Brieven uit Frankrijk. Ontdekte misdaad. NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT. Tweede Blad - Maandag 16 Juni 1924 de olympische spelen. Mr. P. v. S. Fransche en Duitsche persstemmen over de verkiezing van Doumergue tot Fransch president. Geen sterke wijziging in de internationale poli tiek verwacht. De ministers van Herriot's kabinet. Samenwerking tusschen de Duitsche socialisten en burgerlijke partijen. Onder de Radio-berichten: De houding van het nieuwe Fransche kabinet tegenover Duitschland. Binnenkort verwacht men in Enge land weer algemeene verkiezingen. GEM. BUITENL. BERICHTEN. ARRESTATIE VAN VALSCHE MUN TERS. KUNST EN KENNIS Intern. Bakkerij-tentoonstelling te 's-Hertogenbosch. I Typhus en dysenterie in Japan De filmkeuring in het Zuiden. Thom. Denijs. De straal des doods gefilmd. Maatschappij voor Ned- Letterkunde. Het oude Saksische huis. FEUILLETON. Het was voor den eersten maal op den Twee den Pinksterdag, dat wij het Stadion Colom- bes tot in de uiterste hoekjes gevuld hebben gezien. Tot nu toe was de belangstelling voor de Olympische spelen uiterst gering ge weest en zelfs bij de vele belangrijke voetbal wedstrijden in de plaatste weken gehouden, waren de tribunes zeer matig bezet. Wat be duiden immers een 10.000 toeschouwers voor een wereldstad als Parijs, waar Amsterdam voor een internationalen wedstrijd gemakke lijk een 30.000 .personen in het Stadion weet samen te brengen Het waren niet alleen de spelers zelf, die zich over een dergelijk gemis aan belangstelling verwonderden, men be gon zich ook in breederen kring af te vra gen, of de Olympische spelen inderdaad zulk een stroom van vreemdelingen naar Parijs zou voeren, als maanden te voren was voor speld. Hotels en restaurants, die gerekend hadden op een plaatsgebrek en daarmede in verband hun prijzen hadden geregeld, begon nen reeds te twijfelen aan die voorspellingen. Aan klagers geen gebrek. De een wierp de schade op de al te hooge entreeprijzen, in derdaad voor bescheiden beurzen wel wat overmatig, 4 frs. een niet al te beste staan plaats een ander op de ongunstige ligging van het stadion Colombes, dat voor vervoer niet geringe uitgaven met zich brengt. Hoe het zij, de verwachtingen op de Olym pische spelen gebouwd, liepen gevaar niet te worden vervuld en menigeen verzekerde reeds, dat de tentoonstelling van 1925 heel wat meer vreemdelingen zal trekken en ze ker een klasse van personen die het zoo be geerde geld vlotter zullen laten rollen. Hoewel wij dit laatste geheel met de pessi misten van het oogenblik eens zijn, de sport, enkele takken als tennis, zeilen en schermen daargelaten, vindt nu eenmaal haar beoefe naars onder de groote, niet steeds kapitaal krachtige massa, hun oordeel is wel Wat voorbarig. Eerst den 5en Juli vindt de offici- cele opening der spelen plaats. De vacanties zijn nog niet begonnen en wat tot nu toe ons is geboden mag slechts als een voor proef worden beschouwd. De 2e Pinksterdag heeft trouwens getoond, dat ook zulk een voorproef in breeden kring de aandacht heeft getrokken. Een zestig dui zend toeschouwers hebben het stadion Co lombes gevuld en wie zal de duizenden tel len, die te vergeefs een reis hebben gemaakt en vruchteloos hebben getracht het beloofde voetballand binnen te treden De finale van het Olympische Voetbaltournooi, waaraan 22 nationaliteiten hebben deelgenomen, is een glansrijke apotheose geworden van de reeks wedstrijden, die, de een meer, de ander min der, de voetbalenthousiasten menig uur van Sportief genoegen hebben geschonken. Wij zullen ons niet wagen aan technische beschouwingen over het spel van al die elf tallen, die hun beste krachten hebben gege ven om de eer van hun vaderland op dit ge bied hoog te houden. Allen loopen in den renbaan, één slechts die den prijs behaalt. Hoe gaarne wij ook de Nederlandsche vlag bij den eindwedstrijd in den mast had den zien geheschen, het was reeds lang te voren te voorzien, dat het Hollandsche elf tal, in de kleurige Oranjetruien, daarvoor niet in aanmerking zou komen. Dit neemt niet weg, dat onze landgenooten zich kranig hebben gehouden en, volgens het algemeen oordeel der deskundigen, spel heb ben gegeven dat hen tot de geduchtste te genstanders heeft gemaakt van de eindover winnaars uit Uruguay. Dit land moge al als champion uit den kampstrijd zijn te voorschijn getreden, blijk hebben gegeven, het sterkste elftal in het veld te hebben gebracht, niet minder bewonde ring verdienen de Hollanders, de Zwitsers en de Zweden, die tot het laatste toe hebben stand gehouden om de 2e 3e en 4e plaats te veroveren. Indien Holland op de 4e plaats is gekomen, is dit meer aan bijkomstige omstandigheden toe te schrijven, dan wel aan de techniek van hun spel, die goede hoedanigheden ver toonde. Sneller in hun bewegingen dan de Zwe den, hebben zij dezen den lauwertak niette' min moeten afstaan, na herhaalden kamp strijd, waar de eerste onbeslist bleef; maar hieruit de gevolgtrekking te maken, dat zij niet tegen deze zijn opgewassen, zou onjuist zijn. De Hollanders zijn en blijven, ondanks den uitslag in dezen internationalen wed strijd, gevaarlijke tegenstanders voor de allerbeste voetbalspelers uit alle oorden der wereld. Het duidelijkst hebben zij dit getoond in hun spel tegen de mannetjesputters uit Uruguay, die een ieder terecht als favoriet beschouwde, maar hun zwaarsten strijd tegen onze landgenooten hadden te voeren, die slechts moesten wij ken voor een strafschop, waarvan de billijk heid alleen door den scheidsrechter werd in gezien. Was dit niet het geval geweest, hoe geheel anders zou wellicht het verloop der eindwedstrijden zijn geweest. Hierover kan echter geen verschil van meening be staan, dat het sterkste elftal de eindoverwin ning heeft behaald en deze alleszins is ver diend, wat betreft technische bekwaamheid, schitterend uithoudingsvermogen en een rapheid van bewegingen, die het enthousias me der toeschouwers wisten te ontketenen. Zoo behooren dan deze voetbalwedstrijden tot het verleden en zullen de poorten van het stadion Colombes en de andere minder officieele sportvelden zich geleidelijk openen voor andere takken van niet minder be zienswaardige sport. De belangstelling voor deze Olympische spelen is ongetwijfeld het grootste in de sportkringen van ons vaderland. Geen land had in verhouding zooveel sport- correspondenten afgevaardigd als Neder land, om getuigen te zijn van deze voetbal demonstraties. Hieraan is zeker niet vreemd het feit, dat de volgende Olympiade in Ne derland zal plaats vinden. Mogen zij in de komende maanden menige overwinning heb ben te boeken, althans wereldkundig hebben te maken, dat ons land een belangrijke plaats inneemt in het rijk der physieke ontwikke ling. Want ook op sportgebied geldt, d;.t niet de uitkomst alleen dient geteld, maar vooral het doel. Een doel, dat wel eens uit het oog wordt verloren door overmatige krachtsinspanning, en al te groot verlangen een prijs weg te dragen. Vergeten wij niet, dat, hoe streelend voor de eigenliefde en ook voor den nationalen trots, het zegevieren is, de hoofdzaak is van iedere sport: de gezondheid van het lichaam te bevorderen. Te toonen het hierin tot een prijzenswaar dige hoogte te hebben gebracht, gaat verre uit boven een zegepalm, die nog niet altijd het bewijs is, dat een land uitmunt in een sportbeoefening, die als algemeen belang dient beschouwd, „Mens sana, in corpore sano," een gezonde geest in een gezond li chaam. Alleen wanneer dit bewaarheid wordt, in dien het gezonde verstand leiding geeft aan het beoefenen van de sport om het lichaam te sterken en niet wat vaak het geval is de overwinningszucht een lichamelijke af matting ten gevolge heeft, heeft de sport aanspraak op aller wiardeering. In dit teeken mogen de Olympische spe len te Parijs-staan en daarmee bewijzen een instelling te zijn van algemeen nut. Parijs, 11 Juni 1924. '✓L, - De Franscljjs presidents verkiezing. 'Zooals te verwachten was streeft de Fran sche pers van verschillende richting er naar om de resultaten der verkiezing van Dou mergue te vergrooten. Voor de rechterzijde is de nederlaag van Painlevé niets minder dan het begin van het einde van de eenheid van het linkerblok, omdat de eerste spleet zich gevormd heeft tusschen de radicale die eventueel Doumergue ook wel gewil hadden, en de socialisten, die tot het laatst oogenblik niets ,an hem wilden weter Voor de linkerzijde is Doumergue plotselin weer de oude, echte radicaal geworden, i- wiens handen de Constitutie en de Republic; zoo veilig zijn als bij wien ook. Het is wel grappig daartegenover op op te merken dat de rechtsche elementen, die- thans vóór Doumergue hebben gestemd, vóór de verkiezingen van 11 Mei ongetwij feld woedend zouden zijn geworden bij het denkbeeld dat zulk een sectair president zou kunnen worden, en dat ze toen geen woorden genoeg hadden om hem te hoonen. Erg groot kan men hun overwinning dus op het oogenblik niet noemen. Anderzijds heb ben de verbonden linker groepen de laatste dagen zóó fel gevochten tegen Doumergue's candidatuur en zijn politiek van góedkeuring van Poincaré's optreden in het Ruhrgebied dat ze wat laat komen door plotseling te merken dat Doumergue toch eigenlijk een der hunnen is. Men kan dus zeggen dat Doumergue aan hangers zoowel als vijanden heeft in beide kampen. Dit is misschien wel de allergun stige omstandigheid omdat het een garantie vormt voor de toezegging reeds dadelijk door den nieuwen president gedaan, n.l. dat hij zal staan boven de partijen om tus schen hen een onpartijdig arbiter te zijn, zooals het een president der republiek be taamt. Geconcludeerd kan worden dat de uit slag der heele crisis thans is, dat er een meer waarlijk democratische geest gekomen is in het Fransche regeerstelsel, zonder dat het verloopen is in de wat overdreven Jacobijn- sche vermeestering van alle hooge politieke posten voor de meest uitgesproken linksche partijmannen, hetgeen de radicalen en so cialisten hadden gewild. In het algemeen wordt daarom de verkie zing van Domergue in de pers zeer gunstig ontvangen. Rechts verheugd men zich er over dat thans de hoofdlijnen der buiten- landsche politiek waarschijnlijk onveranderd zullen blijven en althans de maatregelen tegen het zijn verplichtingen niet nakomen de Duitschland niet zullen worden gedes avoueerd, hetgeen te meer noodzakelijk wordt geacht omdat men in rechtsche krin gen de nieuwe bewapening van Duitsch land uiterst somber inziet. Pertinax zin speelt op een rapport van generaal Noliet, wiens onthullingen ook bij de Belgische regeering zooveel ongerustheid gewekt zou den hebben en waarvan, zonder détails te geven, kan worden gezegd, dat de generaal het mogelijk schijnt te achten dat binnen zes maanden Duitschland opnieuw sterk ge noeg zou zijn, natuurlijk niet om aan te vallen, maar om te weigeren verder iets te doen en af te wachten in hoeverre men het het lastig maken kan. Daarom, schrijft Pertinax, is het zoo goed dat Herriot nog niet onmiddellijk naar Lon den zal gaan, maar eerst over een tiental da gen, omdat hij thans de gelegenheid heeft eerst dergelijke documenten nog te bestu deeren en daarnaar zijn toekomstige hou ding te bepalen. Links komt men ervoor uit dat men liever Painlevé gehad had als meer uitgesproken partijman, maar toont men zich toch over het algemeen reeds verzoend met het optre den van Doumergue. De accolade, die Pain levé hem gisteren na zijn verkiezing te Ver sailles gaf, wordt zeer uitgebuit om te ver zekeren, dat de twee het toch feitelijk geheel eens zijn. De „Ere Nouvelle" en de „Quoti- dien" mopperen nog wat na, en het laatste blad, dat zoo sterk stelling genomen had, spreekt zijn spijt uit dat thans gebleken is dat, als beide Kamers vereenigd zijn, het reactionnaire element nog domineert. Maar ook deze bladen leggen zich toch ten slotte neer bij de gebeurtenissen, en betoogen dat er reeds heel wat gewonnen is nu de rechter zijde, om de keus van Painlevé te verhinde ren, stemmen moest op een man, dien zij zoo verfoeit als Doumergue. Dat geeft goe den moed voor de toekomst. De „Matin" verklaart gemachtigd te zijn te verklaren dat Painlevé aanblijft als Ka merpresident en geen andere plannen heeft zoodat het gerucht dat hij als minister van' Oorlog zou optreden, niet bevestigd wordt. Dat belooft nog menige rumoerige Kamer zitting 1 Het nieuwe Fransche Ka binet. De officieele samenstelling van het kabi net is als volgt Premier en buitenl. zaken Herriot. Justitie of oorlog René Renoult. Binnenlandsche Zaken Chautemps. Financiën Clémentel. Oorlog Generaal Noliet. Marine Dumesnil. Handel Reynaldy. Openbare Werken Peytral. Onderwijs Frangois Albert. Arbeid en Gezondheid Justin Godari- Koloniën Daladier. Pensioenen Bovier Lapierre. Landbouw Queuille. Bevrijde gebieden Dalbiez. Er zijn vier onder-staatssecretariaten in gesteld posterijen Pierre RobertKoop vaardij Meijer LuchtvaartLaurent rent Eynac technisch onderwijs More Giafferi. De Duitsche pers over Doumergue's verkiezing- De „Vorwarts" is over de verkiezing van Doumergue tot president der Fransche Re publiek natuurlijk teleurgesteld en beschouwt de keus als een „empfindliche Schlappe" /oor de linkerzijde in Frankrijk. Het blad meent, dat de positie van Herriot r door zal worden bemoeilijkt. Ook het „Berl. Tag." is niet bizonder ver- ïeugd over het resultaat. Plet blad is echter van meening, dat in de buitenlandsche j o iek van Frankrijk, vooral ten opzichte Duitschland, voorloopig geen mindere neigdheid om tot een oplossing te komen be hoeft te worden gevreesd, maar kan misschien een vertraging van het tempo worden ver wacht. Hoofdzaak vindt het ,,B. T.", dat Her riot bereid is zich ook door Doumergue tot minister-president te laten benoemen. Het congres v. d. Duitsche sociaal-dem ocratische partij heeft een zeer belangrijk besluit genomen. Met groote meerderheid besloot het congres om aan het partijbestuur en de rijksdagfractie volmacht te verleenen om eventueel coalities met burgerlijke partijen aan te gaan. Dat ver gemakkelijkt natuurlijk ten zeerste mogelijke toekomstige onderhandelihgen over wat men in Duitschland gewoon is „de verbreeding van de regeeringsbasis" te noemen. En teeke nend vooral ook is, dat men geen enkele be perking hierbij aan partijbestuur en rijksdag fractie heeft opgelegd en van een eventueele samenwerking al bij voorbaat geen enkele partij heeft uitgesloten. Deze houding van de Duitsche sociaal-democraten is wel een geheel andere dan die van de Fransche socia listische partij, die zelfs, ondanks de gemeen schappelijk bij de verkiezingen bevochten overwinning, niet kon besluiten tot edn sa menwerking met de burgerlijke partijen, waarmede ze verbonden den verkiezingsstrijd voerde En bleef staan op het standpunt van het al vele jaren oude Amsterdamsche be sluit, dat samenwerking met burgerlijke par tijen verbood. De Duitsche sociaal-demo craten hebben zich aan dit verouderde be sluit van een internationaal congres niet gestoord en hebben al herhaaldelijk met burgerlijke partijen samengewerkt of werken, als in Pruisen, daar nog mee samen maar met deze blanco volmacht aan de lei ders zijn ze nu nog weer een stapje verder gegaan. EEN AANVAL VAN LLOYD GEORGE OP DE BRITSCHE REGEERING. In een redevoering te Llandrindod deed Lloyd George een aanval op de regeering. Hij zeide dat ze geen ervaring heeft en daar om met veel zelfvertrouwen het bewind over nam en beloofde, millioenen armen, de wer kelijke grieven hadden, te helpen. Ze was echter in haar taak te kort geschoten, waar om het land zal vragen om een regeering van de oude partij, die vier eeuwen lang nimmer een taak op zich genomen heeft, welke zij niet kon vervullen. DE LONDENSCHE UNDERGROUND. De treindiensten van den Underground waren Zaterdagmorgen weer geheel nor maal. DE DREIGENDE DUITSCHE SPOOR WEGSTAKING. Men verkeert te Berlijn, evenals overal in Duitschland, nog steeds in het onzekere om trent de resultaten van de besprekingen met het spoorwegpersoneel, dat in verband met eischen betreffende de loonen en den dienst tijd met staking dreigt. De onderhandelingen met den rijkskanse lier en andere minister hebben Zaterdag plaats gehad. Daarover werd evenwel tot Zaterdag avond 9 uur nog het diepste stilzwijgen be i waard. Slechts de „Vossische Zeitung" meent te weten, dat het tot een schikking gekomen is. Is echter dit bericht onjuist en zijn de par tijen niet meer tot elkander te brengen, dan zal de staking hedennacht 12 uur beginnen. De machinisten zullen zich dan uit solidariteit daarbij aansluiten. De TOESTAND IN TIET RUHRGE BIED MINDER GESPANNEN. Volgens de „Frankf. Ztg." zijn er tee kenen, die er op wijzen, dat de toestand in het bezette gebied voor de bevolking minder gespannen wordt. Aan een aantal uitgezette gemeente-ambtenaren is de terugkeer toe gestaan. Zoo heeft de regeeringspresident Rombach zijn ambt weder kunnen aanvaar den en men ver-wacht ook, dat aan den re geeringspresident Haenisch zal worden toe gestaan zijn functie te hervatten. De Rijnlandcommissie onderzoekt stel selmatig elk speciaal geval van de ballingen, die verlof Vragen om naar het bezette gebied in de Belgische zone terug te keeren. Aan 1575 hunner is dit reeds toegestaan Ter gelegenheid van de opening der Mittelrheinische Industrie-Aausstellung is het besluit tot verbanning van een aantal industrieelen, alsmede van den Oberprasi- dent der Rijnprovincie en den regeerings president te Koblenz, ingetrokken. TREINBOTSING OP HET POTSDAM MER STATION TE BERLIJN. Zaterdagmorgen heeft er op het Pots dammer station te Berlijn een Botsing plaats gehad tusschen een vertrekkenden trein en een trein, die buiten het station stond te wachten. Enkele wagons werden gedeelte lijk in elkaar geschoven en vielen om. De reddingsbrigade en de brandweer snelden terstond te hulp om den gewonden, die vrij talrijk waren, de eerste hulp te verleenen en naar de ziekenhuizen over te brengen. Gebleken is, volgens latere berichten, dat door een verkeerde volgorde bij het stel len van de signalen de personentrein uit Maagdenburg op een stilstaanden voor- stadtrein inliep, zoodat enkele wagons in elkander schoven. Er zijn twee dooden, 16 waar- en 20 of meer lichtgewonden. Ofschoon het ongeval ongeveer 500 meter van een der grootste stations plaats had, duurde het 20 minuten eer de eerste techni- s hz en medische hulp kon worden verleend. De beambte aan wiens nalatigheid waar schijnlijk het ongeluk aan het Potsdammer station te wijten isj werd in hechtenis ge nomen. Wegens het in omloop brengen van valsche regiefrancs heeft de Fransche crimineele politie in de Palts ca. 100 personen gearres teerd. AGEERENDE SLAGERS. De „Oberschles. Kurier" meldt uit War schau De stad is reeds sedert vijf dagen ge heel zonder vleesch, doordat de slagers lijde lijk verzet plegen. Hun actie is gericht tegen de verlaging der vleeschprijzen, De voorzit ter van den Warschauschen slagershond en tieb andere slagerspatroons zijn gearresteerd. MATTEOTTI'S LIJK GEVONDEN. Draadloos wordt gemeld, dat het lijk van het ontvoerde Italiaansche socialistische Ka merlid Majteotti op den straatweg bij Basano di Sutri gevonden. De dood werd vermoede lijk veroorzaakt door stokslagen op het hoofd en dolksteken. De bladen noemen als aanstichter der ont voering den Toscanischen fascistischen leider Dumini. De oorzaak van den aanslag zou zijn het feit dat Matteotti in het bezit was van compromitteerende papieren tegen ver scheidene hooge regeeringsambtenaren. ACTIE TEGEN AMERIKAANSCHE ZENDELINGEN IN JAPAN. De ontstemming van het Japansche volk tegen de nieuwe Amerikaansche immigratie- wetten heerscht onder alle klassen der be volking en zoekt uiting naar alle kanten Zij richt zich thans ook tegen de Amerikaan sche zendelingen, die zich in Japan bevin den. De „Japansche Onafhankelijke Chris tenen" hebben volgens een telegram uit Tokio aan de „Times" een circulaire ver spreid, waarin zij eischen dat de Amerikaan sche zendelingen zich zullen laten naturali- seeren, of anders het land verlaten, terwijl te Kobe en elders gehouden vergaderingen resoluties aannemen waarin tot den boycot van de zendelingen wordt aangespoord. NOODLOTTIGE WOLKBREUK. Groote verwoestingen zijn aangericht in de omgeving van Johnson door een wolk breuk, die volgens telefonische berichten, de steden Cartersbluff en Hunter heeft ver nield, waarbij tal van menschenlevens zijn verloren gegaan. Volgens de jongste opgaaf, wordt het aantal dooden op 16 geschat. Vele dorpen zijn over stroomd en talrijke boerderijen verwoest. DE DIEFSTAL VAN LADY LUDLOW'S JUWEELEN. Lady Ludlow, in wier woning te Londen Donderdagnacht een zeer groot deel harer juweelen en andere kostbaarheden is ont vreemd, die haar eerste echtgenoot Sir Julius Werhner haar had nagelaten, heeft voor op sporing en terugbrenging een belooning uit geloofd van 5000 pond. Men vermoedt, dat de kostbaarheden, althans voor een groot deel, hun weg naar het vasteland zullen vin den. Inmiddels is de politie, ook in de ver schillende Amerikaansche havensteden, tele grafisch voorzien van een beschrijving der ver miste voorwerpen. Terwijl de waarde aan goud, paarlen en juweelen afzonderlijk ver moedelijk niet veel meer is dan 50.000 pond, wordt de waarde der voorwerpen in onge schonden staat op minstens een kwart mil- lioen geschat. 12—20 Juli 1924. De werkzaamheden voor de inrichting der terreinen en gebouwen voor de van 1220 Juli te 's-Hertogenbosch te houden Interna tionale Bakkerijtentoonstelling, zijn reeds aangevangen. Dank zij de medewerking, welke het ac tieve Uitvoerend Comité van regeeringsper- sonen, fabrieken en organisaties in binnen- en buitenland mag ondervinden, zal Brabant's hoofdstad eene bakkerij-tentoonstelling te zien geven, die haars gelijke in den lande nog niet heeft gehad. Den gasten van heinde en verre uit ons land en uit België en Duitschland te ver wachten, zal een ontvangst bereid worden Den Bosch als stad waar de gastvrijheidszin nog hoog in eere staat, waardig. De exposanten en genoodigden zullen vóór de opening officieel door het gemeentebe stuur ten Stadhuize worden ontvangen. Van daar zullen zij, voorafgegaan door het alom bekende Kon. Muziekkorps van Goulmy Baar, naar het tentoonstellingsterrein trek ken, waar de Commissaris der Koningin in de provincie Noord-Brabant het openingswoord zal spreken. Vermoedelijk zal Z.Exc. Minis ter Aalberse bij deze plechtigheid tegen woordig zijn. De verschillende wedstrijden beloven eene enorme deelname, vooral de wedstrijd „Ons Dagelijksch Brood" mag zich in eene buiten gewone beslangstelling verheugen. Maatrege len zijn getroffen voor een geregeld ver loop, zoodat zelfs de meest afgelegen plaat sen daaraan kunnen deelnemen. De inschrijvingstermijn is op verzoek van velen, uit alle deelen des lands, verlengd tot 1 Juli a.s., waarna de gelegenheid tot in schrijving onherroepelijk gesloten wordt. De klassen'welke aanvankelijk uitgeschre ven waren op Zondag, n.l. de klassen Sun Maid, N.V. Ned. Bakkerij-Centrale en L. van HIJ WIST HET NIET. Weet gij niet, hoe laat we hier begin nen te werken? vroeg de vertoornde pa troon aan den kantoorbediende, die altijd te laat kwam. Neen; mijnheer, ik kan het niet te weten komen. Altijd als ik kom, zijn de an deren al bezig. NIET VLEIEND. „Juffrouw, ik wou graag een lijstje heb ben voor dit portret van me." „Juist, mijnheer. Wenscht u matglas'" OP HET EXAMEN. Examinator: Is er soms een vraagstuk dat u bijzondere moeilijkheden baart? Examinandus: „Dat niet, t zijn meer be paald de antwoorden die ik lastig vind. VLEIEND. „Wat, je wilt toch niet zeggen, dat C. je voor een ezel uitschold?" „Nu, 't kwam er vrijwel op neer. Hij zei, dat jij en ik één potnat waren." Loon, Tilburg, worden niet gehouden op Zondag 20, doch op Zaterdag 19 Juli a.s. Het aantal prijzen voor deze tentoonstel ling geschonken is zeer groot en daarondei zijn er vele van groote waarde. De zilveren bekers zijn niet als wisselbekers bedoeld, doch blijven eigendom van de winnaars. Het uit te reiken diplomais gemaakt naar een ont werp van den bekwamen kunstenaar Andrf Verhorst. Sedert de aardbeving in Japan is het aan tal gevallen van typhus en dysenteriê te Tokio sterk toegenomen, ten gevolgÉ van den on- gunstigen sanitairen toestand. Uver het alge meen heerschen deze ziekten in Japan nogfcn sterke mate. In de laatste negen jaren sterven te Tokio gemiddeld 73 menschen aan cho lera, 2770 aan dysenterie en 3720 aan typhus. De cholera komt uit China en wordt in de havenplaatsen tegengehouden. Ter vergelij king met een Europeesch beschaafd land geeft „The Japan Medical World" de sterfte cijfers per 10.000 inwoners aan typhus ge durende 1912 te Berlijn, Hamburg en Mün- chen (n.l. resp. 0.19, 0.32 en 0.13) en die te Tokio, Osaka, Kobe, Kyoto, Nagaya er Yokohama (n.l. resp. 4.01, 3.73. 1.99, 4.67. 1.49, en 3.35). Er is een vergadering gehou den om te overleggen, op welke wijze het best de vliegenplaag kan worden bestreden, waaraan de sterke verspreiding van den buik- typhus wordt toegeschreven. (N. T. v. G.) Omtrent de filmkeuring in het Zuidei wordt vernomen, dat in de verder te keuren films (dus van 1 Juni 1.1. af) geen coupures meer worden toegestaan. Er zal derhalve uit sluitend gekeurd worden „geschikt" of „on geschikt". Op den gala-avond ter eere van Thom. De nijs, welke Donderdag 3 Juli in de Kurzaal te Scheveningen zal plaats hebben zal de heer Willem Andriessen uit Den Haag als pianist medewerken. Hij zal niet alleen de liederen welke Denijs zal zingen, begeleiden, doch ook enkele pianosoü ten beste geven. Grindell Matthews, die niet in staat is ge weest de Britsche regeering (welke niet vol daan was over zijn proeven) te bewegen, om zijn ontdekking van den straal des dóóds te koopen, is vandaag naar Parijs gegaan, om demonstraties met zijn straal te laten filmen. Hij zegt dat hij zal vertoonen, hoe zijn straal een vliegtuig in vlammen gehuld kan neer halen, dieren bewusteloos kan maken en op alle oorlogstuig zijn invloed kan laten gelden. Over drie weken zou, volgens de „Star", de film in alle groote bioscoopen te Londen ver toond worden. Door de dezer dagen te Leiden gehouoen algemeene vergadering van de Maatschappij voor Ned. Letterkunde zijn o.m. tot nieuwe leden benoemd Dr. J. A. J. Barge, hoogleeraar te Leiden Dr. Th, Goossens, rector der R. K. Leergangen te Tilburg en de zeereerw. beer W. Nolet, professor aan het Groot- Seminarie te Warmond. Uit Lichtenvoorde wordt gemeld He; oude Saksische huis van hier wordt nagr het Openluchtmuseum te Arnhem overgebracht. Men is reeds met de afbraak begonnen. In- tusschen hebben verschillende ingezetenen er oude voorwerpen voor ter beschikking ge steld, waardoor het huis zijn oorspronkelijk voorkomen zal herkrijgen. Zoo zijn er reeds voor ontvangen een bijenkorf, karn, boter ton, navelijzer, spinnewiel met krukje, panne- koekijzer, houten pannekoekschotel, dorsch- vlegel en roskam. De inboedel is nog niet vol ledig. Men rekent echter op de offervaardig heid der dorpsbewoners om de inrichting te voltooien. 31 Nu bevond Eduard zich in tegenworrdig- heid van den rechter van instructie, aan wien zijn zaak was opgedragen, en die, voorzien van de meest uitgestrekte, w#ekeurige macht, na een eerste verhoor de invrijheid stelling of gevangenhouding kon bevelen. der kamer overschreed, voelde Edmond een zenuwachtige spanning> die hem over al zijn leden deed beven. Hij bemerkte deze zwakte met een gevoel van angst. „M'n God," dacht hij, „ik beef als een misdadiger. De rechter die mij zal onder vragen, kan dat voor vrees aanzien en dat zal een nieuwe beschuldiging tegen mij zijn, de ernstigste van alle wellicht. Alles spant samen, om mij in het verderf te storten." Daarop aan een plotselingen en onweer staanbare aandrang toegevende, riep hij uit: „Mijnheer, ik vraag recht van u Voor anderen moogt u een rechter zijn, voor mij zijt ge een redder. Nimmer heeft een mis dadiger de folteringen ondervonden, die ik j sinds heden lijd. En toch ben ik onschuldig, De rechter was een man van ongeveer vijf- tig jaren, met een kalm, ernstig maar ondoor- j Ja,'"bi*j den lêvënden God, b7j" mijn vróuw én dringbaar gelaat. Zijn hoog voorhoofd wees j mijn kind, die ik bemin, zweer ik u mijnheer, op een groot verstand en een diep inzicht. Op het oogenblik, dat Edmond en zijn bewaker binnentraden, nam de rechter achter zijn lessenaar plaats, waarop zich verschil lende voorwerpen bevonden, onder anderen de graveerstift, een touw met knoopen en een ijzeren haak, een in vieren gevouwen bankbriefje, een klein, rood juweeldoosje, eenige gezegelde papieren en het uitge breide rapport van den Commissaris van politie, aan wien de gevangenneming was dat ik onschuldig ben ZES EN DERTIGSTE HOOFDSTUK. De rechter van instructie antwoordde niet. Met een snelle beweging, die hem door de gewoonte eigen was geworden, zette hij zijn bril recht en gedurende eenige oogenblikken beschouwde hij aandachtig de trekken van Edmond de Bellenoise. Die man heeft inderdaad geen slecht opgedragen. De secretaris van den rechter voorkomen," mompelde hij. Hij trok uit zette zich tegelijkertijd aan een tafel bij het die eenvoudige aanmerking echter volstrekt aim en legde een inktkoker, pennen en geen gevolg ten gunste van den gevangene, verscheidene groote vellen papier in behcor- In den loop van zijn lar.ge ambtsbediening, Uike orde voor zich. Toen hij den drempel i had hij zoo vaak de afschuwelijkste schur ken gezien, die de eerlijkste gezichten had den, dat hij volstrekt op het uiterlijk niet vertrouwde. De uitroep van den werktuig kundige was inderdaad hartroerend en scheen uit zijn hart te zijn voortgekomen. Doch het bewees niets, misschien kreeg men den indruk dat Edmond een even groot komedi ant ais misdadiger was. De betrhande oogen van den werktuig kundige hoopten eenig teeken van mede lijden op het gelaat van den rechter te vin den hij vond niets dan koude onbeweeg lijkheid, die van louter ongeloovigheid be wijs gaf. Het hart van Edmond kromp ineen en de zwakke hoop, die hem een oogenblik had bezield, verdween, om opnieuw voor on beschrijfelijke mismoedigheid plaats te ma ken. „Kom naderbij," zeide de rechter op den koelen toon, dien hij zich aangewend had en die hem gedurende de verhooren eigen geworden was. Ednfend wilde gehoorzamen, maar bi; wankelde. „U schijnt ongesteld te zijn," hernam de rechter. „U kunt gaan zitten." De werktuigkundige nam plaats, of liever liet zich neervallen op den stoel, die bij den lessenaar stond. Alleen de breedte van den lessenaar scheidde hem van den magistraat. Deze vervolgde „Uw verwarring, uw ontroering zijn blijk baar en ik wil gelooven, dat ze oprecht zijn. Herstel u. Ik zal wanneer het noodig is, eenige minuten wachten, voordat ik u ondervraag- De beschuldigingen die op u drukken, zijn van dien aard, dat u al uw bedaardheid, al uw vastberadenheid en geestkracht noodig Zult hebben, om mij te antwoorden." Ofschoon op koele, eentonige wijze uit gesproken, schenen deze woorden toch wel willendheid te kennen te geven, en waren op z'n minst genomen geruststellend. Ed mond voelde zich een weinig versterkt en wendde een krachtige poging aan, om zijn ontroering meester te worden. Hij slaagde daarin na eenige oogenblikken en wist zich- zeiven zoodanig te beheerschen, dat hij op Zwakken toon kon zeggen „Ik ben tot uw dienst, mijnheer. Ik geloof nu in staat te zijn op de vragen te antwoorden, die u mij zult stellen." De rechter van instructie had dezen korten tijd gebruikt, om het rapport van den com missaris van politie nogmaals snel over te lezen, ofschoon hij het bijna van buiten ken de, en eenige notities op een stukje papier te maken. „Matthieu," sprak hij tot den secretaris, „ik begin." De jonge beambte doopte zijn pen in den inkt en maakte zich gereed om te schrijven. „Uw naam vroeg de rechter. „Edmond de Bellenoise." „Uw ouderdom?" „Zesentwintig en een half jaar. „Bent u gehuwd?" „Ja." „Hebt u kinderen?" -Een dochtertje." „Wat is uw beroep?" „Werktuigkundige." „Heeft u nog andere middelen van be staan dan de opbrengst van uw arbeid „Op het oogenblik niet." „Op het oogenblik, zegt u Waarop rekent u dan voor de toekomst?" „Op twee belangrijke uitvindingen, die mij groote sommen zullen opbrengen."#; „Bent^ u vrpeger nooit voor het gerecht geweest Heeft u nog nimmer een veroor deeling ondergaan Deze vraag, alleen voor demyorm gedaan, en die elk beschuldigde worat voorgelegd, deed Edmond van verontwaardiging beven. „Nooit," sprak hij met kracht, „neen, nooitEn ik dacht altijd te leven en te ster ven zonder dat de justitie zich van mijn be staan bewust was." Na deze algemeene en voorloopige vragen, hield de rechter eenige oogenblikken stil. Hij scheen na te denken en eenige uitdruk kingen in het rapport, dat voor hem lag, te overwegen. Eindelijk hief hij het hoofd op. Hij richtte een doordringenden blik op den beschuldig de en vroeg eensklaps „Bent u bekend met d^misdaden, waar van men u beschuldigt en me uw tegenwoor digheid hier veroorzaken?" Edmond werd nog bleeker dan hij een oogenblik te voren was geweest. Hij ant woordde echter zonder aarzeling „Neen mijnheer, honderdmaal neen 1 Die mis da dm ken ik niet 1 De Commissaris van pólitie, die mij hedenmorgen te midden van mijn gezin gearresteerd heeft, zeide mij dat ik beschuldigd werd van twee moorder en een diefstal. Dat is alles wat ik weet. It heb met rechtmatige verontwaardiging die monsterachtige beschuldiging van me afge worpen en zelfs thans weet ik de namen nog niet van de voorgewende slachtoffers." „Die'slachtoffers," viel de rechter hem in de rede, „zijn een nog jeugdige vrouw en een zieke grijsaard." Edmond maakte een gebaar van afschuw. „Een vrouw 1" riep hij uit, „en een grijs aard En daarvan wil men mij beschuldi gen Hij wilde zijn handen opheffen, om er zijn gezicht mede te bedekken, doch evenals een uur te voren in zijn cel, wogen de hand boeien zwaar aan zijn polsen en zijn handen vielen slajf langs zijn lichaam neer, terwijl groote tranen langs zijn wangen biggelden. De rechter vervolgde „Die grijsaard, een buurman, heette baron Vilandry. Het andere slachtoffer was all huishoudster bij hem in dienst en heette Hélène Renoir. Kende u baron de Vilan- dry?" „Ik wist dat hij het huis bewoonde, naast mijn woning en ik had hem twee of drie maal in zijn rijtuig voorbij zien gaan." „Bent u nooit persoonlijk met hem in aan raking geweest - „Neen looit 1' Wordt vervolgd.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1924 | | pagina 5