iPPllxMD Van alles en van overal. RADIO- OMROEP feuilleton. Ontdekte misdaad. NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT. Tweede Blad Woensdag 10 September 1924 Briand is uit Genève naar Parijs teruggekeerd om met Herriot overleg te plegen. Zal de Duitsche nota inzake de schuld aan den oorlog wor den ingehouden? Amerika 's houding tegenover Volkenbond en ont- wapenings-conferentie. Onder de Radio-berichten: De arbeid ter Volkenbondsvergadering: .«ntrole op oorlogs voorbereidingen. De publicatie der verklaring over de schuld aan den oorlog. De militaire controle in Duitschland verloopt rustig. De toestand in China. 0EÜ» SUITENL. BERICHTEN. MARKTNIEUWS. DAGELIJKS PRIMA RADIO CONCERTTOESTELLEN Desverlangd vanaf f 6.— per maand. Bureau Meijer - Haarlem. Kleine Houtweg 69. - Tel. 3468, 51. Ik ben in Hoorn geweest. Daar komen de volgende week koeien, daar komen varkens, daar komen schapen, daar komen geiten nou, toen kon ik er natuurlijk niet wegblijven. Nou hoeft u niet te lachen, omdat ik dat zoo zeg en u het natuurlijk weer anders op vat, dan ik het bedoel, want ik meen het in vollen ernst. Omdat daar al die dieren komen, ben ik er ook heen gegaan, want ik voel het maar al te goed, dat al de landbouwers onder onze lezers belang moeten stellen in wat daar gaat gebeuren en er dus wel iets van willen lezen. Van den löden tot en met den 21sten bep. tember wordt er te Hoorn een Land- en Tuinbouw-tentoonsteling gehouden en naar aanleiding daarvan had het Tentoonstellings comité een aantal journalisten uitgenoodigd gisteren eens naar Hoorn te komen, om daar al vast vooruit eenigszins op de hoogte te worden gebracht van wat er alzoo ge durende die dagen daar te zien en te genie ten zal wezen een meer en meer gebrui kelijke weg, om voor de een of andere on derneming op uitgebreide schaal reclame te maken. Zoon bestuur of zoon comité noo- digt de journalisten niet uit, omdat ze zulke aardige kerels zijn, maar alleen omdat het meent van hen te kunnen profiteeren wat trouwens bij deze gelegenheid aan het diner, dat gewoonlijk zoo'n bijeenkomst besluit, ook ronduit werd erkend. Nu gebeurt het wel, dat de zaak, waar voor je wordt uitgenoodigd, eigenlijk niet waard is, dat je er over schrijft en dan be dank je voor het diner en schrijft niets. Maar dat was hier niet het geval. Hier betrof het wel degelijk een zaak van belang en dus wil ik er ook wat van vertellen. Allereerst werden we in de Raadszaal ten Stadhuize ontvangen door den burge meester van Hoorn, mr. Bisschop, die een welkomstwoord uitsprak, waarna een vloed van redevoeringen volgde, een over koeien en stieren, een over varkens, een over scha pen, een over geiten en een over het in pakken van appelen en peren. Nu geef ik graag toe, ja, ik ben daarvan zelfs diep overtuigd, dat al wat door die verschillende heeren, deskundigen natuurlijk, ieder op zijn gebied, over die verschillende beestjes en over die appelen en peren ge zegd werd, uiterst belangwekkend was, maar ik ben er evenzeer van overtuigd, dat geen van al die heeren het mij kwalijk zal nemen, dat ik voor mij voor hun redevoe ringen nu niet bepaald zoo'n buitengewone belangstelling voelde. Dat wil zeggen, voor dat deel hunner mededeelingen, dat betrek king had op de fokkerij en op de middelen die deze zou kunnen verbeteren. Wat weet ik nu bijvoorbeeld af van de bloedlijn van Jan II? Jan II, moet u weten, is een stier, die zoo en zooveel jaren geleden eens in onze sappige Hollandsche weiden heeft rondgeloopen, dat heb ik er wel van begre pen, en dat het een heel mooie stier is ge weest ook wel, maar daar houdt het dan ook mee op. En of je mij nu een karbonaadje voorzet van een Yorkshire varken dat heel mooi schijnt te zijn of van een doodgewoon boeren-varkentje, ik geloof niet dat ik er verschil in zou merken. Schapenvleesch blief ik heelemaal met, dus daar zeg ik maar liever absoluut niets over en geitenmelk drink ik alleen als de dokter het mij beveelt, wat hij gelukkig nog nooit gedaan heeft. En wat betreft de verpakking van appe len en peren: Ik ben dol op appelen en peren, maar ik eet ze altijd onverpakt; liefst doe ik er de schil ook nog af, zoodat die verpakking me eigenlijk ook al niet zooveel kan schelen. En toch ben ik blij blij voor m n lezers dan altijd dat ik al die redevoeringen heb mogen aanhooren, want ik heb er ten minste dit wel uit begrepen, dat we daar in Hoorn van 16 tot 21 September een Land en Tuinbouwtentoonstelling zullen krijgen, waarop voor vakmenschen heel wat te zien zal zijn dat voor hen van belang is en dat ook de leek er wel een aangename dag zal kunnen doorbrengen. Want niet alleen dat er tal veel koeien komen met stamfcooroen om van te beven, en massa's varkens om van te watertanden wel een beetje gek gezegd misschien, maar ik meen het heusch goed en zoo veel schapen als er nog nooit op een ten- toonsteling in Nederland zijn bijeen ge weester zullen ook harddraverijen plaats hebben en bloemencorso's. Op het Hoornsche Hop zullen zeilwedstrijden wor den gehouden en duizend postduiven, mits gaders één luchtballon, zullen worden los gelaten en de lucht ingaan. Er zal een gym- nastiek-demonstratie plaats vinden en er zullen athletiekwedstrijden worden gehou den.... ook voor dames, Wablief, vindt u dat nog niet genoeg? Gaat u dan ook nog maar naar de vlieg- demonstratie van Rijksvliegtuigen en naar den voetbalwedstrijd, en gaat u kijken naar de kaasbereiding in de Proefzuivelboerderij of naar het gezelschap van Pisuisse, dat op treedt in de Cabaretzaal. En dan zullen er nog bals zijn en concerten in massa: het eene is nog niet goed uit of het andere be gint alweer, al die zes dagen lang, Al die dingen gebeuren niet op het ten toonstellingsterrein aan den Westersingel, maar op allerlei plaatsen in de rijk versierde stad; het tentoonstellingsterrein, hoewel niet minder dan drie Hektaren groot, zou daar voor geen plaats bieden, vol als het staat met geweldig groote tenten, waarin kippen en konijnen en bijen en vruchten en groen ten en zaad en weet ik wat al meer zal worden ondergebracht. En dat er heel wat van dat alles belooft te komen, kunt u wel nagaan, als ik u vertel, dat er, behalve een houten gebouw van 20 M. breed en 40 M. lang, nog een groote tent staat van 12 X 40 M., een van 12 X 50 M., een van 9 X 72 M. en een van 9 X 90 M,; dat er voorts nog een groot aantal kleine tenten zijn op gericht en dat nu gebleken is dat er nög ruimte te kort komt en daarom aan het hou ten gebouw nog haast-je, rep-je twee vleu gels, elk van 12 X 15 M. worden aange bouwd. Laat ik eerlijk zijn: Ik mag dan al geen verstand hebben van koeien en varkens en me de slechte gewoonte hebben eigen ge maakt om fruit zonder verpakking te eten, ik ben er niettemin oprecht van overtuigd, dat voor den vakman hier, ook zonder dat er visch tentoongesteld is, het neusje van den zalm te zien zal zijn. Elf maanden lang is er door het hoofd comité en negentien subcomité's gewerkt om alles voor elkaar te krijgen en ze zijn op buitengewone wijze geslaagd ook het comité voor de verloting, dat in den pen ningmeester van het hoofdbestuur, den heer Sas, een prachtigen gangmaker heeft gevon den. Die ging namelijk 's avonds aan het diner persoonlijk bij de gasten van het hoofdbestuur rond met een pak loten en vroeg aan iedereen, of hij er niet een wilde koopen. Of ze het allemaal wildenik betwij fel het sterk, maar' toch deden ze het alle maal weiger nu ook maar eens, als je iets op zoo'n manier gevraagd wordt! Jour nalisten worden wel eens brutaal geschol den -ik weet nu, dat penningmeesters, die hun kast willen stijven, nög brutaler zijn, deze tenminste heeft alle aanwezige journa listen gebluft. De journalisten, die gisteren in Hoorn bij een waren, hebben ook, onder leiding van den heer Kerkmeyer, een der bestuursleden van de vereeniging „Oud Hoorn" een korte wandeling door de stad gemaakt en een be zoek gebracht aan het West Friesch Mu seum. Ik heb daarvan echt genoten. De talrijke oude, veelal zeer mooie geveltjes, die de stad nog bezit, zijn een lust voor de oogen en onder de grootere gebouwen munten vooral uit de oude Oosterpoort (1578), de vestingtoren (1508), de drie Bossuhuizen (1573), de Waag (1609) en de Hoofdtoren (1532). Die nooit in Hoorn geweest is en voelt voor oud stedenschoon, moet er beslist eens heen. Doet hij het de volgende week, dan kan hij tegelijk van de tentoonstelling en de feestelijkheden genieten; is hij de volgende week verhinderd, laat hij dan later gaan; ook als er geen tentoonstelling is, valt er in Hoorn voor hem te genieten, ARTHUR TERVOOREN. inlichtingen vermochten noch de Britsche. "bezwaren van Lord Parmoor, noch de Itali- aansche argumenten van Schlanzer Herriot of Briand te verrassen, daar een en ander reeds werd uiteengezet gedurende intieme besprekingen over de door MacDonald en Herriot ingediende gemeenschappelijke re solutie. De Britsche en Italiaansche delegaties kennen eveneens de bijzonderheden der door de Fransche delegatie opgestelde voorstellen. Zoodoende zijn verrassingen buiten gesloten. De beraadslagingen te Genève dreigen geens zins een verandering in de goede atmosfeer te brengen, doch de Fransche minister-presi dent is bereid de wijzigingen te aanvaarden, die Briand nuttig zal achten om een toena dering der verschillende opvattingen met be trekking tot de sancties te vergemakkelijken. De Fransche thesis is dat de sancties tegen den aanvaller niet slechts economisch en fi nancieel, maar ook militair moeten zijn. Noch tans kan men aannemen dat bepaalde landen om geografische, politieke of ahdere redenen niet kunnen deelnemen aan militaire maat regelen te land of ter zee. Het zou dan vol doende zijn, dat zij zich er mee accoord ver klaren en dat de actie tegen den aanvaller gemeenschappelijk wordt afgekondigd, zoo als in den jongsten oorlog het geval was toen sommige landen, o.a. Brazilië, aan Duitsch land den oorlog verklaarde, maar geen en kelen soldaat zond. Frankrijk zal er op aandringen dat de quaestie der ontwapening door de verschil lende staten moet worden behandeld in ver binding met die der hulpmiddelen, waarover elkeen zal moeten beschikken of waarop hij zal kunnen rekenen van de zijde der andere leden van den Volkenbond, in geval van een aanval. Echter blijft eveneens vaststaan dat aan de ontwapening van Duitschland en zijn voormalige geallieerden strikt de hand moet worden gehouden volgens het Verdrag van Versailles en de andere verdragen. De Volkenbondsverga dering. Volgans berichten uit Parijs is Briand, he: tegenwoordige hcof.l der Fransche d legatie te. Genève, naar Parijs teruggekeerd. Deze onverwachte terugkeer te Parijs van Briand, vindt ongetwijfeld zijn aar hiding in ide wending, welke de beraadslagingen over de ontwerpen in de commissies heeft geno men. Briand gevoelde behoefte Herriot mon deling in bijzonderheden te raadplegen. De bladen overdrijven door te spreken van „ver rassingen te Genève" en van manoeuvres tot het doen mislukken van het ontwerp in zake den wederkeerigen bijstand, Volgens aan de Quai d'Orsay ingewonnen De Duitsche nota. Zou men te Berlijn tot het besef zijn ge komen van de geweldige onhandigheid welke men zou begaan door thans officieel de quaestie van de schuld aan den oorlog ter sprake te brengen? Volgens de mededee lingen onder onze Radio-berichten van gis teren zou er goede kans zijn, dat de Duitsche ministerraad tot het besluit zal komen, een nota over deze quaestie voorloopig maar liever in de pen te houden. Dat zou zeker een ver standig besluit zijn. Hoe Duitschland over het op de „schuldquaestie" betrekking heb bend artikel van het Verdrag van Versailles denkt, weet nu zoo langzamerhand wel de heeie wereld* Een uitvoerige officieele nota over deze quaestie echter zou in de huidige omstandigheden heel het begonnen werk van toenadering ernstig in gevaar bren gen. De „Vorwarts" vertelt, dat toen te Genève van het plan der Duitsche regee ring om zulk een nota te verzenden iets bekend werd, een leidende Fransche per- soonlijkheid opmerkte „Als het Duitsche departement van buitenlandsche zaken in soldij zou staan van de Fransche nationa listen zou het niet anders kunnen handelen.' Zoo is het. En het is dus te begrijpen hoe zeer de heer Herriot en zijn omgeving, hoe zeer ook de Britsche gedelegeerden onaan genaam getroffen werden door de aankon diging van deze Duitsche onhandigheid die dan nu mogelijk nog zal worden ver meden. De houding van Amerika. In Amerika, dat in deze verkiezingsdagen voorzichtig moet wezen met de officieele be langstelling welke het voor den Volkenbond aan den dag legt, schijnt men zich er nood gedwongen mee te verzoenen, dat de we reldvrede voorloopig in en door Europa zal worden geregeld. Wel is warn: had men in Washington graag gezien, dat een nieuwe ontwapeningsconferentie onder Amerikaan- sche auspiciën zou staan. Maar men begint te begrijpen, dat het probleem voor Europa zoo veelzijdig en ingewikkeld is, dat Amerika bezwaarlijk zou kunnen leiding geven zonder in de gevreesde „entanglements" vast te raken Volgens den Washingtonschen correspon dent van de Londensche „Times", zien de Amerikaansche staatslieden nu wel in, dat de Europeesche premiers de hangende vraag stukken liefst in eigen handen houden en misschien geen gelegenheid zouden vinden om zich voor langen duur naar het afgelegen Washington te begeven. Ook erkent men dat de quaestie van de bewapeningen te land (die voor Amerika, dat zijn leger reeds tot een minimum heeft teruggebracht, niet bestaat) in hoofdzaak een Europeesch probleem is. Terwijl Amerika nauwelijks durft verwach ten, dat het Verre Oosten (Japan, China, Rus land), bij welks ontwapening Washington wel zeer geïnteresseerd zou wezen, bij zulk een conferentie zou kunnen of willen worden betrokken. De Europeesche toestand die aan de Euro peesche bewapening ten grondslag ligt, is er in hoofdzaak een van ouden naijver en ge schillen, waarmede Amerika niet te maken heeft of wil hebben. Vooral niet sedert de landbewaping pro forma op de agenda der Washingtonsche conferentie werd geplaatst, en toen eenvoudig op zijde werd geschoven door de botte weigering van Briand om er op in te gaan. Europa moet dit gedeelte zijner kwalen dus maar zelf onder handen nemen. Echter hangt een verdere vermindering der bewapening ter zee (waarin Amerika groot belang stelt) met de vermindering der land strijdkrachten natuurlijk ten nauwste samen. Bij de behandeling van de maritieme quaes- ties zou Amerika willen meepraten, maar op voorwaarde dat het niet in de verwante lands- problemen wordt betrokken. Terwijl nog steeds de moeilijkheid zou blijven bestaan dat de a.s. ontwapeningsconferentie door den Volkenbond bijeen zal worden geroepen, al zou zij op zichzelf niet noodzakelijkerwijze een bondsinstituut behoeven te wezen. In hoeverre Amerika aan zulk een conferentie zou kunnen deelnemen zonder zijn antie- volkenbonders te ontstemmen, staat te be zien. Misschien ook dat na de November- verkiezingen de interne verhoudingen in de V. S. in pro-bondschen zin zullen worden ge wijzigd. In elk geval mag men wel aannemen dat Amerika alles zal doen om de verdere ontwapening ter zee in eigen belang te be vorderen. Beide politieke partijen hebben dat bij herhaling plechtig aan het electoraat be loofd. Waar Amerika bij deze in elkander grij pende vraagstukken precies de lijn zal trek ken is moeilijk te voorspellen. In het alge meen zal het wel eer. weg vinden die, met inachtneming van alle aangebeden antieke leuzen van „afzondering" en „geen ver strikkingen," aanpassing zooal geen aan sluiting bij Europeesche organisatie mogelijk maakt. Een voorbeeld van zulke indirecte aanpassing werd dezer dagen nog eens in herinnering gebracht door Wilson Harris, die langen tijd New Yorksch correspondent van de „Daily News" was. In 1919 besloten de geallieerden om den onwettigen interna tionalen wapenhandel onder strenge controle te plaatsen. Zij maakte een verdrag op, dat de quaestie in elk opzicht regelde en dat door alle aanwezige mogendheden waaronder ook Amerika (het was nog tijdens de vredes onderhandelingen) werd geteekend. Maar toen het op de ratificatie aankwam, weigerde Amerika. Wilson had het aan den stok ge kregen met zijn Senaat, die van inmenging in Europeesche zaken langer niets wilde we ten. En de conventie van St. Germain ver oor haar voornaamste partij, en daarmede alle werkelijke beteekenis. De volkenbond nam de zaak op, en pro beerde om Washington van gedachten te doen veranderen. Geen antwoord 1 Men be proefde Amerika te laten verklaren, waarom het niet wilde ratificeeren. Geen antwoord! Men trachtte uit te vinden wat Amerika wel zou willen ratificeeren. Geen antwoord! Ein delijk, een jaar geleden, ging men tot nieuwe taktiek over. Men vernietigde de oude conventie van St. Germain, en men noo- digde Amerika uit om in samenwerking met (niet door aansluiting bij) den bond een nieuwe conventie op te stellen. Ditmaal stemde Amerika toe. Een ander Amerika, dat van Harding en Coolidge, dat nu niet op Wilson's werk behoefde voort te bouwen! De Amerikaansche gezant te Bern kreeg opdracht zijn land op de conferentie van Lausanne te vertegenwoordigen, en kreeg zelfs verlof om een zetel (onofficieel meenen we) in de bondscommissie voor de bewape ning te aanvaarden. Een nieuwe conventie werd opgesteld en door de commisie alge meen goedgekeurd. En nu een week geleden berichtte het State Department aan Genève, dat Amerika met genoegen zou deelnemen aan een internationale conferentie om de nieuwe conventie internationaal te doen aan vaarden. Langs omwegen en met wat geduld en goeden wil gaat het dus wel. Met het Ame rikaansche vooroordeel, monroe leer en ver wikkelingsvrees moet Europa nu maar reke ning houden, al begrijpt het niet hoe zulke verouderde begrippen kunnen blijven voort leven in een natie die midden in het wereld verkeer staat en er den toon aangeeft. Met wat geven en nemen is er op den duur toch we 1 iets met den verren vriend aan te vangen. McDonald weigert „groen koren te maaien". MacDonald heeft gisteren bij zijn aan komst te Dundee'een rede gehouden, waar in hij o.a. het volgende zeide Het is waar, dat ik zeer vermoeid ben. Het mag zeer aan genaam wezen minister-president te zijn, maar dit genoegen wordt duur betaald. liet zal zeer de vraag zijn of iemand voortaan, bij deze lange zittingsperioden van het par lement met den daaraan verbonden onver- biddelijken partijstrijd, langer dan twaalf maanden premier zal kunnen blijven. Een minister president moet zijn werk met toe wijding, geduld en trouw volvoeren, zonder overhaasting en zonder iets van zijn idealen prijs te geven hij moet wachten tot het 1 koren rijp is en nooit groene aren in zijn schuren willen brengen. Wanneer nu som mige onverstandige lieden zeggen, dat ik niet al mijn beloften ben nagekomen, dan moet ik erkennen, dat ik, zelfs wanneer ik 50 jaar lang minister-president zou blijven en even hard zou werken als gedurende de laatste acht maanden, toch niet al mijn beloften zou kunnen nakomen, omdat ik er niet toe kan besluiten groen koren te maaien. DE „VREEDZAME REVOLUTIE" IN CHILI- Aldus wordt de regeeringswijziging ge noemd, die zich Vrijdag j.l. in Valparaiso heeft voltrokken, waar, naar wij hebben ge meld, een ministerie van opper-officieren het bewind in handen genomen heeft. Reeds lang was men ontevreden over de verschil lende kabinetten, die veeleer partij- dan vaderlandsche politiek voerden. Toen nu de Kamer eenige dagen geleden met een zeer kleine meerderheid een alom gewraakt wets ontwerp aannam, waarbij de salarissen der parlementsleden aanmerkelijk werden ver hoogd, vereenigden verscheidene legeroffi cieren zich om het aftreden der regeering te eischen. Zij begaven zich naar den president der republik, Alessandri, wien zij een me morandum aanboden, dat deze ongewijzigd aanvaardde. Het nieuwe kabinet van generaal Altami- rano is conservatief. Sedert vele jaren reeds is de republiek Chili feitelijk zonder vaste regeering. De gemiddelde diensttijd van elk kabinet werd er opzes weken geschat. In Maart j.l. hadden verkiezingen plaats, die de liberale coalitie de overwinning bezorgden. Doch de mannen, geschikt om de leiding te nemen, schenen te ontbreken, zoodat de republiek bleef doorsukkelen met „voorloopige" kabi netten, die niets tot stand vermochten te brengen. De begrooting van 1924 is zelfs op het oogenblik nog niet aangenomen. DUITSCHE VERFSTOFFEN NAAR EN GELAND. Volgens een mededeeling van het Britsche ministerie van Landbouw verwacht men in den loop van het financieele jaar circa 1390 ton verfstoffen uit Duitschland op reke ning der schadevergoeding. De prijs die hiervoor aan Duitschland wordt gecredi teerd bedraagt ongeveer twee shilling per pond. DE BURGEROORLOG IN CHINA. De diplomatieke medewerker van de I „daily Telegraph" verneemt, dat tusschen Londen en Washington van gedachten wordt gewisseld over de mogelijkheid van een nauwere samenwerking der mogend heden om orde en vrede in China te her stellen. Maandag werden daartoe stappen gedaan, waarbij het initiatief van de Ver- eenigde Staten uitging. In Engeland heeft men den laatsten tijd de handen vol gehad met de Europeesche aangelegenheden, maar nu MacDonald uit Genève is teruggekeerd, zal hij zich onmiddellijk met de Chineesche quaestie gaan bezighouden. Italië en België hebben, naar dezelfde medewerker verneemt, den wensch te kennen gegeven zich, met het oog op hun groote belangen in China, aan te sluiten bij het bankconsortium der vier groote mogend heden, zoodat een uitbreiding van dit con sortium wordt overwogen. Tot tweemaal toe heeft het consortium vergeefs getracht de Chineesche banken tot samenwerking te bewegen. Met het oog op het toenemend gevaar voor een aanval op Sjanghai zijn de vrij willigerscorpsen aldaar Dinsdagmorgen om zes uur gemobiliseerd, terwijl ongeveer 1200 man Britsche, Amerikaansche, Itali aansche er. Japansche marine-troepen zijn geland. Nabij Nansiang, in de provincie Kiangsoe, 11 mijlen van Sjanghai, heeft Maandag een hevige strijd gewoed. Het bombardement, dat tot 10 uur 's avonds werd gehoord, was buitengewoon intensief. De gouverneur van Tsjekiang deelt in een communiqué mede, dat zijn tweede legercorps, 20.000 man sterk, gistermorgen van Tsjang Hing, 10 mijlen ten Zuid-Oosten van het Taifoe-meer gelegen, over een af stand van 30 mijlen noordwaarts is opgerukt in de richting van Ihing. Men verwacht, dat Ihing morgen zal vallen. Het hoofddoel van deze opmarsch is Tsjang Tsjou, het hoofd kwartier der troepen van Kiangsoe. De troepen van Tsjekiang hebben echter de spoorlijn bij Lioe Ho ontruimd, en bevinden zich aan dat front op den terugtocht, of schoon zij voortdurend versterkingen uit Sjanghai ontvangen. De Britsche, Amerikaansche, Fransche, Italiaansche en Japansche gezanten èouden volgens latere berichten opnieuw eene nota aan de Chineesche regeering hebben ge richt, waarin zij aandringen op de nood zakelijke instelling eener neutrale zóne langs de Hoeangpoe-rivier, waaraan Sjang hai ligt. 10.00-16.50 12.00-15.00 10.00-16.75 12.00-15.50 9.50-12.10 10.00-11.75 12.00-13.75 12.00-13.15 12.00-13.50 10.00-13.00 12.00-13.20 9.00-11.25 10.00-12.10 9.00-11.00 12.00-21.00 10.00-20.00 17.00-22.50 25.00-44.00 20.00-32.00 17.00-22.25 20.00-38.50 15.00-25.00 SNEEK, 9 Sept. Vee. Ter markt waren 163 melk- en kalfkoeien f 350490, 41 vette koeien f 300460, 5 vette kalveren f 78 nuchtere kalveren f 1322, 512 graskalve ren f 60130, 120 schapen f 3548, 100 lammeren f 2638, 1245 varkens f 50110, 98 biggen f 814. Men betaalde voor vette runderen 50 57 ct„ dito kalveren 5565 ct., dito varkens 3438 ct., zouters 3235 ct., varkens voor Londen 2830 cent. Melkvee en biggen met goeden handel, vette koeien en varkens kalmer graskalve ren niet hooger wolvee iets beter nuchtere kalveren kalmer, prijshoudend. VENLO, 8 Sept. Eieren. (Cöop. Veiling- vereen.) Aanvoer 225.000 stuks. Prijzen kippen- f 9.4010.20, eenden- f 9.60. GRONINGEN, 9 Sept. Granen. De laag ste en hoogste prijzen waren als volgt 9 Sept. 2 Sept. Zomertarwe f f Roode tarwe Witte tarwe Inl. rogge Wintergerst Zwanenh. gerst Zomergerst Witte haver Gele haver Zwarte haver BI. peulerwten Gr. erwten Schokkers Paardeboonen Wierboonen Waalsche idem Koolzaad Karwijzaad Geel mosterz. Kanariezaad WtÊ Lijnz. blauwbl. - Idem (witb.) Blauw maanz. 45.00-56.00 45.00-56.00 De korting en bijbetaling bedraagt thans voor tarwe natuurgewicht 70 kg rogge, boek weit, kanariezaad, inlandsche gerst, alle haver- soorten 10 c. per kg. ROTTERDAM, 9 September. Vee. Op de veemarkt van heden waren aangevoerd 215 paarden, 20 veulens, 1146 magere run deren, 610 vette runderen, 1001 vette kal veren, 347 nuchtere kalveren, 358 schapen of lammeren, 74 varkens, 357 biggen. De prij zen waren als volgt koeien le qual. 115 125 ct., 2e qual. 110100 ct„ 3e qual. 95 85 ct.,; ossen le qual. 110117% ct., 2e qual. 10095 ct., 3e qual. 9080 ct.stieren le qual. 105107% ct., 2e qual. 9590 ct„ 3e qual. 8575 ct.; kalveren le qual. 165180 ct., 2e qual. 145125 ct., 3e qual. 11090 ct., alles per kg; melkkoeien f 210385, kalfkoeien f 220396, stieren f 175390, pinken f 160200, vaarzen f 155200, werkpaarden f 100290, slachtpaarden f 90150, hitten f 95175, graskalveren f 60110, nuchtere kalveren f 1420,fok- kalveren f 1627, biggen f 1020, over- loopers f 2240. Vet vee en vette kalveren met zeer matigen handel in alle qualiteiten. Melk- en kalfkoeien matig verhandeld. Graskalveren met redelij ken handel, nuchtere met zeer matigen han del tot lagere prijzen dan de vorige week. Biggen en overloopers traag verhandeld we gens hooge vraagprijzen. Paarden met slech ten handel in slachtbeesten. Eieren. (Rott. veiling). Aanvoer 135 stuks, kippen- f 7.35 a 9.90, eenden- f 7.10 a 8.25. (Rott. Consumptieveiling). Aanvoer 130.000 st. Kippen- f 6.50 a 9 eenden- f 7.25 a 7.75, ganzen- f 18, kalkoen f 10 a 12. Lijnolie. Oct. f 47 3/4, 48, Nov. f 47, Nov./ Dec. f 46 3/4, Jan./April f 45 1/4, 45%, 45 1/4, 45%. IÉ van de voor ons land belangrijkste stations. Nieuwsberichten (Vaz Dias) Amsterdam P. C. F. F. Golflengte 2000 M. Dagelijks (uitgezonderd Zondag) 8.15- 8.30 v.m.; 1010.12 v.m.; 11.3011.55 v.m. 12,15—1-2,30 n.m.; 1,05—1,Z0 n.m.; 3—3,31 n.m.; 4,15—4,28 n.m. Tijdseinen: 10.15 v.m. en 4.30 am. Effecten en Geldkoersen (Vaz Diaz, zie hierboven) te 1,301.4522.152.30 en 2.45 n.m. (uitgezonderd Zondag en vacaq- tiedagen en Zaterdag alleen 10.301130 v.m.) Weerberichten Vossegat Bé 1050 M-: 11.10 v.m. en 12,30 n.m. en 8 n.m. (Ge meenlijk Morseseinen in langzaam tempo, waarop men zich oefenen kan). Londen 2 L.O. golflengte 365 M. Somtijds concert 3.504.50 n.m., dames en kinderuurtje 5.20—6.30, daarna 7.20—10.50 (of later) concert, opera o£ Popul avond. Tijdseinen 1. 20 en 7.20 (Zondag 3.20 uur) n.m. Maandag, Donderdag en Zaterdag Dansmuziek (Jazband) van uit het Savoy Hotel te Londen na 10.20 n.m. Diverse Engelsche stations hebben onge veer dezelfde zenduren en wel: Cardiff 5 W, A. op 350 M. Manchester 2 Z Y. op 375 M. Bournemouth 6 B M. op 385 M. New Castle 5 N. O. op 400 M Glasgow 5 G. S. op 420 M Birmingham 5 L T. op 475 M. Aberdeen 2 B. D. op 495 M. Radio Paris S. F. R. 1780 M. Con cert (Tzigane orkest) 1.05 n.m. dito te 5.05 n.m. (vocaal of instrumentaal) dito te 9.20 n.m., als 5.05 of aansluiting op opera of anderszins (voorafgegaan te 8.50 n-m. door Nieuwsberichten). Gemeenlijk Donderdag en Zondag Dans muziek tot ruim elf uur, event afgewisseld door chansons of causeriën. Eiifeltoren F. L 2600 M. - 7 en 11 uur v.m., 7.20 en 10.35 n.m. Weerbericht 3.50 n.m. Beursverslag 6307.15 n.m. concert. 11.2011.25 n.m. en 12.04 Tijdsei nen. Ecole Supp. P. T. T. 450 M.: Dage lijks, behalve Maandag te 9.20 n.m, voor drachten, enz. Petit Parisien 340 M.: Gemeenlijk Dinsdag, Donderdag en Vrijdag 8.50 tun. concert. Brussel S. B. R. 265 M. 5.20—6.20 n.m. en 8.351020 n.m. concert. Haren (Brussel) B. A. V. 1100 M. 5.1P n.m. Weerbericht Königswusterhausen L. P. 4000 M. 7.20 v.m.6 n.m. berichten (ongeregeld) op 2700 M. Zondag alleen 11.20 v.m. 1.20 mm. Eberswalde 2700 M. Gemeenlijk Maandag en Vrijdag 8.209.20 n-m. concert Dinsdag en Donderdag concert 8.209.2C Chelmsford 1600 M. 11.50—1230; 4.205.20; 7.508.50 Concert, enz. (voorwaardelijk). Te 8.20 Big-Ben (toren klok der Westminster Abdij). PROGRAMMA. Woensdag 10 Sept Smith en Hooghoud* Amst. 1050 M. 8 u. Concert. Donderdag 11 Sept. Ned. Radio-Indu strie waarschijnlijk nog uitzending vac concert uit het Kurhaus vanaf 8.15. BODEGRAVEN, 9 Sept. Kaasmarkt. Aan gevoerd 303 p&Ttijen, waaronder 255 rijks- merk, 12739 stuks, wegende 89173 Kg. Prijs: Goudsche kaas met rijksmerk le soort 7680, 2e soort 6974; zwaardere tot 82, zonder rijksmerk 6976. Han del vlug. BEVERWIJK. R.-K. Coöp. Tuindersver- eeniging „Kennemerland". Prijsnoteering vai 8 Sept. Snijboonen 2036 ct.; sperciebooner z. dr. 2634, idem met dr. 2532 ct., iderc tros 3340 ct.; dikke boonen 2230 et.: tuinboonen 1018 ct.; raspers 3040 ct.; capucijners, br. 3036 ct., idem witte 28 34 ct.; uien 6 ct.; tomaten 1525 c» per Kg.; bloemkool 10—24 ct,; gele kool 79 ct. roode kool 45 ct. groene kool 46 ct. per stuk; wortelen 1020 ct.; selderie 34 ct. per bos; komkommers 610 ct.; meloe nen 1835 ct. per stuk; aardappelen 45 ct.; spinazie 1.85—2.80; andijvie 65—90 ct.; sla 1.501.90 per kist; postelein 1.50 1,90 per ben. GOUDA. Coöp. Tuiniersvereeniging „Gou da en Omstreken". Veiling van 8 Sept. 1924. Snijboonen le soort 2039, idem 2e soort 224;stokboonen 23—37; stamboonen 2431; spekboonen 11.40—17.30; pronk- boonen 611.50; uien 4.907; kroten 24.90 wortelen 1.703 per 100 Kg.; komkommers le soort 1416.10, idem 2e soort 7.209,40, idem 3e soort 1.70 3.10, idem gele 1.90—8.40; bloemkool 0.2028; gele savoyekool 6—9.90; groene idem 6—6.90; roode kool 4.109; witte kool 2.104.40; andijvie le soort 1.20 2.50, idem 2e soort f 0,5011 kropsia 12.40 per 100 stuks; wortelen 2309, kroten 2.303; selderie 1.50-^-1.80 per 100 bos; tomaten A f 4.605.90, idem B 4.30—6.10, idem C 1.70—2.70, idem bon ken 2.803.90; idem kriel 0.100.40 per 100 pond; heereperen 4.805.20; sui kerperen 6; jutten le soort 1012, idem 2e soort 7—8.10; trosperen 5.60; diamant le soort 8.30, idem 2e soort 4.104.30; beurré d'amanlis 69.90; clapps favorite 1321.60; beurré de merode 8.30 per 100 Kg.; perziken 2.40—9 per 100 stuks; meloenen 0.12—0.37 per 100 stuks. lot- j Daar h)j in de wapenkunde geheel onbe dreven was, schonk hij, zooals gemakkelijk te begrijpen is, weinig aandacht aan het wa- Eenschild op den band, dat voor hem geen eteekenis had. Na eerst het uitwendige be zien te hebben, begon hij spoedig het inwen dige te onderzoeken. Hij maakte de sloten los, opende het boek, en zijn ook viel dade lijk op het witte blad, waarop de datums van de geboorte, de huwelijken en het over lijden der Bellenoises 4esc/lr?ven stonden. Deze soort van geslachtsboom verkreeg niet weinig belang voor hem, toen hij zag, dat de laatst ingeschreven naam dien van Agnes was en dat de datum harer geboorte met juistheid stond opgeteekend. Meer dan eens had hij zich in de laatste dagen met een zekere ongerustheid afgevraagd, hoe hij bij het ontbreken van elke juiste aanwijzing, le vereischte papieren zou kunnen verkrij gen, die tot de voltrekking van zijn huwelijk met het jonge meisje noodig waren. Het eerste blad van dit boek hief deze bezwaren op en verschafte hem de noodige inlichtin gen. EEN-EN-VIJFTIGSTE HOOFDSTUK. Onder de namen der voorouders van Ag- i bes was er een, die bijzonder Pauls aandacht i trok. Het was die der ongelukkige vrouw, wier noodlottig uiteinde wij kennen. Martha Landri, de moeder van Agnes. Paul herinnerde zich de advertentie van Rodille in de dagbladen, waarbij deze de onbekende nakomelingen van Simon Landri had opgeroepen. „Zou Agnes wellicht tot de familie van dien André Landri behooren, dacht hij. Daar haar moeder dood is, zou zij misschien de eenige zijn van het geslacht dier Landri's, die maar niet uit te vinden waren. Het is wel niet waarschijnlijk, maar mijn eigen voorbeeld is daar, om te bewijzen, dat het onwaarschijnlijke toch mogelijk is. Misschien kan aan Agnes, evenals aan mij, een onver wachte erfenis te beurt vallen. Dat zal ik morgen dadelijk onderzoeken. Zonder een enkel woord te zeggen, dat mijn betrekking tot Agnes verraadt, zal ik er met mijnheer Rodille eens over spreken." Het was intusschen zeer laat geworden. Paul legde het boek in een der laden van zijn latafel en begaf zich te bed. Dien nacht droomde hij hoe hij, met Agnes voor het altaar geknield, in den echt werd vereenigd. De invloed van dien gelukkigen droom liet zich ook den volgenden morgen na zijn ont waken gevoelen en met een licht hart en een blij gemoed ging Paul naar het kantoor. Rodille was voor zaken afwezig en kwam eerst laat na den middag terug. „Mijnheer," zeide Paul tot hem, „ik zal u zeer dankbaar zijn, wanneer u mij een ge sprek van eenige oogenblikken wilt toe staan. „Zeer gaarne," antwoordde Rodille, „kom mede in mijn kabinet. Is het over onze over eenkomst, dat je mij spreken wilt," voegde hij er bij, zoodra hij de deur gesloten had. Je kunt verzekerd zijn, mijn jonge vriend, dat de achtennegentigduizend francs, die ik je nog schuldig ben, binnen een paar dagen uit mijn handen in de jouwe zullen over gaan." „O, daaraan denk ik niet, mijnheer. Het betreft op dit oogenblik een andere zaak.' „Wat dan?" „Sinds eenigen tijd zoekt gij te vergeefs de bloedverwanten van André Landri. Rodille bleef een oogenblik verstomd staan. „Zou hij iets gemerkt hebben," dacht hij. Hij liet echter niets van zijne inwendige ongerustheid blijken en antwoordde op zijn gewonen toon: „Ja, zeker zoek ik die; ik zoek ze overal, dat weet je wel. Zou je soms gelukkiger zijn geweest dan ik?" „Toevallig, mijnheer, heb ik een ontdek king gedaan, waarvan het gewicht mij echter nog twijfelachtig voorkomt." „Dus heb je een spoor gevonden?" „Ja, mijnheer." „Heb je een bloedverwant ontdekt?" „Ik heb ten minste een Landri gevonden." „Hoe komt het dan, dat die Landri niet geantwoord heeft op mijn advertentie?" „O, dat is gemakkelijk te verklaren. De persoon, die ik bedoel, is een jong meisje, een wees, die niets van de advertentie heeft vernomen," s „Een jong meisje, zeg je?" „Ja, mijnheer." „Zij heet Landri?" M „Neen, mijnheer; haar moeder heette zoo.' „En hoe heette haar vader?" „De Bellenoise." Wanneer Rodille niet toevallig op een stoel had gezeten, zou hij op het hooren van dien naam ter aarde gestort zijn. Zijn hart hield op te kloppen. Zijn gelaat werd eerst purperrood en daarna vaal bleek. Ge- lukig voor hem stond hij in de schaduw; hij boog zijn hoofd voorover en de uiterlijke teekenen van hetgeen in zijn binnenste om ging, gingen onopgemerkt voorbij. Eenige seconden daarna had Rodille zijn gewone tegenwoordigheid van geest weer terugbekomen. Hij veinsde door een hevige hoestbui overvallen te worden, om aldus een waarschijnlijke reden te hebben voor de verandering, die in zijn stem plaats vond, toen hij zeide: „Bestaat er ergens een stuk, dat de ver wantschap van dit meisje, dat je De Belle noise noemt, met de Landri's kan bewijzen?" ,Er bestaat een document, dat alle^ naspo ringen zeer gemakkelijk zal maken." „Bezit je dat papier?" „Ja, mijnheer." „Wat is het?" „Een geschreven nota op het eerste blad van een kerkboek." „Is de echtheid van dat kerkboek onbe twistbaar?" „Ik zou met mijn leven voor de juistheid van het daarin vermelde durven instaan." „Hoe is dat boek in uw handen gekomen?" „Het meisje heeft het mij zelf gegeven." „Wat heb je er mede gedaan?" „Ik heb het boven in mijn kamer gebor gen, Wilt u, dat ik het ga halen?" „Neen, thans niet. Ik wilde u met eénig werk belasten, dat veel haast heeft en dat ik u verzoek, terstond af te doen. Ik daar entegen moet een brief van groot belang gaan schrijven. De tijd ontbreekt mij dus, zooals u ziet, om dit gesprek te vervolgen, doch wij zullen er van avond op terugko men. Ik inviteer u, om heden bij mij te di- neeren. U kunt daarna het boek uit uw ka mer gaan halen en wij kunnen te zamen op ons gemak al de papieren onderzoeken, die op de erfenis van André Landri betrekking hebben, want u hebt zeker reeds vermoed, dat het een erfenis betreft." „Ja mijnheer, dat dacht ik wek" „Komt het u gelegen?" „O ja." „Ga dan nu aan het werk en verlies geen minuut." Rodille nam uit den eersten kartonnen doos de beste, die hem in handen viel. een uitgebreide akte, die hij aan Paul ter hand stelde met verzoek, die onmiddellijk te ko- pieëren. Twee uren later, dat is tegen zes uur des avonds, had Paul zijn arbeid nog niet geëin digd, en twee koksknechts brachten al het bcnoodigde voor een fijn diner, dat Rodille bij een der eerste restaurateurs van het Pa lais Royal besteld had. Een half dozijn met stof en spinrag overdekte flesschen vergezel den deze spijzen, die allen sterk gekruid waren en onvermijdelijk een onleschbaren dorst moesten veroorzaken. AI de klerken, met uitzondering van Paul, hadden het kan toor reeds verlaten. De tafel werd gedekl in het salon achter het kantoor en nadal Rodille de koksknechts had weggezonden- ging hij naar Paul, zeggende: „Komaan, gauw aan tafel, aan tafel!" „Maar mijnheer, ik ben nog niet klaar." „Welnu, dan zult u morgen uw werk af maken; men moet een goed diner nooit laten wachten." De voormalige compagnon van Louraine had het rijk aangelegd. De maaltijd was keu rig. De twee mannen plaatsten zich tegen over elkander aan tafel en Paul, die rich bijna niet meer herinneren kon, dien mor gen te hebben ontbeten, zoolang was het reeds geleden, deed de keuken van Véfour alle eer aan. „Als u het goed vindt, mijn jonge vriend," zeide Rodille inschenkende, „zullen wij eersl ons geheel aan onzen maaltijd toewijden, en de gewichtige zaken, die al onze aandacht vereischen, daarna behandelen." „Mijnheer," antwoordde de jongeling, „ik fcen het tfaheel met u ees. (Wordt vervólAÜ I

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1924 | | pagina 5