zA/F^QUWETI-
c
Binnenlandsch Nieuws.
Vondel's Sacraments-Poëzie.
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT.
Tweede Blad - Vrijdag 30 Mei 1924
Kasv oor schotten Kon.
Holl. Lloyd
Wijziging Nijverheidswet.
Notariaat.
Het schoenenwetje.
Jhr. Mr. de Savornin Lohman
87 jaar.
Brieven in het locaal verkeer.
Ned. R.-K. Grafische Bond.
VERKEER EN POSTERIJEN.
De electrificatie van de spoor
lijn AmsterdamRotterdam.
RECHTSZAKEN.
De moordzaak van Etten.
KUNST EN KENNIS»
De internBakkerij
tentoonstelling.
Onderscheiding aan prof. Hugo,
de Vries.
Marconi's vinding.
De waarde eener christelijke
Moeder.
De kerkelijke overheid
en de Mode
Ons behang.
Marmer.
Het wasschen van wit
wollen goed-
UIT DE MOPPENTROMMEL.
Kinderhansopje,
Outergeuren van Joost van den
Vondel, saamgelezen door B. H,
Molkenboer 0,P, Uitgave dor
N.V. Dagblad en Drukkerij „De
Tijd", Amsterdam.
Het was een voortreffelijke gedachte van
professor B. H. Molkenboer O.P., vastgelegd
in nog voortreffelijker daad, om, nu het
Internationaal Eucharistisch Congres straks
in de aloude Mirakelstad aan Amstel en IJ
gehouden zal worden, de vrome aandacht
van land- en geloofsgenooten,'op nieuw te
ieiden naar Vondel's Sacraments-poezië.
Immers, door deze poezië is de groote Be
keerling, onze begenadigde zanger, zeer
wezenlijk met die komende gebeurtenis ver
bonden. Hij heeft ons mede opgevoerd tot
onze moderne devotie tot Christus in de H.
Eucharistie. Maar vooral, Vondel was, be
halve een allen overstralend dichter en
scherp wijsgeerig denker, buitengewoon er
varen in de kennis der godgeleerdheid en
zijn helder theologisch begrip over het H.
Sacrament des Altaars, komt treffend over
een met de nu gangbare opvattingen der
Kerk.
Voor ons Katholieken, blijft het een
heugelijk feit, dat 's lands oudste en groot
ste poeët tot Rome kwam door de H.
Eucharistie. Het Geheim, dat hem lang en
ver van de Moederkerk verwijderd heeft
gehouden, werd de genaderijke kracht, die
hem het eerst en innigst daaraan verbond,
„De vrucht van die zielkundig zoo merk
waardig Eucharistische bekeering," zegt
Prof. Molkenboer met treffende juistheid,
„rijpte dadelijk in 't „arm geschenk van een
altaargedicht," zooals de aartspoeët nede-
ring zijn Ataargeheimenissen noem
de. Al zag de 53-jarige neofiet „sidderend
in verlegen" tegen de taak op, die een ge
boren katholiek, ja een vak-theoloog zou
doen huiveren, na zijn eerste H, Kommunie
op het stille Begijnhof, bekende hij zich
„van eene Godheid zwanger," niet literaire,
maar letterlijke, vervulling aan hem van den
Ovidiaanschen regel: Est Deus in
nobis, agitante Ca. lescimus
i 11 o. (God is in ons, Zijn a'andrift doet ons
ontgloeien.) Want heeft Vondel nooit kun
nen beletten, dat, wat op 's harten grond lei,
hem welde naar de keel, zijn zalig, nieuw
geluk drong hem met verdubbelde kracht,
om poëtisch te getuigen, en zooals andere
artistieke bekeerlingen vond hij in 't om
helsd geloof, nooit vermoede bronnen van
de heiligste inspiratie. Het poeëm werd in
derdaad behalve een belijdenis van zijn ge
loof, een getuigenis van zijn liefde."
De Altaargeheimenissen zijn
doorfonkeld van geest-enhart verheffende
meditaties over de logische redelijkheid,
bijbelsche onweerspreekbaarheid, zielvoe-
dende waarde en liturgische heerlijkheid
van het alles omvattend Eucharistisch
dogma, meditaties, die zooals prof. Molken
boer zegt, „voorzichtig gelicht buiten hun veel-
eischend verband," misschien voor hen, die
't heele gedicht moeilijk verteren kunnen,
nog beter tot hun recht komen.
Wij Roomschen zouden ons zelf te kort
doen, mfet ten minste die fragmenten niet te
lezen en in ons op te nemen. Té
lang was het katholieke volk verstoken van
Vondel's apostolisch geluid, van zijn weer-
galooze Sacraments-poezië, en wij allen
mogen Prof. Molkenboer heel dankbaar zijn,
dat hij de edelste „O u t e r g e u r e n" uit
de „Altaargeheimenissen" zorg
vuldig heeft saamgelezen, ze zooveel moge
lijk met Vondels eigen woorden heeft beti
teld en die prachtige fragmenten in de ge
bruikelijkste spelling en kort toegelicht, allen
Congresgangers en geloofsgenooten aan
biedt.
Het zou te veel van ons gevergd wezen,
deze aankondiging der „Outergeuren" te
beëindigen, zonder de geestelijke reukorga
nen onzer lezers en lezeressen met den
zoeten, doordringenden geur van een dier
Vondeliaansche Eucharistische fragmenten te
streden en te verkwikken.
Wij kiezen hiertoe uit: „O Kersten
har t."
„O Kersten I)hart! wat traagheid let U
dan
Des morgens vroeg te rennen, daar dit
Man, 2)
Die zuivre dauw des offers, zoo gezegend
U in den mond en op de lippen regent,
Zoo blank als sneeuw, van 3) 't heilrijk
Paradijs!
Wat hoop van staat, 4) gebouwd op smel
tend ijs, 5)
Wat zucht tot goud, wat vleierij van
pluimen 6)
Betovren U dien zegen te verzuimen?
Dien outeroegst? 7) dat offerooft? die
vrucht,
Voor elk gekweekt in Serafijnsche
lucht? 8)
De Heiland, eens gehecht aan 't heilzaam
teiken, 9)
Begint van hier 10) zijn vrucht U toe te
reiken.
Hier bloeit de boom des levens dag aan
dag,
Hier rust de ziel van 't ijdele bejag.
Hier toomt de geest het vleesch 11) zijn
dartelheden,
Hier antwoordt God op zuchten en ge
beden.
Hier wischt hij af de tranen in der nood.
Hier leeft het hart in troost; hier sterft
de dood;
Hier geeft U God den voorsmaak voor t
onsterflijk, 12)
Ook van zich zelf, door 't offeren ver-
werflijk.
In deze twintig heerlijke versregels cul
mineert het beeld van onzen Roomschen
Vondel, in zijn teedere, innige en diepe
godsvrucht tot het H. Sacrament des Al
taars, in zijn heiligen ernst, in den gloed en
de lieflijkheid zijner dichtgave en in zijn
hart en zinnen meesleepende, verrukkelijke
taalmuziek.
Moge dit weinige tot prikkel strekken
voor onze lezers en lezeressen, om de
a c h t-e n-t w i n t i g fragmenten uit Von
del's Altaargeheimenissen, saamgelezen door
de kundige hand van een der hoogleeraren
aan onze R.-K. Universiteit, ter hand te
nemen en met ingetogen aandacht te lezen
en te herlezen, tot meerdere eer, lof en glorie
van het „a lier Wondren Wonder"
en tot veelvuldige nuttiging van dit „o n s
dagelijksch Broo d."
1) Kersten: christen.
2) Man: Manna.
3) Van: uit.
4) Staat: voorname positie.
5) Gebouwd op smeltend ijs: vergan
kelijk.
6) Vleierij van pluimen: koestering van
't bed-
7) Outeroegst: altaaroogst, dat wat ge van
't altaar oogsten kunt.
8) Serafijnsche lucht: de hemel.
9) 't Heilzaam teiken (teeken): het kruis.
10) van hier: van 't altaar.
11) Het vleesch: derde naamval.
12) 't Onsterflijk: de onsterfelijkheid.
De Tweede Kamer heeft Woensdagmiddag
het wetsvoorstel tot het toekennen van
kasvoorschotten aan den Kon. Holl. Lloyd
aangenomen met 48 tegen 28 stemmen.
De Tweede Kamer heeft het ontwerp tot
wijziging van de Nijverheidswet met 64
tegen 15 stemmen aangenomen.
De minister van Justitie brengt ter kennis
van belanghebbenden, dat bij de regeering
't voornemen bestaat om eene nieuwe nota-
rieele standplaats te vestigen in de gemeen
te Hengelo (O.).
Sollicitanten kunnen hunne adressen
uiterlijk 21 Juni a.s. aaii H. M. de Koningin
inzenden.
Met ingang van 15 Juni a.s. wordt het in
voerverbod van schoenen ingetrokken.
Jhr. mr. De Savornin Lohman is Donder
dag j.l. 87 jaar oud geworden.
Verlaging van porto?
In zijn Memorie van Antwoord op het
voorloopig verslag van de Eerste Kamer be
treffende de begrooting van de P. T. T.
deelt de minister mede, dat een voorstel tot
verlaging van sommige posten o.m, door in
voering van een afzonderlijk tarief voor
brieven in het locaal verkeer het vorig jaar
bij den raad van ministers aanhangig werd
gemaakt.
In verband met de te verwachten mindere
ontvangsten werd evenwel door den minis
terraad beslist dat tot nader order niet tot
portverlaging zou kunnen worden overge
gaan.
Deze aangelegenheid heeft steeds de volle
aandacht van den minister. Ook nu is de
mogelijkheid voor portverlaging in overwe
ging.
Vrijdag 23 en Zaterdag 24 Mei hield te
Amsterdam in het St. Josephgezellcnhuis
aan de Stadhouderskade, bovengenoemde
bond zijn 21e algemeene vergadering.
De voorzitter wees in zijn openings
woord op een drietal belangrijke punten,
nl. het streven der socialistische vakbewe
ging om de Katholieke en Christelijke vak
bonden onder den voet te loopen. In dit i
verband wees hij op eenige belangrijke ge
beurtenissen, die in deze richting wijzen.
Verder wekte hij op tot flinke propaganda,
vooral onder de jongeren, en het organisa
tiebesef en de organisatieliefde bij de leden
te versterken.
Als derde punt voerde hij aan de nood
zakelijkheid van de handhaving der con
tracten.
De jaarverslagen van secretaris en pen
ningmeester werden na eenige besprekin
gen goedgekeurd.
Bij de verkiezing van hoofdbestuursleden
werden de aftredende heeren Lijn, Triesman
en Willemse herkozen.
Bij de behandeling der voorstellen, wer
den de hoofdbestuursadviezen aanvaard. Bij
sommige voorstellen deed het hoofdbestuur
belangrijke toezeggingen.
Zaterdagochtend vond een boottocht door
de havens plaats, aangeboden door de
gemeente Amsterdam. Jammer, dat het weer
zoo weinig meewerkte. Gedurende den ge-
heelen toch viel de regen bij stroomen, zoo
dat meenig deelnemer een nat pak haalde.
Dit kon echter de stemming niet bederven.
Na afloop van den boottocht werd gedi
neerd en te half twee weer aangevangen.
Bij de voorstellen tot instelling van een
pensioenfonds, was de vergadering van
meening, dat er een fonds moet komen voor
de gezamenlijke bedrijven, waartoe een eigen
fonds meer een sta in den weg zou zijn.
Bij de voorstellen in zake de contract
wijzigingen deed het hoofdbestuur een voor
stel tot instelling van een commissie van
advies, welke het hoofdbestuur ter zijde
zal staan.
Een voorstel om de beslissing over de al
of niet aanvaarding der contracten te doen
nemen, uitsluitend door samenstelling van
voor- en tegen-stemmers, werd met groote
meerderheid verworpen. De algemeene ver
gadering blijft souverein.
Eenige andere voorstellen werden afge
stemd, deels, omdat ze practisch niet uit
voerbaar waren, deels omdat het hoofdbe
stuur een andere oplossing aan de hand
deed.
Bij het einde van de vergadering hield
de heer Nijkamp nog een vurig pleidooi
voor aanhoudende propaganda voor de Ka
tholieke vakbeweging, gezien de pogingen
die steeds in de kringen der socialistische
vakbeweging worden ondernomen, de leden
achter de leiding in de Kath. vakbeweging
vandaan ie halen.
De heer Schipper, secretaris van den Ned.
Christelijken Grafischen Bond, woonde het
eerste deel der vergadering bij, doch liet
zich, door bondswerkzaamheden, veront
schuldigen voor het tweede deel.
De Ned. R. K. Grafische Bond heeft weer
twee vruchtbare vergadering achter den rug.
De toon der critiek was welwillend. Terecht
kon de voorzitter bij het sluiten der ver
gadering opmerken, dat zoowel voor be
stuur als afgevaardigden dit congres leer
zaam en opwekkend was geweest.
ZONDAGSARBEID.
De heer Van der Voort van Zijp, lid van
de Tweede Kamer, heeft aan den minister
van marine gevraagd:
1. Is het juist, dat op Zondag gewerkt
wordt aan den afbouw van den kruiser
Java?
2. Zoo ja, geschiedt dit op last van den
minister?
3. Is de minister bereid de directie van de
Maatschappij de Schelde op te dragen den
Zondagsarbeid aan dezen kruiser te doen
ophouden?
Een proeftocht tusschen Den Haag
en Voorschoten.
Naar men weet, wordt de spoorlijn Am
sterdamRotterdam geëlectrificeerd. Een
gedeelte van deze electrificatie is reeds
klaar, t. w. het traject Den HaagLeiden.
Dinsdagmiddag is nu op het gedeelte tus
schen Den Haag en Voorschoten voor de
eerste maal proef gereden in tegenwoordig
heid van verschillende autoriteiten en inge
nieurs der Nederlandsche Spoorwegen.
Te 2.04 vertrok de trein, die bestond uit
een motorwagen, aanhangwagen en goederen
wagen van het tweede perron van het Hol-
landsche Spoorstation alhier.
BREDA, 28 Mei. Naar wij vernemen is Mr.
W. A. J. van der Hurk, een der verdedigers
in de moordzaak te Etten, voor het Bossche
Hof, waarbij de beklaagden tot 15, 6 en 6 jaar
gevangenisstraf werden veroordeeld, in cas
satie gegaan, zoodat deze zaak eerlang doof
den Hoogen Raad zal worden behandeld,
DE VERHONGERDE ZWERVER
TE BAARN.
Tegen den agent van politie Huisman, be
schuldigd van dood door schuld van den 56-
jarigen zwerver B. Rigter, werd Dinsdag
door den Officier van Justitie bij den Recht
bank te Utrecht 1 maand hechtenis geëischt.
Mr. Schretlen, die bekl. verdedigde vroeg
vrijspraak, op grond van het feit, dat het ten
laste gelegde niet wettig en overtuigend ia
bewezen.
In het tentoonstellingsgebouw aan het
eind van de Ferdinand Bolstraat te Amster
dam, is Woensdagmiddag in tegenwoordig
heid van tal van genoodigden, door burge
meester De Vlugt, de intern. Bakkerij-ten
toonstelling geopend.
Aan het weekblad „De Neder-Veluwe*"
wordt uit Lunteren geschtcven:
Ui: betrouwbare bron vernemen wij, dat
de Senaat van de Landbouw Hoogeschool te
Berlijn eenstemmig besloten heeft prof. dr.
Hugo de Vries een eere-docloraat van Land
bouw te verleenen, uit hoofde van zijn
baanbrekenden arbeid op het gebied van
Plantenphysiologie en Erfelijkheidsleer.
Belangrijke besparing bij den Radio-diensr,
De premier van Australië, Hughes, heeft
onlangs mededeeling gedaan over een op
zienbarende uitvinding van Marconi, waar
door het draadloos verkeer over groote af
standen aanmerkelijk goedkooper zou wor
den. Hoewel de minister geen andere me-
dedeelingen over den aard van deze ont
dekking wenschte te doen is het bekend,
wat de kenmerking van de uitvinding is.
Men weet sedert eenigen tijd, dat Marconi
bezig is geweest met het onderzoek van „ge
richte" draadlooze telegrafie. De draadlooze
golven zijn een vorm van electrische ener
gie, die men op overeenkomstige wijze als
het licht door middel van reflectoren kan
dwingen, zich niet in alle richtingen, doch
slechts naar één kant te verspreiden. Aldus
kan men twee punten door een straal in
verbinding met elkaar brengen, met uitslui
ting van alle punten, die buiten de verbin
dingslijn valien. De golven kunnen elkaar
daardoor niet hinderen en het „aftappen"
van berichten is buiten het bereik van den
straal onmogelijk.
Een tweede kenmerk van Marconi's uit
vinding is het gebruik van kortë golflengten.
Het is bekend, dat hiermee merkwaardige
resultaten zijn bereikt. Door de „straal"-
overbrenging verkrijgt men een belangrijke
verlaging van de benoodigde energie en dus
ook van de kosten van aanleg en onderhoud
der stations. Wat het verschil zeggen wil
kan men afleiden uit het feit, dat een sta
tion van 1000 kilowatt volgens 't huidige
systeem, ongeveer 6 millioen gulden kost.
Volgens het nieuwe systeem zal vermoede
lijk niet meer dan een tiende van deze som
noodig zijn.
De Australische regeering heeft zoo goede
verwachtingen van Marconi's nieuwe sys
teem, dat zij zoo goed als zeker haar plan
tot aanbouw van een groot station van hef
oude systeem zal laten varen.
Het christelijk gezin is op de eerste plaats
de opvoeder van de menschen en bij dit
heilige werk neemt wederom de moeder
de eerste plaats in.
De grootste weldaad, die God een mensch
kan verleenen is ongetwijfeld hem een waar
lijk christelijke moeder te schenken.
Met opzet zeg ik niet een teedere, liefde
volle moeder, want wanneer de moeder zelf
vervuld is van den wereldschen geest, dan
is haar liefde voor het kind niet nuttig, maar
verderfelijk.
Van alle Godsgaven is echter een echriste-
lijke moeder de grootste. O 1 wanneer ik in
de wereld zoo dikwijls het geluk der kinderen
hoor afmeten naar den rijkdom der ouders,
noezeer komt dan geheel mijn binnenste
daartegen in opstand. Onmetelijk ongeluk
kig is het kind, dat een onchristelijke, onge-
loovige moeder, zonder deugd bezit, al gaat
het ook in purper en zijde gekleed onmete
lijk gelukkig het kind, hetwelk een christe
lijke moeder bezit, al is het ook in lompen
opgegroeid en voleindigt het zijn leven in
lompen.
Ja wee de wereld van wege de slechte,
onchristelijke moeders dat is de grootste
ellende, waaronder wij zuchten Zij leggen
de bijl aan den wortel van den boom.
Zij verwekken in de ziel van het kind den
geest der wereld, des ongeloofs/der zelfzucht,
der onkuischheid, waardoor eens de bloem,
door God geplant en gedrenkt met Zijn
bloed, moet verstikken en verwelken.
Maar even verpestend als de invloed der
onchristelijke moeder, al draagt zij ook den
naam van christin, op het kind werkt, even
zegenrijk werkt de kiem, door een vrome
moeder in de ziel van het kind gelegd.
Wanneer de moeder reeds lang in het graf
rust, de zoon echter, aangegrepen door den
storm des levens, wordt heen en weer ge
slingerd, in groot gevaar geloof en zeden te
liezen en eeuwig verloren te gaan, dan
zal de vrome, edele gestalte zijner christelijke
moeder hem nog verschijnen en hem met
wonderbare macht terugvoeren op den weg
van geloof en deugd.
Wie het christendom en zijne deugden
heeft leeren kennen, zijn innerlijke waarheid
zijne reinheid, zijn tot het uiterste zelfverge-
tende liefde in het loven van eene christelijke
moeder, wie in zulk een gezin den vrede heeft
genoten, dien Christus Zijn vrede noemt,
die wordt door deze herinnering getrokken
uit eiken poel van verderf, waarin hij door
het leven geslingerd wordt. Wie eenmaal
in zulke verheven beelden de deugd heeft
aanschouwd, die kan zelfs dan niet zonder
verachting en afkeer de zonden beschouwen,
wanneer hij zelf er door is aangegrepen.
Uit de werken van v. Ketteler)-
Uit 'n artikel in „Nederlandsche Katholie
ke Stemmen" lichten wij 'npaar beschouwin
gen over dit vraagstuk, dat meer aktueel is
dan ooit.
In het orgaan van de Katholieke Zwitser-
sche Vrouwen verschijnt een artikel waarin
gewezen wordt op de groote verantwoorde
lijkheid, die de vrouwen hebben tegenover
hun volk. „Zedelijk volk, groot volk," en 't
is de vrouw, die het zedelijk gehalte van 'm
land bepaalt. Over die waarheid mochten
IN DE TRAM.
r*y *1
Conducteur: „Ziet u daar niet staan „verboden te rooken?"
Passagier: .„Jawel; maar ik zie daar ook staan „draag jezondheids-corsetten." Denk
flou dat ik me aan al die kletspraatjes kan storen?
onze Nederlandsche Vrouwen wel 'ns naden
ken.
„Katholieke Stemmen" brengt ons echter
'n ander punt onder 't oog, dat zeker geen
enkele vrouw, die echt katholiek, is onver
schillig kan laten dat de kerkelijke overheid
steeds met al haar gezag, heeft aangedrongen
op de meest strikte betamelijkheid in de
kleeding.
De Paus zelf heeft, als hoogste kerkelijke
gezagvoerder, altijd vooraan gestaan in den
strijd tegen de lichtzinnige vrouwenkleedij.
In 1919 verklaarde Z. H. Paus Benedictus
XV op 'n audiëntie, toegestaan aan den ka
tholieke Vrouwenbond, dat een der dringend
ste doeleinden van het vrouwenapostolaat
vormteen krachtige aktie tegen de onzede
lijke modes.
Onze tegenwoordige Paus Pius XI klaagt
in zijn Encycliek „Ubi Arcano Het is
allen bekend.... hoezeer de grenzen der
eerbaarheid worden overschredendoor
de lichtzinnigheid van vrouwen en meisjes,
door wier weelderige levenswijze de afgunst
der behoeftigen wordt geprikkeld." Op dit
laatste punt mag wel eens de aandacht ge
trokken worden. Te weinig vrouwen denken
er aan, dat er naast hen menschen leven, wier
armoede beleedigd wordt door het praalver
toon van den rijke, die tot verbittering ge
prikkeld worden als zij zien hoe 'n christelijke
dame genoeg besteedt aan een baltoilet, om
hun huisgezin 'n half jaar voor honger te be
waren 1 Ook daarin kan onzedelijkheid be
staan.
Verschillende bisschoppen in Frankrijk,
Engeland, Italië en Nederland hebben de on
gepaste kleeding streng afgekeurd en verbo
den, die personen tot de Sacramenten toe te
laten, die niet op 'n behoorlijke manier ge
kleed zijn. Ook in België werd door de
geestelijkheid een bevel in dien zin uitgevaar
digd. I
Aan onze ontwikkelde vrouwen, die meest
al behooren tot middens, waar nog degelijke
begrippen over zedelijkheid bestaan, komt
het toe, hier het voorbeeld te geven, te toonen,
dat zij zich smaakvol en modern kleeden kun
nen, zonder aan alle overdreven dwaze gril
len en aan onzinnige décolleté-manie mee te
doen.
Waar het geestelijk gezag zoo luid de stem
verheft, om de onzedelijkheid in de kleeding
te keer gaan, mogen onze vrouwen haar gewe-
teJT wel eens onderzoeken en nagaan of zij
wel altijd de Christelijke principen getrouw
gebleven zijn onder dit oogpunt. Vrouwelijke
ijdelheid, zucht tot navolging, vrees om voor
kleingeestig uitgemaakt te worden, dit alles
moet wijken, waar het staat tegenover
Mannenadel en Vrouweneer" twee dingen
die zoo nauw met elkaar verbonden zijn.
Onder de onaangename ontdekkingen,
die wij in schoonmaaktijd doen, behooren
ook de verbleekte, verschoten behangsels,
die ons honend schijnen aan te grijnzen als
al wat aan meubelen, spiegels en schilderijen
de muren gedeeltelijk aan ons oog onttrok,
tijdelijk van z'n plaats is genomen.
Dan zien wij tot onzen schrik, dat van het
mooie behang, dat eenmaal groen of bruin
of blauw was, niet veel anders is overgebleven
dan een vaal, onoogelijk papier, van onbe
stemde tint, waar alleen de oases in de woes
tijn aan betere dagen herinneren.
Om het verschieten van het behang tegen
te gaan, had moeder de vrouw het binnen
vallende licht, de zonnestralen vooral, toch
zooveel mogelijk geweerd ze had de gor
dijnen en marquises of jaloezieën steeds
in actie gehouden. En tóch Al de hulpmid
delen bleken niet afdoende te zijn geweest
en de zorgzame huisvrouw begreep, dat zij
in het vervolg beter zou doen, het kwaad
te voorkomen dan het te beperken.
En toen zij stalen liét komen voor nieuw
behang, maakte zij gebruik van de mogelijk-
VERSPROKEN
„Hoe ben je aan die schrammen geko-
men?"
„Van de kat."
„En die buil op je hoofd?"
„Ze heeft met een bord naar me gegooid!"
(Sondags Nissc).
heid om papier te nemen, dat lichtecht is.
Dus bestand tegen den invloed van het licht
gegarandeerd lichtecht.
Er bestaat inderdaad behangselpapier,
dat niet alleen lichtecht, maar ook afwasch-
baar is, welke laatste eigenschap natuurlijk
de zindelij kheid en hygiëne in huis ten zeerste
bevordert. Vooral voor slaapkamers is dit
soort papier als muurbedekking aan te be
velen.
„Hoe krijg ik vetvlekken uit marmer
„Hoe houdt in de marmeren platen der
waschtafels het beste schoon
„Kunt u mij ook zeggen, hoe ik zwart-mar-
meren schoorsteenmantels moet behande
len
Dat zijn drie marmer-vraagstukken, ons
thans weer door onze lezeressen ter oplossing
voorgelegd. Reeds meer dan eens hebben wij
zoo duidelijk mogelijk in deze rubriek de
quaesties voor haar opgelost. Nu echter uit
den vragenbundel weer eenige hulpkreten
tot ons komen van schoonmakende huisvrou
wen, die haar marmer niet weten te behande
len, herhalen wij nog maar weer de nuttige
wenken, die wij in dezen eerder gaven. Maar
tevens vragen wij haar, die belang stellen in
onze raadgevingen, ze ten gerieve van haar
zelf en ook van ons, te willen uitknippen,
desnoods in een schrift op te plakken.
Om marmeren platen te reinigen, heeft men
niet veel anders dan heet water en zeep noo
dig, maar men moet erop letten, dat het water
niet te lang op de plaat blijft staan. Men
droogt een paar maal met zachte doeken na
en wrijft het marmer op met witte of zwarte
was, al naar de kleur dat vereischt. (Onze
lezeressen weten toch, dat er ook zwarte
boenwas bestaat, die o.a. uitstekende dien
sten verricht bij het opknappen van de zwarte
mes-heften.)
Zijn in het marmer vlekken gekomen, die
zich op deze manier niet laten wegwerken,
dan gebruikt men versche gebluschte kalk,
die men met water tot een brijachtige massa
roert, gelijkmatig op de vlekken smeert en
er twee of drie dagen op laat zitten. Daarna
wordt de plaat afgespoeld.
Een middel, dat minstens evengoed, mis
schien nog beter is, is een ossengal, die men
met 125 gram- zeepziedersloog, 62 gram ter
pentijn en wat drooge pijpaarde tot een brij
mengt die ook twee of drie dagen op de vlek
moet blijven liggen.
Vetvlekken kan men uit marmer verwij
deren (als ze niet verdwijnen door bewerking
met zeepsop) door ze te bedekken met een
laagje pijpaarde en water of met een papje
van magnesia. Dit laat men er eenige uren
op liggen, verwijderd het poeder en herhaalt,
zoo noodig, de bewerking. Zijn de vlekken
te diep ingedrongen, dan schaaft men ze
weg met behulp van een stukje glas.
Weinig dames weten, dat wit wollen goede
ren, als ze met beleid thuis gewasschen wor
den,'even mooi worden als wanneer men ze
chemisch laat reinigen. Men wascht de klee-
dingstukken, die vooraf in de week gezet
moeten worden, in een lauw schuimend zeep
sop, waaraan men wat geest van salmoniak
heeft toegevoegd (op 2 liter water een eet
lepel) terwijl men ze klopt en drukt, maar
niet wrijft. Men voegt bij het water, waarin
het goed geweekt wordt, ook wat geest van
salmoniak. De zeep moet vooral vet zijn.
Vlekken moet men er van te voren met een
of ander middel uitmaken. Dan worden de
goederen in schoon lauw water gespoeld tot
dat er geen spoor van zeep meer in is ach
tergebleven zacht uitgedrukt (niet uitge
wrongen en daarna in een groot droog bed-
delaken gevouwen en geklopt, zoodat het
vocht in het laken trekt. Nu spreidt men de
kleedingstukken op een droog lagen uit om
ze geheel te laten opdrogen. Als men ze op
hangt, trekt het vocht naar de onderste kan
ten en krijgt men daar vlekken. Ook zouden
ze, als ze hangen, teveel uitrekken en uit hun
model gaan.
Kleeren van cheviot worden halfnat op den
verkeerden kant gestreken. Plooirokken moet
men eerst hechten voordat met ze wascht,
zoodat de plooien op hun plaats blijven. Men
moet ze aan den rechten kant strijken, maar
er eerst een doek over leggen. Wollen truien,
jumpers, casaques en ander gebreid of ge
haakt goed moet men, voordat men het gaat
wasschen, eerst meten om het, als het uit de
tobbe komt, op de juiste maat te rekken. Deze
artikelen worden liggende gedroogd en niet
gestreken maar als ze bijna droog zijn, zacht
jes geklopt en bijgewerkt.
Zijn de kleeren door het wasschen wat
geel geworden, dan moeten ze, half nat, ge
zwaveld worden.
Witte wollen dekens behandelt men op de
zelfde manier. Men strekt ze niet, maar klopt
ze als ze bijna droog zijn, voorzichtig op,
(om de haartjes weer overeind te doen staan)
EEN GOEDE RAAD.
Zij „Marie en ik kunnen elkaar heel
slocht door dc telefoon verstaan."
Hij „Probeer eens een voor een te pra
ten."
BAL-PRAATJE.
Hij Het is eigenaardig, maar heel dik
wijls heeft een leelijke, domme man bij 4®
mooiste vrouw succes....
Zij Vleier
Ook het kindernachtgoed wordt tegen
woordig zoo aardig gemlaakt.
Daar zijn die snoezige kinder-pyama's,
waarin kleine kinderen er uitzien om te
stelen, uit efien stof gemaakt en met
grappige teekeningen versierd. Van voren
op het jasje zit b.v. een groote groene kik-
vorsch onder een roode parapluie, terwijl
onder op de pijpen van het broekje een
stelletje zwaar verkouden kikvorschen hui
zen. Voor den zomer maakt men zulke py-
ama s met korte mouwtjes, terwijl men voor
den winter kleurige wollen pyama's heeft
van geel en roode stof, met zwarte randen
afgewerkt. Voor den winter neemt men ook
vaak kinder-pyama's, waarvan de broeks
pijpen van onderen met een bandje worden
dichtgebonden, zooals ook het hansopje van
ons plaatje heeft dat bijna nog aardiger en
kinderlijker is dan 'n pvama. 't Is van ge
kleurd linnen gemaakt, of, voor een winter-
hansopje. van flanel.
Mouwtjes en broekspijpen zijn met ge
kleurde bandjes vastgestikt.
'n Paar aardige, gekleurde vogelborduur-
seltjes versieren borstje en rechterbroeks»
pijp. y
zal
Ik ben nieuwsgierig, wat mijn man vanavond voor een cadeautje meebrengen
Ben je dan soms jarig?
O neen, maar we hebben van morgen zoo'n hooge woorden gehad,