■mm
BINNENLAND.
R. K. Haisvestings-Comité.
De geschiedenis van een haarpen
Ove t '-oord slagen.
Smaads'-t,~*'v
De hondenvergiftiging in
Midden-Limburg.
Uit den koers geraakt?
Door den lagen stand van den
frank.
Ernstig ongeluk.
Het ijs m de Zuiderzee.
Een aanhouding.
Een geheimzinnige moord.
Het geval met de leeuwin in
het circus te Rome.
Doos* een locomotief overreden.
Mislukte poging tot ontsnapping
De gevaarlijke Muider-
Straatweg.
Men meldt uit Muiden
Het ijs in de Zuiderzee.
Stremming van het verkeer.
I" voorloopige bewaring gesteld
Een in nood verkeerend
visschersvaartuig.
Zichzelf aangemeld.
DE „CHILÏER" VERGAAN?
Drie Hollanders aan boord.
30 jaar in vrijwillig isolement
De nieuwste truc.
Hoe Rubinstein klavier speelde.
De sneeuw in Zuid-Europa.
Doodelijk ongeluk.
Brand te Leeuwarden.
De moord in de Engelenburg*-
straat.
Door het ijs gezakt en
verdronken.
Eindelijk binnengesleept.
Een verdachte sinjeur.
Kolendampvergiftiging.
Men schrijft ons
Zooals gemeld, bracht in de Maandag ge
houden algemeene vergadering van het R.K.,
Huisvestings-Comité te 's-Hertogenbosch
de heer J. Pastoor, algemeen penning
meester en leider van de Perscommissie,
een uitvoerig jaarverslag uit over 1923, dat
afdeeltngsgewijze werd voorgelezen, waarop
dan verder de betrokken afdeeling besproken
werd. De voornaamste cijfers uit dit verslag
zijn, meer overzichtelijk, reeds gepubliceerd.
Aan het verslag is verder het volgende
ontleend
In het algemeen wordt geconstateerd, dat
het werk van het comité in 1923 buitenge
wone waardeering heeft gevonden en dat,
zoo uit buiten- ais binnenland, voortdurend
aanvragen om inlichtingen omtrent de werk
zaamheid van het comité ontvangen worden.
Uitdrukkelijk werd in 't licht gesteld de
noodzakelijkheid, dat de geheele kath. hulp
actie in het land onder leiding staat van ééne
organisatie, welke noodzakelijkheid herhaal
delijk gebleken is.
Hollandsche afdeeling. Het verslag
maakt melding van de met vertegenwoor
digers van verschillende organisaties ge
houden besprekingen omtrent centralis; tie
van de uitzending van het Nederl. kind, als
resultaat waarvan is ontworpen een regle
ment voor het door het Doorl. Episcopaat in
deze gewenschte Bureau, onder leiding van
het R. K. Huisv. Comité. Op één punt werd
door het Doorl. Episcopaat tegen dit regle
ment bezwaar gemaakt, waaromtrent thans
nadere inlichtingen zijn gegeven.
Het comité heeft aan den Minister ver
zocht ten bate van het Nederlandsche kind
te mogen deelen in de opbrengst van den
verkoop der liefdadigheidspostzegels.
Het verslag deelt uitvoerig'mede, dat het
bestuur de vraag heeft overwogen om bij de
in ons land heerschende armoede vanwege
het comité hulp te verleenen, maar gemeend
had daardoor het terrein te zullen gaan be
treden der St. Vincentius-Vereeniging, door
wie tenslotte toch de opbrengst van even
tueel te houden inzamelingen zou moeten
worden verdeeld. Plaatselijk zou echter aan
genoemde vereenigingen de hulp van de
comité's kunnen worden aangeboden.
Nederlanders in den vreemde. Het ver
slag betreurt de weinige hulp, die voor onze
landgenooten in Duitschland kon verkre
gen worden. Eehalve f 3000 van de Centr.
Commissie voor steun aan Nederlanders
in den vreemde en f 6000 uit de collecte in
het Bisdom Roermond werd van particu
liere zijde het geheele iaar slechts f 221.24
ontvangen.
Bij de verzending van levensmiddelen naar
Duitschland werd steeds verlangd dat de
Nederlanders daarvan moesten bedacht wor
den. Bevend'en werden voor dezen afzon
derlijk nog 32 wagons levensmiddelen gezon
den, terwijl 680 Nederlandsche kinderen uit
Duitschland werden aangevraagd.
Nadat de wijze van hulpverleening aan
onze landgenooten in Duitschland is uiteenge
zet, bespreekt het verslag uitvoerig de ver
houding tot den regeeringscommissaris te
Zevenaar De Jong, wien de leiding der regee-
ringshulp is opgedragen, doch die, geheel in
strijd met de wenschen onzer Regeering, het
St. Joseohs-comité, dat in Duitschland voor
dit doel het R. K. Huisv. Comité vertegen
woordigt, passeert. Het comité zal zich ten
deze tot de Regeering wenden.
Kloosteractie en Priesterhnlp. Het ver
slag memoreert dat alle gelden voor de kloos
ters worden afgedragen, voor wat Duitsch
land betreft aan Kardinaal Bertram te Bres-
lau, die ze volgens een door het Duitsche
Episcopaat vastgestelde schaal over de
verschillende bisdommen verdeelt. Het co
mité verkreeg de volle medewerking van het
Duitsche Episcopaat om aan de afzonder
lijke acties van Duitsche kloosters hier-te-
lande een einde te maken. De gelden voor
noodlijdende priesters worden door het co
mité afgedragen aan zijne afdeeling het
Priestercomité.
Hongaarsche afdeeling. Het verslag
constateert dat zeer weinig giften meer
voor Hongarije worden ontvangen en de
kinderactie van Dr. Knebfl door de hulp
actie voor Duitschalnd zeer bemoeilijkt werd.
De penningmeester meent dat de verhouding
in de hulpverleening thans we! wat te erg
verbroken is en schildert den in Hongarije
nog heerschenden noodtoestand, tot leniging
waarvan hij een krachtige opwekking doet
hooren.
Melding wordt gemaakt van den door de
Oostenrijksche spoorwegen 'gestelden eisch
tot betalen van vele millioenen kronen voor
het gebruik der Oostenrijksche lijnen door
Hongaarsche kindertreinen, waardoor voor
de Hongaarsche Liga de onmogelijkheid
dreigde te ontstaan om de uitzending van
kinderen voort te zetten. Dank de interventie
van den voorzitter van het R. K. Huisv.
Comité te Boedapest, Mgr. Mészaros, bij de
Oostenrijksche regeering, is een regeling
tot stand gekomen, waardoor dus de kinder
actie kan worden voortgezet.
Oostenrijksche afdeeling. Het verslag
behandelt vooral de liquidatie dezer afdee
ling. In totaal werd voor deze afdeeling
f 463.338.75 ontvangen. De kinderactie is
stopgezet en de kinderheime zijn gesloten.
In totaal hebben 27118 Oostenrijksche kin
deren van een verblijf in ons land geprofi
teerd, terwijl 550 wagons levensmiddelen
en liefdegaven naar Oostenrijk werden ver
zonden. Op 28 April moeten alle in ons land
vertoevende Oostenrijksche kinderen naar
hun land tsrugkeeren, terwijl voor het be
houd van een kind de verschillende vroe
ger meegedeelde formaliteiten moeten wor
den vervuld, wat in zich sluit dat het comité
van elke verdere verantwoording ontslagen
wordt. Het verslag bespreekt uitvoerig den
>lotseling gestelden on billijken eisch der
de medewerking te verzekeren van verschil
lende werkgevers- en werknemers-organi
saties enz. en brengt vooral hulde aan den
R. K. Vrouwenbond, die met de op verzoek
van het comité georganiseerde haak-, brei
en naaibeweging prachtige resultaten heeft
bereikt.
Mededeeiing wordt gedaan van de inrich
ting der organisaties in Duitschland en de
verdeeling der gelden aldaar, hetgeen alles
geschiedt in volkomen overleg met het
Duitsche Episcopaat. Hulde wordt vooral
ook gebracht aan Pater Max, wiens predi
katies hier te lande in het laatst van 1923
f 9203.75 en in Januari 1924 alleen reeds
f 7896.45 opbrachten. De Kring Breda kreeg
een compliment, als zijnde de eerste geweest
die twee groote contingenten van 500 kin
deren in gezinnen onderbracht. Dankbaar
wordt herdacht de liefdadigheid der boeren,
die van 19 Nov. tot 31 Dec. 274 wagon
landbouwproducten (ongeveer 2.400.00 K.
G.) voor Duitschland schonken met nog een
bedrag in geld van f 3650.19.
Van de Fransch-Belgische regie verkreeg
het comité, na briefwisseling met generaal
Tirard, eene reductie op de vrachttarieven
van 50%. De Nederlandsche spoorwegen
vorderden echter het volle pond, terwijl aan
het Roode Kruis niettegenstaande de
verzendingen van het R. K. Huisv.-Comité
zeker zoo beduidend waren eene reductie
van 50% wordt toegestaan. Besprekingen
met de spoorwegdirectie te Utrecht bleven
vruchteloos. Tegen deze ongelijke en onbil
lijke behandeling laat het verslag een krach
tig protest hooren.
Het verslag erkent dat er reden was tot
klagen omtrent eenige kinderen, die met de
eerste kindertransporten zijn meegekomen
doch vermeldt tevens de maatregelen welke
genomen zijn opdat in Duitschland het uit
zoeken der kinderen op meer bevredigende
wijze geschiedt, zoodat aan de bedoelingen
en de wenschen van het comité voldaan
wordt.
Belangrijke bedragen in geld zijn reeds
toegezonden aan Kardinaal Schulte te Keu
len voor het bezette en aan Kardinaal Ber
tram te Breslau voor het onbezette gebied.
Voor het nog resfeerende bedrag heeft de
Kardinaal van Keulen levensmiddelen ver
zocht, waarvan reeds eenige wagons zijn
verzonden, terwijl overwogen wordt de op
richting van keukens in verschillende plaat
sen, gelijk dit comité die reeds te Aken
heeft, waar ze met succes werken.
Het verslag vermeldt de moeilijkheden,
welke de verzending van liefdegaven-pakket
ten tengevolge van de bezetting in het RijnL
en Roergebied heeft ondervonden. Thans is
eene regeling getroffen waardoor die moei
lijkheden tot de kleinst mogelijke proporties
worden gereduceerd.
Vanuit de grens-kringscomité's wordt, blij
kens het verslag, in het bijzonder hulp ver
leend aan de grensplaatsen.
Uitdrukkelijk wordt in het verslag gecon
stateerd, dat er geen enkele samenwerking
bestaat tusschen het R. K. Huisvestings-
Comité en het Ned. Roode Kruis en dat het
R. K. Huisvestings-Comité geheel zelfstandig
optreedt. Slechts voor het houden eener
straatcollecte in ons land is met het Roode
Kruis en een 20-tal andere vereenigingen
samengewerkt, omdat erkend werd dat het
ondoenlijk was voor de burgemeesters, om
aan elk dier vereenigingen afzonderlijk het
houden eener collecte toe te staan. De ver-
deéling der ingezamelde gelden geschiedt
op eene voer het comité zeer bevredigende
wijze.
Het verslag brengt hulde aan de comité's,
door welker krachtig werken de belang
rijke hulpverleening mogelijk werd aan
het personeel van bureau en magazijnen, die
met buitengewone toewijding zich niet al
leen alle dagen maar ook vele nachten aan
zijn taak gegeven heeftaan'de harmonieuse
samenwerking der bestuursleden, waardoor
veel goed werk kon worden verricht en
vooral aan den wnd. voorzitter Mgr. C. C.
Prinsen die ondanks zijn hoogen leeftijd,
met jeugdigen ijver de wekelijksche verga
deringen van het bestuur leidt, zelfs verre
reizen voor het comité onderneemt en de
hulpactie zeer aanmoedigt.
Aan het einde van het verslag wordt de
vraag gesteld of Katholiek Nederland, ook
na beëindiging van de actie van het R. K.
Huisv. Comité, niet een permanent orgaan
noodig heeft, dat bij eventueele rampen en
noodtoestanden, gelijk in de oorlogsjaren,
zal kunnen optreden en dat misschien ook
tot een internationale organisatie zou kun
nen worden uitgebouwd.
Aan het verslag is een bijlage toegevoegd
omtrent den stand der financiën, waaruit
blijkt dat voor alle eventualiteiten, terug
keer van kinderen enz., de noodige reserves
zijn gevormd.
Omtrent de vergadering zelf zal dezer da
gen en resumé worden gepubliceerd.
riots
Oost
__jtenrijksche spoorwegen tot betaling der
reiskosten op het Oostenrijksche traject
voor de Oostenrijksche kinderen, terwijl
der" vroeger nimmer gevorderd werden,
gelijk ook Duitschland en Hongarije die niet
vorderen voor het vervoer in eigen land en
voor het vervoer van kinderen van vreemde
nationaliteit over hun gebied een belangrijke
reductie toestaan, hetgeen ook geschiedt
door de Nederlandsche spoorwegen. Het be
stuur heeft de Oostenrijksche regeering ge
wezen op het onbillijke, dat in dezen eisch
gelegen was en verlangd, dat zoo de Oosten
rijksche spoorwegen dien eisch niet wilden
laten vallen, de Oostenrijksche regeering
de kosten voor hare rekening zou nemen.
Het resultaat der briefwisseling is geweest
dat het Wohlfahrtamt te Weenen de gelden
benoodigd voor den terugkeer der Oosten
rijksche kinderen, voor wat de reis op het
Oostenrijksche traject betreft, bij het comité
heeft gedeponeerd. Het comité heeft dus
ten deze volkomen voldoening gekregen.
t Duitsche afdeeling. In verband met de
in den loop van het jaar hier en daar opge
doken afzonderlijke acties voor Duitsch
land. stelt het verslag vast, dat de actie van
het R K. Huisvestir.gs-Comite reeds 19
Maart 1923 werd ingeleid met een krachtigen
oproer om hulp in de pers. In bijna alle
•evallen is het comité enn geslaagd de af
zonderlijke act es m die van het R. K Huisv.
Comité op te lossen. Ook hiei wordt weder
Je noodzakelijkheid van die eenheid van
leiding betoogd omdat anders een overzicht
en een billijke verdeling der hulp in Duitsch
land onmogelijk is. Het verslag vermeldt
verder welke pogingen gedaan zijn om zich
Aan een der politie-bureaux tt Amsterdam
bevindt zich een met edelgesteenten bezette
haarpen, waaraan een eigenaardige geschie
denis is verbonden. Omtrent de avonturen
die dit kleinood beleefde vernam de Tel.
het volgende
Vijf jaar geleden vond een jongen in de
nabijheid van de Doelenstraat een haarpen
en nam deze mee naar huis. Hij verkocht
haar aan een buurman voor de som van
een gulden vijftig en de buurman gaf haar
zijn vrouw ten geschenke. Men wist niet'
beter of het was een semilie-speld, die niet
meer waarde had dan een paar gulden. De
vrouw droeg het sieraad met tusschenpoozen
en toen 't ding haar begon te vervelen, be
landde het in een kast en daarna in een doos.
Jaren gingen voorbij en niemand dacht er
meer aan. Eenige dagen geleden nu kwamen
de man en de vrouw de speld bij het oprui
men toevallig tegen. En het verwonderde
hun, dat het glas nog zoo fonkelde en dat het
blik, waarin de namaaksteentjes gevat waren,
nog met geroest was. Zij kwamen op het
idee een buurman, die op dezelfde trap woon
de en die diamantbewerker was, in den arm
te nemen. Deze verklaarde oogenblikkèlijk
dat de stukjes glas briljanten van het zuiver
ste water waren en dat het blik platina was.
De man en de vrouw, die geheel ter goeder
trouw waren, dachten erover de geschiedenis
aan de politie mede te deeelen. Maar com
missaris Heeroma had al iets van hetgeen
er in de buurt gepraat werd, vernomen en
liet het kleinood, dat een waarde van een
paar duizend gulden vertegenwoordigt, ha
len.
Er werd een onderzoek ingesteld eh geïn
formeerd of vijf jaren geleden niet een aan
gifte was binnengekomen. Dit bleek inder
daad het geval te zijn en wel vijf jaren geleden
aan het bureau Singel. Daar had zich op
dat zelfde tijdstip een Engelsche dame ver
voegd, die iets van waarde verloren had in de
nabijheid der Doelenstraat. Maar daar zij
Engelsch sprak en men haar niet goed ver
staan kon (op een groot bureau in de wereld
stad Amsterdam 1) werd nóch naam, noch
adres genoteerd.
Mogelijk dat iemand, die dit leest weet
wie de bewuste vreemdelinge is geweest of
bekend is, waarheen zij zich heeft begeven.
Commissaris Heeroma zou het zeer op prijs
stellen, nadere inlichtingen te krijgen.
Bij het binnenkomen in de haven van Mon
nikendam raakte van den botter V.D. 172 de
helmstok over boord. De schipper J. Smit
wilde hem grijpen met het noodlottig gevolg,
dat hij over boord sloeg en verdronk.
Door den heer G. A. P. de Kort, oud-wet-
k ouder in Bussum, is bij den officier van ju
stitie te Amsterdam een aanklacht ingediend
tegen den heer Hoogerhuyzen, wegens
smaadschrift. De heer H. moet in een plaat
selijk blad een ingezonden stuk hebben ge
schreven, welks inhoud beleedigend moet zijn
voor den heer de K.
Het vergiftigen van honden met strijchnine
neemt in den laatsten tijd in Midden-Lim
burg een zeer ernstig karakter aan. In ver
schillende plaatsen werden tal van mooie
honden dood in hun hok gevonden.
De verbinding tusschen Marken en Mon
nikendam wordt onderhouden door een mo
torboot van de N. H. T. M., welke twee maal
per dag vaart tot Zuiderwouderdijk. Verder
wordt de afstand te voet afgelegd.
De boot-dienst die om 3.30, uur van Mon
nikendam vertrok, was Maandagavond om 8
uur nog niet in Marken gearriveerd en ver
ondersteld wordt, dat de motorboot door
stroom en ijs uit den koers geraakt is.
Te Brussel, Antwerpen, Luik en in andere
s'eden van het land bevinden zich thans een
zeer groot aantal Nederlanders en Engelschen,
die in verband met den lagen stónd van den
frank voor hooge bedragen aankoopen doen.
In sommige hotels van het centrum te Brus
sel zijn alle kamers dan ook bezet me' van de
valuta profiteerende vreemdelingen, wat voor
het hotelbedrijf in deze anders vrij doode
maanden een buitenkans mag heeten. Vooral
luxe artikelen, zijden stoffen, pelsmantels en
confectie van ue beste kwaliteit worden in
groote hoeveelheid door deze buitenlanders
opgekocht. Aan de grens te Esschen hebben
de douane beambten het zoo druk door den
enormen uitvoer naar Nederland, dat het
personeel dag aan dag verscheidene uren moet
overwerken.
De vrouw van T. de B. te stad-Vollenhoven
wilde in haar woning aan het Oldehuisplein
aldaar^ den ladder naar den zolder beklim
men. Toen zij de bovenste sport bereikt had,
gleed zij plotseling uit en stortte naar be
neden. Haar heupbeen werd verbrijzeld. De
toestand van het slachtoffer is ernstig.
Nelten van visschers vernield.
Uit Enkhuizen wordt gemeld
De zee voor ons stadje is, thans voor
zoover het oog reikt, geheel met ijs bedekt,
waardoor voor de beugen der dertien vis
schers, die nog in zee stonden en een waarde
vertegenwoordigen van 13.000, het ergste
wordt gevreesd. Om te trachten zooveel
mogelijk te redden, boden de kapiteins van
de alhier gestótionneerde motor van het
Loodswezen en die van het vaartuig der
visscherijinspectie zich aan om te probeeren
de uitstaande netten te bereiken, waartoe
beide vaartuigen met een groot aantal vletter-
lieden en met drie vletten achter zich op
sleeptouw naar zee vertrokken. Den geheelen
middag kon men de vaartuigen van den zee
dijk af waarnemen.
De moeite der schepen werd slecht beloond
Woensdagavond kwamen de vaartuigen bin
nen met de ankers en touwen van vijf beugen.
De netten waren alle door het ijs vernield.
Vele visschers zijn hierdoor zoo goed als
geruïneerd.
Door de marechaussee te Lenne (L.) is
aangehouden en naar Roermond op trans
port gesteld zekere V., verdacht van het in
nen van geld op vervalschte kwitanties.
De aangehoudene schijnt op tal van plaat
sen in de provincie zich aan deze fraude
te hebben schuldig gemaakt.
Te Manningham (Bradford) is een alleen
wonende vrouw het slachtoffer geworden
van een laffen moord. Het hoofd werd haar
ingeslagen met een zwaren kolenhamer.
Gebleken is, dat de moordenaar van haar
financieele omstandigheden op de hoogte
was en dat de vrouw hem zelf in haar woning
moet hebben toegelaten. Diefstal zou de
drijfveer tot de misdaad geweest zijn.
De man schijnt geheel het vertrouwen der
vrouw te hebben gehad en met al haar plan
nen bekend te zijm geweest.
Zij zou naar Matlock gaan verhuizen en
toen er den morgen na den moord een door
haar bestelde verhuisman aan haar woning
belde, zag hij een briefje uit de bus steken,
waarop stond „Aan Mr. Wilson. Ik ben
naar Matlock geroepen. Niet terug vóór
Maandag."
Achteraf is vastgesteld kunnen worden,
dat het briefje niet door de vrouw geschreven
is.
Een nieuwe belangwekkende omstandig
heid is, dat de politie achterhaald heeft, dat
de vrouw in December van het vorig jaar een
anoniem schrijven heeft ontvangen, waarin
zij gewaarschuwd werd tegen een man, om
trent wiens privaat leven zekere minder
gunstige dingen bekend waren.
De politie heeft nu een oproep gepubli
ceerd, waarin de schrijver, of de schrijfster
van den anoniemen brief wordt uitgenoodigd,
zich te komen aanmelden. Van een antwoord
op dien oproep verwacht de politie veel nut
voor haar nasporingen.
De vermoorde was een rustige en terugge
trokken, niet meer jonge vrouw. De buren
wisten weinig over haar particuliere aange
legenheden.
Enkele weken geleden werd gemeld, dat
bij het maken van foto's voor de film Quo
Vadis te Rome een leeuw losgebroken was
en dat een grijsaard door het beest was aan
gevallen en was overleden. „Kapitein" Alfred
Schneider, aan wien de leeuw behoorde,
schrijft aan de N. Crt. over de roedracht
van de zaak het volgende
„Sinds November 1923 werk ik mee aan
de' vertooningen voor de film met mijn
leeuwen en heb Jaarbij steeds de grootste
voorzichtigheid in acht genomen. Nooit
hebben wij menschen en leeuwen in één
kooi gelaten. Als men op de film de leeuwen
tusschen de menschen in ziet, heeft men te
doen met fotografische handigheidjes.Den
5en Februari zouden wij een tooneel opne
men, waarop de leeuwen zich op de biddende
christenen storten, natuurlijk ook een foppe
rij. Plotseling sprong een tweejarige leeuwin,
die bij mij geboren is een jaar geleden
droegen wij het dier nog in onze armen
tegen den muur op, gelijk jonge dieren bij
het spelen vaak doen Toevallig bleven zijn
achterste klauwen in een voeg van den muur
haken en met een katachtige beweging slin
gerde het beest zich op de borstwering. Op
de tribune zaten ongeveer 50 menschen, die
uiteenweken. Alleen de 62-jarige figurant
Palombo bleef rustig zitten, met de handen
onder het hoofd. Men vermoedt, dat de
grijsaard, die vermoeid was, een beroerte
heeft gehad. Daar er niemand meer in Polcm-
bo's buurt was, begon de leeuwin met den
man, die zich niet meer verroerde, te spelen,
waarbij zij hem over de armen krabde. Op
dat oogenblik keerde mijn schoonzuster, de
temster Betty, die bij de vlucht van de figu
ranten meegesleept was, terug. De leeuwin
week achteruit en stortte van de 5 M. hooge
tribune. Op hetzelfde oogenblik viel ook
het lichaam van Palombo voorover en
stortte in de diepte. Toen pas beet het klaar
blijkelijk verschrikte beest den voorover-
liggenden grijsaard in den nek.
Op hetzelfde oogenblik sprong mijn
vrouw, de bekende temster Marcella op
het beest toe. Dit sleepte het doode lichaam
nog 6 M. mee. Mijn vrouw pakte een tafel op
en sloeg die op het beest stuk. Intusschen
was ik uit de kooi gekomen en op mijn bevel
liet de leeuwin den man los. Ik nam het beest
bij den kop en trok het voort. Toen ik zoo
ongeveer 10 M. 'geloopen had, begonnen
een operateur, en een figurant te schieten,
zoodat de kogels mij om de ooren floten.
Het toeval wilde dat ik ongedeerd bleef,
doch de leeuwin ontving drie kogels, "een
in den kop, een in den hals en een in den
schouder. Toen werd het beest pas wild.
Ik moest het loslaten en joeg het de kooi in,
die voor dergelijke gevallen steeds bij de
hand wordt gehouden. De schotwonden
hebben de leeuwin niet gedeerd, die er al
weer bovenop is. De ongelukkige Palombo
werd dadelijk naar het militair hospitaal
overgebracht, waar de doktoren slechts den
dood konden vaststellen. Aan den beet zou
de man nooit gestorven zijn.
Hieraan zij nog toegevoegd, dat ik tot
dusver met mijn ïeeuwen aan 98 films heb
meegewerkt, zonder dat er ooit eenig onge
val is geschied. Het bericht, dat majoor
Ambrfsio, Gabrielle d'Annunzio, Georg Ja-
kobi en ik in hechtenis zouden zijn genomen
of door de justitie zouden worden vervolgd,
's onjuist."
Op den overweg aan den Beukelsdijk te
Rotterdam is de postconducteur W. B.,
uit de Jan Porcellisstraat, vermoedelijk door
dat hij te veel uitkeek naar een naderenden
sneltrein, door een rangeereride locomotief
overreden. Toen de machinist den conduc
teur niet meer zag, stopte hij z'n machine
en vond den man bewusteloos tusschen de
rails liggen. Men vervoerde hem naar het
ziekenhuis. Daar werd een ernstige schedel
breuk geconstateerd.
Een zekere M. uit Heerlen, die verdacht
van diefstal van rubberbanden in het huis van
B. te Maastricht was gearresteerd, wist Dins
dagmorgen na een verhoor voor den rechter
van instructie uit het gerechtsgebouw te ont
snappen. Op het geroep van houd hem, houd
hem volgden meerdere personen den vluch
teling, die door de gladheid tenslotte tegen
twee ambtenaren aanrolde en overmand werd.
Het gevaar voor het publiek op den Mui-
derstraatweg neemt met den dag toe. Zelfts is
nen niet eens meer veilig in de trekvaart langs
dien weg. Dit werd een dezer dagen nog eens
bewezen. Toen reed een auto van den heer
Vr., uit Naarden met drie personen de Vaart
in. Een juist passeerende tjalk liep alleen
eenige averij op 1
Zooals men misschien nog weet heeft de
burgemeester van Muiden in October 1922
aan den Minister van Waterstaat het verzoek
gericht, het pad langs den Rijksstraatweg van
Diemen tot Naarden als rijwielpad te mogen
aanduiden. Tot heden is op dat verzoek nog
geen antwoord binnengekomen. Na de ver
breeding van dat pad is de toestand nog veel
slechter geworden. Van gemeentewege zijn
nu eenige foto's van den weg en het pad ge
nomen. Deze zijn den minister toegezonden
met een begeleidend schrijven, waarin nog
maals er dringend op verbetering wordt aan
gedrongen.
Bovendien werd den burgemeesters van
Amsterdam, Naarden en Diemen en den be
sturen van de K. N. A. C. en den A. N. W. B.
verzocht, hunne medewerking en steun te
verleenen.
Naar aanleiding van dit verzoek is onder
voorzitterschap van den burgemeester van
Muiden ten raadhuize aldaar, een conferentie
gehouden met hoofdambtenaren van den
Rijkswaterstaat en bestuursleden van de K.
N. A. C. en den A. N W. B., ten einde ver
schillende plannen tot verbetering te bespre
ken.
Naar vernomen wordt, bestaan er bij den
Rijkswaterstaat zeer ernstige plannen, om in
den onhoudbaren en zeer gevaarlijken toe
stand zoo spoedig mogelijk verbetering aan
te brengen. De zomer nadert ras en daarmee
ook het ontzettend drukke verkeer.
Rondom Marken is de zee weer overal
vol ijs. Nabij den Zuid-Westelij ken wal van
het eiland liggen een 8-tal tjalken, die daar
eenige dagen geleden voor anker zijn gegaan
bij het loskomen van den Noord-Westelij ken
stormwind.
Deze schepen zijn thans ingevroren en
loopen, indien de wind naar het Zuiden
draait, groot gevaar onder het schuivende
ijs te geraken, temeer, daar eenige der tjalken
geladen zijn en het water laag staat.
De ijsinlichtingsdienst rapporteert dd.
Woensdag
De scheepvaart wordt niet belemmerd
Harlingcn, Zuiderzee Lemmer, Zuiderzee;
Schellingwoude, IJ.
De zeilvaart ondervindt hinder Harlin-
gen, Vaart Stavoren, Zuiderzee Hoorn,
Zuiderzee Gorinchem, Merwede kanaal.
Zeilvaart gesloten, stoomvaart nog moge
lijk Delfzijl, Eems en Eems kanaalZout
kamp, Lauwerzee Stavoren, GrachtLem
mer, Rien Schokland, WestkustUrk.
Zuid- en Noordkust Elburg, Schelling
woude, Enkhuizen en Medemblik, Zuider
-,ee Amstel, boven en beneden de sluis
Vaart voor kleine stoombooten en met
vaartuigen gestremd Nieuw S'-'-nzijl, Dr -
lard Zoutkamp Reitdiep Schokland
Oostkust Marken Oostkust.
Vaart ook voor groote stoombooten ge-
iremd Nieuw Statenzijl, Aa.
Ijstoestand veranderlijk, wordt over-
heerscht door getijde of windrichting Ke-
teldiep, Zuiderzee.
De heer G. te Helder, in wiens winkelhuis
aan den Kanaalweg in December van het
vor-'g jaar voor den tweeden keer brand uit
brak is dezer dagen na verhoor bij de in
structie door den rechter-commissaris te
Alkmaar, aldaar in voorloopige bewaring
gesteld. Blijkbaar zijn er ernstige vermoedens
tegen hem gerezen inzake brandstichting.
Dinsdagmiddag lag het visschersvaartuig
H. A. 5 bij den stoomleidenden dam bij Har-
lingen, toen het sterk uit het Noordoosten
begon te waaien en men de haven- poogde
te bereiken, hetgeen niet gelukte. De red
dingsboot verliet toen de haven om het vaar
tuig te bereiken, hetgeen door de duisternis
niet gelukte, daar het vaartuig snel voor den
wind afdreef.
Naar vernomen wordt, is het vaartuig
te Makkum binnen geloopen met gebroken
giek en zwaard. De reddingsboot keerde des
avonds ongeveer 7 uur in de haven terug.
De voortvluchtige kassier van de Philips-
bank te Brunssum (Limburg), die, na een
bedrag van omstreeks ƒ25.000 te hebben
verduisterd, was verdwenen, heeft zich te
Maastricht bij de justitie aangemeld.
De „Chilier" van de Lloyd Royal Beige'
die 45 dagen geleden van Antwerpen naar
Savannah vertrok, is nog niet aangekomen
en heeft sedert een maand al niets meer van
zich laten hooren. Twijfel is bijna niet meer
mogelijk over het verongelukken van de boot,
die ruim 5000 ton mat en 38 man aan boord
had, onder wie drie Nederlanders, nl. Wille-
brordus Snijders en Johannes Henken, trem-
mers, en A. Reine de Geust, hulpkok.
In het Engelsche plaatsje Pensuett in Staf
fordshire behoort tot een der weinige be
zienswaardigheden het huis, waar een vrouw,
zekere miss Mountford, dertig jaar' lang een
kluizenaarsleven heeft geleid. In haar jeugd
was zij een mooi meisje, evenals haar zusters.
Maar haar gelaat werd door de pokken zeer
geschonden, weshalve zij besloot het leven te
ontvluchten. Zij betrok een eenzaam land
huis buiten de plaats en nooit vertoonde zij
zich meer in het dorp, dan enkele malen per
jaar om inkoopen te doen.
Natuurlijk duurde het niet lang of de
geheimzinnigste geruchten over haar zonder
ling bestaan deden de ronde. Steeds waren er
personen, die hun nieuwsgierigheid niet
langer konden bedwingen en eenige uren op
offerden om haar vensters vanuit een schuil
hoek in het oog te houden in de hoop, een
schim van haar te ontdekken. Maar alles was
vergeefsch. Sommigen vertelden, dat zij een
einde aan haar leven had gemaakt, en dat
alleen haar geest nog rondwaarde anderen
hadden haar 's avonds zien uitgaan met dichte
sluiers voor het gelaat.
Thans, na dertig jaar, is er evenwel een
einde aan haar afzondering gekomen. Zij
werd zoo ernstig ziek, dat zij uit eigen bewe
ging de hulp van een geneesheer inriep en
deze gelastte haar onmiddellijke opneming
in het ziekenhuis.
De „Chicago Tribune" weet een nieuwe
truc uit Cannes (Frankrijk) te melden. Eenige
weken geleden verscheen daar een keurig
fekleed heer in een van de populairste clubs,
lij nam zijn intrek in het clubgebouw,
leefde royaal en speelde grof. Alles ging op
.rekening, zooals men dat gewend is in de
dure clubs aldaar. Tegen het eind van het
verblijf wordt afgerekend. Dat deed ook de
Engelschman voornoemd. Hij gaf den kas
sier een cheque ten bedrage van de totale
som, welke hij verschuldigd was, vertrok en
nam zijn bagage mee.
Den volgenden dag ging de secretaris met
deze cheque naar de aangegeven bank, om
haar daar te verzilveren. Tot zijn groote
verbazing bleek toen, dat de wissel, dien hij
behoorlijk ingevuld en onderteekend ont
vangen had, blanco te zijn. Een en ander
bleek met den „verdwijnenden" inkt ge
schreven te zijn, en wel van een soort, die
noch door verwarming, noch met citroensap
(de gebruikelijke middelen) weer zichtbaar
gemaakt kan worden. De populair geworden
gast van deze zoo populaire club was inmid
dels spoorloos verdwenen.
De club is voor ongeveer 50 pond bena
deeld, en enkele clubgenooten voor een veel
voud van dit bedrag.
Het hooren van goede, echte muziek is
ontegenzeggelijk een groot genot. Maar, vol
gens de fijnproevers is het lezen er van
een nog grooter genot. Voor sommige men
schen echter haalt dit alles niet bij het le
zen van een muziekverslag. Voor deze laat
sten nu is vooral het volgende bestemd.
't Verslag werd gegeven door een Ameri-
kaansche courant, natuurlijk
„Thans had hij (Rubinstein) zijn thema weer
veranderd. Hij hupte en trippelde heel netjes
van het eene einde van het klavier naar
het andere. Hij speelde zacht en licht en
plechtig. Ik hoorde de kerkklokken boven
de bergen. De lichten des hemels werden
ontstoken, één voor één. Ik zag de sterren
opgaan. Het groote orgel der eeuwigheid be
gon te spelen, van het einde der wereld af."
„Daarna werd de muziek tot water, vol
gevoel zooals men 't zich onmogelijk kan
voorstellen, het druppelde: tip. tap, helder
liefelijk als vreugdetranen, die in een zee
van glans vallen. Het was nog liefelijker, nog
zoeter. Het was zoo zoet als een zoeteliefje,
verzoet met witte suiker, vermengd met
fijngestampte zilver en geurdiamanten. Het
was te zoet. Ik kan u zeggen: het publiek
werd dol. Rubinstein maakte een soort van
buiging alsof hij zeggen wilde: Zeer verplicht,
maar het zou mij aangenamer zijn als ge
mij niet wildet storen. Hier hield hij een
minuut of twee op om lucht te scheppen.
Daarna werd hij razend. Hij streek met de
vingers door de haren, stroopte zijn mouwen
op, trok zijn jaspanden wat verder van el
kaar, draaide zijn pianokruk hoóger, leunde
voorover en nu, zeg ik u, ging het op de
oude piano los. Hij sloeg haar in het ge
zicht, gaf haar oorvegen, trok haar bij den
neus, kneep haar in de ooren en krabde
haar de wangen, totdat zij letterlijk huilde.
Hij sloeg haar tegen den grond en vertrapte
haar onder zijn voeten. Zij loeide als een os,
bulkte als een kalf, jankte als een hond,
knorde als een varken, siste als een rat,
maar hij liet haar niet los."
„Daarna liep hij een heel eind ver in den
ondergrond van de bas, totdat hij midden in
de ingewanden der aarde terecht kwam en
men de eene donderbui achter de andere
hoorde voortgalloppeeren door de holen en
spelonken. Vervolgens hield hij een wed
loop van zijn rechterhand met zijn linker,
totdat hij. boven den bovensten diskant uit.
in de wolken te land kwam, waar de tonen
nog fijner waren dan de punten van sp. lden
en rren er niets, niemendal van hooren kon
als de schaduwen alleen."
„En ook nu zelfs liet hij de rammelkast
nog niet los. Twee voorwaarts, voorbij den
eersten heer, voor de eerste dame, balan
ceer, rechts en links, chattez, op de plaats te
rug, ronde van dame rechts, chaine des
dames, polonaise, er in en er uit, hierheen,
daarheen, voorwaarts en achterwaarts per
petuum mobile, geknoopt en gedraaid, ge
vlochten en geslingerd in veertig maal elf
duizend dubbele zeemansknoopen. Het was
een onontwa-baar mengelmoes"
,.En toch liet hij de oude kast nog niet
los. Hij bracht zijn rechtervleugel vooruit,
daarna zijn linkervleugel en eindelijk zijn
centrum. Hij opende zijn geschutvuur; bele
geringsgeschut hier, twaalfponders rinds.
groote kanonnen, kleine kanonnen, midden-
groote kanonnen, ronde kogels, bommen,
houwitsers, kartetsen, granaten, mortieren,
mijnen en kruitmagazijnen, al zijn batte
rijen en bommen tegelijk en op eens. Het
huis daverde en dreunde er van, de lichten
dansten, de muren waggelden, de vloer ging
omhoog en bet plafond kwam naar bene
den. Het firmanent barstte, de aardbodem
schudde. Aarde en hemel. De heele schep
ping, menschen en beesten, water en brood,
gebakken aardappelen, voor een schelling
rum, lange draadnagels. Ach mijn lieve
Augustijn. Wij gaan naar Lindenau. Mooi
meisje draai je reis omme, rorome, romme,
rum, roemel roeme, roedel, doedel."
„Bij dien laatsten bons verhief Rubinstein
zich letterlijk in de lucht, en kwam hij
weer naar beneden met zijn knieën, zijn tien
vingers, zijn tien teenen, zijn ellebogen en
zijn nèus met alles wat naar beneden op
de piano en sloeg hij daarmee al de toetsen
een voor een en allemaal te gelijk aan. Het
ding kraakte en knapte en ging uit elkaar
in vijf en zeventig duizend, vijfhonderd en
twee en veertig hemi-demisemi-trillers."
„Ik was bewusteloos. Toen ik weer bij
kwam bevond ik mij onder den grond, in een
kroeg, die zij daar „De Oesterbrug" noemen
en trakteerde ik er een Yankee, dien ik nog
nooit van m'n leven gezien had en nooit van
mijn leven hoop weer te zien. De dag brak
aan, toen ik in mijn logement kwam, en Ik
kan u op mijn woord van eer verzekeren: ik
wist mijn eigen naam niet meer. De portier
vroeg mij toen het nummer van mijn kamer,
waarop ik hem ten antwoord gaf: „Breng
mij een portie gloeiende muziek voor twee
personen,"
Men moet Amerikaan zijn en Rubinstein
gehoord hebben, om zóó „aanschouwelijk"
over zijn spel te kunnen schrijven. Zóó kun
nen wij het hier niet, nog niet
De berichten uit de Riviera en Noord-
Italië maken melding van veel sneeuw en
hevige koude. Van Pyreneeën tot de Itali-
aansche Alpen heerscht ongewoon winter
weer. Het telefonisch verkeer tusschen
Parijs, Marseille en Nizza is verbroken.
De bergketen bij Nizza is met sneeuw bedekt.
In Toskane zijn de wegen van de heuvel
achtige districten door den sneeuw geblok
keerd. Het auto-verkeer en de postdiensten
zijn stopgezet. Florence ligt dik onder de
sneeuw, op sommige plaatsen der stad ligt
het 18 c.M. hoog. i
Te Oudeschip (Gr.) ging een 10-jarige
jongen, uitgezonden om mais van den molen
te halen, op de zwikstelling en werd door een
der wieken zoodanig getroffen dat de dood
onmiddellijk intrad.
Dinsdagavond heeft een ernstige brand
gewoed in de werkplaats en bergplaatsen
van de „R. A. M. f.". De tentoongestelde
automobielen konden alle in veiligheid wor
den gebracht, doch groote hoeveelheden
banden en andere onderdeelen van auto's en
rijwielen werden een prooi der vlammen.
De belendende woonhuizen kregen ernstige
brand- en waterschade de garage bleef in
tact. Met veel materiaal tastte de brandweer
het vuur aan, zoodat zij na een paar uur den
brand meester was.
Naar „Het Volk" ter oore komt, is het
aan een toevallige omstandigheid toe te
schrijven, dat de verdenking van de politie
zoo spoedig viel op den man, die thans als
de dader van den moord in de Engelenburg
straat wordt beschouwd.
Men zag, dat hij bij het ziekenhuis ón-
eenigheid kreeg met de familieleden, die
de verslagene gingen bezoeken. Daar men
omtrent den dader van de gruweldaad nog
totaal in duister tastte, heeft men den man
gearresteerd, hetgeen later bleek hoogst
waarschijnlijk geen onjuiste handeling ge
weest te zijn.
Verder valt nog te melden, dat de man,1
die waarschijnlijk de belangrijkste getuigenis
tegen den verdachte zal uitbrengen, ook door
een toeval werd ontdekt. Een agent van poli
tie ving n.l. op de Prinsengracht een stuk
van een gesprek op, dat tusschen twee man-,
nen werd gevoerd. Hij hoorde den één zeggen:
„Ja, hij zei tegen me, dat ik zijn boterhammen
even moest oprapen, omdat hij niet kon buk-i
ken, daar hij een bijl in zijn broek had." j
De agent volgde het tweetal, en leidde
het naar het politiebureau. Aldaar bleek, dat
de verdachte den aangehoudene had voorge
steld zijn zuster te vermoorden, omdat deze
f 300 in haar kast had. De man ging hierop
niet in en staat, hoewel de verdachte alles
pertinent ontkent, ten volle voor de waarheid
van zijn mededeelingen in.
Te Biervliet is een 14-jarige jongen door,
het ijs in een drinkput in een weide gezakt j
Na een half uur werd het lijk van den knaap
opgehaald.
Uit Huizen wordt bericht dat de „Hoopl
en Vertrouwen", na 14 dagen in het ijs te
hebben gezeten, eindelijk in de haven id
binnengesleept. 1
Door de Apeldoornsche politie is in deal
nacht van Zaterdag op Zondag op den De-
venterweg aangehouden een manspersoon,
die daar op verdachte wijze op zijn kousen
rondliep. Naar het politiebureau gebracht,
bleek hij in het bezit te zijn van twee krissen
en een revolver. Hij verklaarde een langei
voetreis te hebben gemaakt en in een hooi
berg een gedeelte van den nacht te hebben
doorgebracht. Tegen hem is procesverbaal
opgemaakt terzake het dragen van verboden
wapenen.
De alleenwonende wed. De V., te Bode-j
graven, werd in haar kamer bewusteloos
gevonden, ten gevolge van kolendamp uit;
een kachel. Het gelukte den geroepen genees--
heer niet, haar weer tot bewustzijn te bren
gen. Na enkele uren overleed zij.
DE ONTVOERING VAN EEN
MINDERJARIGE.
Onlangs zijn voor de rechtbank te Maas
tricht een paar zaken behandeld betreffende
vechtpartijen tusschen nichten onderling te
Schinveld. 't Ging tusschen de families R. en
Th. Thans is naar het huis van bewaring
overgebracht de oude R., verdacht van ont
voering van een minderjarige, in casu het
jongste dochtertje der familie Th., een meis
je dat 17 jaar oud is. Wat echter de zaak
nog erger maakt is, dat de man, niettegen
staande herhaald aandringen, niet kan of
zeggen wil wat er van het meisje geworden
is, of waar het zich bevindt, zoodat hij oos
nog onder verdenking van een ander misdrijf
staat.