Uw verkoudheid Het Missiehuis der Missionarissen van het H. Hart te Driehulzen. NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT. Tweede Blad Zaterdag 27 September 1924 KERK EN SCHOOL» KUNST EN KENNIS. LEGER EN VLOOT. UIT DEN OMTREK. Kon. Ned. Hoogovens en Staal' fabrieken. Ingezonden Mededeefingen verergert met het uur en kan ontaarden inborstaandoening Wacht dus niet neem dadelijk De begrafenis van wijlen dokter P. Varekamp, in leven badarts te Zandvoort. Het groot aantal belangstellenden rondom de groeve. Op de Zandvoortsche begraafplaats Examens Politie-diploma. Zilveren Professiefeest van Pater Stoks. Honderd jaar aluminium. Het zilveren priesterfeest van Deken Hollenöerg, na devacantie te midden der schoolkinderen gevierd. Albert Vogel. Een oud bouwwerk. Uitreiking van ónder scheidingen De militaire relletjes te Ede. LANDBOUW EN VISSGHERIJ. Het honinggewin. Landbouwtentoonstelling. VELSEN. t 60 cents per regel UIT DE PERS. De Tweede Kamer. Bij het zilveren priesterfeest van Pastoor Hollenberg, deken van Purmerend. HILLEGOM. Het Missiehuis te Driehuizen is tot stand gekomen. Dat wil niet zeggen dat het geheel gereed is maar het grootste, verreweg het grootste gedeelte van het werk is af en het klooster is in gebruik genomen. Dit is een mooi gebouw. Architectonisch is het i.i alle opzichten geslaagd en aan zijn doel beant woordt het volkomen. Het is flink en beheerscht volkomen de wijde omgeving. Het is in elke lijn, in eiken hoek, in elke ver siering een klooster. Ongetwijfeld is het door goede begrippen van bouwkunst beïn vloed. De ingang zelf is geheel in de strenge lijn van onzen tijd. Het Missiehuis is gelegen aan den Hage- linger- of Doodweg, een weinig ten Zuiden van den spooroverweg bij het station Drie- hnis-Westerveld. Zooals het de heele om geving beheerscht, zoo geeft het niet alleen een cachet aan dit gedeelte van den weg, maar vult hem, ofschoon een twintigtal meters achteruit gelegen. De weg die het zij tusschen haakjes gezegd de door de gemeente Velsen toe gezegde verbeteringen dringend noodig heeft, wordt afgesloten door een hocg ijzeren hek. Over een drietal geplaveide opritten kan men door de daaraansluitende hekken op het pleintje komen voor den hoofdingang. De grond ter plaatse is met wat schraal gras begroeid dat in de toekomst door bloem perken zal worden vervangen. Het klooster Zelf bestaat uit een groot hoofdgebouw waar van de hoofdingang op het Westen is gelegen. In het Noorden en het Zuiden zijn hieraan kapitale vleugels aangebouwd. Het terrein dat achter het hoofdgebouw ligt en door de beide vleugels wordt geflankeerd zal voor- loopig voor bloementuin worden ingericht. Later hoopt men hier in aansluiting met de ruime vestibule een groote kapel te bouwen. Hoogstwaarschijnlijk zal dit plan echter nog wel eenige jaren blijven liggen. Verder strekt zich achter het klooster nog een ruim terrein uit dat gedeeltelijk is ingericht voor voetbalveld voor de studenten en verder voor moestuin enz. Ook stelt men zich voor in de toekomst eigen vee te gaan houden en een boerderij te drijven. Dit wat de omgeving betreft. Wat het missiehuis zelf betreft, nog het volgende. De hoofdingang is een architectonische poort waarin de groote roomkleurige beelden rechts van het Heilig Hart, links van Onze Lieve Vrouw, niet alleen goed uitkomen, ïnaar zelfs aan het hoofdgebouween zeer goed cachet geven. Door de groote, openslaande deuren komt men in de ruime, frischbetegelde vestibule. Links daarvan vindt men, door een gang van de communauteit afgesloten, de afdeeling Voor bezoekers. Een zestal ruime spreekka mers liggen aan deze gang. Twee der kamers vormen met elkaar verbonden een groote kamer voor een of ander feest. Op de eerste Verdieping liggen de logeerkamers. De gang, waartoe de vestibule rechtstreeks toegang geeft, doorsnijdt heel het hoofd gebouw en staat met dito gangen in de zij vleugels in verbinding. De linkerhelft van het hoofdgebouw is bestemd voor de broe ders, de rechterhelft voor de studenten. De wanden der gangen zullen gestuca- doord worden. Ze hebben lambrizeeringen en de vloer bestaat uit frissche tegels met een aardig motief. De verschillende zalen en ka mers grenzen er aan. Allereerst vinden wij in het linkergedeelte dat dus van de studenten de zaal die zoolang voor kapel is ingericht. Men treft er een hoofdaltaar en twee zijaltaren. De banken die weldra zullen worden geplaatst zijn voorloopig vervangen door stoelen. Aan het einde der gang zijn drie klaslokalen terwijl men om den hoek, in den zijvleugel dus, weer drie klaslokalen vindt. Het rechtsche gedeelte van den zuidelijken vleugel is half studiezaal en half recreatiezaal. Deze zalen kunnen door het verwijderen van de tusschenbeschutting in een groote tooneel- zaal worden veranderd. Naast een z.g. wasch- hok wordt deze vleugel afgesloten door een gymnastiekzaal, die wordt ingericht. Aan de rechterzijde, het gedeelte dat voor de broeders is bestemd, vindt men behalve vele kamers de recreatiezaal voor de paters. Ook de keuken is daar ondergebracht. Deze is verbonden met de grc ote r ft ;r voor paters en studenten. De broeders hebben een eigen refter. Op de eerste verdieping vindt men voor namelijk de kamers der paters. Ook is er nog een oratorium dat aanvankelijk als kapel heeft dienst gedaan. Geheel boven zijn de verschillende slaap zalen voor studenten en broeders. De zalen zijn in frissche cellen verdeeld, welke alle zeer smakelijk in volkomen kloostereenvoud zijn ingericht. Op elke zaal vindt men een viertal rijen cellen. Twee in het midden en twee zijn langs de zijkanten. De zalen wor den begrensd door badgelegenheden, welke bestaan uit een voorportaal waaraan een acht tal douchebaden en een tweetal kuipbaden grenzen. Aan de andere zijde van de slaap zaal is een gemeenschappelijke waschzaal. Zoo hebben wij „in a hurry" de k lezers het klooster geheel doorgevoerd. Een hygiëne waaraan bezwaarlijk een verbetering ware aan te brengen. De firma Lieshout en Zonen uit Eindhoven en de heer F. de Beer, respectievelijk aannemers en architect van dit bouwwerk, hebben in anderhalf jaar een missiehuis tot stand gebracht dat er wezen mag, niet alleen, maar dat ook met een vol komen kennis van zaken en met groote des kundigheid in kloosterbouw werd uitge voerd. Na deze beschrijving van het klooster een enkel woord nog over de bewoners. De eigenlijke naam der paters is Missio- narii Sanctissimi Cordis, d.i. Missionaris sen van het Heilig Hart, en het Missiehuis wordt genoemd een Apostolische School. Overste is Dr. J. W. Muyser. Het is een parallelstichting van het Missiehuis te Til burg, dat te klein werd voor den grooten toevloed van leerlingen. Men is begonnen met een viertal klassen waarover het totaal aantal van een zestig leerlingen is verdeeld. Verder telt het Mis siehuis een 10-tal paters en een twaalftal broeders. Wanneer de studenten een zes tal jaren in het Missiehuis zijn geweest, bren gen zij hun noviciaat door in het klooster te Arnhem. Daar studeeren zij ook philosophie. De theologen zijn in Stein bij Sittard. De orde telt momenteel een 650-tal leden en heeft huizen in Duitschland, Frankrijk, Oostenrijk, Italië, Spanje, Engeland en Bel gië. In Nederland nl. in Tilburg, Stein, Driehuizen en Arnhem. De Congregatie werd in 1854 door Jules Chevalier gesticht. 2 October a.s. zal het Missiehuis door Z. D. H. Mgr. Callier worden ingewijd. den Ned. R.K. Politiebond „St* Van den Ned. R.K. Politiebond Michaël." 's-Bosch, 26 Sept. Geslaagd voor het diploma met aanteekeningen de agenten van politie Th. J. Derksen, Nijmegen A. .W. F. Moorman, Deventer; J. A. Rademakers, Heerlen; M. v. d. Voort, Breda; P. J. Jan sen, Maastricht; H. R. Ekelenburg, serg. mil. 's-Bosch; A. Donkers, serg. mil Nijme gen. - Het gewone diploma werd behaald door de agenten van politie J. H. Philips, Heer len; C. de Bruis, Den Bosch; Ch. L. Pieters, Helmond; M. P. van Gelder, Nijmegen; N. G. van Wieringen, Maastricht; N. Rovers, Den Bosch; Th. J. van Mours, Den Bosch; L. A. v. d. Kerkhof, Helmond; H. J. van Gils, Tilburg; J. Jobse, veldwachter Oud en Nieuw Gastel, G. J. Smeets, landarbeider NederweertH. J. Sanders, veldwachter Staatsmijnen, Schaesberg; M. W. Dirven, bloemist, Burgerhout, gem. Roosendaal. De welbekende pater redemptorist M. Stoks hoopt Maandag a.s. den 25sten ge denkdag zijner professie te vieren. Er is alle aanleiding om bij die gelegen heid op den verdienstelijken arbeid van dezen ijverigen zoon van den H. Alphonsus de aandacht te vestigen. Hij is een man met een warm priester- hart, en met een helder .verstand, een kloo sterling, die velen tot raadsman en steun ge weest is. De groote verdienste van Pater Stoks ligt vooral in zijn publicistischen arbeid. Sedert vele jaren is pater Stoks hoofd redacteur van „De Volksmissionaris" het populaire godsdienstige tijdschrift, dat iede re maand in duizenden exemplaren onder het volk veel nut sticht. Ook is hij hoofd redacteur van „Mannenadel en Vrouweneer", het tijdschrift van de Vereeniging .Voor Eer 6n Deugd. Van deze vereeniging is hij ook Hoofdbestuurslid. De arbeid dezer Ver eeniging heeft steeds zijne bijzondere sym pathie gehad. Voor haar schreef hij de be kende brochures tegen Het Leven, tegen de Telegraaf, tegen de N. R. Crt., tegen de Haagsche Post („De Haagsche Post, geen Roomsche kost.") Verder gaf hij van 19181923 uit de Verzameling van de door Pater Bensdorp I nagelaten apologetische geschriften. Dez ^uitgave is thans in 3 kloeke deelen com pleet, op de alphabetische inhoudsopgave na. In verschillende katholieke bladen ver schenen van zijn hand vele artikelen, welke uitmuntten door kernachtigheid van stijl en frischheid van gedachten. Pater Stoks, die jaren lang leeraar en directeur was van de juvenaten der Re demptoristen te Roermond en Vaals, ver blijft thans als Missionaris aan de Kapel in 't Zand Roermond. HET GOUDEN PROFESSIEFEEST VAN PATER THEISSLING. Door den Hoogeerw. pater Lud. Theis- sling, generaal der Dominicanen, zijn bij ge legenheid van zijn gouden professiefeest, ver- verschingen aangeboden aan de Nederland- sche geestelijken, die in Rome vertoeven, n.l. aan de Hoogeerw. paters Broeken, ge neraal der missionarissen van het H. Hart v. Asseldonk, procurator, de Zeereerw. hee- ren v. Rooy en Damen, de Franciscaner- paters Burgers en v. d. Berg en den secretaris van de paters Capucijnen. De Hoogeerw. generaal dankte voor de hem aangeboden gelukwenschen en wenschte het feest na het kapittel voor de Nederlan ders te hervatten. Toen wij de appartemen ten van den Hoogeerw. generaal verlieten, werd juist een prachtig bronzen Dominicus- beeld binnengebracht, een geschenk uit Ne derland. (Msb.) Het is dit jaar juist honderd jaar geleden, dat Oerstedt er in slaagde een aluminium- amalgaam samen te stellen, waaruit hij door distilleering zuiver aluminium verkreeg, waarvan hij een klompje metaal maakte. Wel is deze methode vruchteloos beproefd door Wöhler, die er echter in 1827 in slaagde langs anderen weg aluminiumpoeder te vervaar digen, maar men mag rekenen, dat het alumi nium als metaal dit jaar een eeuw bestaat, 't Is wel verwonderlijk, dat juist dit metaal dat als bestanddeel van de kleiaarde en kie- zelzure kleiaarde circa 6 pCt. van de aardop pervlakte vormt en dus een der meest ver. .1, W~ breide elementen der aardkorst is, zoolang aan de nasporingen der geleerden ontsnapte. Wel zou, volgens Plinius en andere schrij vers der oudheid een arme arbeider aan keizer Tiberius een onbruikbare schaal hebben ge toond, waarvoor hij het materiaal uit klei of leem zou hebben verkregen en na ontdekking van het aluminium meende men dat die schaal uit de oudheid ook aluminium geweest moet zijn, maar zeer waarschijnlijk ten onrechte, daar men met de technische hulpmiddelen van dien tijd de vervaardiging van het nieuwe metaal onmogelijk was. Vermoedelijk is het een soort hardglas geweest dat de uitvinder gemaakt heeft, die overigens weinig pleizier van zijn vinding beleefde, want Keizer Ti berius liet hem onthoofden, uit vrees dat door het nieuwgevonden materiaal het goud en zil ver hun waarde zouden verliezen. Maar afgezien van dit romantisch verhaal blijft het feit bestaan, dat het aluminium in zijn vorm van metaal eerst honderd jaar ge leden ontstond. De vervaardiging van dit „zilver uit leem" geschiedde aanvankelijk met groote moeilijkheden. Op de tentoonstel ling van 1855 te Parijs kon men nog maar met twaalf staafjes tot een gezamenlijk gewicht van 1 kilogram voor den dag komen, en van 1863 tot 1888 steeg de productie langzaam van 2000 K.G. tot 39.200 K.G. per jaar. Van dat jaar af dateert de groote ontwik keling der aluminium-industrie, toen een nieuwe en goedkoope wijze van bereiding langs electrischen weg gevonden werd. In 1890 was de productie reeds gestegen tot 157.300 K.G., in 1900 tot 7.310.000 K.G. en nog maar tien jaar later tot 43.800.UUU Een belangrijke daling van den prijs is met deze veranderde productiewijze gepaard ge gaan, waardoor het een veel gebruikte grond stof geworden is voor allerlei huishoudelijke voorwerpen en ook voor de automobiel- en luchtvaart-industrie waa: voor het metaal door Zijn gering gewicht bijzonder geschikt is. In de volgende maand hoopt de voor- drachtkunstenaar Albert Vogel Zijn vijl en twintigjarig jubileum te vieren. De gemeenteraad van Amersfoort heeft besloten tot aankoop van perceel 5 der his torische Kampbinnenpoort waardoor alle perceelen rondom dit belangrijke, oude bouwwerk (met de bekende torentjes) nu in gemeentebeizt zijn. Bij de Donderdag in Noord-Limbui;g ge houden manoeuvres werden de buitenland- sche officieren in een tent op een open stuk in het dennenbosch bij het station door de Koningin ontvangen. Tevens liet H. M. de volgende officieren bij zich ontbieden: de luitenants der huzaren Van der Voort van Zijp, Pahud de Mortange, Colenbrander en jhr. Van der Goes, die zich, zooals men weet, op sportief gebied onderscheiden hebben. Aan de drie eerstgenoemden werd door H. M. de hun verleende Oranje-Nas- sau-orde uitgereikt. Op het zandpad, dat naar de tenten leid de, waren door de bevolking rozen ge strooid. Het défilé had niet plaats. In plaats daar van reed de Koningin in haar auto langs de opgestelde roode troepen. H. M. verdween, tot zeer groote teleur stelling van de duizenden toeschouwers, in de richting America. De roode troepen de fileerden daarna voor den commandant van het veldleger. De groepscommandant der Militaire Po litie Koopmans, is Woensdag voor de troe pen namens den Minister van Oorlog gecom plimenteerd met zijn optreden bij de onlangs plaats gehad hebbende relletjes. In weerwil van het zeer ongunstige weder, is het honinggewin in Gelderland dit jaar toch niet bepaald slecht te noemen. Gemid deld levert elke korf ongeveer 20 pond honing op. De afdeeling van den A. B. T. B. te Olden- Zaal heeft besloten in samenwerking met na burige afdeelingen in 1925 te Oldenzaal, een groote landbouwtentoonstelling te organisee- ren. DE TEMPEL VAN SALOMON. Waarom is er nog geen vrede op de wereld? 't Lijkt wel of 't O. L. Heer onmogelijk is ons den wereldvrede te geven, Maar is er dan bij God iets onmogelijk? Of wil O L. Heer den vrede niet? En hij werd mensch, juist om ons den vrede te brengen! Maar waar ligt het dan aan, dat het nog geen vrede is? Dat kan nergens aan liggen dan aan ons. Door ons worden in de richting van den waren vrede niet genoeg daden gesteld van beteekenis. Wat noem ik daden van beteekenis? Zulk een daad noem ik bijv. het Eucha ristisch Congres. Zulk een daad noem ik de Missie-aktie. Zulk een daad noem ik het benuttigen van een radi'ofoon. Als het blijkt dat men er tot nu toe nog niet in slaagde de wereld geheel voor Chris tus en Zijn vrede te veroveren, dan moeten nieuwe pogingen worden in 't werk gesteld, dat is duidelijk. God verwacht van ons, dat wij alle uit vindingen van onzen nieuwen tijd tot dat doel aanwenden. Ja, maar die nieuwe pogingen om de we reld voor Christus en Zijn vrede te vero veren moesten eens mislukken, den uitgedacht en aangewend, en als zij Als die nieuwe pogingen verstandig wor- goed bedoeld zijn, dan zullen zij hare vruch ten niet missen, ook al zouden zij schijn baar in 't oog der wereld mislukken. Was 't sterven van Christus aan 't kruis voor 't oog der wereld ook geen misluk king? Evengoed als 't verbrand worden of het omkomen door 't zwaard, of het ver scheurd worden door wilde beesten der volgelingen van Christus. Alsof God door de schijnbare mislukking heen, die eigenlijk de hoogste en verheven- ste aanbidding is, geen redding brengt. Dat Hij redding brengt is ons waarborg het feit, dat Hij, Die de wereld heeft over wonnen, den wilden dieren den muil sloot, terwijl Hij het zwaard zijn duivelsch werk liet verrichten. Er moeten door ons nieuwe daden gesteld worden. Welke daden? Nederland o.a. moet zijn internationale Vredes-Basiliek bouwen van 't Goddelijk Hart. David mocht den Vredes-tempel in Jeru zalem niet bouwen, omdat hij was een oor logsman, omdat zijn hand bevlekt was met het oorlogsbloed. Een Vredes-tempel bouwen past Salo mon, die buiten den oorlog stond. De meeste volken mogen den internatio nalen Vredes-tempel niet bouwen, omdat zij in den oorlog waren gewikkeld, met men- schenbloed bevlekt. Aan 't Nederlandsche volk kleeft geen menschenbloed, Nederland heeft zijne zo nen niet behoeven te offeren aan de ka nonnen en behoefde de zonen van andere volkeren niet af te tnaken. Maar bij 't schrijven van dit artikel heb fk deze groote vredes-daad nog niet op t oog. De basiliek die komt er wel. Een andere daad beoogde ik. En welke? Wel, den bouw van Salomon's tempel. Ik kan me voorstellen, dat menigeen bij 't lezen van deze regelen eens glimlacht en denkt: de idealist is weer aan 't woord. Nu, daar kan ik wel tegen, om de eenvou dige reden, dat de overtuiging mij dwingt. Het bouwen van de Salomon's tempel op de H, Land-Stichting is een echt Vredes werk. Op de Heilig-Land-Stichting komt een voudig iedereen, omdat vele dingen die ons verbinden, daar in 't licht worden gezet. Nu is de tempel van Salomon iets, dat ons allen verbindt. Rondom dien tempel voelen Joden, en Protestanten en Katholieken zich een. In den opbouw van dezen tempel kunnen wij den geheelen eeredienst veraanschou welijken, door God zelf ingesteld. Al wie de Goddelijke schriften erkennen onderschrij ven dat. En de handelingen van den eere dienst der oudheid zijn het uitgangspunt van ons allen in godsdienstige verrichtingen. In onzen katholieken eeredienst ken ik bijna geen enkele handeling of ik vind de verre oorsprong er van reeds in den eere dienst van het oude volk. 't Ligt natuurlijk niet in de bedoeling om alle voorhoven van den tempel op te bou wen. 't Is genoeg deze aan te geven. Alleen willen wij compleet laten zien op ware giootte het priestervoorhof met zijn verbe ven heiligdom. Of is het niet voor ons van beteekenis de menschen van allerlei richting te kunnen wijzen op de altaren der oud heid, op de offers, op de tafels der toon- brooden en de schalen met wijn, op de al tijddurende brandend elamp, op het wasch- bekken, op de bondskist met zijn kruik vol manna, op de tegenwoordigheid van God in Zijn heiligdom, op God's hoogepriester, op de gezalfde priesters, op de overweldi gende grootsche betoogingen Gods Liefde en Barmhartigheid ter eere? Zien wij dan niet allerduidelijkst, dat in het oude reeds sluimert het nieuwe, dat wij niet zijn van vandaag of gisteren? Volgen wij in deze daad niet de methode van Christus Zelf, Die altoos den apostelen en volgelingen wees op het oude en vroeg moest dit niet gebeuren?, moest uit het oude niet het nieuwe volgen, dat Ik u breng? En hij opende hun de geschriften van Mozes en de Profeten Eere wien eere toekomt. Verschillende niet-katholieken zijn zoo te werk gegaan, met tempel en tabernakel op te bouwen, heel in 't klein, b.v. Schieck in Jerusalem en Schouten in Nederland. En hun werk had succes ook. 't Wordt tijd, dat wij 't eens in 't groot doen. Ik wil er niet verder over uitwijden. Ge noeg wordt er tegenwoordig begrepen wat ontwikkelende kracht het aanschouwelijk onderwijs biedt. Ik wil alleen zeggen, dat ik uit den mond van duizenden hoogstaande personen toe juiching ontving. Maar voor de uitvoering van dit plan is meer noodig dan toejuiching. Als Nederland mij de middelen verschaft dan zorg ik, dat de tempel er zoo staat. ARN. SUIJS, Vicaris der Heilig-Land-Stichting 't H.-Land, Nijmegen, 24 Sept. 1924. ons zeer sympathiek was. Mr. Kooien heeft de gelegenheid aangegrepen om eens van zijn hooge plaats te wijzen op de be langrijke functie van de Tweede Kamer. Velen schimpen gaarne op dit college; hoe weinig weten zij vaak van hat voor werp hunner ongefundeerde ertiek! Hoe- veel werk van de Kamer treedt nit naar buiten, hoveel stil werk wordt niet in af deelingen en vooral in commissievergade ringen, verricht, dat juist van zoo groot belang is? En met hoeveel genoegen hoor den wij' den Kamer-voorzitter er op wijzen, dat het moeizaam bijeenbrengen en verwerken der stof voorafgaat aan de openbare beraadslagingen en dat de gene, die den arbeid der Kamer afmeet naar wat hij in het openbaar waarneemt (en wij voegen er aan toe: meestal uit korte verslagen slechts half waarneemt) zich wel eens schromelijk zou kunnen vergissen. Ziedaar woorden, die vooral in onzen tijd van pas waren. Mr. Kooien heeft een goed werk gedaan aldus te spreken. En verder: Onze Volksvertegenwoordiging moge zeker met volmaakt zijn, de coalitie moge veel ongezonds in het leven houden, wij achten onze volksvrijheden toch altijd nog iets beter gewaarborgd bij ons Parlement dan bij den machtwellust, van communis me en fascisme om ons nu slechts te be palen tot deze uitersten van rechts en van links, die ons iets beters voorspiege len en wier prestaties in den vreemde ons tot dusver al zeer weinig toelachen. EEN NADEELIG SALDO VAN 167.969. Het jaarverslag der Kon. Ned. Hoogovens en Staalfabrieken over 19231924 vangt aan met de herdenking van den heer ir. H. J. E. Wenckebach, die op 22 Februari j.l. plot seling overleed, aldus de Tel. In de ontstane vacature besloot de vergadering van commissarissen niet onmiddellijk te voorzien. In den loop van het jaar 1923 konden de bouwwerk zaamheden volgens de vastgestelde ontwer pen worden beëindigd, zoodat in het najaar mogelijk was de voorbereidingen voor de inbedrijfstelling aan té vangen, bestaande in het droog- en warmstoken van kook- ovens, hoogovens en windverhitters. Reeds in den zomer was de kraaninstallatie ge reed gekomen en had de aanvoer van de benoodigde grondstoffen een aanvang geno men, beginnende met 'het st. „Fafner' dat op 6 September 1923 het eerste erts aan voerde, terwijl verdere ladingen erts. kalk steen van onzen eigen groeve, kolen en kooks, regelmatig volgden. Zoo kon op 3 Januari' 1924 de eerste vulling der kook- ovens plaats vinden en werden de eerste weken van Januari besteed aan het op gang brengen der kooksfabriek. Met het aanste ken van den hoogoven nam daarop het be drijf in zijn vollen omgang een begin. Ofschoon het normale bedrijf eerst van 1 April af gerekend kan worden te zijn aan gevangen en dus geheel in het nieuwe boek jaar valt, wenschen wij daaromtrent het vol gende op te merken. Na overwinning der aanvangsmoeilijkhe- den kan geconstateerd worden, dat alle Abdijsiroop de bewondering van deskundigen opwek ken. Waren onder invloed der tegenstrijdige factoren in de eerste helft van dit jaar nog gelegenheden te benutten (waarvan wij trouwens uit den aard der zaak wegens on bekendheid van ons product nog weinig profiteeren konden), sinds Juni staan wij ten volle in het teeken der malaise, zoowel in Europa als in Amerika. De afzet van ons hoofdproduct gieterij ijzer weerspiegelt nauwkeurig de wisse lende 'verhoudingen. Aanvankelijk werden belangrijke posten naar Amerika (voorna melijk Californië) verkocht, vervolgens kon den wij ons ijzer introduceeren in Duitscn- land, Zwitserland, Italië en Scandinavië, zoodat wij tot eind Juni 1924 volop werk hadden op bestelling. Sindsdien is de afzet mogelijkheid veel beperkter geworden, zoodat een intensieve bewerking van de markt noodzakelijk is en een uitbreiding van het fabricatieprogram ten eindp meer dere soorten van gieterij-ijzer te kunnen leveren. Gelukkig wordt onze koopman schappelijke taak zeer gesteund door de goede kwaliteit van ons artikel, dat bezig is zich een goeden naam te verwerven. Wat den afzet in het eigen land betreft, de Nederlandsche gieterijen maken moei lijke tijden door en hun behoefte aan "ijzer is dientengevolge zeer beperkt. Wij mogen het grootste gedeelte der Ne derlandsche gieterijen tot onze afnemers rekenen en zullen niet rusten voor dit met allen, die ons ijzer gebruiken kunnen, het geval is. Bijkans onverdeeld wordt ons ijzer gun stig beoordeeld, meerdere bekendheid met de speciale wenschen der afnemers zal er nog verder toe bijdragen, dat het inheemsch artikel volledig gewaardeerd zal worden. Voor den afzet onzer nevenproducten, te weten: teer, ammoniumsulfaat en .benzol koolwaterstoffen, werden overeenkomsten aangegaan, die ons den regelmatigen afzet verzekeren. Verreweg het voornaamste nevenproduct is het cocesovengas en hoog- ovengas, dat wij winnen. Wij streven er naar, het cocesovengas als licht- en warm tebron aan naburige gemeenten te verkoo- pen en slaagden er in met het bestuur van de gemeente Velsen een contract af te slui ten volgens welke deze gemeente vanaf 1 Juli 1925 het benoodigde gas (ca. 3.000.000 M3 per jaar) van ons zal betrekken. Intus- schen is met deze levering nog slechts een klein gedeelte van ons cocesovengas-oVer- schot ondergebracht. Voor de rest onzer cocesovengassen, alsmede voor het geheele overschot v.n de hoogovengassen bestaat voorloopig slechts één middel deze waar devol te maken, n.l. door ze te gebruiken De Haagsche briefschrijver der (liberale) „Zutphensche Crt." zegt over de beteeke nis der Tweede Kamer: De Kamervoorzitter heeft zijn functie opnieuw aanvaard mei een speechje, dat C 'V onderafdeelingen van de fabriek bevredi gende technische resultaten vertoonen. In het bijzonder geldt dit voor den hoog oven, waarmede een ijzer van uitmuntende kwaliteit verkregen wordt en waarvan het productievermogen het gegarandeerde cijfer van 225 ton per dag aanmerkelijk blijkt te overtreffen. Werkende op gieterij-ijzer met ca. 3 pCt. silicium, blijkt de capaciteit van den oven te bedragen ca. 300 ton gieterij ijzer per dag. Deze productie kan worden verkregen met een gunstig cijfer voor het kooksverbruik, hetwelk de beste resultaten in het buitenland evenaardt. Gelukkig bleek het ook mogelijk de pro ductie der kooksovens, na overwinning van tal van moeilijheden en zonder deze te for- ceeren op te voeren tot een cijfer aanzien lijk hooger dan waarvoor ze ontworpen wa ren, zoodat het evenwicht tusschen deze beide belangrijkste onderdeelen van het bedrijf gehandhaafd kon worden. Ook het krachtstation, ketelhuis en elec trische centrale kon na overwinning van verscheidene bezwaren, tot een regelmati gen zekeren bedrijfsgang worden gebracht en voldoet aan de eischen der meest mo derne techniek. Het transportwezen, kraan en spoorbe drijf, dit zoo uiterst belangrijke onderdeel der fabrieksinrichting, bleek na de inbedrijf stelling nog verscheidene voorzieningen te vereischen, die sindsdien zijn aangebracht. Ofschoon de kranen nog niet ten volle be antwoorden aan de gestelde verwachtingen, doordat verschillende constructiefouten, wier opheffing in verband met de eischen van het continubedrijf slechts geleidelijk kan plaats vinden, nog ten deele bestaan, konden wij althans de havenkranen in gere geld bedrijf brengen en daarmede bij de lossing en lading van zeeschepen zoodanige goede resultaten bereiken, dat onze haven wegens snelle „despatch" zich een goeden naam heeft weten te verwerven, wat natuur lijk ten goede komt aan den kostprijs onzer grondstoffen. Wij vermelden her ter staving van dit feit bijvoorbeeld, dat de „Granfe Gaard" geladen met 9560 tonnen erts r.ooi- ons in 69 werkuren gelost werd. Herhaalde lijk konden kolenschepen geladen met 1500 ton kolen tusschen zonsopgang en zonson dergang bij ons binnenvallen, gelost worden en weer zee kiezen. Wij mogen derhalve constateeren, dat wij in het gezamenlijke fabriekscomplex een uitmuntende inrichting hebben, waarvan zoowel de geografische ligging, alsook het algemeene plan en de technische uitvoering voor de opwekking van electrische energie. Met dit doel werd reeds in het vorige jaar een overeenkomst aangegaan met de Pro vinciale en Gemeentelijke Electriciteits Maatschappij. Wij zijn evenwel in staat belangrijk veel meer electrische energie op te wekken, dan de P.E.G.E.M. zich verbon den heeft af te nemen, als gevolg waarvan aanstonds met dit lichaam hernieuwde on derhandelingen werden ingeleid om ook ▼oor dit meerdere plaatsing te vinden. Deze onderhandelingen hebben nog niet tot een definitief resultaat geleid, doch wel tot pro visorische regelingen, waardoor ons een veel grootere afzet kon worden toegestaan, dan waarvoor aanvankelijk met de P. E. G. E. M. gecontracteerd werd. Ten nauwste echter hangt onze toekomst samen met de welvaart en de wetgeving van het land. Wij vermelden, dat een wetsontwerp is ingediend, volgens hetwelk ook na 24 October van dit jaar de arbeid'in continu bedrijf met 3 ploegen zal kunnen worden voortgezet, doch dat ook deze werkindee- ling ons veel ongunstiger plaatst dan de Duitsche industrie, waar dezelfde arbeid door 2 ploegen verricht wordt. De w.- en v.-rek. sluit met een nadeelig saldo van 167.969. Evenals in de boek jaren 1918/19 en 1919/20 stellen wij u voor, dit bedrag ten laste van de „Bouwrekening" te brengen, Balans per 31 Maart 1924. Debet. Kos ten van voorbereiding en oprichting ƒ840.862 774.230); kosten van in bedrijfstelling 320.997 terreinen, kantoorgebouw, woonhuis 1.713.642 (1.743.827); bouwreke ning 14.879.013 (11.444.310); deelneming in aanverwante ondernemingen 9.315.629 (onv.); voorraden grondstoffen en producten 1307.996 debiteuren 298.256 (157.955); kas en kassiers 2.213.409 (4.030.116). Credit. Aandeelenkapitaal gepl. ƒ30.125.000; reserve 10.448 (onv.); afschr. op deelne ming in aanverwante ond. 221.880 (onv.); crediteuren 532.479 (58.741). V.- en w.-rekening. Debet. Algemeene onkosten 312.779 (319.442). Credit. Baten uit de deelneming in aanverwante and. 17.188 (149.373); interest 104799; expL terereinen en woningen 22.821 (12.138); saldo overgebracht naar bouwrekening 167.969. Gemeenteraad. Wij ontvingen het verslag van den gemeenteraad te laat om nog in ons nummer van heden te plaatsen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1924 | | pagina 5