Voor onze Jeugd
NEDERLAND^
De audiëntie der
Yoego-Slavische ministers Pasjitsj
Nisjitsj bij den H- Vader.
Een historisch monument te Medemblik
in gevaar.
Het verkeersvraagstuk in Haarlem.
Uit de Pers.
De avonturen van heer Aap.
OPLOSSINGEN f
can onze laatste oefen-raadsels.
29
16
z3
12
24
11
18
30
25
7
19
31
13
8
20
27
14
26
21
28
15
22
9
Nieuwe oefen-opgaven.
drukking
De avonturen van drie vrienden
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT.
Tweede Blad - Woensdag 6 Februari 1924
De rijwielbelasting.
KUNST EN KENNIS.
Uit den Moppentrommel.
HET WOORDSPEL.
a i i
liklW MWMMMdtg: i
1. De helft van een dubbeltje is een stui
ver en de helft van een stuiver is een twee-
en-een-halve-cent-stuk.
2.
4. Op hoop van regen beginnen we,
5. Kamperfoelie.
1. Het huis hiernaast werd slecht en oud,
En daarom wordt het nu verbouwd;
Waar denkt ge wel, dat wil 'k u
vragen,
Dat. de eerste spijker werd geslagen?
Ik ben een geducht wapen.
Een 1, 2, 3 is een kinderkleedingstub.
Een 4, 5, 6, 7 duurt nogal lang.
Een 1, 5, 6, 7, 8 is een zeer nuttig flink
dier.
Wie ben ik?
5 Met een 1, 2, 3, spelen de kinderen.
Een 4, 5, 6, vindt men aan bijna ale hui
zen.
De 8, 7, 3 is een groote rivier.
Het geheel vindt men in bijna iedere pro-
vincie.
door Nico A.
XVII.
De jongens dachten nog verscheidene da
gen aan het voorgevallene met de spookge
schiedenis en voelden vooral nog de straf
die hun daarvoor was te beurt gevallen.
Enkele dagen waren ze kalm, maar dat kon
niet lang duren en zoodoende togen ze weer
op nieuwe streken uit.
Terwijl ze op een zonnigen Zaterdagmid
dag, terwijl de wind zachtjes in hun lokken
waaide, door het dorp slenterden, kwam
Jaap met de vraag „Wat moeten we nu doen,
ik heb geen idee om wat te blijven draaien."
„Weef je wat dan het beste is antwoord
de Kees „dan gaan we naar het landwegje,
even buiten het dorp en we gaan daar dan
wat kikkers vangen, dan kunnen we er mis
schien nog lol mee hebben."
Hein werd opeens door die woorden her
innerd aan den streek dien ze uitgehaald
hadden met den bakker. Hij lachte er nog
eens hartelijk om en Kees en Jaap stemden
daar mee in.
Aan het plan werd geen gevolg gegeven
en doelloos slenterden ze weer wat rond
toen ze een ruiter ontwaarden die met snellen
draf het dorp inreed. Ze zagen hem afstappen
en vragend rondkijken. Toen hij de jongens
zag, wenkte hij hen en vroeg naar de woning
van den burgemeester. Nadat hem die was
gewezen, ging hij er in, en spoedig daarna
zagen ze hem er weer uit komen, op zijn
paard springen en weer wegrijden.
Den Maandag daarop zagen ze denzelfden
vreemdeling weer in het dorp, maar geheel
anders gekleed. Hij had n.l. bruine schoenen
met bruine kaplaarzen aan, een rijbroek, een
soort van boezeroen en een grooten bruinen
hoed. Om zijn hals was een groote doek
geknoopt en om zijn schouders hing een
gordel met patronen, terwijl om zijn middel
een breede riem was bevestigd met eenige
revolvertasschen.
Hij maakte een krijgshaftigen indruk,
hetgeen een der jongens het gezegde ontlokte
„Kijk es jonges, da's een cowboy."
Werkelijk, de man was een als cowboy
verkleede circusartist. Hij nam uit een tasch
die aan het zadel van zijn paard hing, eenige
vellen papier die hij op verschillende muren
plakte.
De vellen waren bedrukt met een aan-
De „N. R. Crt." meent, dat in de huidige
omstandigheden elke nieuwe belasting vooral
ook moet beoordeeld worden naar hare ge
schiktheid om weer te worden ingetrokken.
i Aan deze eisch voldoet, dunkt ons, de
voorgestelde rijwielbelasting bij uitstek. Zij
is voor afwenteling nauwelijks vatbaar zij
kan geleidelijk verminderd of in eens afge
schaft worden zonder dat zulk een vermin
dering of afschaffing aan iemand een on
verwacht nadeel bezorgen zou, of een dou
ceurtje in den schoot werpen bij wijze van
een lotje uit de loterij. De inning van de
belasting vereischt geen nieuwe organisatie
of nieuwe ambtenaren, waarmee men bij
afschaffing geen raad zoude weten. En de
controle over de belastingplichtigen zal
geene extra uitgaven met zich brengen.
De belasting heeft daarenboven nog een
goede zijde. Zij zal hoogst impopulair zijn.
Moeite aan het publiek zal zij niet veel geven;
men zal geen formulieren behoeven in te
vullen, noch waarschuwingen of aanmanin
gen hebben te vreezen. Het eenige wat de
fietsrijders te doen krijgen is eenmaal per
jaar, als gold het een hondenpenning, een
fietspenning te koopen, en dien aan het ijze
ren paardje om te hangen. En toch zal de
belasting zeer impopulair zijn, omdat het
rijwiel een verkeersmiddel is geworden, ten
aanzien waarvan de gedachte aan luxe zoo
goed als geheel verloren gegaan is. We zitten
allemaal op de fiets, al sinds jaren, en dat
te doen achten wij een van onze natuurlijkste
burgerrechten. We zijn zelfs woedend, in
dien de overheid niet genoegzaam met dit
ons recht rekening houdt, en ons geen mooie
rijwielpaden ter beschikking stelt.
Daarom zullen we allemaal boos zijn, dat
we nu zelfs niet meer vrij fietsen mogen
Jaarlijks zullen we de intree van Januari
verwenschen, als we opnieuw onze drie gul
den moeten gaan storten. En zoo zullen we
jaarlijks in September, als de beg: o itmg
uitkomt, gaan kijken, of zij nu nog altijd niet
sluitende is. We zullen haar napluizen en
narekenen, of ze zuinig is opgemaakt, na
speuren of regeering en Kamer met in een
nieuwen rijkheidsroes zijn geraakt, met
subsidies hebben gestrooid, of wel, zij het
aardige, dan toch niet dringende uitgaven
vastgesteld hebben, in plaats van ons van die
beroerde fietsen belasting weer te verlossen.
Zoo zal deze belasting een heilzame wer
king verrichten. Zeg, voor ons part, zooveel
kwaad gi; wilt van de voorgestelde rijwiel-
belasting, en wij willen er nog wat aan toe
voegen maar waardeer daartegenover wat
wij in deze belasting ook voor goeds zien
het vooruitzicht van ruim een miljoen bur
gers, die bij de overheid op bezuiniging zul
len aandringen, opdat die hatelijke penning
weer van hun fiets moge verdwijnen.
Aanvaardt daarom deze belasting op af
rekening van een zuinig bestuur.
PRIJSVRAAG.
De directie van de Stoomvaart Maatschap
pij Zeeland heeft een prijsvraag uitgeschre
ven voor het vervaardigen van eer. nieuw»
reclame plaat, ten doel hebbend in Amerik»
en Engeland reclame te maken voor bezoek
aan Walcheren, en als tekst vermeldender
Cheap excursions tot Holland including
Walcheren, its quaintest part via Folkestone-
Flushing." Voor het beste voor 15 Februar.
ingezonden ontwerp wordt f 200 beschikbaar
gesteld.
Natuurlijk was cr in het Rijk der Dieren öok een zwembad; de heer Aap
had daarvoor gezorgd. De apen hadden het meeste pleizier in de poelerij
en vooral het diep-duiken van de brug vonden zij heerlijk. Er was natuur
lijk voorgeschreven, dat alleen de gasten van het zwembad gebruik mochten
maken van het bad, doch niettemin waren er toch wel eens vreemden. Zoo
bevond zich op zekeren dag een krokodil in het water, juist terwijl heer
Aap bezig was een bad te nemen. Toen heer Aap het geschreeuw van de
andere baders hoorde, schreeuwde hij uit: „Geen toegang voor krokodillen
hier!"
Maar hij was te laat. Eén der apen sprong reeds naar beneden van de
levende brug en hij kwam precies terecht in den krokodillen-mond. Al de
apen jammerden luid en slechts met de grootste moeite kon heer Aap
voorkomen, dat zij hun verloren vriendje achterna sprongen. Hij waar
schuwde ze wel duizend keeren en eindelijk verlieten zij woedend het
zwembad. Toen ze in veiligheid waren moest heer Aap ze bovendien nog
elk een lekkeren kokosnoot present geven, daar zij anders nog kwaadaardig
een ingezonden stuk zouden hebben geschreven in de Apenkrant.
Dat het moderne verkeer in onze steden steeds moeilijker te vervullen eiscfaen stelt, toonen bovenstaande foto's genomen aan de brug over de Zomervaart (1) te Haarlem en in de Anthoniestraat (2) aldaar. Twee ponten, evea druk en even
belangrijk, voor het stadsverkeer als voor het doorgaand verkeer naar en van Amsterdam. De derde foto fs de brug over de Leidsche Vaart, nabij de Zandvoortsche laan onder Heemstede, met een, vooral in den zomer, druk verkeer naar
Z andvoort.
Het woordspel is een onderhoudend gezelschapsspel. Er kunnen zooveel
personen aan deelnemen als men wil. Niemand behoeft dus stil te zitten. Alle
deelnemers wapenen zich met een potlood, 'n stuk papier, een opzetstukje
dit moet van jederen deelnemer verschillend zijn en het spel kan beginnen.
Vooraf bepaalt men een willekeurig woord, laten we b.v. zeggen „Nederland."
Nu gooit men om de beurt met één dobbelsteen. Het aantal oogen, dat men
werpt, geeft bet vak aan waarop men zijn stuk plaatst. De in het zelfde vak
staande letter noteert men op zijn papier. Bij een volgenden worp telt men
zooveel vakken verder, als men oogen geworpen heeft. De letter in het vak
waar men dan op blijft staan, schrijft men weer op zijn papier. Men neemt de
vakken in de volgorde, die de getallen aangeven. Is men op vak 54 gekomen,
dan telt men verder op 1, 2, 3 enz.
Wie nu het eerst de letters van het vooraf bepaalde woord in dit geval
„Nederland" bij elkaar heeft, heeft het spel gewonnen.
kondiging dat eerstdaags een circus in het
dorp zou komen.
Ja werkelijk, op een morgen dat de school
zou beginnen trok een groote stoet het dorp
binnen. Het was het circus dat komen zoi
De jongens leerden natuurlijk dien morgen
maar weinig en toen de school om 12 uur
uitging was de tent al bijna opgezet.
Nog dienzelfden avond had de vertooning
plaats.
Ook Hein en zijn makkers wilden naar
het circus, doch hun ouders waren daar
niet op gesteld. Neen, daar kwam dus niets
van. Maar Jaap wist raad. Hij ging met zijn
vrienden naar het terrein, waar het circus
stond en zij boden zich aan om te werken,
legen een gratis entree biljet.
Een der mannen die schik in de vrijmoedige
kereltjes had, nam hen voor een middagje
in dienst en gaf hun werk in de stallen, waar
ze de paarden moesten verzorgen.
Nu, met paarden omgaan konden ze wel.
Even later werd hun een plaats aangewezen,
bij eenige andere paarden, die los in het veld
liepen.
Toen kwam bij Hein het plan op, om' met
deze gedresseerde paarden een circusvertoo-
ning m het dorp te houden. Kees en Jaap
stemden meteen toe en de daad bij het woord
voegend, sprongen ze ieder op een paard en
joegen naar het dorp.
(Slot volgt).
ANDERS BESCHOUWD.
„Jozef", zeide moeder verwijtend, „je
moest je schamen met jongens in dezelfde
klasse te zitten, die zooveel kleiner zijn dan
jij"
„Och, moeder", antwoordde Jozef, „ik zie
de zaak heel anders in. Het is voor mij een
prettig gevoel te zien hoe trotsch de kleine
jongens zijn, dat zij met zulk een grooten
jongen als ik in dezelfde klasse zitten.
IN DE DORPSSCHOOL.
Onderwijzer: „Jantje, geef jij eens een
zin op, en zet dien dan daarna in de ge
biedende wijs".
Jantje: „Een os trekt den wagen"
Onderwijzer: „Heel mooi Jan, nu in de
gebiedende wijs".
Jantje: „Huup, vort!"
De Yoego-Slavische ministers Pasjitsj en Nisjitsj, gekiekt in het Vaticaan, waar rij voor
kort bij hnn terugkeer naar hon land door den H. Vader werden ontvangen. Geheel
links Mgr. Pizzardo, substituut bij de Panselijke Staatssecretarie, dan mej. Pasjitsj, naast
(niet achter) haar Nisjitsj, dan Pasjitsj (met baard) en mevr. Pasjitsj en naast deze de
Yoego-Slavische gezant Swodlenki.
De toren te Medemblik, een 60 Meter hoog historisch
bouwwerk uit het jaar 1350, levert door zijn verweerden
toestand gevaar op voor de omgeving. Onderhandelingen
met het Rijk over restauratie zijn sedert lang aanhangig,
doch daar het gevaar te groot wordt, zal men de balustra
de en andere gevaarlijke deelen voorloopig wegbreken.
Een aardige groep meisjes alt het Hongaarsche dorpje Mezökövesd, het Hongaarsch
Volendam, waar nog de Hongaarsche dracht van voor vele eeuwen met al zijn klenren-
harmonie en originaliteit bewaard bleef. Aan bewerkelijkheid schijnen deze costnnmpjes
het nog wel te winnen van onze verscheidene Hollandsche patriarchale drachten, zooals
we in Volendam, Friesland, Zeeland en andere streken zien.
