Brieven uit Frankrii
^CMHOLK
NIEUWE HAATHJEMSCFE COURANT.
Tweede Blad Maandag 10 November 1924
Woensdag a.s. de eerste ministerraad van Baldwin's kabinet. De
Oostenrijksche crisis: de sociaal-democraten tegen Mgr. Seipel en het
Volkenbondsherstelplan. Verontrustende berichten uit Spanje en Ma
rokko. Wijzigingen in het Amerikaansche Kabinet? De samenstelling
van het huis van afgevaardigden en den Senaat.
Onder de Radio-berichten: Herriot verdedigt zijn beleid tegenover
Millerand en diens nieuwe partij. De onrust in Spanje. Verscheidene
Noord-Amerikaansche steden door de boschbranden bedreigd.
UITOBOUW FM VISSlïWCRIJ.
Kostbare Barnevelders.
KERK EN SCHOOL.
Fr. Dr. P. H. S. Verberne O.S.B.
Een vergeten leervak.
FEUILLETON.
IET GEHEIM V\\l EEN
HUURRIJTUIG
r
UIT HET PARIJSCHE TOONEEL-
LEVEN.
Een tekort aan schouwburgen in de „ville
iumière". Het klinkt bijna ongelooflijk.
De directeuren klagen over het afgeloopen
seizoen, de financieele uitkomsten zijn wei
nig bevredigend, de artistieke niet minder
en cU concurrentie van „bioscoop" en „music-
h?'doet zich steede sterker gevoe en.
Winstgevend lijkt het baantje van schouw
burgdirecteur allesbehalve en toch het ver
langen een directie te voeren is grooter dan
ooit.
Aan dien schouwburgnood, indien hij
werkelijk bestaat, is het laatste jaar grooten-
deels een eind gemaakt. Het „Theatre de
P Etoile" heeft dit voorjaar zijn deuren
ge pend en het „Theatre de la Madeleine'
heeft een paar weken geleden de lang ver
wachte openingsvoorstelling gegeven.
Heerscht Sacha Guily in het eerste, André
Brule en Robert Tribor, bekende tooneel-
figuren in het Parijsche leven, zwaaien den
scepter in het laatste. De gevel is uiterst een
voudig in stijl-Lodewijk XVI opgetrokken.
De zaal en een tweetal balcons bieden plaats
Den inhoud zal ik mijn leze-s besparen
evenals dien van „Te..tat on" van Charles
Meré en „le geste" van Maurice Donnay.
Heel veel zouden zij er niet bij winnen,
al hebbe n deze stukken in de Fransche pers
een goede kritiek weten te veroveren.
Dit laatste trouwens zegt al zeer weinig,
waar gunstige beoordeelingen meer van
financieele offervaardigheid des auteurs dan
van werkelijke verdienste afhingen.
Was dit laatste niet het geval het „Thea
tre du Vieux Columbier" door Jacques Co-
peau, om geldelijke redenen, al wordt dit
er niet bij vermeld, tijdelijk gesloten en het
„Theatre Montmartre" door den zeer ern-
stigen kunstenaar „Charles Dullin" geleid,
zouden sedert lang een eerste plaats heb
ben ingenomen onder de Parijsche schouw
burgen. Het uithoudingsvermogen van Dul
lin maakt dat hij desondanks op den goeden
weg is, het publiek voor zich te winnen.
Op den duur overwint het werkelijk goe
de het minderwaardige, indien het gegeven
wordt op artistieke wijze, gelijk Dullin zijn
voorstellingen weet te verzorgen. En indien
hij dan Pirandello, auteur a la mode, als huis
dichter neemt is de zaak zoo goed als gezond,
aan ongeveer 800 bezoekers. Het geheel, j Pirandello verdient zijn reputatie van be-
ook van de foyers, is gehouden in een kleur i teekenisvol tooneelschrijver. Hij is niet al-
van grijs en goud op een rooden achtergrond.leen veel-schrijver, sedert 1917 schreef hij
Het vraagstuk van de verlichting heeft den i niet minder dan 30 stukken, hij heeft inder-
architect in het bijzonder bezig gehouden, daad iets te vertellen op een geheel eigen en
Geen lichtkroon, die in de meeste schouw
burgen voor de hoogere rangen vaak het uit
zicht beneemt, is aangebracht. Een gedempt
licht valt uit de kroonlijsten neer op de toe
schouwers en verhoogt de intimiteit van dit
inderdaad coquette zaaltje, dat aan de meest
moderne eischen op tooneelgebied voldoet.
Heel veel heeft de tooneelspeel kunst van deze
beide nieuwe instellingen, waarbij ik nog
hit „Theatre de l'avenne" zou kunnen voe
gen, niet te verwachten. Vermoedelijk zullen
de bekende tooneelschrijvers die op de boule
vards nog steeds aan het woord zijn, hier hun
werken eveneens zien opgevoerd. En hier
mede is genoeg gezegd. Het oude recept van
de „Mariage a trois" zal er worden toegepast.
Wat ons wordt aangekondigd is niets dan
een voortzetting van wat Gymnase, Vaudevil
le en „tutti quanti" ons sedert jaren brengen.
Wij zijn dan ook van meening dat het Parij
sche tooneel meer behoefte heeft aan verede
ling en in dien zin een verjongingskuur,
dan aan nieuwe schouwburgen, waar een
keurig verzorgde omlijsting nog geen waar
borg is dat het repertoire, moreel gesproken
daarin past.
De eerste opvoering althans in den Made
leine schouwburg geeft ons weinig verwach
ting „Manon, fille galante", door de schrij
vers Bataille en Flament, jaren geleden ge
trokken uit de overbekende roman van
Abbé Prevoost en tegen het verlangen in
van Bataille, na zijn dood ten tooneele ge
bracht, is daarvoor de beste reden. Het
stuk is onbelangrijk, brengt geen nieuw
gezichtspunt in de geschiedenis van Manon
Liscant en van het genre mag men zeggen
dat het zelfs niet ontkomt aan den te stellen
eisch niet vervelend te zijn, afgezien van en
kele tooneelen en van de strekking, die een
goedkeuring moeilijk maken.
De weelderige tooneelvorming en het vrij
goede spel der hoofdpersonen veranderen
hieraan niets.
Henri Bernstein, een van de meest op den
voorgrond tredende tooneelschrijvers van
Frankrijk, heeft vele pezen op zijn boog.
Hij heeft dit getoond in „Judith", „le Secret",
„le voleur" en vele andere stukken. „La
galerie des glacés" in liet Gymnase opgevoerd
schijnt een symbolische beteekenis te hebben.
Deze is echter aan de meeste toeschouwers,
zoo niet allen, ontgaan en wat er overblijft,
is een reeks huwelijksverwikkelingen, na
tuurlijk op ontrouw berustend, waarvan de
nieuwigheid reeds lang af is en waar aan 't
ziekelijk karakter van een der hoofdfiguren
meer schijnbaar dan werkelijk een diepgaande
beteekenis geeft.
geestige wijze. Hij beschikt over humor,
waaraan ernst niet vreemd is en zijn philoso-
p. i :he beschouwingen, zonder ze als waar
heid te aanvaarden, geven steeds iets te den
ken.
Naar waarheid streeft hij allerminst. Ze
ker niet in het met succes door l'Atelier on
der Dullins leiding opgevoerde „Chacun sa
verité". Zijn betoog in dit amusante, wel wat
al te lange werk, is juist dat er geen abso
lute waarheid bestaat, dat er zooveel waar
heden zijn, als er meeningen bestaan.
In een kleine provinciestad is een nieuwe
ambtenaar Ponza zich komen vestigen met
zijn vrouw en zijn schoonmoeder. De won
derlijkste verhalen over dat drietal doen de
ronde. Schoonmoeder en dochter worden
door Ponza op een afstand van elkander
gehouden. Ondervraagd door zijn chef, den
prefect, verklaart Ponza zijn schoonmoeder
Mad Trolla, gek. Zij verkeert namelijk vol
gens hem in de meening, dat hij nog steeds
met haar dochter is gehuwd, terwijl hij na
den dood van zijn eerste vrouw, de bedozlde
dochter, een ander heeft genomen. Hij wil
de illussie der oude dame niet verstoren en
houdt daarom beiden van elkaar verwij
derd. De schoonmoeder van haar kant is
overtuigd dat Ponza waanzinnig is en zich
ve gist in de waarachtige persoonlijkheid
van zijn levensgezellin. Wat is de waarheid?
Drie bedrijven, vol spitsvondige dialogen
laten ons in twijfel. Want ook Madame
Ponza met haar dubbelzinnige verklaringen
de dochter te zijn van Madame Trolla, en
de twee echtgenooten van Ponza, brengen
de oplossing niet. Wat trouwens de bedoe
ling is van den schrijver, die een ieder zijn
eigen waarheid gunt.
Zoodat wij aan het eind nog even ver
zijn als aan het begin.
„Chacun sa vérité" is een geestig tooneel-
stuk, minder belangrijk dan het „Six per
sonages en quete d'Auteur," maar niet
minder rijk aan origineele vindingen.
Het zal zeker het theatre Montmartre 'n
even grooten toeloop bezorgen, als „voulez
vous jouer avec móa" in het afgeloopen
seizoen en waarvan het succes nog lang niet
is uitgeput.
Het is op zichzelf reeds een genoegen
eens een tooneelstuk te zien, waarin de
„Amour" geen rol speelt die met werkelijke
liefde niets gemeen heeft dan den naam.
ment tegen 2 December zal worden bijeen
geroepen.
Verwacht wordt dat de eenige nog niet
vervulde plaats van kabinetsminister aan
viscount Cecil, als kanselier van het hertog
dom Lancaster zal word°n aangeboden in
dat geval zal de nieuwe Postmaster general
geen kabinetsminister worden.
Baldwin is in het algemeen geneigd aan
de vroegere conservatieve onderstaats-secre
tarissen hun oude plaatsen terug te geven,
doch hij wil een uitzondering maken voor de
functie van Postmaster General omdat daar
voor zeer bijzondere capaciteiten worden
vereischt, te meer daar het post- en telegram
verkeer sedert lang op verbeteringen wacht,
die uitbleven omdat de Postmasters elkander
zoo veelvuldig opvolgden. Zoo zijn er vooral
op het gebied drr draadloc ze telegrafie, aan
gaande de onderhandelingen met de Mar-
coni-maatschappij e.d. tal van kwesties die
noodzakelijk dienen te worden opgelost.
Baldwin is nu voornemens deze functie aan
een zakenman uit het parlement aan te bie
den, zonder zich af te vragen of deze reeds
vroeger aan de regeering heeft deelgenomen.
Het blijft echter de vraag of een man uit de
City bereid zal worden gevonden een derge
lijke betrekkelijk slecht betaalde functie
te aanvaarden.
De „Evening Standard" meldt, dat Win-
-,ton Churchill, de nieuwe minister van de
schatkist, in Downingstreet no. 11 gaat
wonen, aldus een vroegere gewoonte in eere
herstellend. Tijdens het Labour-bewmd
woonde Clynes, de leider van het Lagerhuis,
er, dien MacDonald, ambtshalve wonende
op nummer 10, op deze wijze dicht bij de
hand had.
De Oostenrijksche sooor-
wegstaking en de kabi
netscrisis.
In ons nummer van Zaterdag heeft men
de eerste berichten kunnen lezen omtrent de
in Oostenrijk uitgebroken spoorwegstaking.
Een gevolg van het vasthouden van het
spoorwegpersoneel, van hetwelk alleen de
christelijk-sociaal georganiseerden geneigd
bleken de voorstellen van het spoorwegbe-
stuur te aanvaarden, aan zijn eischen, is nu
niet alleen oorzaak van het aftreden van den
president van de federale spoorwegen, maar
-veneens van dat van de regeering des heeren
Seipel, van de regeering, die het plan van
den Volkenbond tot financieel herstel van
Oostenrijk aanvaardde en tot uitvoering
bracht.
Parijs, 5 November 1924.
Mr. P. v. S.
rokko neerkomt. Volgens den correspondent'
van de Temps" te Tanger geschiedt dit
terugtrekken alles behalve ongehinderd. In
het Noorden eischt de bescherming van den
weg van Tetoean naar Tanger een gestadig
transport van Spaansche colonnes bijkans
eiken dag worden er nieuwe posten geïnstal
leerd om de rebellen der drie stammen van
Andjera, War-Ras en Be i- 'vlezaoear in be
dwang te houden. De internationale zone is
feitelijk geblokkeerd. Na het prijsgeven van
Beni-Aros hebben de Spanjaarden zich ge
vestigd op een li ie, v 1 :e den weg van Ten
ger naar Larasi dekt.
De reeds herhaaldelijk aangekondigde ont
ruiming van Tsjesjoean biedt nog groote
moeilijkheden wege is de agre - ieve hom i ig
van de rebellen van Ajamas. Het rebellen-
hoofd heeft de stad reeds verlaten, evenals
de Marokkanen en Israëlieten, die hem bij
zijn actie ter zijde stonden.
De houding van Raisoeli blijft raadselach
tig, zoo vervolgt de correspondent. Terwijl
hij alarmeerende geruchten over zijn ge-
zondheidsstoestand in omloop brengt, onder
houdt hij betrekkingen met de stad Tetoean,
ofschoon hij in Tazaroet zetelt temidden der
rebellen. De afgezant, dien Primo de Rivera
'onlangs naar Abd el Krim in Ajdir had ge
zonden, is met de laatste eischen van den
Rif-leider teruggekeerd lo. de erkenning
van den onhafhankelijken Rif-staat 2o. de
erkenning van Abd el Krim als kalief van
Gomara 3o. het sorten van 10 millioen
peseta's, rimo de Rivera heeft echter nog
maals een onderhandelaar gezonden, die zal
moeten trachten een verzach'ing der voor
waarden te erlangen. Hij is vergezeld en
hierop wordt de nadruk gelegd van een
vertegenwoordiger van de Engelsche groep,
die onlangs met Abd el Krim in verbinding
heeft gestaan. Men verwacht, dat de tien
millioen, die door Abd el Krim worden ge-
i cht, tevens zullen strikken tot het afkoo-
pen der Spaai sche gevangenen, die zich in
zijn macht bevinden. Men schat hun aantal
op 2000.
Na de Amerikaansche
verkiezingen.
Van verschillende zijden wordt uit de
Vereenigde Staten gemeld, dat Hughes
voornemens zou zijn zich uit de regeering
terug te trekken, ofschoon dit ongetwijfeld
tegen den zin van president Coolidge zou
zijn. In dat geval zou Hughes waarschijnlijk
door Hoover worden opgevolgd.
Volgens de „Minchester Guarchn" zullen
er in veroand met de verkiezingen nog an
dere wijzigingen in het Amerikaansche
Daar de Oosnnrijksche spoorwegen een k~binet piaats hebben, in het bijzonder wat
Het nieuwe Britsche ka
binet.
Austen Chamberlaii, de nieuwe miri -
ter van buite-landsche 'aken is dezer dagen
door den oni g in au ië tie oatvangen.
Baldwin bevond 2i.i1 zich deze uagen in
Chequers en bereidt de ede vo velke hij
aan het Lord Mayor's banket z<a houden.
De premier beg?:ft zich heden j^aar Londen
waar Woensda<- a.®. een rri ï.terraad zal
plaats hebben. Men verwacht dat het parle
zelfstandige eco' o msche organisatie vormen
was de regeering slechts indirect bij het con
flict tusschen spoorwegdirectie en spoorweg
personeel betrokken.
Ongetwijfeld was de spoorwegdirectie met
hare laatste voorstellen aan de verlangens
van het personeel zeer ver tegemoet j?eko-
men. Hare toezeggingen zouden reeds de
uitgaven der spoorwegen met ongeveer 38
miiliarden kronen doen stijgen. De volledige
inwilliging van de eischen van het personeel
zouden de uitgaven nog weer met zes miili
arden doen toenemen. De christelijke sociale
organisatie van het spoorwegpersoneel was
bereid, zooals gezegd, om met de toezeggingen
der directie genoegen te nemen. De nationaal-
socialistische organisatie echter wees de voor
stellen der directie als onaannemelijk at. De
beslissing lag dus bij de sociaal-Democraten,
onder wie er blijkbaar wel een strooming was
ten gunste van een compromisoplossing
Maar die ten slotte naar is gebleken, toch
ook aan den strijd de voorkeur hebben ge
geven. Deze strijd van het spoorwegperso
neel is trouwens slechts een phase in den
strijd door de sociaal-democratie in Oosten
rijk tegen de herstelpolitiek van Seipel in
samenwerking met den Volkenbond ge
voerd, waarbij h. i. de verbetering van den
financieelen toestand te veel werd gezocht
in bezuinigingen ten koste van de ambtena
ren en beambten en van de voldoening aan
de sociale behoeften van het Oostenrijksche
volk. Zoo hadden dan ook op het jongste
oarfijcongres der sociaal-democraten, deze
besloten hun verdere houding jegens de re
geering te laten afhangen van de houding der
regeering ten aanzien van de quaestie der
sociale verzekering.
Met de thans uitgebroken spoorwegstaking
is deze strijd tusschen de sociaal-democra
ten en de regeering van dr. Seipel om het
herstelplan van den Volkenbond in een phase
van grootere felheid gekomen. Hetgeen dan
nu aan Dr. Seipel aanleiding heeft gegeven
zich terug te trekken. En zijn ondankbare
taak aan anderen over te laten.
W't nu mag men zich zeker met spanning
afvr-g-m.
Wat zal er van het herstelplan van den
Volkenbond verder worden?
Een samenzwering tegen
het Spaansche Directo
rium
Men maakt melding van de arrestatie te
erpignan van een 20-tal met revolvers ge
wapende Spanjaarden, die van plan waren
een aanslag te gaan plegen op de leden van
het Soaansche Directorium, terwijl te Bar
celona, van waar den laatsten tijd opmerke
lijk weinig berichten omtrent wanordelijk
heden kwamen, weer eens een aantal ge-
waoende individuen werden aangehouden.
Thans meldt een B.T.A.-bericht uit Per-
nignan, dat in Spaansche kringen in dit
Fransche departement reeds sedert verschei
dene dagen een sterke agitatie heerscht. Het
„Journal Independent des Pyrénées Orien-
tales" meldt, dat er sinds Zondag 1.1. in
grooten getale Spanjaarden in Pzrpignan
aankomen, die zich naar Pirijs, Marseille,
Bordeaux, St.-Etienne, enz. begeven^ terwijl
anderen zich groepsgewijze in auto's naar
de grens laten brengen.
In de Spaansche kolonie spreekt men open
lijk van een complot tegen de regeering te
Madrid.
Het terugtrekken der
Spaansche troepen in
Marokko.
Zooals men weet, heeft de Spaansche
regeerirg b' 1 'ten de strijdmacht in Marokko
te laten 1 u trekken op een lirie, welke zoo
ver achter net oorspronkelijke front is ge
legen, dat dit terugtrekken feitelijk op een
de departementen van oorlog en marine
betreft. Eenigen tijd geleden was er ook
sprake van het aftreden van den minister
van financiën, Andrew Mellon, die de
quaestie der Engelsche schulden aan Ameri
ka behandelt, en wel in verband met zijn
sensatnneele publicatie van de belasting
aanslagen van de rijkste burgers. Thans
wordt echter gemeld, dat Mellon zal aan
blijven. Volgens de laatste gegevens omtrent
de verkiezingen zullen de republikeinen in
het nieuwe Huis van Afgevaardigden over
246 zetels beschikken, d.i. 21 meer dan op
het oogenblik en 28 meer dan noodig is voor
een meerderheid. De democraten zien hun
aantal zetels van 207 teruggebracht op 183.
In den senaat is de winst der republikei
nen echter veel minder, zij hebben daar op
het oogenblik 49 en krijgen nu 52 zetels,
waarbij echter die van La Follette en van
minstens drie zijner aanhangers zijn mee
gerekend.
Om nu een feitelijke meerderheid in den
senaat te krijgen, is het noodig dat de repu
blikeinen een of twee zetels in Minnesota en
New Mexico winnen en dat zij de vacature
bezetten ontstaan door het overlijden van
senator Brondegee waarvoor in den loop van
de volgende maand in Connecticut een
tusschenzijdsche verkiezing zal plaats heb
ben-
Coolidge kan op het oogenblik in het kies
college rekenen op 374 stemmen, waar
schijnlijk zullen daar nog 8 stemmen bij
komen voor New Mexico en North Dacota.
Davis beschikt over 136 stemmen en La
Follette is 00 13 blijven staan.
Het oude 68ste Congres, dat nog in oude
samenstelling blijft voortleven tot 4 Maart
1925, zal voor het laatst in gewone zitting
bijeen komen in het begin van December.
Het is echter niet waarschijnlijk dat het veel
anders zal afdoen dan loopende zaken. Van
een groot aant.T congresleden dat in het nie' -
we congres niet zal terugkeeren kan nauwe
lijks worden verwacht dat zij voor belang
rijke nieuwe wetten of maatregelen nog ver
antwoordelijkheid zullen dragen. Het voort
bestaan gedurende vier maanden van het
o de parhment, nadat het ki zerscorps een
nieuw heeft aangewezen is dan ook eigenlijk
een anomatie die in de praktijk door op
schorting van alle belangrijke zaken wordt
geneutraliseerd.
Het nieuwe 69ste Congres dat op 4 Maart
1925 in functie treedt, zal evenwel vermoede
lijk eerst in December 1925 voor het eerst
bijeen komen. Wel is waar kan president
Coolidge het eerder bijeen roepen, maar
volgens de berichten in de Engelsche bladen,
gelooft hij dat het land nu een tijd van rust
na alle politieke en wetgevende beroering
wenscht, teneinde zich geheel en ongestoord
aan het economische leven te kunnen wijden.
Bovendien is de Republikeinsche meerder
heid in den nieuwen Senaat, dank zij de
aanwezigheid daarin van onberekenbare ra-
dikale elementen, niet veilig genoeg dan dat
alle kansen op blokkeeringsmoeilijkheid zou
den zijn uitgesloten. Naast de uiterste radi
kale nominale Republikeinen zooals de
senatoren La Follette, Frazur, Lodd en
Norris (4 dus) zijn er ook wat de correspon
dent van de Londensche „Times" de gema
tigde radikale nominale Republikeinen noemt
zooals senator Barah, Hiram Johnson, Howell,
Couzens, Capper Norbeck, McMasters en
Schal (8 dus) Deze 12 zouden het in hun
macht hebben om de Republikeinsche fractie
van 52 in bepaalde gevallen tot een minimum
van 40 (een volstrekte minderheid dus) terug
te brengen. En met deze mogelijkheid dienen
Coaüdge en zijn conservatieve partijgenooten
bij hun wetgevenden arbeid terdege rekening
te houden.
In het Huis beschikken de Republikeinen
gedeeltelijke ontruiming van Spaansch Ma- over 246 zetels, een gewone meerderheid dus
van 57 stemmen. Hier bevinden zij zich dus
op veiliger terrein, tenzij zou blijken dat de
4 millioen stemmen die op La Follette werden
uitgebracht ook een evenredig aantal radikale
afgevaardigden in het Huis hebben gebracht.
Daaromtrent ontbreken vooralsnog de be
richten.
Een figuur die in de toekomst een rol van
toenemende beteekenis zal spelen is senator
Borah, die sedert senator Lodge (die sterven
de is) werd uitgeschakeld als --rzitter van
de commissie voor buitenlands e t ngelegen-
heden, het oudste lid dezer nmissie is
en als zoodanig voor het voorzitterschap is
aangewezen. Als zoodanig zal zijn vooruit
strevende invloed een factor worden waar
mede Coolidge en Hughes rekening zullen
moeten houden, te meer nu Barah ook op
treedt als leider der „gematigde radikalen"
die tegelijk met La Folette c.s. op de wip zit
ten.
Wat Borah's ideeën over buitenlandsche
politiek betreft, zoo herinneren wij aan zijn
wensch naar een internationale conferentie
voor ontwapening en economische vraag
stukken (met inbegrip der intergeallieerde en
Amerikaansche schulden) lang voor anderen
op dit denkbeeld kwamen. Hij is geen volken-
bonder, maar voor het Hof, hoewel hij vindt
dat dit niet ver genoeg gaat. En in elk geval
is hij veel minder bevreesd voor contact met
Europa dan Lodge of de „old guard". Hij
is zelfs bereid om sovjet-Rusland op zekere
voorwaarden te erkennen.
Maar dat alles zal nog eenigen tijd blijven
sluimeren. Krijgt Coolidge zijn zin, dan is
het nu politieke pauze tot even vóór Kerst
mis van het volgend jaar.
HET NCIDENT TE INGOLST DT.
De Duitsche rijksregeering heeft in ver
band met het incident te Ingolstadt ook aan
den voorzitter der intergeallieerde mili
taire Controlecommissie haar leedwezen
laten betuigen en haar verontschuldiging
laten aanbieden.
HET CONFLICT LUDENDORFF-RUP-
PRECHT.
Vrijdagavond heeft generaal Ludendorff
in de befaamde Bürgerbraukeller te Mün-
chen weder een rede gehouden, waarin hij
terug kwam op het conflict met ex-kroon-
prins Rupprecht.
Hij verklaarde er zich niets van aan te
trekken, dat de 28 Beiersche generaals niet
meer met hem wilden omgaan en 't liet hem
koud, dat de Beiersche officieren hadden
besloten zich bij de generaals aan te sluiten.
Volgens Ludendorff bestaat er voor hem
slechts één „Standesgemeinschaft", n.l. die
van het Duitsche volk, en slechts één eer, n.l.
die van den soldaat. Ludendorff is nog steeds
zijn keizer trouw, maar dit beteekent daar
om niet, dat hij in byzantinisme tegen een
koning opziet. Wat er thans in Beieren ge
beurt, is niets anders dan byzantinisme,
het is reactie van de ergste soort. „Ik be
schuldig de reactie," aldus spr., „dat zij
den strijd tegen zwart-rood-goud en tegen
het Marxisme ondermijnt, hetgeen stellig
niet te verwonderen is, want de reactie is
zwart."
DE BRUG TE DINANT INGESTORT.
De brug over de Maas, te Dinant, die in
het begin van de overstrooming zwaar ge
leden had, doordat een aantal boomstammen
met kracht tegen de middenpeilers waren
aangedreven, is Vrijdag voor een groot ge
deelte ingestort. Het middengedeelte is in
het water verdwenen. Een aantal genie-sol
daten, die bezig waren om het wrakke mid
dengedeelte met stalen trossen te veranke
ren, werd mede in het water getrokken en
werd slechts met veel moeite gered. Een hun
ner dreef op een boomstam tot aan het een
half uur stroomafwaarts gelegen Bouvignée
en werd daar door een bootje opgepikt.
DE VLOOTBASIS VAN SINGAPORE.
Bruce, de premier van Australië, heeft te
Sydney verklaard, van het bestuur der En
gelsche conservatieve partij de verzekering
te hebben ontvangen, dat de nieuwe regeering
dadelijk een begin zou maken met het aan
leggen der oorloc-haven van F'*>eapore.
Co: de premie r van Nieuw Zeeland, Mar -
sey, neeft in zijn parlement zijn voldoening
uitgesproken over de aanstaande construc
tie der havenwerken. Nieuw-Zeeland zal
daaraan echter geen deel nemen, doch heeft
100.000 bestemd voor een nieuwen krui
ser op verzoek van het Britsche ministerie
van marine,. De leider der oppositie van
Nieuw-Zeeland verklaarde zich hiermede
accoord en sprak ook zijn voldoening uit over
het plan inzake Singapore.
HET NIEUWE KABINET-PASJITSJ.
Het nieuwe Zuid-Slavische kabinet-Pas-
jitsj (voorloopig geleid door Marko Trifko-
vitsj, die in de regeering zit als minister
zonder portefeuille) telt 12 radicalen en vier
l"den van de democratische groep van
P. ibitsjewitsj. Als minister van buitenlandsche
zaken treedt Niitsjitsj weer op.
COMMUNISTISCHE PROPAGANDA
IN DE FRANSCHE KOLONIËN.
Evenals in Engeland de onderhandelingen
met Sovjet - Rusland een goede gelegenheid
boden aan de tegenstanders van een hervat
ting der betrekkingen met Moskou om ont
hullingen te doen omtrent bolsjewistische
intriges, verheft thans de rechtsche pers in
Frankrijk haar stem om te wijzen op de ge
vaarlijke communistische propaganda in de
Fransche koloniën.
Het „Journal des Débats" beweert dat de
erkenning der Sovjets door Frankrijk de
ernstigste gevolgen voor de Fransche kolo
niën kan hebben. Nog kort geleden, zoo be
toogt het blad, zijn de volgende feiten aan
het licht gekomen De Fransche communis
tische partij is bezig zich te reorganiseeren.
In haar nieuwe program is een groote plaats
aan de revolutionnaire beweging in de kolo
niën ingeruimd. In het begin der volgende
maand zal te Parijs een „congres d'Afrique
du Nord" worden gehouden onder leiding
van het Kamerlid Doriot, terwijl er binnen
kort een communistische school voor de in-
WAT ER AAN ONTBRAK.
A.: Sedert je getrouwd ben, zie je er zoo
ontevreden uit. Zoover ik weet, heb je toch
een lieve vrouw. Wat ontbreekt er dan nog
aan je geluk?
B.: Een goede keukenmeid.
WAAR ZE MOEST WEZEN.
Mevrouw: Ja, een keukenmeisje. En een
goed. Zij moet zelfstandig kunnen werken,
zoodat ik haar niet den geheelen dag be
hoef na te lcopen. Ik moet haar kunnen
vertrouwen en zeker zijn, dat de maaltijden
op tijd en goed klaar zijn.
De Juffrouw: Mevrouw, dan moet u is
het historisch museum zijn.
DE PROFESSOR.
Jongejuffrouw: Wel, professor, hoe gaat
het met u? Kent u me nog? U hebt me der
tig jaar geleden een huwelijksaanzoek ge-
daan.
Verstrooide professor: Zoo? En hebt 11
het aangenomen?
landsche jeugd, die in Frankrijk is geves
tigd, zal worden geopend. Einde Juli zijn
in Indo-China een groot aantal communis
tische geschriften in beslag genomen, die
uit Parijs waren verzonden 1000 exemplaren
in Annam, 300 in Tonkin, 100 in Cochin-
China. Den 4en October j J. is de communis
tische agitator Khemiri in Bizerte aange
komen. Maran, de bekende schrijver van
Batonala (dat met den Goncourt-pnjs werd
bekroond), heeft zijn post van adjunct-
administrateur in het gebied van Tchad met
verlof verlaten om in Amerika lezingen te
houden.
Het blad somt nog tal van voorvallen op,
die er op zouden wijzen dat het in Algiers
woelt en gist. Moskou is de aanstichter var-
dit alles, en de Fransche minister van kob»
niën, Daladier, zou een verpletterende ver
antwoordelijkheid op zich laden indien hij
niet onmiddellijk het gebied, waarover zijn
gezag zich uitstrekt, voor agitatoren zou
sluiten. Tevens dient van de a.s. onderhande
lingen met Sovjet-Rusland gebruik te worden
gemaakt om van de Russen waarborgen te
eischen dat zij zich van communistisch',
propaganda zullen onthouden.
DE CHINEESCHE BURGEROORLOG
Woe Pei Foe bevindt zich aan boord var-
een transportschip in de haven van Tsjifoe.
Men vreest, dat hij troepen aan land zal zetten
Er zijn nog drie Amerikaansche torpedo-
bootjagers aangekomen. De Amerikaansche
vlootcommandant neemt maatregelen voor
het aan land zetten van 240 man, die m de
buitenlandsche nederzetting zullen worden
gestationeerd.
(Tsjifoe ligt op het schiereiland Sjan-
toeng.)
Men verneemt uit Peking, dat Tsjang lso
Lin Moekden heeft verlaten om Zich naar
Tientsin te begeven.
De regeering te Peking zal een edict pu-
bliceeren, waarin alle decreten, die
het begin van het negende jaar der Republiek
tot 2 Nov. j.l. zijn uitgevaardigd, in zoover
zij betrekking hebben op het vervallen ver
klaren van betrekkingen of eereposten ot
op het in hechtenis nemen van ambtenaren,
nietig worden verklaard. Hierdoor komen
alle ambtenaren van Anfoe, die sedert ïyzu
zijn ontslagen, weder terug in hun vorige
rechten en bedieningen, terwijl ook Tsjang
Tso Lin, die in 1922 was gedegradeerd, m
eere wordt hersteld.
KOSTBARE BARNEVELDERS.
Men meldt uit Barneveld
Tijdens de te Barneveld gehouden Pluim
veetentoonstelling werd een zeer drukke
handel in raskippen gedreven. Vooral de be
kroonde dieren waren zeer gezocht. Zoo kocht
een Engelsche fokker, speciaal voor dit doel
naar hier gekomen, van de hoeve „den Akker
een toom (1—6) „Barnevelders voor f 140.
Voorts werd deze fokker eigenaar van tal
van jonge hennen en hanen, voor prijzen van
f 20 tot f 40 per stuk, wat zeker als een bewijs
mag worden beschouwd, hoezeer ons hoen
ook in het buitenland is gezocht.
Op den feestdag van St. Martinus, 11
November a.s., zal in de St. Paulus-abdij te
Oosterhout fr. P. H. S. Verberne zijn plech
tige geloften afleggen in de orde der Bene
dictijnen.
Dr. Verberne was voor hij in het klooster
trad, officier van gezondheid, in welke hoe
danigheid hij tot de oprichters behoorde van
de R.K. Artsenvereenigine.
De Werkgever klaagt, dat het Spaansch
een vergeten, althans te veel verwaarloosd
leervak op de handelsscholen is en dit nog
wel, terwijl er in Zuid-Amerika nog alom
groote velden braak liggen en er voor den
ondernemenden, soliden,handel veel te doen
is. Men ruste onze aankomende kooplieden
toe tot den handelswedijver daarginds, aller
eerst door hi n de taal te leeren, waarmede
hun de toegang tot beurs en kantoor ont
sloten wordt.
22.
hier
„Ha!" Calton haalde zwaar adem
was een straal van hoop.
„Wist u niet, dat de man, die beschonken
bij de Schotsche kerk lag, Olivier Whyte
was?"
„Neen, dat wist ik niet, had ik bet ge
weten, ik had hem ongetwijfeld laten lig
gen."
„Natuurlijk herkende u hem later?"
„Ja, dat deed ik, en zooals de courant
vermeldt, liet ik hem vallen en zette mijn
.veg voort."
„Waarom verliet u hem zoo plotseling?"
Brian zag zijn vrager verwonderd aan.
„Omdat ik hem haatte," sprak hij kort
af.
„Waarom haattet gij hem.
Geen antwoord.
„Was het, omdat hij Miss Frettlby be
wonderde en naar alle waarschijnlijkheid
met haar zou gaan trouwen."
„Welzeker," klonk het norsch
„En nu," zei Calton hartstochtelijk, „zie
daar het eenige punt, waar het geheele
proces omheen draait, waarom ging u met
hem in het rijtuig?"
„Ik ging niet in het rijtuig."
„De koetsier verklaart, dat u zulks wel te zeggen, dat zij met mij verloofd was.
deed
„Hij heeft ongelijk. Ik kwam niet meer te- 1
rug, nadat ik Whyte herkend had."
„Wie was dan de man, die met Whyte in
het rijtuig stapte?"
„Dat weet ik niet."
„Kunt u niet de minste beschrijving van
hem geven?"
„Niet de minste."
„Bent u daar zeker van?"
„Ja, volkomen zeker."
„Hij schijnt precies als u gekleed te zijn
geweest" t
„Zeer waarschijnlijk. Ik kan, op z'n minst staat van beschuldiging te stellen?
genomen, een dozijn mijner kennissen op- Fitzgerald wende zijn hoofd om.
noemen, die lichte jassen boven hun avond- „Ja, antwoordde hij op Achten toon, „ik
kleeren dragen en vilten hoeden." 1 sprak zeer wild, inderdaad, op dit oogen-
„Weet u ook, of Whyte vijanden had?" blik wist ik niet wat ik zei.
„Neen, dat weet ik niet, ik weet hoege- „Bedreigde u hem?
naamd niets van hem, uitgezonderd dat j „Ja, dat deed ik. Ik zei, dat ik ham zou
een korten tijd geleden hij uit Engeland dooden, als hij bleef volharden in zijn voor
kwam met een aanbcvelingsschrijven voor nemen, om Madge te huwen.'
Mr. Frettlby en hij zich niet ontzag, Madge „O, als de huisjuffrouw haar verklaring,
ten huwelijk te vragen."
,.En wat zei hij?"
„Hij lachte mij uit. Vloek over hem."
„Er vielen vermoedelijk hooge woorden."
Brian lachte bitter."
„Ja, er vielen hooge woorden.'
„Heeft een derde u gehoord?"
„Ik geloof, de hospita. Toen ik het huis
verliet, zag ik haar in de gang."
„De instructie zal haar als getuige dag
vaarden."
„Zeer waarschijnlijk," meende hij onver
schillig.
„Zei u iets dergelks, om u zeiven in
„Waar woonde Whyte?"
Ginds, te St. Kilda, aan het einde van
Grey-Street."
„Hoe weet u dat?"
„Het stond in de couranten, en en,"
liet hij aarzelend er op volgen, „ik ben bij
hem geweest."
„Waarom?"
„Om te zien, of hij zijn voornemen, met
Madge te huwen, wilde laten varen, en hem
dat zij u dit hoorde zeggen, onder eede kan
afleggen, zal dit sterk tegen u getuigen.
Zoover ik zien kan, bestaat er voor u slechts
één verdediging, en die is een zeer gemak
kelijke, om n.l. uw alibi te bewijzen."
Wederom geen antwoord.
„U zei, dat u niet terugkwaamt en in het
rijtuig slapte," zei Calton, den beschuldigde
aandachtig gadeslaande.
„Neen, het was iemand anders, die juist
zooals ik gekleed was."
„En kunt u zich geen denkbeeld vormen,
wie het was?"
„Neen, dat kan ik niet."
„Waar ging u later heen, nadat u Whyte
verliet en door Russell street liep?"
„Dat kan ik u niet zeggen."
„Waart u in beschonken toestand?"
„Neen!" luidde zijn antwoord veront
waardigd. ti
„U kunt u dus alles herinneren?"
„Ja.
„En waar waart gij?"
„Dat kan ik u niet zeggen."
„Gij weigert?"
„Ja, beslist."
„Overweeg en denk na. Uw weigering
kan u duur te staan komen."
„Zoo noodig, zal ik er mij aan onderwer
pen."
„En u wilt mij niet zeggen, waar u
waart?"
„Neen, dat wil ik niet."
Calton gevoelde zich niets op zijn ge-
mak.
„U bent meer dan dwaas," zeide hij, „om
uw leven voor een kwalijk eergevoel ten
offer te brengen. Gij moet een alibi bewij
zen."
Geen antwoord.
„Hoe laat keerde u huiswaarts?"
,,'t Was omstreeks twee uur in den mor
gen."
..Wandelde u naar huis?"
„Ja, door de Fitzroy Gardens."
„Ontmoette u iemand op uw terugweg?"
„Ik weet het niet, ik sloeg daar geen acht
op."
„Zag u iemand?"
„Zoover ik weet, niet."
„U weigert dus mij te zeggen, waar u
waart Vrijdagmorgen tusschen één en twee
uur na middernacht?"
„Onherroepelijk."
Calton was voor een oogenblik voorne
mens, een andere krijgslist te verzinnen.
„Wist u dat Whyte papieren van waarde
bij zich had?"
Fitzgerald aarzelde, een doodelijke blos
overtoog zijn gelaat.
„Neen, dat wist ik niet," sprak hij aar
zelend.
De advocaat maakte een gebaar van mis
noegdheid.
„Waarom ontnaamt u ze hem dan?"
„Wat, had hij geldswaardige papieren on
der zijn berusting?"
Calton ontging het voordeel niet, dat hij
behaald had en besloot dan ook, het zich
onverwijld ten nutte te maken.
„Ja, hij had ze bij zich. Waarom naamt u
ze?"
„Ik heb ze niet genomen, ik wist zelfs
niet, dat hij ze bij zich had."
„Inderdaad, wilt u zoo beleefd zijn mij
te zeggen, wat zij bevatte."
Brian zag den strik, waarin hij gevallen
was.
„Neen, dat wil ik niet," antwoordde hij
kalm.
„Was het een, juweel?"
„Neen." M
„Was het een belangrijk document?"
„~jt weet ik niet."
„O, het was een geschrift. Ik Kan het aan
uw gelaat bespeuren. En was dit geschrift
voor u belangrijk?"
„Waarom vraagt u dit?"
Calton vestigde zijn vurige oogen kalm
e. vastberaden op Brians gelaat.
„Omdat," antwoordde hij gerekt, „de man
voor wien dit Geschrift zulk een groote
waarde bezat, de moordenaar van Whyte
moet geweest zijn."
Terwijl een doodelijke blos Brians ge-
laat overtoog, sprong hij, als door een ad,
der bestoken, van zijn plaats op.
„Mijn Gód," schreeuwde hij, zijn beide
handen uitstrekkende, „dat moet de waar.
heid zijn," en hij viel op den steenen vloei
neer.
Calton, angstig en ongerust, riep den ge
vangenbewaarder, en beiden legden zij hem
op het bed, en besproeiden zijn gelaat met
koud water. Hij kwam bij en kermde zwak,
ter-"::I Calton, ziende, dat hij niet meer
bij machte was te spreken, de gevangenis
verliet.
Toen hij buiten was bleef hij een oogen
blik staan en wendde den blik naar de ake
lige grijze muren.
„Brian Fitzgerald," sprak hij op doffen,
plechtigen toon, „gij zelf beging', den moord
niet, gij weet echter, wie de moordenaar
is."
(Wordt vervolgd.]