Brieven nit Frankrijk, UIT HET AND- DE TOETREDING VAN DUITSCH- LAND TOT DEN VOLKENBOND. SEIS. 8UITENL. SERICHTEN. NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT. Tweede Blad Maandag 20 October 1924 De candidaatstelling voor de Engelsche verkiezingen heeft Zaterdag plaats gehad. De Duitsche regeeringscrisis is nog tot geen oplossing gekomen. Weer een nieuwe regeering in Griekenland. Onder de Radio-berichten: Herriot heeft in een rede op het congres der radicale partij zijn meening over de buiten- en binnenlandsche politiek uiteengezet. De nieuwe Zweedsche ministers. FEUILLETON. HET GEHEIM VAN EEN HUURRIJTUIG DE CHINEESCHE BURGEROORLOG Herriot over den toestand. Het nieuwe Zweedsche kabinet. De strijd in Marokko De Grieken te Constantinopei. Boerenopstanden in Rusland. VERKEER EN POSTERIJEN. Een waarschuwing tegen onbezonnen daden op het postkantoor. toon, die in vele redevoeringen heerscht' doch anders is het met de ernstige week bladen. Evenals de Labour-gezinde „New Statesman" de vorige week MacDonald heftig aanviel, zoo ctitiseert thans de con servatieve „Spectator" Baldwin. Het week blad schrijft o.a.: „Baldwin verlangt een sterke, stabile regeering, maar zijn stem klinkt als die van iemand die vermoeid en onzeker is en steun zoekt. Klinkt als een zwakke stem van een man, die uit de broeie rige warmte van een hooischelf roept. Op een oogenblik als dit mocht men een flinkeren toon en beter klinkenden oproep verwach ten. In plaats van behoorlijk voor den dag te komen en tot de kiezers te zeggen „Wij, conservatieven, kunnen het volk brengen wat het noodig heeft en waarop het recht heeft," slaat Baldwin een toon aan, dien men, niet ten onrechte, belachelijk zal maken als de toon van een politieken luiaard. Het geluid, dat uit de bedompte hooiberg klinkt kan geen mensch tot enthousiasme opwek ken. Baldwin heeft een volkomen verkeer de voorstelling van de psyche van den En- gelschen kiezer. Deze wenscht geen ab stracties te hooren, hij is niet gediend van een politiek, die liever niets wil en liever niets doet, maar hij verlangt duidelijk poli tieke voorstellen waaraan hij houvast heeft. Tegenover het gespecificeerde program van de Labour Party had de conservatieve partij een evenzeer gedétailleerd en duidelijk pro gram moeten stellen. Dergelijke redevoerin gen van de leiders der conservatieven zullen de verkiezings-agenten van beroep verzwak ken, ofschoon deze voor hun enthousiasme worden betaald." Wij willen nog eenmaal enkele cijfers in herinnering brengen. In het nu pas ontbon den parlement waren de 615 zetels als volgt verdeeld Conservatieven 258, Labour 193, Liberalen 158, onafhankelijken 5, vacant (Londen University) 1. In December 1923 was de samenstelling Conservatieven 346, Labour 144, Liberalen 67, Nationaal Libe ralen 50, onafhankelijken 8. En de conser vatieve meerderheid viel destijds op hetzelf de strijdpunt protectie, dat Baldwin c.s. nu wederom zij het in gematigder vorm als een der voornaamste „issues" naar voren brengen. Op het laatste oogenblik zijn volgens een V.D.-bericht, nog wijzigingen gekomen in het aantal candidaten, dat door de drie par tijen zal worden gesteld. Voor de 615 zetels van het Lagerhuis zullen de conservatieven 540, de liberalen 340, de socialisten 500 en de onafhankelijken 18 candidaten stellen, zoodat het totaal 1398 bedraagt tegen 1439 bij de verkiezingen in December 1923. Het aantal candidaten, dat bij enkele can- didaatstelling gekozen zal worden, is waar schijnlijk als volgt Conservatieven 33, liberalen 10, socialisten 10 en onafhankelijken 1. Het eenige lid der regeering, dat zeer waarschijnlijk bij enkele candidaatstelling in het parlement terug zal keeren, is de postmaster-general Heartshorn. Hef aantal vrouwelijke candidaten is ge stegen van 34 tot 41, van wie acht zitting had den in het laatste parlement. De Duitsche regeerings- crisis. Ook Vrijdag* is men te Berlijn met de op lossing van de regeeringscrisis geen stap verder gekomen. Naar te voorzien was, heb ben de democraten den rijkskanselier ver zekerd, dat ze in geen geval met de Duitsch- nationalen in een kabinet willen zitten. De democratische rijksweerminister, dr. Ges sier, die aan de besprekingen bij den rijks kanselier deelnam, bevestigde dit, zonder er echter aan toe te voegen, dat hij ook zelf zou aftreden, als er Duitsch-nationalen in de regeering werden opgenomen. Het zou nog te ver gaan hieruit te conclu- deeren, dat dr. Gessier voornemens is, even tueel ook tegen den wil van zijn fractie aan te blijven, maar in de politiek, vooral in de Duitsche politiek, kan men op alles verdacht zijn. Het feit, dat minister Gessier over dit belangrijke punt het stilzwijgen bewaart, is zeker opmerkelijk, en zulks temeer, daar in parlementaire kringen verluidt, dat er van de zijde van de rijksweer een sterke druk op den minister wordt geoefend, om in geen geval zijn portefeuille ter beschikking te stellen. De Duitsch-nationalen, die Vrijdag ver klaarden het politiek program van het rijks kabinet als een geschikte grondslag voor verdere besprekingen te beschouwen, heb ben dit program zonder eenig voorbehoud aangenomen. In hun fractievergadering werd de vrees uitgesproken, dat men de oplossing van de crisis op de lange baan zou trachten te,schuiven. Natuurlijk zouden de Duitsch- nationalen liever zien, dat dr. Marx radicaal den knoop doorhakte en zonder zich verder te storen aan tegen werpingen van de demo craten, maar meteen een zuiver rechtsche regeering vormde. Maar de rijkskanselier voelt daar uiteraard niets voor. Hij wil nu ieder geval afwachten, wat de democrati sche fractie, die hedenmorgen zal bijeen komen, zal beslissen. Vrijdag deelde dr. Marx in de zitting van het rijkskabinet mede, dat hij hoopte, Maandagavond eeif definitief resultaat te hebben bereikt. Wij hopen het ook. Want het wordt langzamer hand werkelijk tijd, dat er een einde komt aan deze crisis 1 Een Wolff-bericht uit Berlijn meldt ech ter, dat dr. Gessier tijdens de besprekingen bij den rijkskanselier verklaard heeft, dat hij niet in de rijksregeering zou blijven, als de democratische fractie uit de regeerings- coalitie zou treden. De politiek der nieuwe Grieksche regeering. Griekenland heeft weer eens ditmaal vrij ongemerkt een nieuwe regeering ge kregen, en de correspondent van de „"rtmps" te Athene is den nieuwen premier, Michala- copoelos, gaan vragen wat zijn plannen zijn. Michalacopoelos is nog betrekkelijk jong hij was aanvankelijk officier, studeerde later rechten en vestigde zich als advocaat te Patras. Sedert 1910 maakt hij deel uit van de Kamer hij werd tegelijkertijd met Venizelos gekozen. In 1912 trad hij tot het kabinet- Venizelos als minister voor economische za ken toe. Herhaaldelijk heeft hij van verschil lende ministeries deel uitgemaakt, in 1916 behoorde hij tot de voorloopige regeering te Saloniki. Hij woonde tal van vredesconferen ties als Grieksch gedelegeerde bij, zoowel te Lausanne, te Parijs als bij den Volkenbond te Genève. Michalacopoelos heeft het vorig jaar bij het plebisciet vóór de republiek gestemd. Na het vertrek van Venizelos stichtte hij de conservatief-republikeinsche partij en steun de de verschillende republikeinsche kabinet- ten. Thans aan het bewind gekomen, is hij voornemens allereerst het land politiek te vernieuwen, d.w.z. verkiezingen te doen hou den voor de gemeenteraden, de departemen ten, daarna voor den Senaat en ten slotte voor de Kamer. Dit is volgens hem de eenige ma nier, waarop het land wederom tot het inter nationale politieke leven zou kunnen terug- keeren. De minister-president wees er nog op dat bij de keuze zijner ministers alleen heeft gelet op persoonlijke bekwaamheid, hetgeen wordt bewezen door de benoeming van Tsitseklif tot minister van justitie, een anti- Venizilist. Het nieuwe kabinet heeft een motie van vertrouwen gekregen, welke met 201 tegen 92 stemmen en tien onthoudingen door de Kamer werd aangenomen. „Dernière Heure" meldt De minister van buitenlandsche zaken heeft den Duit- schen gezant te Brussel het antwoord van België op de nota inzake Duitschland's toe treding tot den Bond overhandigd. Daarin wordt gezegd, dat Duitschland zich recht streeks tot den Bond tnoet wenden en zich moetrichten naar het regime van het gemeene recht. België heeft er geen bezwaar tegen, dat Duitschland een permanenten zetel krijgt en verzet zich er niet tegen, dat het op billijke wijze vertegenwoordigd zal zijn in de verschillende organen'. DE BEZETTINGEN. Naar uit Dusseldorf wordt gemeld, hebben alle bezettingstroepen in het Ruhrgebied bericht gekregen,'de bezettingen reeds thans onzichtbaar te maken d.w.z. in het vervolg alle militaire marschen, parades, wacht- aflossingen met muziek en dergelijke achter wege te laten. DE VERDEELING DER RUHRBATEN. Den 27en October komt te Parijs een con ferentie van geallieerde ministers van finan ciën bijeen tot verdeeling van de bedragen, tijdens de Ruhrbezetting door Frankrijk ten behoeve van de gezamenlijke bondgenooten geïnd. Hierbij zal Amerika, dat verzocht heeft zijn deel in de algemeene bezettings- kosten terug te krijgen, eveneens vertegen woordigd zijn. HET INCIDENT TE MöDRATH. De „Frankf. Z." komt nog eens terug op het Zaterdag meegedeelde incident en den Britschen eisch tot uitlevering van de gebroeders Wingen. Zooals men weet, baseeren de Engelsche autoriteiten dien eisch op de tweede verordening van de Rijn landcommissie van 10 Jan. '20, welke in art. 3 verklaart, dat de Duitsche autoriteiten ook in het onbezette gebied in bepaalde ge vallen op verlangen van geallieerde officie ren arrestaties moeten doen en de gearres teerden aan de geallieerde autoriteiten moe ten uitleveren. Deze bepaling, aldus constateert het Frankf. blad, overschrijdt zoo duidelijk de grenzen van het verdrag van Versailles en van de Rijnlandovereenkomst, dat zij van Duitsche zijde nooit is erkend. In de natio nale vergadering heeft rijksminister Koch op 17 Jan. '20 nadrukkelijk verklaard, dat Duitschland zulke voorschriften niet kan aanvaarden. Juist deze verordening behoort ongetwijfeld tot de bepalingen van de Rijn landcommissie van vóór den Ruhrstrijd, waarover men het te Londen eens was, dat zij thans in een geest van verzoening moeten worden herzien. Het zou daarom werkelijk onbegrijpelijk zijn, indien uit zulk een on billijke, nooit aanvaarde bepaling thans nog een conflict zou ontstaan tusschen de En gelsche en Duitsche autoriteiten of zelfs tus schen de beide regeeringen. Wij kunnen ons niet voorstellen, zoo besluit de „Fr. Z."rf dat het Engelsche volk en zijn regeering zulke dingen zouden goedkeuren. Het is toch duidelijk, dat hier geen bewuste en gewilde aanval op een lidvan de bezettingsmacht bedoeld was. Het blad vraagt tenslotte of men na het Fransche, thans het Britsche militarisme zal zien optreden. DE „STATUS QUO" AAN DE GRENS VAN IRAK. De raad van den Volkenbond zal vermoe delijk 27 October te Brussel vergaderen ter behandeling van de quaestie van den „sta tus quo" aan degrens van Irak, waarom trent tusschen Engeland en Turkije meenings- verschil bestaat. DE IERSCHE GRENSQUAESTIE. Beide Huizen van het parlement van den Ierschen Vrijstaat hebben thans de wet in zake de grensquaestie aangenomen zij is ter onderteekening aan den gouverneur- generaal gezonden. EENHEIDSSTENOGRAFIE. In het rijksministerie van binnenlandsche Zaken te Berlijn is een conferentie gehouden inzake de invoering van een eenheidskort schrift. Bepaald werd, dat dit uiterlijk 1 April 1926 moet zijn ingevoerd op alle open bare handelsscholen en voor zoover mogelijk ook in alle andere scholen. Andere stelsels dan het eenheids kortschrift mogen niet in de scholen worded onderwezen. Ook bij alle openbare diensten moet het voorgeschre ven kortschrift zoo spoedig mogelijk in ge bruik worden genomen en na afloop van een zekeren niet te langen termijn zullen amb tenaren en beambten in hun functie geen an dere dan de eenheids-stenografie mogen gebruiken. Dc verkiezingsstrijd in Engeland. Zaterdagmiddag om 12 uur eindigde de termijn voor de candidaatstelling voor de Engelsche verkiezingen. De officieele ge gevens zouden eerst in den loop van den nacht bekend worden, en deze hebben wij als wij dit schrijven, nog niet ontvangen, maar men mag aannemen dat de gegevens, die alle bladen publiceeren nagenoeg juist zijn. Vol gens deze opgaven hebben de conservatieven 545 candidaten gesteld, de Labour Party 507 en de liberalen 350. Het aantal candidaten, dat zonder strijd zal worden gekozen wordt op 50 geschat, o. w. zich, voor zoover thans bekend is, 15 conservatieven, 9 socialisten en 6 liberalen bevinden, benevens de nationalist O'Connor, de Nestor van het vorige parle ment. Bevestigd wordt dat van de partij leiders alleen Baldwin bij enkele candidaat stelling is gekozen. MacDonald voelt zich thans weer beter. Hij verklaarde dat hij weer in staat is zijn vol le kracht te geven. Zaterdag sprak hij te Port Talbot. Hij bracht den Zondag te Cardiff door en spreekt heden in het kiesdistrict van zijn zoon. Dinsdag keert de premier naar zijn eigen kiesdistrict, Abera- von, terug, waar hij tot den dag der verkie zingen zal blijven. Het is opvallend dat de verkiezings-cam- pagne op een lager peil staat dan bij andere verkiezingen in Engeland het geval was, hetgeen voor een deel aan de overhaaste ver kiezingen moet worden toegeschreven. De dagbladen nemen geen aanstoot aan den hetwelk de moordenaar noodig had en wes halve hij den andere doodde. „Dat is alles zeer goed," zeide Mr. Gorby, het vest wegleggende. „Ik héb nummer twee vóór nummer een gevonden". De eerste vraag is deze: wie is de vermoorde man? Hij is te Melbourne een vreemdeling dat is ontegenzeggelijk bewezen, want anders had er wel iemancF komen opdagen, die hem herkend had; te meer, daar zijn beschrij ving in de aanplakbiljetten vermeld stond. Welnu, ik ben nieuwsgierig, of hij eenige bloedverwanten hier ter stede heeft? Neen, het is onmogelijk daar zij anders wel een onderzoek naar hem gedaan hadden. Wel, ééne zaak staat vast, minst genomen moet hij een huisjuffrouw of huisheer gehad heb ben, ten minste, wanneer hij niet in de open lucht geslapen heeft. „In een logement kan hij niet gewoond hebben, anders zou een der te Melbourne gevestigde logementhouders hem, op de be schrijving afgaande, herkend hebben, voor namelijk daar in geheel de stad de moord de hoofdschotel van al de gesprekken was. Een' particuliere woning is waarschijnlijk, benevens eene hospita, die geene couranten leest en niet babbelziek is. daar zij anders reeds licht in de duisternis zou gebracht hebben. Welnu, indien hij, hetgeen mij zeer waarschijnlijk voorkomt, gemeubileerde ka mers bewoonde en plotseling verdween, zal zijn hospita dit immers niet met leede oogen blijven aanschouwen. Sedert den moord is eene volle week verstreken, dus daar de huurder nog al dien tijd niets van zich heelt laten zien of hoorén, zal de huisjuffrouw ongetwijfeld een onderzoek naar hem doen Indien, volgens mijn vermoeden ,de huurder een vreemdeling is, zal zij niet weten bij wien te informeeren, het zal dus, onder de heerschende omstandigheden, voor haar het beste wezen, eene desbetreffende adverten tie te plaatsen: ik zal dus een kijkje nemen in de nieuwsbladen." Mr. Gorby nam eenige couranten ter hand, keek zorgvuldig in de kolommen, waar ge meenlijk de advertentiën staan voor vrien den of menschen, die men vermist, om in hun eigen belang terug te komen. „Hij werd vermoord," sprak Mr. Gorby tot zich zelve, „welbegrepen Vrijdagnacht tusschen een en twee uur, hij kan dus tot Maandagnacht wegblijven, zonder argwaan te wekken. Maandag echter zal de hospita zich niet op haar gemak gevoelen, en Dins dag zal zij eene advertentie doen plaatsen. „Om die reden," meende Mr. Gorby, in de kolommen verdiept, „moet ik het blad van Woensdag raadplegen.', Het verscheen er echter niet in, noch in dat van Donderdag, maar in het ochtend blad van Vrijdag; juist eene week na dien moord las Mr. Gorby de volgende adver tentie: „Indien Mr. Olivier Whyte vóór het einde der week niet terugkeert te Pos»um Villa, zullen de kamers te huur gezet worden. Rubina Hableton." „Olivier Whyte," herhaalde Mr. Gorby langzaam, en de letters op den zakdoek, van welke bewezen is, dat hij het eigendom was van den overledene, waren: O. W. zijn naam is dus Olivier Whyte? Welnu, het zal mij verwonderen, of Rubina Hableton iets van de zaak weet. In ieder geval," sprak Mr. Gorby, middelerwijl hij zijn hoed opzette, „daar ik een groot minnaar ben van de zee lucht, komt 't mij het raadzaamst voor, mij onverwijld naar Possum Villa, Grey Street, St. Kilda, te begeven. VIJFDE HOOFDSTUK. Mevrouw Hableton was een met een groot gebrek behepte vrouw. Als eene war» dochter van Eva moest ieder, die kennis met haar maakte, dit aanstonds bemerken. Beaconsfield beweert in een zijner romans, dat niemand meer invloed uitoefent, dan hij of zij, die voortdurend van zich zelve spreekt, en, van dit standpunt uitgaande, was Mr. Hableton eene buitengewoon boeiende persoonlijkheid, daar zij nimmer, bij welke gelegenheid het ook zijn mocht, van een ander sprak. Wat beteekende voor haar de bedreiging van een Russischen aanval, zoolang zij heur eigen grieven had, en waren deze eenmaal uit den weg geruimd, dan vond zij ruim schoots tijd en gelegenheid, ook op die beuzelingen acht te slaan. Waar Mrs. Ha bleton zich hoofdzakelijk over beklaagde, was het gemis van kapitaal, in elk geval geen buitengewoon iets; doch hem, die haar hieraan zou herinneren, had Mr. Hableton bits geantwoord, dat zij het wel deugdelijk wist, dat ze niet rijk was. Haar geschiedenis komt in weinige woor den hierop neer; zij was eertijds uit de ko lonie gekomen, toen het nog niet zoo be zwaarlijk was als ten huidigen dage, geld bijeen te krijgen, maar dank haren echt genoot, was deze poging totaal mislukt. Wij len Mr. Hableton, want hij had reeds sedert geruimen tijd de wereld verlaten was een slaaf van den drank, en als hij geld moest verdienen, was hijmeerendeels in een kroeg te vinden; zijn vrienden en zichzelve onthalend, verbraste hij den verdienste zijner vrouw. Het aanhoudend drin ken, gevoegd bij het tropisch kli maat van Victoria, sneed weldra zijne levensdraad af, en toen Mrs. Hableton hem op den doodenakker te Melbourne de laat ste eer bewezen had, keerde zij huiswaarts, om haren toestand in overweging te nemen en er zoo mogelijk eene verbetering in te brengen. Van het schamel overblijfsel harer fortuin gaarde zij eenig geld bijeen, en daar het bouwland goedkoop was, kocht zij een klein stuk gronds te St. Kilda en liet er een huis op bouwen. Met naaiwerk voorzag zij in haar onderhoud, en vervulde tevens eene plaats als ziekenverpleegster. Ten gevolge der vele door haar verrichte bezigheden, geraakte zij langzamerhand in 't bezit van 'n klein kapitaaltje, dat haar nog wel nu en dan in staat stelde, eenig geld naar de spaar bank te brengen. Doch tegen het mensch- dom was zij uiterst verbitterd wegens de De Fransche bakkers en de Zondagsrust. Hoe bescheiden het ontbijt van den Franschman over het algemeen is, in tegen stelling met dat van ons Hollanders en ze ker met dat van den Engelschman, (die 's morgens in de vroegte een gebakken vischje of een paar spiegeleieren met ham niet ver smaadt) is genoegzaam bekend. Fransche en Engelsche medici hebben zelfs onlangs uitvoerig geredekaveld over de voor-en na- deelen van een al dan niet wel-voorzieneont- bijttafel. Een humorist meende daarna een aorzaak te vinden voor de talrijke mee- ningsverschillen tusschen beide volken op politiek gebied. Was hierin een groncLvoor waarheid, dan zou de Engelschman minder nuchter de zaken moeten inzien, dan een Franschman. Wat nu juist met het geval is. Maar „tout badinage a part," hoe het zij, een van de re denen dat de Franschman des morgens met Zoo weinig genoegen neemt, is zeker gelegen in de voortreffelijkheid en de smakelijkheid van het Fransche brood. Des te harder zal derhalve voor hem de slag zijn als vermoede lijk binnenkort, de witte mijnwerkers, gelijk de bakkers hier worden genoemd, bevrijd Zullen worden van een sloopenden nachtar beid. Niet langer zal dan, behalve voor de lang slapers, het goud-gele pain de luxe knappend op de ontbijttafel verschijnen. De versche „croissant" zal 's-morgens vroeg bij den bistro ontbreken en des Zondags zal in het geheel geen versch gebakken brood zijn te verkrijgen. Het zou niet te verwonderen zijn indien deze, niettemin redelijke maatregel, een om- wehteling te weeg brengt in het Fransche ontbijt. En dit is zelfs de bedoeling van de Regeering, die naast afschaffing van nacht- irbeid en invoering van Zondagsrust om den bakker te beschermen, niets anders beoogt dan een vermindering van broodverbruik. Dit jaar is de graanoogst uiterst gering tengevolge van al te grooten regenval en om den wisselkoers niet al te ongunstig te beïn vloeden, zal het noodig zijn, besparing van graan in de hand te werken. Welnu Zondagsrust en verboden nachtar beid beduiden een dergelijke besparing. Vooreerst heeft de practijk elders bewezen dat oud brood minder in trek is en vervol gens zal des Zaterdags zuiniger met brood worden omgesprongen in het vooruitzicht des Zondags geen nieuwe inkoopen te kun nen doen. Er is echter naast deze economische over wegingen een veel hooger motief .dat af schaffing van Zondagsarbeid gewenscht doet Zijn, al doet zich dit zeker bij de tegenwoor dige Regeering niet gelden. De erkenning van den Zondag als rustdag, als den dag des Heeren bij uitstek, is van de hoogste beteekenis, niet alleen voor de bakkers, ook voor andere categorieën, die hiermede al te weinig rekening houden. Dit vraagstuk, thans wederom op het ta pijt gekomen, verdient des te meer onze aan dacht waar op tal van plaatsen vreemd met die Zondagsrust wordt omgesprongen. In meerdere streken, vooral in de naaste omgeving van Parijs, bestaat de gewoonte des Maandags de zaken te sluiten en Zondags ge opend te zijn. Een gebruik, logisch niet te verdedigen en praktisch een belemmering om de vervulling der christelijke plichten be hoorlijk na te komen. Al te zeer blijkt dan ook in die plaatsen de waarheid van het woord, eens door Paus Pius IX gesproken „Wij zullen binnenkort geen godsdienst meer hebben, omdat wij ons niet houden aan den Zondag, den dag aan God gewijd." Wel is er in de latere jaren eenige verbe tering te bespeuren, maar de praktijk stemt lang niet overeen met de wettelijke voorschrif ten. Het is trouwens al te gemakkelijk v< o de patroons door de njazen der wet van 1906, herzien in 1917, heen te kruipen. Waarvan zij, dan ook een ruim gebruik maken. Hij mag immers zijn onderneming op Zondag ge opend houden, indien hij, of alleen de ex ploitatie voert, of met leden zijner familie, die hiervoor geen geldelijke vergoeding ont- CAILLAUX EN DE BEGRAFENIS VAN ANATOLE FRANCE. Caillaux, die zich, zoodra de Senaat het amnestievoorstel heeft aangenomen, weer geheel vrij zal kunnen bewegen, had ver gunning gekregen Vrijdag aanwezig te zijn bij de lijkplechtigheid voor Anatole France met wien hij bevriend was. De „Action Fran9aise" is daarover zeer verontwaardigd en Maurras adviseerde, ofschoon een groot bewonderaar en discipel van France, zijn volgelingen om thans de plechtigheid niet bij te wonen. Het lijkt mij beter, schreef hij, ons niet te voegen bij den lijkstoet, die dreigt de naam en roem eener schoone Fransche muze dienstbaar te maken aan den triom feerenden terugkeer van den verrader Cail laux. Dit belooft wat tegen dat de oud-minister weer gewoon in Parijs rondwandelen zal EEN NOODLOTTIGE MIJNSTORTING 1 IN BELGIë. Bij het instorten van een mijningang in de mijnen van Flénu zijn 15 arbeiders door het vallende gesteente bedolven. Tot dus verre zijn reeds twee lijken geborgen. OVERSTROOMING IN ZUID-OOST- SPANJE. Een B. T. A,-bericht uit Valencia meldt, dat de Jucar door de geweldige regens bui ten zijn oevers is getreden. Verschillende dorpen zijn overstroomd en het spoorweg verkeer is gestremd. De schade is aanzienlijk. Een nader B. T. A.-bericht meldt nog, dat ook Algesiras en Alpea door noodweer ge teisterd zijn. De toestand in Sjanghai was Zaterdag verergerd doordat 5000 goed gewapende doch slecht gevoede manschappen van het leger van Tsjekiang zich in loopgraven op een kwart mijl afstand van de Noordweste lijke grens der internationale nederzettingen verschanst hadden. Zij weigerden zich over te geven en ondernemen plundertochten. De bevelhebber van Kiangsoe wilde de troe pen zonder leiders niet met geweld versprei den, omdat zij, wanneer zij werden versla gen, de Chineesche stad zouden plunderen en wellicht in brand steken. Hun werd tien dollar per man aangeboden om naar hun land terug te keeren, als zij de wapens neerlegden. De verslagen troepen van Tsjekiang hebben tenslotte een voorstel aanvaard om de wa pens over te geven tegen ontvangst van 20 dollar per man en vrije reis naar huis. De buitenlandsche autoriteiten gelooven, dat het gevaar voor Sjanghai thans is geweken. BOULOGNE SUR MER, 19 Oct. Her riot heeft alhier, op het congres der radi cale partij, een rede gehouden, waarin hij eraan herinnerde, dat hij te Londen trouw is gebleven aan de belofte, te zullen wer ken aan het stichten van den vrede, voor het doen ophouden van Frankrijks isole ment, voor het hergeven aan het land van den steun van alle moreeie krachten en voor de regeling Ier schadevergoedingskwestie. „We hebben", zoo zei hij, „het pian-Dawes verbeterd en m het middelpunt van het werk van Londen de idee van arbitrage geplaatst, die alle partijen bij het protocol beheerscht en verlicht." Ingevolge de ratificatie van het verdrag van Lausanne dooi Frankrijk zijn de Fransch- Turksche betrekkingen aanmerkelijk ver beterd. Te Genève bleek de Fransche zienswijze, die den wereldvrede beoogde maar daartoe tevens contorm de regelen van het gezond verstand, de onbetwistbare begrippen arbi trage, veiligheid en ontwapening in één een heid samenvatte, sterk te zijn, want ze ver- eenigde op zich de overgroote meerderheid Van de stemmen der delegaties, waardoor het mogelijk werd, dat Frankrijk het pro tocol het eerst teekende. Frankrijk wenscht niet de dupe te worden van zijn goed vertrouwen, want van alle landen ter wereld is hij wel het meest aan gevaren blootgesteld. Het is onmogelijk, dat het niet te alien tijde daartegen is gewaar borgd. Frankrijk verzwakken zou beteekenen de begeerightid of de wraakzucht van ande ren aan te wakkeren. Maar Frankrijk is ook de eerste geweest, om te zeggen, dat we- derkeerige steun essentieel is voor .een ge organiseerd vredesregime. „Wij hebben on zen plicht geheel vervuld; thans is het woord aan de anderen." De betrekkingen met Duitschland zijn van gemakkelijker aard geworden, gelijk blijkt ■uit den afloop der eerste besprekingen over een handelsverdrag. De republikeinsche geest heeft zekere successen behaald, maar we kunnen nog niet geheel en al gerust zijn. Het schijnt, dat Duitschland nog altijd aar zelt tusschen twee wegen die het kan kie zen. Het is maar al te zeker, dat de natio nalisten nog voortgaan met de jeugd in den wapenhandel op te leiden, de vereenigingen van oud-strijders blijven in het Rijk nog steeds haar beteekenis houden en sommige feesten lijken veel op proef-mobilisaties. Wij zouden er van overtuigd willen zijn, dat men niet méér haat zaait in de harten der Duit sche scholieren en studenten dan in die der onze. De toekomst blijft nog onzeker. Al thans Frankrijk heeft den roep naar vrede doen hooren, die het tot alle volken zonder uitzondering heeft gericht. Het is bereid, de betrekkingen met Rusland te hervatten en heeft blijk gegeven van zijn wil naar recht en internationalen vrede. Het staat aan de andere volken, het daarin te volgen. Herriot wees er vervolgens op, dat de bin nenlandsche vrede volkomen is. De regee ring zal krachtig waken voor de eerbiediging der republikeinsche wetten; zij bedreigt geenszins de godsdienstige overtuigingen, zij handhaaft in ieder opzicht haar antwoord aan de kardinaals, verwerpt iedere reli- gieuse inmenging in de binnen- en buiten landsche aangelegenheden, h constateert dat de gebeurtenissen doen zien, dat de bin nen- en buitenlandsche vrede niets hebben gewonnen bij de hervatting van de betrek kingen met het Vaticaan en blijft erbij, dat alleen de absolute scheiding van de geeste lijke en wereldlijke macht den godsdienst vrede verzekert. Herriot legde er nog den nadruk op, dat het budget voor 1925 volstrekt in evenwicht is en kondigde aan, dat de regeering ver betering overweegt in het lot van de ambte naren en oorlogsverminkten, en voorts in aanhoudende studie van den strijd tegen de duurte van plan is belangrijke sociale maat regelen te ondernemen, alsmede de methodi sche reorganisatie van de nationale verdedi ging, teneinde te komen: tot verkorting van den diensttijd. STOCKHOLM, 18 October. - Branting heeft heden zijn derde sociaal-democratisch kabinet gevormd. De samenstelling is aldus; Branting: premier. Unden: Buitenlandsche Zaken. Nothin: Justitie. Hansson: Oorlog. Möller: Binnenlandsche Zaken. Larsson: Verkeer. Thorsson: Financiën. Olsson: Eeredienst. Linders: Landbouw. Sandler: Handel. Wigfors en Levinson ministers zonder por tefeuille. LONDEN, 19 Oct. Dc Spaansche troc- pen in Marokko gaan, zoo wordt uit Madrid gemeld, vooruit in de streek van Gozal. Zij hebben de verbinding met de strijdkrachten, welke te Sak el Khamis waren afgesneden, hersteld. Ook zijn de Rifbewoners verdre ven uit de versterkte positie Moeratahar. TANGER, 19 Oct. De Spanjaarden heb ben in den Laranche-sector een nieuwe reeks posten ontruimd, na onderhandelingen met de Moorsche stammen. CONSTANTINOPEL. 19 Oct. De Turk- sche regeering heeft getoond, niet te willeB wachten op de beslissing van de gemengde commissie inzake de kwestie der uitwisse ling van Grieken, te Constantinopei woon achtig, en ving gisteren aan met de arresta tie en interneering van de Grieken, die vol gens de Turksche meening voor uitwisseling in aanmerking komen. Ongeveer 2000 Grieken van beider kunne en lederen leeftijd werden gisteren, hetzij in hun woning, hetzij in winkels en zelfs op straat gearresteerd en onder gewapende geleide naar concentratie-kampen vervoerd. Aan het hoofd van een dier troeoen gear resteerde Grieken liep een bakkersjongen, wiens kleeren nog wit van het meel waren; hij werd blijkbaar in een bakkerij gearres teerd. Zelfs een Grieksch kind, dat aan pok ken leed, werd uit bed gehaald en bij de uitgewisselde Grieken ingedeeld. De Turksche overheid te Constantinopei waarschuwde 10 October alle Grieken al daar. die voor uitwisseling in aanmerking komen, dat zij, voorzoover reeds van een paspoort voorzien, binnen 7 dagen het land moesten verlaten. Degenen, die nog niet in het bezit van een paspoort waren, moesten dat terstond komen halen en binnen 10 da gen Turkije verlaten. De betrokken Grieken dachten echter dat de gemengde commissie alleen bevoegd was hun uitwisseling te re. gelen. LONDEN, 19 Oct. Uit Riga worden ern. stige gevechten gemeld tusschen Sovjet troepen en de boeren in de districten van Witebsk, Smolensk, Mohilef en andere, waar de autoriteiten opnieuw graan en an dere producten wilde requireeren voor de noodlijdende gebieden. In een dorp werd de geheele requisitie-commissie en een escorte van negen man gedood. Toen een strafexpeditie werd uitgezonden doodden de boeren daarvan nog vijftig sol daten en maakten zich meester van zeven machinegeweren. In opdracht van den directeur-generaal der Posterijen en Telegrafie is op het Post en Telegraafkantoor in Den Haag, een dienst order uitgevaardigd, waarin de aandacht van het personeel wordt gevestigd op het feit, dat zij, die voor hoe kort ook, het werk zou den neerleggen, onmiddellijk ontslagen zul len worden. De dienstorder is bedoeld als een waarschu wing tegen onbezonnen daden. behandeling welke haar ten deel was ge vallen, en meer dan eens vormde dit onder werp den hoofdschotel van haar gesprek. „Ik moest voortdurend in de weer zijn," zeide zij dan met weemoed, „en hij zat op zijn gemak in huis; ware hij maar niet zulk een onbeschoft mensch geweest, maar van een beest kan men geen mensch maken, hoe ook Darwin en diens volgelingen om trent dit punt mochten denken." En het was inderdaad een hard# gelag, want juist op den leeftijd, dat zij rust ge nieten en van hare jeugdige werkzaamheid de vruchten inoogsten kon, moest zij zwoe gen voor haar dagelijksch brood, en dat alles, zonder dat zij er den minsten schuld aan droeg. „Mannen zijn schavuiten," zeide Mrs. Ha bleton, „zij huwen eene vrouw en maken er een lastdier van, terwijl zij. thuis zitten, bier drinken en zich de koningen van het heelal wanen." Possum Villa was een eenvoudig gebouw met een laag venster en een kleine veran da aan den voorgevel. Het wa? omgeven van een tuintje, in hetwelk eenige rozen groei den en dat de eenige uitspanning van Mrs. Hableton vormde. Indien zij geen andere bezigheden had, hulde zij haar hoofd in een ouden doek en begaf zich in den tuin waar zij haar bloemen zoolang met water begoot, tot elke poging, om ze te doeo bloeien, totaal mislukte, louter uit wanhoop om niet alleen te zijn. (Wordt vervolgd.) vangen. Eveneens de arbeider heeft het recht vrij over zijn Zondag te beschikken en elders een zelfden arbeid te verrichten als zijn da- gelijkschen, indien in die onderneming, waar hij zijn vrijen Zondag wenscht door te bren gen, de wekelijksche'rustdag niet de Zon- Zondag is, maar volgens rooster wordt ver leend. De Zondagsrust wordt nog sterker be perkt door deze op zichzelf te rechtvaardi gen, maar misbruikte wettelijke uitzonde ring, dat inrichtingen geopend mogen blij ven, indien het publiek door sluiting last zou ondervinden. In dat geval kan een andere rustdag worden aangewezen. Toegepast op ruime schaal stelt zij den weg open voor mis kenning van den Zondag. De seizoenarbeid bovendien is geheel vrij gesteld van Zondagsrust, daar de patroon ge rechtigd is gedurende 15 weken achtereen te laten werken, mits hij zijn arbeiders gedu rende het doode seizoen achtereenvolgens een verlof van 15 dagen verleent. Het zijn derhalve niet alleen de bakkers, die aanspraak hebben op een betere rege ling van hun arbeidstijd, in breeden kring wordt vooral uit christelijke overwegingen, daarnaar verlangd. En zonder den Engelschen Zondag als een ideaal te beschouwen, waar dan noodwen dig de vrije Zaterdagmiddag, hier alles be halve algemeen, aan moet voorafgaan, zou, toch op het gebied van Zondagsrust nog hee! wat zijn te bereiken. De treinenloop op Zondag is uitgebreider dan in de week. En al zouden wij niet gaarne den wel zeer beperkten spoorwegdienst in Holland op Zondag, hier zien ingevoerd daar duizenden en duizenden dan verstoken zou den zijn van een herademen in Gods vrije natuur, voor groote stadsmenschen onont beerlijk, ook bij de spoorwegen is meerdere Zondagsrust vereischte. Een inkrimping van den postdienst op Zondag is denkbaar, zonder den normalen loop van zaken al te zeer te storen. Het is onnoodig dat tal van winkels open blijven, waar evengoed in de week inkoopen gedaan kunnen worden. Het zou zeker ge wenscht zijn dat de couranten des Zondags niet verschijnen. De Fransche journalisten wordt geen rust dag gegund, het dagbladbedrijf wordt geen enkele dag per jaar onderbroken, behalve bij „la Croix", het Katholieke dagblad, dat Zondags niet verschijnt. Zoo zou er veel meer zijn te noemen. Beperken wij ons tot deze enkele voor beelden. Het is te hopen dat de „Mineurs blancs" den stoot zullen geven tot de herziening van de wet op de Zondagsrust. Het moet niet langer mogelijk zijn dat op sommige plaatsen het stadsbeeld weinig, doet vermoeden dat een Zondag is aangebro ken. Zeker de slavelijke arbeid dient dien dag geen hoogtij te vieren. Parijs is in dit op zicht een betrekkelijk gunstige uitzondering. Het zijn niet alleen de kerkklokken die moeten verkondigen dat de dag des Heeren is gekomen, de stilstand van onnoodigen ar beid moet eveneens getuigenis afleggen, dat het gebod, zes dagen zult gij arbeiden, den zevenden rusten, niet te vergeefs is afgekon digd. De sport, hoewel hier minder dan in an dere landen, heeft reeds velen den weg naar het bedehuis verleerd, het wordt tijd dat een wettelijke Zondagsrust, waaraan de hand wordt gehouden, den arbeider in staat stelt zijn plichten te vervullen. Indien de tegenwoordige Regeering zich opwerpt als propagandist van de Zondags rust, zij het dan ook uit sociale overwegin gen, die met onze Katholieke levensbeschou wing niets hebben uit te staan, dan heeft zij aanspraak door de rechterzijde daarin ge steund te worden. Mr. P. v. S. Parijs, 15 October 1924. 5 Thans begin ik het in te zien, dat de overledene iets bezat, waar de andere be hoefte aan had, en waarvan hij wist, dat de doode het bij zich droeg; ziende dat hij be schonken is, stapt hij met hem in het rijtuig en tracht zich wederrechtelijk, hetgêen hij noodig heeft, toe te eigenen De andere verzet, uit den aard der zaak, zich daarte gen, waarna hij hem doodde door middel van chloroform, welke hij bij zich droeg; en, terecht bevreesd, dat het rijtuig zou stil houden en de justitie zich van hem zou meester maken, rukt hij in minder dan geen tijd, het bewuste voorwerp uit den zak, zoodat hij het vest scheurt waarna hij zich ijlings uit de voeten maakt. „Dat is duidelijk genoeg maar nu zijn wij tot de vraag genaderd: wat moest hij heb ben? een doos met juweelen? Neen, het ontroofde voorwerp kon met geene moge lijkheid zulk een dikken omvang hebben, Want dan zou hij het niet in het binnen- tte van zijn vest kunnen dragen. Het moest Iets plats zijn, wat gemakkelijk in dien zak kon liggen b.v. een papier van waarde,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1924 | | pagina 5