zA/F^QUWETI- c Binnenlandsch Nieuws. Vondel's Sacraments-Poëzie. NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT. Tweede Blad - Vrijdag 30 Mei 1924 Kasv oor schotten Kon. Holl. Lloyd Wijziging Nijverheidswet. Notariaat. Het schoenenwetje. Jhr. Mr. de Savornin Lohman 87 jaar. Brieven in het locaal verkeer. Ned. R.-K. Grafische Bond. VERKEER EN POSTERIJEN. De electrificatie van de spoor lijn AmsterdamRotterdam. RECHTSZAKEN. De moordzaak van Etten. KUNST EN KENNIS» De internBakkerij tentoonstelling. Onderscheiding aan prof. Hugo, de Vries. Marconi's vinding. De waarde eener christelijke Moeder. De kerkelijke overheid en de Mode Ons behang. Marmer. Het wasschen van wit wollen goed- UIT DE MOPPENTROMMEL. Kinderhansopje, Outergeuren van Joost van den Vondel, saamgelezen door B. H, Molkenboer 0,P, Uitgave dor N.V. Dagblad en Drukkerij „De Tijd", Amsterdam. Het was een voortreffelijke gedachte van professor B. H. Molkenboer O.P., vastgelegd in nog voortreffelijker daad, om, nu het Internationaal Eucharistisch Congres straks in de aloude Mirakelstad aan Amstel en IJ gehouden zal worden, de vrome aandacht van land- en geloofsgenooten,'op nieuw te ieiden naar Vondel's Sacraments-poezië. Immers, door deze poezië is de groote Be keerling, onze begenadigde zanger, zeer wezenlijk met die komende gebeurtenis ver bonden. Hij heeft ons mede opgevoerd tot onze moderne devotie tot Christus in de H. Eucharistie. Maar vooral, Vondel was, be halve een allen overstralend dichter en scherp wijsgeerig denker, buitengewoon er varen in de kennis der godgeleerdheid en zijn helder theologisch begrip over het H. Sacrament des Altaars, komt treffend over een met de nu gangbare opvattingen der Kerk. Voor ons Katholieken, blijft het een heugelijk feit, dat 's lands oudste en groot ste poeët tot Rome kwam door de H. Eucharistie. Het Geheim, dat hem lang en ver van de Moederkerk verwijderd heeft gehouden, werd de genaderijke kracht, die hem het eerst en innigst daaraan verbond, „De vrucht van die zielkundig zoo merk waardig Eucharistische bekeering," zegt Prof. Molkenboer met treffende juistheid, „rijpte dadelijk in 't „arm geschenk van een altaargedicht," zooals de aartspoeët nede- ring zijn Ataargeheimenissen noem de. Al zag de 53-jarige neofiet „sidderend in verlegen" tegen de taak op, die een ge boren katholiek, ja een vak-theoloog zou doen huiveren, na zijn eerste H, Kommunie op het stille Begijnhof, bekende hij zich „van eene Godheid zwanger," niet literaire, maar letterlijke, vervulling aan hem van den Ovidiaanschen regel: Est Deus in nobis, agitante Ca. lescimus i 11 o. (God is in ons, Zijn a'andrift doet ons ontgloeien.) Want heeft Vondel nooit kun nen beletten, dat, wat op 's harten grond lei, hem welde naar de keel, zijn zalig, nieuw geluk drong hem met verdubbelde kracht, om poëtisch te getuigen, en zooals andere artistieke bekeerlingen vond hij in 't om helsd geloof, nooit vermoede bronnen van de heiligste inspiratie. Het poeëm werd in derdaad behalve een belijdenis van zijn ge loof, een getuigenis van zijn liefde." De Altaargeheimenissen zijn doorfonkeld van geest-enhart verheffende meditaties over de logische redelijkheid, bijbelsche onweerspreekbaarheid, zielvoe- dende waarde en liturgische heerlijkheid van het alles omvattend Eucharistisch dogma, meditaties, die zooals prof. Molken boer zegt, „voorzichtig gelicht buiten hun veel- eischend verband," misschien voor hen, die 't heele gedicht moeilijk verteren kunnen, nog beter tot hun recht komen. Wij Roomschen zouden ons zelf te kort doen, mfet ten minste die fragmenten niet te lezen en in ons op te nemen. Té lang was het katholieke volk verstoken van Vondel's apostolisch geluid, van zijn weer- galooze Sacraments-poezië, en wij allen mogen Prof. Molkenboer heel dankbaar zijn, dat hij de edelste „O u t e r g e u r e n" uit de „Altaargeheimenissen" zorg vuldig heeft saamgelezen, ze zooveel moge lijk met Vondels eigen woorden heeft beti teld en die prachtige fragmenten in de ge bruikelijkste spelling en kort toegelicht, allen Congresgangers en geloofsgenooten aan biedt. Het zou te veel van ons gevergd wezen, deze aankondiging der „Outergeuren" te beëindigen, zonder de geestelijke reukorga nen onzer lezers en lezeressen met den zoeten, doordringenden geur van een dier Vondeliaansche Eucharistische fragmenten te streden en te verkwikken. Wij kiezen hiertoe uit: „O Kersten har t." „O Kersten I)hart! wat traagheid let U dan Des morgens vroeg te rennen, daar dit Man, 2) Die zuivre dauw des offers, zoo gezegend U in den mond en op de lippen regent, Zoo blank als sneeuw, van 3) 't heilrijk Paradijs! Wat hoop van staat, 4) gebouwd op smel tend ijs, 5) Wat zucht tot goud, wat vleierij van pluimen 6) Betovren U dien zegen te verzuimen? Dien outeroegst? 7) dat offerooft? die vrucht, Voor elk gekweekt in Serafijnsche lucht? 8) De Heiland, eens gehecht aan 't heilzaam teiken, 9) Begint van hier 10) zijn vrucht U toe te reiken. Hier bloeit de boom des levens dag aan dag, Hier rust de ziel van 't ijdele bejag. Hier toomt de geest het vleesch 11) zijn dartelheden, Hier antwoordt God op zuchten en ge beden. Hier wischt hij af de tranen in der nood. Hier leeft het hart in troost; hier sterft de dood; Hier geeft U God den voorsmaak voor t onsterflijk, 12) Ook van zich zelf, door 't offeren ver- werflijk. In deze twintig heerlijke versregels cul mineert het beeld van onzen Roomschen Vondel, in zijn teedere, innige en diepe godsvrucht tot het H. Sacrament des Al taars, in zijn heiligen ernst, in den gloed en de lieflijkheid zijner dichtgave en in zijn hart en zinnen meesleepende, verrukkelijke taalmuziek. Moge dit weinige tot prikkel strekken voor onze lezers en lezeressen, om de a c h t-e n-t w i n t i g fragmenten uit Von del's Altaargeheimenissen, saamgelezen door de kundige hand van een der hoogleeraren aan onze R.-K. Universiteit, ter hand te nemen en met ingetogen aandacht te lezen en te herlezen, tot meerdere eer, lof en glorie van het „a lier Wondren Wonder" en tot veelvuldige nuttiging van dit „o n s dagelijksch Broo d." 1) Kersten: christen. 2) Man: Manna. 3) Van: uit. 4) Staat: voorname positie. 5) Gebouwd op smeltend ijs: vergan kelijk. 6) Vleierij van pluimen: koestering van 't bed- 7) Outeroegst: altaaroogst, dat wat ge van 't altaar oogsten kunt. 8) Serafijnsche lucht: de hemel. 9) 't Heilzaam teiken (teeken): het kruis. 10) van hier: van 't altaar. 11) Het vleesch: derde naamval. 12) 't Onsterflijk: de onsterfelijkheid. De Tweede Kamer heeft Woensdagmiddag het wetsvoorstel tot het toekennen van kasvoorschotten aan den Kon. Holl. Lloyd aangenomen met 48 tegen 28 stemmen. De Tweede Kamer heeft het ontwerp tot wijziging van de Nijverheidswet met 64 tegen 15 stemmen aangenomen. De minister van Justitie brengt ter kennis van belanghebbenden, dat bij de regeering 't voornemen bestaat om eene nieuwe nota- rieele standplaats te vestigen in de gemeen te Hengelo (O.). Sollicitanten kunnen hunne adressen uiterlijk 21 Juni a.s. aaii H. M. de Koningin inzenden. Met ingang van 15 Juni a.s. wordt het in voerverbod van schoenen ingetrokken. Jhr. mr. De Savornin Lohman is Donder dag j.l. 87 jaar oud geworden. Verlaging van porto? In zijn Memorie van Antwoord op het voorloopig verslag van de Eerste Kamer be treffende de begrooting van de P. T. T. deelt de minister mede, dat een voorstel tot verlaging van sommige posten o.m, door in voering van een afzonderlijk tarief voor brieven in het locaal verkeer het vorig jaar bij den raad van ministers aanhangig werd gemaakt. In verband met de te verwachten mindere ontvangsten werd evenwel door den minis terraad beslist dat tot nader order niet tot portverlaging zou kunnen worden overge gaan. Deze aangelegenheid heeft steeds de volle aandacht van den minister. Ook nu is de mogelijkheid voor portverlaging in overwe ging. Vrijdag 23 en Zaterdag 24 Mei hield te Amsterdam in het St. Josephgezellcnhuis aan de Stadhouderskade, bovengenoemde bond zijn 21e algemeene vergadering. De voorzitter wees in zijn openings woord op een drietal belangrijke punten, nl. het streven der socialistische vakbewe ging om de Katholieke en Christelijke vak bonden onder den voet te loopen. In dit i verband wees hij op eenige belangrijke ge beurtenissen, die in deze richting wijzen. Verder wekte hij op tot flinke propaganda, vooral onder de jongeren, en het organisa tiebesef en de organisatieliefde bij de leden te versterken. Als derde punt voerde hij aan de nood zakelijkheid van de handhaving der con tracten. De jaarverslagen van secretaris en pen ningmeester werden na eenige besprekin gen goedgekeurd. Bij de verkiezing van hoofdbestuursleden werden de aftredende heeren Lijn, Triesman en Willemse herkozen. Bij de behandeling der voorstellen, wer den de hoofdbestuursadviezen aanvaard. Bij sommige voorstellen deed het hoofdbestuur belangrijke toezeggingen. Zaterdagochtend vond een boottocht door de havens plaats, aangeboden door de gemeente Amsterdam. Jammer, dat het weer zoo weinig meewerkte. Gedurende den ge- heelen toch viel de regen bij stroomen, zoo dat meenig deelnemer een nat pak haalde. Dit kon echter de stemming niet bederven. Na afloop van den boottocht werd gedi neerd en te half twee weer aangevangen. Bij de voorstellen tot instelling van een pensioenfonds, was de vergadering van meening, dat er een fonds moet komen voor de gezamenlijke bedrijven, waartoe een eigen fonds meer een sta in den weg zou zijn. Bij de voorstellen in zake de contract wijzigingen deed het hoofdbestuur een voor stel tot instelling van een commissie van advies, welke het hoofdbestuur ter zijde zal staan. Een voorstel om de beslissing over de al of niet aanvaarding der contracten te doen nemen, uitsluitend door samenstelling van voor- en tegen-stemmers, werd met groote meerderheid verworpen. De algemeene ver gadering blijft souverein. Eenige andere voorstellen werden afge stemd, deels, omdat ze practisch niet uit voerbaar waren, deels omdat het hoofdbe stuur een andere oplossing aan de hand deed. Bij het einde van de vergadering hield de heer Nijkamp nog een vurig pleidooi voor aanhoudende propaganda voor de Ka tholieke vakbeweging, gezien de pogingen die steeds in de kringen der socialistische vakbeweging worden ondernomen, de leden achter de leiding in de Kath. vakbeweging vandaan ie halen. De heer Schipper, secretaris van den Ned. Christelijken Grafischen Bond, woonde het eerste deel der vergadering bij, doch liet zich, door bondswerkzaamheden, veront schuldigen voor het tweede deel. De Ned. R. K. Grafische Bond heeft weer twee vruchtbare vergadering achter den rug. De toon der critiek was welwillend. Terecht kon de voorzitter bij het sluiten der ver gadering opmerken, dat zoowel voor be stuur als afgevaardigden dit congres leer zaam en opwekkend was geweest. ZONDAGSARBEID. De heer Van der Voort van Zijp, lid van de Tweede Kamer, heeft aan den minister van marine gevraagd: 1. Is het juist, dat op Zondag gewerkt wordt aan den afbouw van den kruiser Java? 2. Zoo ja, geschiedt dit op last van den minister? 3. Is de minister bereid de directie van de Maatschappij de Schelde op te dragen den Zondagsarbeid aan dezen kruiser te doen ophouden? Een proeftocht tusschen Den Haag en Voorschoten. Naar men weet, wordt de spoorlijn Am sterdamRotterdam geëlectrificeerd. Een gedeelte van deze electrificatie is reeds klaar, t. w. het traject Den HaagLeiden. Dinsdagmiddag is nu op het gedeelte tus schen Den Haag en Voorschoten voor de eerste maal proef gereden in tegenwoordig heid van verschillende autoriteiten en inge nieurs der Nederlandsche Spoorwegen. Te 2.04 vertrok de trein, die bestond uit een motorwagen, aanhangwagen en goederen wagen van het tweede perron van het Hol- landsche Spoorstation alhier. BREDA, 28 Mei. Naar wij vernemen is Mr. W. A. J. van der Hurk, een der verdedigers in de moordzaak te Etten, voor het Bossche Hof, waarbij de beklaagden tot 15, 6 en 6 jaar gevangenisstraf werden veroordeeld, in cas satie gegaan, zoodat deze zaak eerlang doof den Hoogen Raad zal worden behandeld, DE VERHONGERDE ZWERVER TE BAARN. Tegen den agent van politie Huisman, be schuldigd van dood door schuld van den 56- jarigen zwerver B. Rigter, werd Dinsdag door den Officier van Justitie bij den Recht bank te Utrecht 1 maand hechtenis geëischt. Mr. Schretlen, die bekl. verdedigde vroeg vrijspraak, op grond van het feit, dat het ten laste gelegde niet wettig en overtuigend ia bewezen. In het tentoonstellingsgebouw aan het eind van de Ferdinand Bolstraat te Amster dam, is Woensdagmiddag in tegenwoordig heid van tal van genoodigden, door burge meester De Vlugt, de intern. Bakkerij-ten toonstelling geopend. Aan het weekblad „De Neder-Veluwe*" wordt uit Lunteren geschtcven: Ui: betrouwbare bron vernemen wij, dat de Senaat van de Landbouw Hoogeschool te Berlijn eenstemmig besloten heeft prof. dr. Hugo de Vries een eere-docloraat van Land bouw te verleenen, uit hoofde van zijn baanbrekenden arbeid op het gebied van Plantenphysiologie en Erfelijkheidsleer. Belangrijke besparing bij den Radio-diensr, De premier van Australië, Hughes, heeft onlangs mededeeling gedaan over een op zienbarende uitvinding van Marconi, waar door het draadloos verkeer over groote af standen aanmerkelijk goedkooper zou wor den. Hoewel de minister geen andere me- dedeelingen over den aard van deze ont dekking wenschte te doen is het bekend, wat de kenmerking van de uitvinding is. Men weet sedert eenigen tijd, dat Marconi bezig is geweest met het onderzoek van „ge richte" draadlooze telegrafie. De draadlooze golven zijn een vorm van electrische ener gie, die men op overeenkomstige wijze als het licht door middel van reflectoren kan dwingen, zich niet in alle richtingen, doch slechts naar één kant te verspreiden. Aldus kan men twee punten door een straal in verbinding met elkaar brengen, met uitslui ting van alle punten, die buiten de verbin dingslijn valien. De golven kunnen elkaar daardoor niet hinderen en het „aftappen" van berichten is buiten het bereik van den straal onmogelijk. Een tweede kenmerk van Marconi's uit vinding is het gebruik van kortë golflengten. Het is bekend, dat hiermee merkwaardige resultaten zijn bereikt. Door de „straal"- overbrenging verkrijgt men een belangrijke verlaging van de benoodigde energie en dus ook van de kosten van aanleg en onderhoud der stations. Wat het verschil zeggen wil kan men afleiden uit het feit, dat een sta tion van 1000 kilowatt volgens 't huidige systeem, ongeveer 6 millioen gulden kost. Volgens het nieuwe systeem zal vermoede lijk niet meer dan een tiende van deze som noodig zijn. De Australische regeering heeft zoo goede verwachtingen van Marconi's nieuwe sys teem, dat zij zoo goed als zeker haar plan tot aanbouw van een groot station van hef oude systeem zal laten varen. Het christelijk gezin is op de eerste plaats de opvoeder van de menschen en bij dit heilige werk neemt wederom de moeder de eerste plaats in. De grootste weldaad, die God een mensch kan verleenen is ongetwijfeld hem een waar lijk christelijke moeder te schenken. Met opzet zeg ik niet een teedere, liefde volle moeder, want wanneer de moeder zelf vervuld is van den wereldschen geest, dan is haar liefde voor het kind niet nuttig, maar verderfelijk. Van alle Godsgaven is echter een echriste- lijke moeder de grootste. O 1 wanneer ik in de wereld zoo dikwijls het geluk der kinderen hoor afmeten naar den rijkdom der ouders, noezeer komt dan geheel mijn binnenste daartegen in opstand. Onmetelijk ongeluk kig is het kind, dat een onchristelijke, onge- loovige moeder, zonder deugd bezit, al gaat het ook in purper en zijde gekleed onmete lijk gelukkig het kind, hetwelk een christe lijke moeder bezit, al is het ook in lompen opgegroeid en voleindigt het zijn leven in lompen. Ja wee de wereld van wege de slechte, onchristelijke moeders dat is de grootste ellende, waaronder wij zuchten Zij leggen de bijl aan den wortel van den boom. Zij verwekken in de ziel van het kind den geest der wereld, des ongeloofs/der zelfzucht, der onkuischheid, waardoor eens de bloem, door God geplant en gedrenkt met Zijn bloed, moet verstikken en verwelken. Maar even verpestend als de invloed der onchristelijke moeder, al draagt zij ook den naam van christin, op het kind werkt, even zegenrijk werkt de kiem, door een vrome moeder in de ziel van het kind gelegd. Wanneer de moeder reeds lang in het graf rust, de zoon echter, aangegrepen door den storm des levens, wordt heen en weer ge slingerd, in groot gevaar geloof en zeden te liezen en eeuwig verloren te gaan, dan zal de vrome, edele gestalte zijner christelijke moeder hem nog verschijnen en hem met wonderbare macht terugvoeren op den weg van geloof en deugd. Wie het christendom en zijne deugden heeft leeren kennen, zijn innerlijke waarheid zijne reinheid, zijn tot het uiterste zelfverge- tende liefde in het loven van eene christelijke moeder, wie in zulk een gezin den vrede heeft genoten, dien Christus Zijn vrede noemt, die wordt door deze herinnering getrokken uit eiken poel van verderf, waarin hij door het leven geslingerd wordt. Wie eenmaal in zulke verheven beelden de deugd heeft aanschouwd, die kan zelfs dan niet zonder verachting en afkeer de zonden beschouwen, wanneer hij zelf er door is aangegrepen. Uit de werken van v. Ketteler)- Uit 'n artikel in „Nederlandsche Katholie ke Stemmen" lichten wij 'npaar beschouwin gen over dit vraagstuk, dat meer aktueel is dan ooit. In het orgaan van de Katholieke Zwitser- sche Vrouwen verschijnt een artikel waarin gewezen wordt op de groote verantwoorde lijkheid, die de vrouwen hebben tegenover hun volk. „Zedelijk volk, groot volk," en 't is de vrouw, die het zedelijk gehalte van 'm land bepaalt. Over die waarheid mochten IN DE TRAM. r*y *1 Conducteur: „Ziet u daar niet staan „verboden te rooken?" Passagier: .„Jawel; maar ik zie daar ook staan „draag jezondheids-corsetten." Denk flou dat ik me aan al die kletspraatjes kan storen? onze Nederlandsche Vrouwen wel 'ns naden ken. „Katholieke Stemmen" brengt ons echter 'n ander punt onder 't oog, dat zeker geen enkele vrouw, die echt katholiek, is onver schillig kan laten dat de kerkelijke overheid steeds met al haar gezag, heeft aangedrongen op de meest strikte betamelijkheid in de kleeding. De Paus zelf heeft, als hoogste kerkelijke gezagvoerder, altijd vooraan gestaan in den strijd tegen de lichtzinnige vrouwenkleedij. In 1919 verklaarde Z. H. Paus Benedictus XV op 'n audiëntie, toegestaan aan den ka tholieke Vrouwenbond, dat een der dringend ste doeleinden van het vrouwenapostolaat vormteen krachtige aktie tegen de onzede lijke modes. Onze tegenwoordige Paus Pius XI klaagt in zijn Encycliek „Ubi Arcano Het is allen bekend.... hoezeer de grenzen der eerbaarheid worden overschredendoor de lichtzinnigheid van vrouwen en meisjes, door wier weelderige levenswijze de afgunst der behoeftigen wordt geprikkeld." Op dit laatste punt mag wel eens de aandacht ge trokken worden. Te weinig vrouwen denken er aan, dat er naast hen menschen leven, wier armoede beleedigd wordt door het praalver toon van den rijke, die tot verbittering ge prikkeld worden als zij zien hoe 'n christelijke dame genoeg besteedt aan een baltoilet, om hun huisgezin 'n half jaar voor honger te be waren 1 Ook daarin kan onzedelijkheid be staan. Verschillende bisschoppen in Frankrijk, Engeland, Italië en Nederland hebben de on gepaste kleeding streng afgekeurd en verbo den, die personen tot de Sacramenten toe te laten, die niet op 'n behoorlijke manier ge kleed zijn. Ook in België werd door de geestelijkheid een bevel in dien zin uitgevaar digd. I Aan onze ontwikkelde vrouwen, die meest al behooren tot middens, waar nog degelijke begrippen over zedelijkheid bestaan, komt het toe, hier het voorbeeld te geven, te toonen, dat zij zich smaakvol en modern kleeden kun nen, zonder aan alle overdreven dwaze gril len en aan onzinnige décolleté-manie mee te doen. Waar het geestelijk gezag zoo luid de stem verheft, om de onzedelijkheid in de kleeding te keer gaan, mogen onze vrouwen haar gewe- teJT wel eens onderzoeken en nagaan of zij wel altijd de Christelijke principen getrouw gebleven zijn onder dit oogpunt. Vrouwelijke ijdelheid, zucht tot navolging, vrees om voor kleingeestig uitgemaakt te worden, dit alles moet wijken, waar het staat tegenover Mannenadel en Vrouweneer" twee dingen die zoo nauw met elkaar verbonden zijn. Onder de onaangename ontdekkingen, die wij in schoonmaaktijd doen, behooren ook de verbleekte, verschoten behangsels, die ons honend schijnen aan te grijnzen als al wat aan meubelen, spiegels en schilderijen de muren gedeeltelijk aan ons oog onttrok, tijdelijk van z'n plaats is genomen. Dan zien wij tot onzen schrik, dat van het mooie behang, dat eenmaal groen of bruin of blauw was, niet veel anders is overgebleven dan een vaal, onoogelijk papier, van onbe stemde tint, waar alleen de oases in de woes tijn aan betere dagen herinneren. Om het verschieten van het behang tegen te gaan, had moeder de vrouw het binnen vallende licht, de zonnestralen vooral, toch zooveel mogelijk geweerd ze had de gor dijnen en marquises of jaloezieën steeds in actie gehouden. En tóch Al de hulpmid delen bleken niet afdoende te zijn geweest en de zorgzame huisvrouw begreep, dat zij in het vervolg beter zou doen, het kwaad te voorkomen dan het te beperken. En toen zij stalen liét komen voor nieuw behang, maakte zij gebruik van de mogelijk- VERSPROKEN „Hoe ben je aan die schrammen geko- men?" „Van de kat." „En die buil op je hoofd?" „Ze heeft met een bord naar me gegooid!" (Sondags Nissc). heid om papier te nemen, dat lichtecht is. Dus bestand tegen den invloed van het licht gegarandeerd lichtecht. Er bestaat inderdaad behangselpapier, dat niet alleen lichtecht, maar ook afwasch- baar is, welke laatste eigenschap natuurlijk de zindelij kheid en hygiëne in huis ten zeerste bevordert. Vooral voor slaapkamers is dit soort papier als muurbedekking aan te be velen. „Hoe krijg ik vetvlekken uit marmer „Hoe houdt in de marmeren platen der waschtafels het beste schoon „Kunt u mij ook zeggen, hoe ik zwart-mar- meren schoorsteenmantels moet behande len Dat zijn drie marmer-vraagstukken, ons thans weer door onze lezeressen ter oplossing voorgelegd. Reeds meer dan eens hebben wij zoo duidelijk mogelijk in deze rubriek de quaesties voor haar opgelost. Nu echter uit den vragenbundel weer eenige hulpkreten tot ons komen van schoonmakende huisvrou wen, die haar marmer niet weten te behande len, herhalen wij nog maar weer de nuttige wenken, die wij in dezen eerder gaven. Maar tevens vragen wij haar, die belang stellen in onze raadgevingen, ze ten gerieve van haar zelf en ook van ons, te willen uitknippen, desnoods in een schrift op te plakken. Om marmeren platen te reinigen, heeft men niet veel anders dan heet water en zeep noo dig, maar men moet erop letten, dat het water niet te lang op de plaat blijft staan. Men droogt een paar maal met zachte doeken na en wrijft het marmer op met witte of zwarte was, al naar de kleur dat vereischt. (Onze lezeressen weten toch, dat er ook zwarte boenwas bestaat, die o.a. uitstekende dien sten verricht bij het opknappen van de zwarte mes-heften.) Zijn in het marmer vlekken gekomen, die zich op deze manier niet laten wegwerken, dan gebruikt men versche gebluschte kalk, die men met water tot een brijachtige massa roert, gelijkmatig op de vlekken smeert en er twee of drie dagen op laat zitten. Daarna wordt de plaat afgespoeld. Een middel, dat minstens evengoed, mis schien nog beter is, is een ossengal, die men met 125 gram- zeepziedersloog, 62 gram ter pentijn en wat drooge pijpaarde tot een brij mengt die ook twee of drie dagen op de vlek moet blijven liggen. Vetvlekken kan men uit marmer verwij deren (als ze niet verdwijnen door bewerking met zeepsop) door ze te bedekken met een laagje pijpaarde en water of met een papje van magnesia. Dit laat men er eenige uren op liggen, verwijderd het poeder en herhaalt, zoo noodig, de bewerking. Zijn de vlekken te diep ingedrongen, dan schaaft men ze weg met behulp van een stukje glas. Weinig dames weten, dat wit wollen goede ren, als ze met beleid thuis gewasschen wor den,'even mooi worden als wanneer men ze chemisch laat reinigen. Men wascht de klee- dingstukken, die vooraf in de week gezet moeten worden, in een lauw schuimend zeep sop, waaraan men wat geest van salmoniak heeft toegevoegd (op 2 liter water een eet lepel) terwijl men ze klopt en drukt, maar niet wrijft. Men voegt bij het water, waarin het goed geweekt wordt, ook wat geest van salmoniak. De zeep moet vooral vet zijn. Vlekken moet men er van te voren met een of ander middel uitmaken. Dan worden de goederen in schoon lauw water gespoeld tot dat er geen spoor van zeep meer in is ach tergebleven zacht uitgedrukt (niet uitge wrongen en daarna in een groot droog bed- delaken gevouwen en geklopt, zoodat het vocht in het laken trekt. Nu spreidt men de kleedingstukken op een droog lagen uit om ze geheel te laten opdrogen. Als men ze op hangt, trekt het vocht naar de onderste kan ten en krijgt men daar vlekken. Ook zouden ze, als ze hangen, teveel uitrekken en uit hun model gaan. Kleeren van cheviot worden halfnat op den verkeerden kant gestreken. Plooirokken moet men eerst hechten voordat met ze wascht, zoodat de plooien op hun plaats blijven. Men moet ze aan den rechten kant strijken, maar er eerst een doek over leggen. Wollen truien, jumpers, casaques en ander gebreid of ge haakt goed moet men, voordat men het gaat wasschen, eerst meten om het, als het uit de tobbe komt, op de juiste maat te rekken. Deze artikelen worden liggende gedroogd en niet gestreken maar als ze bijna droog zijn, zacht jes geklopt en bijgewerkt. Zijn de kleeren door het wasschen wat geel geworden, dan moeten ze, half nat, ge zwaveld worden. Witte wollen dekens behandelt men op de zelfde manier. Men strekt ze niet, maar klopt ze als ze bijna droog zijn, voorzichtig op, (om de haartjes weer overeind te doen staan) EEN GOEDE RAAD. Zij „Marie en ik kunnen elkaar heel slocht door dc telefoon verstaan." Hij „Probeer eens een voor een te pra ten." BAL-PRAATJE. Hij Het is eigenaardig, maar heel dik wijls heeft een leelijke, domme man bij 4® mooiste vrouw succes.... Zij Vleier Ook het kindernachtgoed wordt tegen woordig zoo aardig gemlaakt. Daar zijn die snoezige kinder-pyama's, waarin kleine kinderen er uitzien om te stelen, uit efien stof gemaakt en met grappige teekeningen versierd. Van voren op het jasje zit b.v. een groote groene kik- vorsch onder een roode parapluie, terwijl onder op de pijpen van het broekje een stelletje zwaar verkouden kikvorschen hui zen. Voor den zomer maakt men zulke py- ama s met korte mouwtjes, terwijl men voor den winter kleurige wollen pyama's heeft van geel en roode stof, met zwarte randen afgewerkt. Voor den winter neemt men ook vaak kinder-pyama's, waarvan de broeks pijpen van onderen met een bandje worden dichtgebonden, zooals ook het hansopje van ons plaatje heeft dat bijna nog aardiger en kinderlijker is dan 'n pvama. 't Is van ge kleurd linnen gemaakt, of, voor een winter- hansopje. van flanel. Mouwtjes en broekspijpen zijn met ge kleurde bandjes vastgestikt. 'n Paar aardige, gekleurde vogelborduur- seltjes versieren borstje en rechterbroeks» pijp. y zal Ik ben nieuwsgierig, wat mijn man vanavond voor een cadeautje meebrengen Ben je dan soms jarig? O neen, maar we hebben van morgen zoo'n hooge woorden gehad,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1924 | | pagina 5