RECHTSZAKEN.
Wim m Ï8SS6MERM.
Een Fransch protest tegen het
manifest der Duitsche regeering.
Ernstig auto-ongeluk in
Engeland.
Overeenstemming met de
Mi cum.
De rust in Canton hersteld.
De onrust in Brazilië.
MacDonald naar Genève.
De niéuwe gouverneur van
Nieuw-Zeeland.
Een nieuwe verbinding met
Curaqao.
Leeuwen in Zuid-Afrika.
De Hanze in het bisdom
Haarlem.
Journalistiek.
De hoofdcommissaris van politie
te Culemborg.
Handelsbetrekkingen tusschen
Nederland en Portugal.
De keuring van autobussen.
De minister van Buitenl. Zaken.
De Koningin en Prins Hendrik
te Amsterdam.
De verhooging van den
tabaksaccijns.
Vereeniging van Nederl.
gemeenten.
VERKEER EN POSTERIJEN.
De nieuwe postzegels.
De volgende Bayreuth-feesten.
De grootste kijker ter wereld.
Eeuwfeest van August Snieders.
Het aantal artsen in onze steden.
Bestraffing van een gezag
voerder.
ft Londen.
Juli 1924
19.900
55.600
4.000
1.406.000
173.200
73.100
20.200
85.400
1.368.600
f 2.42.080 f 3.206.000
De Zuiderzeevisscferij bedreigd.
-i
PARIJS, 30 Aug. Het ministerie van
Buitenlandsche Zaken deelt mede, dat de
Fransche regeering tot dusver nog geen of-
ficieele mededeeling aangaande de door
den Duitschen Rijkskanselier Marx gepubli
ceerde verklaring betreffende de schuld aan
den oorlog heeft ontvangen. Zoodra de be
treffende mededeeling door de Fransche re-
peering is ontvangen, zal zij Berlijn daarop
onmiddellijk officieel antwoorden. Voors
hands protesteert zij met klem tegen de stel
ling. welke niet alleen strijdig is met de
feiten, doch ook met de formeele bewoor
dingen van het verdrag van Versailles, d.w.z.
dat deze kwestie een „afgedane zaak" is,
zooals Lloyd George op 3 Maart 1921 ver
klaarde.
De wereld weet heel wel, dat tien jaar
geleden Duitschland plotseling België heeft
'aangevallen, dat zijn neutraliteit handhaafde
en d&t Frankrijk om zijn vredelievendheid
te bewijzen zijn troepen 10 K.M. van de
grens terugtrok. Door deze feiten te ont
kennen, dient men de zaak van den vrede
niet.
Zeven menschen verbrand.
LONDEN, 31 Aug. Zaterdagavond is
nabij Nuneaton een motorbus, waarin een
groot aantal passagiers zat, plotseling in
brand gevlogen, tengevolge waarvan zeven
menschenlevens verloren zijn gegaan.
Naar de bestuurder, die er met eenige
lichte verwondingen af is gekomen, nader
hand meldde, merkte hij tijdens het oprijden
van een heuvelweg, dat zijn benzine-reser
voir bijna leeg was. Hij verzocht een van de
bij hem zittende passagiers hem een bus
benzine aan te reiken en vulde onder het
rijden het reservoir bij. Plotseling sloegen
de vlammen uit het reservoir naar buiten
en weldra stond de geheele bus in lichte
laaie. De chauffeur trachtte terstond de
"achterdeur van den wagen te openen, doch
dit gelukte hem aanvankelijk niet, daar de
verschrikte passagiers allen naar achteren
waTen gedrongen, om het eerst uit den bran
denden wagen te komen. Een vrouw slaagde
er in met haar elleboog een der venster
ruiten in te drukken ec wist zich daardoor
naar buiten te wringen. Zij kreeg eenige lich
te verwondingen, doch haar man, die even
eens in den wagen zat, kwam in de vlam
men om. Ook een vijfjarig meisje is een
prooi der vlammen geworden. Zij was met
haar vader, moeder en broertje met de bus
van Nuneaton naar Stockingford onderweg.
Toen de brand uitbrak, greep de moeder
haar zoontje en wist zich met dezen in
veiligheid te brengen. Het meisje liet zij
aan den vader over, later moest zij beiden
dood terug vinden.
Behalve de zeven gedooden zijn er nog
een aantal gewonden, onder wie vijf zeer
ernstig. Geen enkele passagier kwam er
zondêr kwetsuren af en alle gewonden wer
den in allerijl in het ziekenhuis onderge
bracht.
DUSSELDORP, 31 Aug, In de heden-
gehouden besprekingen van de commissie
van Zes met de minister over de herstellin
gen kon in zooverre voor de hoofdkwestie
overeenstemming worden bereikt, dat de le
veringen zullen worden voortgezet, en dat
prijzen zullen worden bepaald bij de aan
staande onderhandelingen tusschen de regee
ringen en de C. v. H.
Daar eenige kwesties nog hangende zijn
gebleven, zijn de onderhandelingen tot Dins
dag verdaagd.
De leveringen zullen echter niet worden
onderbroken.
HONKONG, 30 Aug. De avondbladen mel
den, dat gevechten plaats hebben gehad te
Canton tusschen de troepen van Soen Yat
Sen en het vrijwilligercorps van de kooplie
den. Soen Yat Sen heeft gedreigd de stad te
laten bombardeeren.
CANTON, 31 Aug. De staking der kooplie
den is bijgelegd; Soen Yat Sen trekt zijn
huurtroepen uit de stad terug, heeft den
staat van beleg opgeheven en de geconfis-
keerde wapenen weer vrijgegeven.
De winkels worden heropend.
LONDEN, 31 Aug. Volgens een bericht uit
Rio de Janeiro trachten de tegenstanders van
de Braziliaansche regeering thans een ter-
reurcampagne te voeren door middel van
bomaanslagen. Bij een bomontploffing werd
generaal Potygarai, die de regeeringstroepen
bij de belegering van Sao Paulo heeft aan
gevoerd, licht gewond.
LONDEN, 31 Aug. Ramsay Macdonald, die
het Week-end met den koning en de konin
gin heeft doorgebracht op Palmoral Castle
zal morgen te Londen aankomen en Dinsdag
naar Genève vertrekken.
De „Observer" merkt op, dat het niet al
leen de tegenwoordigheid van de verschillen
de premiers en eminente staatslieden is, be
nevens de debatten der Europeesche veilig
heid en ontwapening welke aan de a.s. ver
gadering van den Volkenbond de groote be
langstelling geven, dan wel het zeer belang
rijke feit, dat de punten, die op de Londen-
sche conferentie onopgelost bleven in die
vergadering opnieuw zullen worden behan
deld.
WELLINGTON, 31 Aug. De benoeming
van sir Charles Ferguson, tot gouverneur-
generaal van Nieuw-Zeeland wordt door pers
en publiek zeer gunstig beoordeeld. Lora
Jellicoe en familie zullen einde November
vertrekken en vermoedelijk eenigen tijd in
Egypte doorbrengen alvorens naar Enge
land terug te keeren.
WELLINGTON, 31 Aug. Voortaan zullen
de met olie gestookte stoomschepen van de
New Sealand Shipping Co. het eiland Cu
rasao aandoen om olie-voorraden op te doen.
De „Rotorua" en de „Turakina" zullen de
eerste schepen zijn, die deze nieuwe reis
route zullen Volgen.
JOHANNESBURG, 31 Aug. Toen dezer
dagen in het Louis Trichardt-gebied een
politie-sergeant en een postambtenaar in het
schemerdonker per auto door een bosch re
den kwam plotseling een leeuwin te voor
schijn. De inzittenden moesten de auto tot
stilstand brengen en vuurden op het roof
dier, dat gewond werd. Éven daarna viel
een leeuw hen aan, die eveneens werd neer
geschoten. Zij zetten den rit voort en wer
den een eind verder door een woedenden
leeuw aangevallen, dien zij van uit de auto
beschoten en verwondden. Den volgenden
dag vond men de lijken der drie roofdieren.
s
Op Woensdag 8 October a.s. zal te 's-Gra-
venhage de 37ste Centrale Raadsvergadering
tévens 17e jaarvergadering worden gehouden
van de Hanze in het bisdom Haarlem.
„Het Vaderland" deelt mede, dat mef In
gang van 1 September de heer A. A. Humme
aftreedt als algemeen hoofdrecdacteur van
dat blad. De heer Roodhuyzen, politiek
hoofdredacteur, blijft als voorheen de arti
kelen over binnenlandsche politkelen over
binnenlandsche politiek schrijven. De alge-
me ene leiding van de redactie zal komen te
bsrusten bij den heer C. M. Schit.
Naar aanleiding van beschuldigingen en
rerdachtmakingen, voorgekomen in het Gel-
dersche weekblad De Arbeid en gericht te
gen den commissaris van politie te Culem
borg, den heer J. Blok, verneemt de N. R.
;Crt., dat het parket van den officier van
justitie te Tiel, onder hetwelk Culemborg
ressorteert, kennis genomen hebbende van
de tegen den commissaris van politie te Cu
lemborg geplaatste artikelen, de daarin ver
vatte mededeelingen als zinneloos en uit de
lucht gegrepen beschouwt en van oordeel is,
dat genoemde commissaris van politie vrij
uit gaat en hem geen enkel verwijt treft.
Commissaris Blok is Zondag met een, hem
reeds vroeger verleend gebruikelijk jaar-
lijksch verlof voor een maand naar het bui
tenland vertrokken.
Naar het departement van buitenlandsche
zaken meedeelt, is de voorloopige regeling
van de handelsbetrekkingen tusschen Ne
derland en Portugal, welke ultimo Februari
j.l. tot 1 September 1924 is verlengd, bij
nadere overeenkomst tusschen beide regee
ringen opnieuw verlengd, thans voor een
tijdvak van een jaar.
Tot ultimo Augustus 1925 zulen dus Ne-
derlandsche goederen bij invoer in Portugal
worden belast volgens het daar te lande
geldende minimumtarief en zullen Neder-
landsche schepen in Portugeesche havens een
reductie van 25 pet. op de scehepvaartrech-
ten genieten.
De Portugeesche regeering heeft voorts
verklaard, haar bereidverklaring, tot 1 Sep
tember 1924 eventueele reductie op de in
voerrechten, welke zij aan eenigen derden
staat zou willen toekennen, ook te zullen
toepassen voor Nederlandsche goederen,
welker uitvoer naar Portugal voor Neder
land van belang is, gestand te zullen doen
voor het tijdvak, eindigende op 1 Septem
ber 1925.
In de lijst van deze goederen is een wijzi
ging van ondergeschikt belang aangebracht.
Een regeling voor Zuid-Holland.
Uit Den Haag wordt gemeld:
ting in vanwaar de hartverscheurende kre
ten van het dier kwamen.
„Daar kan het niet bij blijven, kinderen,"
reide daarop Alain tot zijn dienstboden, die
zich bevend om hem heen verdrongen, „de
misdadiger is gevlucht; wij moeten hem
achterhalen. Jij Cyrillus, gaat naar de gen
darmerie, en jij, Yvonne, gaat naar den kos
ter en zeg hem, dat hij de klok luidt. Bereni
ce, ga naar den burgemeester en breng hem
hier zonder een oogenblik te verliezen. Ik
zal in dien tijd mijn geweer nemen en hier
de wacht houden."
VIER-EN-VEERTIGSTE HOOFDSTUK.
De bevelij van Alain Fauwel werden
snel en juist uitgevoerd. Binnen een kwar
tier weergalmde het sombere klokgebrom
van den ouden toren van Montevilliers en
deed de inwoners van het dorp en de om
streken met schrik ontwaken. De gendar
merie was reeds op de been, terwijl ten
slotte niet alleen de burgemeester, maar
ook de commissaris van politie, aan wien
Fauvel niet gedacht had, de herberg binnen
traden, en spoedig door den vrederechter
en zijn griffier gevolgd werden.
Terwijl Alain Fauvel aan deze allen het
gebeurde verhaalde, kwam de man met de
wassen beelden terug. Tranen stonden in
zijne oogen en in zijn armen droeg hij den
armen Tristan, die bijna geen teeken van
leven meer gaf en wiens bloed uit een ga
pende wonde stroomde.'
Door het klagend gehuil van den hond
geleid, was de man tot aan het einde van
eene afgelegen straat genaderd, die op het
open veld uitliep. Daar had hij zijn hond
gevonden, die door een pistoolschot getrof
fen, in zijn bloed lag te wentelen.
Op het oogenblik, dat de woedende hond
hem met opengesperde kaken bijna be
reikte, had de moordenaar vuur gegeven
en zich, na het dier gevaarlijk gekwetst te
hebben uit de voeten gemaakt.
De luitenant der gendarmes, na eerst den
reiziger ondervraagd te hebben omtrent de
richting, die de moordenaar had ingeslagen,
gaf zijn manschappen bevel, te paard te
stijgen en dadelijk de vervolging te begin
nen. Tegelijk gaf hij order, om al de boeren
der omstreken op te roepen, en op die wijze
eene geregelde jacht op den vluchteling te
organiseeren en al het omliggende land te
doorzoeken. Intusschen stelden de commis
saris van politie en de vrederechter, bijge
staan door den burgemeester, in de herberg
zelf een onderzoek in, dat tot verrassende
uitkomsten leidde. Zoo vond men in de
kamer No. 8 het valies van den Engelsch-
man. Het hield eenig linnengoed in, bene
vens een valschen baard en verschillende
ingrediënten, die Rodille gebruikte, om zich
te beschilderen en onkenbaar te maken, en
ten slotte het paspoort ten name van Tho
mas Brown Esq. Dit paspoort duidde twee
woonplaatsen aan; de eene te Parijs, de an
dere te Londen.
„Door middel van dit kostelijke stuk zal
de politic weldra in staat gesteld zijn den
schuldige te vinden, riep de commissaris uit,
Ter uitvoering van de nieuwe bepalingen
van art. 2bis'van het K. B. van 31 Juli 1880,
houdende bepalingen ter verzekering van de
veiligheid der reizigers met openbare mid
delen van vervoer, heeft de Commissaris der
Koningin in Zuid-Holland bepaald:
lo. dat de provincie Zuid-Holland ten be
hoeve der keuring van motorrijtuigen als be
doeld in genoemd art. 2bis is verdeeld in
5 keuringskringen, n.l. Dordrecht, Gouda,
's Gravenhage. Leiden en Rotterdam.
Als deskundigen zijn aangewezen:
a. in den keuringskring Dordrecht in
genieur J. A. Wijnmalen, onder-directeur
van het gemeentelijk Electrisch bedrijf, te
Dordrecht;
b. in den keuringskring Gouda, L. van
Zevenhoven, wagenmaker, Spoorwegstraat 2,
aldaar;
c. in den keuringskring 's Gravenhage, H.
C. Dolk, wonende te 's Gravenhage. Ie van
der Kunststraat 7;
d. in den keuringskring Leiden A. J. Stal-
linga, wonende te Leiden, Hoogewoerd 68
en E. Offenberg. wonende te Leiden*
Morschstraat 23;
e. in den keuringskring Rotterdam, in
genieur M. F. de Bruijne, directeur van
den gemeentelijken vervoer- en motordienst
te Rotterdam.
Bepaald is verder, dat de deskundige(n)
den ondernemer in rekening kan of kunnen
brengen;
a. voor de eerste keuring van een motor
rijtuig, als openbaar middel van verkeer te
bezigen, 10;
b. voor een herkeuring na afloop van den
geldigheidsduur, in het eerste goedkeurings-
bewijs vermeld, 5.
c. voor een tusschentijdsche keuring op
aangegeven fouten of op verzoek 2.50.
Onze Minister van Buitenlandsche Zaken
zal na zijn verblijf te Genève eenige weken
met verlof afwezig zijn.
De Koningin en Prins Hendrik zijn Zater
dagmorgen te 9.56 met den gewonen trein,
waarachter het Koninklijk Salonrijtuig ge
koppeld was, uit Apeldoorn te Amsterdam
aangekomen om de zeil- en motorboot-wed
strijden op het IJ en de Zuiderzee bij te
wonen. Ter begroeting was burgemeester De
Vlugt op het le perron van het Centraal
station aanwezig; voorts waren daar de
stationschef, de heer Krapels, en wnd. hoofd
commissaris, de heer Van Asperen, en de
wnd. commissaris van het bureau Warmoes
straat, de heer Van Soest.
De Koningin droeg een witten regenman
tel en witten hoed, de prins was burger.
Onmiddellijk na het verlaten van den trein
reed het Koninklijk gezelschap in auto's
onder het Oostelijk viaduct door naar den
steiger van de fa. Van Es en VanlOmmeren,
waar de inscheping voor den watertocht
plaats had.
Om 5 uur Zaterdagmiddag is de Koningin
per auto naar Het Loo teruggekeerd.
Alleen voor sigaretten en tabak?
Naar het „Eindhovensch Dagblad" ver
neemt, zou de voorgenomen accijnsverhoo-
ging niet worden toegepast op sigaren, maar
alleen op cigaretten en tabak.
In het orgaan van bovengenoemde vereeni
ging wordt medegedeeld, dat tot voorzitter
der vereeniging door het bestuur uit zijn
midden is benoemd, de heer Mr. J, P.
ockema Andreae, burgemeester van Utrecht.
De nieuwe postzegels, ontworpen door
prof. dr. Jan Veth, zullen aanvankelijk wor
den uitgegeven in de waarden van 5, 71/>, 10,
121/5., 15, 20, 25, 30, 35, 40, 50 en 60 cent.
De strekking aan de postkantoren zal ge
leidelijk plaats vinden, naarmate de voor
raad frankeerzegels van de genoemde waar
den uitgeput raakt. Voor verstrekking zullen
het eerst in aanmerking komen zegels in de
waarden van 10, 121/,, 15, 30 en 40 cent.
Alle zegels van de thans in omloop zijnde
typen blijven naast die van het nieuwe gel
dig voor de frankeering.
van zijn daad te beseffen en zich" in 'den
vervolge van zulk een misdraging tegenover
de opvarenden te onthouden. Een zware
straf moet hier worden opgelegd.
Mistdien straft de Raad den gezagvoerder
door hem de bevoegdheid te ontnemen om
als schipper te varen op een schip, als be
doeld in art. 2 der Schepenwet, voor den
tijd van één jaar,-
De eerstvolgende Wagner-feesten te Bay
reuth zullen in 1926 worden gegeven. Behal
ve de „Ring der Nibelungen" en „Parsifal"
zal ook „Tannhaüser" op het programma
staan.
Twee Russische sterrenkundigen van het
observatorium te Nikolajef aan de Zwarte
Zee, prof. Blumbach en Ivanof, zijn naar
Engeland gekomen om toezicht te houden op
den bouw van de onderdeden, voor den
greotsten telescoop ter wereld, die voor Rus
sische rekening besteld is. Het is een refractcr
van 42 inch, waarvan de spiegels én lenzen
vervaardigd worden in de fabriek van optisch
glas van Charles Barson, terwijl de metalen
deelen vervaardigd worden in de fabriek van
sir Howard Grubb.
De telescoop zal meer dan 15000 pond kos
ten. De spiegel erin is 8 inch dik en weegt
meer dan zesduizend kilogram. Het slijpen
en polijsten duurde meer dan een jaar.
Te Antwerpen is het comité tot viering
1925 van het eeuwfeest van den Vlaamschen
romanschrijver en journalist August Snieders,
die lange jaren hoofdredacteur van het Han
delsblad van Antwerpen was, definitief tot
stand gekomen. Het stadsbestuur heeft
officieel steun toegezegd.
In de „Geneeskundige Gids" vjiiden we
enkele cijfers over het aantal practici en
andere artsen in ons vaderland, speciaal in
de vier groote steden.
Onder practici verstaat de schrijv.er spe
cialisten en huisartsen. Verder onderscheidt
hij: ambtenaren, d.i. ambtelijke geneeskundi
gen zonder praktijk, assistenten en rusten
den, en bovendien een aantal „onbekenden",
dat zijn zij, die wel achterin het „Jaarboek
je" maar niet vóórin voorkomen.
Wat de huisartsen betreft, hij telt er 302
te Amsterdam, 127 te Rotterdam, 157 te
Den Haag, 61 te Utrecht. Voor de specialis
ten zijn deze cijfers resp. 203, 90, 163 en 68,
op een totaal aantal geneeskundigen van
resp. 677, 275, 497 en 236.
Opvallend, zoo besluit de schrijver, is het
naar verhouding geringe percentage specia
listen in Rotterdam en het groote specialis
tencorps in Utrecht. Ook het aantal huisart
sen is in Utrecht naar verhouding anderhalf-
maal zoo groot als in Rotterdam.
Geschorst voor den tijd van een jaar.
De Raad voor de Scheepvaart te Amster
dam heeft Zaterdag uitspraak gedaan in
zake de klacht van den hoofdinspecteur
voor de Scheepvaart tegen den gezagvoer
der van het s.s. „Aalsum".
De Raad is van oordeel, dat de gegrond
heid van de klacht, door de omstandig toe
gelichte bekentenis van den aangeklaagde,
vaststaat.
De Raad acht de misdraging van dezen
gezagvoerder zeer ernstig.
De voorschriften omtrent de minimum
uitwatering zijn gegeven voor de veiligheid
van schip en opvarenden en het is in dezen
gezagvoerder zeer te laken, dat hij deze
voorschriften moedwillig overtreedt en
daardoor zijn medeopvarenden blootstelt
aan gevaar voOr hun leven. Des te ernstiger
is des aangeklaagdes vergrijp, waar hij ter
gelegenheid van het onderzoek betreffende
de „Ootmarsum" heeft verklaard de ernst
KOOLZIEKTEN.
In de koolsoorten komen, jammer genoeg,
maar al te vaak verschillende ziekten voor.
Niet zelden treffen we planten aan, die in
groei opvallend achterblijven en een on
gezonde kleur aannemen. Trekt men zulke
planten uit den grond, dan bemerkt men
gewoonlijk aan de wortels onregelmatige op
zwellingen, die bij verdere voortwoekering
van de ziekte tot rotting overgaan. Deze veel
voorkomende ziekte is bekend onder den
naam van „knolvoet".
Zijn de wortels der planten grootendeels
afgevreten en is de hoofdwortel aan de opper
vlakte ontschorst, of zijn er gangen in ge
maakt, dan zijn ze door de maden van de
koolvlieg aangetast. Soms vallen reeds flink
cntwikkelde planten om, of staan heel los
in den grond, zonder dat er sporen van vrete-
rij zijn waar te nemen. Men spreekt dan van
„vallers". Ook komt het heel vaak voor, dat
een trage ontwikkeling van de planten ge
paard gaat met opzwelling van den voet der
hartbladeren het hart groeit krom, draait,
ja, gaat soms tot rotting over. In dit geval
heeft men te doen met „draaiharten".
De knolvoet wordt veroorzaakt door een
slijmzwam. Aangezien deze in den grond
achterblijft, moet men op die plaats in de
eerste twee komende jaren geen kool meer
verbouwen. Bij het uitpoten van jonge plan
ten dient er op gelet, dat de verdachte exem
plaren aanstonds worden vernietigd. Aan
getaste planten moeten worden verbrand.
Het beste bestrijdingsmiddel tegen knolvoet
is een flinke bemesting van den bodem met
kalk, ongeveer 40 K.G. per are.
De koolvlieg, die veel overeenkomst heeft
met de gewone huisvlieg, legt in April of
Mei haar eitjes aan het stammetje van de
koolplant en wel heel dicht bij den bodem.
De uit die eitjes zich ontwikkelende maden
boren zich in de schors en vreten in beneden-
waartsche richting. Soms vindt men ze, als
men de plant uittrekt, halverwege uit de
wortels naar buiten steken. In Juni of begin
Juli zijn de maden tot vliegen on tv/ik kei d,
die dan op haar beurt eieren gaan leggen op
de koolsoorten. Het insect overwintert, hetzij
als pop of als vlieg, in reten en spleten van
kooibewaarplaatsen, of op het land. Ter be
strijding geve men bij het uitpoten terdege
acht.
Ook kan men bij het uitpoten een be
schermende kraag om elk stammetje aan
brengen. Hiertoe neme men een vierkant
■stukje asphaltpapier, 7 centimeter lang en
breed. Op de helft van een der zijden knippe
men een insnijding tot iets over het midden.
Dicht bij het uiteinde van deze insnijding
[steke men ervolgens met een beitel van 1 y.
a 2 centireter breedte een kruisvormige
insnijding wars over de vorige heen. Men
hooge den ;rond om de uitgepote plantjes
aan en legt daarna om ieder plantje zoo'n
kraag. Menjorge er voor, dat er geen zand
op de kragn komt, daar anders de kool-
vliegen niet worden tegengehouden.
Bij de zogenaamde vallers is bij onder
zoek een mt het bloote oog bijna niet zicht
bare zwam ontdekt, die door den wortel
van de pint voortwoekert. Opmerkelijk
is het, dat aeen planten waarvan de wortels
door vreteri zijn beschadigd, worden aan
getast. Meesal zijn het de koolvliegmaden,
die deze bechadiging hebben veroorzaakt.
Alle middele, die tegen de koolvlieg worden
aangewend, ijn dus tevens middelen tegen
deze ziekte. Je oorzaak van de misvorming,
die men draaiarten noemt is een kleine mug,
die haar eitje in de oksels van de hart
bladeren legt De daaruit voortkomende
nauwelijks zihtbare maden veroorzaken
door haar zuign de draaihartigheid. Zoodra
men aangetast planten ontdekt, besproeie
men aanstonds alle planten met een oplos
sing van anderhlf ons groene of gele zeep en
1/20 tot 1/10 Iter brandspiritus in 10 liter
water. Indien noodig herhale men deze
besproeiing.
Nederlandsche uitvoer in Juli. Grooter
omze dan in 1923.
In verband me de staking op de Covenl
Garden Market, n het nadeel dat de Neder
landsche tuinbol» daarvan ondervindt, is
het wel interessat om eenige aandacht te
geven aan de Nderlandsche uitvoer-cijfers
voor de maand Jtt.van dit jaar, in vergelij
king met de corespondeerende maand.
1923. Terwijl de maanden Augustus en
September altijd en grootsten uitvoer van
Hollandsche tonnen naar Engeland bren
gen, was dit juis'ditmaal, naar de Tel. uit
Londen verneemt reeds in Juli een gewel
dige toeneming va den tomaten-afzet waar
neembaar.
Terwijl de Hdandsche tuinbouwers in
Juli 1923 2.263.40 K.G. tomaten (vertegen
woordigend een warde van f 1.119.000) naar
Engeland zonden,bedroeg dezelfde uitvoer
over Juli 1924 3782.900 K.G. (vertegen
woordigend een laarde van f 1.406.000).
Volgens het tijdscbift De Tuinderij, waar
aan ik deze en volgnde cijfers ontleen, was
deze uitvoer grooterfan nog ooit in de maand
Juli het geval was geweest.
Typeerend is d> geweldige toeneming
in den uitvoer naar Iuitschland, die verleden
jaar in Juli slechts 3.800 K.G. bedroeg en
ditmaaal 1.057.800 K.G. (ter waarde van
f 428.400).
Deze enorme stijgng is over vrijwel de
heele linie van tunbouwproducten voor
Duitschland zichtbaa. Augurken zijn ver
meerderd van 1800 KG. tot 1.409.000 K.G.
peen van 80.700 K.C tot 1.847.200 K.G.,
aardappelen van ruit dertig millioen tot
45 millioen, komkotmers van 863.700 tot
7.624.200.
Uit de statistiek lijken verder groote
schommelingen in demmzet van Nederland
sche tuinbouwproductn in Engeland. Ter
wijl aardbeien van 81800 K.G. stegen tot
1.058.700 K.G., verrinderden kruisbessen
van 1.684.000 tot 139.800, terwijl roode
en witte bessen weet stegen van 194.800
tot 509.200. In de grcnten-lijst was er een
toeneming in den afet van roode kool,
een daling van ruim 50% in bloemkool,
groote dalingen in sla .n komkommers, een
vijfvoudig-verhoogde mzet in augurken,
een daling in uien, eet vrij belangrijke toe
neming in den afzet \a peen en een toe
neming met vijftig prcent in aardappelen.
De onderstaande lij:jes, opgeteld uit de
cijfers van De Tuindfij, geven een denk
beeld van de waarde an onzen tuinbouw-
uitvoer naar Engeland n de Juli-maand van
dit jaar, in vergelijkingmet de vorige.
Frtt.
Jul 1923 Juli 1924
Peren f 800 f 13.000
Kersen 116.000 75.100
Frambozen 10.300 60.900
Aardbeien24.300 296.600
Kruisbessen 'M.0Q0 148.800
Zwarte bessen 1(9.900 668.900
R. en W. bessen f3.400 103.900
Boschbessen 187.000 179.300
Totalen f 1.1S.700 f 1.546.500
Roode kool
Bloemkool
Sla
Tomaten
Komkommers
Augurken
Uien
Peen
Aardappelen
Totalen
ff
Groentu.
Juli 1)23
.380
9..500
ROOO
ll'OOO
394500
K.000
2C600
118000
641100
Het visschen met dei „moordkuil".
Sedert eenige jaren bevordert de Regee
ring de belangen der Zuidezeevisschers door
het verbod, om van 1 Auj tot 1 November
op het Pampus met kuilretten te visschen.
Het kuilnet vangt niet albsn visch voor de
consumptie, maar ook alle kleine visch van
een paar centimeters, die hoven water ter
stond sterven en als z.g. rest voor eenden-
voer verkocht worden. De tescherming van
deze jonge visch is van heling voor de ge
heele Zuiderzeevisscherij.
Op het Pampus wemel het van jonge
ansjovis, haring, bot, en ook "eel snoekbaars.
De St.Crt, vermeldde dezer dagen, dat de
grens van het beschermde trrein langs het
fort Pampus loopt, en dus net eenige kilo
meters is ingekrompen. Er vordt nu aan de
kuilvisschers gelegenheid gqeven dagelijks
millioenen jonge vischjes te vermoorden,
welke anders de Zuiderzee noesten bevol-
kcn.
Van het beschermde terrei is nog slechts
de plaats overgebleven waarzich al het vuil
uit de Amsterdamsche riolering verzamelt.
Vóór het besluit -tot inkriraing is, naar de
Tel. verneemt, geen overleg gepleegd met Sé
visschersvereenigingen, zoodat er onder de
Zuiderzeevisschers nu wel groote ontstem
ming heerscht,
HET WIEDEN IN DEN TUIN.
Dat onkruid voor den groei der cultuurge
wassen schadelijk is en dat het daarom ver
wijderd moet worden, bijna het geheele jaar
door van het zaaien af tot het oogsten toe en
zelfs soms nog daarna, daarvan is ieder zeker
wel overtuigd. Maar in welk opzicht het zoc
veel kwaad doet, dienen we even na te
gaan. Het onkruid haalt, om te groeien, na
tuurlijk voedsel uit den grond, zoodat de
cultuurgewassen minder ter hunner beschik
king krijgep Deze zullen zich daardoor min
der kunnen ontwikkelen. Wil men dus het
kapitaal, dat men aan mest in den grond ge
stoken heeft, zoo productief mogelijk maken,
dan moet het onkruid met kracht bestreden
worden.
Niet illeen voedsel, maar ook water heeft
het onkruid noodig om. te groeien. Het ont
trekt aan de bouwlaag een aanzienlijke hoe
veelheid water. In regenachtige tijden en op
goed vochthoudende gronden zal dit bezwaar
niet zoo heel groot zijn. Maar anders is het in
een drogen tijd op gronden met geringer wa-,
tercapaciteit. Daar kan het onkruid zeer goed,
oorzaak zijn, dat de de cultuurgewassen ge-]
órek aan water krijgen. In de derde plaats
wordt door de aanwezigheid van onkruid de
temperatuur van den bodem verlaagd. Onder-:
zoekingen hebben bewezen, dat er in den
bodem op 10 c.M. diepte in het begin van
Juli een temperatuursverschil van 2 tot 4
graden C. bestaat tusschen grond, die wel
en die niet begroeid is met onkruid. Ook ds
lucht boven den met onkruid bezetten grond
is kouder dan boven dien, welke niet mef
onkruid begroeid is. Dit verschijnsel vindf
zijn verklaring in de omstandigheid, dat d(
warmtestralen der zon niet zoo goed op detj
dicht met onkruid begroeiden grond kun-'
nen doordringen, terwijl voor de verdamping
der grootere hoeveelheid water, die uit den
grond opgenomen wordt, zeer veel warmte
wordt verbruikt. Wanneer nu gedurende
langen tijd die lagere temperatuur blijft be
staan, dan valt het gemakkelijk te begrijpen,
dat de opneming van voedsel veel geringer
wordt, zoodat de groei der cultuurgewassen
wordt vertraagd. Het licht, evenals water en
warmte een onmisbare factor voor de ontwik
keling der planten, wordt eveneens door hef
onkruid aan de cultuurplanten onttrokken;
terwijl de ruimte, die door het eerste ingerio-'
men, voor de tweede verloren gaat.
Bij de zaadteelt veroorzaakt de aanwezig
heid van onkruid tusschen het gewas, dat
dit langer tijd noodig heeft om droog te wor-
den bij het oogsten, dan anders het geval ïsi
Daardoor kan de waarde van het zaad ver-'
minderen in ieder geval zal het drogen van
het zaad heel wat meer werk en dus ook meer
werkloon vereischen. Deze kosten worden
nog verhoogd, doordat men het geoogste
zaad later zuiveren moet van de onkruidzaden
welke er onvermijdelijk tusschen komen.'
Ten slotte willen we er op wijzen, dat tal van
zwammen en insecten van de onkruidplanten
op onze cultuurgewassen overgaan. Zoo b.v.
leeft de zwam welke de knolvoetziekte bij'de
kool veroorzaakt, ook op de herik. En dus kan
het gebeuren, dat iemand, die nooit last van
knolvoeten bij zijn kool gehad heeft, last
daarvan krijgt, doordat hij verzuimd heeft,
herik en andere kruisbloemige onkruiden,
besmet met die ziekte, zorgvuldig uit zijn
tuin te verwijderen. De aardvloo, die eveneens
op de herik leeft, kan zich natuurlijk gemak
kelijk van daar verspreiden op kool, radijs,
knollen enz. Om de velerlei schadelijke invloe
den, welke het onkruid op de cultuurgewassen
uitoefent en om de kosten, welke het_ ver
oorzaakt, moet het dus zorgvuldig verwijderd
worden. Behalve schoffelen is wieden daar
toe het krachtige middel, dat het heele jaar
door kan toegepast worden. Alleen bij lang
durige droogte kan het gebeuren, dat de
grond door het uittrekken van het onkruid
te los wordt in de nabijheid der jonge plantjes,
zoodat deze er te veel door lijden. In dat geval
moet het even onder den grond afgesneden
worden met een wiedmes of een scherpen
schrepel.
Met het wieden moet reeds begonnen wor
den als het onkruid nog klein is, daar hef
dan nog maar weinig kwaad aangericht heeff
het met weinig kosten verwijderd kan worden
en nog geen zaad gevormd heeft, zoodat men
dan voor meerdere jaren te gelijk wiedt. Bo
vendien zal men de wortels der groentegewas
sen het minst beschadigen, wanneermen hef
onkruid uittrekt, als het nog klein is. Velen
hebben de verkeerde gewoonte, het gewiede
onkruid hier en daar op hoopjes te gooien
en het daar te laten doodgaan. Ten eerste
staat het niet netjes, als overal verdroogd
onkruid in de tuinpaden ligt, maar ook is hel
volstrekt niet zeker, dat het op die manier
doodgaat. Volgt er regenachtig weer, dan
groeien er heel wat plantjes weer vast, vooral
wortelonkruiden. Men moet ze dus verzame
len in een bekleede mand mocht er dan
onkruid in zitten, dan komt dat niet weer ia
den tuin terecht. Bij het wieden moet men
vooral de sloot en greppelkanten en de heg
gen niet vergeten. Laat men daar het on
kruid vrij doorgroeien en zaad vormen, dan
zullen de wortelstokken spoedig door den
bouwgrond kruipen en uit het zaad nieuw
onkruid ontstaan. Het gras langs de kanten
moet daarom telkens gesnoeid worden, dan
wordt het onkruid mede afgesneden..
Wortelonkruid kan het best bij het spitten
opgeruimd worden. Elk stukje wortelstok,
knol of bol moet daarbij zorgvuldig verwij
derd v/orden, al vordert het spitten daardoor
minder vlug. Zitten de wortelstokken zeel
diep, dan moet het bovenaardsche deel dej
plant telkens weer afgeschoffeld worden,
Dan zullen de wortelstokken zoodanig uit
putte, dat ze ten slotte dood gaan. Op zwaren
harden kleigrond kan de schrepel of hak bij
het wieden uitstekende diensten bewijzen.
Op zulke gronden kost het vooral in droge
tijden veel moeite, om het onkruid met wor
tel en al uit den grond te krijgen. Vaak breken
de stengels even boven den grond af en da
plant groeit ongestoord verder .Met den hak nu
snijdt of hakt men al de wortels even onder de
oppervlakte van den grond af en is het met de
plant gedaan.
Een Engelschman kan zich niet lang in
Frankrijk verbergen."
„Zooveel te minder, voegde de waard er
bij, daar die gauwdief al een heel wonder
lijk taaltje spreekt. Hij kan geen vier woor
den Fransch achtereen uitbrengen."
„Dit paspoort is valsch en die ellende
ling is geen Engelschman," viel de reiziger
hem ia de reden, nadat hij de wond van zijn
hond verbonden en het bloedverlies gestuft
had. „Ik heb hem meer dan een kwartier
lang met zijn slachtoffer hooren spreken.
Hij spreekt onze taal zeer vlug en zonder
eenig vreemd accent."
Op verzoek van den commissaris her
haalde de man met de wassenbeelden het
gesprek, dat hij had gehoord; daarna ging
men over tot het onderzoeken der kamer
No. 9.
„Let wel op de wanorde, waarin het bed
verkeert," zei de commissaris van politie
en wees op de legerstede waarop het iijk
van Louraine lag. De som, die de moorde
naar eischte, moet zeker onder de matras
verborgen zijn geweest. De moordenaar
heeft die moeten oplichten om zich, voordat
hij vluchtte, van zijn buit meester te maken.
Deze veronderstelling kwam al de aan
wezigen zeer waarschijnlijk voor en niemand
twijfelde er aan, of het was den booswicht
gelukt, zijn slachtoffer van alles te beroo-
ven. Zij bleven allen in die gedachte tot de
griffier onverwacht een kreet van verras
sing uitte. Hij had de asch en sintels van den
haard omgewoeld en daaronder een ijzeren
koffertje ontdekt, dat klein, maar zeer
zwaar was.
Dat koffertje kennen wij reeds; het be
vatte den schat van Rodille. De ellende
ling was, na het geheele bed en al de laden
der meubelstukken te hebben doorzocht,
verplicht geweest, te vluchten, zonder dit
belangrijk gedeelte van het vermogen mede
te nemen, dat hij ten koste van zoovee)
bloed had bijeengeschraapt.
Het overige van den nacht werd doorge
bracht met gerechtelijke onderzoekingen en
het opmaken van het proces-verbaal. De
reiziger hield niet op zijn getrouwen hond
zoo zorgvuldig te verplegen, als de eene
vriend den anderen zou doen. Tot zijn groote
vreugde zag hij hem na eenige uren de
oogen openen en hem met een flauwen blik
aankijken. De wond kon niet doodelijk zijn
en er bleef nog hoop over, het moedige dier
te redden.
Tegen tien uur des morgens kwamen de
gendarmen, na het omliggende land met be
hulp der boeren overal te hebben door
zocht, te Montevilliers terug. Al hun moeite
was te vergeefs geweest. De handhavers der
openbare veiligheid hadden slechts eene en
kele bijzonderheid te rapporteeren, die ech
ter van groot gewicht was, en duidelijk be
wees, dat de moordenaar er niet aan dacht,
Frankrijk te verlaten.
Een jong paard/ den vorigen avond in
eene afgesloten weide gebracht, ongeveer
een kwartier van het dorp gelegen, had men
met het aanbreken van den dag twaalf mij
len verder op den weg naar Parijs terugge
vonden, half dood van vermcidheid en mei'
de bloedige teekenen der spoorslagen en
messteken, waarmede men ht tot snelheid
had aangezet.
Alle middelen schenen sen vluchteling
goed geweest te zijn, om he paard in een
razende draf te houden. Hieuit bleek, dal
hij naar Parijs ging en de poltie moest hem
dus te Parijs zoeken.
Des middags kwamen de procureur des
konings en een rechter var instructie uit
Havre aan, om de getuigen te hooren en
het zonderlinge geval tc intruëeren van
een moord, door een onbekenc op een on
bekende gepleegd, en dat we onder zulke
vreemde omstadigheden, da het schen,
alsof de verslagene niet veel bter was dan
zijn moordenaar.
„Die paspoorten zijn kenndijk valsch,
zeide de rechter van instructie tot den pro
cureur des konings, onder het nazien der
papieren van Rodille en Lcurane, „en wij
kunnen daaruit niets vernemen. De justitie
moet er dus het grootste belang bij hebben,
de identiteit van den vermcorde te consta-
teeren, om daarin eenige aanwijzing te vin
den wie de moordenaar is. Haar hoe dat te
doen? De man, die vermoorl is, vas slechts
een doortrekkend reiziger, en zijn lijk zal
men genoodzaakt zijn, te begraven. Zoudt
gij het ook niet doelmatig ichten, mijnheer
de procureur des konings, Jat wij de hulp
van een bekwaam teekencar inriepen, die
ons een getrouw afbeelcsel der trekken
van den verslagene zou kinnen maken?"
De procureur des koning: wilde antwoofc.
den, maar de man met de wassenbeelden
liet er hem den tijd niet toe.
„Mijnheer, sprak hij, ik bied mij aan, om
deze taak te verrichten en te doen wat
mijnheer de rechter van instructie verlangt,
en ik durf aannemen u, zoo al geen kunst
stuk, dan toch zeker een beeld vanf onbe
twistbare gelijkenis te vervaardigen.
„Zijt gij kunstenaar, mijnheer?" vroeg de
procureur des konings met eenige verwon-
„Kunstenaar!" herhaalde de onbekende.
„O mijnheer, ik durf mij dien titel niet toè«
eigenen, daar heb ik het recht niet toe,
maar ik reken mij niettemin in staat, de na
tuur getrouw na te bootsen."
„Welnu, mijnheer, ik neem uw voorstel
aan. Hebt gij papier en teekengereedschap
bijdehand?"
„Ik heb niets van dat alles noodig. Ik
behoef slechts een weinig was en die heb
ik steeds bij mij,"
„Zet u dan dadelijk aan het werk; ik
ben zeer verlangend, te weten wat gij
doen zult." l(
„Ik ben tot uwe orders, mijnheer.
De reiziger ging zijn reiszak halen, die
zich in No. 10 bevond; hij nam daaruit een
boetseerstuk en eenige stukken was van
verschillende Meuren.
(Woj'dt vervolgd).