ZI
Uit de Pers.
ELCK WAT WILS.
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT.
Derde Blad - Vrijdag 28 Maart 1924
Abraham Baruch Kleerekoper
Wat in Rotterdam niet mag
Andersdenkenden over den
Stillen Omgang.
De steun aan den Kon. Holl.
Lloyd.
Moedgevende cijfers.
Iets te veel.
STATEN GENERAAL.
TWEEDE KAMER.
Staaisbegrooting voor 1924.
UM9S0UW EN VISSSNERIJ.
Het mond- en klauwzeer.
Engelsche Narcissen in Neder
land.
Hoe trouwt men in Timor.
Het thuisbrengen in den goeden
ouden tijd.
„Tribunist" ventileert in de „Limb. K.
de volgende rake typeering van het socialis
tisch kamerlid A. B. Kleerekoper:
Dezer dagen had te Rotterdam in het
Luxor - theater voor genoodigden een eere-
voorsteiling plaats van de schitterende Lour-
des-film „Credo", die in Amsterdan zoo'n
overweldigend succes gehad heeft.
Inmiddels heeft, zooals we bereids meld
den, de gemeentelijke bioscoopcommissie in
de Maasstad, de film „Credo" afgekeurd en
mag zij niet vertoond worden aan kinderen
beneden de 16 jaar. Afgekeurd wegens pro
pagandistische strekking (lees omdat de
commissie in haar meerderheid door anti
papisme bezield is.)
Over de eere-voorstelling voor genoodig
den van „Credo" vertelt de Msb. het vol
gende
„Een groot aantal genoodigden vulde de
Zaal, maar er waren ook verschillende auto
riteiten aanwezig als de hoofdcommissaris van
politie, de heer Sirks, de chef van den zede
lij kheidsdienst, de lieer Voskuil, de hoofd
inspecteur van de zedenpolitie de heer v. d.
Weelen. Want er moet ernstig toegezien
worden op deze film, de gemeentelijke com
missie heeft bezwaar, onder deze film schuilt
Katholieke propaganda.
In ons vrije land mag voor alles propagan
da gemaakt worden, hier heerscht het recht
van het vrije woord en van de vrije drukpers.
De vrijdenkers-vereeniging „De Dage
raad" houdt iederen Zondag een meeting om
de menschen te laten protesteeren tegen een
God, van wien zij zeggen, dat Hij toch niet
bestaat.
De sociaal-democraten houden met verlof
der Overheid vrijelijk een reusachtigen pro-
pagandatocht op den lsten Meidag. De kin
deren op straat mogen er gratis naar kijken,
en zelfs elk jaar mag er een groot aantal
kinderen in den stoet meeloopen.
Al de%e propaganda is niet erg, het is hun
recht, de vrije actie in ons vrije land.
Maar nu geldt 't een Roomsche propa
ganda, en nog wel gehuld in de aantrekke
lijkheid van een cinematografisch meester
werk.
Er is periculum in mora.
Op voor 't Roomsche gevaar.
Waarom blijven de Katholieken niet ia
hun kerken
Waarom leggen zij nu ook beslag op bet
toonee! en den bioscoop
In Rotterdam, de stad van ds. Krop, is men
er van geschrokken.
Amsterdam heeft wat ruimer en royaler
opvatting, daar heeft men tegen de vertoo
ning van deze film niet het minste bezwaar.
Onder deze gearukte omstandigheden had
gisteren de eerste vertooning plaats.
De Lourdes-film is een van de technisch
meest volmaakte onder opzicht van regie
meesterlijkste filmen, welke nog ooit ver
toond zijn. Waardig, levensecht, voornaam
gedistingueerd, zonder eenige dramatische
dikdoenerij.
De ontroering der bezoekers stijgt met
elke acte, tot aan het slot bij de sublieme
tafereelen uit Lourdes de meestefl hun tranen
met meer kunnen gedwingen.
Sensatie, zeker, maar dan alleen de sen
satie van fijne zielsontroering.
Aan het slot jubelt uit het groote orgel
het juichende „Magnificat" dat Hubert Cuy-
pers, onder inspiratie van de machtige slot
scène gecomponeerd heeft.
Schoon Ja te schoon, misschien. En daar
om is tegen deze film een heftig verzet ge
groeid.
't Is Katholieke propaganda in de stad van
ds. Krop.
Waarom blij ven zij er niet mee in Lint
burg?
Maar hier in Rotterdam. Dat is velen te
machtig.
Hier is 't de stad voor. Charley, Fatty, Tom
Mix.
Maar Lourdes
Maria-vereering. Een wonder
Ongeschikt voor de jeugd.
Zelfs onze eigen Roomsche kinderen mo
gen er niet naar kijken,
Het liberale „Algemeen Handelsblad"
Was getroffen door de voorbeeldige stilte,
het plechtig en eerbiedig zwijgen der tien
duizenden. die daar gingen, zonder eenig ge
rucht, zonder eenig uiterlijk teeken: „Geen
ander geluid dan het rustige, regelmatige
stappen
Op 't Spui, "t begin- en 't eindpunt van
ien Stillen Omgang, is meer drukte, zijn
roeêr kijkers, waarvan enkele jongelui, als
'n tamme tegendemonstratie, eeri liedje aan
heffen, dat echter spoedig gesmoord wordt.
De groote groepen, die straks den weg af
zullen leggen, worden bier verzameld en
opgesteld, 't Gaat alles rustig en kalm, zon-
ier lawaai, zonder geroep zonder n kreet.
„De slapende stad merkt er niets van.
„En de duizenden, tienduizenden, van
heinde en ver gekomen ter stille huldiging
van 't Amsterdamsche Mirakel, stappen stil
in den pas voort, heel den langen nacht
door tot 't gloren van den eersten voorjaars-
Zondag.
Ook ditmaal was deze kleinsie van aile
Kamerleden er als de kippen bij om zich
door een veel omvattende redevoering de
leiding van 't debat te verzekeren, om te po
se eren als de kunstdeskundigc bij uitne
mendheid?
Het kwam evenwel verkeerd uit voor hem.
De heer van Ryckevorsel vond gelegenheid
om te wijzen op een dwaasheid in het be
toog van den socialistiscben woordvoerder
ten aanzien van de beteekenis en de waarde
van oude monumenten; de Katholieke spre-
teekenis van
onze v/.w uv .„oor v\\
die monumenten als stoffeering 2ev°
van 'ons landschap, dat de lieer Kleerekoper
zicli de zoozeer begeerde leiding zag ont
gaan.
A. B. K. was in den hoek gedrongen.
Er. dat moet voor,het ijdele pedante ventje
iets vreeselijk's zijn geweest. Dat bleek trou
wens uit de woedende nianier waarop hij met onstuimigen
van zich afbeet, waarop hij zich wendde
vruchteloos, echter om dc Kamer te over
tuigen, dat hij toch echt gelijk had gehad.
Want ijdel en pedant is de heer Kleere-
„Bij de behandeling der Afdeeling Kun
sten en Wetenschappen der begrooting van
Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen heb-
Was de deelneming verleden jaar naar oen we weer ruimschoots gelegenheid ge-
schatting al 'n veertig duizend, dit jaar is bad ons te ergeren aan het arrogant en pe-
dit getal ver overschreden, daar deze om- dante optreden van Abraham Baruch Klee-
gang een voorbereiding was voor het Intern, rekeper.
Eucharistisch Congres, dat in Juli a.s. al
hier zal worden gehouden
„Om half twee vertrok de eerste groep
van het Spui en tot half zeven Zondagmor
gen duurde onafgebroken deze omgang
voort. In de Kalverstraat, op het Spui en
eenige andere zeer drukke punten zorgden
bestuursleden voor een goede regeling, zoo
dat opstooping werd voorkomen".
In „De R. K. Werkgever" schrijft de re
dacteur (mr. L. G.) K(ortenhorst) over de
voorstellen tot steun aan den Kon. Hol.
Lloyd onder meer
„Wanneer wij ook al tot nu toe de hulp
van het bedrijfsleven voornamelijk-beschouw
den van den kant der industrie, dat belet
geenszins, dat wij ook waardeering zouden
kunnen hebben voor een poging, om, de
scheepvaart steun te bieden.
„Doch wat ons wel tegen de borst stuit is,
dat de liberale'pers die wij steeds weer in
het geweer zagen komen, wanneer de regee
ring op uiterst bescheiden wijze ingreep in
het economisch gebeuren, thans den uiterst
protectionistischen maatregel van overheids
wege onder huldebetuigingen begraaft.
„Waarom komt thans de Kamer van Koop
handel te Amsterdam, die haar dogmatische
banbliksems wierp naar het Schoenenwetje,
niet met een geharnast advies tegen dit wets
ontwerp in opstand"?
„Waarom vergeet thans de Rotterdarnsche
Kamer haar hooge beginselen, die geen enkele
tegemoetkoming aan de practische noodzake
lijkheid op dit terrein gedoogen, nu de
scheepvaart en niet de nijverheid protectie
vraagt
„Nu herhalen wij dat wij het een eisch van
goede economische politiek achten, een bron
van welvaart kunstmatig in stand te houden,
wanneer verwacht mag worden, dat bij het in
treden van normale omstandigheden, die
bron weer rijkelijk vloeien zal.
„Doch wij ontkennen ten sterkste, dat de
scheepvaart, en meer speciaal de Lloyd de
eenige onderneming is, die met een beroep op
het algemeen belang op steunverleening aan
spraak maken kan want de motieven, die in
grijpen van de overheid kunnen wettigen:
prestige, belang van andere ondernemingen,
handhaven van werkgelegenheid gelden in
talloos vele andere gevallen evenzeer,
„Wii Zullen geen voorbeelden noemen de
keuze is te groot."
De (a.-r.) Rotterdammer schrijft
Het laatste nummer van „Sociale Voor-
zórg" ontleent aan de Labour-Gazette een
vergelijking van de hoogte def loonen in de
verschillende landen.
Niet van de nominale loonen, het enkele
geldbedrag, waarbij rekening wordt gehou
den met de koopkracht.
De voornaamste prijzen, die het huishou
delijk budget drukken, zijn berekend en dan
wordt uitgedrukt hoe hoog in verband daar
mede de grootte van het loon is.
De ioonen te Londen worden als uitgangs
punt genomen en deze op 100 gesteld in De
cember 1923, 1 Maart 1923 en 1914 vóór
den oorlog.
Wij geven nu een vergelijking van de loonen
in enkele Europeesche landen op deze data.
Dan blijkt, dat in Berlijn liet loon op 1
December 1923 36, op 1 Maart 1923 57 was.
Ook de Brusselsche loonen blijven ver be
neden de Engelsche op 1 December 1923
61 op 1 Maart 1923 70.
Voor Christiania zijn de cijfers 89 en 92.
Voor Parijs 86 en 85-
Voor Praag 89 en 69.
Voor Stockholm 87 en 87.
Voor Weenen 49 en 47.
Voor Warschau 59 en 85.
En nu Amsterdam, hier zijn de cijfers 91 en
103.
Gelijk men ziet, worden naar deze bereken-
ning in Nederland en Engeland verreweg de
hoogste loonen uitgekeerd.
De hooge cijfers spreken te sterker omdat
in 1914 onze loonen tegenover de Engelsche
op 66 stonden, dus ongeveer twee derden van
de Britsche bezoldiging bedroegen.
Het 'reëele loon steeg niet onbeduidend.
Van moedgevende cijfers mag gerust wor
den gewaagd.
Ontwapening", uitstekend idee! Wat zou-. De heer K. TER LAAN bespreekt den opgeloopen! Spr- zal niet m^gaan met het
den de heeren er van denken, vriend MacVrijwilligen Larfstom. De Legercommiss.e amendement-Ter Laan omdat het bcarag
Donald uit te noodigen om het feest op te is bezig een onderzoek m te stellen naar de van -OO.oOO un de luchts P -P
luisteren'' -inrichting daarvan. Acht de minister het nog wil n anderen weg bewandelen. Laat de Mi-
ïuisicren. s... i i njster royaler zijn met de erkenning dat eer
■Sc cl „evident" is en laat hij de uitkeering
wat hooger maken dan 200. De uitkeerin-
en volgens de oude pensioenwet zijn droe-
Men ziet. met de leuzen-staat het er best noodig dit anti-revolutionnair instituut in
voor, star." te houden naast de gewone institu-
Het volk, datals het herfstblad door ten? Hoeveel kost de Bijzondere Vrijwillige
den wind. gesleurd wordt door herr,, die 't Landstorm op deze begrooting?
aan z'n leuzen bindt' zoo zong Schaep
man al in zijn tijd.
1 Mei wordt een grandioos feest!
„De Standaard" driesiart;
Men kent Starings aardig verhaal van An-
De heer DÜYMAER VA-N TWIST (A.-R.)
zegt, dat de Bijzondere Vrijwillige Land
storm in het geheel niet op deze begrooting
voorkomt.
De MINISTER zc-gt, dat de begrooting
vati Binneniandsche Zaken antwoord geeft
op de vraag van den heer 1 er Laan.
De heer VAN ZADELHOFF (S. D. A. P.)
verklaart zich tegen bet instituut der leger-
nette die, oud geworden, haar onverstandigepredikanten. Het gaat niet tegen de perso-
jeugd beschreide maar uitkomst zocht in eennen, maar tegen de instelling zeh, vooral
T 1 ijver nam zij van na de verdediging die de neer óc
-eel en kwam zoo gaf, n.l. dal het doel der instelling is,
ae predikanten belangstelling voorgons leger
en onze vloot zullen wekken.
Spr. stelt een amendement voor om den
post met 1.te verminderen, ten einde
verjongingskuur. In haar ijver nam zij van na de verdediging die de heer Schokking
het wondermiddel iets te veel en kwam zoo «af. n.L dat hei doel der instelling ,s. d«t
als een zuigeling weer in de wieg terecht.
Wij vragen ons af: is iets dergelijks den
Vrijheidsbond en zijn Seider overkomen?
De leider heeft op het congres der vorige
j week van zijn partij gewaagd van een ver
leer had het zoozeer bi] het rechte eind en gingskuur De liberale partij is jong en
nUo t„R'0 A,-orcfcnrbfjtf en ware en miste J*"»»"*»®
hij zeide zulke verstandige en ware en miste zoo zeide hij* en vol idealisme,
dingen over de groote cultuur-hlstoris.he P 1
waarde van onze monumenten over de he-
op een volgende begrooting den post te
doen vervallen.
De heer DEKKERS (R.-K.l meent, dat de
- ;1Qf nl)_' V"';jpredikanten en aalmoezeniers goed werk
Het schijnt, dat zij net won ermi e - doen door vertrouwensmannen te zijn van
blijkbaar ook al een
druppel te veel.
Niet de zuigeling in de wieg werd het tot,
maar wel de onstuimigheid van overmoe
dige jeugd, die aan gevaren niet denkt, en
slechts naar idealen jaagt.
Bij de discussie over de Begrooting 1 001
Buitenlandsche Zaken drong de heer Dres-
tnoed aan op het
vig! Laat de Minister ten slotte de uitkeering
wekelijks of maandelijks geven.
De heer SCHREURER. A.-R., zal dc zaak
naar waarheid voorstellen en dus rekening
houflen met de realiteit en de omstandighe
den ook al zal dat onbarmhartig schijnen.
Spr. hoopt dat het dc laatste maal is dat over
deze zaak moet worden gesproken. Dat zal
beter zijn voor de rust in het land. De dema
gogie in deze zaak moet nu maar ophouden.
De heer OUD, "V.D., betoogt tegenover
den hefer Schreurer, dat de verantwoordelijk
heid van slechte keuring rust op de militaire
autoriteiten, zoodat die ook de gevolgen
moeten dragen en niet de slachtoffers zelt
Spr. is voor het amendement-Ter Laan.
De heer VAN ZADELHOFF bestrijdt den
heer Schreurer en diens betoog betreffende
mobilisatie-slachtoffers. Spr. verzoekt den
Minister voor her, die blijvend invalide zijn,
een blijvende uitkeering vast te stellen.
Minister VAN DIJK gaat geheel accoord
met den heer Schreurer. Het oorzakelijk ver
band tusschen dc afkeuring en den militairen
dienst staat niet vast. Spr. wijst er verder op,
dat deze menschen minder zouden krijgen
volgen van 'n nieuwen politieke lijn, de ons stelJnen, maar rnoet er zich niet in mengen
zou brengen in de buurt der garantie-verdra- Dg heer 0UD (V.-D.) acht dit instituut
gen. De Minister heette we! bekwaam, maar j gen ver]engstuk van de mobilisatie, dat met
j te voorzichtig, te bedachtzaam. 'meer noodig is
de jonge mannen. Hij wenscht dus het insti
tuut te behouden.
De heer SCHEURER (A.-R.) heeit vroe
ger reeds zijn principieele opvatting over
dit punt uiteengezet. Spr. is niet tegen het I önder'dêoude Pensioenwet dan thans onder
instituut als zoodanig, maar heeft practische j dcz£ rc(5e;:,,g. Het- bedrag van .1 200 is het
bezwaren, die hij reeds eerder heest geop- j mjniimi°. er zij„ er die 1500 hebben uitge-
perd. De geestelijke verzorging is een Kwes- j d gekregen en die nog meer krijgen. Spr.
de Kerk, en de Staat kan dat werk hn,
tie van
Dc nieuwe liberale jeugd wilde onze
bui-
De heer DRESSELHUYS (V. B.) sluit zich
iemand ter wereld is zoozee. uvCIl„,gu d h poHtiek in gansch andere banen feij den hccr Oud aan.
de voortreffelijkheid der redevoeringen y j De heer SCHOKKING (C.-H.) heeft altijd
koper als geen ander Kamerlid.
Niemand ter wereld is zoozeer overtui
ijkheid der redevoeringen jeiden
van A. B. Kleerekoper als A. B. Kleerekoper Maar minister van Karnebeek teekende in nQg groote verwachtingen van het instituut
zelf. 2}in kostelijke rede de gevolgen van zulk ajs de predikanten een breede opvatting
En daardoor wordt het effect dier rede- onstuimigheid, die ons in plaats van den van j,un taak hebben.
voortdurend krijgsgevaar zou
bewaakt.
voeringen goeddeels vernietigd.
Het gevoel van eigen voortreffelijkheid is
zoo overheersebend bii Abraham Baruch, dat
bet tot ondragelijke zelfingenomenheid, tot
ondeelbare opgeblazenheid wordt. Met het
gevolg, dat iedereen de zelfgenoegzame pe
danterie ziet, maar niet meer het fraaie an
stijl en beelden hoort; dat iedereen denkt:
„Wat een onuitstaanbare kwast is die vent maar wijze
.toch!" en daardoor niet meer let op hetgeen onze v
de kwast zoo mooi weet te zeggen.
Zeer sterk heeft zich dit doen gelden op
de pers tribune. De heer Kleerekoper is een
der Kamrleden, die 't drukst interrumpee-
ren en hij heeft er inderdaad slag van om
het veelal grappig soms geestig te doen. En
toch komen er van zijn interrupties, maar
weinig „in de krant." -
Waarom? A. B. K.'s pedanterie brengt nu
eenmaal mee, dat de afgevaardigde na het
plaatsen eener interruptie door de Kamer
gaat loopen mei een gezicht, waarop met
ontzagwekkend groote letters geschreven
staat: ,Heb je 't gehoord? Hoe is-tie? Die zit
hè?" en dat hij nooit verzuimt naar de Pers
tribune te zien om zich ervan te overtui
gen, of z'n'interruptie daar wel is gehoord.
Met het gevolg, dat.... de interrupties van
A. B. K. wel steeds doordringen tot de
perskippenloop, maar toch zelden in de
verslagen worden opgenomen.
Kleerekopcs pedanterie is er een, die
wrevelig maakt.
Ook z'n partijgenooten kennen hem!
Een socialistisch lournalis-t, wien A. B. K.
"vrede een
k'Een weerlegging van dit streng betoog
was niet mogelijk.
Voor een vurig liberalen staatsman was
het als een koud bad.
De MINISTER zegt, dat de overheid
jongelui onttrekt aan het ouderlijk toezicht
en dal zij dus voor de geestelijke verzor
ging dient op te komen.
Afschaffen van het instituut var. aalmoe
zenier zou weer de lijdelijkheid ten op
En de Kamer gevoelde hoe gelukkig he: is, zichte van de geestelijke verzorging bij de
dat niet geüsurpeerde jeugdige overmoed, overheid brengen
bedachtzaamheid en voorzichtig-
erhoudingen met het büitsenland
Vergadering van Donderdag 27 Maart,
namiddag 1 uur.
Hoofdstuk VIII (Oorlog).
Voortgegaan wordt met de behandeling
van Hoofdstuk VIII (Oorlog) „er Staatsbe-
grooting voor 1924.
Hel amendement-K. ter Laan (geen her
halingsoefeningen) wordt verworpen met 5i
tegen 21 stemmen. Dr\r>\
Bij art, 24 bespreekt de heer BOON
(V.-B.) de vergoeding van 0.50 voor hen,
die uit de menage zijn en bij ouders thuis
eenmaal had. voorgehouden: „Als ik m n Op- 1 eten, Spr. schat deze kosten op ongeveer i jj„-
roerige Krabbels in het Fransch schreef, zou 150.OOO gulden. Hij acht dit overdreven
Het amendement-v. Zadelhoff wordt ver
worpen met 37 tegen 29 stemmen, rechts
tegen links.
Geneeskundige Dienst.
Mevr. DE VRIES—BRUINS. S. D„ be
pleit wederom de opheffing van den Mili
tairen Geneeskundigen Dienst en overdracht
van behandeling en verzorging aan de bur
gerlijke artsen en ziekenhuizen. De toe
stand zou goedkooper zijn en tevens beter
voor de zieken.
De beer SCHEURER, A.-R.. verdedigt
centralisatie van den geneeskundigen dienst.
Als het korps reserve-officieren van gezond
heid goed georganiseerd wordt, zal de dienst
beter worden.
De MINISTER zegt, dat de geneeskundige
dienst al zeer is ingekrompen. Van geheele
overdracht aan de burger artsen wil spr. niet.
weten, omdat hij een kern militaire artsen
moet behouden voor oorlogsformatie. Het
aantal artsen is al zóó klein dat er maar acht
beschikbaar zijn voor de keuringen. Verder
kan spr.' met inkrinping niet gaan.
De heer K. TER LAAN, licht toe zijn
amendement tol verlaging van den post voor
de luchtvaart met 1 millioen.
De. MINISTER verklaart dit onaanneme-
ik wereldberoemd zijn' en die heel veel had royaal.
moeten hooren over de voortreffelijkheden De Minister van Oorlog, de heer VA.
van Kleerekoper en diens zoontje, nam een- DIJK, zegt, dat er veel voor te zeggen is
maal de uitnoodiging van A. B. K. om een om dit af te schaffen. Spr. zal dit punt eens
borrel te gaan drinken aan onder deze voor- nader overwegen.
waarden: Er wordt den heelen avond niet De heer v. d. HEUVEL (A.-R.) vraag
'gepraat over de Oproerige Krabbels, niet andere^ wijze van paarden-aanschatfing^ en
over Kleerekoper junior en in het geheel
niet over Kleerekoper senior!
Deze collega kende z'n partijgenoot."
Het leuzenfeest.
„De Residentiebode" schrijft:
„Geen feest zonder snorkende leus, zoo
oordeelt de S. D. A. P. En ook het aan
staande „Meifeest" staat weer in dat tee
ken.
V*»» f 4
verzoekt te trachten paarden in eigen land
te koopen.
De heer K. TER LAAN (S. D. A. P.)
vraagt den Minister te bewijzen, dat het
eigen bureau voor remonteering noodig is.
Het systeem van remonteering acht hij on-
dewenscht, omdat het kleine paarden
geen invloed heeft op de fokkerij in het
algemeen.
De heer BRAAT (Platt. partij) wil wel
eens weten waarom men legerpaarden in het
buitenland koopt. De „knollen", die het
De S. D. A. P. beeft n.l. in overleg met |cger „oodig heeft, kan men tegen lager
het N. V. V., voor de viering van het Mej-_ prjjs 0p de binneniandsche markt koopen.
Het amendement wordt verworpen met 50
tegen 15 stemmen.
Bij art. 143 (chemische strijdmiddelen) be
strijdt de heer VAN ZADELHOFF, S. D. A
P., de oorlogvoering door middel van vergif
tigde gassen. Welk bedrag is voor den aan
maak uitgetrokken? Welke commissie van
wetenschappelijk werk is dat? Zij verrichten
een misdadig werk! Het is de voorbereiding
voor den massa-moord.
De MINISTER zegt, dat er geen geld is
uitgetrokken voor den aanmaak van giftige
gassen. Er is 5000 uitgetrokken voor de
verbetering van de gasmaskers en de rest is
noodig voor de verbetering der defensieve
middelen tegen de offensieve.
De heer VAN ZADELHOFF repliceert.
In dupliek deelt de MINISTER mede, dat
er alleen granaten met gifgassen zijn voor
laboratoriumproeven zooals reeds eerder
werd medegedeeld vergiftige gassen wor-
feest, de'voigende leuzen vastgesteld: Vóór'' D'e heer COLI.JN (A.-R.) zegt, dat met den door ons niet gemaakt,
democratie in staat en bedrijf, vóór hand- eenjgen goeden wil best op de Nederland-
having en doorvoering van den achturendag markt de noodige legerpaarden zijn te
en vóór ontwapening. koopen.
Men moet al wat doen, als men zooveel Qe heer VAN RAPPARD (V.-B.) wijst op
feesten moet vieren. Het is niet wel doen- dg zeer hooge verzekeringspremies die be-
lijk steeds iets toonbaars bij de hand te taald moeten worden voor de paarden,
hebben. Dan de oudjes nog maar weer eens j MINISTER zegt, dat in den laatsten
van stal gehaald en opgepoetst. Op de klep- tijd meer aankoopen in het binnenland heb-
pers nog draven willen, valt nog te be
zien.
En dan drie tegelijk. Als de eene het niet
doet, komt de andere op de proppen.
„Democratie in den Staat" sjonge, sjon
ge. een bedenkelijk iets in de handen der
S. D. A. P. van 1918.
„Democratie in bedrijf" vermoedelijk
zullen Bonger en Masereeuw, die er op het
jongste congres te.Amsterdam zoo harde
noten over kraakten, er de feestredenaars
over zijn.
„Handhaving e.n doorvoering acht-uren-
dag", terwijl heel de wereld inziet dat het
momenteel niet goed gaat.... dat belooft
ben plaats gehad dan voorheen. Daarmede
Het artikel wordt goedgekeurd.
Bij art, 184 verdedigt dc heer K. TER
LAAN een amendement om den sjeun aan
mobilisatie-slachtoffers, alsmede aan nun
weduwen en weezen van 30.000 op
200.000 te brengen. Spr. gaat breedvoerig
de voorgeschiedenis dezer uitkeering na en
betwist, dat men niet tot een wettelijke re
geling van de zaak zou kunnen komen. Daar-
zal trachten te komen tot hoogere uitkeerin-
gen: de som wordt in verschillende gevallen
niet in eens gegeven, zoodat aan den wensch
van min. Westerman reeds is voldaan. Het
bedrag van 30.000 voor de evidente geval
len zal wel oldoende zijn; wanneer er ech
ter nóg andere evidente gevallen zijn, zal spr.
het bedrag verhoogen. Dal is beter dan wan
neer men 200.000 uittrekt en dat bedrag
toch niet heclemaa) uitgeeft.
De heer K. TER LAAN, S.D.A.P., oordeelt,
dat de Minister een stap is vooruitgegaan,
maar handhaaft zijn amendement.
Het amendement wordt verworpen met 53
tegen 16 stemmen. (Vóór de soc.-democraten
er. de vrijz.-democraten).
Bij art. 213 wordt goedgekeurd het wets
ontwerp Vesiingbegrooting voor 1924 en bij
art. 214 het wetsontwerp begrooting van het
Fonds ter verbetering van de kustverdediging
dienst 1924.
De Oorlogsbegrooling wordt daarna goed
gekeurd met 46 tegen 23 stemmen. (Tegen
de soc.-democraten, de vrijz.-democraten er
de Vrijheidsbond).
Zonder discussie wordt goedgekeurd de
aanvulling en wijziging van de Pensioenwet
voor het reservepersoneel der landmacht.
AVONDVERGADERING.
Begrooting van Binnenlandschi
Zaken en Landbouw.
In de Avondvergadering is de behandeling
van de begrooting Ban Binneniandsche Zaken
afgebroken nadat de heer van Gijn een
amendement op de post Rijksbedrage in de
kosten van verpleging van armlastige krank
zinnigen, had verdedigd, waarvan de strek
king was den post, die door de regeering van
465,000 toi 15,000 is verlaagd op het
oorspronkelijke bedrag terug te brengen.
Minister Ruys bestreed dit amendement.
De heer van Gijn trok het daarop in.
Voor het overige was deze avondverga
dering voornamelijk belangwekkend door het
debat over de werkeloozenverzorging. Men
weet, dat de Regeering blijkens de Mil-
lioenennota voornemens was de werkeloo-
zen naar de armenzorg over te brengen, doch
dit voornemen na de vele critiek, die daarop
is uitgeoefend critiek. welke de Regeering,
naar de heer Smeenk opmerkte, had kunnen
voorkomen heefi laten varen. Voorloopig.
zei minister Ruys. Maar dit voorloopig zal
ook wel hier het langst duren. Voorloopig
namelijk had de Minister geen kans gezien
de practische bezwaren, vooral in een con
ferentie met de besturen der vier grootste
gemeenten tot uiting gekomen, uit den weg
te ruimen en mocht hij alsnog op het eerste
plan willen terugkomen, dan zou de Kamer
er in gekend worden. Aan aandrang om de
werkloozen, ondanks deze bezwaren, wel
naar de armenzorg te verwijzen, heeft lie?
niet ontbroken: raej. van Dorp en de heere»
van Gijn en Kersten hebben er voor ge
pleit en vooral eerstgenoemde legde het ei
extra-dik op: de werkeloozensteun deed het
moreele peil der arbeiders zooveel schade,
de luien leefden nu ten koste van de werk-
zamen en meer van die harde uitingen.
is niet gezeg"d, dat alle aankoop in het bui- na Saat spr. een aantal gevallen na, waaruit
teniand is uitgesloten. blijkt, in welken nood deze menschen ver-
Spr. wijst er op, dat in Engeland de gan- keeren
sche fokkerij van het z.g. lichte paard van
Landbouw naar Oorlog overgaat.
De heer DUYMAER VAN TWIST (A.-R.):
Dat doet nou MacDonald. (Gelach).
De MINISTER wenscht geen wijziging te
brengen in de inrichting der remonte.
De heer BRAAT wenscht geen subsidie
voor de paardensport en vraagt dan liever
het totalisatorverbod op te heffen.
De MINISTER zegt, dat het totalisator
verbod niets te maken heeft met de Oor-
logsbegrooting.
Spr. herinnert aan de oprichting van het
Nationaal Comité tot herdenking van de Mo
bilisatie, waarvan H.M. de Koningin be
schermvrouwe is. Wat zou het H. M. genoe
gen doen te hooren, dat de Kamer had be
sloten de slachtoffers der mobilisatie te
steunen!
Mej. WESTERMAN, V.-B., Vraagt den Mi
nister wat dieper in den zak te tasten voor
deze menschen. Spr. komt er tegen op, dat
de Minister zegt: Deze menschen zouden
ook zonder mobilisatie die kwalen hebben
Een wagon varkens bij Bentheim in beslag
genomen.
Door den rijksveearts te Bentheim, een
van Amsterdam gezonden en voor Duitsch-
land bestemden wagon varkens in beslag ge
nomen wegens vermoedelijke gevallen van
mond- en klauwzeer.
Op de Aalsmeersche bloemenveiling waren
dezer dagen uit Engeland dertig kisten af
gesneden narcissen aangevoerd.
Als een jonge man wil trouwen, kijkt hij
,-ocd uit met wie hij net huwelijk zal aan
gaan. Op zekeren avond gaat hij dan op
se zoek naar den vader van zijn uitverkorene
ïn presenteert hem kauw-peper en betelnoot
om te pruimen. De inboorlingen kauwen dit
mengelmoes altijd en het is de gewoonte dit
evenals bij' ons een sigaartje aan be
zoekers te presenteeren. De jonge, trouw
lustige man herhaalt zijn bezoeken zes dagen
achtereen en zorgt er natuurlijk voor, de bes
te pruim-materie mee te brengen. Eindelijk
yat hij allen moed bijeen en komt met zijn
^artewensch voor den dag, dat hij graag pa-
ja's dochter tot vrouw zou hebben. Meestal
"al de vader hem antwoorden, dat hij de
?-
zaak eens zal overleggen. Als de jongeling
weg is, vraagt de vader zijn dochter, of zij
van dien jongen houdt. Bemint nu het meisje
den jongeling niet, dan wordt zij met haar
moeder den eerstvolgenden avond vóór het
huis aan hem voorgesteld.
Zij zit dan tusschen vader en moeder in.
Na zich ongeveer een half uurtje onderhou
den te hebben gaan moeder en doenter weer
naar binnen. Meestal beslist het meisje reeds
na de eerste kennismaking als ze echter nog
twijfelt, dan mag ze nog eens voor het huis
komen, als de aanstaande m3ii op bezoek is.
Als de zaak beklonken is, moet de bruidegom
zeggen, wanneer zijn huis klaar is, want hij
is verplicht er voor te zorgen, dat het huis.
vóór de huwelijksvoltrekking in orde is.
Eerst dan wordt de dag van trouwen bepaald
en kennissen, vrienden en naburige dorpen
uitgenoodigd. Buffels, paarden er varken
worden voor het feest geslacht. Makny
s
DE ZEGEN VAN HET SPIRITISME.
'Mi
Medium; „Eindelijk heb ik contact met uw dierbaren echtgenoot. Welke boodscnap
wilt n da' ik hem overbreng?"
Dame, wier man kortelings overleden is: „O vraagt uwes 'm, juffrouw, waar ie de
levensverzekeringspolis het neergeleit," (Passing Show).
een soort sterke drank, en 't sap van den
wijn-palmboom, gedistilleerd met den rooden
wortel van bitterhout, wordt bij die gele
genheid gedronken. De inboorlingen, zin
gen, dansen,, springen en fuiven dagen
achtereen. De eerste is de eigenlijke dag,
waarop het huwelijk plaats vindt.
De tanden van het meisje worden met een
steen tot op het tandvleesch afgeslepen. Haar
handen en voeten worden door vrienden en
familieleden vastgehouden en haar hoofd rust
in den schoot van den operateur.. Men steekt
een stuk hout tusschen haar. tanden, zoodat
zij haar mond niet dicht kan doen. Dit slij
pen veroorzaakt natuurlijk een ontzettende
pijn. Tranen rollen haar over de wangen, maar
de onbarmhartige operateur gaat kalm en
zeker door, want tie n of twaalf stevige jongens
en meisjeshanden houden haar armen en
voeten en hoofd vast, zoodat zij zich onmoge
lijk kan verroeren.
Eens was ik uitgenoodigd bij een huwelijk
Keletek. Het meisje werd daar vijf maal
bewusteloos. Dan koelde men haar hoofd en
borst met frisch water en zoodra zij weer
bijkwam, begon het slijpen opnieuw, totdat
alle tanden onder en boven met 't tandvleesch
gelijk geslepen waren. Natuurlijk staan alle
stompjes, die van de tanden nog zijn overge
bleven, los, zoodat de minste aanraking groo
te pijn veroorzaakt. Weken achtereen kan zij
daarom niets anders eten dan rijst-water,
dat is rijst in water gekookt tot een melkachtig
papje. Als de buffels, paarden en varkens op
gegeten zijn zijn de huwelijksfeesten afge-
ioopen. Het jonge paar moet nu ir, het nieuwe
huis te zarnen leven. Het is hier de algemeene
opinie, dat de man slechts ééne vrouw mag
hebben. Het meisje moet ongerept haar rein
heid bewaard hebbenen de inboorlingen
zouden iederen jongeling ter dood brengen,
die iets minder eerbaars met een meisje zou
voorhebben. Op de andere eilanden zijn de
Zeden weer geheel anders.
ONDERSCHAT.
Rechter (sarcastisch): „Je bent een handige, gladde kerel, is niet?
Getuige: „As 'k niet onder eed stond, edelachtbare, zou ik graag van uwes 't zelfde
zeggen," (Passing Show.)
Wie kent ze niet, ai die boeken over welle
vendheid in den omgang met dames, waar
mede onze boekenmarkt overstroomd is ge
worden Maar een werk van dien aard,
dat reeds in het jaar 1662 in* 't licht is ver
schenen, onder den titel „Gids tot een
bevallige en aangename gesprekvoering,"
van Albertus Sommer, notaris en burger
te Hamburg, zal zeker weinigen onder de
oogen gekomen zijn. Dit werk levert in
de sierlijke uitdrukkingen van dien tijd een
kluchtig contrast op met de geschriften
van onze dagen. Onder den afzonderlijken
titel „Gesprekken bij het naar huisge lei
den", beveelt Albertus Sommer onder an
deren ook het volgende aan
De jonkman spreekt„Deugdzame juffer,
ik heb alle reden mij gelukkig te achten en
mij te verheugen dat heden mijn gelukster
eerst recht is opgegaan, naardien ik niet
alleen het voorrecht heb gehad in gezel-
schp te zijn met een zoo vriendelijke en
bevallige jonge dame, maar bovendien de
eer geniet eene zoo deugdzame juffer naar
huis te begeleiden."
Het meisje spreekt „Mijnheer, ik houd
het er voor, dat de meisjes zich hedenavond
gelukkig geacht mogen hebben, dat zij de
eer hebben gehad het bijzijn te genieten van
zulke bejeefde en bescheiden jonkmans
inzonderheid ben ik u zeer verplicht dat gij
de groote moeite neemt mij tot aan het huis
mijner ouders te begeleiden."
De jonkman „Deugdzame juffer, ik moet u
veelaer verschooning vragen dat ik 200
stoutmoedig heb durven zijn u bij het terug-
keeren van de bruiloft mijn geleide aan te
bieden. Uwe lieve en hartroerende ge
sprekken, uwe bevallige manieren en aan
gename vroolijkheid hebben mij daartoe
genoopt en daar komt ook bij, dat ik wensch
mij reden en verantwoording te kunnen ge
ven dat gij veilig en wel thuis zijt gekomen."
Het meisje „Mijnheer, uw beleefd ge
drag verplicht mij tot dankbaarheid ik zal
het, trots iedereen, op prijs weten te stellen
totdat ik in de gelegenheid ben u van mijn
kant eer te bewijzen."
Zou men in onzen tijd jongelieden, die
bij het naar huis gaan zulke gesprekken
voerden, niet onuitstaanbaar vinden
OM TE ONTHOUDEN.
Er is maar één tijdperk in het leven, waarin
de ziel het gemakkelijkst zich gewent, om
op de een of andere wijze te handelen en dit
tijdperk is de jeugd, wanneer de kinderlijke
ziel in de hand des opvoeders is als een was
sen beeld, dat alle indrukken bewaart, die
hij noodig acht voor het toekomstig geluk
van het kind te geven.
De deugd van geduld is. des te. grooter.
naarmate ze zeldzamer is.
Men vindt vele lieden, die kuisch en eer
baar zijn vele die matig zijn, nederig of
edelmoedig, anderen welke gaarne aalmoe
zen geven, of het goede leeren.
Er zijn er, die een vast geloof hebben,
doch men vindt weinig menschen, die bij
laster, beleediging of smaad, waarlijk geduldig
zijn.
Babbelachtigheid bij kinderen, is veelal
niets anders dan een prikkelende werking
der zenuwen, die overgaat op de spraak
organen.
Er kunnen weliswaar andere factoren
bijkomen, maar de hoofdzaak blijft het
„van zelf" in beweging komen van de spraak
organen. liet kind kart. som's s'u mond niet
houden.