De nieuwe Engelsche Ministers en hooge Ministerieele
Ambtenaren
BUITENLAND
QNZ5
Het roode testament.
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT.
Tweede Blad - Woensdag 30 Januari 1924
Zal de Palts-kwestie aan den Gezantenraad worden voorgelegd?
Isolatie van de Britsche bezettings-zöne door de Franschen. De ver
houdingen tusschen werkgevers en arbeiders in Duitschland; de strijd
om den 8-urendag. Een nieuwe Putsch te wachten in Beieren?
let nieuwe Italiaansche regeeringsprogram. Prins Hirohito's huwelijk.
Onder de Telegrammen: De Fransche Kamer en de schandalen in de
bevrijde gebieden. Scherpe aanvallen tegen Poincaré. Bekentenis
van den Thuringschen minister Hermann. De Palts-kwestie komt voor
den Gezantenraad.
ip
FEUILLETON.
De Palts-kwestie.
De „Matin" meldt, dat Jaspar met Poin
caré tot overeenstemming is gekomen om
(de nog bestaand? meeningsverschillen tus-
jschen de regeeringen en in den boezem der
thooge intergeallieerde commissie te Koblenz
jover de al of niet volkomen oprechtheid der
'separatistische beweging in de Palts aan
den Raad van Gezanten voor te leggen.
In Fransche diplomatiek? kringpn wijst
nen op de onmogelijkheid om de Palts-
questie door arbitrage te regelen. Men is
van oordeel, dat de Rijnlandcommissie niet
pompetent is om de separatistische regeering
te erkennen, maar dat het er hier om gaat,
of zij de verordeningen der separatisten kan
bekrachtigen.
j Frankrijk meent, dat de Ambassadeurs-
iconferentie eventueel de bevoegdheden der
Rijnlandcommissie zou kunnen bepalen ten
Jaanzien van de handhaving van de orde en
Jde veiligheid der troepen en haar zou kun-
(nen machtigen desbetreffende verordeningen
Toor de Palts uit te vaardigen.
Het verkeer in het bezette
gebied.
Een bericht van het W. B. wijst er op,
jdat de verwachtingen van de Duitsche
(„Wirtschaft" op terugkeer van geordende
•toestanden in het verkeer in het bezette ge
bied door het falen van de Fransch-Belgische
regie opnieuw worden teleurgesteld. De iso-
leering van de Britsche zone door de Fran
schen doet zich reeds gevoelen. Ten gevolge
van het in onvoldoende getale terugzenden
van kolenwaggons ontstaat ook in onbezet-
Duitschland gebrek daaraan. De grootin
dustrie zoowel op den rechter- als op den
linker Rijnoever klaagt zeer over het feit
dat de regie haar te weinig waggons ter be
schikking stelt. Storend werkt verder, dat
de regie de verantwoordelijkheid voor het
goederenvervoer niet op zich neemt. Ten
slotte wordt tegengësproken, dat de in dienst
van de regie getreden Duitsche spoorweg
beambten uit het onbezette gebied aanwij
zingen zouden hebben ontvangen om een
staking bij de regie te bewerken.
De Duitsche werktijden.
De arbeiderscommissie van de Duitsch e
democratische partij heeft in haar laatste ver
gadering een resolutie aangenomen, waarin
er op gewezen wordt, dat het optreden van
den ondernemer tegenover den arbeider
steeds grooter verbittering wekt en tot een
diepgaande verscherping leidt van de klasse
tegenstellingen. Ook, wanneer de arbeider
door bitteren nood gedwongen, zich het min
dere loon moet laten welgevallen, wordt een
gevaarlijk zaad gezaaid. Daarom waarschuwt
de commissie de werkgevers den boog niet
te sterk te spannen en de tegenwoordige
machtspositie te misbruiken voor onderdruk
kingsmaatregelen.
Volgens den correspondent van de „Frankf.
Ztg." moet men zich niet latën bedriegen
door de uiterlijke kalmte, waarmede het be
gonnen deel van de arbeiders de verlenging
van den arbeidstijd hebben opgenomen. Uit
een rondvraag, door een organisatie van
christelijke arbeiders aan haar vertrouwens
mannen, die in de bedrijven werkzaam zijn,
heeft gericht, geeft eenig inzicht hoe de ar
beiders denken over de jongste ontwikkeling
van het sociale vraagstuk. De algemeene op
vatting wordt getypeerd door de verklaring,
dat men met den achturendag mensch ge
worden was „tien uur arbeid, twee uur rust,
en twee en een half uur om op het werk te
komen, dat is 14% uur. Wat blijft er dan
voor het gezin over
Op verschillende conferenties van katho
lieke arbeiders, in het district onlangs ge
houden in bijzijn van den afgevaardigde
Giesbers, is gebleken, dat ook de christelijke
arbeiders niet geneigd zijn zich bij de ophef
fing van den achturendag neer te leggen. Uit
de heerschende stemming bleek, dat de
christelijke arbeiders, wat zij vóór djen oor
log niet deden, thans evenals de soc. arbei
ders den achturendag tot strijdleuze willen
maken. „Het komt er op aan", zoo schrijft
de „Aufwarts", het orgaan van de Dussel-
dorfsche christelijke vakvereenigingen, „het
komt er op aan, door gemeenschappelijken
strijd en gemeenschappelijken arbeid de so
ciale reactie tegen te gaan. Eerste etappe daar
toe is herstel van den achturendag. De ar
beiders zullen dan ook iederen afgevaardigde
voor de Centrumspartij de vraag stellen
„Hoe staat ge ten opzichte van den achturen
dag I"
De toestand in Beieren.
De voorzitter van den bond „Blücher",
dr. Schafer, heeft in een vergadering in de
nabijheid van München een rede gehouden,
die van uitvallen tegen den algemeenen staats-
commissaris von Kahr wemelde. Dr. Scha
fer zeide o.a. dat binnenkort nog vöör het
Hitler-proces, een nieuwe Putsch zou uit
breken in denzelfden geest als op 9 November
maar nu zou men j>p nietsontziende wijze op
treden, alle telefoondraden doorsnijden, alle
verkeersmiddelen -bezetten en de stad af
sluiten.
Ten aanzien van de bedreigingen van
Schafer wordt officieel verklaard, dat de
Beiersche regeering deze bedreigingen ern
stig opvat en alle toebereidselen heeft ge
troffen om de handhaving van orde en rust
te waarborgen.
Belasting voor vreemde
lingen in Frankrijk.
Een kleine groep Fransche Kamerleden
heeft een wetsontwerp ingediend strekken
de tot het heffen eener belasting op vreem
delingen van 20 Zij zijn van oordeel dat,
terwijl de Franschen zelf zulke zware lasten
te dragen hebben en nog krijgen, het billijk
is dat de ongeveer 600.000 vreemdelingen
daarin zullen deelen. Alle eigenaren van ho
tels, pensions en gemeubileerde appartemen
ten zouden worden verplicht 20 extra op
de rekening hunner bezoekers (alleen Belgen
zijn van belasting vrijgesteld) te schrijven,
die zij aan den staat moeten overdragen. La
ten zij dit na dan wacht hen een boete van 15
tot 1000 frcs.
Men verwacht dat aldus rekent men
de gemiddelde uitgaven der vreemdelingen
per dag op 50 frcs. ongeveer twee milliard
zullen worden opgebracht, en wijst op het
feit, dat de maatregel destijds in Duitsch
land doeltreffend is gebleken. Tot dusver
echter zijn al dergelijke voorstellen, welke
de buitenlanders betreffen, in Frankrijk gelf
op verzet gestuit.
De erkenning van Rus
land door Frankrijk.
Binnenkort zal de Fransche regeering in
den Senaat worden geïnterpelleerd onder
welke voorwaarden zij geneigd zou zijn de
Russische Sovjet-regeering te erkennen. De
„Matin" verwacht, dat Poincaré hetzelfde
zal antwoorden als president Coodlidge, n.l„
„zoodra het Russische volk zelf deze regee
ring op grond van een loyaal referendum
heeft erkend"Rusland heeft het recht
het regeeringstelsel te kiezen, hetwelk het
zelf wil, mits het vast staat dat het dit uit
vrijen wil heeft gekozen, en dat het andere
landen het recht toekent zijn bestaande in
stellingen te behouden. Bovendien kan Rus
land niet aan Frankrijk vragen zijn regeering
te erkennen zoolang zij weigert de door
Rusland aangegane schulden te erkennen. Het
blad spreekt opzettelijk van „Rusland," daar
geheel Rusland, zelfs het huidige Rusland
nog profiteert van de ongeveer twintig mil
liard, die Frankrijk het heeft voorgeschoten.
Immers, het Fransche kapitaal stak niet
slechts in de legers van den Tsaar, maar het
is geïnteresseerd in de Oeral- en Donetz-
spoorwegen en de Poetelof-werken, die heden
ten dage nog voor het economische leven van
de Sovjet-republiek van groote beteekenis
zijn.
De Sovjet-regeering, zoo zegt het blad,
weigert thans haar schulden te erkennen.
Maar we hebben nog niet gehoord dat het
weigert zich te bedienen van de spoorwegen,
fabrieken en mijnen die met het Fransche
geld zijn aangelegd of geëxploteerd.
De ontbinding van het
Italiaansche parlement.
Aan het in het Staatsblad verschenen de
creet tot ontbinding van^het parlement is een
regeeringsverklaring toegevoegd, waarin het
fascistische bewind een kort overzicht geeft
van de redenen, welke het tot de ontbinding
hebben doen besluiten en van de politiek,
die het in de naaste toekomst denkt te volgen.
De redenen tot de ontbinding luiden als
volgtle. het afloopen der buitengewone
volmachten, welke de fascistische regeering
waren verleend 2e. de voltooiing van den
voorloopigen arbeid van nationalen weder
opbouw, welke is verricht tijdens het van
kracht zijn dezer volmachten 3e. de con-
stitutioneele wensch om zoo spoedig moge
lijk een Kamer te verkrijgen, welke een stem
heeft in de behandeling van dringer.de aan
gelegenheden en de nationale meening ver
tegenwoordigt.
Er wordt voorts in de verklaring de nadruk
gelegd op het feit dat het regeeringswerk is
verricht door en met de parlementaire goed
keuring en er dus geen sprake is van een
niet-coustitutioneele actie, waarvan de op
positie het fascistisch bewind beschuldigt.
Gewezen wordt op de nieuw ingevoerde
arbeidsvoorwaarden, den achturendag en
het hooge peil van den wisselkoers.
In een groote fascistische vergadering heeft
Mussolini een uiteenzetting der bij de ver
kiezingen te volgen aktiek verklaard, dat het
fascisme krachtig alle revolutionaire par
tijen zal bestrijden. Wat de andere partijen
betreft wijst het fascisme eik voorstel tot een
verkiezingsbondgenootschap van de hand.
Nochtans is het voornemens op de verkie
zingslijst lieden van alle partijen te plaatsen,
zelfs degenen, die tot geen partij behooren,
doch die geschikt zijn om het land nuttige
diensten te bewijzen.
Het huwelijk van prins
Hir ohito.
Zooals wij reeds mededeelden, is prins
Hirohito Zaterdag met prinses Nagako ein
delijk in het huwelijk g|treden. In weerwil
van de bezoekingen, waarvan het land den
laatsten tijd het slachtoffer is geweest, is van
den huwelijksdag toch een nationale feest
dag gemaakt. Aan den vooravond van het
huwelijk hebben de prins en de prinses vol
gens eeuwenoud gebruik op rose papier ge
schreven gedichten gewisseld. Ofschoon de
prins er moderne opvattingen op na houdt
hij was de eerste keizerstelg, die zijn land
verliet, waren de huwelijksplechtigheden
toch in overeenstemming met den sedert
eeuwen gebruikelijken ritus. Het afschieten
van 101 kanonnen in het-centrum van de
stad Zaterdagmorgen te kwart over tien,
kondigde het einde aan van de voornaamste
plechtigheid van het huwelijk, dat plaats had
in het keizerlijk Chiyodapaleis. Het saluut
werd overgenomen door de oorlogsschepen in
de Sjinagawabaai te Yokohama en andere
havens van het rijk. Uit de lucht geworpen
bommen brachten de stad op de been hon
derdduizenden toeschouwers schaarden zich
langs den weg, dien de processie van en naar
het paleis zou volgen. De geheele weg was
afgezet door soldaten en politie, doch ner
gens waren volgens de telegrafische berich-
EIGEN VONNIS.
A.: Wat zou je zeggen legen iemand, dV
op je hoed zat?
B.: Ik zou hem een kaffer noemen.
A.: Nou, je zil op de mijne.
IN DE DORPSRAADZAAL.
Raadslid: Hoe zit het nou. veurzittei.
Krijg ik nou het woord, of niei
Voorzitter: Jawel, je hebt hel woorf
maar hou dan mou je mond.
VOOR ROOKERS.
Mijnheer H. laat een bezoeker zijn nieuwe
woning zien. „En dat hier is mijn rookka
mer.''
„Maar u rookt toch niet", merkt de bezoe
ker 'op.
„Neen ik niet, maar de kachel wei
ten uit Tokio teekenen van wanorde te be
speuren.
De plechtigheid had plaats bij de voor
vaderlijke heilige plaatsen in het paleis
waar prins Koejo, de fungeerend meester
van den ritus, passages uit de Sjintoschrif.
voorlas. Nadat eerbewijzen waren gebrach'
aan den prins en de prinses, werd de cere
monie gesloten met het overreiken van den
gewijden wijn door den meester van den
ritus, eerst aan den prins, vervolgens aan
de prinses.
Ter eere van het huwelijk is een amnestie-
afgekondigd, waarvan duizenden veroor
deelden profiteeren, zelfs gevangenen, die de
zwaarste misdaden op hun geweten hebben.
Prinses Nagako, de bruid, is de oudste
dochter en het derde kind van prins Koe-
niyosji, of, juister, Hoenikiko. Zij wordt den
6den Maart 21 jaar. Er zijn dertien takker.
van de koninklijke familie, die alle met el
kaar verbonden zijn, en Nagako's vader is
het tweede hoofd van den Koenitak.
De prinses behoort tot iong-Japan. Zij
verleent actieven steun aan de vrouwenbe
weging. Zij heeft een priviligie, dat zoolangl
aan de vrouwen van koninklijken bloede)
ontzegd, was, weten te veroveren, nl. zich in
het openbaar te bewegen en het woord te
voeren. Zij is sportief uitstekend ontwikkeld j
Zij speelt een goede partij golf en komt dik-»
wijls met den prins op het sportterrein.
1-
75
Een uur met den trein."
„Verduiveld."
„Maar Amedée 'tl» ook zoo mooi,' vleide
Virginie. n
,,'t Is wel de moeite waard, hernam
Pascal. „Ik verzeker u, dat u er geen spijt
van zult hebben."
„Aan welk station moeten wij dan zijn?
„Aan het gare du Nord"....
„En waar moeten we uitstappen?"
„In Orry-la-Ville, midden in het bosch....
Als u misschien met den eersten trein ver
trekt, zal ik het genoegen hebben u den
weg naar den vijver te wijzen"....
„Gaat u er ook heen?"
„Ik moet bij een pachter in Orry het voer
betalen, dat mijn meester onlangs gekocht
heeft".
„Zoo, is u in betrekking?"
„Ja, mijnheerIk ben de man van ver
trouwen van mijn meester, een rijk heer.
Hij is op 't oogenblik buiten Parijs.... Ik
sen meester van mijn tijd en in plaats van
len weg naar den vijver hier aan u uit te
leggen, zou ik u er heen kunnen brengen,
terwij! ik onderweg te Orry mijn rekening
betaal".
„Dat is dan afgesproken," antwoordde
Amedée
,,'t Zal ons een groot genoegen doen, als
u ons de mooie plekjes zoudt willen laten
zien.... Nietwaar, Virginie?"
„Zeker, dat kan erg leuk worden, en
bovendien: Hoe meer zielen, hoe meer
vreugd."
„En," hernam Pascal, met een geheimzin-
nigen glimlach, „ik neem op mij, u een fijnen
fazant bij een van de wachters te laten
eten."
„Fazant?.... En de jacht is nu toch ge
sloten?".
„Voor de wachters nooit.... Dat zult u
wel zien"....
Ze bleven nog eenigen tijd met elkander
praten.
„Dus dan zien wij elkaar morgen vroeg?"
informeerde Amedée....
„Ja, ik vertrek met den eersten trein"....
„Hoe laat?"
„Zorgt u om kwart voor zes aan het gare
du Nord te zijn"
„Afgesproken."
Pascal ging naar huis, schreef een kort
briefje aan Jacques, dat hij van plan was,
den volgenden ochtend te posten en begaf
zich nSar bed.
Reeds om half vijf was hij weer op.
Om half zes was hij reeds op de afgespro
ken plaats.
Te kwart voor zes kwamen Amedée en
Virginie.
Pascal groette hen vriendelijk....
„Laten we kaartjes gaan nemen," drong
Amedée aan.
„Daar zal ik voor zorgen," antwoordde
Pascal.
„Ook goed.... Dan rekenen We later
wel af."
,,'t Schijnt me een aardige vent toe. Hij
bevalt me best," merkte Amedée op, toen
Pascal weg was.
„Ik denk, dat hij een postje heeft, dat
goed betaald wordt," voegde Virginie er bij.
„Dat geloof ik ook."
Pascal kwam met de kaartjes terug.
„Gauw. We hebben niet veel tijd meer.
„Welke klas heeft u genomen?"
„Tweede klas.... Met een dame kan men
geen derde klas nemen.... Dat zou onbe
leefd zijn."
Ze haastten zich naar het perron.
Ze vonden een leege coupé, stapten in en
waren nauwelijks gezeten toen het sein
werd gegeven en de trein zich in beweging
zette.
Orry-la-Ville.... Coye.... Orry-la-Vil-
le.... Coye....
Ze waren op hun bestemming....
Het kleine station ligt midden in het
bosch van Chantilly, op gelijken afstand van
de twee dorpen Orry-la-Ville. en Coye, ge
heel onder de boomen gelegen en weinig
bekend als verblijfplaatsen voor den zomer.
Van dit station loopen twee wegen het
bosch in, de eene rechts, de andere links
naar de twee genoemde dorpen.
„Sapristi," riep Amedée, toen hij buiten
kwam. „Dat noem ik nu nog eens een
bosch.... 't Is prachtig, maar ik krijg er
dorst van.... Zou hier niet 'teen of ander
te krijgen zijn?"
„Hier niet," antwoordde Pascal. „Maar in
Orry-la-Ville is een zeer nette herberg,
waar we besten wijn en eierkoeken kunnen
krijgen.... Terwijl die gebakken worden,
kan ik mijn rekening gaan betalen en ben ik
heelemaal vrij."
„Aangenomen."
Virginie merkte op, dat men nog moest
vragen, hoe laat de laatste trein naar Parijs
vertrok.
Pascal ging hooren en kwam terug met de
boodschap:
„Vanavond om negen uur.
„Dat is te vroeg," merkte Virginie op.
„Maak u niet ongerust over ons ver
trek.... Ik heb een plan....
„Welk?"
„Dat zal ik u later1 zeggen, als ik zeker
ben, dat het kan worden uitgevoerd"....
„U maakt' mij nieuwsgierig.
„Geduld maar."
Ze gingen den weg op naar Orry en kort
ten den weg door luid gepraat en gescherts.
Te Orry traden ze een nefte herberg bin
nen, waar op dat vroege uur nog geen be
zoekers waren.
Amedee bestelde een flesch witten wijn
en eierkoeken.
„Drie couverts," zeide Virginie.
.,En de flesch met de glazen maar dade
lijk,' voegde Amedee er bij, ,,'t is dorstig
weer. Met den eierkoek kunnen we nog wel
een tweede flesch den nek afslaan."
„Hij schijnt nogal van drinken te houden."
dacht Pascal, ,,'t Kan te pas komen."
De flesch wijn en de glazen werden ge
bracht en tevens werd een tafel gedekt.
XXX.
Amedee vulde de glazen.
„Op uw gezondheid, mijnheer"....
„Op de uwe."
Ik ga nu even mijn boodscnap doen," zei
de Pascal.
Hij bleef ongeveer een kwartier weg en
kwam juist terug toen de eierkoek werd op
gediend.
Er moest weer een flesch komen en nadat
die geledigd en de koek opgegeten was, ging
men op weg naar den vijver....
Vooral Amedee was uitgelaten vroolijk en
't scheen of Pascal die vroolijkheid deelde.
Het was mooi weer. Een zacht windje
temperde de hitte der zonnestralen.
Men liep de eene laan in, de andere uit.
Pascal scheen volkomen zeker van den weg
te zijn.
Eindelijk bereikten ze den vijver.
Aan den horizon, als op den achtergrond
van een prachtig schilderij, verhief zich d(
groote spoorbrug met haar reusachtige bo
gen.
,,'t Is hier nog schooner, dan op de mooi
ste boulevards,riep Virginie in verrukking
uit.
Amedee, kalm als altijd, merkte alleen op:
,,'t Is wonderlijk, zooals ik een dorst var
deze prachtige natuur krijg"
Pascal begon te lachen.
„Als 't op den vroegen morgen al zoo
met je is," merkte Virginie op, „wat moei
't dan vanavond met je zijn?"
„Laat 't maar zijn, wat 't zal zijn," hernam
Amedée.
„Al sedert een maand heb ik niets meet
gehadDaarenboven, we zijn hier voor
ons plezier, nietwaar mijnheerMaar
zeg eens, hoe is eigenlijk uw naam?.... Op
't laatst wordt 't vervelend elkaar „mijn
heer" te noemen
„Ik heet Isidoor,' antwoordde Pascal.
„Welnu. Isidoor, ik denk maar zoo: Als
er gewerkt moet worden, werk ik flink,
maar als er feest is. doe ik ook mee...*
Heb ik geen gelijk?"
„Zeker
„Je hoort het, Virginie.... Isidoor vind!
ook, dat ik gelijk hebWillen we no'
wat gaan wandelen?"
(Wordt vervolgd)
W. W. Adamson, Min.
van Schotland.
H. Slesser, Advocaat-
generaal.
Ramsay Macdonald, pre
mier en buitenl. zaken.
Patrick Hastings, Procu
reur-Generaal.
Lord Haldane, Lord-
Kanselier.
Vernon Hartshorn, Min.
van Posterijen,
J. H. Thomas, Minister
van Koloniën.
J. R. Clynes, Grootzegel
bewaarder.
F.F. Jowelt, Eerste Com
missaris voor fabrieken.
Sidney Webb, Minister
van Handel.
De Hnancieele ineenstorting heelt in Rusland zoo
groote ellende gebracht, dat honderdduizenden
ouderlooze kinderen onverzorgd op straten en we
gen zwerven, waaronder alle soort van misdadig
heid als een epidemie voortwoekert. Er zijn daar
om kinderrechtbanken opgericht, die meer een op
voedend dan een strafrechterlijk karakter dragen.
De ioto toont eenige klantjes in de wachtkamer
van het gerechtsgebouw.
C. P. Trevelyan, Minister
van Onderwijs.
Josiah Wedgwood, Kan
selier van Lancaster.
Philip Snowden, Kanse- Arthur Henderson, Min. Stephan Welsh, Minister Tom Shaw, Minister van Viscount Chelmsford, le Noël Buxton, Minister v. Lord Parmoor, Lord Pre- F. O. Roberts, Minister
lier van de schatkist. v. binneni. zaken. van Oorlog. Arbeid. Lord v. d. Admiraliteit. Landbouw. sident oi the Council. van Pensioenen.
Naar men weet is te Bradiort een spinnerij inge
stort. Onze ioto toont de puinhoopen, waaronder
drie lijken bedolven moeten liggen, die nog niet
zijn weggehaald omdat men vreest, dat nog meer
dere muren zullen omvallen. Een gewonde ver
keert nog in zeer zorgwekkenden toestand; van
negen andere wordt echter gemeld, dat hun toe
stand aanmerkelijke vorderingen heeft gemaakt.
De acht vrouwelijke leden van het tngeische parlement gekiekt op het
terras van het. House of Commons: Van links naar rechts: Miss Jenson,
Miss Susan Lawrence, Lady Astor, Mrs. Wintringham, de Hertogin van
Atholl, Mrs. Hilton Philipson, Lady Terrington, Miss Margaret Bondfield