ZI Uit de Pers. ELCK WAT WILS. NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT. Derde Blad - Vrijdag 28 Maart 1924 Abraham Baruch Kleerekoper Wat in Rotterdam niet mag Andersdenkenden over den Stillen Omgang. De steun aan den Kon. Holl. Lloyd. Moedgevende cijfers. Iets te veel. STATEN GENERAAL. TWEEDE KAMER. Staaisbegrooting voor 1924. UM9S0UW EN VISSSNERIJ. Het mond- en klauwzeer. Engelsche Narcissen in Neder land. Hoe trouwt men in Timor. Het thuisbrengen in den goeden ouden tijd. „Tribunist" ventileert in de „Limb. K. de volgende rake typeering van het socialis tisch kamerlid A. B. Kleerekoper: Dezer dagen had te Rotterdam in het Luxor - theater voor genoodigden een eere- voorsteiling plaats van de schitterende Lour- des-film „Credo", die in Amsterdan zoo'n overweldigend succes gehad heeft. Inmiddels heeft, zooals we bereids meld den, de gemeentelijke bioscoopcommissie in de Maasstad, de film „Credo" afgekeurd en mag zij niet vertoond worden aan kinderen beneden de 16 jaar. Afgekeurd wegens pro pagandistische strekking (lees omdat de commissie in haar meerderheid door anti papisme bezield is.) Over de eere-voorstelling voor genoodig den van „Credo" vertelt de Msb. het vol gende „Een groot aantal genoodigden vulde de Zaal, maar er waren ook verschillende auto riteiten aanwezig als de hoofdcommissaris van politie, de heer Sirks, de chef van den zede lij kheidsdienst, de lieer Voskuil, de hoofd inspecteur van de zedenpolitie de heer v. d. Weelen. Want er moet ernstig toegezien worden op deze film, de gemeentelijke com missie heeft bezwaar, onder deze film schuilt Katholieke propaganda. In ons vrije land mag voor alles propagan da gemaakt worden, hier heerscht het recht van het vrije woord en van de vrije drukpers. De vrijdenkers-vereeniging „De Dage raad" houdt iederen Zondag een meeting om de menschen te laten protesteeren tegen een God, van wien zij zeggen, dat Hij toch niet bestaat. De sociaal-democraten houden met verlof der Overheid vrijelijk een reusachtigen pro- pagandatocht op den lsten Meidag. De kin deren op straat mogen er gratis naar kijken, en zelfs elk jaar mag er een groot aantal kinderen in den stoet meeloopen. Al de%e propaganda is niet erg, het is hun recht, de vrije actie in ons vrije land. Maar nu geldt 't een Roomsche propa ganda, en nog wel gehuld in de aantrekke lijkheid van een cinematografisch meester werk. Er is periculum in mora. Op voor 't Roomsche gevaar. Waarom blijven de Katholieken niet ia hun kerken Waarom leggen zij nu ook beslag op bet toonee! en den bioscoop In Rotterdam, de stad van ds. Krop, is men er van geschrokken. Amsterdam heeft wat ruimer en royaler opvatting, daar heeft men tegen de vertoo ning van deze film niet het minste bezwaar. Onder deze gearukte omstandigheden had gisteren de eerste vertooning plaats. De Lourdes-film is een van de technisch meest volmaakte onder opzicht van regie meesterlijkste filmen, welke nog ooit ver toond zijn. Waardig, levensecht, voornaam gedistingueerd, zonder eenige dramatische dikdoenerij. De ontroering der bezoekers stijgt met elke acte, tot aan het slot bij de sublieme tafereelen uit Lourdes de meestefl hun tranen met meer kunnen gedwingen. Sensatie, zeker, maar dan alleen de sen satie van fijne zielsontroering. Aan het slot jubelt uit het groote orgel het juichende „Magnificat" dat Hubert Cuy- pers, onder inspiratie van de machtige slot scène gecomponeerd heeft. Schoon Ja te schoon, misschien. En daar om is tegen deze film een heftig verzet ge groeid. 't Is Katholieke propaganda in de stad van ds. Krop. Waarom blij ven zij er niet mee in Lint burg? Maar hier in Rotterdam. Dat is velen te machtig. Hier is 't de stad voor. Charley, Fatty, Tom Mix. Maar Lourdes Maria-vereering. Een wonder Ongeschikt voor de jeugd. Zelfs onze eigen Roomsche kinderen mo gen er niet naar kijken, Het liberale „Algemeen Handelsblad" Was getroffen door de voorbeeldige stilte, het plechtig en eerbiedig zwijgen der tien duizenden. die daar gingen, zonder eenig ge rucht, zonder eenig uiterlijk teeken: „Geen ander geluid dan het rustige, regelmatige stappen Op 't Spui, "t begin- en 't eindpunt van ien Stillen Omgang, is meer drukte, zijn roeêr kijkers, waarvan enkele jongelui, als 'n tamme tegendemonstratie, eeri liedje aan heffen, dat echter spoedig gesmoord wordt. De groote groepen, die straks den weg af zullen leggen, worden bier verzameld en opgesteld, 't Gaat alles rustig en kalm, zon- ier lawaai, zonder geroep zonder n kreet. „De slapende stad merkt er niets van. „En de duizenden, tienduizenden, van heinde en ver gekomen ter stille huldiging van 't Amsterdamsche Mirakel, stappen stil in den pas voort, heel den langen nacht door tot 't gloren van den eersten voorjaars- Zondag. Ook ditmaal was deze kleinsie van aile Kamerleden er als de kippen bij om zich door een veel omvattende redevoering de leiding van 't debat te verzekeren, om te po se eren als de kunstdeskundigc bij uitne mendheid? Het kwam evenwel verkeerd uit voor hem. De heer van Ryckevorsel vond gelegenheid om te wijzen op een dwaasheid in het be toog van den socialistiscben woordvoerder ten aanzien van de beteekenis en de waarde van oude monumenten; de Katholieke spre- teekenis van onze v/.w uv .„oor v\\ die monumenten als stoffeering 2ev° van 'ons landschap, dat de lieer Kleerekoper zicli de zoozeer begeerde leiding zag ont gaan. A. B. K. was in den hoek gedrongen. Er. dat moet voor,het ijdele pedante ventje iets vreeselijk's zijn geweest. Dat bleek trou wens uit de woedende nianier waarop hij met onstuimigen van zich afbeet, waarop hij zich wendde vruchteloos, echter om dc Kamer te over tuigen, dat hij toch echt gelijk had gehad. Want ijdel en pedant is de heer Kleere- „Bij de behandeling der Afdeeling Kun sten en Wetenschappen der begrooting van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen heb- Was de deelneming verleden jaar naar oen we weer ruimschoots gelegenheid ge- schatting al 'n veertig duizend, dit jaar is bad ons te ergeren aan het arrogant en pe- dit getal ver overschreden, daar deze om- dante optreden van Abraham Baruch Klee- gang een voorbereiding was voor het Intern, rekeper. Eucharistisch Congres, dat in Juli a.s. al hier zal worden gehouden „Om half twee vertrok de eerste groep van het Spui en tot half zeven Zondagmor gen duurde onafgebroken deze omgang voort. In de Kalverstraat, op het Spui en eenige andere zeer drukke punten zorgden bestuursleden voor een goede regeling, zoo dat opstooping werd voorkomen". In „De R. K. Werkgever" schrijft de re dacteur (mr. L. G.) K(ortenhorst) over de voorstellen tot steun aan den Kon. Hol. Lloyd onder meer „Wanneer wij ook al tot nu toe de hulp van het bedrijfsleven voornamelijk-beschouw den van den kant der industrie, dat belet geenszins, dat wij ook waardeering zouden kunnen hebben voor een poging, om, de scheepvaart steun te bieden. „Doch wat ons wel tegen de borst stuit is, dat de liberale'pers die wij steeds weer in het geweer zagen komen, wanneer de regee ring op uiterst bescheiden wijze ingreep in het economisch gebeuren, thans den uiterst protectionistischen maatregel van overheids wege onder huldebetuigingen begraaft. „Waarom komt thans de Kamer van Koop handel te Amsterdam, die haar dogmatische banbliksems wierp naar het Schoenenwetje, niet met een geharnast advies tegen dit wets ontwerp in opstand"? „Waarom vergeet thans de Rotterdarnsche Kamer haar hooge beginselen, die geen enkele tegemoetkoming aan de practische noodzake lijkheid op dit terrein gedoogen, nu de scheepvaart en niet de nijverheid protectie vraagt „Nu herhalen wij dat wij het een eisch van goede economische politiek achten, een bron van welvaart kunstmatig in stand te houden, wanneer verwacht mag worden, dat bij het in treden van normale omstandigheden, die bron weer rijkelijk vloeien zal. „Doch wij ontkennen ten sterkste, dat de scheepvaart, en meer speciaal de Lloyd de eenige onderneming is, die met een beroep op het algemeen belang op steunverleening aan spraak maken kan want de motieven, die in grijpen van de overheid kunnen wettigen: prestige, belang van andere ondernemingen, handhaven van werkgelegenheid gelden in talloos vele andere gevallen evenzeer, „Wii Zullen geen voorbeelden noemen de keuze is te groot." De (a.-r.) Rotterdammer schrijft Het laatste nummer van „Sociale Voor- zórg" ontleent aan de Labour-Gazette een vergelijking van de hoogte def loonen in de verschillende landen. Niet van de nominale loonen, het enkele geldbedrag, waarbij rekening wordt gehou den met de koopkracht. De voornaamste prijzen, die het huishou delijk budget drukken, zijn berekend en dan wordt uitgedrukt hoe hoog in verband daar mede de grootte van het loon is. De ioonen te Londen worden als uitgangs punt genomen en deze op 100 gesteld in De cember 1923, 1 Maart 1923 en 1914 vóór den oorlog. Wij geven nu een vergelijking van de loonen in enkele Europeesche landen op deze data. Dan blijkt, dat in Berlijn liet loon op 1 December 1923 36, op 1 Maart 1923 57 was. Ook de Brusselsche loonen blijven ver be neden de Engelsche op 1 December 1923 61 op 1 Maart 1923 70. Voor Christiania zijn de cijfers 89 en 92. Voor Parijs 86 en 85- Voor Praag 89 en 69. Voor Stockholm 87 en 87. Voor Weenen 49 en 47. Voor Warschau 59 en 85. En nu Amsterdam, hier zijn de cijfers 91 en 103. Gelijk men ziet, worden naar deze bereken- ning in Nederland en Engeland verreweg de hoogste loonen uitgekeerd. De hooge cijfers spreken te sterker omdat in 1914 onze loonen tegenover de Engelsche op 66 stonden, dus ongeveer twee derden van de Britsche bezoldiging bedroegen. Het 'reëele loon steeg niet onbeduidend. Van moedgevende cijfers mag gerust wor den gewaagd. Ontwapening", uitstekend idee! Wat zou-. De heer K. TER LAAN bespreekt den opgeloopen! Spr- zal niet m^gaan met het den de heeren er van denken, vriend MacVrijwilligen Larfstom. De Legercommiss.e amendement-Ter Laan omdat het bcarag Donald uit te noodigen om het feest op te is bezig een onderzoek m te stellen naar de van -OO.oOO un de luchts P -P luisteren'' -inrichting daarvan. Acht de minister het nog wil n anderen weg bewandelen. Laat de Mi- ïuisicren. s... i i njster royaler zijn met de erkenning dat eer ■Sc cl „evident" is en laat hij de uitkeering wat hooger maken dan 200. De uitkeerin- en volgens de oude pensioenwet zijn droe- Men ziet. met de leuzen-staat het er best noodig dit anti-revolutionnair instituut in voor, star." te houden naast de gewone institu- Het volk, datals het herfstblad door ten? Hoeveel kost de Bijzondere Vrijwillige den wind. gesleurd wordt door herr,, die 't Landstorm op deze begrooting? aan z'n leuzen bindt' zoo zong Schaep man al in zijn tijd. 1 Mei wordt een grandioos feest! „De Standaard" driesiart; Men kent Starings aardig verhaal van An- De heer DÜYMAER VA-N TWIST (A.-R.) zegt, dat de Bijzondere Vrijwillige Land storm in het geheel niet op deze begrooting voorkomt. De MINISTER zc-gt, dat de begrooting vati Binneniandsche Zaken antwoord geeft op de vraag van den heer 1 er Laan. De heer VAN ZADELHOFF (S. D. A. P.) verklaart zich tegen bet instituut der leger- nette die, oud geworden, haar onverstandigepredikanten. Het gaat niet tegen de perso- jeugd beschreide maar uitkomst zocht in eennen, maar tegen de instelling zeh, vooral T 1 ijver nam zij van na de verdediging die de neer óc -eel en kwam zoo gaf, n.l. dal het doel der instelling is, ae predikanten belangstelling voorgons leger en onze vloot zullen wekken. Spr. stelt een amendement voor om den post met 1.te verminderen, ten einde verjongingskuur. In haar ijver nam zij van na de verdediging die de heer Schokking het wondermiddel iets te veel en kwam zoo «af. n.L dat hei doel der instelling ,s. d«t als een zuigeling weer in de wieg terecht. Wij vragen ons af: is iets dergelijks den Vrijheidsbond en zijn Seider overkomen? De leider heeft op het congres der vorige j week van zijn partij gewaagd van een ver leer had het zoozeer bi] het rechte eind en gingskuur De liberale partij is jong en nUo t„R'0 A,-orcfcnrbfjtf en ware en miste J*"»»"*»® hij zeide zulke verstandige en ware en miste zoo zeide hij* en vol idealisme, dingen over de groote cultuur-hlstoris.he P 1 waarde van onze monumenten over de he- op een volgende begrooting den post te doen vervallen. De heer DEKKERS (R.-K.l meent, dat de - ;1Qf nl)_' V"';jpredikanten en aalmoezeniers goed werk Het schijnt, dat zij net won ermi e - doen door vertrouwensmannen te zijn van blijkbaar ook al een druppel te veel. Niet de zuigeling in de wieg werd het tot, maar wel de onstuimigheid van overmoe dige jeugd, die aan gevaren niet denkt, en slechts naar idealen jaagt. Bij de discussie over de Begrooting 1 001 Buitenlandsche Zaken drong de heer Dres- tnoed aan op het vig! Laat de Minister ten slotte de uitkeering wekelijks of maandelijks geven. De heer SCHREURER. A.-R., zal dc zaak naar waarheid voorstellen en dus rekening houflen met de realiteit en de omstandighe den ook al zal dat onbarmhartig schijnen. Spr. hoopt dat het dc laatste maal is dat over deze zaak moet worden gesproken. Dat zal beter zijn voor de rust in het land. De dema gogie in deze zaak moet nu maar ophouden. De heer OUD, "V.D., betoogt tegenover den hefer Schreurer, dat de verantwoordelijk heid van slechte keuring rust op de militaire autoriteiten, zoodat die ook de gevolgen moeten dragen en niet de slachtoffers zelt Spr. is voor het amendement-Ter Laan. De heer VAN ZADELHOFF bestrijdt den heer Schreurer en diens betoog betreffende mobilisatie-slachtoffers. Spr. verzoekt den Minister voor her, die blijvend invalide zijn, een blijvende uitkeering vast te stellen. Minister VAN DIJK gaat geheel accoord met den heer Schreurer. Het oorzakelijk ver band tusschen dc afkeuring en den militairen dienst staat niet vast. Spr. wijst er verder op, dat deze menschen minder zouden krijgen volgen van 'n nieuwen politieke lijn, de ons stelJnen, maar rnoet er zich niet in mengen zou brengen in de buurt der garantie-verdra- Dg heer 0UD (V.-D.) acht dit instituut gen. De Minister heette we! bekwaam, maar j gen ver]engstuk van de mobilisatie, dat met j te voorzichtig, te bedachtzaam. 'meer noodig is de jonge mannen. Hij wenscht dus het insti tuut te behouden. De heer SCHEURER (A.-R.) heeit vroe ger reeds zijn principieele opvatting over dit punt uiteengezet. Spr. is niet tegen het I önder'dêoude Pensioenwet dan thans onder instituut als zoodanig, maar heeft practische j dcz£ rc(5e;:,,g. Het- bedrag van .1 200 is het bezwaren, die hij reeds eerder heest geop- j mjniimi°. er zij„ er die 1500 hebben uitge- perd. De geestelijke verzorging is een Kwes- j d gekregen en die nog meer krijgen. Spr. de Kerk, en de Staat kan dat werk hn, tie van Dc nieuwe liberale jeugd wilde onze bui- De heer DRESSELHUYS (V. B.) sluit zich iemand ter wereld is zoozee. uvCIl„,gu d h poHtiek in gansch andere banen feij den hccr Oud aan. de voortreffelijkheid der redevoeringen y j De heer SCHOKKING (C.-H.) heeft altijd koper als geen ander Kamerlid. Niemand ter wereld is zoozeer overtui ijkheid der redevoeringen jeiden van A. B. Kleerekoper als A. B. Kleerekoper Maar minister van Karnebeek teekende in nQg groote verwachtingen van het instituut zelf. 2}in kostelijke rede de gevolgen van zulk ajs de predikanten een breede opvatting En daardoor wordt het effect dier rede- onstuimigheid, die ons in plaats van den van j,un taak hebben. voortdurend krijgsgevaar zou bewaakt. voeringen goeddeels vernietigd. Het gevoel van eigen voortreffelijkheid is zoo overheersebend bii Abraham Baruch, dat bet tot ondragelijke zelfingenomenheid, tot ondeelbare opgeblazenheid wordt. Met het gevolg, dat iedereen de zelfgenoegzame pe danterie ziet, maar niet meer het fraaie an stijl en beelden hoort; dat iedereen denkt: „Wat een onuitstaanbare kwast is die vent maar wijze .toch!" en daardoor niet meer let op hetgeen onze v de kwast zoo mooi weet te zeggen. Zeer sterk heeft zich dit doen gelden op de pers tribune. De heer Kleerekoper is een der Kamrleden, die 't drukst interrumpee- ren en hij heeft er inderdaad slag van om het veelal grappig soms geestig te doen. En toch komen er van zijn interrupties, maar weinig „in de krant." - Waarom? A. B. K.'s pedanterie brengt nu eenmaal mee, dat de afgevaardigde na het plaatsen eener interruptie door de Kamer gaat loopen mei een gezicht, waarop met ontzagwekkend groote letters geschreven staat: ,Heb je 't gehoord? Hoe is-tie? Die zit hè?" en dat hij nooit verzuimt naar de Pers tribune te zien om zich ervan te overtui gen, of z'n'interruptie daar wel is gehoord. Met het gevolg, dat.... de interrupties van A. B. K. wel steeds doordringen tot de perskippenloop, maar toch zelden in de verslagen worden opgenomen. Kleerekopcs pedanterie is er een, die wrevelig maakt. Ook z'n partijgenooten kennen hem! Een socialistisch lournalis-t, wien A. B. K. "vrede een k'Een weerlegging van dit streng betoog was niet mogelijk. Voor een vurig liberalen staatsman was het als een koud bad. De MINISTER zegt, dat de overheid jongelui onttrekt aan het ouderlijk toezicht en dal zij dus voor de geestelijke verzor ging dient op te komen. Afschaffen van het instituut var. aalmoe zenier zou weer de lijdelijkheid ten op En de Kamer gevoelde hoe gelukkig he: is, zichte van de geestelijke verzorging bij de dat niet geüsurpeerde jeugdige overmoed, overheid brengen bedachtzaamheid en voorzichtig- erhoudingen met het büitsenland Vergadering van Donderdag 27 Maart, namiddag 1 uur. Hoofdstuk VIII (Oorlog). Voortgegaan wordt met de behandeling van Hoofdstuk VIII (Oorlog) „er Staatsbe- grooting voor 1924. Hel amendement-K. ter Laan (geen her halingsoefeningen) wordt verworpen met 5i tegen 21 stemmen. Dr\r>\ Bij art, 24 bespreekt de heer BOON (V.-B.) de vergoeding van 0.50 voor hen, die uit de menage zijn en bij ouders thuis eenmaal had. voorgehouden: „Als ik m n Op- 1 eten, Spr. schat deze kosten op ongeveer i jj„- roerige Krabbels in het Fransch schreef, zou 150.OOO gulden. Hij acht dit overdreven Het amendement-v. Zadelhoff wordt ver worpen met 37 tegen 29 stemmen, rechts tegen links. Geneeskundige Dienst. Mevr. DE VRIES—BRUINS. S. D„ be pleit wederom de opheffing van den Mili tairen Geneeskundigen Dienst en overdracht van behandeling en verzorging aan de bur gerlijke artsen en ziekenhuizen. De toe stand zou goedkooper zijn en tevens beter voor de zieken. De beer SCHEURER, A.-R.. verdedigt centralisatie van den geneeskundigen dienst. Als het korps reserve-officieren van gezond heid goed georganiseerd wordt, zal de dienst beter worden. De MINISTER zegt, dat de geneeskundige dienst al zeer is ingekrompen. Van geheele overdracht aan de burger artsen wil spr. niet. weten, omdat hij een kern militaire artsen moet behouden voor oorlogsformatie. Het aantal artsen is al zóó klein dat er maar acht beschikbaar zijn voor de keuringen. Verder kan spr.' met inkrinping niet gaan. De heer K. TER LAAN, licht toe zijn amendement tol verlaging van den post voor de luchtvaart met 1 millioen. De. MINISTER verklaart dit onaanneme- ik wereldberoemd zijn' en die heel veel had royaal. moeten hooren over de voortreffelijkheden De Minister van Oorlog, de heer VA. van Kleerekoper en diens zoontje, nam een- DIJK, zegt, dat er veel voor te zeggen is maal de uitnoodiging van A. B. K. om een om dit af te schaffen. Spr. zal dit punt eens borrel te gaan drinken aan onder deze voor- nader overwegen. waarden: Er wordt den heelen avond niet De heer v. d. HEUVEL (A.-R.) vraag 'gepraat over de Oproerige Krabbels, niet andere^ wijze van paarden-aanschatfing^ en over Kleerekoper junior en in het geheel niet over Kleerekoper senior! Deze collega kende z'n partijgenoot." Het leuzenfeest. „De Residentiebode" schrijft: „Geen feest zonder snorkende leus, zoo oordeelt de S. D. A. P. En ook het aan staande „Meifeest" staat weer in dat tee ken. V*»» f 4 verzoekt te trachten paarden in eigen land te koopen. De heer K. TER LAAN (S. D. A. P.) vraagt den Minister te bewijzen, dat het eigen bureau voor remonteering noodig is. Het systeem van remonteering acht hij on- dewenscht, omdat het kleine paarden geen invloed heeft op de fokkerij in het algemeen. De heer BRAAT (Platt. partij) wil wel eens weten waarom men legerpaarden in het buitenland koopt. De „knollen", die het De S. D. A. P. beeft n.l. in overleg met |cger „oodig heeft, kan men tegen lager het N. V. V., voor de viering van het Mej-_ prjjs 0p de binneniandsche markt koopen. Het amendement wordt verworpen met 50 tegen 15 stemmen. Bij art. 143 (chemische strijdmiddelen) be strijdt de heer VAN ZADELHOFF, S. D. A P., de oorlogvoering door middel van vergif tigde gassen. Welk bedrag is voor den aan maak uitgetrokken? Welke commissie van wetenschappelijk werk is dat? Zij verrichten een misdadig werk! Het is de voorbereiding voor den massa-moord. De MINISTER zegt, dat er geen geld is uitgetrokken voor den aanmaak van giftige gassen. Er is 5000 uitgetrokken voor de verbetering van de gasmaskers en de rest is noodig voor de verbetering der defensieve middelen tegen de offensieve. De heer VAN ZADELHOFF repliceert. In dupliek deelt de MINISTER mede, dat er alleen granaten met gifgassen zijn voor laboratoriumproeven zooals reeds eerder werd medegedeeld vergiftige gassen wor- feest, de'voigende leuzen vastgesteld: Vóór'' D'e heer COLI.JN (A.-R.) zegt, dat met den door ons niet gemaakt, democratie in staat en bedrijf, vóór hand- eenjgen goeden wil best op de Nederland- having en doorvoering van den achturendag markt de noodige legerpaarden zijn te en vóór ontwapening. koopen. Men moet al wat doen, als men zooveel Qe heer VAN RAPPARD (V.-B.) wijst op feesten moet vieren. Het is niet wel doen- dg zeer hooge verzekeringspremies die be- lijk steeds iets toonbaars bij de hand te taald moeten worden voor de paarden, hebben. Dan de oudjes nog maar weer eens j MINISTER zegt, dat in den laatsten van stal gehaald en opgepoetst. Op de klep- tijd meer aankoopen in het binnenland heb- pers nog draven willen, valt nog te be zien. En dan drie tegelijk. Als de eene het niet doet, komt de andere op de proppen. „Democratie in den Staat" sjonge, sjon ge. een bedenkelijk iets in de handen der S. D. A. P. van 1918. „Democratie in bedrijf" vermoedelijk zullen Bonger en Masereeuw, die er op het jongste congres te.Amsterdam zoo harde noten over kraakten, er de feestredenaars over zijn. „Handhaving e.n doorvoering acht-uren- dag", terwijl heel de wereld inziet dat het momenteel niet goed gaat.... dat belooft ben plaats gehad dan voorheen. Daarmede Het artikel wordt goedgekeurd. Bij art, 184 verdedigt dc heer K. TER LAAN een amendement om den sjeun aan mobilisatie-slachtoffers, alsmede aan nun weduwen en weezen van 30.000 op 200.000 te brengen. Spr. gaat breedvoerig de voorgeschiedenis dezer uitkeering na en betwist, dat men niet tot een wettelijke re geling van de zaak zou kunnen komen. Daar- zal trachten te komen tot hoogere uitkeerin- gen: de som wordt in verschillende gevallen niet in eens gegeven, zoodat aan den wensch van min. Westerman reeds is voldaan. Het bedrag van 30.000 voor de evidente geval len zal wel oldoende zijn; wanneer er ech ter nóg andere evidente gevallen zijn, zal spr. het bedrag verhoogen. Dal is beter dan wan neer men 200.000 uittrekt en dat bedrag toch niet heclemaa) uitgeeft. De heer K. TER LAAN, S.D.A.P., oordeelt, dat de Minister een stap is vooruitgegaan, maar handhaaft zijn amendement. Het amendement wordt verworpen met 53 tegen 16 stemmen. (Vóór de soc.-democraten er. de vrijz.-democraten). Bij art. 213 wordt goedgekeurd het wets ontwerp Vesiingbegrooting voor 1924 en bij art. 214 het wetsontwerp begrooting van het Fonds ter verbetering van de kustverdediging dienst 1924. De Oorlogsbegrooling wordt daarna goed gekeurd met 46 tegen 23 stemmen. (Tegen de soc.-democraten, de vrijz.-democraten er de Vrijheidsbond). Zonder discussie wordt goedgekeurd de aanvulling en wijziging van de Pensioenwet voor het reservepersoneel der landmacht. AVONDVERGADERING. Begrooting van Binnenlandschi Zaken en Landbouw. In de Avondvergadering is de behandeling van de begrooting Ban Binneniandsche Zaken afgebroken nadat de heer van Gijn een amendement op de post Rijksbedrage in de kosten van verpleging van armlastige krank zinnigen, had verdedigd, waarvan de strek king was den post, die door de regeering van 465,000 toi 15,000 is verlaagd op het oorspronkelijke bedrag terug te brengen. Minister Ruys bestreed dit amendement. De heer van Gijn trok het daarop in. Voor het overige was deze avondverga dering voornamelijk belangwekkend door het debat over de werkeloozenverzorging. Men weet, dat de Regeering blijkens de Mil- lioenennota voornemens was de werkeloo- zen naar de armenzorg over te brengen, doch dit voornemen na de vele critiek, die daarop is uitgeoefend critiek. welke de Regeering, naar de heer Smeenk opmerkte, had kunnen voorkomen heefi laten varen. Voorloopig. zei minister Ruys. Maar dit voorloopig zal ook wel hier het langst duren. Voorloopig namelijk had de Minister geen kans gezien de practische bezwaren, vooral in een con ferentie met de besturen der vier grootste gemeenten tot uiting gekomen, uit den weg te ruimen en mocht hij alsnog op het eerste plan willen terugkomen, dan zou de Kamer er in gekend worden. Aan aandrang om de werkloozen, ondanks deze bezwaren, wel naar de armenzorg te verwijzen, heeft lie? niet ontbroken: raej. van Dorp en de heere» van Gijn en Kersten hebben er voor ge pleit en vooral eerstgenoemde legde het ei extra-dik op: de werkeloozensteun deed het moreele peil der arbeiders zooveel schade, de luien leefden nu ten koste van de werk- zamen en meer van die harde uitingen. is niet gezeg"d, dat alle aankoop in het bui- na Saat spr. een aantal gevallen na, waaruit teniand is uitgesloten. blijkt, in welken nood deze menschen ver- Spr. wijst er op, dat in Engeland de gan- keeren sche fokkerij van het z.g. lichte paard van Landbouw naar Oorlog overgaat. De heer DUYMAER VAN TWIST (A.-R.): Dat doet nou MacDonald. (Gelach). De MINISTER wenscht geen wijziging te brengen in de inrichting der remonte. De heer BRAAT wenscht geen subsidie voor de paardensport en vraagt dan liever het totalisatorverbod op te heffen. De MINISTER zegt, dat het totalisator verbod niets te maken heeft met de Oor- logsbegrooting. Spr. herinnert aan de oprichting van het Nationaal Comité tot herdenking van de Mo bilisatie, waarvan H.M. de Koningin be schermvrouwe is. Wat zou het H. M. genoe gen doen te hooren, dat de Kamer had be sloten de slachtoffers der mobilisatie te steunen! Mej. WESTERMAN, V.-B., Vraagt den Mi nister wat dieper in den zak te tasten voor deze menschen. Spr. komt er tegen op, dat de Minister zegt: Deze menschen zouden ook zonder mobilisatie die kwalen hebben Een wagon varkens bij Bentheim in beslag genomen. Door den rijksveearts te Bentheim, een van Amsterdam gezonden en voor Duitsch- land bestemden wagon varkens in beslag ge nomen wegens vermoedelijke gevallen van mond- en klauwzeer. Op de Aalsmeersche bloemenveiling waren dezer dagen uit Engeland dertig kisten af gesneden narcissen aangevoerd. Als een jonge man wil trouwen, kijkt hij ,-ocd uit met wie hij net huwelijk zal aan gaan. Op zekeren avond gaat hij dan op se zoek naar den vader van zijn uitverkorene ïn presenteert hem kauw-peper en betelnoot om te pruimen. De inboorlingen kauwen dit mengelmoes altijd en het is de gewoonte dit evenals bij' ons een sigaartje aan be zoekers te presenteeren. De jonge, trouw lustige man herhaalt zijn bezoeken zes dagen achtereen en zorgt er natuurlijk voor, de bes te pruim-materie mee te brengen. Eindelijk yat hij allen moed bijeen en komt met zijn ^artewensch voor den dag, dat hij graag pa- ja's dochter tot vrouw zou hebben. Meestal "al de vader hem antwoorden, dat hij de ?- zaak eens zal overleggen. Als de jongeling weg is, vraagt de vader zijn dochter, of zij van dien jongen houdt. Bemint nu het meisje den jongeling niet, dan wordt zij met haar moeder den eerstvolgenden avond vóór het huis aan hem voorgesteld. Zij zit dan tusschen vader en moeder in. Na zich ongeveer een half uurtje onderhou den te hebben gaan moeder en doenter weer naar binnen. Meestal beslist het meisje reeds na de eerste kennismaking als ze echter nog twijfelt, dan mag ze nog eens voor het huis komen, als de aanstaande m3ii op bezoek is. Als de zaak beklonken is, moet de bruidegom zeggen, wanneer zijn huis klaar is, want hij is verplicht er voor te zorgen, dat het huis. vóór de huwelijksvoltrekking in orde is. Eerst dan wordt de dag van trouwen bepaald en kennissen, vrienden en naburige dorpen uitgenoodigd. Buffels, paarden er varken worden voor het feest geslacht. Makny s DE ZEGEN VAN HET SPIRITISME. 'Mi Medium; „Eindelijk heb ik contact met uw dierbaren echtgenoot. Welke boodscnap wilt n da' ik hem overbreng?" Dame, wier man kortelings overleden is: „O vraagt uwes 'm, juffrouw, waar ie de levensverzekeringspolis het neergeleit," (Passing Show). een soort sterke drank, en 't sap van den wijn-palmboom, gedistilleerd met den rooden wortel van bitterhout, wordt bij die gele genheid gedronken. De inboorlingen, zin gen, dansen,, springen en fuiven dagen achtereen. De eerste is de eigenlijke dag, waarop het huwelijk plaats vindt. De tanden van het meisje worden met een steen tot op het tandvleesch afgeslepen. Haar handen en voeten worden door vrienden en familieleden vastgehouden en haar hoofd rust in den schoot van den operateur.. Men steekt een stuk hout tusschen haar. tanden, zoodat zij haar mond niet dicht kan doen. Dit slij pen veroorzaakt natuurlijk een ontzettende pijn. Tranen rollen haar over de wangen, maar de onbarmhartige operateur gaat kalm en zeker door, want tie n of twaalf stevige jongens en meisjeshanden houden haar armen en voeten en hoofd vast, zoodat zij zich onmoge lijk kan verroeren. Eens was ik uitgenoodigd bij een huwelijk Keletek. Het meisje werd daar vijf maal bewusteloos. Dan koelde men haar hoofd en borst met frisch water en zoodra zij weer bijkwam, begon het slijpen opnieuw, totdat alle tanden onder en boven met 't tandvleesch gelijk geslepen waren. Natuurlijk staan alle stompjes, die van de tanden nog zijn overge bleven, los, zoodat de minste aanraking groo te pijn veroorzaakt. Weken achtereen kan zij daarom niets anders eten dan rijst-water, dat is rijst in water gekookt tot een melkachtig papje. Als de buffels, paarden en varkens op gegeten zijn zijn de huwelijksfeesten afge- ioopen. Het jonge paar moet nu ir, het nieuwe huis te zarnen leven. Het is hier de algemeene opinie, dat de man slechts ééne vrouw mag hebben. Het meisje moet ongerept haar rein heid bewaard hebbenen de inboorlingen zouden iederen jongeling ter dood brengen, die iets minder eerbaars met een meisje zou voorhebben. Op de andere eilanden zijn de Zeden weer geheel anders. ONDERSCHAT. Rechter (sarcastisch): „Je bent een handige, gladde kerel, is niet? Getuige: „As 'k niet onder eed stond, edelachtbare, zou ik graag van uwes 't zelfde zeggen," (Passing Show.) Wie kent ze niet, ai die boeken over welle vendheid in den omgang met dames, waar mede onze boekenmarkt overstroomd is ge worden Maar een werk van dien aard, dat reeds in het jaar 1662 in* 't licht is ver schenen, onder den titel „Gids tot een bevallige en aangename gesprekvoering," van Albertus Sommer, notaris en burger te Hamburg, zal zeker weinigen onder de oogen gekomen zijn. Dit werk levert in de sierlijke uitdrukkingen van dien tijd een kluchtig contrast op met de geschriften van onze dagen. Onder den afzonderlijken titel „Gesprekken bij het naar huisge lei den", beveelt Albertus Sommer onder an deren ook het volgende aan De jonkman spreekt„Deugdzame juffer, ik heb alle reden mij gelukkig te achten en mij te verheugen dat heden mijn gelukster eerst recht is opgegaan, naardien ik niet alleen het voorrecht heb gehad in gezel- schp te zijn met een zoo vriendelijke en bevallige jonge dame, maar bovendien de eer geniet eene zoo deugdzame juffer naar huis te begeleiden." Het meisje spreekt „Mijnheer, ik houd het er voor, dat de meisjes zich hedenavond gelukkig geacht mogen hebben, dat zij de eer hebben gehad het bijzijn te genieten van zulke bejeefde en bescheiden jonkmans inzonderheid ben ik u zeer verplicht dat gij de groote moeite neemt mij tot aan het huis mijner ouders te begeleiden." De jonkman „Deugdzame juffer, ik moet u veelaer verschooning vragen dat ik 200 stoutmoedig heb durven zijn u bij het terug- keeren van de bruiloft mijn geleide aan te bieden. Uwe lieve en hartroerende ge sprekken, uwe bevallige manieren en aan gename vroolijkheid hebben mij daartoe genoopt en daar komt ook bij, dat ik wensch mij reden en verantwoording te kunnen ge ven dat gij veilig en wel thuis zijt gekomen." Het meisje „Mijnheer, uw beleefd ge drag verplicht mij tot dankbaarheid ik zal het, trots iedereen, op prijs weten te stellen totdat ik in de gelegenheid ben u van mijn kant eer te bewijzen." Zou men in onzen tijd jongelieden, die bij het naar huis gaan zulke gesprekken voerden, niet onuitstaanbaar vinden OM TE ONTHOUDEN. Er is maar één tijdperk in het leven, waarin de ziel het gemakkelijkst zich gewent, om op de een of andere wijze te handelen en dit tijdperk is de jeugd, wanneer de kinderlijke ziel in de hand des opvoeders is als een was sen beeld, dat alle indrukken bewaart, die hij noodig acht voor het toekomstig geluk van het kind te geven. De deugd van geduld is. des te. grooter. naarmate ze zeldzamer is. Men vindt vele lieden, die kuisch en eer baar zijn vele die matig zijn, nederig of edelmoedig, anderen welke gaarne aalmoe zen geven, of het goede leeren. Er zijn er, die een vast geloof hebben, doch men vindt weinig menschen, die bij laster, beleediging of smaad, waarlijk geduldig zijn. Babbelachtigheid bij kinderen, is veelal niets anders dan een prikkelende werking der zenuwen, die overgaat op de spraak organen. Er kunnen weliswaar andere factoren bijkomen, maar de hoofdzaak blijft het „van zelf" in beweging komen van de spraak organen. liet kind kart. som's s'u mond niet houden.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1924 | | pagina 9