GEM. BUITENL BERICHTEN.
Ontdekte misdaad.
MARKTNIEUWS.
Wie Poincaré's opvolger wordt, Herriot of Briand, hangt af van de
loading der Fransche socialisten. De houding van Millerand. Een
waarschuwing tegen een compromis-oplossiug in den Duitschen politie
ken toestand.
Onder de Radio-berichten: Poincaré's afwijzende houding jegens de
deskundigen-rapporten. Geen blok van middenpartijen in Duitschland.
Pogingen tot bijlegging van het Duitsche mijnbouwconflict. Een be
tuiging van leedwezen der Duitsche regeering inzake het Duitsch-Russi-
«che incident.
FEUILLETON.
ZEVENDE HOOFDSTUK.
LANDBOUW EN VISSBNEMJ.
Het gieten in de groentenen
bloemenkweekerij.
Een onthulling.
De politieke situatie in
Duitschland.
Het conflict in het Duitsche
mijnbouwbedrijf.
Het Duitsch-Russische incident
Een aardbeving in Armenië.
Het bezoek van 't Roemeensche
koninklijk paar aan Londen.
vi£'
Dat
na dc nederlaag van het
Poincarisme
Poincaré zou heengaan, was van begin
af duidelijk, maar omtrent zijn opvolger
blijft voorloopig onzekerheid bestaan. Voor
de vorming van het nieuwe kabinet hangt
alles af van de beslissing, die de socialisten
nemen zullen omtrent hun al of niet deelne
men aan de regeering. Tijdens de campagne
verklaarden ze telkens, dat hun cartel met
de radicaal-socialisten slechts zeer tijdelijk
was en niets prejudcieerde omtrent de latere
samenwerking. Nu echter de overwinning op
het nationale blok zoo overweldigend is,
meent men, dat de partij wellicht wel op die
opvatting zal terugkomen en aan de regee
ring zal deelnemen. Om daarvover een be
slissing te nemen komt vermoedelijk zeer
spoedig het nationaal congres bijeen.
Totdat men weet of de socialisten al of
niet meedoen, blijft dus alles onzeker. In
het eerste geval voorziet men een ministe-
rie-Herriot, hoewel deze persoonlijk de
voorkeur schijnt te geven aan het president
schap der Kamer, waarvoor Péret als te
rechts niet meer in aanmerking komt. In
het tweede geval zal Briand wel weer pre
mier worden, terwijl dan het ministerie
het karakter dragen zal van een republi-
keinsche concentratie en steunen zal op een
meer gematigde meerderheid dan wanneer
de samenwerking der radicaal-socialisten en
socialisten voortduurde.
Wat Millerand aangaat, hij schijnt in
ieder geval te willen wachten op de bijeen
komst der nieuwe Kamer. Zoodra deze zich
geconstitueerd heeft, zal hij als gewoonlijk
de presidenten van Kamer en Senaat raad
plegen omtrent den politieken toestand en
een keuze doen. Slechts wanneer het pro
gramma, dan gekozen, den president der
republiek dan volkomen onaannemelijk lij
ken mocht, zou hij heengaan. Deze opvat
ting, die in enkele bladen nader wordt uit
gewerkt met de bijvoeging, dat Millerand
wil blijven tenzij het nieuwe program op
internationaal gebied al te zeer in strijd is
met de tot dusver aangenomen houding en
indien de Ruhrbezetting of het gezantschap
bij het Vaticaan ongedaan wordt gemaakt
en met de sovjet-regeering onderhandelin
gen worden aangeknoopt, wordt bestreden
in de linksche pers. Men zegt daar ronduit
geen president der republiek te willen, die
heeft te kennen gegeven, persoonlijk in den
gang van zaken te willen ingrijpen en die
de tegenwoordige meerderheid zeker op alle
manieren zou willen bestrijden en verraden.'
Daarom houdt de „Quotidien" vast aan
drié eischen de overwinnaars moeten het
presidentschap der republiek, der Kamer
en van het Kabinet krijgen. De „er Nou
velle" voegt daarbij den eisch van het ministe
rie van binnenlandsche zaken, de prefectuur
der Seine en de prefectuur van politie. Het
geen den rechtschen partijen, die deze be-
geerdheid op de kaak stellen, doet zeggen,
dat we eensklaps weer midden in het regime-
Combes zijn Mocht Millerand niet goedschiks
willen verdwijnen, dan dreigt de „Ere Nou
velle," dat men tot alle constitutionneele
middelen zijn toevlucht zal nemen om hem
te doen heengaan, vooral nu immers Maurras
hem al openlijk opstookte een extra-parle
mentair kabinet te nemen om Poincaré's
buitenlandsche politiek voort te zetten.
Men schrijft aan enkele socialisten het
plan toe, zoo spoedig mogelijk herziening
van het proces-Caillaux te vragen.
Omtrent de plannen van hen, die heen
gaan, wordt gemeld, dat Poincaré van plan
is zich eenigen tijd uit het politieke leven
terug te trekken om rust te nemen en dat
hij zich daartoe zelfs in den Senaat „en
congé" wil doen plaatsen om aan geen dis
cussies te behoeven deel te nemen. Na de
noodige rust hervat hij dan zijn politieke en
journalistieke werkzaamheid. Een groot aan
tal aanbiedingen voor medewerking aan
de pers zijn en worden hem geregeld, spe
ciaal uit Amerika, gedaan.
Van Tardieu vertelt de „Éclair," dat hij
zich definitief uit de politiek terugtrekt.
Overmorgen verschijnt zijn „Echo Natio
nal" voor het laatst. Hij gaat naar Ame
rika om zich uitsluitend op zakengebied te
bewegen.
Eenzelfde onzekerheid als in Frankrijk is
er ook nog steeds bij onze Oostelijke buren
en
het politeke gescharrel
in Duitschland
is in vollen gang.
Nu de uitslag van de verkiezingen een
uiterst ingewikkelden politiek-parlementairen
toestand heeft geschapen, en het politiek
partijgescharrel om tot een regeeringscom-
binatie te komen, de zaak nog verwarder
dreigt te maken, waarschuwt de „Frankf. Z."
dat de quaestie, welke hierbij betrokken is
toch werkelijk te ernstig en te diepingrijpend
is, dan dat de oude methode van het parle
mentaire geschacher achter de coulissen weer
mag worden gevolgd. De quaestie moet rond
uit en duidelijk in het openbaar worden be
sproken. En daarom geeft het blad het woord
aan prof. Weber uit Heidelberg, die verklaart,
dat men er van moet afzien de regeering te
maken tot een afspiegeling van het partij
mozaik der volksvertegenwoordiging. Wat
noodig is, is, dat de regeering is samenge -
steld uit een aantal leidende persoonlijkheden,
dat, door den president van de republiek be
last met de leiding, natuurlijk moet trachten
te steunen op bepaalde meerderheidsverhou
dingen in het parlement en bij een nadrukke
lijke motie van wantrouwen behoort heen te
gaan, maar dat overigens in geen enkel op
zicht gebonden is aan bepaalde fractiebe-
sluiten. De regeering moet representatief
zijn voor wat betreft de groote lijn van de
politiek der natie, maar slechts dan af te
treden, wanneer zij in het parlement op dui
delijke wijze omvergeworpen wordt. Dat
is de vorm van parlementarisme, die zich
in alle parlementair geregeerde landen be
gint door te zetten. Men zie maar naar Enge
land, waar zelfs een minderheidsregeering de
leiding heeft.
De huidige Duitsche regeering vertegen
woordigt de groote lijn van het herstel van
de Duitsche natie. Zij heeft de vraag, of deze
lijn door de daarvoor noodige meerderheid
van de natie wordt goedgekeurd, nog niet
duidelijk en bepaaldelijk aan het volk en na
tuurlijk nog niet aan het nieuwe parlement
voorgelegd. Zij zou een lafheid begaan, aldus
vervolgt prof. Weber zijn betoog, indien zij
heenging, alvorens de vraag van de al 'of niet
voortzetting van haar herstelpolitic k door
haar zelf aan het nieuwe parlement voor te
leggen en ingeval van een motie van wantrou
wen het volk nogmaals onomwonden over
die vraag naar de stembus te roepen. Niet in
den vorm van een referendum, maar van nieu
we verkiezingen op den grondslag van aan
vaarding of verwerping van het rapport-
Dawes.
Er bestaat gevaar, besluit Prof. Weber,
dat men thans in Berlijn tot halve maatrege
len over zal gaan inplaats van tot deze be
slissing dat men de vorming van een nieuwe
regeering weer over den boeg van een com-
promisjgaat gooien. Dit zou een groot gevaar
betee kenen, niet alleen voor het Duitsche par
lementarisme, maar ook voor de Duitsche
politiek van het herstel. Taak van de regeering
is door een daad te bewijzen hoe men het volk
op vastberaden wijze leidt en hoe men het
voor een beslissing over een levensquaestie
weet te stellen.
De „Lokal Anzeiger" publiceert
een officieel rapport om
trent de gebeurtenissen te
Halle,
waaraan wij nog het volgende ontleenen
De optocht, die voorbij het pas onthulde
gedenkteeken van Moltke trok, stond onder
leiding van generaal v. Heeringen, die onder
weg in onmacht viel en moest worden weg
gedragen.
De schietpartij zou niet hebben plaats ge
had, indien de communisten niet de politie
hadden aangevallen, die uit een huis werd
beschoten. De aanvallers waren voor het
grootste gedeelte afkomstig uit Leipzig en
Berlijn. Aan de kloppartij werd spoedig een
eind gemaakt, doordat een afdeeling Scupo
de communisten in den rug aanviel, zoodat
men 'n groot aantal communisten kon gevan
gen nemen. Daarbij bleken deze laatsten te
beschikken over een eigen geneeskundigen
dienst, waaruit volgt, dat zij op een botsing
waren voorbereid. De communisten verlie
ten de treinen naar Halle ten deele reeds en
kele stations vroeger om te voorkomen, dat
zij door de politie in het hoofdstation wer
den vastgehouden.
SOEN-YAT-SEN OVERLEDEN.
Volgens een Reuterbericht wordt het over
lijden van den president der Zuid-Chineesche-
Republiek Soen-Yat-sen gemeld,
Soen-Yat-sen werd in 1867 als zoon van
eenvoudige lieden in de provincie Kwang-
toung geboren. Hij studeerde te Hongkong
Er bleef niets anders over dan zoo spoe
dig mogelijk te huwen. Geen enkele hinder
paal kon overigens de vereeniging der beide
jongelieden in den weg staan.
Met een spoed, waarmede hij zijn onge
duld verried, zorgde Edmond, dat de noo
dige formaliteiten werden vervuld. Het
scheen hem toe, dat de gelukkige dag nim
mer zou aanbreken. Louise deelde in zijn
ongeduld. Zij wist, hoezeer hij haar beminde.
Ze voelde voor Edmond zooveel liefde, dat
zij vurig wenschte om zijn vrouw te worden
en zich een toekomst vol geluk voorstelde.
In weerwil van haar geloof aan een blijde
toekomst, wilde een niet te overwinnen
zwaarmoedigheid haar toch niet verlaten. Er
was nog te weinig tijd voorbijgegaan sinds
den dood van haar moeder: de diepe wonde
was nog niet geheeld.
Als Louise tot haar beminde sprak, ver
dween soms eensklaps de glimlach op haar
gelaat en barstte ze in tranen uit.
Uit hetgeen wij in de vorige hoofdstukken
zeiden, zal de lezer wel begrepen hebben,
dat Edmond van den eenen dag in den an
deren leefde «ix zich met zeer weinig tevre-
in de medicijnen, verwierf in 1892 den doc-
terstitel en vestigde zich als arts te Macao,
waar hij optrad als leider der revolutionnaire
Jong-Chineesche partij de Ko-Ming-tang,
In 1895 deed hij te Kanton een poging tot
een staatsgreep, die mislukte, waarna hij
naar het buitenland uitweek en zich ophield
in Japan, Amerika en Engeland, waar hij re
volutionnaire propaganda maakte onder zijne
landgenooten. Na het uitbreken van de re
volutie in China in 1911 keerde hij naar Chi
na terug, waar hij einde van hetzelfde jaar
door de Nationale Vergadering te Naughing
tot eersten president van de republiek China
werd gekozen. Na het afzetten van de Man-
sjoedynastie legde hij zijn functie neer en
maakte aldus de verkiezing van Yoean Sji-Kai
tot president van de vereenigde republiek
mogelijk. Tengevolge van rivaliteit tusschen
het parlement en de militaire partij en de ont
binding van het parlement in 1917, scheid
den de zuidelijke provinciën van China zich
van Peking af, stelden zich onder een mili
tair bewind en kozen Soen-Yat-sen tot pre
sident van de Zuid-Chineesche republiek.
Sedert is voortdurend tusschen de tegenstan
ders en aanhangers van Soen Yat-sen met
wisselend geluk om het bezit van Kanton ge
streden. Een zijner bekendste daden uit de
laatste, jaren was de beslaglegging op de
douane-inkomsten te Kanton, welke tot in
menging van den kant der groote mogend
heden leidde. Aangenomen werd dat Soen
Yat-sen ageerde met geldmiddelen, voor
namelijk afkomstig uit Japan.
Oorspronkelijk was Soen Yat-sens doel de
invoering van een socialistische maatschap-
pijvorm, waarnaar hij ook streefde geduren
de zijn verblijf te Kanton.
DE UITSLAG DER ALGEMEENE
VERKIEZINGEN IN JAPAN.
Naar men gelooft zal Burggraaf Kato, als lei
der der grootste oppositiepartij, uitgenoodigd
worden, een ministerie te vormen, ofschoon
hij inziet, dat hij met een der andere opposi-
tioneele groepen tot overeenstemming moet
geraken, wil hij zich handhaven. In zaken-
kringen gaan stemmen op om een coalitie
kabinet met een krachtige economische en
financieele politiek.
EEN CONGRESLID VEROORDEELD.
Volgens een bericht uit New York is het
Congreslid John Langrey Dinsdag tot twee
jaar gevangenisstraf veroordeeld op grond
van het feit, dat hij heeft gehoord tot een or
ganisatie tot ontduiking van de wetten op het
drankverbod.
DE TEAPOT DOME-CONCESSIE.
Een telegram uit Cheyenne (Wyoming)
meldt, dat het proces van den Staat tot an
nuleering der Teapot Dome-concessies 10
Juli begint.
EEN LID VAN DEN PRUISISCHEN
STAATSRAAD GEARRESTEERD.
Naar de „Lok. Anz." meldt is te Kassei
het soc.-dem. gemeenteraadslid Wittrock,
tevens lid van den Pruisischen staatsraad,
op last der justitie gearresteerd onder ver
denking van meineed. Hij is in het huis van
bewaring opgesloten en in zijn functie ge
schorst.
EEN PROCES OVER DE RUSSISCHE
EIGENDOMMEN TE LONDEN?
De zaakgelastigde te Londen van de Sov.-
jetregeering heeft tot de Engelsche regeering
het verzoek gericht om hem de gebouwen,
meubelen en archieven over te geven, die
vroeger aan de oude Russische keizerlijke
regeering hebben behoord. De Britsche re
geering heeft op dit verzoek medegedeeld,
dat zij niet de macht heeft om de tegen
woordige bezitters van deze eigendommen
te dwingen, ze aan hem over te geven en
dat, zoo geen minnelijke regeling tot stand
komt, de Sovjetregeering zich tot den Engel-
schen rechter kan wenden. De Engelsche
regeering heeft intusschen aan degenen, die
zij veronderstelt dat bovenbedoelde eigen
dommen in hun bezit hebben medegedeeld,
dat naar haar meening de eigendommen, die
feitelijk behoorden aan de vroegere regee
ringen van Rusland, dienen te worden over
handigd aan den vertegenwoordiger van de
Sovjetregeering, die naar de meening der
Engelsche regeering thans de jure_opvolgster
is van de oude regeeringen.
STEUN UIT MOSKOU VOOR DE
STAKERS IN NOORWEGEN.
De Internationale van Moskou heeft 5000
gouden roebels ter beschikking van de sta
kende Noorsche havenarbeiders gesteld en
heeft tegelijk de leiders aangespoord hun
best te doen de staking tot een algemeene,
over alle bedrijven en het geheele land uit te
breiden.
waren 340 partijen. Prijs t Goudsche Ie soort
f 4044, 2e soort f 3639, rijksmerk f 38—
49. Handel vlug.
ENKHUIZEN, 14 Mei. De aanvoer van
Noordzéevisch neemt weer toe. Heden kwa
men hier twee vaartuigen binnen met 1260
pond schol, prijs 13.5012.50 per 50 kg.
De ansjovisprijs is hier nog stijgende, de
vangst is zeer matig. Heden eerste markt van
nettenansjovis, 7172 ct. per kg. Gemid
delde vangst van de eerste 16 vaartuigen
1700 stuks, per vaartuig.
URK, 13 Mei. Door 95 vaartuigen zijn
heden hier aangevoerd 785 tal reepharing,
prijs 7593 ct. per tal (200 stuks) door één
vaartuig 2 kg. ansjovis a 59 ct. Voorts 60
stuks geep a 14 per tal.
IJMUIDEN, 14 Mei. Heden waren aan
de markt de vangsten van 7 stoomtrawlers en
7 loggers. De prijzen waren als volgt tar
bot ƒ0.950.80, tongen 1.901.50 per
k.g. griet 48—33, gr. schol 3730, md
schol 35, zetschol 3525, kl. schol 25—
17, ƒ164.40, scharren 5.302.50 per
50 K.G. roggen 209.50 per hoop vleet
1.601.35 per stuk makreel 1810.50,
pieterman en poon 192.70, gr. schelvisch
2724, md. schelvisch 2824, k. md.
schelvisch 1720, kl. schelvisch 2512,
119.50 per 50 kg. kabeljauw 4929
per 25 kg gr. gullen 138, kl. gullen
11.508, wijting 62.40 per 50 kg.
IJMUIDEN, 14 Mei. De lading zoute-
visch van den gisteren hier aangekomen IJs-
landtrawler IJM. 16 (Bergen) werd heden
voor 3232 geveild.
HOORN, 14 Mei. Vee. Aanvoer 152 var
kens. Vette 6266 ct. Handel vlug.
MAASTRICHT, 14 Mei. Boter. Aanvoer
120.900 kg. Prijzen hoogste f 2.20, midden
f 2.01, laagste f 1.80.
VOLENDAM, 14 Mei. Eieren. Aan de
veiling waren aangevoerd 463.000 eenden
eieren, f 6.056.15 én 7000 kippeneieren
f 6.35—6.55.
BEVERWIJK, 14 Mei. R. K. Coop. Tuin-
dersvereeniging „Kennemerland". Spi
nazie 501.40 per kist; Asperge le soort
6075; blauw 4055 per bos; Raapstelen
56; Rabarber 614; Radijs 67 per bos;
Postelein 6595 per ben; Witlof I 1220;
idem II 811.
De aanvoer van Spinazie was deze week
zeer groot en meenden wij de vorige week
de drukste week gehad te hebben, geble
ken is dat deze week niet minder was,
daar ook deze laatste drie veilingen niet
minder dan 7119 kisten werden aangevoerd
De prijzen zijn de laatste dagen zeer ge
daald en geven een aanmerkelijk verschil
bij het begin der vorige week, Over het
algemeen zijn de prijzen van dit artikel
goed geweest en kan de teelt dit jaar loo-
nend genoemd worden.
Ofschoon de aanvoer van Asperge niet
groot was, zijn de prijzen niet hoog; voor
fabrieken werd tot heden nog niets gekocht,
daarvoor zijn de kwantums zeker nog te
klein.
Flinke partijen Rabarber kwamen ter vei
ling, aanvankelijk waren de prijzen laag
doch de laatste veiling werden de prijzen
iets beter en goede kwaliteit ging vlug van
de hand.
De aanvoer van Sla en Postelein is nog
zeer miniem en wordt nog slechts door
enkele tuinders aangevoerd.
GOUDA. Coöperatieve Tuiniersvereeni-
ging „Gouda en Omstreken". Veiling van
14 Mei. Kropsla le soort 7.80—,15, idem
2e soort 4.809.10; bloemkool le soort
2129, idem 2e soort 4—17 p. 100 st.;
spinazie 4.30—81.0; postelein 20-25
per 100 Kg.; peen 2428; rabarber 1.40
—5.90; radijs 1.903.30; raapstelen 0.50
0.90; selderie 2.60—5; peterselie 5.80
—8 per 100 bos; slavellen 0.621.18 per
kist.
GOUDA, 15 Mei. Kaas. Aangevoerd 127
partijen. Handel matig. Eerste kwaliteit
4043, tweede kwaliteit 3438; met
rijksmerk 3447.
AMSTERDAM, 14 Mei. (Bericht v. d.
mak. Jac. Knoop.) De aardappelprijzen ble
ven heden onveranderd.
AMSTERDAM, 14 Mei. Vee. Ter mark,
waren heden aangevoerd 298 vette kalveren,
le qual. f 1.081.12, 2e qual. f 0.96—1.06
3e qual. f 0,800.94 per kg levend gewicht;
99 nuchtere kalveren f 1422 per stuk; 641
vette varkens, Holl. le qual. f 0.800.82 id.
2e qual. f 0.760.77, id. 3e qual. f 0.66
0.72, overz. en Geld. le qual, f 0.800.82
per kg slachtgewicht.
ROOSENDAAL, 13 Mei. Botermijn.
Hoogste prijs f 2.27, middelprijs f 2.15, laag
ste prijs f 2.07. Aanvoer 31.125 kg.
'S-HERTOGENBOSCH, 13 Mei. Boter
mijn. Aanvoer 38.575 kg. Prijs f 2.202.31.
WOERDEN, 14 Mei. Kaas. Ter markt
Hoe onwaarschijnlijk het misschien ook
schijnen moge, kunnen we toch gerust|zeggen,
dat goed gieten een van de moeilijkste bezig
heden is in de groenten- en bloemkweekerij.
Goed gieten most eigenlijk zijn een naboot
sen van regen, d. w. z. van malschen regen.
In de meeste gevallen is het gieten echter een
slechte imitatie van een soort zondvloed.
Reken maar eens uit, hoe lang het duurt,vóór
er op de oppervlakte van b.v. een eenruiter of
een bloemistenraam, dezelfde hoeveelheid
water gevallen is, die wij er in één minuut op
brengen (een gieter water).
Het is daarom ook niet te verwonderen, dat
een regentje zooveel meer nuttig effect
geeft dan ons gieten, afgezien nog van het
verschil in kwaliteit tusschen gietwater
(slootwater of leidingwater) eh regenwater en
niet in aanmerking genomen het verschil
in temperatuur. Ook bevat regenwater na
tuurlijk veel meer lucht (dat is zuurstof) dan
slootwater.
In kassen en bakken hebben we de planten
onder betrekkelijk onnatuurlijke conditiën, al
onder betrekkelijk onnatuurlijke conditiën, al
trachten we de natuur zooveel mogelijk na
te bootsen daar is gieten natuurlijk absoluUt
noodig. Maar laten we nooit vergeten, dat het
een noodzakelijk kwaad is.
In bakken moeten we dan ook, als het
eenigszins mogelijk is, bij regen de ramen
afleggen en zoo gieten voorkomen. In kassen
is dat natuurlijk niet mogelijk. Daar kunnen
we echter het regenwater opvangen in een re
servoir onder het raiddentablet (in kweek
kassen) en net daar op temperatuur laten ko
men. Op deze manier heeft men, zelfs mid
den in den winter, water voor het grijpen dat
een goede temperatuur heeft. Overigens moet
men zeer regelmatig gieten en flink Potplan
ten moeten door en door vochtig worden,
niet alleen het bovenste laagje.
In bakken geldt hetzelfde, d.w.z. de grond
moet door en door vochtig worden. Kan men
dat met een keer gieten niet krijgen, zonder
dat het water wegspoelt, dan giet men er,
nadat net eerste water wat is weggezakt, nog
eens over. Met een gieter met een broes met
groote gaatjes is men natuurlijk eer klaar,
maar men zal begrijpen, dat een broes met
kleine gaatjes je ware is.
Op den vollen grond is als regel, gieten
heelemaal uit den booze, uitgezonderd het
aangieten van pasgeplante gewassen. Zoodra
zulke planten op eigen beenen kunnen staan
giet men niet meer.
Het gieten op den vollen grond oefent, zoo
als ieder wel weten kan, zeer ongunstige in
vloeden uit op den bodem, zooals het dicht
slibben, het wegspoelen van voedingsstoffen,
enz.
Veel komt het voor, dat planten, die op den
vollen grond gegoten worden, heel spoedig
verbranden. De oorzaak hiervan is misschien
te zoeken in het feit, dat men bijna nooit door
en door den grond vochtig kan krijgen. Daar
voor toch is in dien tijd een reuzenmassa
water noodig.
Het gevolg van dat oppervlakkig gieten is,
dat 'snachts de planten wortelhaartjes uit
zenden naar dat vochtige laagje. Zoodra komt
de zon echter niet, of het is uitgedroogd en de
wortelhaartjes moeten ten gronde.
Bij bedden kan men de paden wat dieper
leggen en dan die paden vol water pompen
een massa water is dan echter noodig...
Beter niets dan half.
De tijd van gieten hangt af van het weer en
van het jaargetijde.
Om te groote afkoeling te voorkomen, giete
men 's winters des morgens niet te vroeg, als
de zon al een poosje pesent is.
's Zomers giete men als regel des avonds;
zou men 's morgens gieten, dan zou er te veel
water nutteloos verdampen.
Als men 's zomers donker weer heeft, kan
het ook 's ochtends gebeuren.
DAT KON BROERTJE NIET,
Een onderwijzer vertelde aan zijn klas
enkele bijzonderheden over den lichaams
bouw en de eigenaardigheden van een kat. Hij
had er op gewezen, hoe 't kwam, dat een ka'
ook in het donker zien kon.
Eén der kinderen zat te praten. „Zeg jij,nu
eens, Jaap, wat een poes wél kan en je broertj»
niet," vroeg de onderwijzer.
Jaap dacht even na en keek rond. Toen
wist hij. „Met den staart kwispelen, meester."
INGEWIKKELD.
Een patiënt vroeg aan een dokter, die hem
dokterde, of hij wel eens een anderen dokter
gedokterd had, en of een dokter een dokter
dokterde, zooals de gedokterde dokter wil
gedokterd zijn, of zooals de dokterende dok»
ter een niet-dokter doktert.
SNELHEIDSRECORD IN EEN ROMAN.
Toen nam de roover snel een glas wijn,
zijn hoed, afscheid van zijn makkers, geen
nota van zijn achtervolgers, een revolver
uit zijn zak en ten slotte zich het leven,
Is na alle maatregelen genomen te hebben,
de grond toch nog dichtgespoeld, dan ver
dient het aanbeveling, de oppervlakte met
een hak of een scherpe hark los te maken.
Bij aparte planten kan men een kuiltje ma
ken om in te gieten na het gieten make men
dat met droge aarde weer dicht.
(„De Zaaier"}
Nu de Fransche verkiezingen zulk een
onverwacht resultaat hebben opgeleverd en
de heer Poincaré heeft besloten 1 Juni als
premier af te treden, is de „Evening Stan
dard" in staat, de waarheid te onthullen
over de besprekingen, dezer dagen tusschen
den heer Ramsay MacDonald en de heeren
Theunis en Hijmans te Chequers gevoerd.
Het blad verneemt, dat deze besprekingen
inderdaad een mislukking (a frost) waren,
tengevolge van de onverzoenlijke houding
van Poincaré en dat het lot van het rap-
port-Dawes en daarmee de reconstructie
van Europa aan een zijden draad hingen.
Wel was in bovenbedoelde besprekingen
voldoende goede wil aanwezig, doch er was
geen voldoende grondslag, waarop deze
goede wil kon rusten teneinde tot overeen
stemming te komen met Parijs op andere
voorwaarden dan die van Poincaré. De
Fransche premier geloofde, en de heeren
Theunis en Hijnians met hem, dat hij den
onbeperkten steun had van de overgroots
meerderheid van het Fransche volk. Hij
was in dit geloof gesterkt door den onge
woon eerbiedigen toon, dien de Engelsche
arbeidersregeering tegen hem aansloeg,
waaruit de premier afleidde, dat de Brit
sche premier, teneinde een onmiddellijk
politiek succes te winnen, dat de zwakke
binnenlandsche positie van het Kabinet zou
kunnen versterken, sterk, zoo niet geheel,
zou toegeven,
De „Evening Standard" verzekert, dat
de heeren Hijmans en Theunis zich te Che
quers er van konden overtuigen dat Poln-
caïé zich in de waardeering van des heeren
Ramsay MacDonalds houding had vergist,
Het blad verklaart verder, dat Poincaré
ook geen ooren had naar het decreet van
Wallstreet, dat Wallstreet geen dollar zou
geven voor Europa, indien aan de conclusies
van het rapport-Dawes werd gemorreld.
BERLIJN, 14 Mei. Het plan om in den
nieuwen rijksdag uit Centrum, D. V. P„
democraten en evtl. de Beiersche V. P. een
blok der middenpartijen te vormen, blijkt
een doodgeboren kind te zijn
De D. V. P. laat heden officieel verkla
ren, dat van een dergelijke fractiegemeen
schap met de groepen der vroegere parle-,
mentaire Arbeitsgemeinschaft in den Rijks
dag, wat haar betreft geen sprake is.
In de heden gehouden gemeenschappelijke
zitting van het partijbestuur en de nieuwe
fractie der D. V. P. werd er met nadruk
op gewezen, dat de partij zich blijft houden
aan de resolutie van 12 Jan. 1924, waarin
wordt uitgesproken, dat om redenen van
binnen- en buitenlandsch politieken aard
een samengaan van alle burgerlijke partijen
noodzakelijk is. Dit doel kan echter niet
worden bereikt door de vorming van de z.g.
fractiegemeenschap der middenpartijen,
welke de D. V. P, onuitvoerbaar acht.
Duidelijk is, dat dc D. V, P. er op uit is een
achterdeurtje open te houden, waardoor
eventueel de D-nationalen in de regeerings-
coalifie kunnen komen.
Nopens de buitenlandsche politiek werd
verklaard, dat het noodzakelijk is zich aan
de richtsnoeren, die tot dusver hebben ge
golden, te blijven houden. Men keurde het
principieele standpunt der rijksregeering
inzake de deskundigenrapporten goed en
sprak de verwachting uit, dat de regeering
na de aanvaarding daarvan voor de Duitsche
belangen zal waken en met name voor het
herstel van de financieele en economische
eenheid des Rijks zal zorg dragen.
De verkiezing van het fractiebestuur werd
uitgesteld tot na het bijeenkomen van den
Rijksdag. Blijkbaar wil men afwachten of
Stresemann als rijksminister in het nieuwe
kabinet zal terugkeeren. Zoo niet, dan zou
men hem tot voorzitter der fractie kiezen.
BERLIJN, 24 Mei. Hedenmiddag zijn
in het rijksministerie van arbeid de aange
kondigde besprekingen begonnen met de
vertegenwoordigers van den mijnbouw ter
bijlegging van het geschil.
Reeds 's morgens om 10 uur werd onder
voorzitterschap van rijkskanselier Marx in
de rijkskanselarij een voorbereidende fee.
spreking gehouden met de vertegenwourdi.
gers van den bond van mijndircctqtirca. eq;
die der mijnwerkersorganisaties Dr. Mar*
verklaarde bij deze gelegenheid in een toe
spraak, dat de rijksregeering zich volkomen
in den noodtoestand der beide partijen aan
de Ruhr kan indenken. Daartegenover staan
echter de groote belangen op het gebied der
binnen- en buitenlandsche politiek, die een
spoedige beëindiging van den strijd tot een
nationale» plicht voor beide partijen maken.
Bij de eigenlijke besprekingen; die onder
de personolijke leiding stonden van den
rijksminister van arbeid, dr. Braun, kwa
men de beide partijen allereerst overeen, dat
een speciale commissie voor het bijleggen
der arbeidsgeschillen in het Ruhrgebied zal
worden gevormd. Deze „Schlichtungskam.
mer" zal bestaan uit een gelijk aantal ver
tegenwoordigers van werkgevers en arbei
ders en worden gepresideerd door den heer
Hausmann, vice-president van het Maagden
burger „Oberprasidium".
Overigens is in het Ruhrgebied de toe
stand onveranderd.
Uit het Saksische kolengebied wordt een
aanzienlijke toeneming van het aantal werk
willigen gemeld.
Dreigend blijft de toestand nog steeds in
Opper-Silezië. Hier valt van een verbete
ring niets te bemerken en kan veeleer van
een verscherping van den toestand worden
gesproken.
BERLIJN 14 Mei. De Duitsche regee.
ring heeft te Moskou een nota doen over.
handigen, waarin zij haar leedwezen uit.
spreekt over het feit, dat door een fout der
politie rechten van personen, die genieten
van de ex-territorialiteit, zijn geschonden.
De leider der politieke politie in Pruisen,
Oberregierungsrat Weiss, is door de regee
ring op non-activiteit gesteld, totdat de ge
beurtenissen volkomen zullen zijn opgehel
derd.
Het bericht, als zou de Russische regee
ring te Berlijn een nota met vrij vergaande
eischen hebben doen overhandigen, wordt
van bevoegde zijde niet bevestigd. Een der
gelijke nota is op het departement van bui
tenlandsche zaken niet ontvangen.
KONSTANTINOPEL, 14 Mei. In de
streek van Erzeroem heeft een hevige aard
beving plaats gehad. Verscheidene dorpen
werden verwoest. Tot dusver worden 50
slachtoffers gemeld.
Gisteren hebben Koning Ferdinand en
Koningin Marie van Roemenië, vergezeld
door den Koning en de Koningin van Enge
land, een bezoek aan de tentoonstelling te
Wembley gebracht.
den stelde. Hij had nog nooit hoogere
eischen gesteld.
Zoodra de dag van zijn huwelijk bepaald
was, veranderde dit alles. Wat hij voor ricli-
zelven als ruim voldoende beschouwde,
kwam hem als ellendig en ontoereikend
voor, nu het erop aankwam dat Louise in
zijn lot moest deelen.
Hij kon er geen vrede mee hebben, dat
zijn vrouw op een somber, klein zolderka
mertje zou wonen, dat als eenig huisraad
slechts een tafel en een bed bevatte. Hij
besloot dus op een van de bovenverdiepin
gen een woning van twee of drie vertrek
ken te huren en die eenvoudig, doch smaak
vol te meubileeren.
De portierster kon niets anders doen dan
dit voornemen goedkeuren. Ze liet hem op
de eerste verdieping eenige vertrekken zien,
welke uitzicht verleenden op de straat en
een vroolijken indruk maakten.
In zijn vreugde huurde de jonge man deze
woning dadelijk, maar hij legde de por
tierster het strengste stilzwijgen op, want
hij stelde zich voor om Louise op den dag
van hun huwelijk, daarmede aangenaam te
verrassen, wanneer hij haar onverwachts in
het voor haar gereed gemaakte heiligdom
zou binnenleiden.
Nu bleef nog slechts de kwestie der meu
belen over. Om die op te lossen was er een
weinig geld noodig en hij besloot het voor
beeld van zijn kameraden te volgen en zijn
patroon om een klein voorschot te vragen.
Hoe eenvoudig die stap ook was, het kostte
hem toch zeer veel moeite voordat hij ertoe
besloot.
Maar om uit den pijnlijken toestand te ge
raken, begaf hij zich naar de kamer van
zijn patroon.
„Mijnheer," zeide hij, „u is altijd heel goed
voor mij geweest, Ik kom u mededeelen
dat ik ga trouwen."
De werktuigkundige keek zeer verwon
derd en fronste de wenkbrauwen.
Wij weten reeds dat hij zijn eigen inzich
ten had omtrent de toekomst van Edmond.
De woorden welke hij daar vernam, deden
zijn plannen geheel in het water vallen.
„Ga je trouwen?" herhaalde hij ongeloo-
„Ja, mijnheer."
„Op jouw leeftijd! Je bent nog veel te
jong."
„Over twee maanden zal ik twintig jaar
oud zijn; ik ben reeds lang geen kind meer
en ik vind in mijn werk een bestaan."
„Ja, je bent een flink en werkzaam jong-
mensch, dat weet ik.... maar dat is nog
geen reden om op twintigjarigen leeftijd te
trouwen."
„Er is niemand, die het mij verbieden
kan."
„Ik wil wedden, dal de vrouw, die je
gaat huwen, ouder is dan jij."
„U zoudt uw weddenschap verliezen,
mijnheer, mijn aanstaande is nog geen acht
tien jaren oud."
„Dan zijn haar ouders zeker zeer bemid
deld, nietwaar?"
„Zij is een wees, evenals ik, mijnheer."
„In dat geval bezit zij toch zeker iets?"
„Niets, mijnheer."
De patroon zag Edmond met een zekere
verbazing, ja, bijna vertoornd aan. Het was
duidelijk, dat hij zich afvroeg, of hij met
een krankzinnige te doen had.
„Niets?!" riep hij uit, „en dan wil je trou
wen?"
„Ja, mijnheer."
„Waarom dan?"
„Omdat ik haar liefheb."
„Dat is geen reden
„Integendeel, mijnheer, dat is een zeer
goede reden."
„Komaan, denk eens na, mijn vriend,"
sprak de patroon met vaderlijke goedheid,
„zulk een vereeniging kan wellicht het on
geluk van je heele leven zijn,"
De jongeling schudde het hoofd.
„Ik hoop integendeel, dat ik zeer geluk
kig zal worden."
„Je bezit niets, ie vrouw ook niet. Wat
moet dat worden?"
„Ik heb twee handen, mijn verstand en
mijn energie; daarmede behoef ik niet bang
te zijn."
„Er zullen kinderen komen."
„Zij zullen welkom zijn."
„Zij zullen de ellende meebrengen."
„Ik zal de ellende verjagen, Overigens
stel ik mij onder Gods bescherming."
„Dus je bent vast besloten?"
„Ja, geheel en al, De geboden ZÜtt reeds
afgekondigd. Binnen twaalf dagen zijn wij
getrouwd."
„Zoo! Dus ie komt mij niet om raad vra
gen?"
„Neen, mijnheer, ik kom u alleen kennis
geven van mijn voornemen en u verzoeken
mij een diepst te bewijzen."
„In welk opzicht?" vroeg de patroon op
zonderlingen toon.
„Ik wilde u een klein voorschot verzoe
ken. Ik heb wat geld noodig om de kamers,
welke ik gehuurd heb, van meubelen te
voorzien."
Een spotachtig glimlachje speelde om den
mond van den patroon, toen hij deze een
voudige vraag op zulk een naïven toon
hoorde stellen.
„Zoo, zoo," zeide hij, „dus je rekent op
mij voor de kosten van je vestiging?"
„Jawel, mijnheer,"
„Welnu, dan heb je misgerekend."
Edmond kon zijn ooren niet gelooven.
„Wat zegt u, mijnheer! U weigert mij
dus te helpen?"
„Ja zeker."
„Wat ik u vraag, heeft u toch meermalen
zonder bezwaren aan mijn kameraden toe.
gestaan?"
„Dat is zoo, maar ik wensch thans niet
mee te werken tot hetgeen ik een daad
van krankzinnigheid noem. Bovendien ben
ik niet rijk genoeg om gevaar te Joopen
mijn geld te verliezen."
..Uw geld verliezen!?," herhaalde Edmond
met een zekere geraaktheid. „U heeft niet
het recht om zoo te spreken, mijnheer. U
weet wel dat ik een knap werkman en een
eerlijk mensch ben."
„Dat weet ik zeer goed, maar ik weet
ook, dat je nog nauwelijks getrouwd zult
zijn, of je zult aan telkens tcrugkeerende
behoeften zijn blootgesteld. Dan zul je niet
meer in staat zijn het voorschot terug te
betalen."
Edmond was trotsch en, hoe gering zijn
staat ook wezen mocht, hij was toch in hoo-
ge mate teergevoelig en eergierig. Het ant
woord dat hij ontvangen had, liet hem niet
toe om verder aan te dringen.
„Geloof mij mijnheer," zeide hij onwille
keurig een weinig stijf, „dat het mij spijt een
stap te hebben gedaan, waarvan ik den uit.
slag met geen mogelijkheid kon voorzien,
Ik zal wel voor mijzelven zorgen."
„Ik hoop het, maar kan het moeilijk ge
looven," antwoordde de patroon, „of liever,
ik ben overtuigd van het tegendeel."
De jonge man groette beleefd en verliet
het vertrek met opgeheven hoofd, doch met
een gekrenkt en beangstigd gemoed, Welke
vernederingen, hoeveel smarten waren er
dan in de toekomst voor hem weggelegd,
daar nu reeds iemand, waarvan hij meen
de, dat hij een goed man was en van wien
hij tot nog toe niets dan welwillendheid
ondervonden had, weigerde mede te wer
ken tot een huwelijk, dat hij niet alleen als
een dwaasheid, maar zelfs als een misdadf.