KUNST EN KENNIS. LUCHTVERKEER. RECHTSZAKEN. ORDE EN ARBEID. V De mishandelingen te Katwijk. Navordering O.W.-belasting. Het Verbond van Ned. Fabri- kanten-vereenigingen en de Arbeidswet. De hernieuwde aanval van den heer Braat c.s. op den Zomertijd Het mond- en kiauwzeer. Onbewaakte overwegen. Herinneringen aan Josef Israels. De Zuidelijke filmkeuring. De filmkeuring in het Zuiden. De loonsverlaging bij Philips Fabrieken. De man die alles vergat. De Kelelhuis-Instortïng te Kerkrade. Een verdediger der verdrukte onschuld. BINNENLANDSCH NIEUWS. 1 s>£nalen, of een automatische sluiting der I aantrekken?) en dan den weg naar het afsmitboomen. j atelier boven wijzen, wat een heele al- VAN HET HOF. Z. K. H. de Prins is voornemens zich 8 ebruari met zijn broeder, hertog Adolf riedricn van Mecklenburg, die thans ten tvomnkliike palcize te 's-Hage logeert, voor korten tijd naar Mecklenburg te begeven. NEDERL. JOURNALISTENKRING. Men erzoekt mede te deelen, dat de receptie, die de Nederlandsche Journalis tenkring houdt ter gelegenheid van zijn 40- jartg bestaan, zal plaats hebben a.s. Zater dagmiddag van 3 uur tot half 5 in hotel Paulez te 's-Gravenhage. De Haagsche Journalisten-Vereeniging biedt aan het Kringbestuur en aan de van buiten de Residentie komende deelnemers a.s. Zondag eer. noenmaal aan in Hotel Paulez. De directie van de „Haagsche Courant" heeft allen deelnemers een bezoek aan haar gebouwen ee bedrijf aangeboden, gevolgd door een lunch, doch het Kringbestuur beeft tol zi;n groot leedwezen, en onder betui ging van oprechte vvaardeering, wegens tijd gebrek voor dit aanbod moeten bedanken. HET SYSTEEM STUURMAN TELEGRAFIST. Het bestuur der vereeniging van Radio- Telegrafisten der Koopvaardij heeft aan den minister van Onderwijs verzocht de ge vraagde verbooging der subsidie voor de Zeevaartschool te 'Rotterdam, ter uitbrei ding van het onderwijs in de radio-tekgra- fie. niet toe te staan. Betoogd wordt, dat door het geven van verder doorgevoerd onderwijs in de radio- telegrafie aan de Zeevaartschool, het sys teem van den „stuurman-telegrafist" wordt bevorderd, hetgeen ten zeerste afbreuk doet aan de veiligheid ter zee, die slechts gebaat is door het doen bedienen der draadlooze toestellen door geoefende beroeps-telegra- fi-ten, en bovendien de bestaanszekerheid dier beroeps-telegrafisten ernstig in gevaar brengt. EEN BESPREKING GEWEIGERD. De directeur-generaal van den Arbeid, de heer Zaalberg, had de besturen der mcubel- bewerkersbondeo uitgenoodigd tot een be spreking ever een verzoek van werkgevers zijde inzake werktijdverlenging voor meu belfabrieken en houtbewerkingsinrichtin gen. Het bestuur van den Algem. Nederl. Bond van Meubelmakers heeft, in overleg met de Christ, en R. K. Bonden, den heer Zaalberg geantwoord, dat aan de uitnoodi- ging geen gevolg zal worden gegeven en wel, zoo wordt in het antwoord gezegd, om dat allereerst de werktijdregeling bij collec tieve overeenkomst dient te worden vast gesteld, en verder, „wijl de arbeidersorga nisaties de ervaring hebben opgedaan, dat haar adviezen zeer klaarblijkelijk slechts door den directeur-generaal van den Arbeid worden gevraagd, met de vooropgezette be doeling, deze adviezen te negeeren." (,.N. Crt.'j TREIN 8.28, H. IJ, S. M, Het kasteel Vosseveld met omliggende terreinen, gelegen aan den Amersfoortschen straatweg te Soest, is verkocht aan de Ver eniging „Trein 8.28, H. IJ. S. M." te Am sterdam. Het tegenwoordige hefrsteüings- eord zal daarheen worden overgebracht, terwijl het tegenwoordige verblijf voor een r.der dergelijk doel zal worden bestemd. (Centr.l Dc fiscus heeft in den loop van 1923 en in de eerste maand van dit jaar een aan tal aanslagen tot navordering O. W.-bclas- ting uitgereikt aan eigenaars van ladingen in een aantal in 1918 door de Engelsche regee- ring gerequireerde schepen. Deze eigenaars hadden groote onkosten moeten maken om hun goederen uit Enge land, waar deze goederen voor hvn rekening opgeslagen waren geweest, naar Nederland te krijgen. Door bemiddeling van de z.g. Crone-commissie hebben in 1921 de Neder landsche belanghebbenden ongeveer deel hunner onkosten plaatskosten, assurantie en vracht terugontvangen, en van die te rugontvangen gelden heeft de fiscus thans 0. W.-belasting geheven. Dc aangeslagen en meenen, dat deze na vordering onrechtmatig is en hebben beslo ten zich gezamenlijk te verzetten. Van de Vereeniging van Nederlandsche Wijnhande laars is bet initiatief daartoe uitgegaan, en Woensdagmiddag heeft, naar de N. R. Crt. bericht, te Rotterdam een bijeenkomst plaats gehad van belanghebbenden onder leiding van den voorzitter dier vereeniging, den heer G. A. M. de Bruyn. Na vrij uitvoerige bespreking hebben de talrijk opgekomen aanwezigen besloten, tot een centrale actie over te gaan, en werd een commissie benoemd tot regeling daarvan. Daarin namen zitting de voorzitter en se- 5iFetaris der creeaiging van Nederlandsche Wijnhandelaars, de heer J. P. Croin, dc heer 1d. Held, terwijl nog nader zal worden aangewezen een lid «uit den koffiehandel. VOGELHUIDEN EN DE MODE. In de Zaterdag te Amsterdam gehouden vergadering van de wis- en natuurkundige afdeeling der Kon. Akad. van Wetenschap pen heeft naar aanleiding van een verzoek van den Minister van Binnenlandsche Zaken om advies op een adres van de Ned. Ver. tot bescherming van vogels betreffende een ver bod van ipvoer van vogelhuiden voor mode doeleinden een commissie uit de afdeeling rapport uitgebracht. De conclusie van dit rap port strekt om den Minister te adviseeren le. een verbod van invoer hier te lande te bevorderen van die vogels, huiden, veeren, enz. uit O.-Indië die bescherming genieten door het gouvernementsbesluit van 27 Nov. 1922 .en voor alle andere uitheemsche vogels of hun huiden, behalve voor enkele reiger- soorten, wier veeren verkregen kunnen wor den zonder de dieren te dooden 2e. mede te werken tot een verbod van uitvoer uit onze Oost- en West-Indische ge- biedsdeelen van alle vogelsoorten, behalve de gele paradijsvogels, omtrent de levenswijze van welke volgels een biologich onderzoek gewenscht is om met juistheid te kunnen be- oordeelen of voor hun uitroeiing gevaar be staat. 3e. te trachten een internationale over eenkomst tot stand te brengen om den in- en uitvoer te regelen van alle vogelsoorten of derzelver huiden of deelen, welke voor mode doeleinden worden gebruikt. De afdeeling heeft zich met de conclusie van het verslag vereenigd. wijzen, stand was. Toen ik heel naïef vroeg „ob seine Durchlaucht' mir nur folgen wolte,' was ik verwonderd, terwijl ik reeds hal verwege in de lange gang was, die hel atelier leidde. Ik ging verder pm Jozef Israels het bezoek aan te kondigen, maar er kwam niets. Wat was 't geval geweest? De Durchlaucht had natuurlijk verwacht, dat de oude heer bij de eerste ontvangst beneden zou zijn, maar daarvoor had hij een trap af en weer óp gemoeten, en daar had hij geen lust in. Mijn uitdrukking van „willen volgen" was dan ook niet zeer gelukkig geweest en toen ik veel gracieuser zeide: „mag ik u den weg naar het atelier van den grooten meester eens wijzen," werd dat beter be grepen en in het atelier was de kennis spoedig gemaakt. Groote bewondering toonde hij voor het praclitschilderij, dat juist op den ezel stond en vooral teeke- ningen en krabbels vielen zeer in den smaak van den vorst. Een penteekening, een vrouwtje aan het venster, werd ten slotte ten geschenke aangeboden en zeer dankbaar aanvaard. Toen ik na afloop van het bezoek het atelier weer mocht binnen komen, hebben we samen heerlijk gelachen, want dc bewuste teekening lag nog op tafel! Wat te doen? De vorst was dien- zelfden middag weer naar zijn land ver trokken en de oude heer zeide: „ben je mal, nazenden, ik denk er niet aan, zoo heel mooi heeft hij het dan ook niet ge vonden; daar kind, heb jij hem," Ik na tuurlijk den prins te rijk. Deze teekening heb ik in bruikleen afgestaan voor de eere tentoonstelling in de Lakenhal te Leiden. Ook bet volgende aardige voorval is aan de herinneringen van mej. Keiler ontleend; Wij gingen eens bij een deftige familie een schilderij van een zijner collega's zien, omdat zij gaarne Israels oordeel wilden vernemen, Het was dien dag vrij donker en toen hij voor de schilderij stond, zeide hij met zeke ren ernst: „die hond is goed, daar zou ik bang voor kunnen wezen." Hoe ik keek, ik zag geen hond en toen men trachtte meer licht te maken, bleek, dat hij den school- ransel, die naast een jongen op dc schilderij was afgebeeld, voor een hond had aengezien. Maar ik heb een stil vermoeden, dat die vergissing van Israels een ondeugendheidje van hem is geweest, dat hem een minder vriendelijk oordeel bespaarde. Het Verbond van Ned. Fabrikanten Ver- eem'gingen heeft een adres gezonden aan Ministers van Binnenlandsche i c'en Minister van Arbeid, nu deze weder is van Justitie is geantwoord op ^PgE^treucnhoofd van dit Departement, en uaann tic aandacht gevestigd op de bezwaren, Door de Zaken en wagen van den beer Albarda. in zake mis handelingen, waaraan ecnige groepen van dc Arbeiders-Jeugd-Vereeniging op 9 Sep tember jl. van de zijde van ingezetenen van Katwijk heben blootgestaan en het optre den van Rijks- en gemeentepolitie bij die gebeurtenis, dat door hen bij onderzoek is gebleken, dat dc rijkspolitie te Katwijk niet bij de zaak betrokken is geweest en ook niet tusschenbeide is kunnen komen, omdat de beide in die gemeente gestationneerde rijksveldwachters tijdens het voorgevallene in dc duinen op surveillance waren en van hei molest, door dc leden der A. J. C. ondervonden, niets hebben kunnen bemer ken. Wat het personeel der gemeentepolitie betreft, waren de dienstdoende beambten tijdens het doortrekken van de eerste groepen eveneens elders in de gemeente op surveillance. Hmt bij de Tweede Kamer ingekomen 3e eoorstel-Braat-de Boer, tot afschaffing van len Zomertijd luidt, ontdaan van dc gebrui kelijke franje: „De wet van 23 Maart 1918 (Staatsblad o. 165). zooals zij is gewijzigd bij de wet van 22 Maart 1922 (Staatsblad no.!30), tot tijdelijke afwijking van de wet van 23 Juli 1968 (Staatsblad no. 236), tot invoering van een wette lijken tijd, is ingetrokken.'' Ter toelichting zeggen de voorstellers: „Dit wetsvoorstel achten de ondergetee- kenden voldoende gemotiveerd door er op te wijzen, dat de zomertijd voor groote be volkingsgroepen te veel schade en onaange naamheden veroorzaakt en voor bijna nie mand in den lande cenig nut of voordeel af werpt en voor hen, die 's morgens vroeg op hun arbeidsplaats moeten zijn, eene soort lijfstraf beteekent." HET VERVOERVERBOD VAN VEE. Door het Tweede Kamerlid Van Rappard eijn aan den minister van Binnenlandsche Zaken en Landbouw de volgende vragen ge- rteld: Is de minister bereid, nu er zich slechts enkele gevallen van mond- en klauwzeer meer in het land voordoen, de beschikking, waarbij het vervoer van herkauwende dieren en varkens naar bepaalde gedeelten des rijks werd verboden, in te trekken? Bestaan hiertegen overwegende bezwaren, js de minister dan bereid, zijn beschikking wrat betreft de provincie Gelderland, waar het mond- en klauwzeer zoo goed als ge weken is, zoodanig te wijzigen, dat het ver voeren of doen vervoeren van herkauwende dieren en varkens uit het overige gedeelte des rijks verboden wordt naar een kring, omvattende, met de overige in die beschik- •ring genoemde provinciën, de gcheele pro vincie Gelderland? De Kamer van Koophandel te Alkmaar heeft aan den Minister van Waterstaat een adres gezonden, in zake het vraagstuk der onbewaakte overwegen. Zij wijst er op, dat de veiligheidswet den industrieelen allerlei verplichtingen oplegt ter bescherming van de arbeiders in de fabrieken en dat nu door de onbewaakte overwegen een toestand is ge schapen, die aan tal van personen reeds het leven kostte. De Kamer venscht niet terug het dure stelsel van de oude afsluitboomen, maar vraagt of in het belang van de veilig keid van het v ciie uit de Arbeidswet 1919 voortvloeien. Nog steeds zegt het adres o.m. zijn de knellende bepalingen dezer wet van kracht. Nog steeds is het den bedrijfsleider niet mo- gei:jk zijn prijzen op een 56-urige werkweek te calcuieeren. Indien offerte gemaakt wordt, moet men zich nog immer aan de 48-urige werkweek houden. Zeker, het is aan de Ne derlandsche industrie niet onbekend, dat in de Arbeidswet de mogelijkheid is opengela ten een overwerk-vergunning te verkrijgen, doch men kan bij het opmaken eener offerte toch niet telkens van te voren aan den betrok ken hoofd-inspecieur van den Arbeid of in hooger beroep aan den Minister van Arbeid, een overwerkvergunning vragen, zonder dat de zekerheid bestaat, dat van deze vergun ning inderdaad gebruik zal worden gemaakt. Een dergelijke overwerk-vergunning mag immers in het systeem der wet slechts „in bijzondere omstandigheden" of bij „opeen- hooping van werk" worden verleend. De toestanden in andere landen steken ten deze gunstig bij Nederland af. Zoo b.v. in Duitschland. Daar houdt men reeds lang niet meer vast aan de fictie van „bijsonder omstandigheden" of opeenhooping van werk, Men werkt eenvoudig langer omdat het moet. Niet bij wijze van uitzondering maar als regel. De dagbladen brengen ons daaromtrent da- geiij ks nieuwe berichten. Zelfs van overheids wege wordt in het sociaal-democratische Duitschland cp verlenging der werktijden aangestuurd. Ook in Frankrijk worden, zij het wellicht oogluikend, langere werk-tijden toegelaten. Nederland kan deze feiten niet straffeloos negeeren. De concurrentie stelt haar eischen. Zooals het onder de huidige wetgeving gaat, weet de industrie niet wat haar te wach ten staat. Zij verkeert in een angstwekkende onzekerheid. Een onzekerheid, die het ge volg is van het onjuiste vergunningssysteem der Arbeidswet. Doordat men niet weet wat de toekomst brengen zal, wordt de onderne mingslust gefnuikt. Men kan nu eenmaal het risico, dat het te behalen succes afhankelijk is van een goedgunstige beschikking der Ar beidsinspectie, niet op zich nemen. "Het Verbond dringt dan opnieuw bij den minister aan te bevorderen, dat de Arbeids wet 1919 zal worden herzien in dien zin, dat voor 't iNederlandsch bedrijfsleven als wette lijke» norm zal worden gesteld een arbeids tijd van 10 uur per dag en 56 uur per week. „Wij vragen geen onmatigen arbeid. Zware en gevaarlijke arbeid zal vaak tot een minder aantal uren beperkt moeten blijven. Daarte gen rijst dezerzijds geen bezwaar. Maar in het algemeen dient op den uniformen maxi- malen arbeidsdag van 8 uren te worden te ruggekomen. Slechts door gestadigen, lang- durigen, inteliigenten en intensen arbeid zal herstel zijn te verwachten van onze verarmde maatschappij." uli— In het bezit -.van mejuffrouw Nora Keller, die 12 jaren lang „dame de la maison" bij den hoogbejaarden Israels is geweest, bevindt zich een teekening van den meester. In „Het Vaderland" verhaalt mej. K. hoe ze aan deze teekening is gekomen; we nemen het genoegelijkc verhaal hier over: Een Duitsch vorst wilde den kunstenaar eens in zijn atelier bezoeken. Zoo'n bezoek werd altijd eerst vooruit aangevraagd en we Kaakten dan samen veel gekheid er over. Ik zou zijn Doorluchtigheid in den salon erkeer geen andere maat- ontvangen, mijn mooiste japon voor deze ge- regeicu MiiuKu worden genomen, hetzij door legenheid aantrekken (want dat is altijd fierke alarmklokken of andere krachtige i voor dames een hoofdfactor: wat zal ik En deze over Burne-Jones: Op een morgen zouden wij bij kennissen van onzen gastheer, 't was te Londen, een schilderij van Burne-Jones zien. Dat was zoo groot als morgen den lieden dag, zooals Israels zeide, 't Zou me niet verwonderen, als het zoo iets van drie bij vijf meter ge weest is; hij keek en keek en zei eindelijk, „eerlijk gezegd, zie ik niets als een klein mannetje, in het' glas weerkaatst." Zooals be kend is, zijn de meeste schilderijen te Londen van glas voorzien; ik geloof wél. dat de be zitter van de schilderij nog al teleurgesteld was over deze uiting; omdat Israels zich ver der niet over het werk van den Engclscben meester uitliet. Was Jozef Israels een geestig en ondeu gend criticus, voor de schrijfster dezer sympathieke herinneringen is hij een vader lijke vriend geweest. „De jaren, die ik bij Jozef Israëls door bracht," getuigt zij aan het slot van haar souvenirs, „behooren tot de schoonste van mijn leven." De groote kunstenaar was zulk een goed mensch, zoo vriendelijk en hulpvaardig en tevens zoo geestig en intellectueel hoog staand, dat hij in mijn herinnering blijft voortleven als een vaderlijke vriend. Een oiruitwischbare.plaats neemt hij in mijn hart in. Hoe behendig Israëls een lastigen kunst- kooper kon afpoeieren,-vertelt een lezer van „De Tijd"; Toen Jozef Israël® zijn bekende schilcterij „Saul en David" voltooid had, werd dit stuk op het atelier van den meester aan cenigen getoond. Tot die bezoekers behoorde schr. dezes. Bij die gelegenheid hebben wij een aandige vergelijking nit fiin mond gehoord, welke hier verleid moge wezen nu zijn hon derdste geboortedag wordt gevierd, waar door ze weer in herinnering kwam. Juist toen we bij Israëls zaten wat zien we dien kleinen, gemoedelijken grijs aard nog goed voor ons trof het dat er ook juist een kunstkooper was, wien de meester blijkbaar een schilderstuk had toe gezegd. De man vroeg er ten minste naar en kreeg toen het volgende antwoord: „Meneer, een schilderij is net een ezel. Den cenen dag zit je er op en je slaat hem, maar hij loopt niet. Een anderen dag ben je pas in het zadel, of het dier gaat er al vandoor. Nu wacht ik liever tot de ezel van zelf loopt en dat moet u ook doen." Het klonk bijna gekscherend, maar de kunstkooper kon het zich voor gezegd hou den, wat hij dan ook deed. En in de „N. R. Ct," verteld iemand: Indertijd maakte ik met Jozef Israëls en een paar van zijn familielden een rijtoer, in de provincie Groningen, Toen wij, nabij de Pruisische grens, het dorpje Vriescbeloo zagen liggen, verzocht Israëls halt te hou den. Nadat aan zijn verzoek voldaan was. begon hij een schets van het dorp te niakw», waarna wjj verder reden. Van Groningerland yertrok de groote kleine man naar Italië. Hij zond van Napels uit •een briefkaart, waarin deze passage voorkwam: „Napels is schoon, maar Vriescheloo is schooner." Hij had met zijn kunstenaarsblik het scboone van het dorp ontdekt, dat ons ge heel ontgaan was. R. K. LEERGANGEN. Ket Curatorium der R.K. Leergangen te Tilburg heeft tot huisvesting van deze stich- aangekocht de villa „Triborgh" aan den Bosschenweg, aldaar. Te zamen met de bij- behoorende terreinen is een oppervlakte ver kregen van 7500 M2„ zoodat in de naaste toekomst voldoende ruimte beschikbaar is voor eventueele uitbreidingen. De villa zelve zal zooveel mogelijk in haar tegenwoordigen staat worden behouden slechts eenige geringe verbouwingen zullen noodig zijn, om haar voor haar nieuwe bestemming ge schikt te maken, waarbij de buitengewoon fraaie binnenarchitectuur geheel kan worden gespaard. Ook werden slechts die cursussen daarin ondergebracht, welke geen schade aan het gebouw kunnen toebrengen. Over het algemeen zullen deze lokaliteiten ook niet geheel de week in gebruik zijn. Voor de laboratoria, muzieklokalen, restau ratie voor de studenten, kantoor, enz. wordt in den tuin een nieuw gebouw opgericht, terwijl de ruime garages worden verbouwd voor bibliotheek en leeszaal. De Academie.voor beeldende en bouwende kunsten wordt gehuisvest in het nieuwe gebouw aan de Schollstraat, dat de gemeente daarvoor ter beschikking heeft gesteld. Naast Zalen voor modellen, bouwmaterialen en bibliotheek komen daar acht groote teeken lokalen, die voor afzienbaren tijd voldoende ruimte bieden aan de studenten. Vergeleken bij de oorspronkelijke plannen beteekent deze oplossing een zeer aanzien lijke bezuiniging voor de gemeente Tilburg en maakt zij ook voor de Leergangen een goedkooper exploitatie mogelijk, terwijl toch een waardiger huisvesting en centralisatie daarmede wordt verkregen. Tilburg, dat blijkens het gesprokene in den gemeenteraad, bijzonder prijs blijft stellen op 't bezit dezer instelling, die dit jaar weer 600 studenten telt, zal zijn financieele offers voor de R.K. Leergangen ongetwijfeld door intellectueele verrijking beloond zien. DE OPENING VAN HET NIEUWE GEBOUW VAN HET PERS-MUSEUM, Vrijdagochtend te 11 uur is het nieuwe gebouw van dc Stichting „Het Nederland sche Pers-Museum." het gebouwtje van het voormalig Korenmetersgilde op den. N. Z. Kolk, te Amsterdam, officieel ge opend. De burgemeester, de heer W. de Vlugt, meld de openingsrede, nadat de heer D:' Kouweaaar, dc voorzitter van de Stichting, een inlidend woord hadgespröken. Daarna bracht de heer D. Hans, voorzit ter van den Nederlandsc.hen Journalisten- Kring, verband tusschen deze plechtigheid en het 40-jarig bestaan van den Ned. Joumalis ten-Kring. Ter gelegenheid van de opening van het gerestaureerde gebouw, is een kleine ten toonstelling in elkaar gezet ui tdc dossiers van het Museum oni de ontwikkeling van het dagblad aanschouwelijk voor te stellen. De heer J. W. Enschedé verstrekte hier omtrent verschillende interessante mede delingen. op de Philips Glasfabrieken aangezegd. Naar van arbeiderszijde vernomen wordt, zullen de arbeiders met de verlaging geen genoegen nemen. Er zal een conferentie gehouden worden tusschen de arbeidsorganisaties en de directie, ter bespreking van het besluit. HET A-S. LUCHTVAARTNET RUSLAND. VAN Naar de oplossing van het conflict. Donderdagmiddag is ten stadüuize te Eind hoven, een vergadering gehouden van, de Vereeniging van Noord-Brabantsche en Lim-- burgsche gemeenten voor Filmkeuring, tc-r bespreking van de Filmkeuringswet. Naar de Tel, uit zeer betrouwbare brond verneemt, zou men op deze vergadering een inodus Vi vendi trachten te bereiken, ten einde bet conflict te voorkomen. Naar de burgemees ter van Eindhoven meende, zullen de bios copen op 1 Febr. niet gesloten worden. In de Donderdag te Eindhoven gehouden vergadering van de Vereeniging van Noord- Brabantsche en Limburgsche Gemeenten voor gemeenschappelijke Filmkeuring in het Zuiden, werden besloten, naar aanleiding van een verzoek van een zes-tal filmverhuur kantoren, n.l. Polygoon te Haarlem, Emel- ka, Universal, Meteor, Pathé Frères en Nordsik alle te Amsterdam, om hangende het conflict met den Nederiandschen Bios coopbond, toe te laten de vertooning van films, goedgekeurd door de Vereeniging „Voor Eer en Deugd." of wel als goedge keurd. vermeld in het weekblad „Tooneel en Bioscoop", een en ander met inachtneming eventueel van de voorgeschrven coupures. Het Hoofdbestuur van den Nederiand schen Bioscoopbond deelt ons mede, dat het door de Vereeniging van Noord-Bra- bantsche Gemeenten voor Gemeenschap pelijke Filmkeuring in het Zuiden te Eind hoven genomen besluit, hem geen aanleiding heeft gegeven de aangekondigde stopzet ting van "de filmlevering aan de gemeenten, die bij deze Vereeniging zijn aangesloten, op te heffen, aangezien, naar het oordeel van het Hoofdbestuur, de oude toestand niet gehandhaafd is gebleven. Het verzoek, dat door een 6-tal filmver huurkantoren bij het bestuur der meerge noemde Zuidelijke Vereeniging is ingediend, is, naar het Hoofdbestuur verder mededeelt, in strijd met de door den Bond genomen be sluiten en het Hoofdbestuur, zal deze 6 leden overeenkomstig het bepaalde in de statuten van den Nederiandschen Bioscoopbond, ter verantwoording roepen. Intusschen is aan de filmverhuurkantoren en de betrokken exploitanten in het Zuiden medegedeeld, dat geen films in de bij boven genoemde Vereeniging aangesloten gemeen ten mogen worden vertoond, met uitzonde ring van de gemeenten Bergen op Zoom, Waalwijk, Hoensbroek en Brunssum, wier. burgemeesters verklaard hebben al de oude bepalingen te handhaven. INTERN- BAKKERIJ-TENTOONSTEL LING 1924 TE 's-HERTOGENBOSCH, Voor de Internationale Bakkerij-tentoon stelling welke van 12 tot 20 Juli te 's-Herto- genbosch gehouden zal worden, hebben vier bekende Nederlandsche teekenaars een ontwerp reclame-plaat vervaardigd. De plaat, ontworpen door den -kunstenaar Herman Moerkerk is gekozen als de reclameplaat voor de Internationale Bakkerij-tentoonstelling 1924, De diploma's, welke sullen worden uit gereikt zijn seer fraai. De ontwerper is André Verhorst. De diploma's zullen voor de prijswinners van hooge en blijvende waar de zijn, daar zij naast de gewone, op diplo ma's voorkomende handteekeningen de hand- teekening zullen dragen van den Commissaris der Koningin in Noord-Brabant, baron van Voorst tot Voorst en die van den burgemees ter van 's-Hertogenbosch, mr. F. J. van Lanschot. De Belgische bakkerij zal onder .bescher ming staan van den Algemeenen Belgischen Bakkersbond en uitkomen met een zeer grootsch opgevatte afdeeling, terwijl afzon derlijke Belgische wedstrijden zullen worden gehouden. DE AUTOMOBIEL-TENTOONSTEL LING TE AMSTERDAM. De Amsterdamsche Auto-tentoonstelling die gedurende tien dagen in het R.A.I.-ge- bouw zal worden gehouden, wordt Vrijdag 8 Februari, des namiddags half drie geopend. Namens Z.Exc. den minister van A., H. en N. zal de tentoonstelling geopend worden in tegenwoordigheid van verschillende auto riteiten en genoodigden door den heer F. M. J. Heringa, admistrateur chef der afdeeling Handel en Nijverheid van het departement van A., H. en N. Onmiddellijk hierna wordt de tentoonstelling voor het publiek openge steld. EEN VERZOEK VAN DE VER. VAN FA BRIEKSARBEIDERS AAN DEN R. K. LEDERBEWERKERSBOND. In verband met den algemeenen toestand in het bedrijf heeft het hoofdbestuur van de Nederlandsche Vereeniging van Fabrieks arbeiders zich tot het hoofdbestuur van den R. K. Lederbewerkersbond gewend met het verzoek, om de collectieve overeenkomst, welke deze met de R. K. Werkgeversvereni ging heeft afgesloten, op te zeggen, waarna dan een basis zou ontstaan, waarop de ver schillende organisaties zouden kunnen sa menwerken. De raad van arbeid en defensie heefteen plan ppgemaakt voor de eerstkomende drie jaren, waarin de volgende luchtlijnen defini tief zouden worden ingesteld. Moskou PetersburgZuidgrens TiflisZuidgrens Nishni—-Kazan TiflisBakoe Boekara Khiva KazanSaratow CharkowKief f IrkoustkWerkhuiOudinokOurga Wladiwostok en TurkestanTaschkint Worny en Boekera. Met de uitvoering van deze plannen zal binnenkort worden begonnen. De directie der N.V. Philips Gloeilampen fabrieken té Eindhoven, heeft thans een loonsverlaging van 15 pet. voor de arbeiders 't Was wel een heel vreemde historie die zich Woensdagmorgen voor den politierech ter te Rotterdam afspeelde, een weinig alle- daagsche geschiedenis, waaraan een tram bestuurder, een meester in de rechten en een psychiater te pas kwamen. De zaak zat zoo. Eenige jaren geleden kocht een wagenbestuurder der R.E.T.M. van den heer Baan eenige meubelen. De man betaalde niet en er werd een acte van cessie opgemaakt door Mr. Hijman, waarbij werd bepaald, dat de wagenbestuurder iedere maand van zijn salaris f 15 moest afdragen aan den heer Baan. De wagenbestuurder ging echter failliet en de curator in zijn fail lissement, mr. G. de Grooth, kreeg de cessie- acte in zijn bezit. Op 29 October moest de wagenbestuurder bij mr. De Grooth ten kan tore komen. Er werd toen over het contract, dat op tafel lag, gesproken. Op een gegeven oogenblik stak de wagenbestuurder het con tract in zijn zak en toen men hem dwong het weer te voorschijn te halen, scheurde hij het aan stukken. Er werd een klacht tegen hem ingediend wegens vernieling doch van den eersten keer af, dat hij door dc politie gehoord werd, zeide hij zich niets meer te kunnen herinneren. Woensdag moest de man zich voor den po litierechter, mr. IJssel de Schepper, ver antwoorden. Hij maakte een eenigszins zon derlingen indruk. Met zijn onder het zeer lage voorhoofd voortdurend opgetrokken wenkbrauwen, zijn half open mond en zijn lijzige manier van spreken, deed hij inder daad even aan een zwakzinnige denken. Politierechter Vertel u eens, wat is er ge beurd op dien 29sten October. BekL Ik weet het niet meer, edelacht bare. Politierechter Weet u ook niet, dat u toen bij mr. De Grooth geweest bent Bekl. Ik kwam zoo dikwijls bij meheer De Grooth. Politierechter En hoe is het met die over eenkomst met mijnheer Baan Bekl. Ik ken meheer Baan niet edelacht bare. Ik weet nergens wat van. Politierechter Hoor eens, je moet hier niet simuleeren, dat je niets meer weet. Dat is zeer onverstandig en het was veel beter, dat je maar rond voor de zaak uitkwam. Ik be grijp wel, dat het zeer moeilijk voor je is, nu ineens van houding te veranderen, doch voor jezelf en je gezin zou dat heel wat beter zijn en daar gaat het hier om. Hét spijt me dat je; dat niet inziet, Bekl. (steeds op een lijzigen dreun)Ik ben niets met meheer Baan overeengeko men ik ken hem persoonlijk geen eens. Ik weet ook niet, dat ik een stuk geteekend heb Ik heb geen stuk geteekend, ik ken meheer. Baan niet Als eerste getuige wordt gehoord dr. S. J. R. de Monchy, welke een onderzoek naar be- klaagdes geestesvermogens had ingesteld. Ge tuige was tot de conclusie gekomen, dat be klaagde simuleerde alles vergeten te zijn. Hij had geen bijzondere afwijkingen aan hem geconstateerd, wel was de man zeer vatbaar voor zenuwschokkende gebeurtenissen, -doch daaraan kon men zijn plotselinge vergeetach tigheid niet toeschrijven. Het is in de weten- tenschap trouwens nog nooit voorgekomen, dat iemand een bepaald feit in zijn leven to taal vergat, 't Is evenwel mogelijk, voegde de dokter er ironisch aan toe, dat we hier met een novum te doen hebben. Vervolgens werden nog eenige getuigen ge hoord, die er bij tegenwoordig waren, dat be klaagde het contract verscheurde. Bekl. bleef echter beweren, zich niets meer te herinne ren. Na het getuigenverhoor stelde de dokter nog eenige vragen aan beklaagde. Get. Herkent u mij Bekl. Ja, ik ken u wel. Get. Weet u waar ik woon Bekl. Ja, op den Schiedamschen Singel, maar waar het precies was, weet ik niet meer. Politierechter Weet u nog, dat mijnheer u onderzocht heeft? Bekl. Nee, ik ben wel bij meheer thuis geweest, maar waar het over ging weet ik niet meer. Ik weet ook niet, wat hij toen met me gedaan heeft. Politierechter Nu, enfin. Ik vind het al leen wel een beetje gevaarlijk voor een tram bestuurder, zoo plotseling zijn geheugen kwijt te raken. Verbeeldt u, dat u een tram bestuurt en dat u op een gegeven oogenblik een ding vergeet. Wat dan? Dan gebeuren de grootste ongelukken. Op die manier bent u nergens meer bruikbaar voor. Bekl. Ja, ziet u, dat zit 'm in mijn zenu- we en mijn gedachte. Politierechter Maar begrijpt u dan niet, dat u hier een. heel mal figuur slaat en dat u bezig is uw toekomst te vergooien Bekl. Ja, edelachtbare, als ik het wist zou ik het zeggen. Het O.M., waargenomen door mr. Gom- bault vond het een seer vreemde zaak. Het feit is wettig en overtuigend bewezen en vol gens het rapport van den deskundige is bekl. volkomen toerekenbaar zoodat hij dus ge straft zal moeten worden. Eisch f 25 boete, subs. 25 dagen hechtenis. Bekl. Ik weet niet, waarom ik dat beta len moet. Meheer Baan heeft me nooit wat geleverd en ik heb nog nooit wat met hem aan de hand gehad. Politierechter Ik wil u nu nog niet tot ge vangenisstraf veroordeelen, hoewel ik nog maals zeg, dat het een gevaar is, dat u nog een tram bestuurt. De boete, die de Officier geëischt heeft is echter veel te licht. Ik zal u veroordeelen tot f 80 boete, subs. 40 dagen hechtenis. Bekl. bleef onnoozel voor zich uitkijken, als drong er niets tot hem door. Het staat wel vast, dat indien deze man simuleert, hij zijn rol buitengev-oon goed speelt. I De directeur der „Domaniole" voor de recht- bank. Voor de rechtbank te Maastricht, had ziel} te verantwoorden de heer Th. W. F. H. Huss- man, directeur der Domaniale Steenkolen mijn te Kerkrade, ter zake van overtreding van art. 308 W. v. Str., „het door schuld ver oorzaken van lichamelijk letsel". Op 21 November 1922 w'as het in aanbouw zijnde ketelhuis der mijn ingevallen, waarbij een zestal arbeiders nogal ernstig werd ge kwetst. Een 14-tal getuigen werd in deze zaak ge hoord. Uit de dagvaarding en het getuigen verhoor bleek, dat bekl. aan een gewoner, metselaar, die als bouwopzichter dienst deed, verschillende bouwwerken aan de mijn had opgedragen, welke bouwwerken alle met een betonnen dak werden gedekt. Bekl. had ook aan dien opzichter, Handels genaamd, en die geen wetenschappelijke bouwkundige op leiding had genoten, opgedragen om een nieuw ketelhuis te bouwen met een betonnen dak. Getuige Handels verklaart, dat hij, hoewel niet wetenschappelijk gevormd, alleen te rade gaande met zijn practische kennis en erva ring, duizenden vierkanten meters betonnen daken heeft gelegd. Nadat het in aanbouw zijnde betonnen dak van het. ketelhuis voor 7/8 gereed was, hoorden de werklieden eens klaps een geluid alsof er iets sprong. Dadelijk werd een onderzoek ingesteld, waarbij echter niets verdachts werd gevonden. Nauwelijks echter was het onderzoek afgeloopen, of het dak stortte met een donderend geraas in el kaar, waarbij zes arbeiders werden gewond. Menschen, die van het ongeval hoorden, had den verklaard, dat hun dat niet verwonderd had en dat hef hun zelfs niet zou verwonde ren, dat „den hielen kraom" irrviel, want op 'oouwgebied werd daar vreemd met de veilig- heidfomgesprongen men zei zelfs „Bij God en de Domaniale mijn is alles mogelijk." i Als deskundige werd gehoord de civ. in genieur De Rond te Maastricht, die een on derzoek ter plaatste had verricht en de wijze van_ bouwen daar ontoelaatbaar achtte. Het betonnen dak was veel te zwaar geweest voor de kapspanten, die overbelast waren. Ais alle daken der mijngebouwen op dezelfde wijze zijn gebouwd, dan bestaat er voort-: durend gevaar, dat vandaag of morgen weer instortingen zullen plaats hebbendaartoe is een kleine aanleiding voldoende. j Het O. M., waargenomen door mr. Kcde- ritsch, was van oordeel, dat den directeur, den heer H., hier wel degelijk schuld treft, Bekl. heeft de ijzeren kaspspanten te Aken besteld, doch heeft zich later niet overtuigd, of ze wel sterk genoeg waren om zulk een zware betonlaag te dragen. Hij mag in an dere opzichten nóg zoo nauwgezet zijn, nóg zoo nauwkeurig de plannen snaken, hij moet er in de eerste plaats aan denken, dat er bij 1 liet bouwen geen genoegzame zekerheid wordt verkregen, als een niet wetenschappelijk on-i derlegd man met de uitvoering wordt belast. Het'snaken van plannen en de uitvoering van dergelijke bouwwerken behooren aan archi tecten en ingenieurs te worden opgedragen.1 Wegens overtreding van art. 308 W. v. Str.; (het veroorzaken van lichamelijk letsel door schuld) eischte spr. een hechtenis van zes weken Voorwaardelijk, met een proeftijd van drie jaar- Hij hoopte, dat het gebeurde een goede les voor beklaagde zal zijn geweest, Uitspraak 1 Februari. *t Was in den nacht van 9 op 10 December,i dat drie studentjes vroolijk en welgemoed een café op het Rembrandtplein te Amster dam verlieten, hetgeen op zich zelf niets bij» zenders is. Het bijzondere echter komt nog. In 4e buurt van de Amstelstraat gekomen,' zagen ze daar een hevigen toeloop van nieuws-. gierigen, temidden waarvan één manspersoon door een ander manspersoon zoodanig werd I „afgetuigd", dat hij bloedend en bewusteloos neerviel, waarna de dader hard hollend naar de Amstelstraat ontsnapte en, gevolgd door het heele rejletje den hoek naar den Amstel omsloeg. Hier, in de buurt van de Blauwbrug kreeg bovengenoemde boef van een van z'n vrien den een fiets, waarop hij stellig dadelijk zou zijn ontkomenindien niet de drie jeug dige volgelingen van Ivlinerva, verontwaar digd over deze ongestrafte euveldaad, krach tig hadden ingegrepen. j Een van hen pakte den boosdoener bij den arm om hem alsnog van de fiets te trekken, toenzijn kameraad plotseling werd aangevallen door een onbekend persoon, die hem een paar flinke klappen in 't gezicht toediende; In een oogenblik keerde zich rtu de heele menschenmassa tegen de drie studenten, die ten slotte, wel niet anders kondeh doen dan het hazenpad kiezen, terwijl de boef van de gelegenheid gebruik maakte om haastig weg te fietsen. Een van de studenten had ondertusschen de politie gewaarschuwd, zoodat de plotse linge aanvaller, een ongeveer 30-jarig koop man, zich Woensdag voor den politierechte» over dit zijn ongemotiveerd optreden li verantwoorden had. De politierechter, mr, Servatius, vroeg hem, of hij bekende, den student in het ge zicht te hebben geslagen. Bekl. (die zeer zelfbewust optrad) „Zeker, Edelachtbare, ik heb dien man geslagen. En waarom heb ik dien man geslagen Dat zal u vertellen, Edelachtbare. Ik loop rustig over het Rembrandtplein met 'n vriend te praten, als ik daar een oploop zie op den hoek van de Amstelstraat. Natuur lijk loop ok mee en daar zie ik me bij de Blauwbrug, hoe deze drie edelachtbare hee- ren (met 'n breed handgebaar naar de getui gen) bezig zijn een klein persoon, een persoon die zich heelemaal niet kan verdedigen, at te tuigen, Edelachtbare. Een minderjarig per soon, niet grooter dan zoo (hij wijst ter hoogte van z'n knie). En toen, Edelachtbare hecren, keek ik oir me heen of er d3n niemand was, die dat kleine onschuldige persoontje te hulp zou komen maar niemand stak een hand uit. j En toen, Edelachtbare, ben ik te hulp ge komen en heb een van deze drie heeren een slag gegeven." Pol. réchter „En was dat kleine persoon tje dan dezelfde, als die persoon, die op dc fiets trachtte te ontkomen Beid. „Neen, heelemaal niet, Edelacht-' bare. Dit was een klein, nietig persoontje, dat zich niet kon verdedigen.1 De drie studenten, als getuigen gedag-! vaard, verklaarden, geen zoodanig persoontje gezien te hebben. Het O. M„ vertegenwoordigd door mr van Heinsbergen, achtte het wettig en over tuigend bewijs in dezen geleverd en eischte! tegen bekl. 40 boete, subs, 40 dagen hech-5 tenis. j Mr. Servatius, dadelijk rechtdoende, ver oordeelde den bekl. conform den eisch.' „Heeft de bekl. nog iets te zeggen Bekl. „Zeker, Edelachtbare. Die drie heeren dat zijn, om zoo te zeggen „drie; handen op één buik". En getuigen had ik ook kunnen krijgen, Edelachtbare, als ze me door 't geroezemoes niet waren ontsnap tj En alsdat ik opgekomen ben om een oeschul-j dig persoon te verdedigen,." 0

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1924 | | pagina 10