■mm BINNENLAND. R. K. Haisvestings-Comité. De geschiedenis van een haarpen Ove t '-oord slagen. Smaads'-t,~*'v De hondenvergiftiging in Midden-Limburg. Uit den koers geraakt? Door den lagen stand van den frank. Ernstig ongeluk. Het ijs m de Zuiderzee. Een aanhouding. Een geheimzinnige moord. Het geval met de leeuwin in het circus te Rome. Doos* een locomotief overreden. Mislukte poging tot ontsnapping De gevaarlijke Muider- Straatweg. Men meldt uit Muiden Het ijs in de Zuiderzee. Stremming van het verkeer. I" voorloopige bewaring gesteld Een in nood verkeerend visschersvaartuig. Zichzelf aangemeld. DE „CHILÏER" VERGAAN? Drie Hollanders aan boord. 30 jaar in vrijwillig isolement De nieuwste truc. Hoe Rubinstein klavier speelde. De sneeuw in Zuid-Europa. Doodelijk ongeluk. Brand te Leeuwarden. De moord in de Engelenburg*- straat. Door het ijs gezakt en verdronken. Eindelijk binnengesleept. Een verdachte sinjeur. Kolendampvergiftiging. Men schrijft ons Zooals gemeld, bracht in de Maandag ge houden algemeene vergadering van het R.K., Huisvestings-Comité te 's-Hertogenbosch de heer J. Pastoor, algemeen penning meester en leider van de Perscommissie, een uitvoerig jaarverslag uit over 1923, dat afdeeltngsgewijze werd voorgelezen, waarop dan verder de betrokken afdeeling besproken werd. De voornaamste cijfers uit dit verslag zijn, meer overzichtelijk, reeds gepubliceerd. Aan het verslag is verder het volgende ontleend In het algemeen wordt geconstateerd, dat het werk van het comité in 1923 buitenge wone waardeering heeft gevonden en dat, zoo uit buiten- ais binnenland, voortdurend aanvragen om inlichtingen omtrent de werk zaamheid van het comité ontvangen worden. Uitdrukkelijk werd in 't licht gesteld de noodzakelijkheid, dat de geheele kath. hulp actie in het land onder leiding staat van ééne organisatie, welke noodzakelijkheid herhaal delijk gebleken is. Hollandsche afdeeling. Het verslag maakt melding van de met vertegenwoor digers van verschillende organisaties ge houden besprekingen omtrent centralis; tie van de uitzending van het Nederl. kind, als resultaat waarvan is ontworpen een regle ment voor het door het Doorl. Episcopaat in deze gewenschte Bureau, onder leiding van het R. K. Huisv. Comité. Op één punt werd door het Doorl. Episcopaat tegen dit regle ment bezwaar gemaakt, waaromtrent thans nadere inlichtingen zijn gegeven. Het comité heeft aan den Minister ver zocht ten bate van het Nederlandsche kind te mogen deelen in de opbrengst van den verkoop der liefdadigheidspostzegels. Het verslag deelt uitvoerig'mede, dat het bestuur de vraag heeft overwogen om bij de in ons land heerschende armoede vanwege het comité hulp te verleenen, maar gemeend had daardoor het terrein te zullen gaan be treden der St. Vincentius-Vereeniging, door wie tenslotte toch de opbrengst van even tueel te houden inzamelingen zou moeten worden verdeeld. Plaatselijk zou echter aan genoemde vereenigingen de hulp van de comité's kunnen worden aangeboden. Nederlanders in den vreemde. Het ver slag betreurt de weinige hulp, die voor onze landgenooten in Duitschland kon verkre gen worden. Eehalve f 3000 van de Centr. Commissie voor steun aan Nederlanders in den vreemde en f 6000 uit de collecte in het Bisdom Roermond werd van particu liere zijde het geheele iaar slechts f 221.24 ontvangen. Bij de verzending van levensmiddelen naar Duitschland werd steeds verlangd dat de Nederlanders daarvan moesten bedacht wor den. Bevend'en werden voor dezen afzon derlijk nog 32 wagons levensmiddelen gezon den, terwijl 680 Nederlandsche kinderen uit Duitschland werden aangevraagd. Nadat de wijze van hulpverleening aan onze landgenooten in Duitschland is uiteenge zet, bespreekt het verslag uitvoerig de ver houding tot den regeeringscommissaris te Zevenaar De Jong, wien de leiding der regee- ringshulp is opgedragen, doch die, geheel in strijd met de wenschen onzer Regeering, het St. Joseohs-comité, dat in Duitschland voor dit doel het R. K. Huisv. Comité vertegen woordigt, passeert. Het comité zal zich ten deze tot de Regeering wenden. Kloosteractie en Priesterhnlp. Het ver slag memoreert dat alle gelden voor de kloos ters worden afgedragen, voor wat Duitsch land betreft aan Kardinaal Bertram te Bres- lau, die ze volgens een door het Duitsche Episcopaat vastgestelde schaal over de verschillende bisdommen verdeelt. Het co mité verkreeg de volle medewerking van het Duitsche Episcopaat om aan de afzonder lijke acties van Duitsche kloosters hier-te- lande een einde te maken. De gelden voor noodlijdende priesters worden door het co mité afgedragen aan zijne afdeeling het Priestercomité. Hongaarsche afdeeling. Het verslag constateert dat zeer weinig giften meer voor Hongarije worden ontvangen en de kinderactie van Dr. Knebfl door de hulp actie voor Duitschalnd zeer bemoeilijkt werd. De penningmeester meent dat de verhouding in de hulpverleening thans we! wat te erg verbroken is en schildert den in Hongarije nog heerschenden noodtoestand, tot leniging waarvan hij een krachtige opwekking doet hooren. Melding wordt gemaakt van den door de Oostenrijksche spoorwegen 'gestelden eisch tot betalen van vele millioenen kronen voor het gebruik der Oostenrijksche lijnen door Hongaarsche kindertreinen, waardoor voor de Hongaarsche Liga de onmogelijkheid dreigde te ontstaan om de uitzending van kinderen voort te zetten. Dank de interventie van den voorzitter van het R. K. Huisv. Comité te Boedapest, Mgr. Mészaros, bij de Oostenrijksche regeering, is een regeling tot stand gekomen, waardoor dus de kinder actie kan worden voortgezet. Oostenrijksche afdeeling. Het verslag behandelt vooral de liquidatie dezer afdee ling. In totaal werd voor deze afdeeling f 463.338.75 ontvangen. De kinderactie is stopgezet en de kinderheime zijn gesloten. In totaal hebben 27118 Oostenrijksche kin deren van een verblijf in ons land geprofi teerd, terwijl 550 wagons levensmiddelen en liefdegaven naar Oostenrijk werden ver zonden. Op 28 April moeten alle in ons land vertoevende Oostenrijksche kinderen naar hun land tsrugkeeren, terwijl voor het be houd van een kind de verschillende vroe ger meegedeelde formaliteiten moeten wor den vervuld, wat in zich sluit dat het comité van elke verdere verantwoording ontslagen wordt. Het verslag bespreekt uitvoerig den >lotseling gestelden on billijken eisch der de medewerking te verzekeren van verschil lende werkgevers- en werknemers-organi saties enz. en brengt vooral hulde aan den R. K. Vrouwenbond, die met de op verzoek van het comité georganiseerde haak-, brei en naaibeweging prachtige resultaten heeft bereikt. Mededeeiing wordt gedaan van de inrich ting der organisaties in Duitschland en de verdeeling der gelden aldaar, hetgeen alles geschiedt in volkomen overleg met het Duitsche Episcopaat. Hulde wordt vooral ook gebracht aan Pater Max, wiens predi katies hier te lande in het laatst van 1923 f 9203.75 en in Januari 1924 alleen reeds f 7896.45 opbrachten. De Kring Breda kreeg een compliment, als zijnde de eerste geweest die twee groote contingenten van 500 kin deren in gezinnen onderbracht. Dankbaar wordt herdacht de liefdadigheid der boeren, die van 19 Nov. tot 31 Dec. 274 wagon landbouwproducten (ongeveer 2.400.00 K. G.) voor Duitschland schonken met nog een bedrag in geld van f 3650.19. Van de Fransch-Belgische regie verkreeg het comité, na briefwisseling met generaal Tirard, eene reductie op de vrachttarieven van 50%. De Nederlandsche spoorwegen vorderden echter het volle pond, terwijl aan het Roode Kruis niettegenstaande de verzendingen van het R. K. Huisv.-Comité zeker zoo beduidend waren eene reductie van 50% wordt toegestaan. Besprekingen met de spoorwegdirectie te Utrecht bleven vruchteloos. Tegen deze ongelijke en onbil lijke behandeling laat het verslag een krach tig protest hooren. Het verslag erkent dat er reden was tot klagen omtrent eenige kinderen, die met de eerste kindertransporten zijn meegekomen doch vermeldt tevens de maatregelen welke genomen zijn opdat in Duitschland het uit zoeken der kinderen op meer bevredigende wijze geschiedt, zoodat aan de bedoelingen en de wenschen van het comité voldaan wordt. Belangrijke bedragen in geld zijn reeds toegezonden aan Kardinaal Schulte te Keu len voor het bezette en aan Kardinaal Ber tram te Breslau voor het onbezette gebied. Voor het nog resfeerende bedrag heeft de Kardinaal van Keulen levensmiddelen ver zocht, waarvan reeds eenige wagons zijn verzonden, terwijl overwogen wordt de op richting van keukens in verschillende plaat sen, gelijk dit comité die reeds te Aken heeft, waar ze met succes werken. Het verslag vermeldt de moeilijkheden, welke de verzending van liefdegaven-pakket ten tengevolge van de bezetting in het RijnL en Roergebied heeft ondervonden. Thans is eene regeling getroffen waardoor die moei lijkheden tot de kleinst mogelijke proporties worden gereduceerd. Vanuit de grens-kringscomité's wordt, blij kens het verslag, in het bijzonder hulp ver leend aan de grensplaatsen. Uitdrukkelijk wordt in het verslag gecon stateerd, dat er geen enkele samenwerking bestaat tusschen het R. K. Huisvestings- Comité en het Ned. Roode Kruis en dat het R. K. Huisvestings-Comité geheel zelfstandig optreedt. Slechts voor het houden eener straatcollecte in ons land is met het Roode Kruis en een 20-tal andere vereenigingen samengewerkt, omdat erkend werd dat het ondoenlijk was voor de burgemeesters, om aan elk dier vereenigingen afzonderlijk het houden eener collecte toe te staan. De ver- deéling der ingezamelde gelden geschiedt op eene voer het comité zeer bevredigende wijze. Het verslag brengt hulde aan de comité's, door welker krachtig werken de belang rijke hulpverleening mogelijk werd aan het personeel van bureau en magazijnen, die met buitengewone toewijding zich niet al leen alle dagen maar ook vele nachten aan zijn taak gegeven heeftaan'de harmonieuse samenwerking der bestuursleden, waardoor veel goed werk kon worden verricht en vooral aan den wnd. voorzitter Mgr. C. C. Prinsen die ondanks zijn hoogen leeftijd, met jeugdigen ijver de wekelijksche verga deringen van het bestuur leidt, zelfs verre reizen voor het comité onderneemt en de hulpactie zeer aanmoedigt. Aan het einde van het verslag wordt de vraag gesteld of Katholiek Nederland, ook na beëindiging van de actie van het R. K. Huisv. Comité, niet een permanent orgaan noodig heeft, dat bij eventueele rampen en noodtoestanden, gelijk in de oorlogsjaren, zal kunnen optreden en dat misschien ook tot een internationale organisatie zou kun nen worden uitgebouwd. Aan het verslag is een bijlage toegevoegd omtrent den stand der financiën, waaruit blijkt dat voor alle eventualiteiten, terug keer van kinderen enz., de noodige reserves zijn gevormd. Omtrent de vergadering zelf zal dezer da gen en resumé worden gepubliceerd. riots Oost __jtenrijksche spoorwegen tot betaling der reiskosten op het Oostenrijksche traject voor de Oostenrijksche kinderen, terwijl der" vroeger nimmer gevorderd werden, gelijk ook Duitschland en Hongarije die niet vorderen voor het vervoer in eigen land en voor het vervoer van kinderen van vreemde nationaliteit over hun gebied een belangrijke reductie toestaan, hetgeen ook geschiedt door de Nederlandsche spoorwegen. Het be stuur heeft de Oostenrijksche regeering ge wezen op het onbillijke, dat in dezen eisch gelegen was en verlangd, dat zoo de Oosten rijksche spoorwegen dien eisch niet wilden laten vallen, de Oostenrijksche regeering de kosten voor hare rekening zou nemen. Het resultaat der briefwisseling is geweest dat het Wohlfahrtamt te Weenen de gelden benoodigd voor den terugkeer der Oosten rijksche kinderen, voor wat de reis op het Oostenrijksche traject betreft, bij het comité heeft gedeponeerd. Het comité heeft dus ten deze volkomen voldoening gekregen. t Duitsche afdeeling. In verband met de in den loop van het jaar hier en daar opge doken afzonderlijke acties voor Duitsch land. stelt het verslag vast, dat de actie van het R K. Huisvestir.gs-Comite reeds 19 Maart 1923 werd ingeleid met een krachtigen oproer om hulp in de pers. In bijna alle •evallen is het comité enn geslaagd de af zonderlijke act es m die van het R. K Huisv. Comité op te lossen. Ook hiei wordt weder Je noodzakelijkheid van die eenheid van leiding betoogd omdat anders een overzicht en een billijke verdeling der hulp in Duitsch land onmogelijk is. Het verslag vermeldt verder welke pogingen gedaan zijn om zich Aan een der politie-bureaux tt Amsterdam bevindt zich een met edelgesteenten bezette haarpen, waaraan een eigenaardige geschie denis is verbonden. Omtrent de avonturen die dit kleinood beleefde vernam de Tel. het volgende Vijf jaar geleden vond een jongen in de nabijheid van de Doelenstraat een haarpen en nam deze mee naar huis. Hij verkocht haar aan een buurman voor de som van een gulden vijftig en de buurman gaf haar zijn vrouw ten geschenke. Men wist niet' beter of het was een semilie-speld, die niet meer waarde had dan een paar gulden. De vrouw droeg het sieraad met tusschenpoozen en toen 't ding haar begon te vervelen, be landde het in een kast en daarna in een doos. Jaren gingen voorbij en niemand dacht er meer aan. Eenige dagen geleden nu kwamen de man en de vrouw de speld bij het oprui men toevallig tegen. En het verwonderde hun, dat het glas nog zoo fonkelde en dat het blik, waarin de namaaksteentjes gevat waren, nog met geroest was. Zij kwamen op het idee een buurman, die op dezelfde trap woon de en die diamantbewerker was, in den arm te nemen. Deze verklaarde oogenblikkèlijk dat de stukjes glas briljanten van het zuiver ste water waren en dat het blik platina was. De man en de vrouw, die geheel ter goeder trouw waren, dachten erover de geschiedenis aan de politie mede te deeelen. Maar com missaris Heeroma had al iets van hetgeen er in de buurt gepraat werd, vernomen en liet het kleinood, dat een waarde van een paar duizend gulden vertegenwoordigt, ha len. Er werd een onderzoek ingesteld eh geïn formeerd of vijf jaren geleden niet een aan gifte was binnengekomen. Dit bleek inder daad het geval te zijn en wel vijf jaren geleden aan het bureau Singel. Daar had zich op dat zelfde tijdstip een Engelsche dame ver voegd, die iets van waarde verloren had in de nabijheid der Doelenstraat. Maar daar zij Engelsch sprak en men haar niet goed ver staan kon (op een groot bureau in de wereld stad Amsterdam 1) werd nóch naam, noch adres genoteerd. Mogelijk dat iemand, die dit leest weet wie de bewuste vreemdelinge is geweest of bekend is, waarheen zij zich heeft begeven. Commissaris Heeroma zou het zeer op prijs stellen, nadere inlichtingen te krijgen. Bij het binnenkomen in de haven van Mon nikendam raakte van den botter V.D. 172 de helmstok over boord. De schipper J. Smit wilde hem grijpen met het noodlottig gevolg, dat hij over boord sloeg en verdronk. Door den heer G. A. P. de Kort, oud-wet- k ouder in Bussum, is bij den officier van ju stitie te Amsterdam een aanklacht ingediend tegen den heer Hoogerhuyzen, wegens smaadschrift. De heer H. moet in een plaat selijk blad een ingezonden stuk hebben ge schreven, welks inhoud beleedigend moet zijn voor den heer de K. Het vergiftigen van honden met strijchnine neemt in den laatsten tijd in Midden-Lim burg een zeer ernstig karakter aan. In ver schillende plaatsen werden tal van mooie honden dood in hun hok gevonden. De verbinding tusschen Marken en Mon nikendam wordt onderhouden door een mo torboot van de N. H. T. M., welke twee maal per dag vaart tot Zuiderwouderdijk. Verder wordt de afstand te voet afgelegd. De boot-dienst die om 3.30, uur van Mon nikendam vertrok, was Maandagavond om 8 uur nog niet in Marken gearriveerd en ver ondersteld wordt, dat de motorboot door stroom en ijs uit den koers geraakt is. Te Brussel, Antwerpen, Luik en in andere s'eden van het land bevinden zich thans een zeer groot aantal Nederlanders en Engelschen, die in verband met den lagen stónd van den frank voor hooge bedragen aankoopen doen. In sommige hotels van het centrum te Brus sel zijn alle kamers dan ook bezet me' van de valuta profiteerende vreemdelingen, wat voor het hotelbedrijf in deze anders vrij doode maanden een buitenkans mag heeten. Vooral luxe artikelen, zijden stoffen, pelsmantels en confectie van ue beste kwaliteit worden in groote hoeveelheid door deze buitenlanders opgekocht. Aan de grens te Esschen hebben de douane beambten het zoo druk door den enormen uitvoer naar Nederland, dat het personeel dag aan dag verscheidene uren moet overwerken. De vrouw van T. de B. te stad-Vollenhoven wilde in haar woning aan het Oldehuisplein aldaar^ den ladder naar den zolder beklim men. Toen zij de bovenste sport bereikt had, gleed zij plotseling uit en stortte naar be neden. Haar heupbeen werd verbrijzeld. De toestand van het slachtoffer is ernstig. Nelten van visschers vernield. Uit Enkhuizen wordt gemeld De zee voor ons stadje is, thans voor zoover het oog reikt, geheel met ijs bedekt, waardoor voor de beugen der dertien vis schers, die nog in zee stonden en een waarde vertegenwoordigen van 13.000, het ergste wordt gevreesd. Om te trachten zooveel mogelijk te redden, boden de kapiteins van de alhier gestótionneerde motor van het Loodswezen en die van het vaartuig der visscherijinspectie zich aan om te probeeren de uitstaande netten te bereiken, waartoe beide vaartuigen met een groot aantal vletter- lieden en met drie vletten achter zich op sleeptouw naar zee vertrokken. Den geheelen middag kon men de vaartuigen van den zee dijk af waarnemen. De moeite der schepen werd slecht beloond Woensdagavond kwamen de vaartuigen bin nen met de ankers en touwen van vijf beugen. De netten waren alle door het ijs vernield. Vele visschers zijn hierdoor zoo goed als geruïneerd. Door de marechaussee te Lenne (L.) is aangehouden en naar Roermond op trans port gesteld zekere V., verdacht van het in nen van geld op vervalschte kwitanties. De aangehoudene schijnt op tal van plaat sen in de provincie zich aan deze fraude te hebben schuldig gemaakt. Te Manningham (Bradford) is een alleen wonende vrouw het slachtoffer geworden van een laffen moord. Het hoofd werd haar ingeslagen met een zwaren kolenhamer. Gebleken is, dat de moordenaar van haar financieele omstandigheden op de hoogte was en dat de vrouw hem zelf in haar woning moet hebben toegelaten. Diefstal zou de drijfveer tot de misdaad geweest zijn. De man schijnt geheel het vertrouwen der vrouw te hebben gehad en met al haar plan nen bekend te zijm geweest. Zij zou naar Matlock gaan verhuizen en toen er den morgen na den moord een door haar bestelde verhuisman aan haar woning belde, zag hij een briefje uit de bus steken, waarop stond „Aan Mr. Wilson. Ik ben naar Matlock geroepen. Niet terug vóór Maandag." Achteraf is vastgesteld kunnen worden, dat het briefje niet door de vrouw geschreven is. Een nieuwe belangwekkende omstandig heid is, dat de politie achterhaald heeft, dat de vrouw in December van het vorig jaar een anoniem schrijven heeft ontvangen, waarin zij gewaarschuwd werd tegen een man, om trent wiens privaat leven zekere minder gunstige dingen bekend waren. De politie heeft nu een oproep gepubli ceerd, waarin de schrijver, of de schrijfster van den anoniemen brief wordt uitgenoodigd, zich te komen aanmelden. Van een antwoord op dien oproep verwacht de politie veel nut voor haar nasporingen. De vermoorde was een rustige en terugge trokken, niet meer jonge vrouw. De buren wisten weinig over haar particuliere aange legenheden. Enkele weken geleden werd gemeld, dat bij het maken van foto's voor de film Quo Vadis te Rome een leeuw losgebroken was en dat een grijsaard door het beest was aan gevallen en was overleden. „Kapitein" Alfred Schneider, aan wien de leeuw behoorde, schrijft aan de N. Crt. over de roedracht van de zaak het volgende „Sinds November 1923 werk ik mee aan de' vertooningen voor de film met mijn leeuwen en heb Jaarbij steeds de grootste voorzichtigheid in acht genomen. Nooit hebben wij menschen en leeuwen in één kooi gelaten. Als men op de film de leeuwen tusschen de menschen in ziet, heeft men te doen met fotografische handigheidjes.Den 5en Februari zouden wij een tooneel opne men, waarop de leeuwen zich op de biddende christenen storten, natuurlijk ook een foppe rij. Plotseling sprong een tweejarige leeuwin, die bij mij geboren is een jaar geleden droegen wij het dier nog in onze armen tegen den muur op, gelijk jonge dieren bij het spelen vaak doen Toevallig bleven zijn achterste klauwen in een voeg van den muur haken en met een katachtige beweging slin gerde het beest zich op de borstwering. Op de tribune zaten ongeveer 50 menschen, die uiteenweken. Alleen de 62-jarige figurant Palombo bleef rustig zitten, met de handen onder het hoofd. Men vermoedt, dat de grijsaard, die vermoeid was, een beroerte heeft gehad. Daar er niemand meer in Polcm- bo's buurt was, begon de leeuwin met den man, die zich niet meer verroerde, te spelen, waarbij zij hem over de armen krabde. Op dat oogenblik keerde mijn schoonzuster, de temster Betty, die bij de vlucht van de figu ranten meegesleept was, terug. De leeuwin week achteruit en stortte van de 5 M. hooge tribune. Op hetzelfde oogenblik viel ook het lichaam van Palombo voorover en stortte in de diepte. Toen pas beet het klaar blijkelijk verschrikte beest den voorover- liggenden grijsaard in den nek. Op hetzelfde oogenblik sprong mijn vrouw, de bekende temster Marcella op het beest toe. Dit sleepte het doode lichaam nog 6 M. mee. Mijn vrouw pakte een tafel op en sloeg die op het beest stuk. Intusschen was ik uit de kooi gekomen en op mijn bevel liet de leeuwin den man los. Ik nam het beest bij den kop en trok het voort. Toen ik zoo ongeveer 10 M. 'geloopen had, begonnen een operateur, en een figurant te schieten, zoodat de kogels mij om de ooren floten. Het toeval wilde dat ik ongedeerd bleef, doch de leeuwin ontving drie kogels, "een in den kop, een in den hals en een in den schouder. Toen werd het beest pas wild. Ik moest het loslaten en joeg het de kooi in, die voor dergelijke gevallen steeds bij de hand wordt gehouden. De schotwonden hebben de leeuwin niet gedeerd, die er al weer bovenop is. De ongelukkige Palombo werd dadelijk naar het militair hospitaal overgebracht, waar de doktoren slechts den dood konden vaststellen. Aan den beet zou de man nooit gestorven zijn. Hieraan zij nog toegevoegd, dat ik tot dusver met mijn ïeeuwen aan 98 films heb meegewerkt, zonder dat er ooit eenig onge val is geschied. Het bericht, dat majoor Ambrfsio, Gabrielle d'Annunzio, Georg Ja- kobi en ik in hechtenis zouden zijn genomen of door de justitie zouden worden vervolgd, 's onjuist." Op den overweg aan den Beukelsdijk te Rotterdam is de postconducteur W. B., uit de Jan Porcellisstraat, vermoedelijk door dat hij te veel uitkeek naar een naderenden sneltrein, door een rangeereride locomotief overreden. Toen de machinist den conduc teur niet meer zag, stopte hij z'n machine en vond den man bewusteloos tusschen de rails liggen. Men vervoerde hem naar het ziekenhuis. Daar werd een ernstige schedel breuk geconstateerd. Een zekere M. uit Heerlen, die verdacht van diefstal van rubberbanden in het huis van B. te Maastricht was gearresteerd, wist Dins dagmorgen na een verhoor voor den rechter van instructie uit het gerechtsgebouw te ont snappen. Op het geroep van houd hem, houd hem volgden meerdere personen den vluch teling, die door de gladheid tenslotte tegen twee ambtenaren aanrolde en overmand werd. Het gevaar voor het publiek op den Mui- derstraatweg neemt met den dag toe. Zelfts is nen niet eens meer veilig in de trekvaart langs dien weg. Dit werd een dezer dagen nog eens bewezen. Toen reed een auto van den heer Vr., uit Naarden met drie personen de Vaart in. Een juist passeerende tjalk liep alleen eenige averij op 1 Zooals men misschien nog weet heeft de burgemeester van Muiden in October 1922 aan den Minister van Waterstaat het verzoek gericht, het pad langs den Rijksstraatweg van Diemen tot Naarden als rijwielpad te mogen aanduiden. Tot heden is op dat verzoek nog geen antwoord binnengekomen. Na de ver breeding van dat pad is de toestand nog veel slechter geworden. Van gemeentewege zijn nu eenige foto's van den weg en het pad ge nomen. Deze zijn den minister toegezonden met een begeleidend schrijven, waarin nog maals er dringend op verbetering wordt aan gedrongen. Bovendien werd den burgemeesters van Amsterdam, Naarden en Diemen en den be sturen van de K. N. A. C. en den A. N. W. B. verzocht, hunne medewerking en steun te verleenen. Naar aanleiding van dit verzoek is onder voorzitterschap van den burgemeester van Muiden ten raadhuize aldaar, een conferentie gehouden met hoofdambtenaren van den Rijkswaterstaat en bestuursleden van de K. N. A. C. en den A. N W. B., ten einde ver schillende plannen tot verbetering te bespre ken. Naar vernomen wordt, bestaan er bij den Rijkswaterstaat zeer ernstige plannen, om in den onhoudbaren en zeer gevaarlijken toe stand zoo spoedig mogelijk verbetering aan te brengen. De zomer nadert ras en daarmee ook het ontzettend drukke verkeer. Rondom Marken is de zee weer overal vol ijs. Nabij den Zuid-Westelij ken wal van het eiland liggen een 8-tal tjalken, die daar eenige dagen geleden voor anker zijn gegaan bij het loskomen van den Noord-Westelij ken stormwind. Deze schepen zijn thans ingevroren en loopen, indien de wind naar het Zuiden draait, groot gevaar onder het schuivende ijs te geraken, temeer, daar eenige der tjalken geladen zijn en het water laag staat. De ijsinlichtingsdienst rapporteert dd. Woensdag De scheepvaart wordt niet belemmerd Harlingcn, Zuiderzee Lemmer, Zuiderzee; Schellingwoude, IJ. De zeilvaart ondervindt hinder Harlin- gen, Vaart Stavoren, Zuiderzee Hoorn, Zuiderzee Gorinchem, Merwede kanaal. Zeilvaart gesloten, stoomvaart nog moge lijk Delfzijl, Eems en Eems kanaalZout kamp, Lauwerzee Stavoren, GrachtLem mer, Rien Schokland, WestkustUrk. Zuid- en Noordkust Elburg, Schelling woude, Enkhuizen en Medemblik, Zuider -,ee Amstel, boven en beneden de sluis Vaart voor kleine stoombooten en met vaartuigen gestremd Nieuw S'-'-nzijl, Dr - lard Zoutkamp Reitdiep Schokland Oostkust Marken Oostkust. Vaart ook voor groote stoombooten ge- iremd Nieuw Statenzijl, Aa. Ijstoestand veranderlijk, wordt over- heerscht door getijde of windrichting Ke- teldiep, Zuiderzee. De heer G. te Helder, in wiens winkelhuis aan den Kanaalweg in December van het vor-'g jaar voor den tweeden keer brand uit brak is dezer dagen na verhoor bij de in structie door den rechter-commissaris te Alkmaar, aldaar in voorloopige bewaring gesteld. Blijkbaar zijn er ernstige vermoedens tegen hem gerezen inzake brandstichting. Dinsdagmiddag lag het visschersvaartuig H. A. 5 bij den stoomleidenden dam bij Har- lingen, toen het sterk uit het Noordoosten begon te waaien en men de haven- poogde te bereiken, hetgeen niet gelukte. De red dingsboot verliet toen de haven om het vaar tuig te bereiken, hetgeen door de duisternis niet gelukte, daar het vaartuig snel voor den wind afdreef. Naar vernomen wordt, is het vaartuig te Makkum binnen geloopen met gebroken giek en zwaard. De reddingsboot keerde des avonds ongeveer 7 uur in de haven terug. De voortvluchtige kassier van de Philips- bank te Brunssum (Limburg), die, na een bedrag van omstreeks ƒ25.000 te hebben verduisterd, was verdwenen, heeft zich te Maastricht bij de justitie aangemeld. De „Chilier" van de Lloyd Royal Beige' die 45 dagen geleden van Antwerpen naar Savannah vertrok, is nog niet aangekomen en heeft sedert een maand al niets meer van zich laten hooren. Twijfel is bijna niet meer mogelijk over het verongelukken van de boot, die ruim 5000 ton mat en 38 man aan boord had, onder wie drie Nederlanders, nl. Wille- brordus Snijders en Johannes Henken, trem- mers, en A. Reine de Geust, hulpkok. In het Engelsche plaatsje Pensuett in Staf fordshire behoort tot een der weinige be zienswaardigheden het huis, waar een vrouw, zekere miss Mountford, dertig jaar' lang een kluizenaarsleven heeft geleid. In haar jeugd was zij een mooi meisje, evenals haar zusters. Maar haar gelaat werd door de pokken zeer geschonden, weshalve zij besloot het leven te ontvluchten. Zij betrok een eenzaam land huis buiten de plaats en nooit vertoonde zij zich meer in het dorp, dan enkele malen per jaar om inkoopen te doen. Natuurlijk duurde het niet lang of de geheimzinnigste geruchten over haar zonder ling bestaan deden de ronde. Steeds waren er personen, die hun nieuwsgierigheid niet langer konden bedwingen en eenige uren op offerden om haar vensters vanuit een schuil hoek in het oog te houden in de hoop, een schim van haar te ontdekken. Maar alles was vergeefsch. Sommigen vertelden, dat zij een einde aan haar leven had gemaakt, en dat alleen haar geest nog rondwaarde anderen hadden haar 's avonds zien uitgaan met dichte sluiers voor het gelaat. Thans, na dertig jaar, is er evenwel een einde aan haar afzondering gekomen. Zij werd zoo ernstig ziek, dat zij uit eigen bewe ging de hulp van een geneesheer inriep en deze gelastte haar onmiddellijke opneming in het ziekenhuis. De „Chicago Tribune" weet een nieuwe truc uit Cannes (Frankrijk) te melden. Eenige weken geleden verscheen daar een keurig fekleed heer in een van de populairste clubs, lij nam zijn intrek in het clubgebouw, leefde royaal en speelde grof. Alles ging op .rekening, zooals men dat gewend is in de dure clubs aldaar. Tegen het eind van het verblijf wordt afgerekend. Dat deed ook de Engelschman voornoemd. Hij gaf den kas sier een cheque ten bedrage van de totale som, welke hij verschuldigd was, vertrok en nam zijn bagage mee. Den volgenden dag ging de secretaris met deze cheque naar de aangegeven bank, om haar daar te verzilveren. Tot zijn groote verbazing bleek toen, dat de wissel, dien hij behoorlijk ingevuld en onderteekend ont vangen had, blanco te zijn. Een en ander bleek met den „verdwijnenden" inkt ge schreven te zijn, en wel van een soort, die noch door verwarming, noch met citroensap (de gebruikelijke middelen) weer zichtbaar gemaakt kan worden. De populair geworden gast van deze zoo populaire club was inmid dels spoorloos verdwenen. De club is voor ongeveer 50 pond bena deeld, en enkele clubgenooten voor een veel voud van dit bedrag. Het hooren van goede, echte muziek is ontegenzeggelijk een groot genot. Maar, vol gens de fijnproevers is het lezen er van een nog grooter genot. Voor sommige men schen echter haalt dit alles niet bij het le zen van een muziekverslag. Voor deze laat sten nu is vooral het volgende bestemd. 't Verslag werd gegeven door een Ameri- kaansche courant, natuurlijk „Thans had hij (Rubinstein) zijn thema weer veranderd. Hij hupte en trippelde heel netjes van het eene einde van het klavier naar het andere. Hij speelde zacht en licht en plechtig. Ik hoorde de kerkklokken boven de bergen. De lichten des hemels werden ontstoken, één voor één. Ik zag de sterren opgaan. Het groote orgel der eeuwigheid be gon te spelen, van het einde der wereld af." „Daarna werd de muziek tot water, vol gevoel zooals men 't zich onmogelijk kan voorstellen, het druppelde: tip. tap, helder liefelijk als vreugdetranen, die in een zee van glans vallen. Het was nog liefelijker, nog zoeter. Het was zoo zoet als een zoeteliefje, verzoet met witte suiker, vermengd met fijngestampte zilver en geurdiamanten. Het was te zoet. Ik kan u zeggen: het publiek werd dol. Rubinstein maakte een soort van buiging alsof hij zeggen wilde: Zeer verplicht, maar het zou mij aangenamer zijn als ge mij niet wildet storen. Hier hield hij een minuut of twee op om lucht te scheppen. Daarna werd hij razend. Hij streek met de vingers door de haren, stroopte zijn mouwen op, trok zijn jaspanden wat verder van el kaar, draaide zijn pianokruk hoóger, leunde voorover en nu, zeg ik u, ging het op de oude piano los. Hij sloeg haar in het ge zicht, gaf haar oorvegen, trok haar bij den neus, kneep haar in de ooren en krabde haar de wangen, totdat zij letterlijk huilde. Hij sloeg haar tegen den grond en vertrapte haar onder zijn voeten. Zij loeide als een os, bulkte als een kalf, jankte als een hond, knorde als een varken, siste als een rat, maar hij liet haar niet los." „Daarna liep hij een heel eind ver in den ondergrond van de bas, totdat hij midden in de ingewanden der aarde terecht kwam en men de eene donderbui achter de andere hoorde voortgalloppeeren door de holen en spelonken. Vervolgens hield hij een wed loop van zijn rechterhand met zijn linker, totdat hij. boven den bovensten diskant uit. in de wolken te land kwam, waar de tonen nog fijner waren dan de punten van sp. lden en rren er niets, niemendal van hooren kon als de schaduwen alleen." „En ook nu zelfs liet hij de rammelkast nog niet los. Twee voorwaarts, voorbij den eersten heer, voor de eerste dame, balan ceer, rechts en links, chattez, op de plaats te rug, ronde van dame rechts, chaine des dames, polonaise, er in en er uit, hierheen, daarheen, voorwaarts en achterwaarts per petuum mobile, geknoopt en gedraaid, ge vlochten en geslingerd in veertig maal elf duizend dubbele zeemansknoopen. Het was een onontwa-baar mengelmoes" ,.En toch liet hij de oude kast nog niet los. Hij bracht zijn rechtervleugel vooruit, daarna zijn linkervleugel en eindelijk zijn centrum. Hij opende zijn geschutvuur; bele geringsgeschut hier, twaalfponders rinds. groote kanonnen, kleine kanonnen, midden- groote kanonnen, ronde kogels, bommen, houwitsers, kartetsen, granaten, mortieren, mijnen en kruitmagazijnen, al zijn batte rijen en bommen tegelijk en op eens. Het huis daverde en dreunde er van, de lichten dansten, de muren waggelden, de vloer ging omhoog en bet plafond kwam naar bene den. Het firmanent barstte, de aardbodem schudde. Aarde en hemel. De heele schep ping, menschen en beesten, water en brood, gebakken aardappelen, voor een schelling rum, lange draadnagels. Ach mijn lieve Augustijn. Wij gaan naar Lindenau. Mooi meisje draai je reis omme, rorome, romme, rum, roemel roeme, roedel, doedel." „Bij dien laatsten bons verhief Rubinstein zich letterlijk in de lucht, en kwam hij weer naar beneden met zijn knieën, zijn tien vingers, zijn tien teenen, zijn ellebogen en zijn nèus met alles wat naar beneden op de piano en sloeg hij daarmee al de toetsen een voor een en allemaal te gelijk aan. Het ding kraakte en knapte en ging uit elkaar in vijf en zeventig duizend, vijfhonderd en twee en veertig hemi-demisemi-trillers." „Ik was bewusteloos. Toen ik weer bij kwam bevond ik mij onder den grond, in een kroeg, die zij daar „De Oesterbrug" noemen en trakteerde ik er een Yankee, dien ik nog nooit van m'n leven gezien had en nooit van mijn leven hoop weer te zien. De dag brak aan, toen ik in mijn logement kwam, en Ik kan u op mijn woord van eer verzekeren: ik wist mijn eigen naam niet meer. De portier vroeg mij toen het nummer van mijn kamer, waarop ik hem ten antwoord gaf: „Breng mij een portie gloeiende muziek voor twee personen," Men moet Amerikaan zijn en Rubinstein gehoord hebben, om zóó „aanschouwelijk" over zijn spel te kunnen schrijven. Zóó kun nen wij het hier niet, nog niet De berichten uit de Riviera en Noord- Italië maken melding van veel sneeuw en hevige koude. Van Pyreneeën tot de Itali- aansche Alpen heerscht ongewoon winter weer. Het telefonisch verkeer tusschen Parijs, Marseille en Nizza is verbroken. De bergketen bij Nizza is met sneeuw bedekt. In Toskane zijn de wegen van de heuvel achtige districten door den sneeuw geblok keerd. Het auto-verkeer en de postdiensten zijn stopgezet. Florence ligt dik onder de sneeuw, op sommige plaatsen der stad ligt het 18 c.M. hoog. i Te Oudeschip (Gr.) ging een 10-jarige jongen, uitgezonden om mais van den molen te halen, op de zwikstelling en werd door een der wieken zoodanig getroffen dat de dood onmiddellijk intrad. Dinsdagavond heeft een ernstige brand gewoed in de werkplaats en bergplaatsen van de „R. A. M. f.". De tentoongestelde automobielen konden alle in veiligheid wor den gebracht, doch groote hoeveelheden banden en andere onderdeelen van auto's en rijwielen werden een prooi der vlammen. De belendende woonhuizen kregen ernstige brand- en waterschade de garage bleef in tact. Met veel materiaal tastte de brandweer het vuur aan, zoodat zij na een paar uur den brand meester was. Naar „Het Volk" ter oore komt, is het aan een toevallige omstandigheid toe te schrijven, dat de verdenking van de politie zoo spoedig viel op den man, die thans als de dader van den moord in de Engelenburg straat wordt beschouwd. Men zag, dat hij bij het ziekenhuis ón- eenigheid kreeg met de familieleden, die de verslagene gingen bezoeken. Daar men omtrent den dader van de gruweldaad nog totaal in duister tastte, heeft men den man gearresteerd, hetgeen later bleek hoogst waarschijnlijk geen onjuiste handeling ge weest te zijn. Verder valt nog te melden, dat de man,1 die waarschijnlijk de belangrijkste getuigenis tegen den verdachte zal uitbrengen, ook door een toeval werd ontdekt. Een agent van poli tie ving n.l. op de Prinsengracht een stuk van een gesprek op, dat tusschen twee man-, nen werd gevoerd. Hij hoorde den één zeggen: „Ja, hij zei tegen me, dat ik zijn boterhammen even moest oprapen, omdat hij niet kon buk-i ken, daar hij een bijl in zijn broek had." j De agent volgde het tweetal, en leidde het naar het politiebureau. Aldaar bleek, dat de verdachte den aangehoudene had voorge steld zijn zuster te vermoorden, omdat deze f 300 in haar kast had. De man ging hierop niet in en staat, hoewel de verdachte alles pertinent ontkent, ten volle voor de waarheid van zijn mededeelingen in. Te Biervliet is een 14-jarige jongen door, het ijs in een drinkput in een weide gezakt j Na een half uur werd het lijk van den knaap opgehaald. Uit Huizen wordt bericht dat de „Hoopl en Vertrouwen", na 14 dagen in het ijs te hebben gezeten, eindelijk in de haven id binnengesleept. 1 Door de Apeldoornsche politie is in deal nacht van Zaterdag op Zondag op den De- venterweg aangehouden een manspersoon, die daar op verdachte wijze op zijn kousen rondliep. Naar het politiebureau gebracht, bleek hij in het bezit te zijn van twee krissen en een revolver. Hij verklaarde een langei voetreis te hebben gemaakt en in een hooi berg een gedeelte van den nacht te hebben doorgebracht. Tegen hem is procesverbaal opgemaakt terzake het dragen van verboden wapenen. De alleenwonende wed. De V., te Bode-j graven, werd in haar kamer bewusteloos gevonden, ten gevolge van kolendamp uit; een kachel. Het gelukte den geroepen genees-- heer niet, haar weer tot bewustzijn te bren gen. Na enkele uren overleed zij. DE ONTVOERING VAN EEN MINDERJARIGE. Onlangs zijn voor de rechtbank te Maas tricht een paar zaken behandeld betreffende vechtpartijen tusschen nichten onderling te Schinveld. 't Ging tusschen de families R. en Th. Thans is naar het huis van bewaring overgebracht de oude R., verdacht van ont voering van een minderjarige, in casu het jongste dochtertje der familie Th., een meis je dat 17 jaar oud is. Wat echter de zaak nog erger maakt is, dat de man, niettegen staande herhaald aandringen, niet kan of zeggen wil wat er van het meisje geworden is, of waar het zich bevindt, zoodat hij oos nog onder verdenking van een ander misdrijf staat.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1924 | | pagina 6