelingen over den St. Bar- tholomeusnacht." „Is dat handschrift in Parijs?" riep Fauvel verheugd. „Ja. Ik dacht wel, dat het u plezier zou doen." „Je krijgt duizend francs, als je het mij brengt" Abraham gaf geen teeken van goed- of afkeuring, toen hij het aanbod hoorde. Fauvel keek verwonderd. ,,'t Is niet genoeg, mijnheer Fauvel," ant woordde de jood, hoofdschuddend.... „Me dunkt toch van wel" „Toch niet.... 't Is iets, dat voor een liefhebber wel dertig duizend francs waard „Geloof je dat?" „Zeker." „Nu, zoek dan een kooper voor dien prijs." „Dan laat ik het nog liever, waar het is." „Ik wil je tweeduizend francs geven".... „Niet genoeg." „Drie duizend" „Geef vijf duizend en ik breng u het boek binnen acht dagen." „Vijf duizend" ,,'t Is voor niet!.... Bedenk eens wat voor gevaar ik loop".... „Staat het handschrift op den catalo gus?" „Ja.... Ik heb het gisteren in handen gezien van een gewoon bezoeker".,.. „Neem je voorzorgen goed, want de ver dwijning van het handschrift kan gevaarlijk worden". „Ik weet er alles van.... u kunt gerust zijn," „Goed, voor vijf duizend francs, en zoodra je het boek hebt, breng je het mij".... „In ordeMaar ik zou graag wat voor schot willen hebben." „Hoeveel?" „Drie honderd francs." Fauvel gaf den jood het gevraagde en liet hem een quitantie teekenen. De jood vroeg nog een paar briefjes op naam voor de bibliotheek en Fauvel'^af hem er een aantal van. De jood groette Fauvel eerbiedig en ver wijderde zich, nog altijd over zijn „pijnen" klagend. In opgewonden stemming in het vooruit zicht, een mooi buitenkansje te hebben, ging Fauvel weer eenige brieven schrijven. Jacques was naar zijn huis in de Miro- mesnlstraat gegaan en hid Pascal daar zijn bevindingen medegedeeld. „Dus denkt u, dat Fauvel het „Roode Testament" heeft?" „Ik doe meer dan denken, ik ben er zeker van". „Maar dan zullen onze plannen weer ge heel en al veranderen".... „Waarom?" (Wordt Varvoledk j

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1924 | | pagina 6