Brieven uit Frankrijk.
QNZE
RADIO-
OMROEP
Ontdekte misdaad.
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT.
Tweede Blad - Dinsdag 8 Juli 1324
>E KATHOLIEKE ELZAS IN GEVAAR.
GEM. BUITENL. BERICHTEN.
Mr. P. v. a.
Frankrijk deelt den genoodigden ter intergeallieerde conferentie zijn
jtandpunt mede en MacDonald heldert het misverstand op. De oppo-
iitie in Frankrijk tegen Herriot.
Onder Radio-berichten: Ramsay MacDonald gaat ter nader bespre
king voor de intergeallieerde conferentie naar Parijs. Het debat in den
Franschen Senaat is tot Donderdag uitgesteld.
Ramsay MacDonald naar Parijs.
België en de a.s. intergeallieerde
conferentie.
Het debat in den franschen
Senaat uitgesteld.
Zagloel pasja naar Frankrijk.
De Britsche regeering tegen den
kanaaltunnel.
Kolonisatie op Groenland.
EEN GEDENKPLAAT VOOR DE BRIT
SCHE OORLOGSDOODEN.
BINNENLAND.
HOEK
DAGELIJKS
PRIMA RADIO
CONCERTTOESTELLEN
Desverlangd vanaf i 6.— per maand.
Bureau Meijer - Haarlem.
Kampervest 23 - Telef. 3620.
FEUILLETON.
Het is twee zomers geleden, dat ik enkele
tveken in Elzas-Lotharingen doorbracht, om
de kennismaking met de door Frankrijk her
overde gebieden te hernieuwen en de na-
oorlogsstemming in de Elzas, vooral door
persoonlijke gesprekken te leeren kennen.
Ik heb er in die dagen enkele brieven aan
gewijd de stemmen laten hooren van Abbé
Ritz en meer vooraanstaande geestelijken
negen, dat daar ti geen motief voor hun ver
zet tegen Herriots plannen kan worden ge
vonden.
Het separatisme is dusdanig op den ach
tergrond getreden, en het verlangen naar
autonomie is dermate verflauwd, dat even
min deze twee richtingen beschouwd mogen,
worden als drijfveeren om hun godsdienstige
ongestoord te handhaven.
Het is zuiver en alleen de liefde voor heb
H. Geloof, die eensgezind de katholieken
en leeken in die oprecht katholieke land- van den Elzas in verzet brengt tegen een
streek
En allen stemden hierin overeen dat de
Elzas vol vertrouwen de toekomst als deel
van Frankrijk tegemoet ging, waar het be
trof de handhaving van zijn [godsdienstvrij
heid, het behoud van zijn confessioneele
school. Men twijfele er niet aan, of Frank
rijk zou zijn woord getrouw blijven, den
Christelijke geest van den Elzas eerbiedigen
en het niet doen deelen in de onchristelijke
wetten, die tot een juk zijn geworden op de
Behouders van het moederland zelf.
Zelfs zij, die mij ronduit verklaarden voor
standers te zijn van een autonomischen Elzas,
waren niet beducht, dat de heiligste rech
ten der katholieke bevolking door Frank
rijk geschonden zonden worden.
De Duitschers immers, aan wier druk zoo
velen verheugd waren te ontkomen, had
den die rechten erkend en geëerbiedigd.
Hoe zou dan de overwinnaar, die telkens
weer verklaarde, den Elzasser te beschou
wen als een verloren zoon, die feestelijk
dient ingehaald, de plechtige gelofte in 1918
op officieele wijze gedaan, kunnen breken,
zonder door de geheele wereld als 'n woord
breker en een ondankbare te worden be
schouwd
Hoe weinig is er op dit oogenblik van dat
vertrouwen overgebleven. Geheel de katho
lieke en ook de Protestantsche Elzas zijn in
rechtmatigen opstand. De oorlogsverklaring
op godsdienstig gebied van den Minister
president Herriot en zijn anti-clericale me
de werkers, heeft een stemming van verbit
tering en rechtvaardigen, zelfs heiligen toorn
gewekt in die landstreken. De katholieke
afgevaardigden in het parlemen t zijn reeds
de tolk geweest van de gevoelens, die leven
bij de door hen vertegenwoordigde geloofs-
genooten in den Elzas. De gewestelijke bla
den van christelijke richting en ook de groo-
te pers, die de katholieke beginselen verde
digt, o.a. „l'Echo de Paris", aarzelen niet
hun waarschuwenden stem te doen hooren
en een toekomst te voorspellen vol strijd en
verdeeldheid, waar van de schuld alleen zal
op de nieuwe regeeringsmanner., die zich
onder 't mom van onpartijdigheid'als kerk-
vervolgers aandienen.
En meerder particuliere brieven door
mij in de laatste week uit Metz en Straats
burg ontvangen, getuigen van een veront
waardiging, die slechts verlangt zich in da
den om te zetten, tenzij de regeering blijk
geeft van gedachten te zijn veranderd.
Men zal zich, zoo noodig, niet tot protes
teeren beperken.
Geheel de katholieke bevolking zal zich
met hand en tand verzetten tegen een wet
geving, die de christelijke opvoeding van
liet kind bedreigt, er op gericht is de banden
te verbreken, die den Elzas aan Rome bin
den, Enkelen onder de Katholieken mogen
er zijn, die den gelegenheid aangrijpen
hun Duitsche sympathiën te dienen, verre
weg de meesten zijn dusdanig Frankrijk ge-
God- en Godsdienst-vijandige regeering.
En men ontveinst 't zich niet, dat zooiets
geschikt is om de heroverde gebieden van
Frankrijk te vervreemden, het de vervolgin
gen zullen zijn van Combes volgelingen.
Ondankbaarheid is nu eenmaal het loon
van deze wereld. De katholieken in den El
zas staan op punt dit wederom op grieven
de wijze te ondervinden.
Want juist zij zijn het gewweest die de
Fransche zaak in den loop der jaren het
best hebben ondersteund. Zij voelden een
grootere verwantschap met het katholieke
Frankrijk, met de Latijnsche landen in het
algemeen, dan met het Duitschland der her
vorming.
Het zijn werkelijk niet de socialisten en
de communisten geweest, die den geest van
Frankrijk levendig hielden in de jaren van
afscheiding. Maar hoevelen vragen zich
thans niet af, of zij wel hebben gedaan, niet
beter hun eigen belangen hadden gediend
door minder vertrouwen te stellen in de be
loften van Frankrijk.
Naast de stemming van droeve ergernis
blijft echter de hoop nog leven, dat Herriots
woorden niet in daden zullen worden om
gezet. Vooreerst, zal zijn ministerieel leven
lang genoeg zijn, het aangekondigd politiek
program ten uitvoer te leggen. Velen twij
felen er aan, al is zijn buitenlandsche poli
tiek vol goede beloften en in breeden kring,
ook door ons, gunstig ontvangen.
En vervolgens de Senaat is nog steeds
daar als gunstig werkende rem, zelfs als
preventief werkend lichaam, voor al te
lichtvaardige Regeeringsplannen. De link- £>en,uulen' aue °"reKKingen
sche bladen, als „l'Oeuvre," „le Quotidien," fhksregeermg, de Regeenng der Duitsche
landen en autoriteiten van lageren rang, alle
bonden, vereenigingen, ondernemingen enz.,
radicaal af te breken. Dit besluit zal heden in
Dat Is echter een quaestfe van later
voor het oogenblik zijn de moeilijkheden
weer een beetje bij elkaar gebreid en kun
nen de voorbereidingen voor de conferentie
te Londen worden voortgezet indien al
thans het debat in den Senaat heden niet
uitloopt op een al te groote
ondermijning van Her-
riot's positie
Zondag onthulde de „Quotidien" het ge
heim, dat de rechtsche meerderheid Herriot
bij de interpellaties in den Senaat omverwer
pen wil. Dit lijkt wel een zeer weinig waar
schijnlijke onderneming, omdat er vooreerst
zeker nog niet veel kans is op succes. Maar
het is een feit, dat de aanvallen op den nieu
wen premier steeds feller worden en dat
de nationalisten geen kans zullen verzuimen
hem zoodra mogelijk een stootje te geven.
Dit is niet alleen politieke hartstocht, maar
wel degelijk ook de meening, dat hijfniet de
aangewezen persoon is om tegenover Enge
land de Fransche belangen behoorlijk te ver
dedigen. Men is rechts overtuigd, dat Herriot
in weerwil van zijn qualitieten, niet de man is
om de post te bekleeden, waar elk woord, elk
gebaar van zooveel beteekenis is, als bij het
minister-premierschap in Frankrijk. Men
kon te Parijs constateeren dat er bepaald
ongerustheid bestaat omtrent hetgeen Her
riot op the Chequers kan hebben toegezegd|of,
door niet tegen te spreken, schijnt te hebben
toegezegd, hetzij omdat MacDonald handiger
opgetreden is dan hij, hetzij omdat Herriot
de stemming van toenadering niet verbreken'
wilde. Deze angst omtrent Herriot's be
kwaamheid en verantwoordelijkheidsgevoel,
gevoegd bij een geheel afwijkende opvatting
omtrent de toepassing van het Verdrag van
Versailles, motiveert de felle campagne, die
reeds thans tegen hem gevoerd wordt en die,
juist nu er toch voorloopig geen sprake kan
zijn van een omgooien, zoo betreurenswaar
dig is,omdat ze Herriot hindert in zijn bewe
gingen en preoccupeert op een oogenblik,
waarop al zijn geestescapaciteiten voor de
onderhandelingen met Engeland noodig zijn.
DE DUITSCHE REGEERING EN DE
BUITENLANDSCHE PERS.
Uit Berlijn wordt gemeld, dat het bestuur
van den „Verein der ausl andischen Presse
zu Berlin", waarin 98°0 van de in Berlijn
vertegenwoordigde pers van alle landen der
aarde vertegenwoordigd is, het besluit heeft
genomen, alle betrekkingen met de Duitsche
„Eri nonvelle en Paris soir", houden niet
op den Minister-president de gelijkstelling
van den Elzas met het verdere Frankrijk
als een daad van rechtvaardigheid aan te
prijzen. Zij goochelen met cijfers om aan
te toonen, dat 't meerendeel der bevolking
in dat gewest afschaffing der confessioneele
school verlangt en niets liever wenscht dan
gebracht te worden onder Frankrijks com-
bistische wetgeving.
Cijfers door een referendum, van katho
lieke zijde aanbevolen, gemakkelijk genoeg
te weerleggen.
Maar de gematigde organen der linker
zijde zijn minder hoog gestemd over Her
riots voortvarendheid, die hem wel eens
parten kon spelen. Het zijn juist die bladen,
welke in den Senaat de voornaamste aan
hangers vinden.
En daarom blijft het vertrouwen geves
tigd op het gezond verstand der senatoren,
die daarvan in de laatste weken reeds twee
maal blijk hebben gegeven.
Ongetwijfeld het gevaar dreigt maar het
oogenblik om te wanhopen is nog niet ge
komen.
Parijs, 2 Juli 1924.
het openbaar bekend gemaakt worden.
Als reden wordt genoemd de weinig tege
moetkomende houding, die de Duitsche auto
riteiten tegen de buttenlandsche pers aanne
men in zake allerlei faciliteiten, welke naar
die pers meent, in andere landen wel aan de
buitenlandsche pers worden toegestaan ge
noemd worden de onlangs vermelde pasmoei
lijkheden, de houding tegenover de vraag van
•'rij of tegen reductie eizen op de spoorwegen
i belas;ing- en woi ingquaes i s enz,
Opgemerkt mag worden, dat in dezen bijv.
in ons land, de buitenlandsche pers ook geen
falciiteiten worden toegestaan.
EEN SEPARATISTEN-PROCES EN DE
FRANSCHE AUTORITEITEN.
Dezer dagen is voor het Duitsche Siaats-
gerechtshof een proces begonnen tegen den
separatist Backhold.
Het O. M. had een groot aantal getuigen
uit het bezette gebied gedagvaard. De gedele
geerde te Rüdelsheim van de intergeallieerde
Rijnlandcommissie Armand, heeft nu 31 ge
tuigen verboden te verschijnen. Het proces
kan derhalve niet doorgaan. Dit verbod van
den gedelegeerde acht de „Frankf. Ztg."
onbegrijpelijk en onhoudbaar. Het Frankrijk
van Poincaré heeft streng tegenover de wereld
volgehouden 'n neutraal standpund tegenover
de separatistische onlusten in te nemen. Het
blad acht het daarom onbegrijpelijk, dat
de vertegenwoordiger der huidige geallieerde
regeeringen te Rüdelsheim het proces tegen
Backhold onmogelijk maakt. Ook uit juridisch
oogpunt bezien is het onverklaarbaar op
grond vanwelke bevoegdheden |Arrranf op
deze wijze aan Duitschers iets kan verl i;den.
UITBREIDING VAN DE JAPANSCHE
LUCHTVLOOT?
De Japansche minister van marine ver
klaarde in den Landdag, dat de toestand van
de wereld eischt, dat Japan zijn marine-
luchtvloot uitbreidt. Hij beval den bouw
aan van elf nieuwe eskaders buiten en behal
ve de zeventien, die reeds op het tegenwoor
dige program staan.
DE STRIJD IN MAROKKO.
Berichten uit Hendaye melden dat de strijd
in het Oudley-dal is begonnen. Een steun-
colonne onder generaal Serraze baande zich
een weg naar de Isgaris, waar de Riffs haar
dwongen terug te trekken met achterlating
der gewonden.
HET HUIS VAN LANDRU.
De historisch geworden villa te Gambais,
waar Landru zijn duistere daden heeft bedre
ven, zou Zaterdag in het openbaar worden
verkocht. Het heeft echter niet mogen zijn
er waren geen liefhebbers.
De heer Trie, de eigenaar van het sinistere
huisje, begreep er niets van. Sedert Landru
het drie jaar geleden heeft ontruimd is het
door duizenden toeristen uit alle werelddee-
len als een historisch plekje bezocht. En
thans is er geen kooper voor te vinden.
Volgens de laatste berichten zal de Fran-
\he regeering
geen uitstel van de a.s.
conferentie te Londen
vragen, zooals eerst geopperd werd zij be
reidt zich integendeel ijverig voor op die
conferentie en zal, als normaal uitvloeisel
van het tête a tête te Chequers aan de geal
lieerden een uiteenzetting doen toekomen
van het Fransche standpunt, zoodat hun
dan beide posities, waarover men het te
Londen niet zoo spoedig eens kon worden,
bekend zullen zijn. Na Herriot's verkla
ring, dat de Fransche regeering zich niet
gebonden acht door de Britsche aanwijzin
gen in het telegram der Engelsche regee
ring aan haar gezanten, waarvan een en
ander door Parijsche bladen is bekend ge
maakt, heeft thans MacDonald loyaal aange
boden zelf nog eens even duidelijk aan
alle ter conferentie genoodigden te verkla
ren, dat hij Herriot nimmer aan zijn denk
beelden heeft willen binden de in het pro
tocol vervatte uiteenzettingen zijn uitslui
tend voor rekening van de Britsche re
geering. Waarmede dus het verwijt van de
Fransche oppositie tegen Herriot, dat hij
zich door Londen reeds zou hebben laten
inpalmen, te niet wordt gedaan en Her
riot's positie een kleinen steun krijgt, het
geen wel noodig blijkt tegenover de felle
aanvallen van rechts. Ook te Londen beseft
men blijkbaar hoe noodig het is, wil men
tenminste iets in de gewenschte richting be
reiken, den Franschen premier in zijn strijd
tegen zijn belagers de hand te reiken. Al
thans voor zoover dat mogelijk is Want, al
moge nu waarschijnlijk wel het misver
stand betreffende uitnoodiging en memo
randum hersteld zijn door MacDonald's
aanbod, uit het geheele verloop van deze
geschiedenis is al weer duidelijk gebleken
hoe groot nog steeds
de afstand tusschcn Pa
rijs en Londen
is een afstand, dien men nu te Londen
zal trachten te overbruggen, en waarbij Bel
gië weer de bemiddelingsrol schijnt te willen
spelen, Theunis toch zou in het groote
twistpunt betreffende de al of niet bevoegd
heid van de commissie van herstel tot con
stateering van eventueel ingebreke blijven
door Duitschland inzake de nakoming van
her plan-Dawes, een compromis willen voor
stellen, n.i. dat de Commissie van Herstel
het recht van constateering ook nu zal be
houden, doch in samenwerking met een
neutrale commissie van deskundigen.
PARIJS, 7 Juni. Ramsay Mac-Donald
heeft Herriot, den Franschen premier,
doen weten, dat hij morgen te Parijs zal
aankomen tot het houden van bespre
kingen.
Een Havas-bericht voegt hieraan toe,
dat Mac-Donald morgenmiddag om 4 uur
te Parijs komt en met Herriot zal con-
ferceren.
LONDEN, 7 Juli. In het Lagerhuis deel
de MacDonald mede, dat hij op voorstci
van Herriot morgen naar Parijs zal gaan en
Woensdagavond weer uit Parijs zal ver
trekken.
Hij voegde er bij, dat er niet de minste
grond bestond voor den storm, die opge
stoken was. Ik zal niet toelaten, als ik het
kan verhinderen, zoo voegde hij er aan
toe, dat een ol andere tweedrachtzaaier
in Engeland ol Frankrijk hel vooruitzicht
op een FranschEngelsche regeling in ge
vaar brengt. Dit is iets, te vrecselijk om
aan te denken.
Blijkens een nader Reuter-telegram,
verklaarde Mac-Donald, dat de uitnoodi-
gingen geen enkel punt bevatten, waar
mede de Fransche regeering niet bekend
was. In de uitnoodiging werd eenvoudig
een opsomming gegeven van den kern der
besprekingen op Chequers en werd Frank
rijk tot niets gebonden. Mac-Donald her
haalde, dat de conferentie ten doel had,
te overwegen, hoe het rapport-Dawes in
werking kon worden gesteld en dat iedere
overeenkomst, waartoe men geraakte, zou
strekken ter aanvulling, ,en niet ter ver
vanging van de Commissie van Herstel.
Als er overeenstemming was bereikt no
pens het rapport der deskundigen, hoopte
hij, dat zij kon worden aangevuld, door
een intergeallieerde overeenkomst, dat in
geval van een opzettelijk in gebreke blij
ven van Duitschland na de aanvaarding
van het rapport der deskundigen, de ge
allieerden schouder aan schouder zouden
staan om aan Duitschland zijn aansprake
lijkheden op te leggen.
MacDonald zinspeelde er nadrukkelijk
op. dat het heclc incident in elkaar was
gezet met het doel om Herriot de neder
laag te doen lijden.
Gevraagd, weike staten vertegenwoor
digd zouden ziin, zcide Mac-Donald, dat
naar men hoopte vertegenwoordigd zouden
zijn; het Britsche Rijk, Frankrijk, Italië,
Japan. België Zuid-Slavië, Griekenland,
Portugal en Roemenië. De ambassadeur
der V. S. zou ook tegenwoordig zijn.
BRUSSEL, 7 Juli. Vanmiddag werd van
drie tot zeven uur een kabinetsraad onder
voorzitterschap van den koning gehouden,
die zich hoofdzakelijk bezig hield met den
buitenlandschen toestand, meer speciaal
met het oog op de conferentie van Londen.
Theunis en Hymans lichtten den toestand
nader toe, waaruit blijkt, dat de conferentie
zich in de meest gunstige vooruitzichten
aankondigt. Het Fransch-Engelsch incident
naar aanleiding der nota, die de uitnoodiging
der geallieerden vergezelde, kan inderdaad
na de verklaringen uit Londen als volledig
bijgelegd beschouwd worden en de goede
trouw der Britsche regeering laat zeker
geen twijfel meer over. Althans voor de
quaesties, die te Londen zullen besproken
worden, hoopt men eindelijk een definitieve
oplossing nabij te zijn.
PARIJS, 7 Juli. Het debat in den Senaat
is van 8 lot 10 Juli uitgesteld
KAIRO, 7 .Juli. Zagloel Pasja vertrekt 25
Juli naar Frankrijk.
i
LONDEN, 7Juli. In hel Lagerhuis deelde
MacDonald mede, dat met het oog op de
eenparige meening van hel comité voor de
rijksverdediging de regeering geen machti
ging kon geven tot den bouw van den Ka
naaltunnel.
De Britsche draadlooze dienst meldt nog,
dat naar het oordeel van het comité voor
de rijksverdediging de voordeden van een
Kanaaltunnel niet evenredig waren met de
nadeelen uit een oogpunt van defensie. De
ministeries van handel en verkeerswezen
hadden memoranda ingediend, én deze had
den ook rapporten uitgebracht over de mili
taire aspecten van het vraagstuk. De mees
ten dergenen, die tegenwoordig waren in.de
bijeenkomst van het comité voor de rijks
verdediging begonnen met vooringenomen
heid ten gunste van het plan, maar toen de
zaak in bespreking kwam, bleek dat ieder
tot een tegenovergestelde conclusie werd
gebracht. Het advies van den staf van het
luchtvaarlministerie was tegen hetp lan ge
weest, terwijl het uit een handelsoogpunt
slechts weinig aantrekkelijks bood.
KOPENHAGEN, 7 Juli. Gisteren is
door de Deensche regeering een koninklijk
besluit afgekondigd, waarbij alle burgers
van Denemarken en IJsland onmiddellijk
het recht krijgen bezit te nemen van land
voor kolonisaticdoeleinden en hef uifoefenen
van de scheepvaart, het jachtbedrijf, de rob
benvangst en visscherij langs de oostkust
van Groenland tusschen Lindenowsfort 60
graden 27 minuten noorderbreedte tot 81
graden noorderbreedte, met uitzondering
van het Angmagsalik district.
Het kan zijn dat later beperkingen wor
den gemaakt ter bescherming van de in
boorlingen aan de Frederik-VI-kust en aan
de Scoresby-baai.
Door dit besluit krijgen de Deensche en
ÏJslandsche burgers dezelfde rechten als de
Noren door de Deensch-Noorsche overeen
komst hebben ontvangen, zoodra dez# over
eenkomst in werking treedt en dezelfde
rechten zullen evrmoedelijk ook worden
verleend aan de burgers var. vreemde lan
den. wier regeeringen eventueel later een
dusdanige overeenkomst met Denemarken
zullen sluiten.
EEN ERNSTIG AUTOMOBIEL-ONGELUK.
Een radiogram uit Berlijn meldt, dat de
automobiel van prins Alfred v. Salm-Rei-
ferscheidt bij een spoorwegovergang op het
traject Neuss-Düren door een D-trein is ge
grepen en vernield. De prins en de chauf
feur werden gedood, drie dames levensge
vaarlijk gewond.
PARIJS, 7 Juli (B. T. A.) De prins van
Wales heeft in de Notrc Dame een gedenk
plaat onthuld voor het millioen Britsche
oorlogsdooden, waarvan de meesten in
Franschen bodem rusten. President Dou-
mergue woonde de plechtigheid bij.
De koning van Engeland had in een
boodschap aan Doumergue zijn dankbaar
heid aan de Fransche natie herhaald.
President Doumergue antwoordde over
tuigd te zijn, dat de herinneringen, door de
plechtigheid in de Notre Dame gewekt, zul
len bijdragen tot versterking der trouwe
vriendschap, die beide volken vereenigt.
DE DUITSCHE VOLKSPARTIJ.
BERLIJN, 7 Juli. (Radiogr.) Het cen
taal bestuur van de Duitsche Volkspartij
heeft Stresemann, den minister van buiten
landsche zaken, tot voorzitter der partij her
kozen en besloten de houding der regeering
ten opzichte van het rapport-Dawes, even
als de argumenten van Duitsche zijde vóór
de aanvaarding van dit ontwerp goed te
keuren.
DE STRIJD IN MAROKKO.
MADRID, 7 Juli (B. T. A.) Een officieel
communique uit Marokko meldt; Een Spaan-
sche colonne heroverde de stelling van Co-
vardarsa, welke sedert zeven dagen door
den vijand werd belegerd.
Nu er versterkingen zijn ontvangen ver
betert de toestand te Melilla en Tetoeam.
ia.
WANBETALING.
Op de zesde, onlangs gehouden algemeene
vergadering van den Christelijken en handel-
drijvenden Middenstandsbond, is ook het on
derwerp van de „wanbetaling in de hoogste
kringen" ter sprake gekomen. De heer Van
Emden stelde de vraag of niet de midden
stand zich in eenigerlei vorm met H. M. de
Koningin, die reeds zoo menigmaal getoond
had een landsmoeder te willen zijn, in con
tact zou willen stellen opdat van haar een
wenk uitging ook tot haar naaste omgeving
(het Hof zelf treft in dezen geen blaam), ten
einde aan dit kwaad zooveel mogelijk een
einde te maken.
Het weekblad ,,De Middenstandsbond"
zegt dat het jammer is, dat er aanleiding was
om een dergelijke vraag in 't openbaar te
stellen. Het is een bewijs te meer, dat de
middenstanders inderdaad veel last hebben
van „wanbetaling in de hoogste kringen".
Anders zouden zij er waarlijk niet toe geko.
men zijn dit onderwerp op een publieke ver
gadering aan te roeren.
Nu het gebeurd is, legt het blad er den
nadruk op, hoe zeer velen winkeliers tekort
gedaan wordt, wanneer ,,de hoogste krin
gen hen jarenlang op betaling van geleverde
goederen laten wachten.
„Wij kennen zelf het geval van een vroe
ger zeer bekenden schoenhandel in de Resi
dentie, die soms wel vier tol vijf jaren cre-
diet gaf aan voorname lieden. En wanneer
hij dan, na zoolang wachten, met de kwi
tantie dorst te komen, gebeurde het nog
vaak, dat die voorname lieden zich gekrenkt
voelden en een anderen leverancier namen.
Men begrijpt dat de eigenaar van dezen
schoenhandel een enorm bedrijfskapitaal
voor de instandhouding van zijn zaak noodig
had. Dat liep zelfs zoo hoog op dat hij het
niet meer uithouden kon. Zijn zaak is ten
onder gegaan. En zoo kennen wij een ander
geval van n meubelmaker in de Residentie,
die eveneens ,,in de naaste omgeving" der
Koningin veel klanten had, maar zoolang op
zijn geld moest wachten, dat hij ook een te.
kort aan bedrijfskapitaal kreeg. Hij heeft
toen maar de wijste partij gekozen en beta
ling van allen gevraagd. Wel verloor hij
toen de meeste dier klanten, maar hij zette
zijn zaak liever voort met de klandizie van
minder voornamer lieden en korter krediet,
dan zelf nog langer in moeilijkheden te ver-
keeren. Ongetwijfeld zouden tal van ande.
re gevallen daarnaast kunnen worden ge
noemd."
Nu dit onderwerp eenmaal op de jongste
vergadering van den Christelijken Midden
standsbond behandeld is. hopen wij, dat het
ertoe zal bijdragen, dat het gebruik van het
lange cjcdiet in gegoede kringen tot een mi
nimum wordt beperkt.
HET VERSCHIL.
Dokter; „Uw man tracht het te ontken
nen, maar rookt hij niet tusschen de etens
tijden?"
Echtgenoote van den patiën. ..Neen, dok
ter; hij eet tusschen de rooktijden!"
WAT ZIJ BEWONDERDE.
Hij; „Wat ben ik ongelukkig, het schijnt
dat ik maar aan niemand bevallen kan.
Zij: „Troost u, ook mij bewondert nie
mand."
Hij: „Dan weet ik wat; wij zullen een vcr-
eeniging tot wederzijdsche bewondering op
richten. Ik b.v. bewonder uw schoone oo-
gen; en wat bewondert ge in mij?"
Zij: „Uw goeden smaak."
DE BESTELLING.
Van Habernichts: „Kellner, soep!"
Kellner: „Wij hebben soep met en zonder
kip.'
„Wat 'kost zonder, 40 cents?"
„Jawel, 40 cents."
„En met?"
„50 cents."
„Geef mij dan de Kip voor iu cents."
HET ANTWOORD VAN JAN.
„Zeg eens, Jan," zei de onderwijzer, „hoe
weten wij dat de aarde rond is?"
„Dat zien we aan de globe, mijnheer!"
DE GELUKKIGE DICHTER.
Dichter: (een papieren zak vol fruit koo
pend en ontdekkend dat de zak van een
bladzijde van zijn nieuwste werk werd ge
maakt): „Ik wist het wel," zegt hij zoet
zuur, „dat mijn arbeid eenmaal vrucht zou
dragen."
van de voor ons
and belangrijkste
stations.
Nieuwsberichten (Vas Dias) Amsterdam
P, C. F. F. Golflengte 2000 M.
Dagelijks (uitgezonderd Zondag) 8,15
8,30 v.m.; 1010.12 v.m.; 11.3011.55 v.m.;
12,15—12,30 n.m.; 1,05—1,20 n.m.; 3—3,30
n.m.; 4,154,28 n.m.
Tijdseinen: 10.15 v.m. en 4.30 n.m.
Effecten en Geldkoersen (Vaz Diaz, zie
hierboven) te 1,301.452—2.152.30 en
2.45 n.m. (uitgezonderd Zondag en vacan-
tiedagen en Zaterdag alleen 10.3011.30
v.m.)
Weerberichten -*■ Vossegat Bé 1050
M.: 11.10 v.m. en 12,30 n.m. en 8 n.m. (Ge
meenlijk Morseseinen in langzaam tempo,
waarop men zich oefenen kan).
Londen 2 L.O. golflengte 365 M.
Somtijds 3.205.20 n.m., dames ha" uurtje,
5.50 kinderuurtje, 7,5010.50 (of later) con
cert, opera of Popul. avond.
Tijdseinen 7.20 en 9.50 n.m. Maandag,
Donderdag en Zaterdag Dansmuziek (Jaz-
band) van uit het Savoy Hotel le Londen
na 10.20 n.m
Diverse Engelsche stations hebben onge
veer dezelfde zenduren en wel:
Cardiff 5 W A. op 350 M.
Manchester 2 Z. Y. op 375 M.
Bournemouth 6 B M. op 385 M.
New Castle 5 N. O op 400 M.
Glasgow 5 G. S. op 420 M.
Birmingham 5 I. T. op 475 M.
Aberdeen 2 B - D op 495 M
Radio Paris S. F. R. 1780 tv», con
cert (Tzigane orkest) 1.05 n.m. dito te 5.0£
n.m. (vocaal of instrumentaal) dito te 9.2C
n.m„ als 5.05 of aansluiting op opera ol
anderszins (voorafgegaan te 8.50 n.m. dom
Nieuwsberichten).
Gemeenlijk Donderdag en Zondag Dans
muziek tol ruim elf uur. event, afgewisseld
door chansons of causcriën.
Eiffel toren F. L. 2600 M. 7 en II
uur v.m., 7.20 en 10.35 n.m Weerbericht
3.50 n.m. Beursverslag 6.307 15 n.m.
concert, 11.2011.25 n.m. en 12.04 Tijdsei
nen
Ecole Supp. P. T. T. 450 M-: Dage
lijks, behalve Maandag te 9.20 n.m., voor
drachten, enz.
Petit Parisien 340 M.: Gemeenlijk
Dinsdag, Donderdag en Vrijdag 8.50 n.m.
concert.
Brussel S. B. R. 265 M. 5.20—6.20
n.m. en 8.351020 n.m. concert.
Haren (Brussel) B. A. V. 1100 M. 5.1ft
n.m. Weerbericht.
Königswusterhausen L. P. 4000 M.
7.20 v.m.6 n.m. berichten (ongeregeld)
Maandag en Vrijdag 8.209.20 n.m. concert
op 2700 M. Zondag alleen 11.20 v.m.
1.20 n.m.
Eberswalde 2700 M. Gemeenlijk
Dinsdag en Donderdag concert 8.209.20
PROGRAMMA.
Dinsdag s Juli, 810, Labor. Heussen,
den Haag. Concert of Instrument-soli.
Woensdag 9 Juli 810 u. fa.
Smith en Hooghoudt, Amsterdam, 1050 M
Concert met welwillende medewerking
van de heeren H. Romijn, zang, en Willy
Picard, begeleiding.
De no.'s, voornamelijk bestaande uit
chansons van Holl. Auteurs, worden voora
aangekondigd.
48.
„En wanneer van dat alles niets ge
beurt?"
«Jn het ergste geval zal onze toestand
oyer drie maanden nog deselfde zijn, als
gisteren voor dc zitting. Ik zal weder doen
wat ik gedaan heb; wellicht zal ik in mijn
overtuiging meer overredingskracht vinden,
wellicht zal ik beter in staat zijn, om den
juisten toon aan te slaan, en zullen mijn
Voorden beter ingang vinden."
Edmond schudde het hoofd.
„Gij twijfelt, vroeg de advocaat. „Gij
twijfelt aan mij, niet waar?"
„Ik twijfel noch aan uw hart, noch aan
uwe bekwaamheid, maar gedurende den
afgeloopen nacht, dien ik slapeloos en lij
dende heb doorgebracht, heb ik goed na
gedacht en mijn toestand van alle zijden be
zien, en ik ben tot de overtuiging gekomen,
dat gij gisteren door uwe woorden een won
der verricht hebt.
„Een wonder," herhaalde de verdediger
verbaasd,
„Ja, want gij hebt aller harten getroffen
toen gij van mij spraakt en gedurende een
uur lang heljben de rechters, de jury cn al
len, die u hoorden, aan mijn onschuld ge
loofd. Niemand anders dan gij hadt zulk een
verrassende uitkomst kunnen verkrijgen,
zoo sterk was dc schijn tegen mij. Thans
oordeel ik over mijn zaak met evenveel
koelbloedigheid, alsof hel een ander aan
ging, cn ik beken u, dal de goede uitslag
van uw rede van gisteren mij onbegrijpelijk
voorkomt De man, op wien zulke zware
vermoedens drukken, had zeker geen recht
op medelijden; hij verdiende integendeel
verachting, afschuw. Zóó is mijne overtui
ging en zóó moesten allen denken, die mij
hoorden. Wie weet, of over drie maanden
en tegenover een andere jury, het wonder,
dat gij gisteren tot stand hebt gebracht,
zich herhalen zal."
Dc advocaat antwoordde niet terstond,
want hij ontveinsde zich niet, dat Edmond
de waarheid sprak.
„Gij beneemt mij den moed," sprak hij
verdrietig „en toch zweer ik u ,dat ik vol
hoop en vertrouwen hier ben gekomen.
Het uur der rechtvaardigheid zal voor u
slaan, dat geloof ik met mijn gansche ziel.
De waarheid zal aan het lichtkomen, on
danks den dichten sluier, die haar bedekt;
daar heb ik een voorgevoel van."
„En ik wil dat als een goed voorteeken
beschouwen," gaf Edmond met een droevig
lachje ten antwoord.
Daarop voegde bij er heel zacht bij:
„Maar wanneer het uur der rechtvaardi
ging eens te laat kwam, zou dan het uur
der vrijheid ook vroeger kunnen slaan?"
Een paar minuten gingen na deze laatste
woorden in stilte voorbij.
„Waarde verdediger," vroeg de werk
tuigkundige daarop, „in welke gevangenis
zal ik die drie maanden door moeten bren
gen?"
„Hier waarschijnlijk."
„Kan ik hopen, dat ik niet in aanraking
zal moeten komen met andere misdadigers,
die mij afschuw inboezemen en die mij als
hun gelijke beschouwen?"
„Niets is gemakkelijker. Tegen betaling
eener kleine som hebt gij recht op eeno af
zonderlijke cel en daar gij waarschijnlijk het
noodige geld niet bezit, voegde de advocaat
er verlegen bij, zult gij mij genoegen doen,
deze kleinigheid van mij aan te nemen."
Tegelijkertijd duwde hij den gevangene
drie goudstukken, in een papier gewikkeld
en die hij opzettelijk bij zich had gestoken,
in de hand.
Het bleeke gelaat van Edmond werd
vuurrood en zijne eerste gedachte was, om
de gift van zijn verdediger te weigeren,
maar hij onderdrukte deze opwelling van
hoogmoed. Hij greep de hand, die hem werd
toegereikt, drukte die aan zijn hart en
sprak:
„Welnu, mijnheer, ik neem het aan. Wat
doet eene weldaad meer of minder er toe?
Ik zal nooit genoeg dankbaarheid kunnen
vinden, om mijn schuld jegens u te voldoen,
Ik kan u alleen danken. Slechts God kan er
u voor beloonen."
„Geen woord meer hierover, bid ik u,"
zeidc de advocaat. „Laten wij niet over mij,
maar over u spreken
„Zal ik gedurende die drie maanden u
mogen zien," vroeg Edmond.
„Ik zal het verzoek daarioe bij de be
voegde macht indienen cn ik twijfel geen
oogenblik, of het zal mij worden verleend."
„En zult gij komen?"
„Zeer dikwijls, bijna eiken dag."
„Zoo zult gij dan goed zijn ten einde toe.
Gij zult uwe zaken, uwe genoegens verla
ten, om een ongelukkige te bezoeken, die
door uw bijzijn wordt getroost en versterkt.
O mijnheer, wanneer mijn nood lot mij het
menschdom deed haten, zou een hart als
het uwe mij er weder mede verzoenen. Te
weten, dal mijn dochter een goede en ge
lukkige vrouw zal worden, en mijn leven te
kunnen geven, om het uwe te redden, dat
zijn de twee grootste gunsten, die ik van
den hemel afsmeek."
Het gesprek tusschen den advocaat en
den gevangene duurde nog eenigen tijd
voort. Edmond smeekte zijn verdediger, zich
naar de prefectuur van politie te begeven
en te bewerken, dat cr maatregelen geno
men werden, om zijn verloren kind terug
te vinden.
„Wanneer ik mijn stem verhief," sprak
hij, „zou zij van uit zulk eene laagte ko
men, dat men ze niet eens hooren zou, doch
aan u, mijnheer, zal men niets durven wei
geren,"
De advocaat beloofde, reeds den volgen
den dag de noodige stappen te doen. en
vertrok daarop, terwijl hij Edmond kalmer
cn door zijn beloften opgebeurd achterliet.
Hij hield getrouw zijn woord; hij begaf
zich naar de prefectuur van politie en ver
zocht, dat de noodige orders zouden gege
ven wórden tot het instellen van een on
derzoek. De bekwaamste agenten werden
oogenblikkelijk aan hel werk gezet en door
zochten dc groote stad tot in hare diepste
schuilhoeken.
Wij weten reeds dat Rodille zijne maat
regelen zoodanig genomen had, dat alle na
sporingen te vergeefs moesten zijn. Na een
week van vruchteloos zoeken, leverden de
agenten hunne rapporten in, die allen het
zelfde behelsden, namelijk, dat geen enkel
spoor van een verdwaald meisje in Parijs
te vinden was en dat het kind dus door het
een of ander toeval, een ongelukkigen dood
moest gevonden hebben, terwijl zij het
waarschijnlijk oordeelden, dat men vroeger
of later haar lijk wel in de Seine of in het
kanaal St Martin zou vinden.
De advocaat ontving dadelijk bericht van
de vruchtelooze pogingen der agenten en
vernam tevens hunne onheilspellende, doch
zeer waarschijnlijke vermoedens. Hij moest
dien slechten uitslag aan Edmond mede-
deelen, doch hij zeide slechts, dat men zijn
kind nog niet teruggevonden had. Hij had
den moed niet. er bij te voegen: Waarschijn
lijk is zij dood. Beween haar en hoop nici
meer. De gevangene van zijn zijde dacht
Die mannen zoeken niet goed; wanneer ik
Agnes mocht gaan zoeken, ben ik wel ze
ker, dat ik haar terug zou vinden.
Van dit oogenblik af aan werd de gedachte
aan ontvluchten een idéc fixe bij den onge
lukkigen vader. Overtuigd zijnde, dat eer,
veroordeeling tot de doodstraf hem onver
mijdelijk moest treffen, besloot hij. die niet
af te wachten, maar door list of geweld te
trachten, zijne vrijheid te herkrijgen. Daar
op begon hij al de bijzonderheden der ver
schillende ontvluchtingen zich voor den
geest te roepen, die dikwijls fabelachtig
schijnen, en waarvan de archieven der Bas
tille en andere staatsgevangenissen het ver
haal aan het nageslacht hebben medege
deeld.
Terwijl hij aldus gestadig op middelen tot
ontvluchting peinsde, bevond de advocaat
zich onder den invloed eener vaste, alles-
overheerschende gedachte, die hem, even
min als die van Edmond, nacht noch dag
rust liet.
„Ik ben zoo overtuigd van de onschuld
van mijn cliënt als van de mijne, herhaalde
hij «-onophoudelijk bij zichzelf, en er moet
een middel bestaan om die onschuld aar
het licht to braaien, Maa»- boe dat <o vin
den?
(Wordt vervolgd».
1