ELCK WAT WILS. NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT. Derde Blad - Zaterdag 12 April 1924 TREKJES 342. ORDE EN ARBEID. Het conflict in de Textiel industrie. RECHTSZAKEN. Poging tot doodslag op een veldwachter. KUNST EN KENNIS. Leop. Beers, t Petroleum als geneesmiddel Nationaal Sportpaleis. KERK EN SCHOOL. Priesternood. GEMENGD NIEUWS. Miltvuur. Brand te Eaam. Trein-ongeluk. Een z aam'julik am. BEL»fc.iy«.nLI)K GESCHRIJF. Pe. 16 April a.s. zal de arbeidsgeschillen- wet in werking treden. Tot rijksbemidde laars zijn benoemd de Burgemeester van Groningen de heer Retwich Verschuur, de oud-Ministers de Vries en v. IJsselstein en de heer Fruytier. De toekomst zal leeren of deze Rijks bemiddelaars de juiste personen zijn wat dus zeggen wil, dat zij een zoodanig ver trouwen weten te behouden, dat er van hun optreden succes kan worden verwacht. Want vooral van vertrouwen, hangt het af of men een bij uitstek moeilijke functie zal kunnen vervullen. En daarom kan niets slechter werken dan al bij voorbaat die per sonen als ongeschikt voor te steden. Door „het Volk" wordt dit r tans nuttig geoordeeld en zoo vinden we in .at blad van 9 dezer al een heel relaas over de „bedenke lijke benoeming." De Minister heeft ze niet aan de al te voor- uitstrevenden kant gezocht, de heer v. IJsel- stein heeft zich de faam verworven van maar al te vaak met de waarheid op gespannen voet te staan enz. Het wil mij echter voorkomen, dat we hier met een heel wat minder bedenkelijke benoeming, dan wel met een bedenkelijk ge schrijf te doen hebben. Men kan zeer wel andere personen wen- schen, maar de benoemden te voren reeds „zwart" te maken kan misschien overeen stemmen met de taktiek die men aan „Het Volk" volgt. Ik geloof echter niet, dat we verplicht zijn een dergelijke taktiek te be wonderen. De arbeidsgeschillenwet., kan van zeer groote beteekenis zijn, doch de moeilijkheid ligt juist in de tact, die de Rijksbemiddelaar moet bezitten om duurzaam het vertrouwen te behouden en niemand kan er slechter van worden als hij afwacht, hoe dat zal gaan. Waar de heer v. IJsselstein reeds aanstonds voor het zeer ernstige conflict in de Textiel industrie wordt geplaatst, kunnen ook de socialistische georganiseerde arbeiders er geen voordeel van hebben, wanneer op welke wijze dan ook de onderhandelingen worden bemoeilijkt. Of de benoeming gelukkig is geweest kunnen we pas later beoordeelen, maar ge schrijf als van „Het Volk" is in zich zelf al reeds nadeelig. A. J. L. DE REORGANISATIEPLANNEN VAN MINISTER AALBERSE. De Minister van Arbeid, Handel en Nij verheid heeft Dinsdag jJ. zijn plannen om trent de reorganisatie van de Sociale verze kering, aan de Tweede Kamer medegedeeld en de pers heeft er voor gegorgd, dat iedereen die zulks wilde, daarvan kennis heeft kunnen nemen. Het plan zelf, geeft de groote lijnen aan welke bij de verdere uitwerking zullen ge volgd worden en het spreekt dus wel van zelf, dat een definitief oordeel pas kan wor den geveld, wanneer de betrekkelijke wets ontwerpen zijn ingediend. Toch kan wel al worden gezegd, dat de plannen vrijwel overeenkomen met datgene, wat door het R. K. Vakbureau werd voor gestaan. Aan kritiek heeft het intusschen met ont broken en ook in de toekomst zal zij waar schijnlijk niet geheel uitblijven. De groote strijd gaat echter in hoofdzaak om twee belangrijke puntenten eerste vreest men, dat door het reorganisatieplan de invoering van de Ziektewet-Talma zij het dan eenigszins gewijzigd zal worden vertraagd en op de tweede plaats gaat het over het beginsel Bedrijfsvereeniging aangevuld door het Overheidsorgaan dan wel uitsluitend Over heidsorgaan. Daarnaast zijn nog 'tal van andere vraag punten b.v. of de ziektewet een Collectieve verzekering moet zijn, zooals b.v. bij de On gevallenwet het geval is en waarbij de ar beider slechts behoeft aan te toonen dat hij in loondienst werkzaam is of sinds een aan gegeven tijd als zoodanig werkzaam was, ofwel dat ieder afzonderlijk moet worden geregistreerd. Wat de vrees voor niet invoering van de Ziektewet betreft, deze is inderdaad niet zonder grond, maar de Minister wil er alles op zetten, dat de Ziektewet vooraf in behan deling komt en zoo mogelijk deze wetge vende periode nog wordt afgewerkt. Als dat mogelijk is en dat dient nu toch te worden aangenomen—|dan,zou het inderdaad dwaas heid zijn om, dwars door de plannen heen de uitvoering van de ziektewet alvast toe te vertrouwen aan de Raden van Arbeid, De moöie droom. De trein stond gereed.... puf te^ nog be iaard stoom-pluimpjes.nog 'n groot half uur zou 't duren eer ie weg moest De eerste Hongaartjes kwamen het perron al op, torsend de zware pakken, doozen, tasschen en manden met kleeren en koste- lij ke levensmiddelenin gezelschap van de pleegouders, die óók nog hielpen dragen de ruim-gemeten gaven. Ze gingen weer terug naar hun vaderland voor lange tijd gesterkt door de krachtige voeding en de liefderijke verzorging. En allengs werd het drukker op 't perron. Schel klonken de stemmetjes in gebroken getater van half Hollandsch-half Hongaarsch bij 't herkennen en 't zoeken naar 'n geschikte plaats voor de lange reis. Het was velen aan te zien, dat hun opge wektheid geforceerd was dat ze zich goed -wilden houden. En als zij dan even hun pleegmoeder of pleegvader aankekendan wendden ze het hoofd, met iets van verlegenheid over bun expresselijk druk-doen.... of om het vocht-geglinster in 'n paar ontmoetende oogen. Ook waren er, die met 'n behuild gelaat oaar de trein kwamen en, eenmaal in de cou- zoodat de moeilijkheden later nog grc t zouden zijn, dan thans reeds het geval is Wat de kwestie Bedrijfsvereeniging o Overheids-orgaan betreft, dtt schijnt v nog niet erg duidelijk te zijn zelfs vat he waarvan men anders zou verwachten ...ij ken velen met de w rking van de Bedrijfs vereeniging al heel slecht op de hoogte te zijn. Waar ik echter zoowel in de bedrijfs vereeniging als in het Overheidsorgaan eenigc ondervindingen heb kunnen opdoen, meen ik zoo vrij te mogen zijn, die onder vinding te stellen tegenover hun opvatting Men meent n.l. dat de uitvoering van de Sociale Verzekering door de Bedrijfsvereeni ging, van de Vakorganisatie te hooge eischen zal pellen en zij bij het aanvaarden van die taak, haar krachten overschat. Zelfs in de Maasbode van 9 April j.l. zag ik zij het in eenigs rs vage termen die gedachte ontwikkeld, op het Sociaal Congres te Utrecht is herhaaldelijk naar voren ge komen en bij de Kamerdebatten over de plannen van den Minister kon men eenzelfden toon beluisteren. Ik herhaal, dat naar mijn wijze van zien welke geheel overeenstemt met de opgedane ervaring, er voor de Vakorganisatie geen enkele vrees behoeft te bestaan om de be doelde taak op zich te nemen. Want wat wordt er van de Vakorganisatie gevraagd Moet zij soms een of ander af dwingen of kan men haar pressen bepalinger niet toe te passen Niets van dat alles. Zij heeft slechts te zorgen, dat in de Bedrijfsverecnigingen per sonen komen, die leeren de wet toe te passen en die, zoodra iets niet goed zou gaan dit aan de organisatie of het controleerend or gaan mede deel en. De Wet, daarop komt het aan slechts de uitvoering is aan de organisatie opgedragen en daarvoor is geen machtspositie in de boven aangegeven beteekenis noodig. En de -werkgevers behouden binnen hel raam van de wettelijke bepalingen de vrijheid om hun zaken te regelen zooals zij verkie zen. Ik hoorde een sociaal-democraat zeggen: „Dan halen we den klassenstrijd binnen de sociale verzekering." Daargelaten of sociaal democraten de meest geschikste personen zijn om tegen klassenstrijd te waken, gaat er juist van hef te zamen werken van werk gevers en werknemers mits dat te zamen werken practische beteekenis heeft en niet zooals bij de Raden van Arbeid op niets neerkomt een invloed ten goede uit die ook op ander terrein nuttig zal nawerken. Er zal nog gelegenheid te over Zijn, om over dit onderwerp de verschillende mee ningen te bespreken doch voor heden meen ik het bij deze enkele algemeene opmerkingen te moeten laten. A. J. L. DE ACHTURENDAG. Andermaal is door de heeren van dei Vrijheidsbond getracht een „tijdelijke" ver andering van de Arbeidswet te verkrijgen van 53 uur per week. Deze week bij monde var den heer Boon. Doch andermaal hebben de heeren nu! op het request gekregen. Dit is op zich zelf niet zoo vreemd, want na de regeeringsverklaring was van Minister Aalberse moeilijk anders te verwachten. Maar waar wel de aandacht op gevestigd mag worden, is datgene wat ik hier in deze ru briek ai zoo vaak heb betoogd n.l. dat het streven om de wettelijke norm van 8 uur te verleggen, (het overleg om tot tijdelijke afwijking te komen overeenkomstig art. 28 van de Arbeidswet nJ. door overleg tusscher. de werkgevers of zijn organisatie en de or ganisatie van werknemers), daardoor ten zeerste wordt bemoeilijkt. Zoolang de arbeiders in elke aanvraag om overwerk of verlegging van den arbeidsdag een min of meer bedekte poging zien om de Arbeidswet wèg of gewijzigd te krijgen zoo lang zal het wantrouwen voortduren en het overleg geschaad worden. De Minister heeft dat zeer duidelijk be licht en wie het gesprokene nog eens goed wil nagaan zal begrijpen hoe moeilijk het is om een beslissing te nemen als werkgevers en werknemers het niet eens kunnen worden Wie dus dat overleg bemoeilijkt, maakt het zich zelf en anderen niet gemakkelijk en daarom acht ik het niet van belang ontbloot het daarop betrekking hebbende gedeelte van 's Ministers rede hier weer te geven. Er is voor ieder wellicht iets uit te leeren: „Nu vraagt de heer Boon, omdat er reeds een zoo groot getal overwerkvergunningen gegeven moet worden, of ik voor twee of drie jaar den achturendag wil op zij zetten en er een tienurendag van wil maKen. Daar om zou het juist, zooals de arbeiders mij altijd hebben gezegd, te doen zijn. Ik heb gezegd laat dat maar aan mij over, dat doe ik toch nietIk denk er niet over dien weg op te gaan, ook niet in het belang van de industrie. Ik heb in het kort op Zwitserland gewezen. Wat is daar gebleken? Daar heeft men iets dergelijks gedaan. Ten slotte is het bij referendum weer vernietigd, maar er is anderhalf jaar verloopen tusschen de aan neming van de wet en de verwerping van het referendum. Maar wat is na de verwerping gebleken In een van de groote werkgevers bladen in Zwitserland heb ik gelezen,: nu de wet eenmaal is verworpen, willen wij wel zeggen, dat wij in hooge mate hebben be treurd, dat de Regeering met een dergelijk voorstel is gekomen, want wat is het gevolg geweest Toen dat voorstel er nog niet was; hebben wij nooit moeite gehad met overwerk vergunningen; als de inspecteur een zoodani ge vergunning gaf, waren de arbeiders bereid te werken, maar nu het wetsontwerp er is gekomen, met al de agitatie er tegen en vóór het behoud van den achturendag, denken de arbeiders, dat zij het hebben gewonnen en er dus niet langer dan 48 uren mag wor den gewerkt. Het gevolg is, dat er nu kort r gewerkt wordt dan er gewerkt zou zijn en kon worden, indien men dat experiment niet had ondernomen. Het klopt precies met de ervaring, die ik hier met de werkgevers en arbeiders heb opgedaan. Dringt men er te veel op aan den weg in te slaan, die ook door den heer Boon is verdedigd, dan zal ik toch niet anders handelen dan ik beb gedaan acht ik de overwerkvergunningen noodig, dan krijgt men die acht ik haar niet noodig, dan geef ik haar niet. Maar wat men wel zou krijgen, is dat men bijv., zooals in de bouwvakken, 10 uur des zomers mag werken, terwijl ner gens op de groote plaatsen van die ovêrwerk vergunning gebruik is gemaakt, daar de werkgevers er niet aan dachten het aan de arbeiders te vragen, daar dezen het toch niet zouden.willen. Dat bereikt men met dergelij ke algemeene bepalingen. Wanueer het er om te doen is om de Arbeidswet kapot te maken, gaat het op die wijze uitstekend dan begint men met 2 of 3 jaar en gaat dan verlengen en zoo komt men er wel. Maar als het er om te doen is om de Arbeidswet te behouden, maar de industrie zooveel mogelijk te hel pen als op een gegeven oogenblik noodig is, dan moet men niet den kant uitgaan, dien de heer Boon voorstelt, maar moet men blij ven handelen zooals tot nu toe door de Re geering is gehandeld de Arbeidswet hand haven, maar rekening houden met de bui tengewoon moeilijke omstandigheden, en dan heeft de ervaring geleerd, dat de arbei ders, Goddank, zooveel gezond verstand hebben, dat zij bijna als regel^ inzien, dat het noodig is langer te werken." A. J. L. DE WET OP DE COLLECTIEVE AR BEIDSOVEREENKOMST IN FINLAND Door den Finschen Rijksdag is in Novem ber 1923 eenwetsontwerp aangenomen be treffende de regeling der collectieve arbeids overeenkomst. Deze wet, welke na be krachtiging in de eerste helft van 1924 in werking zal treden, verstaat onder een col lectief arbeidscontract een overeenkomst door één of meer werkgevers of werkgevers- vereenigingen schriftelijk aangegaan met één of meer werknemersvereehigihgen be treffende de voorwaarden, welke in atht genomen zullen worden bij het aangaan van individueele arbeidsovereenkomsten 6f bij de arbeidsverhoudingen in het algemeen. Buiten de wet vallen contracten, waarbij eer toevallige groep personen zonder in eer organisatie vereenigd te zijn de parti; van arbeiderszijde vormt hierop zullen de tlgemeene bepalingen van het burgerlijk recht van toepassing zijn. Omtren* den voor- naamsten inhoud der wet moge verder het volgende worden medegedeeld. Collectieve arbeidsovereenkomsten kun nen worden aangegaan, hetzij voor een be paalden termijn, hetzij totdat opzegging geschiedt. Indien geen opzegtermijn werd overeengekomen, heeft elk der partijen het echt de overeenkomst na 3 maanden te doen eindigen. Wanneer verder een collectief contract voor langer dan 4 jaar is gesloten of /an toepassing blijft, kan dit na verloop van 4 jaar door elk der partijen ten allen tijde met 3 maanden worden opgezegd. Opzegging moet steeds schriftelijk geschieden. Gebonden door een collectief contract zijn de personen en vereenigingen, die daarbij partij zijn of met toestemming der partijen ich schriftelijk aansloten, alsook de werk gevers en werknemers, die lid zijn van or ganisaties, welke het contract teekenden. De tusschen deze personen gesloten individueele arbeidscontracten mogen niet in ongun stig m zin afwijken van de collectieve over- :enkomst. Bovendien mogen de werkgevers, gebonden door een collectief contract bin nen het gebied waarop dit c ntract betrek king heeft, ook met buiten de pa tijen staande werknemers onder hun personeel geen over eenkomst sluiten op voorwaarden, welke met het collectie contract in strijd zijn. De oepalingen der i ïdividueele overeenkomsten, welke afwijken van het betreffende eollee-' tieve contract, zullen in dergelijke gevallen nietig zijn en door de overeenkomstige van het collectieve contract worden vervangen. Overtredirig van de bepalingen van een collectief contract wordt gestraft met boete of wel schadevergoeding. In geval van zoo danige overtreding, dat van algeheele terzijde stelling van het ^contract moet worden ge sproken, zoodat van de andere partij geen handhaving van het contract kan worden geëischt, kan tot onmiddellijke opheffing worden overgegaan. Geschillen ontstaan in verband met een collectieve overeenkomst, worden door ae rechtbank berecht, tenzij tusschen partijen is overeengekomen, dat zij door een scheidsrechter zullen worden opge lost. Van elk collectief contract moet de be trokken werkgeverspartij binnen 14 dagen na onderteekening een door partijen gewaar merkt afschrift zenden aan het Ministerie an Sociale aangelegenheden. O ik is de werk geverspartij verplicht binnen 14 dagen mel ding te maken van het later toetreden van werkgevers, werkgeversverenigingen en werknemersverenigingen. De werkgevers zijn op straffe van boete verplicht in alle onder de bepalingen van een collectief con tract vallende werkplaatsen afschriften daar van te doen ophangen. Met uitzondering van de geldigheidsbe- palingen betreffende collectieve contracten, welke voor langer dan 4 jaar worden aange gaan, zal deze wet worden toegepast op alle contracten, welke bij het in werking treden der wet van kracht zijn. Gewaarmerkte af schriften daarvan moeten binnen één maand na het in werking treden der wet aan het Ministerie van Sociale Aangelegenheden worden toegezonden en in de betrokken, werkplaatsen worden opgehangen. Maandschr. v. d. Statistiek. R. K. BEDIENDEN. De R. K. Bediende geeft het verslag over 1 '23 waaruit o.m. blijkt, dat het ledenaantal iets gedaald is en wel van 4919 op 1 Januari 1923 tegen 4694 31 December 1923. Vijftien afdeelingen hadden een vooruit gang te boeken in totaal van 82 leden, de overige afdeelingen hadden een verlies van in totgal 307 leden. Aan werkloosheid is uitgekeerd f 65679.88. Voorts wordt een beknopte beschrijving ge geven van de verschillende actie's en den uit lag daarvan. Naar wij vernemen had de heer Zaalberg ich Donderdagmorgen nog niet tot de orga lisaties der arbeiders gewend in verband met haar voorstel om nader over het bemiddelings voorstel te beraadslagen. Volgens officieuse mededeelingen zouden de werkgevers verder overleg niet hebben afgewezen. Door het onverstandig en hatelijk optreden van de „moderne" or J isatie tegenover de Katholiek en Christ «F. k g.organiseerden, blijkt de verhouding tusschen de arbeiders bonden er niet beter op te worden. In „Het Hoog-Ambacht", orgaan van den R.K. Textielarbeidersbond, wordt o.m. me degedeeld, dat thans niet op de opruiende redevoeringen van den leider van het N.V.V. zal worden ingegaan. Het blad volstaat voor het oogenblik met „tegen een dergelijke handelwijze krachtig te protesteeren." Na de beëindiging van het conflict «zal de Katho lieke organisatie het optreden van den rooden bond in het openbaar onder handen nemen. Wij vernemen verder, dat de steunbewe ging in Katholieken kring nog steeds cres cendo gaat. Het collecteeren aan de kerken breidt zich steeds vefder uit. Vooral in het Haarlemsche diocees, doch ook in het U- trechtsche en Limburgsche, vindt deze wijz" van steUnverleeping geregelde toepassing. Voor de arrondissementsrechtbank te Roermond stond Dinsdag terecht de 24-ja- rige landbouwer L. V. uit Roggel, verdacht van poging tot doodslag op den veldwach ter van de Leygraaf aldaar. Bekl welke reeds 8 maanden in voorarrest zit, werd be schuldigd, dat hij op 24 S December 1922 terwijl hij aan het stroopen was, eenige schoten heeft gelost op den zich ook in het bosch bevindenden veldwachter met de be doeling dezen te dooden, althans zwaar li chamelijk letsel toe te brengen. Eenigen tijd nadien werd bekl. door den hond van der veldwachter gegrepen. In deze zaak waren elf getuigen gehoord, allen a decharge. Een der getuigen, de land bouwer G. L. uit Roggel werd reeds eerder voor deze zaak wegens meineed veroor deeld tot 1 Yï jaar gevangenisstraf. Het O. M. waargenomen door mr. Rie- ter, eischte ontslag van rechtvervolging met bevel tot onmiddellijke invrijheidstelling, terwijl de uitspraakwerd bepaald over 14 daoeu. Heb het ultstekendste aan te bieden dat iemand wenschen kan, boe zal de wereld het weten, indien tfii niet adverteert JOHN. P- ROCKEFELLER. pé gezeten, opnieuw hun traantjes lieten gaan. Juffrouw Voorders stopte nog 'n viertal gekookte eitjes in Lisa's boterhammen- trommeltje.... wurmde er nog 'n zakje flikjes bij en smokkelde er ook nog 'n pa piertje met drie guldens tusschen. Haar man knoopte 't laatste pakje dicht. beet op z'n lippen, om terug te duwen wat met geweld naar buiten wilde. Hij had zich nu eenmaal voorgenomen flink te blijvenen 'n huilende man was geen gezicht op zoo'n perronmet al die anderen d'r bij'. Lisa zelf hield zich ook dapper. Ze was nog wel 'n kinden ze ver langde wel erg naar huis, waar haar moe dertje ziek lag.... maar toch voelde ze t scheiden als 'n pijn, waarvan ze vermoedde, dat die niet gauw zou weggaan. Vooral omdat ze wist.dat andere. wat „moe" al had verteld toen Lisa 'n weel of zes bij hen was Dat ze op htm Marietje leek.... die al heel, heel lang bij Onze-Lieve-Heer was. gestorven op de leeftijd die Lisa nu had. 't Was geweest op 'n middag, dat Lisa zich met haar kleurboek vermaakte en „moe" recht over haar zat met 'n haakwerkje. En Lisa „moe" betrapte, dat ze haar tel kens maar zat aan te kijken. 't Meisje had het al vroeger bemerkt.... reeds in de eerste dagen van haar verblijf bij 't echtpaar Voorders. Maar die middac was 't haar sterk opge vallen. En met kinderlijke vrijmoedigheid had' ze naar de reden gevraagd. Toen was „moe" gaan huilen.... en Lisa op haar toegevlogen.... en met de armpjes om moe's hals had ze gevraagd of ze misschien stout was geweest. „Nee, engel" zoende moe haar toen en hield Lisa heel lang stijf vast. En vertelde 't.... van 't eenigst kindje., dat ook die donkerbruine oogen had en dat krullende haarLiet portretjes zien.. en 't gedachtenisplaatje waarvoor de Zustei van school 't gedichtje had gemaakt. Vanaf die middag was Lisa nog meer van haar pleegouders gaan houden. En nu, na 'n half jaar ongeveer, stond Lisa klaar, om terug te gaan naar Budapest Haar eigen moeder was erg ziek en wilde haar bij zich hebben. O, ja, ze wou wel graag naar moeder, die aok zoo lief was.maar zé was óók weer wat jong om de ernst van 'n mogelijk ver lies te beseffen.en 't was hier in Holland zoo goed.... ze herinnerde zich nog besi de ellende waar ze uit was gekomen toen. Soms kreeg ze 't gevoel of ze nu haai eigen ouders ging verlaten, om naar vreemde te gaan. Maar zóó mocht ze niet denkendat was verkeerd...- En ze zou flink blijven. Want „pa" en „moe" vonden het toch al too erg. In de trein zou ze wel huilen.... als ie eenmaal reed.,., en ze haar niet meer za gen. Te Zwolle is op 60 jarigen leeftijd plotse- ïng overleden de heer Leop. Beers, sedert 1903 directeur van hgt Stedelijk Muziek corps en leeraar aan de Stedelijke Muziek school aldaar en directeur van het Muziek? corps „Harmonium" van de Stork's fabrie ken te Hengelo. Te voren was de heer Beers onder-kapelmeester te Amersfoort. Het is misschien niet algemeen benend, d t in de kringen, waarin men gaarne kwak- zalvert petroleum als een geneesmiddel wordt beschouwd voor vele kwalen. Zoo we ten we van iemand, die zijn chronische rheu- matiek stelselmatig bestreed door *s ochtends op zijn nuchtere maag een slokje petroleum te nemen. En hij weerde, dat het probaat was. Nu lezen we in het Ned. Weekblad vaü een behandeling van suikerziekte met pre- troleum. Ds. Boshouwers heeft haar ge put uit het Journal des Practiciens, waarin prof. Donnadieu de ziektegeschiedenis mede deelt van een diabeteslijder die op raad van een kwakzalver druppels petroleum innam, waardoor hij in 1 y2 jaar volkomen genas. De man slikte aldien tijd 's morgens en 's avonds een theelepel petroleum. De leelijke smaak van 't middel kan men een beetje verbergen door 100 gram gemalen koffie gedurende 8 dagen met een liter petroleum te maceree- ren en daarna voorzichtig af te gieten. Na 't innemen van petroleum, een half uur vóór het ontbijt en 's avonds vóór het naar bed gaan drinkt met een slok sterke koffie zonder melk. In alle geval goedkooper dan insuline, maar of er veel helden gelijk de patiënt te vin den zijn? Persbureau H. Henney Jr. Co meldt ons uit den Haag, dat bij de Zaterdag j.l. gehouden trekking van bovenstaande onder neming in het Zuid-Hollandsch koffiehuis al daar bijna plaats te kort kwam En waar ook de vorige trekkingen (te Venlo en Bre de1 rich in bvitengewonen toeloop mochten verheugen, mag hieruit wel worden gecon cludeerd dat het streven Nederland een sportpaleis te verschaffen steeds grootere waardeering geniet. In het mooie boekje „Shall I be a Priest" /an William Doyle S.J. in het Nederlandsch bewerkt door L. v. den Biesen S.J. in „Priesterroeping" staan eenige markante voorbeelden van priesternood. Zend me een half millioen priesters, schrijft een Jezuiet uit Indië, en ik beloof u overvloedig werk voor hen te vinden en dat onmiddellijk. Bisschop Hart op de Philippijnen heeft bijna 100 parochies zonder priesters, een andere bisschop 60 eveneens verlaten. Dui zenden heidenen vragen het Doopsel, maar er is niemand om hen te onderrichten. Pater Fraser in China schrijft Mijn pa rochie is 125 K-M. lang en 62 K.M. breed. Ze heeft 750 steden, waarvan het aantal in woners van 500 tot een kwart millioen af wisselt, en omdat ontzaglij k veld te bestrij ken heb ik slechts twee priesters. De Aartsbisschop van Oregon verklaart er leven in de Vereenigde Staten 50 a 60 millioen personen zonder godsdienst, die de Katholieke Kerk moest kunnen bereiken. Nog onlangs zeide de Protestantsche bis schop van Rochester in een openbare rede niet alleen aanbidden de meeste menschen van Engeland den Almachtigen God niet en gelooven zij niet aan Jezus Christus,"maar zij weten volstrekt niets van Hem, waarschijn lijk nog minder dan van Mahomed of Con fucius. Aan honderd duizenden is Hij prak tisch 'onbekend, behalve als de inhoud van een afschuwelijke vloek. De Anglikaansche bisschop van Londen spreekt van zijn heidensch diocees, waar geen drie percent der bevolking ooit een voet in de kerk zet. Er loopen heele straten kilometers en kilometers ver, waar de menschen letter lijk zonder God leven." Denk de 1000 millioen heidenen schouder aan schouder staande en ze zouden een rij vormen van 640.000 K.M. lang of 17 maal 4e wereld omspannend. Tot zoo ver Pater Doyle. Maar zoo kar nen door gaan. De meer dan 130 millioen Russen leven in een geestelijke woestenij de Balkan is godsdienstig een ruïne het Katholieke Zuid-Amerika is jammerlijk ver waarloosd en verlaten, Frankrijk vooreen groot deel verloren. En in ons eigen land beginnen we zelfs van voren af aan met een missie onder de heidenkinderen in afwach ting, dat die kleinen weer het eerst door den Meester gezegend bij de grooten het ver langen naar den Paasch-Zaterdag zullen wakker roepen. Voor al dat werk zijn priesters noodig, veel meer priesters dan we nu al hebben. Leeken- hulp wordt dankbaar aanvaard, maar Chris tus' werk moet de priester doen. En evenals heel de verlossing voltrokken wordt met medewerking van den mensch, zoo moet ook de priesterroeping niet worden overgelaten aan Gods wondermacht, maar door ons, door ouders en opvoeders vooral, worden gewekt en gesteund. Allereerst geen tegenwerking, geen dood zwijgen, geen voorstelling vac het Priesterschap als een onbereikbaar ide aal En waarom zou men ook bij gepaste gelegenheid de heerlijkheid van de geeste lijke roeping niet aan kinderen voorhouden I Beloofde Christus zelf niet aan zijn Apost :len hun honderdvoudig terug te geven wat ze verlieten Maakte Hij het hun niet gemakke lijk met zijn belofte altijd bij hen te zullen blijven, hem te zullen helpen, te zullen troosten, hun zijn Geest te zullen zenden, zoodat ze niet eens bezorgd behoefden te zijn, wat ze de wereld zouden zeggen Was hel geen beroep doen op hun kinderlijke Joodsche begrippen, toen Hij hen op twaalf tronen zette om de twaalf stammen Israëls te oor- deelen En zouden wij dan de verhevenh ii en de voorrechten van den priesterlijken stand angstig voor onze jongens moeten verborgen houden Neen, een juiste uiteen zetting en een gepast woord op tijd gesproken zal vaak een sluimerend verlangen wakker roepen en wat voor het kind zoo oneindig ver weg ligt binnen den gezichtseinder brengen. Maar priesterlijke roeping veronderstelt over het algemeen een echt godsdienstige opvoeding. Verwende jongens zien tegen het offerleven van den priester op wereldsch- gezinde jongens worden niet licht paladijnen van het Koninkrijk Gods, en de toekomstige bedienaars van het heiligdom zullen wel zelden te zoeken zijn onder hen, die des Zondags Onzen Lieven Heer zijn deel geven in een stille H. Mis en voor de rest van dien dag den voetbal verafgoden. Een ernstige en godsdienstige jeugd, een jeugd, die van sport en spel kan houden, maar die kerk en altaar boven alles stelt, zij en zij alleen geeft ge gronde hoop eenmaal de mannen te zullen leveren, die de rijen van onze priesters en missionarissen zullen aanvullen en versterken. Een gebed om priesters heeft onze Ver losser zelf al gevraagd. Maar wellicht is nimmer dat gebed zoo noodig geweest als thans. Nooit, zegt Livius van de Romeinen en Carthagers, hebben zoo machtige volken als deze twee de wapenen tegen elkander op genomen en nooit waren die volkeren zelf zoo machtig als toen, en geen onbekende krijgskunde brachten zij tegen elkander in 't veld, maar een beproefden in een vorigen geweldigen oorlog. Hetzelfde valt te zeggen Van den tegenwoordigen geestelijken strijd. De bevolking van de wereld is sinds Christus' prediking tot in tienvouden toegenomen. En onder die ontzettende menschenmassa duurt de eeuwenoude strijd tusschen goed en kwaad klaarheid en verwarring, waarheid en leugen onafgebroken voort en wordt gevoerd met al de wapenen, die een ongeëvenaarde weten schap en kunst en techniek en een opper machtige pers aan den enkeling en aan de macht van den staat en aan het fanatisme van de kliek in handen geeft. Zoo ooit, dan hebben we thans behoefte aan vele veelzijdig ontwikkelde en offer vaardige priesters. Om meer priesters vraagt een wereld van ongelukkige heidenen en smeekt een ontredderd Christendom, meer priesters vordert het werk en de macht van den tegenstander. Zij zullen er komen, di< priesters, door onze liefdevolle zorg voor d« jeugd en ons gestadig gebed. Vragen we ei om in dezen Passietij d voor de zêgepraa van het Kruis. G. VOSKUILEN. Culemborg. Of ze 't erg vonden Hoe diep ze 't voelden durfden ze elkaar liet bekennen.uit vrees voor 't te zwaar zijn van 't afscheidom Lisa, die niet de heele reis de herinnering aan twee droeve gezichten bij zich mocht houden. 't Kind was 'n nieuw zonnetje geweest in hun eentonig bestaan. Niet dat ze zich vóór die tijd ongelukkig voelden, of morden om het verlies van heel veel jaren terug, dat nooit vergeten zou wor den.... Daar waren ze te braaf voor en te vast overtuigd, dat 't zoo was beschikt door Hem, Die wist hoe het moest. Maar dat nam niet weg, dat ze 't verlies van hun eenigst kind bleven voelen-... dat het slijten der herinnering o zoo langzaam ging en ze er beiden de vijftig mpe pas- seerden. 'n Paar jaar hadden ze 'n kind in huis ge had van 'n ver familielid. Maar toen ze 't twee jaar hadden verzorgd, er veel van hadden verdragen, werd 't door de ouders teruggevorderd. Dat benam hen voor lang de lust tot een tweede dergelijke daad. Toen er een Hongaarsche priester kwam preeken over de honger en ellende van zijn land.en smeekte om het voeden en her bergen van kinderen, dachten ze er niet lang meer over na. Samen gingen ze op de gewichtige dag naar 't station, om 't gevraagde kind in ont- /angst te nemen. En kregen 'n schok toen een der leden van 't Huisvestingscomité met de kleine Lisa naar hen toe kwam. „Ze lijkt op ons Marietje" tril-fluis- terde juffrouw Voorders haar man toe onder 't naar huis gaan. „Ja" was alles wat deze met vreemd hoog geluid had 'geantwoord. Wat ging 't snel, het nieuwe leven met 't kind in huis Verschillende malen kwam de gelegenheid Lisa naar Hongarije terug te zenden. Maar bij elk zoo'n bericht in de krant, dat er op „die dag" en op „dat uur" weer 'n trein zou gaan, keken ze elkaar in de oogen, en zeiden niets. Met die korte, zwijgende blik was al afge sproken, dat Lisa zou blijven. En zoo nu en dan kwam bij beiden de onuitgesproken wensch, dat 't meisje altijd hun kind mocht blijveij. 't Was eigenlijk al zóó, dat ze niet beter wisten of Lisa was hun kind.... 't leven ging zoo blij en vlug zonder stoornis of te genslag.... 't Was of 't nooit anders zou worden. Tot opeens de brief kwam- Dat Lisa's moeder ernstig ziek was ge worden en naar 't kind vroeg. En hoe snel de weken, de maanden waren hemgevlogen.de dagen, die nog vóór h t vertrek waren overgebleven, leken slechts enkele uren te zijn geweest. 't Was hard.... maar ze hielden zich góed. Men meldt ons d.d. 10 April uit c jder- Amstel Onder het vee alhier is een geval van miltvuur geconstateerd. Te Baarn ontstond Donderdagmiddag brand op den zolder van den boterhandelaai E. Dijkhuizen. De vlammen grepen snel om zich heen, doch de brandweer trad actief op en was het vuur spoedig meester. De bo venverdieping brandde geheel uitde water schade is zeer aanzienlijk. Met den arbeiderstrein, die Donderdag morgen omstreeks zes uur den overweg op dén Rijksweg Maasbracht-Echt passeerde, is daar ter plaatse een ongeluk gesel d, dat zeer ernstige gevolgen zou kunnen heb- gehad. Zekere K. uit Roermond, met kar en paard op weg naar de markt te Sittard, werd bij hel passeeren van den lijn over den Rijksweg Maasbracht-Echt door den trein gegrepen- De kar werd aan stukken gereden, de in houd, die uit manufacturen bestond, lag verspreid over de rails. K. zelf werd eenige tientalle meters meegesleurd en werd, toen de trein tot stilstand was gebracht, van onder de machine van daan gehaald. Wonder bovei wonder had hij slechts een hoofdwonde ei eenige ontvellingen opgeloopen. Per treil werd hij naar Echt vervoerd. Waarschijnlijk zijn de slagboomen niet gesloten ge weest en is daardoor dit ernstig ongeluk ver oorzaakt. 26 April a.s. nerdenkt de 87-jarige hee- G. Baas te Midwolda (Gr.) zijn 70-jarig ju bileum als bode aan de N. V. Ennamaborgh En nu stonden ze óók op 't perron, om ringd door schelle stemmen en drukte voor de afreis. T lea kon nog net 'n mooi hoekplaatsje te pakken krijgen en beloofde met haar muts te zullen zwaaien tot ze ze niet meer kon zien. Te gauw kwam het sein tot vertrek. En onder luide vaarwel kreten vanuit d« volle trein en vanaf het perron schoof d« ijzeren sliert weg. Lisa lachte „pa" en „moe" dappertjes toe.... ble^f flink met de muts zwaaien to< het perron in de bocht verdween. Toen kroop haar gezichtje heelemaal in 'i hoekje en 't lijfje schokte, dat de andere Hongaartjes er verlegen onder werden. 't Echtpaar Voorders ging langzaam naar huis Er werd onderweg geen woord gesproken. De vrouw rilde even toen ze de kamei binnentrad. „Ik heb 't gevoel" zei ze gesmoord „of we *t kind zijn wezen begraven." „Laten we maar denken, vrouw" zei hij na 'n lange stilte „dat 't *n mooie droom is geweest Toen huilden ze beiden even hard- G. N.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1924 | | pagina 9