Uit de Pers.
Binnenlandsch Nieuws.
Me-ügtzijüen
Inggzondtn Msdedeefingen
Bij Hoest en
Verkoudheid
NIEUWE HAAKLEMSCHE COURANT
Tweede Blad Maandag 17 November 1924
Humbug en dikdoenerij.
De ambtenaarssalarissen.
Nederl. reconstractiebank.
W egenverbetering.
60 cents oer regel.
Mijnhardt's Emser-Tabletten 35c
Mijnhardt's Salm ak Tabletten 40c
Tnermo Tabletten 45c
Anga Bonbons 60c
De Pauselijke Internuntius in
den Haag teruggekeerd.
Hst eerste ijs in de Zuiderzee.
LEGER EN VLOOT.
KUNST EN KENNIS.
UIT BOEK EN BLAD.
KERK EN SCHOOL.
RECHTSZAKEN.
60 cents per regel
ANEGANG 20 en 20A
HEEFT U onze schitterende
Novambercollecties gezien?
in
GROOTSTE MATEN VOORRADIG
GEMENGD NIEUWS.
FEUILLETON.
HET GEHEIM VAN EEN
HUURRIJTUIG
Het is altijd nuttig, tegenover opgeschroef
de beweringen en luid kabaal zijn nuchterheid
'te bewaren.
Hoe meer geschreeuw, hoe minder wol,
Zegt een onzer typisch-Nederlandsche spreek
woorden.
Bij de Tarief wet heeft de linkerzijde het
ministerie en meer nog het land pogen te
intimideeren.
Tegenover dat simpele dingetje werd een
geweldige actie ontplooid.
„De Volkskrant" zegt er van
„De Vrijheidsbond richtte er een apart
bureau voor in.
De Telegraaf verzekerde, dat de over
groots meerderheid van het volk er tegen was
en dat een referendum de noodlottige wet
fel zou veroordeelen.
Vrijzinnig-democraten en sociaal-demo
craten eischten, dat eerst de kiezers zouden
worden geraadpleegd, en verklaarden, dat,
als dit niet geschiedde, van een rustige behan
deling van het wetsontwerp geen sprake zou
Zijn.
Van allen kant werd stevig tegen de Tarief-
wet uitgepakt, en het leek wel of regeering en
rechterzijde, met politieke verblindheid ge
slagen, hun verderf tegemoet holden.
Merkwaardig was intusschen, dat de sociaal
democraten, die vooral bij monde van den
heer. Schaper zoo hard hadden geroepen,
geen volkspetitionnement aandurfden, dat het
ontbrekende referendum tot op zekere
hoogte had kunnen vervangen-
En merkwaardig was ook, dat bij de be
handeling in de Kamer van de aangekondigde
obstructie schijn noch schaduw viel te be-
soeuren.
Men heeft blijkbaar maar eens willen
probeeren, of de regeering en de rechterzijde
niet waren bang te maken, en of door het
lawaai dat men maakte niet iets wat op een
volksbeweging leek, was te verwekken.
Maar het volk reageerde niet op den hum
bug en de dikdoenerij van de linksche pers.
Het raakte geen oogenblik uit den plooi
en liet shrijvers en sprekers fulmineeren.
Nu de Tweede Kamer de wet heeft aan
genomen, registreert de groote liberale pers
den uitslag zonder meer.
Geen woord zelfs, dat deze rampzalige
wet zoo spoedig mogelijk door een verplette
rend kiezersvotum moet worden getroffen en
ongedaan gemaakt.
Als er oprechtheid is geweest in de taxatie
van het tariefontwerp als een noodlottige
wet, oprechtheid in de verzekering dat de
meerderheid van ons volk die wet verfoeit,
dan is toch het minste wat men verwachten
kan en moet, dat men straks van de kiezers
een uitspraak over die wet zal wagen.
Maar men zal het niet doen, de liberalen
niet en de sociaal-democraten niet, en zoo
zal de onoprechtheid van het standje op tref
fende en voor ieder duidelijke wijze worden
gedemonstreerd.
Congres van R. K. Overheidspersoneel.
In de groote zaal van het Jaarbeursgebouw
te Utrecht werd Zondag een druk bezocht
congres gehouden van de R. K. Centrale van
Burgerlijk Overheidspersoneel ter bespreking
van het verloop der positieverslechteringen
van het Overheidspersoneel.
Het congres werd o.a. bijgewoond door de
Kamerleden C. J. Kuiper, C. Bulte, Dr.
Dekkers, J. G. Suringh, benevens vertegen
woordigers van het R. K. Vakbureau en een
lantal geestelijken.
De voorzitter, de heer L. F. Guit, uit Den
Haag, wees er in zijn openingswoord op dat
hier meer dan 20.000 R. K. ambtenaren
vertegenwoordigd zijn. Dit congres is een
stuk roomsche actie voor zaken waar wij
recht op hebben.
Vervolgens sprak de heer H. A. L. von
Freytag Drabbe, uit Amsterdam. Hij zou
liever hebben gesproken woorden van hulde
en dank tot de vertegenwoordigers in de
Tweede Kamer, dan dat hij thans protest-
woorden moet spreken. De woorden van
minister Ruys de Beerenbrouck, gesproken
bij de motie-Gerhardt, hebben ons smartelijk
getroffen. Het smart ons dat veel wat tot
stand gekomen is en goed was, thans wordt
ingetrokken.
Af te keuren is dat men vaste maatregelen
genomen heeft om uit een tijdelijke impasse
te komen. (Applaus).
Spr. onderwierp vervolgens de salarissen
uit het nieuwe bezoldigingsbesluit aan critiek
en was met rector Janssen van meening dat
zij onredelijk zijn. Daartegen moeten we
protesteeren, alléén protesteeren omdat we
geen andere middelen daartegen hebben.
We protesteeren tegen de houding der regee
ring, tegen die van de Tweede Kamer-fractie
(luid applaus). De besprekingen destijds met
de fractie gehouden, waren bevredigend
(gelach) en we hadden toen de verwachting
dat in het openbaar, in de Tweede Kamer
daarvan getuigd zou zijn geworden.
De voorzitter brengt vervolgens de volgen
de bestuursmotie in bespreking
„Het Congres, enz., gehoord de bespre
kingen overwegende, dat de huidige re
geering het instituut van georganiseerd
overleg in de afgeloopen 3 jaren heeft ge
hanteerd op een wijze, die strijdig is met
elke gezonde opvatting dat de Regeering
blijk heeft gegeven de tijdelijke financieele
moeilijkheden waarin de schatkist ver
keerde, te willen opheffen door blijvende
maatregelen welke uiterst nadeelig zijn
voor het Rijkspersoneel
dat de Regeering door de verschillende
verslechteringen het rijkspersoneel heeft
gebracht op een welvaartspeil beneden de
grens van de redelijkheid
overwegende voorts, dat de R. K. Ka
merclub zich in het openbaar niet heeft
uitgesproken tegen het onredelijke, dat is
gelegen in de regeeringsmaatregelen
spreekt haar bittere teleurstelling uit
zoowel over de regeeringsmaatregelen als
over de houding der R. K. Kamerfractie
en besluit, onder handhaving van haar
program van actie met alle geoorloofde
middelen het daarheen te leiden, dat het
onrecht alsnog ongedaan gemaakt worde."
Voor de discussie geeft zich een dertigtal
sprekers op. Aangedrongen werd om in de
motie op te nemen, dat de gemeenteclassifi
catie en de kindertoeslag teleurstelling heb
ben gegeven.
Betoogd werd, dat het personeel het be
treurt, dat de heeren Kuiper en Van Rijsewijk
hun stem in de Kamer niet hebben doen hoo-
ren ten gunste van het personeel, hoewel zij
daarvoor schriftelijk een lans voor de belan
gen van het personeel hebben gebroken in
de „Volkscourant" enz.
Tal van sprekers oefenen scherpe critiek
op de houding der Regeering en de R. K.
Kamerfractie uit, waarbij het congres meer
malen onrustig wordt, terwijl allerlei inter
rupties door de zaal flitsen.
Uit de vergadering wordt geëischt, dat het
Kamerlid Suringh zal aftreden als redacteur
van het R.K. Onderwijzersorgaan, en men
brengt hulde aan rector Janssen.
Voortgaande, keurt spr. de houding van
het meerendeel der R. K. pers af, die „tegen
beter weten in", de houding dezer z.g.n.
Christelijke regeering verdedigt.
Hierna beantwoordde de Voorzitter eenige
vragen. De bedoeling is ook om tegen de
Pensioenwet actie te voeren. Het denkbeeld
van het houden van een groote protestdemon
stratie zal het bestuur overwegen, al is spre
ker er niet zoo erg voor. De samenwerking
met de andere bonden werd verbroken op
het punt van den kindertoeslag. Een actie
van onder-op is een gevaar voor de ambte
naren en hunne gezinnen. Men zou het aan
grijpen om tal van ambtenaren op straat te
smijten. Spr. is er tegen, dat de ambtenaren
de straat op gaan en eens een uurtje staken.
Vervolgens was het woord aan den geeste
lijk adviseur, Rector Janssen. Spr. wilde
vóór de Kamerleden spreken omdat hij niet
wilde dat men zou zeggen dat hij beïnvloed
was. Hij wees er op dat onder de priesters
de democratische richting de overheerschende
is. Spr. is medegegaan naar de Kamerfractie
om hun meening te hooren over deze zaak.
Spr. heeft wei vertrouwen in de fractie en
werkelijk de deur is nog niet gesloten.
Spr. is het echter eens dat het bezoldigings
besluit gevaarlijk is omdat de grens ervan
niet voldoende is afgebakend. Indien daaraan
verbeterd kan worden wil spr. daaraan gaar
ne medewerken, evenals voorheen Spr. heeft
verwachtingen ten deze en hoopt dat de Ka
merleden zullen verklaren dat ze zullen trach
ten het bezoldigingsbesluit ongedaan te ma
ken. Laat men die hoop in de motie uitspre
ken (luid applaus).
Vervolgens voerde het Tweede Kamerlid
Kuiper het woord. Hij erkende wel eens met
meer genoegen het woord gevoerd te hebben
en onder aangenamer omstandigheden (be
weging). Spr. meent dat men te veel de fou
ten zoekt daar waar ze niet' zitten. Hij wil
niet verontschuldigen of verantwoording af
leggen, doch slechts het R. K. Rijksperso
neel zeggen dat de Kamerfractie de loonre
geling van het personeel als een groote en
aanhoudende zorg beschouwt. Dat moet men
in het oog houden. De staatstekorten moes
ten verdwijnen. (Geroep Ten koste van
ons) en daarvoor waren maatregelen noodig
en bezt i ligingen. (Ten koste der kleintjes
Spreker gaat op die interruptie niet in. De
indirecte belastingen gaan belangrijk uit
boven de bezuiniging op de ambtenaren. De
inflatie van den gulden moest voorkomen
worden (luid gelach). Men zie maar eens naar
andere landen en daarvoor mogen wij de ver
antwoording niet op ons laden.
Onder groot rumoer deelt spr. mede dat
de loonen in Frankrijk met 25 zijn ver
hoogd en de duurte met 50 en dien toe
stand trachten we in ons land te voorkomen.
De Voorzitter protesteert tegen het ru
moer, doch uit de vergadering roept menj:
„Moeten we dan alles slikken
De heer Kuiper wijst er op dat volgens de
Grondwet de regeering de bezoldiging der
ambtenaren vaststelt. De Kamer kan alleen
invloed iutoefenen. Was thans een conflict'
tusschen Kamer en regeering gekomen dan
was er Kamerontbinding gekomen en daar-
om heeft de fractie de motie-Van Scliaik ge
steld, waarin bepaald werd dat de bezoldi
ging onvoldoende was. De motie werd ver-
worpen. Aan de andere zijde loert men op toe- I
nemende ontevredenheid aan de rechterzijde
en daaraan hebben de ambtenaren niets.
Daarom nam onze fractie die houding aan.
Zonder hartstocht moet men dus onze be
slissing zien en dan zal men tot de overtui
ging komen dat een andere houding niet mo
gelijk was. We hebben daarmede onze in
zichten niet prijs gegeven en wij hebben toch
meer invloed dan welke linksche fractie ook.
De minister heeft zelfs eenige wijzigingen af
gewezen, ze zullen nog eens in het G. O. be
zien worden en voorts heeft de minister
verschitlende bevredigende toezeggingen fge-
daan. Spr. geeft toe dat niets vaststaat, doch
als de regeering iets overweegt komt het ook
(luid rumoer en gelach).
Er is nog wel eenig perspectief, daarom
moeten de organisaties hun actie voortzetten
geen gemoedsoverwegingen laten overheer-
schen, omdat de waarheid het overheidsper
soneel alléén brengen kan waar het wezen
moet (groote vroolijkheid en applaus).
De Voorzitter constateert dat de R.K. Ka
merfractie het overheidspersoneel nog niet
heeft losgelaten en dat de fractie alles zal
doen om onze wenschen ingewilligd te krij
gen. (Groot rumoer). De Kamerleden knik
ken bevestigend.
De heer Michielsen roept„De deur is
nog niet dicht
De Voorzitter -meende, dat het vertrou
wen in de Kamerfractie niet opgezegd kan
worden, omdat de fractie het in haar ziel met
het overheidspersoneel eens is. (Applaus).
Er moet vandaag gered worden wat te red
den is en daarom moet de conclusie over de
fractie uit de motie.
Uit de vergadering wordt aangedrongen
de heele verklaring in de motie te laten staan
omdat de heer Kuiper gezegd heeft niets be-
teekent
De Voorzitter dreigt zijn functie neer te
leggen indien dit wordt aangenomen.
De heer Van Frijtag Drabbe meent, dat
in de motie niet het vertrouwen in de fractie
wordt opgezegd. Betreurd wordt alleen dat
de fractie destijds niet openlijk gesproken
heeft. Over de z.g.n. nietszeggende verkla
ring van den heer Kuiper is spr. verheugd.
Laten we in de motie vragen om de mede
werking van de R.K. Kamerfractie.
De motie werd aldus getvijzigd aangeno-
men.
De heer De Bruijn van het R.K. Vakbu
reau verklaarde vervolgens eveneens dat het
vertrouwen van het Vakbureau in deze re
geering ook niet groot meer is. Het Vakbu
reau staat onafhankelijk van de Kamerfrac
tie, dus staat los van de houding der Kamer
leden....
Door scherpe interrupties wordt dit uit de
vergadering ontkent, hetgeen tot groot ru
moer aanleding geeft.
De heer De Bruijn zegt, dat het Vakbureau
achter het R.K. overheidspersoneel staat in
haar rechtvaardig streven.
De Voorzitter sluit daarna het congres.
(„Crt.")
Naar de Msb. uit financieele kringen
verneemt, heeft de Amsterdamsche Bank
vermoedelijk in verband met hare vorde
ringen op de in déconfiture geraakte All-
gemeine Depositen Bank te Weenen een
pakket aandeelen der Nederlandsche Recon
structie Bank te 's-Gravenhage overgenomen.
Zooals bekend, had de Allgemeine Depo
siten Bank reeds sinds geruimen tijd belang
bij de Reconstructie Bank.
De regeering neemt het ontwerp Everts
over.
Naar de Tel, verneemt, ligt het in het
voornemen van de Ministers van Financiën
en van Waterstaat, het ontwerp- weg-
belastingwet, zooals dat is samengesteld
door de commissie-Everts, in zijn geheel
als wetsontwerp in te dienen bij de Tweede
Kamer.
Als gevolg van den slechten toestand van
ons wegennet gaan jaarlijks vele millioenen
geheel nutteloos verloren. Wordt hieraan
een einde gemaakt door verbetering van
ons wegennet, dan ondervindt het motor-
transport daarvan de directe geldelijke
voordeel en. Als er dus van de gebruikers
van motorrijtuigen een dragelijke belasting
wordt geheven, welke wordt gebruikt om
ons wegennet in een beteren toestand te
brengen en te onderhouden, dan kan dit
zeker niet worden geacht in strijd te zijn
met de eischen der billijkheid.
Op grond van de vorengenoemde over
wegingen heeft de commissie eenstemmig
gemeend de vraag of het heffen van een
belasting wegens het gebruik van de wegen
gerechtvaardigd kan worden geacht, be
vestigend te moeten beantwoorden.
Bij de overweging van de vraag of de weg-
belasting door het Rijk dan wel door de
verschillende provin i'itt behoort te worden
geheven, meende de commissie de voorkeur
te moeten geven aan een algemeene regeling
van deze materie door het Rijk, m.a.w. aan
een Rijksbelasting.
De overg'oote meerderheid der commissie
was tegen het opnemen van de wielrijders
onder de te belasten categorieën van weg
gebruikers.
De commissie heeft met bijna algemeene
stemmen gemeend de voorkeur te moeten
geven aan het systeem, waarbij alle motor
rijtuigen worden belast, welke den open
baren weg berijden.
Om verschillende redenen heeft de com
missie eenstemmig besloten om voor het
onderwerp dijke wetsvoorstel het systeem
Bij Apothekers en Drogisten
„voertuigenbelasting" te aanvaarden. Zij
heeft gemeend door het invoeren van drie
maands kaarten zooveel mogelijk aan het
bezwaar tegen dit systeem, dat hierbij geen
rekening kan worden gehouden met de door
de voertuigen afgelegde afstanden, te moeten
tegemoet komen, maar zij ontveinst zich
niet, dat daarmede dit bezwaar nog geens
zins geheel is komen te vervallen.
Ten slotte heeft de commissie overwogen
op welke wijze de opbrengst der belasting
het beste zou kunnen worden aangewend
om te kunnen voldoen aan de bedoeling,
welke bij het invoeren der belasting heeft
voorgezeten, n.l. de spoedige verbetering
van het net van doorgaande wegen in ons
land.
Zijn Exc. Mgr. Cesare Orser.igo, Pauselijk
Internuntius te Den Haag, is, na eenigen tijd
met verlof buitenlands te zijn geweest, we
derom te 's-Gravenhage teruggekeerd en
heeft de leiding van de legatie van den iï.
Stoel weder op zich genomen.
Uit Enkhuizen wordt gemeld:
Aan de kust van West-Friesland vertoom
zich reeds licht drijfijs. Enkele visschers kon
den reeds wegens ijs hunne netten niet schie
ten.
VERTREK MET GROOT VERLOF.
Met betrekking tot den datum van ver
trek met groot verlof van militairen, die
voor herhalingsoefeningen onder de wape
nen zijn gekomen, is bepaald, dat dit ver
trek in het algemeen plaats heeft op den dag
waarop de herhalingsoefeningen officieel
eindigen. Behoudens ingeval bijzondere om
standigheden aanwezig zijn, mag op dezen
regel alleen uitzondering worden gemaakt
voor hen, wier godsdienstige gezindte het
werken op den laatsten dag verbiedt.
De voorlaatste dag moet als oefendag be
hoorlijk tot zijn recht komen, terwijl na af
loop van de laatste oefening de wapens, klee
ding, enz. in orde gemaakt kunnen wor
den en desgewenscht met het houden van
inspectie en de inlevering van wapens een
aanvang kan worden gemaakt, met welke
werkzaamheden den laatsten dag moet wor
den voortgegaan, terwijl vóór of bij het af-
presenteeren moet worden nagegaan of de
zakboekjes nauwkeurig zijn ingevuld.
Het afpresenteeren op den laatsten dag
moet c.q. groepsgewijze geregeld worden,
zoodat het vertrek plaats kan hebben op
zoodanig tijdstip, dat ook de verstafwonende
verlofgangers hunne haardsteden voor pl.m.
10 uur namiddag kunnen bereiken.
Het vertrek met groot-verlof na het vol
brengen van den eersten oefeningstijd moet
op overeenkomstige wijze geregeld worden.
Inhoudsopgaven van
tijdschriften.
Inhoudsopgave van Mannenadel en Vrou
weneer. Nov.-afl. Het eerste artikel is een
voortzetting van Pater Duijnstee's uiteen
zetting van „De Katholieke leer over de
Kuischheid". Schrijver geeft in deze afleve
ring de verklaring der algemeene principen
omtrent handelingen enz., die niet in zich
verkeerd zijn, maar zulks worden om het
verband met de zonde van onkuischheid.
Dit is noodig om later het juiste antwoord
te kunnen geven op de vraag, die zoo dikwijls
door onnadenkenden wordt gesteld „Maar
waarom mag dat niet?"
Op bladz. 43 vindt men een waarschuwing
tegen het gymnastiekstelsel „Loges", uit
gaande van het bestuur der Nat. R. K. Ver-
eeniging van Leeraren en O nderwijzers in de
Gymnastiek. Bladz. 48 brengt enkele „Ernsti
ge woorden" onder de oogen der lezers,
uitgesproken door Mr. A. de Graaf, voorzitter
van de Nederlandsche Vereeniging tot be
strijding van de geslachtsziekten.
Volgt nog een artikel over „Kunst en zede
lijkheid", waarin met woorden van Père
Jannier het sofisme wordt blootgelegd van
hen, die algeheele vrijheid van de moraal
opeischen voor de kunst.
Ten slotte nog enkele bladzijden met
nieuws uit de afdeelingen, interessante gege
vens uit binnen- en buitenland en boekbe-
spreking.
L. S.
DE KATHOLIEKE MISSÏëN.
Dit tijdschrift begint heden zijn 50sten
jaargang. Bij die gelegenheid heeft het een
feestnummer uitgegeven, dat o.m. in te prij
zen uitvoering, de portretten bevat der gees
telijke hoofden van alle R.K. Missiën.
Wij kunnen „De Katholieke Missiën" niet
genoeg bij onze lezers aanbevelen. Het
tijdschrift verschijnt maandelijks. Het is
zoo ingedeeld, dat telkens 16 bladz. gewijd
worden aan verschillende Missieberichten,
WAAROM EEN REINILDA-HUIS TE
AMSTERDAM.
Zooals onlangs in de bladen werd ver
meld, heeft het Reinilda-Comité, vertrou
wend op Gods Voorzienigheid en op de
milddadigheid der Katholieken, het waag
stuk aangedurfd en een flink gebouw ge
kocht aan de Marnixstraat, om dit in te
richten tot Reinilda-huis.
Er is ongetwijfeld durf noodig, om in
dezen tijd van malaise zulk een stichting te
beginnen en wij begrijpen volkomen, dat
er zelfs onder de Katholieken eenigen zijn,
die zich afvragen Waarom dit groote werk
juist nu en met zooveel spoed begonnen
Mag ik u even de reden ontvouwen
Het Comité wilde „de armsten der armen
helpen, het zag met schrik zoovelen verloren
gaan en meende niet langer te mogen uit
stellen.
Deze meening werd overtuiging door het
gezagdragend woord van onzen beminden
Bisschop.
Hoezeer Z. D. Hoogwaardigheid het
werk van Bathanië waardeert, bleek reeds
zoovele malen en nog voor enkele dagen,
toen Monseigneur, zoo geheel tegen de
gewoonten, in de drukke Vormweek te
Rotterdam 't Reinildahuis bezocht en zoo
echt vaderlijk ieder der kleinen één voor één
bij zich lieten komen.
Toen dan ook de presidente en een lid
van het bestuur als afgevaardigden van
het Comité van Amsterdam door Mon
seigneur in audiëntie werden ontvangen,
betuigde Z. D. Hoogwaardigheid in hoogst
waardeerende woorden zijne ingenomenheid
met Bethanië en met het werk van het Co
mité.
Monseigneur verklaarde bovendien in het
bisschoppelijk schrijven, waarin de stichting
van een Reinilda-huis in de Jordaan te Am
sterdam werd goedgekeurd en aanbevolen,
dat dit werk hier niet alleen wenschelijk,
maar hoogst noodig was en gaf nadrukkelijk
zijn bisschoppelijken wensch te kennen,
dat dit werk de sympathie mocht onder
vinden van alle Katholieken van Amsterdam.
Ook wenscht de Bisschop, dat als het werk
eenmaal is begonnen, vele katholieke dames
de catechisten daadwerkelijk zullen helpen
in haar opofferend werken.
Dit schrijven moge hier volgen
„In antwoord op Uw verzoek tot stichting
van een Reinilda Huis in de Jordaan te
Amsterdam, deelen Wij U bij deze mede, dat
Wij de stichting van zulk een huis voor
Amsterdam niet alleen wenschelijk achten,
maar hoogst noodig want als er eene stad is,
waar een groot arbeidsveld voor dit liefde
werk openligt, dan is het zeker in Amster
dam.
„Van harte wenschen Wij U daarom toe,
dat dit liefdewerk bij de Katholieken van
Amsterdam sympathie ontmoete en dat er
vele katholieke dames gevonden worden,
die de Zusters van Bethanië genegen zijn
te helpen bij de „kerstening" der heiden
kinderen."
w.g. t AUGUSTINUS JOSEPHUS,
Bisschop van Haarlem.
Wij vertrouwen de redenen, die het Co
mité reeds nu tot handelen noopten, voldoen
de te hebben ontvouwd en hopen, dat de
wensch van onzen hoogvereerden Bisschop
bij alle katholieken verhooring zal vinden.
H. VAN RUTH S.J.,
Pastoor.
en 16 bladz. onderhoudende lectuur voor T Ingezonden IftedsdeeHngen
het Christelijk gezin bieden.
In dit jubilé-nuinmer, is vanwege het zeer
belangrijk overzicht, het gedeelte van het
Christelijk huisgezin moeten beperkt worden
tot 4 bladz. In de volgende afl. zal weer
zooals gewoon 16 bladz. Missie-tekst en 16
bladz. varia worden geboden.
Daar het tijdschrift niet alleen speciaal
over onze Missiegebieden handelt, doch
Missionarissen van verschillende congrega
tie hunne medewerking verleenen, kan het
als algemeen Missie-tijdschrift beschouwd
worden,
„De Katholieke Missiën" wordt uitgege
ven door het Missiehuis „St. Willibrordus"
te Uden (N.Br.)
hoek Frankestraat
DE DURE BONTMANTEL, DIE NIET
BETAALD WORDT.
De Hooge Raad deed Vrijdag uitspraak in
de procedure tusschen een Haagsche bont-
fi ma en de erven van een Engelsch officier
in zake de bekende kwestie over een bont
mantel. Gedurende de mobilisatie had een te
s Hage geïnterneerde Engelsch officier bij
deze firma een bontmantel besteld ter waarde
van 40.000 ten behoeve van zijn vriendin.
De bontmantel werd geleverd, doch is niet
betaald, aangezien de officier kort daarna
overleed. De firma wendde zich daarop tot
den Engelschen rechter, om van de erfgena
men van den officier betaling te krijgen. De
Engelsche rechter ontzegde evenwel de inge
stelde vordering. De firma, hiermede niet
tevreden, wendde zich daarop tot den Neder-
landschen rechter. Zoowel de Haagsche
rechtbank, als het Haagsche Gerechtshof
stelden haar in het ongelijk en ook de Hooge
Raad heeft thans het cassatieberoep verwor
pen.
VAI.SCHE POSTWISSELS.
De Zesde Kamer der Rechtbank te Amster
dam, veroordeelde Vrijdag ieder tot 6 maan
den gevangenisstraf, een 40-jarige boekhouder
Robs
Tailor Mades
Paleiofs
Jonge Da nes Mantels
Pelsman iels
Foirrares.
Qualiteit, Coupe en Elegance
gegarandeerd.
VergellJSti onze hoogst
concurreerende prijzen
en een 28-jarige kantoorbediende, ter zake
van het innen van geld op valsche postwis
sels in België.
Beide beklaagden haden zich met dezelfde
practijken eveneens hier te lande bezig ge
houden, weshalve eerstgenoemde onlangs toi
2)4 jaar was veroordeeld; de ander tot 2
jaren.
Hun feitelijke woonplaats was Amsterdam,
en daarom werden zij voor de in België ge
pleegde feiten eveneens voor den Holland-
schen rechter geleid.
Zij werden veroordeeld conform den eisch
van het O. M.
WAARSCHUWING.
De Hoofdcommissaris van Politie te Rotter
dam waarschuwt tegen de gedragingen van
Frederik Deinum, geb. te Dordrecht 27
Sept. 1881, kunstschilder, zonder vaste
woonplaats, zich afwisselend noemende Jonk
heer van Eisinga, Humalda van Eisinga,
Jonkheer van den Berg van Eisinga of
Ouwehand, die bij particulieren geld poogt
los te krijgen, door het opdisscheu van
allerlei verhalen hoofdzakelijk over Indië.
Het is gebleken, dat hij zich de laatste dagen
ook Dokter van Eisinga noemt. Inlich
tingen zijn te bekomen bij de Afdeeling
Centrale Recherche, aan het Haagsche Veer
te Rotterdam.
AMPER GERED.
Vrijdagmiddag ontstond brand in de
landbouwerswoning, bewoond door G. Bouw
huis te Delden. De vrouw, die alleen thuis
was, trachtte het vuur te blusschen en klom
daarom naar den zolder maar zag zich plotse
ling den terugweg afgesneden. Zij sprong
nu door het zgn. „slop" naar beneden,
waarbij zij een lichte kneuzing aan den rug
opdeed. Huis en inboedel verbrandden. Het
levende have werd gered.
EEN UITVINDING OP FILM-GEBIED.
Dr. Tenon en de heer Rose hebben,
naar het Holl. Nbur. meldt, een belangrijke
uitvinding gedaan op filmgebied.Zij hebben
n.l. een toestel uitgevonden, waarbij de film
voortdurend opschuift, terwijl dit gewoon
lijk geschiedt met sprongetjes. De Zweedsche
uitvinders hebben gepoogd de beweging
van het beeld te vervangen door een systeem,
dat berust op de optische werking van een
straalbrekenden bol. Bij de demonstratie,
die zij voor de pers hebben gegeven, bleek
het, dat de beelden buitengewoon „stil"
waren en toch even schitterend als bij het
gebruik van een gewoon toestel.
DE TUCHTELOOSHEID DER AMST.
JEUGD.
Voor een ton schade aan Gemeente-
eigendommen.
Het bestuur van de Ledengroep Amster-
van de Tucht-Unie ontving dezer dagen op
zijn verzoek aan het Gemeentebestuur,
om een kostenopgaaf te mogen ontvangen,
betreffende de schade door de jeugd aan
gemeente-eigendommen toegebracht, een
welwillend antwoord, waaruit als voorloopiga
mededeeling deze cijfers zeker de aandacht
trekken.
De schade, telkenjare aan gemeente-eigen
dommen toegebracht, is naar ruwe schat
ting plus minus f 100.000, waaronder ov.
herstellingskosten en vervanging van bescha
digd of verloren bestratingsmateriaal, onge
veer f 50.000 schade aan beplantingen plus
minus f 20.000.
Van één enkele school in een tamelijk
afgelegen straat en in een omgeving waar
weinig verkeer is, werden in 1923 voor een
bedrag van ongeveer f 500.aan glas
ruiten vernield.
ONDER VERDENKING VAN BRAND
STICHTING.
De koopman L. P. te Venlo is onder ve,-
denking van brandstichting gearreste. i en
naar de gevangenis te Roermond overge
bracht. Hij had zijn vrachtauto, toebehooren-
de aan hem en den koopman K gestald
in de garage van I. Ncfkens. Bij den auto
had hij een kist met licht ontbrandbare stof
fen geplaatst. Maandag raakte de auto tot
twee maal toe in brand, waarop ce heer rset-
kens de recherche waarschuwde. De aan
wijzingen leidden al spoedig tot liet ver
moeden dat L. P. de dader moest zijn en toen
Dinsdag voor de derde maal de vlammen
uitsloegen, werd de verdachte aangehouden,
Na aanvankelijk alles ontkend_ te heboen.
heeft hij gisteren bekend.Het doel was de
verzekeringsgelden te kunnen beuren. Den
medeeigenaar K. treft geen schuld.
28.
„Ik veronderstel." zeide hij, achterover in
zijn stoel leunend, en de kringvormige
rookwolkjes zijner sigaar met welgevallen
gadeslaande, „ik veronderstel, dat u bekend
bent met het binnenste en buitenste van het
geheim van het huurrijtuig?"
„Dat zou ik meeuen," zei Kilsip, met een
nieuwsgierigen blik uit zijn vriendelijke
oogen, „want Corby bluft er aanhoudend op
dat hij zoo handig was den hand op den ver-
moedelijken moordenaar gelegd te hebben!"
„Zoo," zei Calton, voorover leunend en
zijn armen op de tafel leggend. „Vermoe-
delijken moordenaar? Hé, moet dit betee-
kenen dat het de jury aan de vereischte
overtuigingsbewijzen ontbreekt, of houdt u
Fitzgerald voor onschuldig?
Strak staarde Kilsip den advocaat aan,
terwijl hij langzaam zijn handen in elkander
wreef.
„Welnu," sprak hij tenslotte op vastbe
raden toon, „alvorens ik uw briefje ontving
was ik vast overtuigd, dat Gorby den rech
ten man gepakt had, maar toen ik vernam,
dat u een onderhoud niet mij weaschte en
wetende, dat u de verdediger van den ge
vangene zijt, raadde ik, dat u iets in zijn
voordeel ontdekt had, waarvoor mijn rechts
kundigen bijstand u gewenscht voorkwam,
om het te onderzoeken."
„Juist," zeide Calton.
„Daar Fitzgerald van zijn ontmoeting op
den hoek met Whyte gewag maakte en den
bestuurder van het rijtuig wenkte ging
de gerechtsdienaar voort.
„Hoe weet u dit?" viel Calton hem bits
in de rede.
„Gorby vertelde het mij."
„Wel verduiveld hoe vond hij dat uit,"
schreeuwde de advokaat met ongekunstelde
verassing.
Omdat hij altijd rondtast en overal den
neus insteekt," zei Kilsip in zijn verontwaar
diging vergetende, dat juist dat rondtasten
en overal den neus insteken een gedeelte
van de bezigheden dos spions uitmaakt
„Doch in ieder geval," vervolgde hij ijlings,
„toen Mr. Fitzgerald Whyte verliet, was de
eenige kans die hij verkrijgen kon, om zijn
onschuld te bewijzen, dat hij niet terug
kwam, zooals de koetsier beweerde."
„Ik veronderstel dus, dat u de overtuiging
koestert, dat Fitzgerald een alibi zal kunnen
bev/ijzen, zei Calton.
„Wel, mijnheer," antwoordde Kilsip be
deesd, „u weet natuurlijk meer van het ge
val dan ik, maar zoover ik zie, is dit de
eenige verdediging, welke hij kam opgeven".
„Welnu, hij is niet voornemens zulk een
verdediging in te brengen."
„Dan moet hij schuldig zijn," zei Kilsip
vlug.
„Dat is zoo noodzakelijk niet," antwoord
de de advokaat droog.
„Maar indien hij zijn hais wenscht te red
den, dan moet hij een alibi bewijzen, hield
de ander vol.
„Ziedaar juist zijn bedoeling," antwoordde
Calton, „hij wil zijn hals niet redden."
Kilsip, min of meer in verlegenheid gera-
kend, nam een teugje wijn en wachtte af,
hoe Caltons zienswijze omtrent een en an
der was.
„Het feit is dit," zei deze, een versche si
gaar aanstekend, „hij heeft een buitenge
woon denkbeeld in zijn hoofd opgevat om
het geheim te bewaren, waar hij in den
nacht van den moord was. Het moet iels
zeer belangrijks geweest zijn, want men ont
bood hem in allerhaast."
„Hij keerde dus niet naar het rijtuig
terms?"
„Neen, dat deed hij niet, hij wilde zijn af
spraak nakomen, maar, waar die afspraak
was, wilde hij om de een of andere reden
niet zeggen, fledenmo'-gen ging ik naar zijn
kameren vond dezen half verbranden brief,
w arin hem verzoch werd, vooral te ko
men."
Calton stelde Kilsip het schrijven ter hand
deze legde het op de tafel en nam het zorg
vuldig in oogenschouw.
„Het was op Donderdag geschreven," zei
de gerechtsdienaar.
„Natuurlijk, dat kunt gij aan den datum
zien, en Whvte werd vermoord Vrijdag den
27en
„Het is ergens in villa Foorak geschre
ven," vervolgde Kilsip, het papier onophou
delijk beschouwende. „O, ik begrijp het, hij
ging daarheen."
„Toch niet," bemerkte Calton sarkastisch.
„Goedschiks kon hij daar niet zijn heenge
gaan; een onderhoud te hebben en terug te
rijden naar East Melbourne in één uur tijds
de koetsier kan bewijzen, dat hij tegen
hospit
dat hij tegen twee uur zijn woning in East
een uur in Russelstreet was, en zijn hos pita,
Melbourne betrad neen, hij was niet naar
Foorak.''
„Hoe laat werd die brief hem ter hand
gesteld?"
„Even voor twaalven, op dc Melbourne-
club, door een meisje, hetwelk, zooals de
knecht ontwaard had, 'n zeer brutaal schep
sel schijnt te ziin u kunt zien, er staat
geschreven; brengster dezès zal hem wach
ten in Bourkestreet, en daar er nog een an
dere straat genoemd wordt en aangezien
Fitzgerald, na Whyte veriaten te hebben,
Russellstreet doorging, om zijn bepaling ge
stand te doen, is de meest aannemelijke
slotsom feze, dat dc brengster van den brief
hem aan den hoek van Bourkestreet en
Russellstreet wachte Nu," ging de advocaat
voort, „wenschte ik uit te vorschen, wie
dat meisje was, dat den brief bracht.'
„Maar hoe?" (f
„Maar u bent toch erg dom, schreeuwde
Calton, terwijl zijn verbittering voor zijn ge-
:wone diplomatie moest zwichten. „Kunt
'u dit niet begrijpen dit papier komt uit
een der achterbuurten daarom moet het
gestolen zijn."
tuum, kan daar niet zeer goed doorloopen,
Kilsip's brein.
„Talbot-Villa, Foorak," riep hij vlug, den
brief nogmaals ter hand nemend en dezen
met den onverdeeldsten aandacht onder
zoekende, „daar had die inbraak plaats.'
„Juist," sprak Calton met een ongekun-
stelden glimlach. Nu begrijpt u. wat ik van
u verlang u moet mij naar de woning in
de achterbuurt brengen, waar de gestolen
voorwerpen uit het huis in Foorak verbor
gen waren. Dit papier" naar den brief
wijzend „maakt een deel uit van de ach
tergebleven massa, en moet door iemand
van hen gebruikt zijn. Brian Fitzgerald ge
hoorzaamde stipt de bevelen, in dien brief
vermeld, en hij was op het tijdstip, waarin
de moord bedreven werd, daar ter plaatse."
„Ik begrijp u," sprak Kilsip vergenoegd.
„Er waren vier Wenschen hij die inbraak be
trokken cn zij verborgen de goederen in de
hut van vrouw Guttersnipe, in een steeg
van Little Bourke street, maar drommels,
een heer, als Mr. Fitzgerald in avondkos
tuum, kan daar iet zeer goed doorloopen,
tenzij
„Hij iemand bij zich had, die zeer goed
met de plaatselijke gesteldheid bekend was,
voleindigde Calton vlug. „Juist de vrouw,
die hem den brief in den club ter hand stel
de, vergezelde hem. Te oordeelen naar de
beschrijving van de bediende omtrent haar
voorkomen, zou ik denken, dat zij nog al
tamelijk goed in de achterbuurten bekend
„Welnu," zei Kilsip, opstaande en zijn
horloge raadplegend, „het is nu negen uur.
Wanneer u het dus verkiest, zullen wij da-
dadelijk gaan, om een kijkje te nemen in de
verblijfplaats der oude heks een sterven
de vrouw" zeide hij, daar hem plotseling
een gedachte to binnen schoot, „er was daar
een vrouw, die nu vier weken geleden
stierf."
„Wie was zij?" vroeg Calton, zijn overjas
aantrekkende.
„Een bloedverwante van juffrouw Gut
tersnipe, naar ik veronderstel, antwoordde
Kilsip, terwijl zij het kantoor verlieten. „Ik
weet niet precies, wie zij was zij droeg
den bijnaam van „de koningin en moet
een wonderschoone vrouw geweest zijn -
ongeveer drie maanden geleden kwam zij
van Sidney en had, voor zoover mij bekend
is, Engeland niet weergezien. Zij stierf op
den nacht van Donderdag op Vrijdag aan
tering."
„Dan moet zij de vrouw geweest zijn,
welke den brief schreef."
„Dat is aan geen twijfel onderhevig," her
nam Kilsip, „maar zoo Fitzgerald er dien
nacht geeweest is, kunnen wij voldoende ge
tuigen erlangen, om een alibi door onweder-
legbare bewijzen te staven. Van twee ben
ik, minstgenomen zeker, van vrouw Gutter
snipe en hare kleindochter Sal.
(Wordt vervolgd..