iPPllxMD
Van alles en van overal.
RADIO-
OMROEP
feuilleton.
Ontdekte misdaad.
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT.
Tweede Blad Woensdag 10 September 1924
Briand is uit Genève naar Parijs teruggekeerd om met Herriot overleg
te plegen. Zal de Duitsche nota inzake de schuld aan den oorlog wor
den ingehouden? Amerika 's houding tegenover Volkenbond en ont-
wapenings-conferentie.
Onder de Radio-berichten: De arbeid ter Volkenbondsvergadering:
.«ntrole op oorlogs voorbereidingen. De publicatie der verklaring
over de schuld aan den oorlog. De militaire controle in Duitschland
verloopt rustig. De toestand in China.
0EÜ» SUITENL. BERICHTEN.
MARKTNIEUWS.
DAGELIJKS
PRIMA RADIO
CONCERTTOESTELLEN
Desverlangd vanaf f 6.— per maand.
Bureau Meijer - Haarlem.
Kleine Houtweg 69. - Tel. 3468,
51.
Ik ben in Hoorn geweest.
Daar komen de volgende week koeien,
daar komen varkens, daar komen schapen,
daar komen geiten nou, toen kon ik er
natuurlijk niet wegblijven.
Nou hoeft u niet te lachen, omdat ik dat
zoo zeg en u het natuurlijk weer anders op
vat, dan ik het bedoel, want ik meen het in
vollen ernst.
Omdat daar al die dieren komen, ben ik
er ook heen gegaan, want ik voel het maar
al te goed, dat al de landbouwers onder
onze lezers belang moeten stellen in wat
daar gaat gebeuren en er dus wel iets van
willen lezen.
Van den löden tot en met den 21sten bep.
tember wordt er te Hoorn een Land- en
Tuinbouw-tentoonsteling gehouden en naar
aanleiding daarvan had het Tentoonstellings
comité een aantal journalisten uitgenoodigd
gisteren eens naar Hoorn te komen, om
daar al vast vooruit eenigszins op de hoogte
te worden gebracht van wat er alzoo ge
durende die dagen daar te zien en te genie
ten zal wezen een meer en meer gebrui
kelijke weg, om voor de een of andere on
derneming op uitgebreide schaal reclame te
maken. Zoon bestuur of zoon comité noo-
digt de journalisten niet uit, omdat ze zulke
aardige kerels zijn, maar alleen omdat het
meent van hen te kunnen profiteeren wat
trouwens bij deze gelegenheid aan het diner,
dat gewoonlijk zoo'n bijeenkomst besluit,
ook ronduit werd erkend.
Nu gebeurt het wel, dat de zaak, waar
voor je wordt uitgenoodigd, eigenlijk niet
waard is, dat je er over schrijft en dan be
dank je voor het diner en schrijft niets.
Maar dat was hier niet het geval. Hier
betrof het wel degelijk een zaak van belang
en dus wil ik er ook wat van vertellen.
Allereerst werden we in de Raadszaal
ten Stadhuize ontvangen door den burge
meester van Hoorn, mr. Bisschop, die een
welkomstwoord uitsprak, waarna een vloed
van redevoeringen volgde, een over koeien
en stieren, een over varkens, een over scha
pen, een over geiten en een over het in
pakken van appelen en peren.
Nu geef ik graag toe, ja, ik ben daarvan
zelfs diep overtuigd, dat al wat door die
verschillende heeren, deskundigen natuurlijk,
ieder op zijn gebied, over die verschillende
beestjes en over die appelen en peren ge
zegd werd, uiterst belangwekkend was,
maar ik ben er evenzeer van overtuigd, dat
geen van al die heeren het mij kwalijk zal
nemen, dat ik voor mij voor hun redevoe
ringen nu niet bepaald zoo'n buitengewone
belangstelling voelde. Dat wil zeggen, voor
dat deel hunner mededeelingen, dat betrek
king had op de fokkerij en op de middelen
die deze zou kunnen verbeteren. Wat weet
ik nu bijvoorbeeld af van de bloedlijn van
Jan II? Jan II, moet u weten, is een stier,
die zoo en zooveel jaren geleden eens in
onze sappige Hollandsche weiden heeft
rondgeloopen, dat heb ik er wel van begre
pen, en dat het een heel mooie stier is ge
weest ook wel, maar daar houdt het dan ook
mee op.
En of je mij nu een karbonaadje voorzet
van een Yorkshire varken dat heel mooi
schijnt te zijn of van een doodgewoon
boeren-varkentje, ik geloof niet dat ik er
verschil in zou merken.
Schapenvleesch blief ik heelemaal met,
dus daar zeg ik maar liever absoluut niets
over en geitenmelk drink ik alleen als de
dokter het mij beveelt, wat hij gelukkig nog
nooit gedaan heeft.
En wat betreft de verpakking van appe
len en peren: Ik ben dol op appelen en
peren, maar ik eet ze altijd onverpakt; liefst
doe ik er de schil ook nog af, zoodat die
verpakking me eigenlijk ook al niet zooveel
kan schelen.
En toch ben ik blij blij voor m n lezers
dan altijd dat ik al die redevoeringen
heb mogen aanhooren, want ik heb er ten
minste dit wel uit begrepen, dat we daar
in Hoorn van 16 tot 21 September een Land
en Tuinbouwtentoonstelling zullen krijgen,
waarop voor vakmenschen heel wat te zien
zal zijn dat voor hen van belang is en dat
ook de leek er wel een aangename dag zal
kunnen doorbrengen.
Want niet alleen dat er tal veel koeien
komen met stamfcooroen om van te beven,
en massa's varkens om van te watertanden
wel een beetje gek gezegd misschien,
maar ik meen het heusch goed en zoo
veel schapen als er nog nooit op een ten-
toonsteling in Nederland zijn bijeen ge
weester zullen ook harddraverijen
plaats hebben en bloemencorso's. Op het
Hoornsche Hop zullen zeilwedstrijden wor
den gehouden en duizend postduiven, mits
gaders één luchtballon, zullen worden los
gelaten en de lucht ingaan. Er zal een gym-
nastiek-demonstratie plaats vinden en er
zullen athletiekwedstrijden worden gehou
den.... ook voor dames,
Wablief, vindt u dat nog niet genoeg?
Gaat u dan ook nog maar naar de vlieg-
demonstratie van Rijksvliegtuigen en naar
den voetbalwedstrijd, en gaat u kijken naar
de kaasbereiding in de Proefzuivelboerderij
of naar het gezelschap van Pisuisse, dat op
treedt in de Cabaretzaal. En dan zullen er
nog bals zijn en concerten in massa: het
eene is nog niet goed uit of het andere be
gint alweer, al die zes dagen lang,
Al die dingen gebeuren niet op het ten
toonstellingsterrein aan den Westersingel,
maar op allerlei plaatsen in de rijk versierde
stad; het tentoonstellingsterrein, hoewel niet
minder dan drie Hektaren groot, zou daar
voor geen plaats bieden, vol als het staat
met geweldig groote tenten, waarin kippen
en konijnen en bijen en vruchten en groen
ten en zaad en weet ik wat al meer zal
worden ondergebracht. En dat er heel wat
van dat alles belooft te komen, kunt u wel
nagaan, als ik u vertel, dat er, behalve een
houten gebouw van 20 M. breed en 40 M.
lang, nog een groote tent staat van 12 X 40
M., een van 12 X 50 M., een van 9 X 72
M. en een van 9 X 90 M,; dat er voorts
nog een groot aantal kleine tenten zijn op
gericht en dat nu gebleken is dat er nög
ruimte te kort komt en daarom aan het hou
ten gebouw nog haast-je, rep-je twee vleu
gels, elk van 12 X 15 M. worden aange
bouwd.
Laat ik eerlijk zijn: Ik mag dan al geen
verstand hebben van koeien en varkens en
me de slechte gewoonte hebben eigen ge
maakt om fruit zonder verpakking te eten,
ik ben er niettemin oprecht van overtuigd,
dat voor den vakman hier, ook zonder dat
er visch tentoongesteld is, het neusje van
den zalm te zien zal zijn.
Elf maanden lang is er door het hoofd
comité en negentien subcomité's gewerkt om
alles voor elkaar te krijgen en ze zijn op
buitengewone wijze geslaagd ook het
comité voor de verloting, dat in den pen
ningmeester van het hoofdbestuur, den heer
Sas, een prachtigen gangmaker heeft gevon
den. Die ging namelijk 's avonds aan het
diner persoonlijk bij de gasten van het
hoofdbestuur rond met een pak loten en
vroeg aan iedereen, of hij er niet een wilde
koopen.
Of ze het allemaal wildenik betwij
fel het sterk, maar' toch deden ze het alle
maal weiger nu ook maar eens, als je
iets op zoo'n manier gevraagd wordt! Jour
nalisten worden wel eens brutaal geschol
den -ik weet nu, dat penningmeesters,
die hun kast willen stijven, nög brutaler zijn,
deze tenminste heeft alle aanwezige journa
listen gebluft.
De journalisten, die gisteren in Hoorn bij
een waren, hebben ook, onder leiding van
den heer Kerkmeyer, een der bestuursleden
van de vereeniging „Oud Hoorn" een korte
wandeling door de stad gemaakt en een be
zoek gebracht aan het West Friesch Mu
seum.
Ik heb daarvan echt genoten. De talrijke
oude, veelal zeer mooie geveltjes, die de
stad nog bezit, zijn een lust voor de oogen
en onder de grootere gebouwen munten
vooral uit de oude Oosterpoort (1578), de
vestingtoren (1508), de drie Bossuhuizen
(1573), de Waag (1609) en de Hoofdtoren
(1532).
Die nooit in Hoorn geweest is en voelt
voor oud stedenschoon, moet er beslist
eens heen. Doet hij het de volgende week,
dan kan hij tegelijk van de tentoonstelling
en de feestelijkheden genieten; is hij de
volgende week verhinderd, laat hij dan
later gaan; ook als er geen tentoonstelling
is, valt er in Hoorn voor hem te genieten,
ARTHUR TERVOOREN.
inlichtingen vermochten noch de Britsche.
"bezwaren van Lord Parmoor, noch de Itali-
aansche argumenten van Schlanzer Herriot
of Briand te verrassen, daar een en ander
reeds werd uiteengezet gedurende intieme
besprekingen over de door MacDonald en
Herriot ingediende gemeenschappelijke re
solutie. De Britsche en Italiaansche delegaties
kennen eveneens de bijzonderheden der door
de Fransche delegatie opgestelde voorstellen.
Zoodoende zijn verrassingen buiten gesloten.
De beraadslagingen te Genève dreigen geens
zins een verandering in de goede atmosfeer
te brengen, doch de Fransche minister-presi
dent is bereid de wijzigingen te aanvaarden,
die Briand nuttig zal achten om een toena
dering der verschillende opvattingen met be
trekking tot de sancties te vergemakkelijken.
De Fransche thesis is dat de sancties tegen
den aanvaller niet slechts economisch en fi
nancieel, maar ook militair moeten zijn. Noch
tans kan men aannemen dat bepaalde landen
om geografische, politieke of ahdere redenen
niet kunnen deelnemen aan militaire maat
regelen te land of ter zee. Het zou dan vol
doende zijn, dat zij zich er mee accoord ver
klaren en dat de actie tegen den aanvaller
gemeenschappelijk wordt afgekondigd, zoo
als in den jongsten oorlog het geval was toen
sommige landen, o.a. Brazilië, aan Duitsch
land den oorlog verklaarde, maar geen en
kelen soldaat zond.
Frankrijk zal er op aandringen dat de
quaestie der ontwapening door de verschil
lende staten moet worden behandeld in ver
binding met die der hulpmiddelen, waarover
elkeen zal moeten beschikken of waarop hij
zal kunnen rekenen van de zijde der andere
leden van den Volkenbond, in geval van een
aanval. Echter blijft eveneens vaststaan dat
aan de ontwapening van Duitschland en zijn
voormalige geallieerden strikt de hand moet
worden gehouden volgens het Verdrag van
Versailles en de andere verdragen.
De Volkenbondsverga
dering.
Volgans berichten uit Parijs is Briand, he:
tegenwoordige hcof.l der Fransche d legatie
te. Genève, naar Parijs teruggekeerd.
Deze onverwachte terugkeer te Parijs van
Briand, vindt ongetwijfeld zijn aar hiding in
ide wending, welke de beraadslagingen over
de ontwerpen in de commissies heeft geno
men. Briand gevoelde behoefte Herriot mon
deling in bijzonderheden te raadplegen. De
bladen overdrijven door te spreken van „ver
rassingen te Genève" en van manoeuvres
tot het doen mislukken van het ontwerp in
zake den wederkeerigen bijstand,
Volgens aan de Quai d'Orsay ingewonnen
De Duitsche nota.
Zou men te Berlijn tot het besef zijn ge
komen van de geweldige onhandigheid
welke men zou begaan door thans officieel
de quaestie van de schuld aan den oorlog
ter sprake te brengen? Volgens de mededee
lingen onder onze Radio-berichten van gis
teren zou er goede kans zijn, dat de Duitsche
ministerraad tot het besluit zal komen, een
nota over deze quaestie voorloopig maar liever
in de pen te houden. Dat zou zeker een ver
standig besluit zijn. Hoe Duitschland over
het op de „schuldquaestie" betrekking heb
bend artikel van het Verdrag van Versailles
denkt, weet nu zoo langzamerhand wel de
heeie wereld* Een uitvoerige officieele nota
over deze quaestie echter zou in de huidige
omstandigheden heel het begonnen werk
van toenadering ernstig in gevaar bren
gen. De „Vorwarts" vertelt, dat toen te
Genève van het plan der Duitsche regee
ring om zulk een nota te verzenden iets
bekend werd, een leidende Fransche per-
soonlijkheid opmerkte „Als het Duitsche
departement van buitenlandsche zaken in
soldij zou staan van de Fransche nationa
listen zou het niet anders kunnen handelen.'
Zoo is het. En het is dus te begrijpen hoe
zeer de heer Herriot en zijn omgeving, hoe
zeer ook de Britsche gedelegeerden onaan
genaam getroffen werden door de aankon
diging van deze Duitsche onhandigheid
die dan nu mogelijk nog zal worden ver
meden.
De houding van Amerika.
In Amerika, dat in deze verkiezingsdagen
voorzichtig moet wezen met de officieele be
langstelling welke het voor den Volkenbond
aan den dag legt, schijnt men zich er nood
gedwongen mee te verzoenen, dat de we
reldvrede voorloopig in en door Europa zal
worden geregeld. Wel is warn: had men in
Washington graag gezien, dat een nieuwe
ontwapeningsconferentie onder Amerikaan-
sche auspiciën zou staan. Maar men begint
te begrijpen, dat het probleem voor Europa
zoo veelzijdig en ingewikkeld is, dat Amerika
bezwaarlijk zou kunnen leiding geven zonder
in de gevreesde „entanglements" vast te raken
Volgens den Washingtonschen correspon
dent van de Londensche „Times", zien de
Amerikaansche staatslieden nu wel in, dat de
Europeesche premiers de hangende vraag
stukken liefst in eigen handen houden en
misschien geen gelegenheid zouden vinden
om zich voor langen duur naar het afgelegen
Washington te begeven. Ook erkent men dat
de quaestie van de bewapeningen te land
(die voor Amerika, dat zijn leger reeds tot een
minimum heeft teruggebracht, niet bestaat)
in hoofdzaak een Europeesch probleem is.
Terwijl Amerika nauwelijks durft verwach
ten, dat het Verre Oosten (Japan, China, Rus
land), bij welks ontwapening Washington
wel zeer geïnteresseerd zou wezen, bij zulk
een conferentie zou kunnen of willen worden
betrokken.
De Europeesche toestand die aan de Euro
peesche bewapening ten grondslag ligt, is er
in hoofdzaak een van ouden naijver en ge
schillen, waarmede Amerika niet te maken
heeft of wil hebben. Vooral niet sedert de
landbewaping pro forma op de agenda der
Washingtonsche conferentie werd geplaatst,
en toen eenvoudig op zijde werd geschoven
door de botte weigering van Briand om er
op in te gaan. Europa moet dit gedeelte zijner
kwalen dus maar zelf onder handen nemen.
Echter hangt een verdere vermindering der
bewapening ter zee (waarin Amerika groot
belang stelt) met de vermindering der land
strijdkrachten natuurlijk ten nauwste samen.
Bij de behandeling van de maritieme quaes-
ties zou Amerika willen meepraten, maar op
voorwaarde dat het niet in de verwante lands-
problemen wordt betrokken. Terwijl nog
steeds de moeilijkheid zou blijven bestaan
dat de a.s. ontwapeningsconferentie door den
Volkenbond bijeen zal worden geroepen,
al zou zij op zichzelf niet noodzakelijkerwijze
een bondsinstituut behoeven te wezen. In
hoeverre Amerika aan zulk een conferentie
zou kunnen deelnemen zonder zijn antie-
volkenbonders te ontstemmen, staat te be
zien. Misschien ook dat na de November-
verkiezingen de interne verhoudingen in de
V. S. in pro-bondschen zin zullen worden ge
wijzigd. In elk geval mag men wel aannemen
dat Amerika alles zal doen om de verdere
ontwapening ter zee in eigen belang te be
vorderen. Beide politieke partijen hebben dat
bij herhaling plechtig aan het electoraat be
loofd.
Waar Amerika bij deze in elkander grij
pende vraagstukken precies de lijn zal trek
ken is moeilijk te voorspellen. In het alge
meen zal het wel eer. weg vinden die, met
inachtneming van alle aangebeden antieke
leuzen van „afzondering" en „geen ver
strikkingen," aanpassing zooal geen aan
sluiting bij Europeesche organisatie mogelijk
maakt. Een voorbeeld van zulke indirecte
aanpassing werd dezer dagen nog eens in
herinnering gebracht door Wilson Harris,
die langen tijd New Yorksch correspondent
van de „Daily News" was. In 1919 besloten
de geallieerden om den onwettigen interna
tionalen wapenhandel onder strenge controle
te plaatsen. Zij maakte een verdrag op, dat
de quaestie in elk opzicht regelde en dat
door alle aanwezige mogendheden waaronder
ook Amerika (het was nog tijdens de vredes
onderhandelingen) werd geteekend. Maar
toen het op de ratificatie aankwam, weigerde
Amerika. Wilson had het aan den stok ge
kregen met zijn Senaat, die van inmenging
in Europeesche zaken langer niets wilde we
ten. En de conventie van St. Germain ver
oor haar voornaamste partij, en daarmede
alle werkelijke beteekenis.
De volkenbond nam de zaak op, en pro
beerde om Washington van gedachten te
doen veranderen. Geen antwoord 1 Men be
proefde Amerika te laten verklaren, waarom
het niet wilde ratificeeren. Geen antwoord!
Men trachtte uit te vinden wat Amerika wel
zou willen ratificeeren. Geen antwoord! Ein
delijk, een jaar geleden, ging men tot nieuwe
taktiek over. Men vernietigde de oude
conventie van St. Germain, en men noo-
digde Amerika uit om in samenwerking
met (niet door aansluiting bij) den bond een
nieuwe conventie op te stellen. Ditmaal
stemde Amerika toe. Een ander Amerika,
dat van Harding en Coolidge, dat nu niet
op Wilson's werk behoefde voort te bouwen!
De Amerikaansche gezant te Bern kreeg
opdracht zijn land op de conferentie van
Lausanne te vertegenwoordigen, en kreeg
zelfs verlof om een zetel (onofficieel meenen
we) in de bondscommissie voor de bewape
ning te aanvaarden. Een nieuwe conventie
werd opgesteld en door de commisie alge
meen goedgekeurd. En nu een week geleden
berichtte het State Department aan Genève,
dat Amerika met genoegen zou deelnemen
aan een internationale conferentie om de
nieuwe conventie internationaal te doen aan
vaarden.
Langs omwegen en met wat geduld en
goeden wil gaat het dus wel. Met het Ame
rikaansche vooroordeel, monroe leer en ver
wikkelingsvrees moet Europa nu maar reke
ning houden, al begrijpt het niet hoe zulke
verouderde begrippen kunnen blijven voort
leven in een natie die midden in het wereld
verkeer staat en er den toon aangeeft. Met
wat geven en nemen is er op den duur toch
we 1 iets met den verren vriend aan te vangen.
McDonald weigert „groen koren te
maaien".
MacDonald heeft gisteren bij zijn aan
komst te Dundee'een rede gehouden, waar
in hij o.a. het volgende zeide Het is waar,
dat ik zeer vermoeid ben. Het mag zeer aan
genaam wezen minister-president te zijn,
maar dit genoegen wordt duur betaald. liet
zal zeer de vraag zijn of iemand voortaan,
bij deze lange zittingsperioden van het par
lement met den daaraan verbonden onver-
biddelijken partijstrijd, langer dan twaalf
maanden premier zal kunnen blijven. Een
minister president moet zijn werk met toe
wijding, geduld en trouw volvoeren, zonder
overhaasting en zonder iets van zijn idealen
prijs te geven hij moet wachten tot het
1 koren rijp is en nooit groene aren in zijn
schuren willen brengen. Wanneer nu som
mige onverstandige lieden zeggen, dat ik
niet al mijn beloften ben nagekomen, dan
moet ik erkennen, dat ik, zelfs wanneer ik
50 jaar lang minister-president zou blijven
en even hard zou werken als gedurende
de laatste acht maanden, toch niet al mijn
beloften zou kunnen nakomen, omdat ik er
niet toe kan besluiten groen koren te maaien.
DE „VREEDZAME REVOLUTIE" IN
CHILI-
Aldus wordt de regeeringswijziging ge
noemd, die zich Vrijdag j.l. in Valparaiso
heeft voltrokken, waar, naar wij hebben ge
meld, een ministerie van opper-officieren het
bewind in handen genomen heeft. Reeds
lang was men ontevreden over de verschil
lende kabinetten, die veeleer partij- dan
vaderlandsche politiek voerden. Toen nu de
Kamer eenige dagen geleden met een zeer
kleine meerderheid een alom gewraakt wets
ontwerp aannam, waarbij de salarissen der
parlementsleden aanmerkelijk werden ver
hoogd, vereenigden verscheidene legeroffi
cieren zich om het aftreden der regeering te
eischen. Zij begaven zich naar den president
der republik, Alessandri, wien zij een me
morandum aanboden, dat deze ongewijzigd
aanvaardde.
Het nieuwe kabinet van generaal Altami-
rano is conservatief.
Sedert vele jaren reeds is de republiek
Chili feitelijk zonder vaste regeering. De
gemiddelde diensttijd van elk kabinet werd
er opzes weken geschat. In Maart j.l.
hadden verkiezingen plaats, die de liberale
coalitie de overwinning bezorgden. Doch de
mannen, geschikt om de leiding te nemen,
schenen te ontbreken, zoodat de republiek
bleef doorsukkelen met „voorloopige" kabi
netten, die niets tot stand vermochten te
brengen. De begrooting van 1924 is zelfs op
het oogenblik nog niet aangenomen.
DUITSCHE VERFSTOFFEN NAAR EN
GELAND.
Volgens een mededeeling van het Britsche
ministerie van Landbouw verwacht men in
den loop van het financieele jaar circa 1390
ton verfstoffen uit Duitschland op reke
ning der schadevergoeding. De prijs die
hiervoor aan Duitschland wordt gecredi
teerd bedraagt ongeveer twee shilling per
pond.
DE BURGEROORLOG IN CHINA.
De diplomatieke medewerker van de
I „daily Telegraph" verneemt, dat tusschen
Londen en Washington van gedachten
wordt gewisseld over de mogelijkheid van
een nauwere samenwerking der mogend
heden om orde en vrede in China te her
stellen. Maandag werden daartoe stappen
gedaan, waarbij het initiatief van de Ver-
eenigde Staten uitging. In Engeland heeft
men den laatsten tijd de handen vol gehad
met de Europeesche aangelegenheden, maar
nu MacDonald uit Genève is teruggekeerd,
zal hij zich onmiddellijk met de Chineesche
quaestie gaan bezighouden.
Italië en België hebben, naar dezelfde
medewerker verneemt, den wensch te kennen
gegeven zich, met het oog op hun groote
belangen in China, aan te sluiten bij het
bankconsortium der vier groote mogend
heden, zoodat een uitbreiding van dit con
sortium wordt overwogen. Tot tweemaal
toe heeft het consortium vergeefs getracht
de Chineesche banken tot samenwerking
te bewegen.
Met het oog op het toenemend gevaar
voor een aanval op Sjanghai zijn de vrij
willigerscorpsen aldaar Dinsdagmorgen om
zes uur gemobiliseerd, terwijl ongeveer
1200 man Britsche, Amerikaansche, Itali
aansche er. Japansche marine-troepen zijn
geland. Nabij Nansiang, in de provincie
Kiangsoe, 11 mijlen van Sjanghai, heeft
Maandag een hevige strijd gewoed. Het
bombardement, dat tot 10 uur 's avonds
werd gehoord, was buitengewoon intensief.
De gouverneur van Tsjekiang deelt in
een communiqué mede, dat zijn tweede
legercorps, 20.000 man sterk, gistermorgen
van Tsjang Hing, 10 mijlen ten Zuid-Oosten
van het Taifoe-meer gelegen, over een af
stand van 30 mijlen noordwaarts is opgerukt
in de richting van Ihing. Men verwacht, dat
Ihing morgen zal vallen. Het hoofddoel van
deze opmarsch is Tsjang Tsjou, het hoofd
kwartier der troepen van Kiangsoe. De
troepen van Tsjekiang hebben echter de
spoorlijn bij Lioe Ho ontruimd, en bevinden
zich aan dat front op den terugtocht, of
schoon zij voortdurend versterkingen uit
Sjanghai ontvangen.
De Britsche, Amerikaansche, Fransche,
Italiaansche en Japansche gezanten èouden
volgens latere berichten opnieuw eene nota
aan de Chineesche regeering hebben ge
richt, waarin zij aandringen op de nood
zakelijke instelling eener neutrale zóne
langs de Hoeangpoe-rivier, waaraan Sjang
hai ligt.
10.00-16.50 12.00-15.00
10.00-16.75 12.00-15.50
9.50-12.10 10.00-11.75
12.00-13.75 12.00-13.15
12.00-13.50
10.00-13.00
12.00-13.20
9.00-11.25
10.00-12.10 9.00-11.00
12.00-21.00 10.00-20.00
17.00-22.50
25.00-44.00
20.00-32.00
17.00-22.25
20.00-38.50
15.00-25.00
SNEEK, 9 Sept. Vee. Ter markt waren
163 melk- en kalfkoeien f 350490, 41 vette
koeien f 300460, 5 vette kalveren f 78
nuchtere kalveren f 1322, 512 graskalve
ren f 60130, 120 schapen f 3548, 100
lammeren f 2638, 1245 varkens f 50110,
98 biggen f 814.
Men betaalde voor vette runderen 50
57 ct„ dito kalveren 5565 ct., dito varkens
3438 ct., zouters 3235 ct., varkens voor
Londen 2830 cent.
Melkvee en biggen met goeden handel,
vette koeien en varkens kalmer graskalve
ren niet hooger wolvee iets beter nuchtere
kalveren kalmer, prijshoudend.
VENLO, 8 Sept. Eieren. (Cöop. Veiling-
vereen.) Aanvoer 225.000 stuks. Prijzen
kippen- f 9.4010.20, eenden- f 9.60.
GRONINGEN, 9 Sept. Granen. De laag
ste en hoogste prijzen waren als volgt
9 Sept. 2 Sept.
Zomertarwe f f
Roode tarwe
Witte tarwe
Inl. rogge
Wintergerst
Zwanenh. gerst
Zomergerst
Witte haver
Gele haver
Zwarte haver
BI. peulerwten
Gr. erwten
Schokkers
Paardeboonen
Wierboonen
Waalsche idem
Koolzaad
Karwijzaad
Geel mosterz.
Kanariezaad WtÊ
Lijnz. blauwbl. -
Idem (witb.)
Blauw maanz. 45.00-56.00 45.00-56.00
De korting en bijbetaling bedraagt thans
voor tarwe natuurgewicht 70 kg rogge, boek
weit, kanariezaad, inlandsche gerst, alle haver-
soorten 10 c. per kg.
ROTTERDAM, 9 September. Vee. Op
de veemarkt van heden waren aangevoerd
215 paarden, 20 veulens, 1146 magere run
deren, 610 vette runderen, 1001 vette kal
veren, 347 nuchtere kalveren, 358 schapen
of lammeren, 74 varkens, 357 biggen. De prij
zen waren als volgt koeien le qual. 115
125 ct., 2e qual. 110100 ct„ 3e qual. 95
85 ct.,; ossen le qual. 110117% ct., 2e qual.
10095 ct., 3e qual. 9080 ct.stieren le
qual. 105107% ct., 2e qual. 9590 ct„ 3e
qual. 8575 ct.; kalveren le qual. 165180
ct., 2e qual. 145125 ct., 3e qual. 11090
ct., alles per kg; melkkoeien f 210385,
kalfkoeien f 220396, stieren f 175390,
pinken f 160200, vaarzen f 155200,
werkpaarden f 100290, slachtpaarden
f 90150, hitten f 95175, graskalveren
f 60110, nuchtere kalveren f 1420,fok-
kalveren f 1627, biggen f 1020, over-
loopers f 2240.
Vet vee en vette kalveren met zeer matigen
handel in alle qualiteiten. Melk- en kalfkoeien
matig verhandeld. Graskalveren met redelij
ken handel, nuchtere met zeer matigen han
del tot lagere prijzen dan de vorige week.
Biggen en overloopers traag verhandeld we
gens hooge vraagprijzen. Paarden met slech
ten handel in slachtbeesten.
Eieren. (Rott. veiling). Aanvoer 135 stuks,
kippen- f 7.35 a 9.90, eenden- f 7.10 a 8.25.
(Rott. Consumptieveiling). Aanvoer
130.000 st. Kippen- f 6.50 a 9 eenden- f 7.25
a 7.75, ganzen- f 18, kalkoen f 10 a 12.
Lijnolie. Oct. f 47 3/4, 48, Nov. f 47, Nov./
Dec. f 46 3/4, Jan./April f 45 1/4, 45%,
45 1/4, 45%. IÉ
van de voor ons
land belangrijkste
stations.
Nieuwsberichten (Vaz Dias) Amsterdam
P. C. F. F. Golflengte 2000 M.
Dagelijks (uitgezonderd Zondag) 8.15-
8.30 v.m.; 1010.12 v.m.; 11.3011.55 v.m.
12,15—1-2,30 n.m.; 1,05—1,Z0 n.m.; 3—3,31
n.m.; 4,15—4,28 n.m.
Tijdseinen: 10.15 v.m. en 4.30 am.
Effecten en Geldkoersen (Vaz Diaz, zie
hierboven) te 1,301.4522.152.30 en
2.45 n.m. (uitgezonderd Zondag en vacaq-
tiedagen en Zaterdag alleen 10.301130
v.m.)
Weerberichten Vossegat Bé 1050
M-: 11.10 v.m. en 12,30 n.m. en 8 n.m. (Ge
meenlijk Morseseinen in langzaam tempo,
waarop men zich oefenen kan).
Londen 2 L.O. golflengte 365 M.
Somtijds concert 3.504.50 n.m., dames en
kinderuurtje 5.20—6.30, daarna 7.20—10.50
(of later) concert, opera o£ Popul avond.
Tijdseinen 1. 20 en 7.20 (Zondag 3.20 uur)
n.m. Maandag, Donderdag en Zaterdag
Dansmuziek (Jazband) van uit het Savoy
Hotel te Londen na 10.20 n.m.
Diverse Engelsche stations hebben onge
veer dezelfde zenduren en wel:
Cardiff 5 W, A. op 350 M.
Manchester 2 Z Y. op 375 M.
Bournemouth 6 B M. op 385 M.
New Castle 5 N. O. op 400 M
Glasgow 5 G. S. op 420 M
Birmingham 5 L T. op 475 M.
Aberdeen 2 B. D. op 495 M.
Radio Paris S. F. R. 1780 M. Con
cert (Tzigane orkest) 1.05 n.m. dito te 5.05
n.m. (vocaal of instrumentaal) dito te 9.20
n.m., als 5.05 of aansluiting op opera of
anderszins (voorafgegaan te 8.50 n-m. door
Nieuwsberichten).
Gemeenlijk Donderdag en Zondag Dans
muziek tot ruim elf uur, event afgewisseld
door chansons of causeriën.
Eiifeltoren F. L 2600 M. - 7 en 11
uur v.m., 7.20 en 10.35 n.m. Weerbericht
3.50 n.m. Beursverslag 6307.15 n.m.
concert. 11.2011.25 n.m. en 12.04 Tijdsei
nen.
Ecole Supp. P. T. T. 450 M.: Dage
lijks, behalve Maandag te 9.20 n.m, voor
drachten, enz.
Petit Parisien 340 M.: Gemeenlijk
Dinsdag, Donderdag en Vrijdag 8.50 tun.
concert.
Brussel S. B. R. 265 M. 5.20—6.20
n.m. en 8.351020 n.m. concert.
Haren (Brussel) B. A. V. 1100 M. 5.1P
n.m. Weerbericht
Königswusterhausen L. P. 4000 M.
7.20 v.m.6 n.m. berichten (ongeregeld)
op 2700 M. Zondag alleen 11.20 v.m.
1.20 mm.
Eberswalde 2700 M. Gemeenlijk
Maandag en Vrijdag 8.209.20 n-m. concert
Dinsdag en Donderdag concert 8.209.2C
Chelmsford 1600 M. 11.50—1230;
4.205.20; 7.508.50 Concert, enz.
(voorwaardelijk). Te 8.20 Big-Ben (toren
klok der Westminster Abdij).
PROGRAMMA.
Woensdag 10 Sept Smith en Hooghoud*
Amst. 1050 M. 8 u. Concert.
Donderdag 11 Sept. Ned. Radio-Indu
strie waarschijnlijk nog uitzending vac
concert uit het Kurhaus vanaf 8.15.
BODEGRAVEN, 9 Sept. Kaasmarkt. Aan
gevoerd 303 p&Ttijen, waaronder 255 rijks-
merk, 12739 stuks, wegende 89173 Kg.
Prijs: Goudsche kaas met rijksmerk le
soort 7680, 2e soort 6974; zwaardere
tot 82, zonder rijksmerk 6976. Han
del vlug.
BEVERWIJK. R.-K. Coöp. Tuindersver-
eeniging „Kennemerland". Prijsnoteering vai
8 Sept. Snijboonen 2036 ct.; sperciebooner
z. dr. 2634, idem met dr. 2532 ct., iderc
tros 3340 ct.; dikke boonen 2230 et.:
tuinboonen 1018 ct.; raspers 3040 ct.;
capucijners, br. 3036 ct., idem witte 28
34 ct.; uien 6 ct.; tomaten 1525 c» per
Kg.; bloemkool 10—24 ct,; gele kool 79 ct.
roode kool 45 ct. groene kool 46 ct.
per stuk; wortelen 1020 ct.; selderie 34
ct. per bos; komkommers 610 ct.; meloe
nen 1835 ct. per stuk; aardappelen 45
ct.; spinazie 1.85—2.80; andijvie 65—90 ct.;
sla 1.501.90 per kist; postelein 1.50
1,90 per ben.
GOUDA. Coöp. Tuiniersvereeniging „Gou
da en Omstreken". Veiling van 8 Sept. 1924.
Snijboonen le soort 2039, idem 2e soort
224;stokboonen 23—37; stamboonen
2431; spekboonen 11.40—17.30; pronk-
boonen 611.50; uien 4.907; kroten
24.90 wortelen 1.703 per 100 Kg.;
komkommers le soort 1416.10, idem 2e
soort 7.209,40, idem 3e soort 1.70
3.10, idem gele 1.90—8.40; bloemkool
0.2028; gele savoyekool 6—9.90; groene
idem 6—6.90; roode kool 4.109; witte
kool 2.104.40; andijvie le soort 1.20
2.50, idem 2e soort f 0,5011 kropsia
12.40 per 100 stuks; wortelen 2309,
kroten 2.303; selderie 1.50-^-1.80 per
100 bos; tomaten A f 4.605.90, idem B
4.30—6.10, idem C 1.70—2.70, idem bon
ken 2.803.90; idem kriel 0.100.40
per 100 pond; heereperen 4.805.20; sui
kerperen 6; jutten le soort 1012, idem
2e soort 7—8.10; trosperen 5.60; diamant
le soort 8.30, idem 2e soort 4.104.30;
beurré d'amanlis 69.90; clapps favorite
1321.60; beurré de merode 8.30 per
100 Kg.; perziken 2.40—9 per 100 stuks;
meloenen 0.12—0.37 per 100 stuks.
lot- j
Daar h)j in de wapenkunde geheel onbe
dreven was, schonk hij, zooals gemakkelijk
te begrijpen is, weinig aandacht aan het wa-
Eenschild op den band, dat voor hem geen
eteekenis had. Na eerst het uitwendige be
zien te hebben, begon hij spoedig het inwen
dige te onderzoeken. Hij maakte de sloten
los, opende het boek, en zijn ook viel dade
lijk op het witte blad, waarop de datums
van de geboorte, de huwelijken en het over
lijden der Bellenoises 4esc/lr?ven stonden.
Deze soort van geslachtsboom verkreeg
niet weinig belang voor hem, toen hij zag,
dat de laatst ingeschreven naam dien van
Agnes was en dat de datum harer geboorte
met juistheid stond opgeteekend. Meer dan
eens had hij zich in de laatste dagen met
een zekere ongerustheid afgevraagd, hoe hij
bij het ontbreken van elke juiste aanwijzing,
le vereischte papieren zou kunnen verkrij
gen, die tot de voltrekking van zijn huwelijk
met het jonge meisje noodig waren. Het
eerste blad van dit boek hief deze bezwaren
op en verschafte hem de noodige inlichtin
gen.
EEN-EN-VIJFTIGSTE HOOFDSTUK.
Onder de namen der voorouders van Ag-
i bes was er een, die bijzonder Pauls aandacht
i
trok. Het was die der ongelukkige vrouw,
wier noodlottig uiteinde wij kennen. Martha
Landri, de moeder van Agnes.
Paul herinnerde zich de advertentie van
Rodille in de dagbladen, waarbij deze de
onbekende nakomelingen van Simon Landri
had opgeroepen.
„Zou Agnes wellicht tot de familie van
dien André Landri behooren, dacht hij. Daar
haar moeder dood is, zou zij misschien de
eenige zijn van het geslacht dier Landri's,
die maar niet uit te vinden waren. Het is
wel niet waarschijnlijk, maar mijn eigen
voorbeeld is daar, om te bewijzen, dat het
onwaarschijnlijke toch mogelijk is. Misschien
kan aan Agnes, evenals aan mij, een onver
wachte erfenis te beurt vallen. Dat zal ik
morgen dadelijk onderzoeken. Zonder een
enkel woord te zeggen, dat mijn betrekking
tot Agnes verraadt, zal ik er met mijnheer
Rodille eens over spreken."
Het was intusschen zeer laat geworden.
Paul legde het boek in een der laden van
zijn latafel en begaf zich te bed. Dien nacht
droomde hij hoe hij, met Agnes voor het
altaar geknield, in den echt werd vereenigd.
De invloed van dien gelukkigen droom liet
zich ook den volgenden morgen na zijn ont
waken gevoelen en met een licht hart en
een blij gemoed ging Paul naar het kantoor.
Rodille was voor zaken afwezig en kwam
eerst laat na den middag terug.
„Mijnheer," zeide Paul tot hem, „ik zal u
zeer dankbaar zijn, wanneer u mij een ge
sprek van eenige oogenblikken wilt toe
staan.
„Zeer gaarne," antwoordde Rodille, „kom
mede in mijn kabinet. Is het over onze over
eenkomst, dat je mij spreken wilt," voegde
hij er bij, zoodra hij de deur gesloten had.
Je kunt verzekerd zijn, mijn jonge vriend,
dat de achtennegentigduizend francs, die ik
je nog schuldig ben, binnen een paar dagen
uit mijn handen in de jouwe zullen over
gaan."
„O, daaraan denk ik niet, mijnheer. Het
betreft op dit oogenblik een andere zaak.'
„Wat dan?"
„Sinds eenigen tijd zoekt gij te vergeefs
de bloedverwanten van André Landri.
Rodille bleef een oogenblik verstomd
staan.
„Zou hij iets gemerkt hebben," dacht hij.
Hij liet echter niets van zijne inwendige
ongerustheid blijken en antwoordde op zijn
gewonen toon:
„Ja, zeker zoek ik die; ik zoek ze overal,
dat weet je wel. Zou je soms gelukkiger zijn
geweest dan ik?"
„Toevallig, mijnheer, heb ik een ontdek
king gedaan, waarvan het gewicht mij echter
nog twijfelachtig voorkomt."
„Dus heb je een spoor gevonden?"
„Ja, mijnheer."
„Heb je een bloedverwant ontdekt?"
„Ik heb ten minste een Landri gevonden."
„Hoe komt het dan, dat die Landri niet
geantwoord heeft op mijn advertentie?"
„O, dat is gemakkelijk te verklaren. De
persoon, die ik bedoel, is een jong meisje,
een wees, die niets van de advertentie heeft
vernomen," s
„Een jong meisje, zeg je?"
„Ja, mijnheer."
„Zij heet Landri?" M
„Neen, mijnheer; haar moeder heette zoo.'
„En hoe heette haar vader?"
„De Bellenoise."
Wanneer Rodille niet toevallig op een
stoel had gezeten, zou hij op het hooren
van dien naam ter aarde gestort zijn. Zijn
hart hield op te kloppen. Zijn gelaat werd
eerst purperrood en daarna vaal bleek. Ge-
lukig voor hem stond hij in de schaduw; hij
boog zijn hoofd voorover en de uiterlijke
teekenen van hetgeen in zijn binnenste om
ging, gingen onopgemerkt voorbij.
Eenige seconden daarna had Rodille zijn
gewone tegenwoordigheid van geest weer
terugbekomen. Hij veinsde door een hevige
hoestbui overvallen te worden, om aldus
een waarschijnlijke reden te hebben voor de
verandering, die in zijn stem plaats vond,
toen hij zeide:
„Bestaat er ergens een stuk, dat de ver
wantschap van dit meisje, dat je De Belle
noise noemt, met de Landri's kan bewijzen?"
,Er bestaat een document, dat alle^ naspo
ringen zeer gemakkelijk zal maken."
„Bezit je dat papier?"
„Ja, mijnheer."
„Wat is het?"
„Een geschreven nota op het eerste blad
van een kerkboek."
„Is de echtheid van dat kerkboek onbe
twistbaar?"
„Ik zou met mijn leven voor de juistheid
van het daarin vermelde durven instaan."
„Hoe is dat boek in uw handen gekomen?"
„Het meisje heeft het mij zelf gegeven."
„Wat heb je er mede gedaan?"
„Ik heb het boven in mijn kamer gebor
gen, Wilt u, dat ik het ga halen?"
„Neen, thans niet. Ik wilde u met eénig
werk belasten, dat veel haast heeft en dat
ik u verzoek, terstond af te doen. Ik daar
entegen moet een brief van groot belang
gaan schrijven. De tijd ontbreekt mij dus,
zooals u ziet, om dit gesprek te vervolgen,
doch wij zullen er van avond op terugko
men. Ik inviteer u, om heden bij mij te di-
neeren. U kunt daarna het boek uit uw ka
mer gaan halen en wij kunnen te zamen op
ons gemak al de papieren onderzoeken, die
op de erfenis van André Landri betrekking
hebben, want u hebt zeker reeds vermoed,
dat het een erfenis betreft."
„Ja mijnheer, dat dacht ik wek"
„Komt het u gelegen?"
„O ja."
„Ga dan nu aan het werk en verlies geen
minuut."
Rodille nam uit den eersten kartonnen
doos de beste, die hem in handen viel. een
uitgebreide akte, die hij aan Paul ter hand
stelde met verzoek, die onmiddellijk te ko-
pieëren.
Twee uren later, dat is tegen zes uur des
avonds, had Paul zijn arbeid nog niet geëin
digd, en twee koksknechts brachten al het
bcnoodigde voor een fijn diner, dat Rodille
bij een der eerste restaurateurs van het Pa
lais Royal besteld had. Een half dozijn met
stof en spinrag overdekte flesschen vergezel
den deze spijzen, die allen sterk gekruid
waren en onvermijdelijk een onleschbaren
dorst moesten veroorzaken. AI de klerken,
met uitzondering van Paul, hadden het kan
toor reeds verlaten. De tafel werd gedekl
in het salon achter het kantoor en nadal
Rodille de koksknechts had weggezonden-
ging hij naar Paul, zeggende:
„Komaan, gauw aan tafel, aan tafel!"
„Maar mijnheer, ik ben nog niet klaar."
„Welnu, dan zult u morgen uw werk af
maken; men moet een goed diner nooit
laten wachten."
De voormalige compagnon van Louraine
had het rijk aangelegd. De maaltijd was keu
rig. De twee mannen plaatsten zich tegen
over elkander aan tafel en Paul, die rich
bijna niet meer herinneren kon, dien mor
gen te hebben ontbeten, zoolang was het
reeds geleden, deed de keuken van Véfour
alle eer aan.
„Als u het goed vindt, mijn jonge vriend,"
zeide Rodille inschenkende, „zullen wij eersl
ons geheel aan onzen maaltijd toewijden, en
de gewichtige zaken, die al onze aandacht
vereischen, daarna behandelen."
„Mijnheer," antwoordde de jongeling, „ik
fcen het tfaheel met u ees.
(Wordt vervólAÜ I