I
Brieven uit Frankrijk.
Rosa de smoHke!aarster.
MAN EN VROUW.
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT.
Tweede Blad - Vrijdag 21 Maart 3924
KUNST EN KENNIS.
Eucharistisch Congres.
Beurzen voor muziek- en
zangstudie.
vfSS
Boekeninzameling voor het
R.K. Bibliotheekwezen.
Boeken gevraagd voor het
Vaticaan.
LANDBOUW ER VISSDiERIJ.
Invoer van planten in Amerika.
KERK EN SCHOOL.
Examens lager- en middelbaar
onderwijs.
LEGER EN VLOOT.
Gebruik van rijkswoning of
huisvesting.
VRAGENBUS.
FEUILLETON.
'2 iit'
Moet en kan er, in het huwelijk, tusschen
—<an en vrouw, volkomen oprechtheid en
openhartigheid bestaan?
In dezen vorm gesteld, kan deze vraag
natuurlijk niet anders dan bevestigend wor
den beantwoord.
Zij, die hun levenslot zoo nauw aan elkaar
verbonden hebben, dat geen derde, hoe na
ook aan één van beiden of aan beiden ver
want, er zich tusschen mag dringen, die
mogen en moeten en willen elkander ook
alles mededeelen, wat hun van nabij o!
meer uit de verte betreft.
't Zal man en vrouw, indien de verhou
ding goed is, zelfs tot een behoefte worden,
voortdurend hun gedachten uit te wisselen,
elkander deelgenoot te maken van alle
overwegingen en overleggingen, die in 't
diepst van hun gemoed opwellen.
Indien zij, die elkaar op de rechte ma
nier liefhebben, konden leven op zich zelve,
zonder in aanraking, in wrijving, in botsing
te komen met de buitenwereld, dan was
er geen enkele reden denkbaar, waarom
tusschen hen niet de meest volkomen open
hartigheid zou bestaan.
Niet zelden echter is wederzijdsche vol
maakte oprechtheid in dc beteekenis van
Hes aan elkaar te vertellen, in de prac-
üjk niet gemakkelijk vol te houden, niet
verstandig, niet edelmoedig, niet gewenscht
zelfs.
De man of de vrouw, die verlangt, dat
zijn of haar wederhelft, geen enkele ge
dachte, geen enkel gevoelen verzwijgt, deelt
aan zich zelf daarmee een brevet uit van
kleingeestigheid.
Het is ons wel eens overkomen, te ver
toeven in een gezin van zulke openhartige
zielen.
,,'k Houd nooit iets stil voor mijn man,''
beweerde de vrouw met zekeren trots, ,,hij
mag alles weten."
Dit laatste laten we gelden, maar die
echtgenoot moest dan ook dag aan dag
mededeelingen aanhooren als: dat het
dienstmeisje een glas gebroken had; dat
een der kinderen een gat in z'n kous was
gevallen; dat de juffrouw aan den overkant
een knippatroon was komen leenen; dat
de groenteboer weggestuurd was, omdat een
ander de aardappelen twee cent per kilo
goedkooper verkocht en meer soortgelijke
wissewasjes.
Gedurende het koffiedrinken en tijdens
den maaltijd, tuitten zijn ooren van dat
gerei, waarin klachten over dit en verzuch
tingen over dat, schering en inslag waren.
Natuurlijk zou dc man liever onder vroo-
lijk en opwekkend gekout zijn twaalfuurtje
en zijn diner gebruikt hebben, maar dat
ging nu eenmaal niet; hij was getrouwd en
had dus het recht om alles te weten.
Elk der echtgenooten bedenke ook, dat
«Heen eigen geheimen onvoorwaardelijk aan
tlkaar mogen worden verteld en dat het
geenszins aangaat de vertrouwelijke mede
deelingen, die derden deden, aan den
ander kenbaar te maken.
Wanneer een vriendin haar hart eens aan
de echtgenocte uitstort of een goed vries»
mei den man in vertrouwen over zijn zorgen
en moeilijkheden spreekt, dan denken zij
verkeerd, die zich verplicht achten, een en
ander door te geven 'aan hun „alter ergo",
aan de andere helft in 't echtverbond.
Die dit eischt, is kleinzielig; die er zich
aan schuldig maakt, niet vertrouwbaar. Dén
i' het veel beter, om ronduit alle kiesche
of vertrouwelijke mededeelingen van derden
te weigeren in ontvangst te nemen, met de
verklaring er bij, niet van plan of niet ge
neigd te wezen, een geheim te bewaren!
Zoodra *t echter een zaak geldt, die van
invloed kan wezen op eigen omstandig
heden, op eigen huiselijk leven, op het
gezinsleven in engen kring, dan is de meest
voltrekte openhartigheid plicht. Nóch de
man, móch de vrouw, mag plichten of ver
plichtingen op zich nemen, die het gezin
beïnvloeden en van te voren of daarna over
deze aangelegenheden het zwijgen bewaren;
dit geldt ook dan, als de meening zou kun
nen postvatten, dat bij tactvolle behandeling
van het geval in kwestie, de wederzijdsche
verhouding in 't huwelijk of de belangen
van 't gezin, er voor- noch nadeel van
zuilen ondervinden.
Men plaatse elkander, in dit opzicht, nim
mer voor een voldongen feit.
Niet het minst bij de opvoeding der kinde
ren behooren vertrouwelijke openhartigheid
en openhartig vertrouwen tusschen man en
vrouw te heerschen. Wat niet precies zeggen
wil, dat vader en moeder zich moeten ge
roepen achten, om elk verzuim, iedere fout
bij afwezigheid van een van beiden door een
der kinderen gepleegd, dadelijk aan elkander
mede te deelen.
„Ik zal 't aan vader zeggen.' Wanneer
deze bedreiging bij 't geringste vergrijp in
den mond der moeder bestorven ligt, dan is
dit veelal een bewijs öf van gemakzucht, óf
wat nog bedenkelijker is, dat zij niet of
moeilijk in staat is, om zelf tucht en orde
onder haar kroost te houden.
Vooral kleinigheden, kunnen bij afwezig
heid van den vader, heel gevoegelijk door
de moeder zelf behandeld en afgedaan wor
den. Zij kan dan in de meeste gevallen, als
vader thuis komt, er mee volstaan, door
zonder hem daarbij met een vloed van woor
den, verzuchtingen of klachten te overstel
pen, hem eenvoudig te zeggen: ik heb Hen
drik of Jansje gestraft met dit of dat, omdat
hij of zij, dit of dat gedaan (of niet gedaan)
heeft
Door een zoodanig zelfstandig optreden,
zal de vrouw, in den regel, hooger in de
achting van den man komen te staan en de
kinderen leeren daardoor meer ontzag voor
hun moeder te hebben, hetgeen niet zeiden
wel wat te wenschen overlaat.
Bij ernstige vergrijpen door een of meer
kinderen gepleegd, moet, hetgeen misdaan
wordt, natuurlijk niet voor den vader ver
zwegen worden; dat még zelfs niet.
Maar nog eens, een verstandige vader
zal er slechts heel matig mee ingenomen
zijn, al zegt hij 't niet altijd, wanneer
z'n vrouw hem uit den treure er van op
de hoogte houdt, bijv. dat Mientje een
scheur in haar jurk heeft, of dat Evert
twee minuten te lang is weggebleven om
een boodschap te doen.
CRISISSTEMMINGEN IN FRANK
RIJK.
Heeft het Fransche parlement in de laat
ste maanden blijk gegeven van een obstruc
tie die belemmerend werkt op iedere snelle
afdoening van zaken, in de laatste weken is
het geheel te kort geschoten in de waardig
heid die een dergelijk college hoog dient te
houden. Tooneelen hebben zich afgespeeld
die meer en meer doen verlangen naar een
krachtige persoonlijkheid om het schip van
Staat te besturen. Een kleine minderheid,
zoowel ter uiterste linker- als ter uiterste
rechterzijde heeft niet alleen getracht het
parlementaire stelsel in verder discrediet
te brengen, zij heeft zich door politieken
hartstocht niet ontzien de landsbelangen ge
heel uit het oog te verliezen en een partij
politiek op oneervolle wijze te dienen, Zij
heeft zelfs dermate een persoonlijk element
in de debatten gebracht dat beleediging met
.voorden, door een daadwerkelijke handtaste
lijkheid is gevolgd. De minister-president
heeft zich in een volgende zitting laten ver
leiden zijn getuigen te zenden aan een af
gevaardigde der Royalistische partij en niet
zonder ernstige bevreesdheid werd die minis-
terieele onbeheersch Jteid onder de oogen ge
nen. Wij willen op deze incidenten van zeer
pijnlijken aard niet v. der ingaan. Zij illus-
treeren echter overduidelijk den geest van op
winding, die zich van de volksvertegenwoor
diging heeft meester gemaakt en een weer
klank is van de moedeloosheid die leeft on
der het Fransche volk. Steeds zorgelijker
worden d> leve s nstandighcd n, 1 r oogen
zijn gericht op aen sneldalenden franc, die
maar al te zeer bewijst hoe Frankrijk's bui-
tenlandsche politiek in het afgeloopen jaar
jot een ramp is geworden voor dit land.
Men moge al twijfelen of inderdaad de eco
nomische toestand van Frankrijk een derge
lijke ontwaarding der Fransche munt wet
tigt, niet te ontkennen valt dat deze haar
stempel drukt op het dagelijksch leven en
vrees voor de toekomst doet geboren worden.
Men gelooft niet langer in de onfeilbaar
heid van Pui icaré's Roerpo.'itiek en zijn jong
ste rede is niet in staat geweest die bezorgd
heid weg te nemen. Hij heeft daarin de moei
lijkheden van dezen tijd opgesomd, de oorza
ken aangegeven, hij heeft geen- oplossing
gebracht, geen verschieten geopend voor een
beteren en meer hoopvoller tijd. De rapporten
der deskundige commissies worden nog
steeds met spanning tegemoet gezien, maar
ondanks de wel wat optimistische beschou
wing van sommigen, is men algemeen hui
verig hier op al te groote verwachtingen te
bouwen. Een algemeene stemming van de-
pressie en ontevredenheid groeit met den
dag, wordt nog aangewakkerd door hen, die
niets liever verlangen dan in troebel water
te visschen en bij de a.s. verkiezingen de
vruchten te plukken van een regime, dat on
machtig is gebleken, de theoretische over
winning van Frankrijk in practische wel
vaart om te zetten. De linksche partijen wer
pen de schuld op Poincaré's onverzoenlijk
heid, op de slaafsche volgzaamheid van het
„Bioc National", waarvan zij zoowel de bin
nenlandsche als buitenlandsche politiek ver-
oordeelen. De rechtsche partijen verwijten de
regeering niet krachtig genoeg iegens Duitsch'
land te zijn opgetreden.
Allen zoeken naar een weg de eigen schuld
af te wentelen op anderen.
Kan het anders of daarbij moeten de bui
tenlanders het ontgel en. De meest onbillijke
beschuldigingen worden dagelijks op de
schouders gelegd van geallieerden en neutra
len. Wij waren de laatste weken persoonlijk
in de gelegenheid hier van zeer nabij een der-
gelijken gemoedstoestand te leeren kennen.
Ook ons land moest opnieuw ondervinden,
hoe nog steeds oude en weerlegde lasterpraat l
opgang weet te doen om Hollandsche neutra
liteit gedurende en na de oorlogsjaren in 'n
verkeerd daglicht te stellen. Het tijdschrift
„Les Annales" gelijk u wellicht, bekend is,
bracht een artikel van Victor Torbon, waarin
de grofste onwaarheden ten laste van Ne
derland werden gelegd. Wij hadden het voor
recht de eersten te zijn ons protest in een
Nederlandsch Dagblad te doen hooreri en te
gelijkertijd persoonlijk bij de redactie van
dit veel gelezen en in breeden kring gewaar
deerde tijdschrift, op een eerherstel aan te
dringen. Een kort bericht van de redactie
somde in een volgend nummer de welda
den op door Nederland aan Frankrijk bewe
zen, maar nam niets terug van de ingebrach
te beschuldigingen o vet Nederlands Neutrali
teit. Andermaal lieten wij ons protest hoo-
ren en na langdurige besprekingen met den
zeer begaafden A. Brisson, Directeur van
„Les Annales" werd ons een rectificatie toe
gezegd die in het nummer van 8 Maart 1.1.
een plaatsje heeft gevonden. Maar ook in dit
van welwillendheid getuigend naschrift, doet
zich nog een toon hooren die maar al te zeer
getuigt van een vijandelijke stemming tegen
over het buitenland, Nederland in zekeren zin
verwijt de vestiging van Duitsche banken in
Amsterdam, waarvan juist ieder Hollander
evengoed de gevaren inziet als ieder Fransch-
man, maar waartegen zijnerzijds niets valt te
doen. Het is dan ook niet dit laatste artikeltje
dat ons het incident met „Les Annales"
gesloten deed verklaren, maar wel de toe
zegging der Hoofdredactie dat binnenkort een
uitgebreide beschouwing aan de hand van
enkele door ons in 't Fransch vertaalde dag
blad-artikelen, aan dit onderwerp zullen
worden gewijd. Wij wachten deze met be
an gstelling af.
vijandelijke isolementspolitiek, maar in een
opbouwende samenwerking van alle landen
alleen de mogelijkheid is gelegen, een crisis
'0 bezweren, die het hoogtepunt is genaderd.
Wij blijven gelooven in een mogelijk her
stel der Fransche munt, indien een wijziging
til de binnen- en buitenlandsche politiek zich
voltrektde rijke bronnen van Frankrijks
bodem, door inteneen arbeid tot hoogere
productie worden gebracht.
Geld verloren, veel verloren, moed ver
loren, alles verloren.
De huidige stemming wijst maar al te zeer
op het laatste, om niet op een spoedige beter
schap in dit opzicht te hopen.
Parijs, 12 Maart 1924. Mr. P. v. S.
In samenwerking met „Ars Catholica" te
Leiden, zal door het Centraal Bureau voor
de K. S. A. in Nederland een klein album
worden uitgegeven met reproducties van het
boekje „Amstelredams Eer en de Opcomen".
Deze reproducties zullen worden voorzien
van een toelichting in vier talen (Neder
landsch, Engelsch, Fransch en Duitsch) van
Dr. J. F. M. Sterck te Heemstede.
Heb het aitstekeodste sas te bieden dat
iemand wenschen ban, hoe zal de wereld
het weten, indien gij niet adverteert.
JOHN. P. ROCKEFELLER.
Van Rijkswege zullen in 1924 beurzen voor
muziek- en zangstudie worden beschikbaar
gesteld ten behoeve van on- of minvermo
gende jongelieden van Nederlandsche na
tionaliteit, en wel
a. drie beurzen, elk groot ten hoogste
1500. voor jongelieden van buitengewonea
aanleg, die zich, ter voltooiing hunner stu
diën, naar het buitenland wenschen te bege
ven.
b. twee beurzen, elk groot ten hoogste
750, ten behoeve van hen, die muzi kalen
aanleg bezitten, ten einde hun de gelegenheid
te geven te studeeren in eenige groote stad,
waar zij een cursus in het door hun verlangde
muziek- of zangonderwijs kunnen volgen.
Belanghebbenden zullen zich aan een
examen voor eene daartoe ingestelde commis
sie hebben te onderwerpen. Sollicitanten voor
eene beurs, als bedoeld onder b. zullen alleen
voor dit examen worden opgeroepen, in
dien zij bewijzen kunnen overleggen, dat zij
hebben gestudeerd onder bekwame leiding
en reeds een zekere hoogte in de techniek
hebben bereikt.
Zij, die meenen voor eene dergelijke beurs
in aanmerking te kunnen komen, behooren
zich vóór 1 April 1924 bij gezegeld verzoek
schrift te wenden tot den secretaris-generaal
van het ministerie van Onderwijs.
<ri: •-
"ft' -VV'--
Intusschen valt deze conclusie te trekken,
uit de door mij gehouden besprekingen, die
hoewel uiterst vriendschappelijk, nu en dan
getuigden van wederzijdsche verontwaar
diging, dat Frankrijk slechts al te weinig be
grijpt of begrijpen wil van de rol door een
neutraal land als Nederland gedurende den
oorlog gespeeld. De heer Brisson en meerde
ren met hem hebben het mij onomwonden
verklaard in die neutraliteit maar ten halve
te gelooven. Dankbaar voor de ondervonden
sympathiebetuigingen en vele weldaden van
materieelen aard, kunnen zij de gedachten
niet van zich af zetten dat Nederland, meer
dan aan Frankrijk, Dujtschland zijn welwil
lendheid heeft betuigd.
Hoe dikwijls ook weersproken, zelfs door
personen uit het eigen land, blijft men de
francdaling al te gaarne toeschrijven aan bui
tenlandsche invloeden, aan een geweldigen
strijd tegen de Fransche munt, die niets met
de intrensieke waarde ervan zou te maken
hebben. En niet alleen Nederland moet het
in deze dagen ontgelden, ook Engeland en
Amerika ontkomen niet aan verwijten, mede
oorzaak te zijn van definancieele zorgen
waaronder Frankrijk thans gebukt gaat. Ze
ker wij begrijpen voor 'n groot deel, den ge-
dachtengang van het Fransche volk in deze
dagen. Het moet pijnlijk zijn aan te zien hoe
het eigen volk den nood der tijden, de duurte
van het leven meer en meer ondervindt, ter
wijl de vreemdelingen in de francdaling het
middel zien zich zelf ten koste van anderen
te verrijken.
Maar dit neemt niet weg dat zulks een
eerlijk oordeel niet mag vertroebelen, dat
het eenige middel is om tot een goede op
lossing te komen, het allereerste de hand in
eigen boezem te slaan.
Men moet niet langer den splinter zien in
het oog van anderen en den balk voorbijgaan
in het eigen oog.
En dit is slechts al te zeer het geval. Wil
Frankrijk inderdaad de huidige crisis te
boven komen, zoo zal het moeten breken met
een buitenlandsche politiek, die niet alleen
het eigen land maar ook geheel Europe heeft
belet den weg van vrede op te gaan.
Het zal bezuinigingsmaatregelen moeten
invoeren, sneller en krachtiger dan tot nu
toe hef geval - is. De Volksvertegenwoor
diging vooral zal hef zelfrespect moeten
hervinden, om het Fransche volk te doen
gevoelen dat inderdaad een welbewust lands
bestuur de leiding in handen heeft.
Geen politieke partijstrijd in het binnen
land, maar een krachtige éénheid is meer
dan ooit noodig, om de landsbelangen te die
nen. De uren, die Frankrijk thans doorleeft
zijn hoogst ernstig, ernstiger wellicht dan,
velen durven bekennen.
L' Union fait la force, dit moge Frankrijk
zich bewust worden. Maar dit niet alleen. Het
moge ten spoedigste jjizien, dat niet in een
Hierboven reproduceeren wij de foto's
van de drie bekende Haarlemscue
Musici, mej. Mia Peltenburg, Willem
Andriessen en Hendrik Andriessen,
die hedenavond in den Stadsschouw
burg te Haarlem een concert geven.
Voor deze uitgave zal worden gestreefd
naar fraaie uitvoering en goedkoopen prijs,
waardoor dit alleszins merkwaardige boek,
waarover Dr. J. F. M, Sterck reeds verschil
lende malen belangwekkende verhandelingen
schreef, in handen van allen komen kan.
Deze schoonmaaktijd is een zeer geschikte
gelegenheid om er nog eens aan te herin
neren, dat aan het Centr.-Bureau der K.S.A.
verbonden is een afdeeling „Lectuurbemid-
deling, welke steeds gaarne boeken en
jaargangen van groote tijdschriften in ont
vangst neemt, teneinde hiermede allerlei
R, K, Bibliotheken fte kunnen steunen.
Ook zullen plaatselijke boekeninzamelin-
gen in dezen tijd bijzonder goede resultaten
hebben. Het feit dat ze reeds in tal van
plaatsen georganiseerd worden of in voorbe
reiding zijn en bet succes steeds buiten ver
wachting is, moge voor andere plaatsen
een prikkel zijn ter navolging.
Voornoemd Bureau (Steenschuur 17, Lei
den) zendt gaarne op aanvrage gedrukte
handleidingen toe.
De afdeelmg „Holland" van de Vaticaan-
sche. Consultatiebibliotheek verkeert in een
buitengewoon armoedigen toestand, wijl daar
zelfs de allernoodzakelijkste werken ont
breken. Door bemiddeling van het Nederl.
Historisch Instituut te Rome heeft de Pre
fect zich gewend tot he't Centraal Bureau
voor de K. S. A, in Nederland te Leiden, met
het verzoek om hulp te verleenen in den
vorm van boekenzendingen.
Het is voor de Nederlandsche Katholieken
een eerezaak, dat aan dezen beschamenden
toestand zoo spoedig mogelijk een einde
worde gertiaakt. Voornoemd Bureau zal
daarom gaarne boeken en tijdschriften voor
dit doel in ontvangst nemen Waar zoo goed
als niets aanwezig is, zullen dankbaar wor
den aanvaard allerlei werken, en jaargangen
van tijdschriften op het gebied onzer Va-
.derlandsche en Kerkelijke Geschiedenis. Ook
worden gaarne ingewacht jaargangen van
.,De Katholiek", „Studiën" cn „De Beiaard",
terwijl bijdragen in geld voor verschillende
hoognoodige aanschaffingen ten zeerste zul
len worden gewaardeerd.
De deskundige bijstand van het Neder
landsch Historisch Instituut waarborgt een
doelmatige aanvulling der consultatieboe
kerij.
Het adres van het Bureau is: Steenschuur
17, Leiden (telef. no. 1310).
Teneinde moeilijkheden bij den invoer
van planten en plantendeelen in de Vereenig-
de Staten van Amerika te voorkomen, her
innert de inspecteur, hoofd van den planten
ziektenkundigen dienst, allen die deze pro
ducten naar dit land exporteeren aan het
voorschrift, dat aDe zendingen geheel vrij
moeten zijn van aarde. Wortels van planten,
bloembollen en andere producten moeten
daarom op zoodanige wijze behandeld zijn,
dat zij bij aankomst geen aarde bevatten
en dat zich ook geen droge losse aardeeltjes
in de kist hebben kunnen verzamelen.
Dit geldt ook voor zendingen, die zonder
certificaat van den Plantenziektenkundigen
dienst worden verzonden n.l. van peen, pasti-
naak en andere wortels, die, volgens een ont
vangen bericht in Amerika niet van alle aan
hechtende aarde gezuiverd aankomen. Ook
deze wortels moeten geheel vrij zijn van aar
de en dus zoo noodig gewasschen worden.
Het is van het hoogste belang dit aan dit
voorschrift van den Federal Horticultural
Board streng de hand wordt gehouden en alle
ambtenaren van den Plantenziektenkundigen
Dienst zullen voor zoover de planten aan in
spectie zijn onderworpen, op de uitvoering
ervan zeer nauwkeurig letten.
Verzenders van pastinaak, peen e.d. zul
len, indien zij hun handel niet aan ernstige
gevaren bloot willen stellen, daarop zelf
dienen te letten.
De examens ter verkrijging van akten van
bekwaamheid voor lager onderwijs in de
Fransche, Duitsche en Engelsche talen zullen
in 1924 worden gehouden in de maand Au
gustus, zoo noodig ook in het laatst van Juli,
evenals de examens M. O. acte A. in de Fran
sche, Hoogduitsche en Er.gelsche talen.
De examens M. O. acte B. in de Fransche,
Duitsche en Engelsche talen, zoomede de
examens M. O. in de Italiaansche en de
Spaansche talen en letterkunde zullen wor
den gehouden gedurende het tijdvak, aan
vangende met het begin der Kerstvacantie op
de H. B. S. en tot en met 31 Decen b:r, zoo
noodig ook eenige dagen vóór den aanvang
der Kerstvacantie.
Voor degenen, die voornemens zijn zich
aan het examen voor de acte B in de Fransch#
Duitsche en Engelsche talen te onderwerpen,
zal desgewenscht gelegenheid bestaan het
taalkundig gedeelte in de maand Juli af te leg
gen, terwijl het letterkundig gedeelte op der
gewonen tijd, namelijk de maand December,
bepaald blijft.
Candidaten voor de acte B in de Fransche
taal en letterkunde kunnen, desgewenscht,
ook het letterkundig gedeelte in den zomer
afleggen.
Candidaten voor de B-acten in de Fransche;
Duitsche en Engelsche talen, die voor een
bepaald onderdeel een onvoldoend cijfer
mochten krijgen, zullen niet uitsluitend op
dien grond worden afgewezen, indien zij bij
het afleggen van hetzelfde examen ten vorigec
jare voor dat onderdeel voldoende werden
bevonden.
De examens M. O. in schoonschrijven
zullen worden gehouden in de maand Sep
tember.
De examens M. O. in wis- en natuurkun
dige wetenschappen en in de wiskunde lager
onderwijs zullen aanvangen in de eerste da
gen van September, zoo noodig reeds in het
laatst van Augustus.
Bepaald is dat van militairen voor huis
vesting en waterverbruik, van hun bezoldi
ging zal worden ingehouden
Van ongehuwden 5 ten honderd van hur.
bezoldiging, met een maximum van 15C
per jaar voor wat de officieren betreft en van
100 voor wat betreft het personeel beneden
dien rang.
Voor gehuwden en van hen, die als zooda
nig worden beschouwd, de getaxeerde huur
waarde van het door hen bewoonde perceel
of perceelsgedeelte, met dien verstande, dat
zij die verplicht zijn in een ambtswoning te
wonen, worden onderworpen aan een korting
van ten hoogste 15 ten honderd hunner be
zoldiging, in beide gevallen vermeerderd
met de vergoeding voor waterverbruik.
Deze bepaling wordt niet toegepast t.a.v.
den Gouverneur van en den Eersten officier
aan de K. M. A. en het personeel beneden den
rang van officier der kon. marechaussee, met
uitzondering van de schrijvers en de hoef
smeden.
De gehuwde militairen beneden den rang
van officier van het korps politietroepen, die
al dan niet in een rijkswoning zijn of zullen
worden gehuisvest, ontvangen of zullen ont
vangen 'n tegemoetkoming van vijf ten hon
derd der bezoldiging, met dien verstande, dat
zij, die in een rijkswoning zijn of zullen wor
den gehuisvest, nimmer een hoogere tege
moetkoming zullen ontvangen dan de som
van de getaxeerde huurwaarde en water
verbruik van het bewoonde perceel of per
ceelsgedeelte.
De minister van Oorlog is gemachtigd in
bijzondere gevallen deze tegemoetkoming te
verhoogen tot een maximum van 200.
's jaars.
Vr. Ik ben van plan om 2den Paaschdag naar
het St. Jozefsgesticht te gaan in Schayk. Nu
heb ik deze reis een paar jaar geleden ook
gedaan en moest van Berchem goed een
uur loopen. Nu wilde ik tot 's-Hertogenboscji
met den trein. Kunt u mij zeggen oi er var
's-Hertogenbosch een autobus rijdt naar
Schayk en wat de kosten daarvan zijn?
Antw. De autobusdienst 's-Hertogenbosck
Grave heeft een stopplaats te Schayk.
De kosten 's-HertogenboschSchayk be
dragen 1. Het is niet onmogelijk, dat deze
prijs lager is geworden, daar dit tarief gold
in October 1923.
Vr. Ik heb een koeharen looper, waar ik
olie op heb gemorst. Hoe kan ik die vlek
ken er uit krijgen?
Antw. De plek met krijt of magnesia be
dekken en dan drenken met benzine. Dit
een paar maal herhalen.
Vr. van V.
Antw. Het bedrag is, naar ons beste we
ten. 18.45.
Vr. Kan men de 100.000 winnen op een
nummer dat zoogenaamd slaapt? (die de
Staat er uit haalt). Beloopt men de kans. als
wij een lot koopen van de loterij „Het Witte
Kruis" en een nummer hebben dat slaapt,
dat we dan nooit een kans hebben op een
hoofdprijs. Als men boven de 12.500 is,
speelt men dan altijd mee?
Antw.: De staat haalt er 2000 wisselval
lige nummers uit. Daarom begint het Witte
Kruis niet met No. 1, doch met 2000.
Voor de niet uitgekomen nummers wordt
dan het overschot in de plaats gesteld. Als
u een trekkingslijst van het Witte Kruis
koopt, zal u dat heel duidelijk worden ge
maakt. Boven de 12.500 haalt de staat er
geen loten uit.
U hebt dus evenveel kans de 100.000 te
winnen als in de Staatsloterij.
Vr.: Ik heb een glazen karaf, waarop de
stop zoodanig vastzit, dat deze er niet ai
kan. Hoe kan ik hem er af halen, zonder de
hals te breken?
Antw.: Maak de hals van de karaf door
middel van wrijven met een doek warm.
De stop zal dan los gaan.
Vr. Ik ben los werkman. Ik heb mijn aan
slagbiljet 19231924 thuis gekregen. Over
welk jaar loopt dat en welk tijdvak van
maanden?
Antw.: Over het kalenderjaar 1922.
Vr.: Ik beb witte Lancaster-gordijnen
waar erg het weer in zit. Kunt u mij zeggen,
hoe ik dit kan verwijderen?
Antw.: Wij vreezen, dat hiervoor geen
middel baat.
U kunt echter het volgende probeeren:
Een papje maken van magnesia en benzine,
dit op de gordijnen strijken en dan ai.
schuieren.
Wij waarschuwen echter met het oog oj
de benzine, niet te dicht bij het vuur hier.
mee te komen.
13.
„Heeft Marguerite bet nog nooit over
Vouwen gehad?"
„Ja, zeker."
„Heeft ze je gezegd dat ze trouwplannen
«ad?"
„Ja."
„En wat heb je toen gedaan?
„Bij die gelegenheid heb ik haar alles
verteld...." ti
„Dat ik een galeiboef was?
„Ja."
„En," .hernam de grijsaard met groote
bitterheid, „toen is zij zeker begonnen met
haar vader te haten en te verachten....
En in haar oogen is hij het geweest die
uaar met schande had overladen. Hij was
het geweest die haar liefde gebroken ^en
haar toekomrt vernietigd had, nietwaar?
Mevtouw Alban ttreek met haar beven
de vingers iangs haar voorhoofd waarop
het koude zweet parelde
„Etienne, Etienne," stamelde ze met ge
broken stem, „het is genoeg. Spreek
daar niet meer over... Zie je niet dat ik
sterf?"
„We zullen met spreken over j'ou, maar
over mijn dochter, die al den tijd dat ik
reeds bier ben geen woord tot mij heeft
gesproken, mij zelfs geen glimlach waardig
heeft gtekeurd."
„Neen! Laat ons eerst over mij spreken.
Je hebt nog vele jaren voor je: i k kan de
weken reeds tellen die mij nog overblijven
vóór mijn dood Etienneblijf je altijd
onvermurwbaar? Je bent nog onverzoenlij
ker dan de rechter tegenover 'n misdadi
ger. Als bij hen de misdaad is uitgeboet
wordt alles door de gerechtigheid verge
ven."
„Maar niet door dc maatschappij," lach
te hij.
Zij naderde tot dicht bij hem en greep
zijn hand in de hare. Tevergeefs trachtte
hij zich los te maken. Ze bevonden zich
midden in den tuin. Aan iedere zijde van
de laan kon elk oogenblik iemand te voor
schijn komen.
„Het is genoeg." riep hij uit, „ik veracht
je! Als mijn kinderen hier niet woonden
zou ik het je geen uur met mijn tegenwoor
digheid lastig maken.Ik zou dit buis
ontvluchten alsof er de pest heerschte!
„Ik geyoel dat de dood'reeds nadert! Het
is een stervende die tot je spreekt. Etien
ne, Etienne zie mij eens aanIs de kleur
van mijn gelaat niet reeds de kleur des
doods? Zijn mijn oogen niet reeds ge
broken? Etienne, beb toch medelijden met
een stervende!"
Ondanks zichzelven zag Etienne zijn
vrouw aan. De vlammende haat in zijn
oogen was plotseling verdwenenZijn
hart werd milder gestemd.... Medelijden
vervulde hem, medelijden met dit bekla- Antoinette, die nog steeds op de bank
genswaardige schepsel^ dat nauwelijks Ineer /at, met haar rug tegen een boom geleund,
bleef onbeweeglijk. Hare handen, die op
hare knieën lagen, beefden niet meer Ze
had haar hoofd zoo diep op de borst gebo
scheen te levenHet was of haar leven
slechts aan een zijden draad hing..,. Een
enkele schok was voldoende om haar ar
me ziel uit haar zwakke lichaam te doen
vlieden.
Zóó had hij haar nog nooit gezien
zóó vernietigd.... zóó terneergeslagen....
Het was of hij sprak tegen een lijk
Zij bemerkte dat het ijs van zijn hart
ging smelten. Ze hield zijn hand. nog ste
viger vast.
„Wat is er voor noodig om mij te kunnen
vergeven," stamelde zij.
„Ik kan je geen vergiffenis schenken, als
je alles niet opheldert tegenover Margue-
rite."
Huiverend stond Etienne*1 Alban op. Hij
staarde verwilderd om zich heen.
Antoinette verroeide zich niet.
Etienne liep naar links en rechts. Nie
mand had hen gehoord.
Hij keerde weer naar de bank terug,
doch ging niet zitten. Hij stond rechtop
voor zijn vrouw.
„Het gaat hier over mijn dochter,':' zei-r.
de hij.
„Ze bemint een jongen manTót el-
ken prijs wil ik haar gelukkig zien....Dan
zal ze mij toch wel een weinig liefhebben,
al weet ze wie ik ben....Ja, als ze'door
mij gelukkig wordt, moet ze mij wel bemin
nen!"
Etienne wachtte op antwoord.
gen dat haar gelaat niet zichtbaar meer
was.
„Wij moeten dit onderwerp met elkaar
bespreken," vervolgde hij. „Marguerite moet
de waarheid weten, de geheele waarheid....
Mijnheer Delost eveneens, als hij haar hand
komt vragen.,..En jij, Antoinette..jij zal
het hun zelf vertellen!"
Wederom heerschte dezelfde stilte. Me
vrouw Alban bewoog zich niet.
Hij sprak door. Hij was te opgewonden
om te bemerken dat haar onbeweeglijkheid
niet gewoon was.
„Als ge alles bekend zult hebben, zal ik
in de oogen van mijn kinderen in eere her
steld zijn....Dan eerst kan ik je vergiffenis
schenken
Als Albert Delos een edel man is
•en; een waarachtige liefde voor haar
koestert, zal hij zich niet door het verdriet
dat in ons leven geweven is, laten weerhou-,
den om haar te beminnen..Overigens wil
ik gaarne uit jullie leven verdwijnen als ik
daarmede het geluk van Marguerite verwer
ven kanIk ben hier voor niemand nut
tig, eerder het tegendeel...-"
Hij verwachtte dat Antoinette hem zou
antwoorden
Zij bleef echter in haar stilzwijgendheid
Volharden.
Etienne Alban verwijderde zich een stap.
„Ge zwijgt! Het is goed! Vanavond zullen
we samen spreken..Als iedereen in huis
slaapt kom ik in uw kamer en we zuilen het
erover hebben welke houding je hebt in te
nemen..Hier zijn we niet in de gelegen-
hid om een ernstig gesprek te voeren."
Hij ging heen.
Nog eenmaal keerde hij zich om en even
als daarstraks stonden zijne oogen zachter.
Medelijden verteerde Zijne gelaatstrekken.
Vervolgens keerde hij hefffg om en liep
met groote stappen in de richting van het
kasteel.
Het was hem of een waas voor zijn oogen
hing. Onder het loopen mompelde hij voor
zich uit: „Ongelukkige!Ja, je hebt ge
boet..., Als de boete de misdaad zou ver
zachten, als de boete de schande zou weg-
wasschen.... als mijn dochter niet de ge
volgen moest dragen van de misdaad van
haar moeder, o, dan zou ik gelukkig zijn
haar te kunnen vergeven. Hoe gelukkig zou
den we dan kunnen leven. Hoe schoon zou
alles dan zijnHet levep zou dan zoo
heerlijk en zoo schoon zijnO, het is
verschrikkelijk!"
Hij verdween tusschen de boomen.
Antoinette was in dezelfde houding blij
ven liggen.
NEGENDE HOOFDSTUK.
Rosa -verliet de boerderij. Om naar d en
akker terug te keeren, volgde ze betzelfde
voetpad, dat ze een half uur te voren gegaan
was. Ze zag spoedig in dat ze beter gedaan
zou hebben, zij het dan ook ten koste van
een paar minuten tijds, met den zoom van
het woud te volgen. Het mandje, waarin de
boerin haar de vier flesschen met ciderwijn
medegegeven had, hinderde haar in het loo
pen, daar zij telkens de takken opzij moest
duwen, die zich over den weg uitstrekten.
Ze stond op het punt om terug te keeren.
Nieuwsgierigheid maakte zich echter van
haar meester.... Zouden Marguerite Alban
en Albert Delost zich nog steeds op dezelfde
plaats bevinden?
Ze trachtte verder door te dringen, terwijl
ze met haar eenen arm het mandje omknelde
en met den anderen de taltken wegduwde.
Spoedig zette ze het mandje neer en
spiedde door het dichte gebladerte.
Ze zag niemand.... Plotseling echter viel
haar oog op iets wits dat in het groene gras
lag: ze zag dat het een lichaam was.
1 erstond had ze het kleed van juffrouw
Alban herkend.
„Ze ligt stil als een doode," mompelde
Rosa. „Wat zou haar schelen?.... Waar is
de ander gebleven?"
Ze dacht in het geheel niet meer
vader Lurieux en aan hare kameraden, die
nog steeds met ongeduld op haar wachtten,
versmachtend van dorst in de heete zon.
Ze bleef Marguerite staan beschouwen.
Na verloop van een minuut, toen ze be
merkt had dat Marguerite in het geheel
niet bewoog, mompelde ze opnieuwi .Z.
schijnt niet bij kennis te zijn."