GEMENGD NIEUWS.
Het drama te Rheine.
RODELSPORT IN GELDERLAND.
HAMDSL Ett NMVERXEIS.
de slee d lucht i
i de volgende u
adat
om dan gewoon!"
- neer tc smak ken, Twee
cherche
EEN PECHVOGEL.
Hel sl chtoffer vermoord.
Onbegt ij~('ij';e wreedheid.
Men s r ft i i. Ens. hedé aan het „Vad."
De geUc.mzmnige verdwijning van den
oen Falk, die nu sinds bijna 14 dagen het
t dje Rheine in opsch dding heeft geb a ht
i waarover z. If in d Ne'eilandsche grens-
laatsen druk wordt gesproken, heeft een tra-
.ische ontknooping gehad.
Zooals wij. reeds meldden, had de vader
van den verdwenen Falk een belangrijk
bedrag uitgeloofd voor hen, die in deze
duistere zaak eenig licht konden verspreiden.
Nadat nu de heer Falk nog cenige dreig-
ri en had ontvangen, zonder daarop te r a-
g. -i n, vervoegden zich Maandag twe<
jongelieden van 17 en 18 jaar oud, vroegere
vri nden van den vermiste, bij den manufac-
turier, .die dezen mededeelden,an dere in
lichtingen omtrent de verdwijning van zijn
zoon te kunnen ge en mits hij hun de uit
geloofde beloonirg wilde verstrekken. De
heer Falk wist de be,v.e knapen aan den praat
te houden en waarschuwde inmiddels de
politie, die, geholpen door eenige detectives
uit Berlijn, dag en nacht werkte om een spoor
van de(n) ontvoerder(s) te ontdekken.
Deze nam de beide jongelieden in verhoor.
Zij wezen de plaats aan, waar men den jongen
Falk zou kunnen vinden in een kuil achter
het slachthuis in de Münsterstrasse.
De politie stelde een onderzoek in en inder
daad vond men op de aangeduide plaats het
lijk van den vermiste, waaraan een voet en de
rechterarm ontbraken. Bij het scherpe ver
hoor, dat thans volgde, vielen de beide jonge
lieden spoedig door de mand.
Zij hadden te zamen den jongen Falk ont
voerd, hem daarna met een revolver bewuste
loos geslagen en in een kuil achter het slacht
huis gelegd.
Toen zij bemerkten met de herhaalde dreig
brieven geen resultaat te bereiken, hadden zij
Falk een voet afgesneden en deze in een acte-
tasch in één der straten van Rheine neerge
legd. Nadat hem op deze wijze ook nog een
arm was ontnomen, was Falk overleden.
Nu zij echter inzagen door het schrijven
van dreigbrieven toch geen geld te zullen
krijgen, hadden zij dit laatste middel het
te doen voorkomen of zij nadere aanwijzingen
zouden kunnen geven te baat genomen.
Zoodra de belooning in hun handen zou zijn,
waren zij van plan naar Hamburg en van
daar naar Amerika te vertrekken.
Uit een en ander blijkt dus, dat de destijds
gevonden voet inderdaad aan den jongen
Falk heeft toebehoord.
Het geheele stadje is diep onder den indruk
van deze gruweldaad, niet in het minst de
ouders van het slachtoffer, die tot de meest
geziene filantropen van Rheine behooren.
STAKING VAN SCHILDWACHTEN.
Vrees voor spoken
De „Evening News" verneemt uit Mos
kou, dat de roode soldaten in Lenin's pa
leis op het Kremlin in staking zijn gegaan.
Volgens de „Iswestija" zijn ze met geen drei
gementen en met geen beloften er toette be
wegen, nachtdienst in de corridors te ver
richten, sinds ze er in het middernachtelijk
duister dingen hebben gezien, die dezen bij
gelovigen lieden het bloed in de -rWrn deed
s 1 n. Kort sel'dcn nl. drong ot s hi'd-
waciiten, die voor Lenin's appartementen
schilderden, een afgrijselijke kreet door
toen ze gincen zoeken, vonden ze i een der
v.rstverwijderde gangen een hunner kan e-
r den liggen, met een dolk tot het heft in de
borst. Men zocht het geheele paleis do-,
maar geen spoor van den mo tdenaar was e
vinden.
Den volgenden nacht klonk opnieuw ce i
gil, die de men-chen tot op hun merg door
drong. Bij onderzoek bleek een der se' i'd
wachten ergens in de gang bewusteloos o
den steenen vloer te liggen. Toen hij was b 'L
gekomen, vertelde h:j gezien te hebben, dit
een gestalte sluipende op hem was afge
komen, en toen die gestalte tot vlakbij was
genaderd, zag hij tot zijn ontsteltenis, dat
ze niets en niemand anders was dan de °*ees'
van Tsaar Iwan den Verschrikkelijken (1530
1584), die voor hem herkenbaar was zoo
wel aan gelaat en kleeding als aan den staf
met ijzeren punt, waarmee deze heerscher
aller Russen steeds wordt afgebeeld. Iwan
had tot den schildwacht gezegd t „Ge hebt
Rusland verraden en verkocht. Ge hebt het
in het stof neergedrukt, en daarom zult ge
vernietigd worden."
De Bolsjewistische autoriteiten, die niet
aan geesten gelooven, zijn van oordeel dat
een contra-revolutionnair zich tot het paleis
toegang heeft weten te verschaffen en nu
's nachts vermomd als Iwan de Verschrikke
lijke, door de corridors doelt. De soldaten
kanten zich ten sterkste teeen deze vior-
stelling van zaken, en houden vol dat het
paleis behekst is.
Men schrijft aan de „Msb." t
De rodelsport in Gelderland is plotseling
gaan bloeien enkele jaren geleden slierden
kinderen de hellingen aftwee jaar terug
durfde papa met zijn dochter mee te gaan
ia 1923 werd het rc.delen in de stad Arnhem
een plaag en namen de buitengemeenten
maatregelen.
In Velp werden door werkloozen rodel
banen aangelegd een met twee bochten, en
een rechte. En dit jaar is een buitengewoon
druk gebruik gemaakt. Uit concurrentiezucht
zocht men in Oosterbeek óók naar attractie.
En het gemeentebestuur zorgde op ae laatste
feestdagen dat er bij de sledebaan over den
Hemelschen Berg paarden en auto s stonden,
die de sleedjes met lading weer naar den top
van den berg trokken.
De historie van de Velpsche rodelbaan
is leerzaam. Nog nooit was het aantal patiën
ten met gekneusde leden zoo groot in deze
omstreken als thans nu er gerodeld wordt.
Gebroken beenen, verstuikte enkels, gevallen
van hersenschudding, Driekwart van
de ongelukken geschiedde ten gevolge van
een foutief begrip van rodelen. Wie op zijn
slanke slee gaat zitten pm een baan te maken,
weet niet altijd dat hij in de bocht een snel
heid van 40 K.M. haaltdan vliegt men uit
de bocht wel eens tegen een paal of boom en
de gevolgen hiervan heeft men voor zijn re
kening.
In Velp zijn twee aangelegde banen, waar
van de rechte baan vrij gevaarlijk is je moet
er buitengewoon „zadelvast" zijn, want door
Ie bistu rders ril -nd'cht moeten
om baan te hoi den.
Maar animeerend is de sport zeker <'e
-roote ronde baan is verlicht en versierd TVI-t
d-"'ze'ins wek kende vaart suist ge onde
'a merende vlaggeties door ge denk* n
i s dan uw evenwicht en den hoogen ant
w rlangs ge uw broek tot flarden unt
cchuren.
Ge vliegt door de bocht, soms met spron
gen vroruit, of naar den kant en alleen r
uw hand tipt ge even den grond van ij e
met uw lichaam deint ge mee en ge zwe
heel soenel om de goede richting te houden
cn gum ti voor de tweede bocht te' veraken.
Da-> lmn er een naar om, de slee galon-
peer* verder e vliegt de baan uit. „Opstaan"
wo-dt er geschreeuwd drie, vier naar ha--
den trekken onmiddellijk de -lachte4"
weg.om de haan vrij te maken v* rd
volzede ilotte 'be
Voor wie rodelen kan, is dat vallen r.i
zoo erg hij komt niet licht tegen een ma',
of tegen den harden rand. Maar eev->-><-lijker
is het met een dame voor het eerst op de
rodelbaan ge zijt in de bocht voo* "e het
weetalles, palen, randen staan vlak bij u
o wee als de dame onwillekeurig een -fwe
rende beweging maakt. Door die bewe g
van het h'chaam slaat de kop van de 'ee
onmiddelijk op het afschrikwekkend' voor
werp aan en men wordt tegen den kant ge
slingerd en meent dat de beenen door e-
mangel worden gewrongen, of men ing'
over den rand tegen een paalEn als me
nog kan lachen, dan is hef toch alleen van
pleizser dat men nov leeft.
Het rodelen heeft hier zeer veel belang
stelling, niet alleen uit de t d en de o~*"e-
ving maar ook uit verder gelrgm p'aatsen.
Op de rodelbaan is dan ook voor geriefelijk
heid gezorgd men kan er sleden huren, men
kan er in een warm hokje uitrus'en bij een
kop gloeiende koffie en de geur ven versche
saucijzenbroodjes.
Elke leeftijd doet hier aan deze rodelsport
kleine peuters in hun wollen kleeriü als
soeelsche ijsbeertjes,zeuleh laconiek steile ba
nen afhet meest natuurlijk jongel i doch
ook mannen, wier haar al grijst. Dat zijn ge
woonlijk de vroegere bezoekers van Davos
of St. Moritz, die hier hun hart en hun
herinnering nog eens oohahn.
Ook ziet men enkele ski-loopers die langs
de heuvels glijden, of getrokken door een
paard, jagen over het gladde veld.
Waarlijk, het is hier „Klein Zwitserland."
NEDERLAND IN DUITS CHLAND.
Maandagavond is te Stuttgard het Hol
landsche eetlokaal voor den behoeftigen
middenstand geopend. Daartoe in staat ge
steld door de vereeniging Vrouwen, wat doet
gij? heeft het comité, onder krachtige leiding
van onzen consul, den heer I. G. C. Ans-
mink, en diens echtgenoote, een zaal gekre,
gen in de Garten Strasse, waar, tegen beta
ling van 5 pfenning, een goed maal verstrekt
wordt. Zij, die dit luttele bedrag niet kunnen
betalen, kunnen het eten kosteloos krijgen.
11 de zaal is plaats voor 80 tot 100 personen
Dit is één van de 20 lokalen, die door de
bijdragen van genoemde vereeniging in ver-
schi 'ende plaatsen ingericht zijn. In Stutt
gart heeft zij in de Freie Waldorf Schule ook
nog een lokaal, waar dagelijks 70 kinderen
een warm maal krijgen.
De opéning van het lokaal geschiedde in
egeuwoordigheid van den minister van bin-
nenlandsche zaken den leider van het Cen
traal comité voor weldadigheid verschei
dene leden van de Nederlandsche Club en de
dagelij ksche gasten. Regierungsrat Mailande
verzocht den onsul, den dank van de aan'
wezigen over te brengen aan de vereeniging
„Vrouwen, wat doet gij voor al wat zij
gaten en kuilen spiirpt de vlufge slee alsvoor hulpbehoevende Duïtschers doet.
rechercheurs van de Centrale Re-
te Rotterdam hebben Donderdag
aangehouden den 47-jarigen D. S„ wiens op-
s-ioring in het 1 ,-cmcen Politieblad in 1908
is gevraagd. S. had voor een inbraak in het
oostkantoor te 's Gravenhage nog 6 jaar ge-
■angenisstraf te goed. De bijna 16 jaar, sedert
ijn veroordeeling door het Haags he hof
ver oopen, had hij in het buitenland hij is
varensgezel doorgebracht. Het vorige jaar
was he verlangen naar het vaderland hem
b ijkbaar te machtig geworden, althans in
den zomer van 1923 i hij in de stad geweest
en 'oen bijkans ooals hij z lf zeide aan
de politiemannen, die hem aanhielden
ingerekend. Hij kwam eenfpaar oudgediende
rechercheurs tegen, wi r aandacht hij trok.
Slechts door to'en zeer luid Spaanvb te gaan
sprtken t'gen zijn makkers gel kte h:t hem
hun argwaan te stillen. S. is daarop, voelende,
da de grond hier nog wat te warm onder zijn
voeten was, er weer tusschen uit gegaan.
In November nu. nadat hij door een advocaat
had lat n onderzoeken o zijn straf nog niet
verjaard was, is hij weer in het land gekomen.
En bij de behandeling van de zaak van de be-
rooving per auto in he' Sterrebosah te Schie
dam gaf hij uiting aan zijn belangstelling in
zijn ouden vriend W. M., die toen terecht
;'ond. door op de nubiieke tribune d; zaak
e v<T eEen po'i ier-an zag hem daar en
hei e de hem a's een d.r vermetel.te rris-
dadiöe.s van een twintig jaar geleden. Daarop
is een onderzoek ingesteld, met et resultaat,
dat men in het oude politieblad zijn tegoed
weer vond. S. is daarop Donderdagmorgen
gearresteerd, naar het parket geleid en van
daar overgebracht naar den Haag. F't
schijnt, dat als hij weggebleven was tot b i
April, het vonnis verjaard zou zijn. S. 1
is van meening, en die meening grondt hij
op het advies van zijn advocaat, dat die ver
jaring op 19 December reeds heeft plaats
gehad en men hem dus tetl onrechte heeft
aangehouden-
ONDOORGRONDELIJKE BESLISSINGEN.
Zaterdagmorgen Centraal Station Utrecht.
Reiziger tikt tegen het loket: Retour eerste
klasse Driehuizen, alsjeblieft.
Antwoord terug: Kunt u niet krijgen.
Reiziger (verwonderd): Niet krijgen?? En
retours naar Driehuizen waren hier de vorige
week wèl te krijgen!
Beambte: Pardon, alleen voor de tweede
klas. Maar geen retours voor de eerste
klasse. Als u tweede klasse wilt reizen,
dan kan Ik u wel aan een reteur helpen.
Reiziger: Ik dacht dat het den Spoorwegen
vooral in dezen tijd aangenamer zou wezen
een retour eerste klas te verkoopen dan een
retour tweede.
Beambte lacht fijntjes. Maar zegt niets.
Reiziger: Hoe kom ik dan nu als eerste
klas passagier in Driehuizen?
Beambte: Met een zoogenaamd passe-par-
toutbiljet.
Reiziger: Mag ik dat dan van u hebben.
Beambte: Als 't u blieft. Vier gulden veer-
tig.
Reiziger (die veronderstelt dat men bij de
Spoorwegen toch wel practisch zal willen
zijn): Weet u wat u doet", geeft u mij dan
meteen een tweede passe-partout dat u gel
dig stempelt "voor de terugreis. Dan ben ik
van de misère van biljetten nemen in Drie
huizen en Amsterdam af. Dan betaal ik u
acht gulden tachtig.
Beambte: Pardon, dat mogen wij niet doen.
Een passe-partout biljet is slechts voor één
reis. Een tweede biljet, dat bestemd zou
k"nnen ziin voor de terugreis molen wij niet
afgeven. Dat zou in strijd zijn met de voor
schriften.
Reiziger: Wat zegt u? Kan dat niet? En
men deed dat toch ook vaak met gewone
enkele reisbiljetten als men op denzelfden
de terugreis maakte.
Beambte: Hebt u gelijk in. Maar met
passe-pariouts gaat dat niet.
Reiziger (wiens verbazing stijgt): Ik dacht
dat een passe-partout ook zooveel was als
'n biljet voor een enkele reis.
Beambte: Hebt u óók gelijk in. En tóch
mag het niet.
Reiziger: Dan maar niet. Ik moet u alleen
maar zeggen, dat ik er na heelemaal niets
meer van begrijp.
De beambte glimlacht andermaal. Maar
zegt wederom niets.
De reiziger is slim genoeg om in dien amb-
telijken glimlach duidelijk te verstaan: Eer
lijk gezegd, begrijpen ook wij er geen,sikke
pit van. Maar voorschrift is voorschrift.
Des reizigers verbazing groeit tot in het
kwadraat, als hem bij navraag aan het station
wordt verzekerd, dat in verband met het niet
in voorraad hebben van retours lc kl. naar
Driehuizen, al meermalen van personeels-
wege is aangedrongen op het verstrekken
van twee passe-partouts, één voor heen. en
één voor de terugreis, wat de plaatskaarten-
administratie niets extra's zou behoeven te
kosten cn voor de reizigers van groot gemak
zou zijn. Maar er waren „onoverkomelijke
bezwaren."
bleef steken in de andere dij. Dokter Hi."?er
van Recn-n. te hu'p ■Seroenen, Vvv-T.dc in
ziin auto den patiënt naar Assen. We verne
men, dat geen enkel been geraakt is; alleen
het vlcescb is getroffen.
ERNSTIG ONGEVAL «UT EEN VRACHT-
AUTO.
Men schrijft ons uit Rotterdam:
Donderdagavond had alhier een auto
ongeluk plaats, dat een 15-iarigen iongen
het leven kostte. De 22-jarige chauffeur B.
v, V. reed met een vrachtauto van de Zui
velfabriek Neutricia uit Zoetermeer in de
Van der Takstraat en moest naar het
Haringvliet. Aangezien den chaufieur de
weg daarheen onbekend was. vroeg hij een
tweetal jongens hoe hij moest rijden. Nadat
zij hem dit medegedeeld hadden, nood-.gde
hij hen beiden, den 14-iarigcn J. R. en den
15-jarigen D. v. W„ alle twee uit de Feye-
noordstraat te Rotterdam uit. op zijn auto
mede te rijden en hem den weg te wijzen.
Hieraan gaven ae jongens gehoor. Aan het
Haringvliet N. Z. gekomen wilde de chauf
feur met zijn wagen draaien, doch door de
gladheid van de straat gleed de vrachtauto
achteruit de kade af en stortte in het water.
De chauffeur en de inzittende 19- jarige los-
"Tij"" i werkman C. N. uit Blijs wijk alsmede J.
Aileen geen sterveling wien het onover- R 5 nog bi:ilids hct g£,aar te ontko-
lomehii-e duidehik vermocht te worden. JLJ c..r.-,,P. a.
men en op straat te springen, maar met de
v. W. en de 20-jarige
ZE KLAGEN, MAAR,.,
Duidelijk is intusschen wè het groote on- vrachtaut7 gina D.
rfemak voor de passers. d,e o de teru*<- j y „4 in dc auto hadden gezeten,
reis aan twee stations een biljet moeten* dg naaf dc d; te 0nmiddelii;k staken
nemen, om weer thuis te komen. verschiUende schippers den drenkelingen
Ongemak dat men blijkbaar speciaal heeft loc CS vasten J v. V met vee!
gereserveerd voor de reizigers le klasse moeite fc r£ddcn Yoor fichter dc 15.jaritfc
jj. v. W. met dc dreg werd opgehaald,
(waren reeds 18 minuten verloopen. Toepas-
sing van kunstmatige ademhaling en toedie-
m v 1» j ning van zuurstof door den Geneesk.
„ik zat in den trein zoo verhaalt de
Dienst, waren tevergeefs en de ter plaatse
zijnde geneesheer kon slechts den dood
conslateeren. De havendienst zal maatrege
len nemen voor de veiligheid van de
scheepvaart op de plaats waar de auto in
het water ligt.
WRAAK OF BALDADIGHEID.
Woensdagnacht hebben te Roosendaal
(N. B.) eenige onbekenden dc tot cusver
goed onderhouden ijsbaan van de IJsclub
aldaar vermoedelijk met ijzeren staven op
een 50-tal plaatsen doorboord en aldus voor
het berijden onbruikbaar gemaakt. Men
weet nog niet of men met een wraakneming
of wei met ergerlijke baldadigheid te doen
heeft. De politie doet onderzoek.
Amsterdamsehe briefschrijver van een onzer
Nederlandsche dagbladen.
Derde klasse, daf spreekt.
Dat doet in dezen tijd 'n journalist reeds
om der pecunia willeéls hij 't al niet
beroepshalve deed, wijl je in de „derde"
veel meer „copy" weghaalt dan 't geval
in „tweede" is.
„Tegenover mij zet 'n burgerman."
Vriendelijk prater, geweldig rooker!
De eene sigaret na de andere verpafte hij
in rook
Toen de damper voor den zooveelsten
keer 'n erscb rolletje in vuur zoog, maakte
de journalist de opmerking:
„Je kunt ze nogal óan, baas!"
„Dat zou ik denken, m'neer! 'k Heb een
gezonde rooklust!"
„Hm! dat blijkt.... anders nogal 'n dure
liefhebberij, vin-je nietl"
De ander haalde de schouders op.
„Rooken mót ik.... duur, ja!.... hoe
veel denkt m'neer dat ik in 'n week ver-
róók?"
De journalist raadt maar niet.
,,'k Rook héast alleen sigaretten, m'neer
en daar geef ik per week op z'n minst
zes gulen aan uit.ja, duur is 't wel!"
„En wat doe je voor de kost?"
„Schippersknecht, m'neer! 't Vet* ook al
van de ketel af!"
En hij rookte paf-paf-paf!
En de ander zat: paf-paf-paf!...,
DE DWAALWEGEN VAN EEN KOGEL.
Men meldt aan de .Asser Crt.":
Een zoon van den landbouwer G. te Leg-
geloo lostte. ter begroeting van het nieuwe
'aar, uit een "ewee een schot in de *wht.
De kogel raakte echter een dikkeri tak van
een eikenboom en sloeg terug. Een jongere
zoon van G„ die helan^stell'nd met de han
den in den zak naar het schieten keek. werd
door den teruggekaatsten kogel getroffen, 't
Projectiel nam zijn weg door den zak, trof
een vinger en duim, doorboorde een dij en
DE VLOERZEILEN-FARRIEK VAX DE
FIRMA A'TRENDS TE WA'HE STOPGEZET.
Met ingang van 1 Januari 1924 is de v oer.
zeüonfabriek van de firma Ahrends te Wyhe
geheel stopgezet. De financiën van deze fa
briek slaan in direct verband met de faillisse
mentsaanvrage van de bankiersfirma Van Es
en Co. te Zwolle en komen ten nadeele van
crediteuren dezer firma.
ARNOLD GILISSEN'S HOOGSTE EN LAAG
STE KOERSEN.
Wij ontvingen een exemplaar der 15e uit
gave van Arnold Gilissen's hoogste en laagste
knersen gedurende de laatste 10 jaren. Te
vens zijn oaarin opgenomen de laagste
hoogste bank-disconto's der voornaamste ge d
centra, de prijzen der voornaamste producten,
zooals Loper, rubber etc. evenals cen staal
der labaks-iirsclirijringen. Verder beval he;
boekje de dividenden gedurende de laaide
10 jaren van aüe officieel genoteerde fondsen,
evenzoo de wijzigingen der Rubrieken in d<
prijscourant we'kc deze week werden aange
nomen en die op 2 Januari a.s, in werking
treden.
D© Neef van Curasao.
Hollandsche tajereeLen uit het begin
der vorige eeuw,
DOOR
JOS. P. H HAMER S
Wij achten 't gewenscht, er in 't algemeen
'P te wijzen, dat de karakterteekening en de
iandelingen der personen, die in de ,Jlolland
Cc/ie tafereelen uit 'l begin der vorige eeuw"
en rol spelen, alsook de plaatsbeschrijvingen
zonder uitzondering ontleend zijn aan bronnen
nil dien tijd, dus meer dan honderd jaar
geleden, zooels wij trouwens in ons „Woordje
vooraf" reeds hebben uiteengezet.
FREDERIK RENBERG AAN MALktlS
ALT.
Amsterch.ni, den 30sten Juny 18..
Beste Maurit
Hadt ge wel gedacht, dat ik je reeds zóó
spoedig van hier zou schrijven? Neen, zult
ge zeggen en ik geloof het graag. Zooeven
verneem ik, dat er moigtn een onderofficier
van ons bataljon, die van Elten is, met verlof
naar huis gaat en daar hij door Zevenaai
komt, wil ik hem niet laten vertrekken, zon-
óer hem een brief voor je mee te geven.
Ik heb je veel, zeer veel nieuws te schrij
ven. Ja vriend, ik had, toen ik naar Amster
dam ging, niet gedacht daar zoo vee) te
zullen beleven, als mij binnen ket korte tijds
bestek, dat ik er mij bevind, bejegend is.
Om mij maar niet bij het minder belang
rijke op te houden, meld ik je alleen, dat ik
den llden dezer van Utrecht ben vertrok
ken en reed., den volgenden dag mijn dienst
als eerste luitenant bij m'n compagnie ver
richtte dat ik mij twee kamers binnenshuis
'.eb gehuurd in de nabijheid der kazerne en
dat ik bij zeer geschikte lieden inwoon.
Vergenoeg je bij voo.basd met dit huiselgk
nieuws.
Nauwelijks was ik zes dagen te Amsterdam
woonachtig, toen ik op een morgen langs c e
Kei zersgracht gaande, een welgekfeede vrouw
ontmoette, die ik mij, bij den eerst.n oogej.-
dadelijk herinnerde mee. gezien te heb-
ben en te moeten kennen. De oplettendheid,
waarmee ik haar aanzag, wekte haar opmerk
zaamheid ze nam mij, w, tuketug, mei
eenige and cht op, doch herkende mij in den
beginn niet. Ze scheen echter in twijfel te
staan, of ze mij zcu aanspreken. Ik voorkwam
haar, en wie denkt ge Mzurits, dat de oude
bekende was, die ik in haar aantrof Het was
juffrouw Gronne, die ettelijke zomers ten
huize van je tante Rijff in Giouthorst een
paar kamers bewoond heeft. Ze was verblijd
mij in zoo'n goeden welstand weder te zien
van mijn inlijving in den krijgsdienst en
daarop gevolgd vertrek naar Rusland, had ze
niets geweten.
Ook zij had, sinds ze het laatst te Grout-
iicrst was geweest, veel ondervonden. Haar
man was in dien tu chentijd overleden en
doot allerlei tegenspoeden en den kwader;
irouw van anderen, had ze aanmerkelijke
.verliezen in haar vermogen geleden, zoodat
zij ten laatste ene plaats 1 huishoudster
h d moeten :o<ken, in welke betrekking zij
thans hier ergens woonachtig is.
We h dden, zco. ls ge begrijpen zult, el
kander veel ie verhalen dus wandelde ik een
geheel eind, al pratende, met haar voort. Ik
sp: ak hzar cok van u ij hoorde met cenige
bevieemding, dat ge van Bertingen waart
vert okken, cn thans te Zevenaar woont. Dit
leidde ons ge. prek op ande e oude kennissen.
Ze vroeg me naar Louise Dalman. Ge zult
je herinneren, d t, wanneer we je tante te
Grouthorst gingen bezoeken, Louise en eer
der dochters van dtn Schout ons gewoonlijk
vergezelden. Eij die gelegenheid had juf
frouw Gronne eenige meisjes uit Bertingen
leeren kennen en onder deze plagt ze inzon
derheid veel van Louise Dalman te houden,
die ook gaarne in haar gezelschap was en
daa otn vaak met ons mede ging, als wij des
namiddags naar Grouthorst wandelden. Ook
had ze min of meer Louise'.- ouders gekend,
doordat dominé Dalman tijdens haar verblijf
te Grouthorst, daar een paar malen een pre
dikbeurt had waargencmen. Met belang
stelling vernam zij derhalve, hetgeen ik haar
van deze familie verhaalde. Ik sprak haai
ook van mijn vergeefsche reize na r Deventer
welk verhaal ik besloot met haar mede te
deden, dat, naar het voorgeven der D even-
tersche tante, Louise zich vermoedelijk hier
in Amsterdam, of fe Rotterdam moest op
houden.
„Hoe nuriep juffrouw Gronr.e met
bevreemding, „dan heb ik het toch waar-
fckijnlrk bij 't rerhte einde gehad. Maar
r.een," vervolgde zij op nadenkenden loon,
„het kan tóch eigenlijk niet zoo wezen."
„Wat bedoelt u daarmee vroeg ik. Ge
begrijpt Maurits, dat mijn nieuwsgierigheid
niet weinig was opgewekt.
„Kortelings geleden, hernam juffrouw
Gronne, „heb ik hier tot twee malen toe,
een meisje ontmoet, dat ik mij. dadelijk
herinnerde, meer gezien te hebben en toen
ik haar nader beschouwde, bijna voor de
dochter van. dominé Dalman zou herkend
hebben, zóó sprekend geleek dit meisje op
de lieve juffrouw Louise."
„Welnu" zei ik, „dat zal Louise dan wel
geweest zijn."
„Neen," antwoordde mijn gezellin met
nadruk, „dat kan niet, dat is haast onmoge
lijk...."
„En waarom niet?" vroeg ik, haar in de
rede vallend.
„Dat zal ik u zeggen, mijnheer Renberg.
De vrouw, in wier gezelschap ik de bedoelde
juffrouw, die zoo veel op Louise geleek,
heb aangetroffen en met wie zij zeer ver
trouwelijk scheen te zijn, is iemand, die il
van een zeer slechte zijde heb leeren kennen.
Het is een zekere mevrouw Palonnier, zooal;
ze zich noemt, wier eigenlijke kostwinning
bestaat in het houden van een speelhuis.
Cok is ze er niet afkeerig van, om, als ze de
gelegenheid schoon ziet, argelooze lieden
wat voor te praten en op te lichten."
„Ge hebt gelijk, juffrouw Gronneik
kan ook niet gelooven, dat Louise zich bij
zoo'n mensch heeft aangesloten."
„Ziet ge, mijnheer Renberg, dat is de
reden, waarom ook ik het voor onmogelijk
hield, ofschoon het bedoelde meisje, gelijk
ik zoo even zeide, in houding en gelaats
trekken, het sprekend afbeeldsel van de
dochter van dominé Dalman was."
„Maar," hernam ik, „indien gij eens et n
persoon verward en u in de andere vrouw-
vergist hadt
„Neen mijnheer, ik heb mevrouw Palon
nier tot mijn schade tè we! leeren kennen,
cm cen andere voor haar aan te zien het is
die looze heks en niemand anders geweest.'*
In dier voege Maurits, ging juffrouw
Gronne voort, mij tot opheldering ee**ige
staaltjes van die bewuste mevrouw Palonnier
te verhalen, waaruit mij meer en meer bleek,
welk een slechte vrouw dat schepsel moes'
wezen.
Ik deel je dat gedeelte mee van mijn onder
houd met juffrouw Gronne, omdat het de
inleiding 'behelst tot andere ontmoetingen
die mij wedervoeren.
Den naam van mevrouw Palonnier had
ik meer hooren noemen, doch ik herinnerde
mij niet aanstonds waar en bij welke gelegen
heid.
Den volgenden dag, toen ik m^t eenige
mijner kameraden aan de officierstafel zat,
schoot het me echter te binnen, aangezien
daar heur naam, en niet zeer loffelijk, ge
noemd werd. Algemeen sprak men, onder de
aanwezigen, van haar op een wijze die genoeg
zaam aanduidde, welk beroep zij dreef en
die met het naricht, dat juffrouw Gronne
mij van haar gegeven had, volkomen overeen
stemde.
Onder de mede-aanzitter.den was ook
luitenant Eoonen.... Ja vriend, Fduard
Boonen de zelfde, die voorheen bij den
Schout van Bertingen op het kantoor geweest
en yafl daar weggejaagd is. Ik was niet weinig
verwonderd, hem hier weder te vinden als
tweede luitenant bij het bataljon, waarbij
ook ik geplaatst ben. Hoe een man als hij,
die geen de minste aanspraak op krijgsmans
eer of verdienste kan maken, in zoo korten
tijd hij dient sinds 1813 tot dezen
rang bevorderd komt, zal je zeker een rradsel
zijn, even als het mij was, eer ik nog wist,
dat.... maar hoe deze vork in den steel zit,
jneld ik je wel eens bij een volgende gelegen
heid. Genoeg, luitenant Boonen dan, bevonc'
zich mede aan tafel.
„Dat is waar ook Renberg," sprak hij,
zich tot mij wendend, „hebt ge je oude speel
makker hier al eens bezocht
„Wie bedoelt ge vroeg ik, zoo los voor
me heen.
„Wel, wie anders dan Louise Dalman, de
dochter van den ouden predikant van Ber
tingen."
„Is die dan hier irt Amsterdam V vroeg ik
op den zelfden onverschilligen toou
„Ja, en het is wat een lieve meid
Juist trad de kapitein zijner compagnie
het vertrek binnen, die Boonen ter zijde riep,
weshalve deze opstond, zijn schako opzette,
z'n sabel omgespte en tot mij zeide „ik
preek je straks wel nader."
Daar hij echter dadelijk voor dienstzak ei
moest vertrekken, keerde hij dien namiddag
niet terug. Den volgenden morgen ontmoette
ik hem bij overste Van Beveren hij sprak
me aan en vroeg „hoe laat drinkt ge gewoon
lijk thee? Ik ben voornemens je dan te
bezoeken."
„Ge kunt komen,'* antwoordde ik droog
jes „te zes ure vindt ge me thuis."
Boonen liet zich niet lang wachten en
kwam dien na-middag prompt op den be
paalden tijd. Toevallig bevond zich juist
nog een kameraad ten mijnent, ook een luite
nant bij ons bataljon, dien ik reeds als ser
geant-majoor in Fr?.ns< hen dienst bi; het
leger in Rusland had ge! end en dien ik wist
een man van eer, een rechtschapen mensch
te zijn. Boonen was tegen z'n gewoonte
openhartig en hartelijk jegens mij.
Hij begon al dadelijk ons afgebroken
gesprek van den vorigen dag op te halen
„Wel Renberg," sprak hij, „zijt ge niet
nieuwsg: ri*, iets meer van Louise Dalmar
te vernemen?"
„Hoe is ze hier zoo woonachtig vroegik,
een onverschilligen toon aannemend om miin
belangstelling niet te verraden. „Is ze soms
gehuwd
„Gehuwd, zegt ge? Neen, gehuwd is ze
niet. Maar zeg eens Renberg, is dat meisje
niet ëen oude vlam van je Ja, ja, ik her
inner me zoo iets...."
„Maar ge zoudf me zeggen Boonen,
waar
„Waar ze uithangt, meent ge? Nu, dat
raadt ge nooit. Ze is bij een allerliefst mensch
verzeild geraakt. Verduiveld, wie had dit
van het dochtertje van onzen dominé kunnen
dropmen Zoudt ge wel willen gelooven
Renberg, dat juffrouw Louise woonachtig
is bij mevrouw Palonnier, over wie we giste
ren aan tafel spraken, de zelfde, die er een
speelhuis op na houdt en van wie kapitein
Van der Heyden dat bekoorlijke tafereeltje
ophing
„Kom Boonen, dat is toch niet waar
„Waarachtig kerel, het is zoo. Ik stond er
zelf van te kijken, toen ik haar onlangs zag."
„Hebt ge haar dan gezien
„Zeker. Niet waar, Langschmidt ver-
vo'fdc Iccr.en, zich tot enzen krmeraad
wendend. „Gij waart er immers bij, toen
we Zondag voor acht dagen, mevrouw Palon
nier met een jonge juffrouw in dc Plantaadje
tegenkwamen
„Och ja," zeide de aangesprokene, „dat
meisje was immers de dochter van dien
predikant van Bertingen? Ik kon tenminste
wel zien, dat het een oude kennis van je was."
„Daar hoort ge het," hernam Boonen
„is het niet waar, Langschmidt, dat ze mij
eerst, kwansuis, niet scheen te herkennen
Maar toen ik bij haar aanhield en daardoor
toonde, dat ik zeer wel wist wie ik voor mij
had, een geheel anderen toon aannam en over
verscheidene oude kennissen met mij begon
te spreken? Ook gij kwaamt op het tapijt,
Renberg. Ze scheen echter van je terugkomst
in het vaderland of van je krijgsgevangen
schap en verdere lotgevallen niets te weten,
zoo min als ik, die toen nog niets van al die
gebeurtenissen vernemen had. Als ze e :ns
wist, dat ge thans hier zijt en welken rang
ge bekleedt, wie weet, of dan de oude be
trekking tusschen u beiden, niet op nieuw
zou worden aangeknoopt.
„Zoo," zei ik, ,4S dat je meening
„Maar wacht eer.s," riep Boonen op eens,
als bij ingeving uit„daar valt me een kapi
taal t'dée te binnen. Hebt ge lust, juffrouw
Louise incognito te bezoeken, en de huis
houding daar bij mevrouw Palonnier eens in
cogenschouw te nemen Bedenk je niet
lang ik ben in de gelegenheid er je te intro-
duceeren, want ik speel daar met regiments-
kameraden nog al eens baccaratof „trente-
et-un". Louise weet niendat ge hier zijt. We
loopen derhalve, als in 't voorbij gaan, even
aan maken dat we er tegen 't vallen van den
avond zijn de schemering, je uniform, je
veranderde gelaatstrekken na zooveel jaren
afwezigheid, kortom, alles zal ons plan be
gunstigen. Ik wed, dat ge door Louise niet
herkend zult word. n. Willen we die grap
eens hebben, Renberg?"
Ik aarzelde een wijle, Maurits, maar het
heimelijk verlangen om haar nog eens weer
te zien, deed mij op Booncn's voorslag in
gaan.
„Top", zei ik, „afgesproken 1"
„Maar," hernam hij, „ik stel uitdrukkelijk
één voorwaarde."
„En die is
„Dat ge je niet kenbaar maakt en je niet
door drift of veror twaardiging laat vervoeren
om er spektakel aan te richten want, vriend
je, die mevrouw Palonnier i* een pootig wijf
en geen katje om zonder handschoenen aan
te pakken.en ik wil niet, dat de zaak met
kleuren en geuren in de „Amsterdamsehe.
Courant" komt te staan."
„Stel je daaromtrent gerustgeef slechts
acht, dat ge mij bij vergissing, niet bij mijn
rechten naam aanspreekt. Luister Er zijn
honderden Meyers in de wereld, dus zal ik
zoolang Meyer he eten. Onthoud dat, Boonen.
Ten overvloede zal ik niet mijn sehako op
zetten, waarin Louise mij te voren meermalen
gezien heeft, maar een slappe politie-muts,
die mij wat ver over het voorhoofd gaat?;
en opdat mijn stem mij niet verrade, zal ik
m'n mond zoo dicht houden als een pot."
De avctd vielzachtjes aan werd het tijd
dat we ons op weg begaven, want Boonen
vertelde mij, dat we, om bij mevrouw Palon
nier te komen, bijna een uur a 'den te gaan.
Vriend, moet ik je schilderen, met welke
gevoelens en aandoeningen ik mij op weg
begaf? Zoo had dan die goede juffrouw
Gronne, toen zij -waande een ander<* dan
Louise te zien haar werkelijk zelve vc< r ich
gehad. Er was nu toch geen twijfel meer aan,
of het was Louise Dalman geweest, die zij
in gezelschap van mevrouw Palonnier had
ontmoet en de aanduiding van Boonen
strookte volkomen met de hare. Ik kon niet
anders denken, of Louise was, beseffende met
wie zij te doen had, vrijwillig bij dat mensch
in huis. Hoe was zoo iets toch, in Gods naam,
mogelijk? Ik werd, gaandeweg, door een
diepe droefheid overvallen. Telkens wilde
ik terugkeeren en mijn avontuurlijk p'an op
geven maar telkens was het ook, isof cen
geheime tooverkracht mij voort deed gaan
en ik bleef Boonen, die zich inmiddels weinig
aan mijn overpeinzingen liet gelegen liggen,
onwillekeurig volgen.
Eindelijk hadden wij de woning van me
vrouw Palonnier bereikt. Zij bewoont een
gedeelte van een bovenhuis. De schemering
was intusschen gedaald.
Nadat wij hadden aangescheld en bij het
openen der deur gevraagd hadden, of me
vrouw zich te huis bevond, waarop wij een
toestemmend antwoord kregen, begaven we
ons naar boven en werden in een fraaie voor
kamer geleid. Ik zag twee vrouwen aan een
ronde thee-tafel zitten nv'jn oogen zochten
Louise, en....ja Maurits, daar zat ze;
duidelijk herkende ik in de schemering hape
gestalte; zij was het, zij, wier beeld mij, ge
durende de vijf jaren mijn-r omzwervingen
als een vriendelijke bescherm-engel had
blijven omzweven zij, wier aandenk 11 mij
in mijn harde Siberische gevangenschap, tot
troost en opbeuring had gestrekt en mijn hoop
op een betere, gelukkige toekomst, te midden
mijner rampspoeden, levendig had gehouden!
Ik hield mijn oogen onbewegelijk op haar
gericht
Maurits, uiterlijk bewaarde ik mijn zelf-
beheersching geen spLr van mijn gelaat,
dat zorgelooze onverschilligheid bleef uit
drukken, vertrok. Maar in mijn binnenste
gevoelde ik heviger ontroering, dan toen ik
stond voor de Russische batterijen bij Smo
lensk die dood en verderf in onze gelederen
braakten.
De stem van Boonen ontru'.te mii aan mijn
droeve overpeinzingen.
„Neem je gemak, Meyer, en ga zitten,"
zeide hij.
Werktuigelijk viel ik op den stoel, dien hij
me aanbood, neder. Boonen ving een praatje
aan Louise nam deel aan het gesprek ik
hoorde hare stem dien weiluidenden,
lief ijken toon, welke mij zoo beker.d was.
Wat al herinneringen wekte de klank dier
bcfooverende stem in mij op
Wat mevrouw Palonnier betreft, een groote,
omvangrijke vrouw, op haar had ik mindei
gelet mijn aandacht was nagenoeg geheel
geboeid door den persoon van Louise.
Dat ze mij niet herkend had, daarvan was
ik zeker. We hadden tot hie toe in de avond
schemering gezet n en ik had maar nkele
woorden en deze nog met een eenigszins
veranderde stem gesproken. ui;t wilde ik
Boonen toefluisteren, dat hij eens iets nopens
mij jegens Louis moest ophal n, toen er
gescheld en bezoek aangekondigd werd.
Mevrouw Palonnier zag ik toeber idselen
maken om de lamp, welke zij op tafel zette,
aan te steken.
Voor de eerste maal in mijn leven Maurits,
vond ik mij thans genoodzaakt het licht te
schuwen, daar ik vreesde, bij het ontsteken
der lamp, door Louise herkend te zullen
worden.
Tot hiertoe was ns bezoek go d en wel
fgeloopen een herkenning had tot ernstige
en onaangename tooneelen aanleiding kun
nen geven. Om all ontmoetingen van dien
aard te ontwijken, tond ik op, gaf Boonen
een wenk, en, onder voorwendsel, dat we ons
b leefdheidsh lve voor het aankomend be-
-oek verwijderden, gro: ten we beide vrou
wen en vertrokken gelijk we gekomen waren.
„Nu hebt ge met uw eigen oogen gezien,
wat ge anders nauw lijk** zoudt gelooven,"
zei Boonen, toen we op de straat teenen
liepen.
„Ja", antwoo dde ik me ge moorde stem
en hulde me verder in een somber stilzwijgen.
Het spijt me intusschen niet weinig, dat
ik niet onthouden heb, waar juffreuw Gr r.ne
mij g zegd heeft als huishoudster te wonen.
Ze heeft mij den heer, bij wien ze in die be-
tr kking is, bij name genoemd het moet
ergens in de Kalverstraat zijn, maar die is
zoo uitgestrekt, zoodat ik niet weet, bij wien
ik daartoe om naricht zal gaan, te meer daar
het in Amsterdam geen zeldzaamheid is,
dat men z'n naaste buren niet eens kent.
Wat zou die br v vrouw er van opz ien
wannee ze mijn ntmoeting vernam en ik
naar meedeelde, dat Louise we kelijk degene
is, die ze e ds een paar malen in gezelschap
van mevr uw Palonnie*- heeft aangetroffen.
Ik ontveins me niet, beste vriend, dat de
de droeve ondervinding die ik heb opgedaan,
mij menig martelijk oogenblik kost. Het lot
van Louise, die reeds als kind mijn liefste
speelgenoote was, die ik eens zoo hartelijk
heb bemind en aan wier ouders ik menig ge
noegen te danken heb, gaat mij zeer ter harte.
Wanneer het waar is, gelijk mij dezen mor
gen werd verteld, dat ons bataljon eerlang
naar Leiden staat verlegd te wo d n, dan zal
misse' i n mijn afwezigheid van Amsterdam
mij des te beter in staat stellen, mij met mijn
ongelukkig bestaan te verzoenen.
Ik moet eindigen. Vaarwel Maurits ik
hoop in de beslommerin; en en de ve.s'.rooiin-
gen van het krijgsmansleven, het beeld van
Louise uit mijn geheugen te wisschen, maar
wat ik nooit zal vergeten, dat is je vriend
schap, die me immer dierbaar zal zijn.
Met deze verzekering sluit ik en blijf on
veranderd,
je vriend,
FRITS RENBERG.
Wordt vervolgd).
1De bloedige 'la? b*'j Smole-'k werd
geleverd de i 7de Mei 1812. Te t ko te van
ontzettende verlieze t. behaalde Napoleon de
overwinning op de Russen.