GEM. BUITENL BERICHTEN. Ontdekte misdaad. MARKTNIEUWS. Wie Poincaré's opvolger wordt, Herriot of Briand, hangt af van de loading der Fransche socialisten. De houding van Millerand. Een waarschuwing tegen een compromis-oplossiug in den Duitschen politie ken toestand. Onder de Radio-berichten: Poincaré's afwijzende houding jegens de deskundigen-rapporten. Geen blok van middenpartijen in Duitschland. Pogingen tot bijlegging van het Duitsche mijnbouwconflict. Een be tuiging van leedwezen der Duitsche regeering inzake het Duitsch-Russi- «che incident. FEUILLETON. ZEVENDE HOOFDSTUK. LANDBOUW EN VISSBNEMJ. Het gieten in de groentenen bloemenkweekerij. Een onthulling. De politieke situatie in Duitschland. Het conflict in het Duitsche mijnbouwbedrijf. Het Duitsch-Russische incident Een aardbeving in Armenië. Het bezoek van 't Roemeensche koninklijk paar aan Londen. vi£' Dat na dc nederlaag van het Poincarisme Poincaré zou heengaan, was van begin af duidelijk, maar omtrent zijn opvolger blijft voorloopig onzekerheid bestaan. Voor de vorming van het nieuwe kabinet hangt alles af van de beslissing, die de socialisten nemen zullen omtrent hun al of niet deelne men aan de regeering. Tijdens de campagne verklaarden ze telkens, dat hun cartel met de radicaal-socialisten slechts zeer tijdelijk was en niets prejudcieerde omtrent de latere samenwerking. Nu echter de overwinning op het nationale blok zoo overweldigend is, meent men, dat de partij wellicht wel op die opvatting zal terugkomen en aan de regee ring zal deelnemen. Om daarvover een be slissing te nemen komt vermoedelijk zeer spoedig het nationaal congres bijeen. Totdat men weet of de socialisten al of niet meedoen, blijft dus alles onzeker. In het eerste geval voorziet men een ministe- rie-Herriot, hoewel deze persoonlijk de voorkeur schijnt te geven aan het president schap der Kamer, waarvoor Péret als te rechts niet meer in aanmerking komt. In het tweede geval zal Briand wel weer pre mier worden, terwijl dan het ministerie het karakter dragen zal van een republi- keinsche concentratie en steunen zal op een meer gematigde meerderheid dan wanneer de samenwerking der radicaal-socialisten en socialisten voortduurde. Wat Millerand aangaat, hij schijnt in ieder geval te willen wachten op de bijeen komst der nieuwe Kamer. Zoodra deze zich geconstitueerd heeft, zal hij als gewoonlijk de presidenten van Kamer en Senaat raad plegen omtrent den politieken toestand en een keuze doen. Slechts wanneer het pro gramma, dan gekozen, den president der republiek dan volkomen onaannemelijk lij ken mocht, zou hij heengaan. Deze opvat ting, die in enkele bladen nader wordt uit gewerkt met de bijvoeging, dat Millerand wil blijven tenzij het nieuwe program op internationaal gebied al te zeer in strijd is met de tot dusver aangenomen houding en indien de Ruhrbezetting of het gezantschap bij het Vaticaan ongedaan wordt gemaakt en met de sovjet-regeering onderhandelin gen worden aangeknoopt, wordt bestreden in de linksche pers. Men zegt daar ronduit geen president der republiek te willen, die heeft te kennen gegeven, persoonlijk in den gang van zaken te willen ingrijpen en die de tegenwoordige meerderheid zeker op alle manieren zou willen bestrijden en verraden.' Daarom houdt de „Quotidien" vast aan drié eischen de overwinnaars moeten het presidentschap der republiek, der Kamer en van het Kabinet krijgen. De „er Nou velle" voegt daarbij den eisch van het ministe rie van binnenlandsche zaken, de prefectuur der Seine en de prefectuur van politie. Het geen den rechtschen partijen, die deze be- geerdheid op de kaak stellen, doet zeggen, dat we eensklaps weer midden in het regime- Combes zijn Mocht Millerand niet goedschiks willen verdwijnen, dan dreigt de „Ere Nou velle," dat men tot alle constitutionneele middelen zijn toevlucht zal nemen om hem te doen heengaan, vooral nu immers Maurras hem al openlijk opstookte een extra-parle mentair kabinet te nemen om Poincaré's buitenlandsche politiek voort te zetten. Men schrijft aan enkele socialisten het plan toe, zoo spoedig mogelijk herziening van het proces-Caillaux te vragen. Omtrent de plannen van hen, die heen gaan, wordt gemeld, dat Poincaré van plan is zich eenigen tijd uit het politieke leven terug te trekken om rust te nemen en dat hij zich daartoe zelfs in den Senaat „en congé" wil doen plaatsen om aan geen dis cussies te behoeven deel te nemen. Na de noodige rust hervat hij dan zijn politieke en journalistieke werkzaamheid. Een groot aan tal aanbiedingen voor medewerking aan de pers zijn en worden hem geregeld, spe ciaal uit Amerika, gedaan. Van Tardieu vertelt de „Éclair," dat hij zich definitief uit de politiek terugtrekt. Overmorgen verschijnt zijn „Echo Natio nal" voor het laatst. Hij gaat naar Ame rika om zich uitsluitend op zakengebied te bewegen. Eenzelfde onzekerheid als in Frankrijk is er ook nog steeds bij onze Oostelijke buren en het politeke gescharrel in Duitschland is in vollen gang. Nu de uitslag van de verkiezingen een uiterst ingewikkelden politiek-parlementairen toestand heeft geschapen, en het politiek partijgescharrel om tot een regeeringscom- binatie te komen, de zaak nog verwarder dreigt te maken, waarschuwt de „Frankf. Z." dat de quaestie, welke hierbij betrokken is toch werkelijk te ernstig en te diepingrijpend is, dan dat de oude methode van het parle mentaire geschacher achter de coulissen weer mag worden gevolgd. De quaestie moet rond uit en duidelijk in het openbaar worden be sproken. En daarom geeft het blad het woord aan prof. Weber uit Heidelberg, die verklaart, dat men er van moet afzien de regeering te maken tot een afspiegeling van het partij mozaik der volksvertegenwoordiging. Wat noodig is, is, dat de regeering is samenge - steld uit een aantal leidende persoonlijkheden, dat, door den president van de republiek be last met de leiding, natuurlijk moet trachten te steunen op bepaalde meerderheidsverhou dingen in het parlement en bij een nadrukke lijke motie van wantrouwen behoort heen te gaan, maar dat overigens in geen enkel op zicht gebonden is aan bepaalde fractiebe- sluiten. De regeering moet representatief zijn voor wat betreft de groote lijn van de politiek der natie, maar slechts dan af te treden, wanneer zij in het parlement op dui delijke wijze omvergeworpen wordt. Dat is de vorm van parlementarisme, die zich in alle parlementair geregeerde landen be gint door te zetten. Men zie maar naar Enge land, waar zelfs een minderheidsregeering de leiding heeft. De huidige Duitsche regeering vertegen woordigt de groote lijn van het herstel van de Duitsche natie. Zij heeft de vraag, of deze lijn door de daarvoor noodige meerderheid van de natie wordt goedgekeurd, nog niet duidelijk en bepaaldelijk aan het volk en na tuurlijk nog niet aan het nieuwe parlement voorgelegd. Zij zou een lafheid begaan, aldus vervolgt prof. Weber zijn betoog, indien zij heenging, alvorens de vraag van de al 'of niet voortzetting van haar herstelpolitic k door haar zelf aan het nieuwe parlement voor te leggen en ingeval van een motie van wantrou wen het volk nogmaals onomwonden over die vraag naar de stembus te roepen. Niet in den vorm van een referendum, maar van nieu we verkiezingen op den grondslag van aan vaarding of verwerping van het rapport- Dawes. Er bestaat gevaar, besluit Prof. Weber, dat men thans in Berlijn tot halve maatrege len over zal gaan inplaats van tot deze be slissing dat men de vorming van een nieuwe regeering weer over den boeg van een com- promisjgaat gooien. Dit zou een groot gevaar betee kenen, niet alleen voor het Duitsche par lementarisme, maar ook voor de Duitsche politiek van het herstel. Taak van de regeering is door een daad te bewijzen hoe men het volk op vastberaden wijze leidt en hoe men het voor een beslissing over een levensquaestie weet te stellen. De „Lokal Anzeiger" publiceert een officieel rapport om trent de gebeurtenissen te Halle, waaraan wij nog het volgende ontleenen De optocht, die voorbij het pas onthulde gedenkteeken van Moltke trok, stond onder leiding van generaal v. Heeringen, die onder weg in onmacht viel en moest worden weg gedragen. De schietpartij zou niet hebben plaats ge had, indien de communisten niet de politie hadden aangevallen, die uit een huis werd beschoten. De aanvallers waren voor het grootste gedeelte afkomstig uit Leipzig en Berlijn. Aan de kloppartij werd spoedig een eind gemaakt, doordat een afdeeling Scupo de communisten in den rug aanviel, zoodat men 'n groot aantal communisten kon gevan gen nemen. Daarbij bleken deze laatsten te beschikken over een eigen geneeskundigen dienst, waaruit volgt, dat zij op een botsing waren voorbereid. De communisten verlie ten de treinen naar Halle ten deele reeds en kele stations vroeger om te voorkomen, dat zij door de politie in het hoofdstation wer den vastgehouden. SOEN-YAT-SEN OVERLEDEN. Volgens een Reuterbericht wordt het over lijden van den president der Zuid-Chineesche- Republiek Soen-Yat-sen gemeld, Soen-Yat-sen werd in 1867 als zoon van eenvoudige lieden in de provincie Kwang- toung geboren. Hij studeerde te Hongkong Er bleef niets anders over dan zoo spoe dig mogelijk te huwen. Geen enkele hinder paal kon overigens de vereeniging der beide jongelieden in den weg staan. Met een spoed, waarmede hij zijn onge duld verried, zorgde Edmond, dat de noo dige formaliteiten werden vervuld. Het scheen hem toe, dat de gelukkige dag nim mer zou aanbreken. Louise deelde in zijn ongeduld. Zij wist, hoezeer hij haar beminde. Ze voelde voor Edmond zooveel liefde, dat zij vurig wenschte om zijn vrouw te worden en zich een toekomst vol geluk voorstelde. In weerwil van haar geloof aan een blijde toekomst, wilde een niet te overwinnen zwaarmoedigheid haar toch niet verlaten. Er was nog te weinig tijd voorbijgegaan sinds den dood van haar moeder: de diepe wonde was nog niet geheeld. Als Louise tot haar beminde sprak, ver dween soms eensklaps de glimlach op haar gelaat en barstte ze in tranen uit. Uit hetgeen wij in de vorige hoofdstukken zeiden, zal de lezer wel begrepen hebben, dat Edmond van den eenen dag in den an deren leefde «ix zich met zeer weinig tevre- in de medicijnen, verwierf in 1892 den doc- terstitel en vestigde zich als arts te Macao, waar hij optrad als leider der revolutionnaire Jong-Chineesche partij de Ko-Ming-tang, In 1895 deed hij te Kanton een poging tot een staatsgreep, die mislukte, waarna hij naar het buitenland uitweek en zich ophield in Japan, Amerika en Engeland, waar hij re volutionnaire propaganda maakte onder zijne landgenooten. Na het uitbreken van de re volutie in China in 1911 keerde hij naar Chi na terug, waar hij einde van hetzelfde jaar door de Nationale Vergadering te Naughing tot eersten president van de republiek China werd gekozen. Na het afzetten van de Man- sjoedynastie legde hij zijn functie neer en maakte aldus de verkiezing van Yoean Sji-Kai tot president van de vereenigde republiek mogelijk. Tengevolge van rivaliteit tusschen het parlement en de militaire partij en de ont binding van het parlement in 1917, scheid den de zuidelijke provinciën van China zich van Peking af, stelden zich onder een mili tair bewind en kozen Soen-Yat-sen tot pre sident van de Zuid-Chineesche republiek. Sedert is voortdurend tusschen de tegenstan ders en aanhangers van Soen Yat-sen met wisselend geluk om het bezit van Kanton ge streden. Een zijner bekendste daden uit de laatste, jaren was de beslaglegging op de douane-inkomsten te Kanton, welke tot in menging van den kant der groote mogend heden leidde. Aangenomen werd dat Soen Yat-sen ageerde met geldmiddelen, voor namelijk afkomstig uit Japan. Oorspronkelijk was Soen Yat-sens doel de invoering van een socialistische maatschap- pijvorm, waarnaar hij ook streefde geduren de zijn verblijf te Kanton. DE UITSLAG DER ALGEMEENE VERKIEZINGEN IN JAPAN. Naar men gelooft zal Burggraaf Kato, als lei der der grootste oppositiepartij, uitgenoodigd worden, een ministerie te vormen, ofschoon hij inziet, dat hij met een der andere opposi- tioneele groepen tot overeenstemming moet geraken, wil hij zich handhaven. In zaken- kringen gaan stemmen op om een coalitie kabinet met een krachtige economische en financieele politiek. EEN CONGRESLID VEROORDEELD. Volgens een bericht uit New York is het Congreslid John Langrey Dinsdag tot twee jaar gevangenisstraf veroordeeld op grond van het feit, dat hij heeft gehoord tot een or ganisatie tot ontduiking van de wetten op het drankverbod. DE TEAPOT DOME-CONCESSIE. Een telegram uit Cheyenne (Wyoming) meldt, dat het proces van den Staat tot an nuleering der Teapot Dome-concessies 10 Juli begint. EEN LID VAN DEN PRUISISCHEN STAATSRAAD GEARRESTEERD. Naar de „Lok. Anz." meldt is te Kassei het soc.-dem. gemeenteraadslid Wittrock, tevens lid van den Pruisischen staatsraad, op last der justitie gearresteerd onder ver denking van meineed. Hij is in het huis van bewaring opgesloten en in zijn functie ge schorst. EEN PROCES OVER DE RUSSISCHE EIGENDOMMEN TE LONDEN? De zaakgelastigde te Londen van de Sov.- jetregeering heeft tot de Engelsche regeering het verzoek gericht om hem de gebouwen, meubelen en archieven over te geven, die vroeger aan de oude Russische keizerlijke regeering hebben behoord. De Britsche re geering heeft op dit verzoek medegedeeld, dat zij niet de macht heeft om de tegen woordige bezitters van deze eigendommen te dwingen, ze aan hem over te geven en dat, zoo geen minnelijke regeling tot stand komt, de Sovjetregeering zich tot den Engel- schen rechter kan wenden. De Engelsche regeering heeft intusschen aan degenen, die zij veronderstelt dat bovenbedoelde eigen dommen in hun bezit hebben medegedeeld, dat naar haar meening de eigendommen, die feitelijk behoorden aan de vroegere regee ringen van Rusland, dienen te worden over handigd aan den vertegenwoordiger van de Sovjetregeering, die naar de meening der Engelsche regeering thans de jure_opvolgster is van de oude regeeringen. STEUN UIT MOSKOU VOOR DE STAKERS IN NOORWEGEN. De Internationale van Moskou heeft 5000 gouden roebels ter beschikking van de sta kende Noorsche havenarbeiders gesteld en heeft tegelijk de leiders aangespoord hun best te doen de staking tot een algemeene, over alle bedrijven en het geheele land uit te breiden. waren 340 partijen. Prijs t Goudsche Ie soort f 4044, 2e soort f 3639, rijksmerk f 38— 49. Handel vlug. ENKHUIZEN, 14 Mei. De aanvoer van Noordzéevisch neemt weer toe. Heden kwa men hier twee vaartuigen binnen met 1260 pond schol, prijs 13.5012.50 per 50 kg. De ansjovisprijs is hier nog stijgende, de vangst is zeer matig. Heden eerste markt van nettenansjovis, 7172 ct. per kg. Gemid delde vangst van de eerste 16 vaartuigen 1700 stuks, per vaartuig. URK, 13 Mei. Door 95 vaartuigen zijn heden hier aangevoerd 785 tal reepharing, prijs 7593 ct. per tal (200 stuks) door één vaartuig 2 kg. ansjovis a 59 ct. Voorts 60 stuks geep a 14 per tal. IJMUIDEN, 14 Mei. Heden waren aan de markt de vangsten van 7 stoomtrawlers en 7 loggers. De prijzen waren als volgt tar bot ƒ0.950.80, tongen 1.901.50 per k.g. griet 48—33, gr. schol 3730, md schol 35, zetschol 3525, kl. schol 25— 17, ƒ164.40, scharren 5.302.50 per 50 K.G. roggen 209.50 per hoop vleet 1.601.35 per stuk makreel 1810.50, pieterman en poon 192.70, gr. schelvisch 2724, md. schelvisch 2824, k. md. schelvisch 1720, kl. schelvisch 2512, 119.50 per 50 kg. kabeljauw 4929 per 25 kg gr. gullen 138, kl. gullen 11.508, wijting 62.40 per 50 kg. IJMUIDEN, 14 Mei. De lading zoute- visch van den gisteren hier aangekomen IJs- landtrawler IJM. 16 (Bergen) werd heden voor 3232 geveild. HOORN, 14 Mei. Vee. Aanvoer 152 var kens. Vette 6266 ct. Handel vlug. MAASTRICHT, 14 Mei. Boter. Aanvoer 120.900 kg. Prijzen hoogste f 2.20, midden f 2.01, laagste f 1.80. VOLENDAM, 14 Mei. Eieren. Aan de veiling waren aangevoerd 463.000 eenden eieren, f 6.056.15 én 7000 kippeneieren f 6.35—6.55. BEVERWIJK, 14 Mei. R. K. Coop. Tuin- dersvereeniging „Kennemerland". Spi nazie 501.40 per kist; Asperge le soort 6075; blauw 4055 per bos; Raapstelen 56; Rabarber 614; Radijs 67 per bos; Postelein 6595 per ben; Witlof I 1220; idem II 811. De aanvoer van Spinazie was deze week zeer groot en meenden wij de vorige week de drukste week gehad te hebben, geble ken is dat deze week niet minder was, daar ook deze laatste drie veilingen niet minder dan 7119 kisten werden aangevoerd De prijzen zijn de laatste dagen zeer ge daald en geven een aanmerkelijk verschil bij het begin der vorige week, Over het algemeen zijn de prijzen van dit artikel goed geweest en kan de teelt dit jaar loo- nend genoemd worden. Ofschoon de aanvoer van Asperge niet groot was, zijn de prijzen niet hoog; voor fabrieken werd tot heden nog niets gekocht, daarvoor zijn de kwantums zeker nog te klein. Flinke partijen Rabarber kwamen ter vei ling, aanvankelijk waren de prijzen laag doch de laatste veiling werden de prijzen iets beter en goede kwaliteit ging vlug van de hand. De aanvoer van Sla en Postelein is nog zeer miniem en wordt nog slechts door enkele tuinders aangevoerd. GOUDA. Coöperatieve Tuiniersvereeni- ging „Gouda en Omstreken". Veiling van 14 Mei. Kropsla le soort 7.80—,15, idem 2e soort 4.809.10; bloemkool le soort 2129, idem 2e soort 4—17 p. 100 st.; spinazie 4.30—81.0; postelein 20-25 per 100 Kg.; peen 2428; rabarber 1.40 —5.90; radijs 1.903.30; raapstelen 0.50 0.90; selderie 2.60—5; peterselie 5.80 —8 per 100 bos; slavellen 0.621.18 per kist. GOUDA, 15 Mei. Kaas. Aangevoerd 127 partijen. Handel matig. Eerste kwaliteit 4043, tweede kwaliteit 3438; met rijksmerk 3447. AMSTERDAM, 14 Mei. (Bericht v. d. mak. Jac. Knoop.) De aardappelprijzen ble ven heden onveranderd. AMSTERDAM, 14 Mei. Vee. Ter mark, waren heden aangevoerd 298 vette kalveren, le qual. f 1.081.12, 2e qual. f 0.96—1.06 3e qual. f 0,800.94 per kg levend gewicht; 99 nuchtere kalveren f 1422 per stuk; 641 vette varkens, Holl. le qual. f 0.800.82 id. 2e qual. f 0.760.77, id. 3e qual. f 0.66 0.72, overz. en Geld. le qual, f 0.800.82 per kg slachtgewicht. ROOSENDAAL, 13 Mei. Botermijn. Hoogste prijs f 2.27, middelprijs f 2.15, laag ste prijs f 2.07. Aanvoer 31.125 kg. 'S-HERTOGENBOSCH, 13 Mei. Boter mijn. Aanvoer 38.575 kg. Prijs f 2.202.31. WOERDEN, 14 Mei. Kaas. Ter markt Hoe onwaarschijnlijk het misschien ook schijnen moge, kunnen we toch gerust|zeggen, dat goed gieten een van de moeilijkste bezig heden is in de groenten- en bloemkweekerij. Goed gieten most eigenlijk zijn een naboot sen van regen, d. w. z. van malschen regen. In de meeste gevallen is het gieten echter een slechte imitatie van een soort zondvloed. Reken maar eens uit, hoe lang het duurt,vóór er op de oppervlakte van b.v. een eenruiter of een bloemistenraam, dezelfde hoeveelheid water gevallen is, die wij er in één minuut op brengen (een gieter water). Het is daarom ook niet te verwonderen, dat een regentje zooveel meer nuttig effect geeft dan ons gieten, afgezien nog van het verschil in kwaliteit tusschen gietwater (slootwater of leidingwater) eh regenwater en niet in aanmerking genomen het verschil in temperatuur. Ook bevat regenwater na tuurlijk veel meer lucht (dat is zuurstof) dan slootwater. In kassen en bakken hebben we de planten onder betrekkelijk onnatuurlijke conditiën, al onder betrekkelijk onnatuurlijke conditiën, al trachten we de natuur zooveel mogelijk na te bootsen daar is gieten natuurlijk absoluUt noodig. Maar laten we nooit vergeten, dat het een noodzakelijk kwaad is. In bakken moeten we dan ook, als het eenigszins mogelijk is, bij regen de ramen afleggen en zoo gieten voorkomen. In kassen is dat natuurlijk niet mogelijk. Daar kunnen we echter het regenwater opvangen in een re servoir onder het raiddentablet (in kweek kassen) en net daar op temperatuur laten ko men. Op deze manier heeft men, zelfs mid den in den winter, water voor het grijpen dat een goede temperatuur heeft. Overigens moet men zeer regelmatig gieten en flink Potplan ten moeten door en door vochtig worden, niet alleen het bovenste laagje. In bakken geldt hetzelfde, d.w.z. de grond moet door en door vochtig worden. Kan men dat met een keer gieten niet krijgen, zonder dat het water wegspoelt, dan giet men er, nadat net eerste water wat is weggezakt, nog eens over. Met een gieter met een broes met groote gaatjes is men natuurlijk eer klaar, maar men zal begrijpen, dat een broes met kleine gaatjes je ware is. Op den vollen grond is als regel, gieten heelemaal uit den booze, uitgezonderd het aangieten van pasgeplante gewassen. Zoodra zulke planten op eigen beenen kunnen staan giet men niet meer. Het gieten op den vollen grond oefent, zoo als ieder wel weten kan, zeer ongunstige in vloeden uit op den bodem, zooals het dicht slibben, het wegspoelen van voedingsstoffen, enz. Veel komt het voor, dat planten, die op den vollen grond gegoten worden, heel spoedig verbranden. De oorzaak hiervan is misschien te zoeken in het feit, dat men bijna nooit door en door den grond vochtig kan krijgen. Daar voor toch is in dien tijd een reuzenmassa water noodig. Het gevolg van dat oppervlakkig gieten is, dat 'snachts de planten wortelhaartjes uit zenden naar dat vochtige laagje. Zoodra komt de zon echter niet, of het is uitgedroogd en de wortelhaartjes moeten ten gronde. Bij bedden kan men de paden wat dieper leggen en dan die paden vol water pompen een massa water is dan echter noodig... Beter niets dan half. De tijd van gieten hangt af van het weer en van het jaargetijde. Om te groote afkoeling te voorkomen, giete men 's winters des morgens niet te vroeg, als de zon al een poosje pesent is. 's Zomers giete men als regel des avonds; zou men 's morgens gieten, dan zou er te veel water nutteloos verdampen. Als men 's zomers donker weer heeft, kan het ook 's ochtends gebeuren. DAT KON BROERTJE NIET, Een onderwijzer vertelde aan zijn klas enkele bijzonderheden over den lichaams bouw en de eigenaardigheden van een kat. Hij had er op gewezen, hoe 't kwam, dat een ka' ook in het donker zien kon. Eén der kinderen zat te praten. „Zeg jij,nu eens, Jaap, wat een poes wél kan en je broertj» niet," vroeg de onderwijzer. Jaap dacht even na en keek rond. Toen wist hij. „Met den staart kwispelen, meester." INGEWIKKELD. Een patiënt vroeg aan een dokter, die hem dokterde, of hij wel eens een anderen dokter gedokterd had, en of een dokter een dokter dokterde, zooals de gedokterde dokter wil gedokterd zijn, of zooals de dokterende dok» ter een niet-dokter doktert. SNELHEIDSRECORD IN EEN ROMAN. Toen nam de roover snel een glas wijn, zijn hoed, afscheid van zijn makkers, geen nota van zijn achtervolgers, een revolver uit zijn zak en ten slotte zich het leven, Is na alle maatregelen genomen te hebben, de grond toch nog dichtgespoeld, dan ver dient het aanbeveling, de oppervlakte met een hak of een scherpe hark los te maken. Bij aparte planten kan men een kuiltje ma ken om in te gieten na het gieten make men dat met droge aarde weer dicht. („De Zaaier"} Nu de Fransche verkiezingen zulk een onverwacht resultaat hebben opgeleverd en de heer Poincaré heeft besloten 1 Juni als premier af te treden, is de „Evening Stan dard" in staat, de waarheid te onthullen over de besprekingen, dezer dagen tusschen den heer Ramsay MacDonald en de heeren Theunis en Hijmans te Chequers gevoerd. Het blad verneemt, dat deze besprekingen inderdaad een mislukking (a frost) waren, tengevolge van de onverzoenlijke houding van Poincaré en dat het lot van het rap- port-Dawes en daarmee de reconstructie van Europa aan een zijden draad hingen. Wel was in bovenbedoelde besprekingen voldoende goede wil aanwezig, doch er was geen voldoende grondslag, waarop deze goede wil kon rusten teneinde tot overeen stemming te komen met Parijs op andere voorwaarden dan die van Poincaré. De Fransche premier geloofde, en de heeren Theunis en Hijnians met hem, dat hij den onbeperkten steun had van de overgroots meerderheid van het Fransche volk. Hij was in dit geloof gesterkt door den onge woon eerbiedigen toon, dien de Engelsche arbeidersregeering tegen hem aansloeg, waaruit de premier afleidde, dat de Brit sche premier, teneinde een onmiddellijk politiek succes te winnen, dat de zwakke binnenlandsche positie van het Kabinet zou kunnen versterken, sterk, zoo niet geheel, zou toegeven, De „Evening Standard" verzekert, dat de heeren Hijmans en Theunis zich te Che quers er van konden overtuigen dat Poln- caïé zich in de waardeering van des heeren Ramsay MacDonalds houding had vergist, Het blad verklaart verder, dat Poincaré ook geen ooren had naar het decreet van Wallstreet, dat Wallstreet geen dollar zou geven voor Europa, indien aan de conclusies van het rapport-Dawes werd gemorreld. BERLIJN, 14 Mei. Het plan om in den nieuwen rijksdag uit Centrum, D. V. P„ democraten en evtl. de Beiersche V. P. een blok der middenpartijen te vormen, blijkt een doodgeboren kind te zijn De D. V. P. laat heden officieel verkla ren, dat van een dergelijke fractiegemeen schap met de groepen der vroegere parle-, mentaire Arbeitsgemeinschaft in den Rijks dag, wat haar betreft geen sprake is. In de heden gehouden gemeenschappelijke zitting van het partijbestuur en de nieuwe fractie der D. V. P. werd er met nadruk op gewezen, dat de partij zich blijft houden aan de resolutie van 12 Jan. 1924, waarin wordt uitgesproken, dat om redenen van binnen- en buitenlandsch politieken aard een samengaan van alle burgerlijke partijen noodzakelijk is. Dit doel kan echter niet worden bereikt door de vorming van de z.g. fractiegemeenschap der middenpartijen, welke de D. V. P, onuitvoerbaar acht. Duidelijk is, dat dc D. V, P. er op uit is een achterdeurtje open te houden, waardoor eventueel de D-nationalen in de regeerings- coalifie kunnen komen. Nopens de buitenlandsche politiek werd verklaard, dat het noodzakelijk is zich aan de richtsnoeren, die tot dusver hebben ge golden, te blijven houden. Men keurde het principieele standpunt der rijksregeering inzake de deskundigenrapporten goed en sprak de verwachting uit, dat de regeering na de aanvaarding daarvan voor de Duitsche belangen zal waken en met name voor het herstel van de financieele en economische eenheid des Rijks zal zorg dragen. De verkiezing van het fractiebestuur werd uitgesteld tot na het bijeenkomen van den Rijksdag. Blijkbaar wil men afwachten of Stresemann als rijksminister in het nieuwe kabinet zal terugkeeren. Zoo niet, dan zou men hem tot voorzitter der fractie kiezen. BERLIJN, 24 Mei. Hedenmiddag zijn in het rijksministerie van arbeid de aange kondigde besprekingen begonnen met de vertegenwoordigers van den mijnbouw ter bijlegging van het geschil. Reeds 's morgens om 10 uur werd onder voorzitterschap van rijkskanselier Marx in de rijkskanselarij een voorbereidende fee. spreking gehouden met de vertegenwourdi. gers van den bond van mijndircctqtirca. eq; die der mijnwerkersorganisaties Dr. Mar* verklaarde bij deze gelegenheid in een toe spraak, dat de rijksregeering zich volkomen in den noodtoestand der beide partijen aan de Ruhr kan indenken. Daartegenover staan echter de groote belangen op het gebied der binnen- en buitenlandsche politiek, die een spoedige beëindiging van den strijd tot een nationale» plicht voor beide partijen maken. Bij de eigenlijke besprekingen; die onder de personolijke leiding stonden van den rijksminister van arbeid, dr. Braun, kwa men de beide partijen allereerst overeen, dat een speciale commissie voor het bijleggen der arbeidsgeschillen in het Ruhrgebied zal worden gevormd. Deze „Schlichtungskam. mer" zal bestaan uit een gelijk aantal ver tegenwoordigers van werkgevers en arbei ders en worden gepresideerd door den heer Hausmann, vice-president van het Maagden burger „Oberprasidium". Overigens is in het Ruhrgebied de toe stand onveranderd. Uit het Saksische kolengebied wordt een aanzienlijke toeneming van het aantal werk willigen gemeld. Dreigend blijft de toestand nog steeds in Opper-Silezië. Hier valt van een verbete ring niets te bemerken en kan veeleer van een verscherping van den toestand worden gesproken. BERLIJN 14 Mei. De Duitsche regee. ring heeft te Moskou een nota doen over. handigen, waarin zij haar leedwezen uit. spreekt over het feit, dat door een fout der politie rechten van personen, die genieten van de ex-territorialiteit, zijn geschonden. De leider der politieke politie in Pruisen, Oberregierungsrat Weiss, is door de regee ring op non-activiteit gesteld, totdat de ge beurtenissen volkomen zullen zijn opgehel derd. Het bericht, als zou de Russische regee ring te Berlijn een nota met vrij vergaande eischen hebben doen overhandigen, wordt van bevoegde zijde niet bevestigd. Een der gelijke nota is op het departement van bui tenlandsche zaken niet ontvangen. KONSTANTINOPEL, 14 Mei. In de streek van Erzeroem heeft een hevige aard beving plaats gehad. Verscheidene dorpen werden verwoest. Tot dusver worden 50 slachtoffers gemeld. Gisteren hebben Koning Ferdinand en Koningin Marie van Roemenië, vergezeld door den Koning en de Koningin van Enge land, een bezoek aan de tentoonstelling te Wembley gebracht. den stelde. Hij had nog nooit hoogere eischen gesteld. Zoodra de dag van zijn huwelijk bepaald was, veranderde dit alles. Wat hij voor ricli- zelven als ruim voldoende beschouwde, kwam hem als ellendig en ontoereikend voor, nu het erop aankwam dat Louise in zijn lot moest deelen. Hij kon er geen vrede mee hebben, dat zijn vrouw op een somber, klein zolderka mertje zou wonen, dat als eenig huisraad slechts een tafel en een bed bevatte. Hij besloot dus op een van de bovenverdiepin gen een woning van twee of drie vertrek ken te huren en die eenvoudig, doch smaak vol te meubileeren. De portierster kon niets anders doen dan dit voornemen goedkeuren. Ze liet hem op de eerste verdieping eenige vertrekken zien, welke uitzicht verleenden op de straat en een vroolijken indruk maakten. In zijn vreugde huurde de jonge man deze woning dadelijk, maar hij legde de por tierster het strengste stilzwijgen op, want hij stelde zich voor om Louise op den dag van hun huwelijk, daarmede aangenaam te verrassen, wanneer hij haar onverwachts in het voor haar gereed gemaakte heiligdom zou binnenleiden. Nu bleef nog slechts de kwestie der meu belen over. Om die op te lossen was er een weinig geld noodig en hij besloot het voor beeld van zijn kameraden te volgen en zijn patroon om een klein voorschot te vragen. Hoe eenvoudig die stap ook was, het kostte hem toch zeer veel moeite voordat hij ertoe besloot. Maar om uit den pijnlijken toestand te ge raken, begaf hij zich naar de kamer van zijn patroon. „Mijnheer," zeide hij, „u is altijd heel goed voor mij geweest, Ik kom u mededeelen dat ik ga trouwen." De werktuigkundige keek zeer verwon derd en fronste de wenkbrauwen. Wij weten reeds dat hij zijn eigen inzich ten had omtrent de toekomst van Edmond. De woorden welke hij daar vernam, deden zijn plannen geheel in het water vallen. „Ga je trouwen?" herhaalde hij ongeloo- „Ja, mijnheer." „Op jouw leeftijd! Je bent nog veel te jong." „Over twee maanden zal ik twintig jaar oud zijn; ik ben reeds lang geen kind meer en ik vind in mijn werk een bestaan." „Ja, je bent een flink en werkzaam jong- mensch, dat weet ik.... maar dat is nog geen reden om op twintigjarigen leeftijd te trouwen." „Er is niemand, die het mij verbieden kan." „Ik wil wedden, dal de vrouw, die je gaat huwen, ouder is dan jij." „U zoudt uw weddenschap verliezen, mijnheer, mijn aanstaande is nog geen acht tien jaren oud." „Dan zijn haar ouders zeker zeer bemid deld, nietwaar?" „Zij is een wees, evenals ik, mijnheer." „In dat geval bezit zij toch zeker iets?" „Niets, mijnheer." De patroon zag Edmond met een zekere verbazing, ja, bijna vertoornd aan. Het was duidelijk, dat hij zich afvroeg, of hij met een krankzinnige te doen had. „Niets?!" riep hij uit, „en dan wil je trou wen?" „Ja, mijnheer." „Waarom dan?" „Omdat ik haar liefheb." „Dat is geen reden „Integendeel, mijnheer, dat is een zeer goede reden." „Komaan, denk eens na, mijn vriend," sprak de patroon met vaderlijke goedheid, „zulk een vereeniging kan wellicht het on geluk van je heele leven zijn," De jongeling schudde het hoofd. „Ik hoop integendeel, dat ik zeer geluk kig zal worden." „Je bezit niets, ie vrouw ook niet. Wat moet dat worden?" „Ik heb twee handen, mijn verstand en mijn energie; daarmede behoef ik niet bang te zijn." „Er zullen kinderen komen." „Zij zullen welkom zijn." „Zij zullen de ellende meebrengen." „Ik zal de ellende verjagen, Overigens stel ik mij onder Gods bescherming." „Dus je bent vast besloten?" „Ja, geheel en al, De geboden ZÜtt reeds afgekondigd. Binnen twaalf dagen zijn wij getrouwd." „Zoo! Dus ie komt mij niet om raad vra gen?" „Neen, mijnheer, ik kom u alleen kennis geven van mijn voornemen en u verzoeken mij een diepst te bewijzen." „In welk opzicht?" vroeg de patroon op zonderlingen toon. „Ik wilde u een klein voorschot verzoe ken. Ik heb wat geld noodig om de kamers, welke ik gehuurd heb, van meubelen te voorzien." Een spotachtig glimlachje speelde om den mond van den patroon, toen hij deze een voudige vraag op zulk een naïven toon hoorde stellen. „Zoo, zoo," zeide hij, „dus je rekent op mij voor de kosten van je vestiging?" „Jawel, mijnheer," „Welnu, dan heb je misgerekend." Edmond kon zijn ooren niet gelooven. „Wat zegt u, mijnheer! U weigert mij dus te helpen?" „Ja zeker." „Wat ik u vraag, heeft u toch meermalen zonder bezwaren aan mijn kameraden toe. gestaan?" „Dat is zoo, maar ik wensch thans niet mee te werken tot hetgeen ik een daad van krankzinnigheid noem. Bovendien ben ik niet rijk genoeg om gevaar te Joopen mijn geld te verliezen." ..Uw geld verliezen!?," herhaalde Edmond met een zekere geraaktheid. „U heeft niet het recht om zoo te spreken, mijnheer. U weet wel dat ik een knap werkman en een eerlijk mensch ben." „Dat weet ik zeer goed, maar ik weet ook, dat je nog nauwelijks getrouwd zult zijn, of je zult aan telkens tcrugkeerende behoeften zijn blootgesteld. Dan zul je niet meer in staat zijn het voorschot terug te betalen." Edmond was trotsch en, hoe gering zijn staat ook wezen mocht, hij was toch in hoo- ge mate teergevoelig en eergierig. Het ant woord dat hij ontvangen had, liet hem niet toe om verder aan te dringen. „Geloof mij mijnheer," zeide hij onwille keurig een weinig stijf, „dat het mij spijt een stap te hebben gedaan, waarvan ik den uit. slag met geen mogelijkheid kon voorzien, Ik zal wel voor mijzelven zorgen." „Ik hoop het, maar kan het moeilijk ge looven," antwoordde de patroon, „of liever, ik ben overtuigd van het tegendeel." De jonge man groette beleefd en verliet het vertrek met opgeheven hoofd, doch met een gekrenkt en beangstigd gemoed, Welke vernederingen, hoeveel smarten waren er dan in de toekomst voor hem weggelegd, daar nu reeds iemand, waarvan hij meen de, dat hij een goed man was en van wien hij tot nog toe niets dan welwillendheid ondervonden had, weigerde mede te wer ken tot een huwelijk, dat hij niet alleen als een dwaasheid, maar zelfs als een misdadf.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1924 | | pagina 6