ËOTöfND
(i
gCHHoEK
MEDISCHE PRAATJES.
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT
Tweede Blad Donderdag 20 November 1924
De strijd van dr. Seipel tegen de autonomie dei; landsbesturen en voor
een positief federalisme. Cailiaux' terugkeer in het politieke leven.
Het offensief tegen Herriot. Engeland's houding tegenover het ontwa-
^enings- en arbitrage-protocol van den Volkenbond.
Onder de Radio-berichtenDe Britsche regeering en het ontwapenings-
^rotocol. Liberale plannen voor volgende Engelsche verkiezingen.
Een nabefrachting over de kortstondige Egyptische kabinetscrisis.
@EM. BUITE&3L BERICHTEN.
DE ONTEVREDENHEID DER FRAN
SCHE OORLOGSVERMINKTEN.
DE CHINEESCHE BURGEROORLOG.
MARKTNIEUWS.
Visschery.
HANDEL EN NIJVERHEID.
De Nederlandsche Handels
balans in October 1924.
KERK EN SCHOOL.
Missie-nieuws.
RECHTSZAKEN,
Ze wisten van niets.
FEUILLETON.
EEN
HET GEHEIM VAN
HUURRIJTUIG
i
LUMBAGO.
De meesten uwer zullen waarschijnlijk bij
het hooren van deze aandoening zich niej
weten te binnen te brengen, tot welk onder
deel der medische wetenschap déze behoort.
En toch kan deze kwaal tot het alledaagsche
lijden gerekend worden en is uit dien hoof
de overwaard in deze rubriek behandeld te
worden.
Lumbago is de officieele benaming voor
-.spit in den rug" een typische volksuitdruk
king, die, zooals wij zien zullen, veel te ruim
genomen is. Het spit in den rug, ik hoop dat
u het niet uit eigen ervaring zult kennen,
openbaart zich door een plotseling heftig
optredende pijn in de iendenstreek. Dit on
verwacht optreden van pijn in de lendenen
wettigt de diagnose „lumbago" nog geens
eins
Er zijn immers tal van andere aandoenin
gen, zooals b.v. niersteen koliek, galsteen
koliek, tuberculose in de lenden, wervelko
lom, darmziekten enz., die pijn in de lende
nen nu eens meer dan minder ten gevolge
hebben en waarvan niemand zal beweren,
dat zulks spit in den rug is. Wij dienen dus
de beteekenis, die wij aan het begrip hech
ten, binnen nauwer grenzen te beperken.
De oorzaak van het lijden ligt volkomen
in het duister.
Praktisch gesproken onderscheiden wij
twee soorten van lumbago en wel den rheu-
matischen en den traumatischen vorm. De
eerstgenoemde is ons allen bekend. Door het
vatten van koude, vooral op die deelen, kan
de typische heftige lendenpijn in haar vol
len omvang optreden, zoo erg soms dat het
slachtoffer geen voet meer kan verzetten,
ja zelfs niet kan zitten of liggen en de
halfgebogen staande houding de meest ge-
wenschte is.
Onder de tweede categorie de z.g.n. "trau
matische" verstaan wij heel wat anders. De
uitdrukking „trauma" beteekent „verwon
ding" in den ruimsten zin van het woord ge
nomen.
Wanneer wij aan deze voorstelling vast
houden dan denkt gij onwillekeurig aan
iemand, die b.v. door een zwaar voorwerp
in zijn lendenstreek getroffen wordt of
iemand, die van de trappen valt en telkens
bij den val met zijn lendenen met de treden
in aanraking komt. In zulke gevallen heb
ben wij strikt genomen niet met spit in den
rug te doen, hoewel de persoon in kwestie
met heftige lendenpijnen, die met spit in den
rug overeenkomen te kampen kan hebben.
Wij spreken in deze omstandigheden van
kneuzing of „contusie" van de lendenspie
ren. Nu zult gij mij onwillekeurig toeroepen:
„wanneer gij dit alles in engeren zin niet tot
het spit rekent, wat blijft er dan over Wel
nu ik zal dit nader toelichten. Het is u mis
schien wel eens gebeurd, dat gij plotseling
een zeer onverwachte beweging met uw
romp moest maken om een groot onheil te
voorkomen. Gij hadt hier niet den tijd om
al uw wervels, die door gewrichten met el
kander verbonden zijn, in de behoorlijke po
sitie te brengen het resultaat was welis
waar, dat gij het dreigende gevaar ontkwaamt
maar ten koste van een buitengewoon ge-
voeligen steek in de lendenstreek, die soms
na een paar uur wéér verdween, doch ook
zoo heftig kon inwerken, dat al de typische
verschijnselen van de lumbago optraden.
Men drukt dit wel eens typisch uit door te
zeggen dat de spieren geforceerd werden
door de» bovenmatige eischen aan haar ge
steld.
Gelukkig duurt de lumbago gewoonlijk
niet lang en is de patiënt in de meeste geval
len weer vrij spoedig hersteld. Niettemin
maakt hij gedurende den aanval de allerhef
tigste pijnen door.
Begrijpelijk is dat hier de hulp van den
medicus ingeroepen wordt en niet ten on
rechte. Het is de plicht van dezen in de al
lereerste plaats na te gaan waar de oorzaak
van het kwaad schuilt en blijkt het hem dat
geen andere deelen van het tichaam zijn aan
getast, het lijden van den patiënt zooveel
mogelijk te verzachten.
MEDICUS.
Dc regeeringscrisis in
Oostenrijk.
De nieuwe Oostenrijksche bondskanselier
Rudolf Ramek, advocaat te Salzburg, 43
jaar oud, is eigenlijk een onbeschreven blad
papier, ofschoon hij reeds in het coalitie
ministerie-Renner in '19 minister van ju
stitie, en in '21 minister van binnenlandsche
zaken was. Ramek is pas sinds vijf jaar in
het politieke leven. Nimmer is hij bijzonder
op den voorgrond getreden, meldt de Ween-
sche correspondent van de „Frankf. Ztg.",
noch als tegenstander van de soc.-dem.,
noch in de school-quaestie; hij neemt een
tusschenstelling in tusschen de beide feite
lijk zeer scherp tegenover elkaar staande
vleugels van de christ.-soc. partij, n.l. de
stedelijke en de agrarische, of, zoo men wil,
de conservatieve en de clericale. Wellicht
is het daaruit te verklaren, dat men reeds
na den aanslag op Mgr. Seipel, toen het nog
niet duidelijk was op welke wijze de regee
ring zou worden voortgezet, gedacht heeft
aan de vorming van een kleurloos ministerie-
Ramek.
Over den strijd van dr. Seipel met de
landsbesturen, die streven naar grooter auto
nomie, vooral ook op financieel gebied, welk
streven de thans afgetreden bondskanselier
onvereenigbaar achtte met het welslagen van
den saneeringsarbeid, zoodat hij vervanging
van het negatieve door een positief federa
lisme wenschte, wordt o.a. nog gemeld, dat
de landen de onmiddellijke uitbetaling vor
derden van een bedrag van 600 milliard
kronen, zijnde het achterstallige aandeel
van den landen in de door den bond geheven
belastingen, welk bedrag de minister van
financiën wilde verminderen tot 150 mil
liard binnen twee jaren uit te betalen. Ver
der eischten zij toezegging van bepaalde be
talingen in de toekomst, eigen belasting
recht en het recht van heffing van opcenten
op de bondsbelastingen. Over het algemeen
dateert het verzet van de provinciale „pas
ja's," zooals de Weensche correspondent
van de „Manch. Guard." hen noemt, van
het oogenblik, dat grooter soberheid werd
gevraagd in het provinciaal beheer en aan
gedrongen werd op unificatie van het finan
cieel beheer.
Op deze eischen konden dr. Seipel noch
de minister van financiën Kienboeck in
gaan, daar zij van oordeel waren, dat daar
door de bond tot onmacht zou worden ver
oordeeld en in elk geval het geheele sanee-
ringswerk belemmerd zou worden. Ook de
Groot-Duitschers waren sterk tegen inwilli
ging van die eischen, waardoor men de lan
den aan de christ.-soc. partij (die daar het
heft in handen heeft) zou uitleveren hier
mede was de regeeringsmeerderheid te niet
gedaan.
Als opvolger van dr. Kienboeck als minis
ter van financiën wordt de eveneens nog
jeugdige dr. Ahrer, de plaatsvervangend
Landeshau mann in Stiermarken, genoemd,
een man, die naar de Weensche correspon
dent van de „Köln. Ztg." meldt, als werktuig
van Landeshauptmann dr. Rintele de vleu
gel van de christ.-soc. tegenstanders van dr
Seipel (die in deze christ.-soc. paleisrevo
lutie de zege hebben weggedragen) vertegen
woordigen zal. Deze dr. Rintele is een zeer
bekwaam hoogleeraar, om wien zich de laat
ste jaren allen scharen, die streven naar de
federaliseering van Oostenrijk. (Een bekwaam
maar niet al te rechtschapen politicus, noemt
de correspondent van de „Manch. G." hem).
De heer Rintele, zoo verzekert de „Frankf.
Ztg.", heeft zich zijn eigen burgerwacht ge
vormd en zijn gendarmerie bekommert zich
al heel weinig om de bevelen uit Weenen.
Wanneer het er om gaat een staking te on
derdrukken, kunnen de ondernemers op dr.
Rintele rekenen. De laatste dagen van de
crisis liep hij al met volledige ministerslijs-
ten door de couloirs van het parlement, toen
er kans bestond, dat dr. Seipel ten val zou
worden gebracht.
Deze „guerilla" met de landen heeft dr.
Seipel, nu de gelegenheid met de spoorweg
staking zich aanbood, blijkbaar afdoende
willen uitvechten door den stier krachtig bij
de horens te vatten. Zich steunend op het
vertrouwen, dat hij in het geheele buitenland
geniet als saneeringsdeskundige, heeft hij
het geheele probleem aan de orde gesteld,
ten einde in de eerste plaats tot een rege
ling te komen met zijn tegenstanders in de
eigen partij (een poging daartoe deed hij al
door zijn opzienbarende rede over de school-
quaestie, enkele weken geleden, een quaestie
waarover hij ook van meening verschilde
met de Groot-Duitsche coalitiegenooten), en
daaronder met dr. Rintele, met dr. Ahrer,
nooit een volbloed christ.-soc. is geweest.'
Dr. Seipel heeft zich echter blijkbaar ver
gist, zijn tegenpartij was sterker dan hij
gedacht heeft en hij heeft de nederlaag ge
leden.
Thans dient afgewacht, hoe de voorstan
ders van grooter autonomie voor de provin
cies zijn taak en arbeid zullen voortzetten.
Met belangstelling zal daarnaar worden uit
gezien in Oostenrijk zelf, waar men in het
algemeen in den aftredenden bondskanselier
de groote en belanglooze beweegkracht voor
het saneeringswerk erkende en waardeerde,
maar zeker niet minder in het buitenland,
waar men wellicht wat sceptisch staat ten
opzichte van het oprechte streven der auto-
nomisten, om den saneeringsarbeid voor al
het andere, te laten gaan.
De amnestie aan Cailiaux
en Malvy.
Zooals te verwachten was spreekt de link-
sche pers er haar vreugde over uit, dat er
thans niets meer is overgebleven van dS von
nissen tegen Malvy en Cailiaux, die nog wer
den uitgesproken onder den invloed der oor
logsopvattingen, terwijl de rechtsche klaagt
dat het heelemaal den verkeerden kant op
gaat nu zelfs een Poincaré voor Malvy kwam
pleiten.
Maurras, die tengevolge van een door de lin
kerzijde voorgesteld amendement eveneens
amnestie heeft gekregen voor de acht maan
den, hem als aanstichter der fascistische mis
handelingen van linksche voormannen opge
legd, zegt dat hem dit even koud laat als de
veroordeeling zelf, en dat hij met genoegen
door de stad zou wandelen met de overwe
gingen van zijn vonnis op de borst, hetgeen
Malvy en Cailiaux, hoewel ook geamnes-
tieerd, toch liever niet zouden doen.
Men kondigt aan dat Malvy thans van
plan is terstond revisie te vragen. Die aan
vraag zou berusten op volkomen onjuiste
overwegingen in het vonnis van het Hoog
gerechtshof, waarin Malvy daden ten laste
gelegd worden als het subsidieeren van Al-
mereyda en het ontzien van den anarchist Se-
bastien Faure, in werkelijkheid echter be
sluiten van den geheelen ministerraad. De
algemeene opvatting is dat Malvy dan slagen
zal om zich geheel te disculpeeren. Men uit
dan ook eenige verbazing dat Poincaré niet
eerder kans gezien heeft openlijk bekend te
maken hetgeen nu omtrent de schuld van
Malvy in den Senaat is gezegd.
Zoodra de wet door den Senaat zal zijn
aangenomen en wegens de daarin aange
brachte veranderingen ook weer in de Ka
mer goedgekeurd zal zijn, zal Cailiaux zijn
actieve rol hervatten. De „Ere Nouvelle"
schrijft dat een groote taak hem wacht. Het
blad zal weldra uiteenzetten, welke verwach
tingen het van hem heeft.
De oppositie tegen Herriot.
De politieke partijen verrijzen in Frank
rijk als paddestoelen uit den grond als stond
men aan den vooravond van nieuwe verkie
zingen. De radicale meerderheid van Herriot
wacht dan ook een zware politieke winter
zij zal het hoofd hebben te bieden aan de aan
vallen van het Nationale Blok, dat in allerlei
onder-partijen en groepjes nieuwe krachten
verzamelt. Nog niet lang geleden richtte
Poincaré in alle geheimzinnigheid in den Se
naat een nieuwe groep op, tezamen met Ché-
ron, doch zonder medewerking van Mille-
rand, die, naar men weet, zoojuist de Ligue
Nationale Republicaine heeft gesticht, waar
in vrijwel alle kopstukken van het Nationale
Blok zitting hebben.
Herriot is echter geenszins gealarmeerd
door het offensief dat tegen hem wordt voor
bereid. Integendeel, in de Kamer heeft hij
verklaard verheugd te zijn dat de tegenstan
ders hun waren aard te hebben getoond en
dat het manifest van Millerand's partij de
maatregelen heeft blootgelegd, die tegen de
democratie zijn gericht.
Nauwelijks is de emotie over Millerand's
wederverschijning in de politiek bedaard of
een nieuwe partij kondigt zich aan de Parti
démocrate populaire, welke Zondag in een
vergadering van 300 gedelegeerden uit Parijs
en de departementen is opgericht. Haar pro
gram is vrij vaag, doch één punt n.l. de eer
biediging der moreele en religieuse uitingen,
welke „de basis van reorganisatie des
lands" vormen, wijst er op dat het hier ook
wederom een rechtsche groep geldt.
De plaatsing van de verschillende poli
tieke groepen in de Kamer geeft een duide
lijk beeld van de versnippering der partijen
in afzonderlijke groepjes. Aan de rechter
zijde is dit wel heel sterk, waar naast elkan-
kaar zijn gezeten Gauche radicale, Gauche
républicaine et démocratique, Républicains
de gauche Démocrates, Union républicaine
démocratique
Door de stichting van Millerands Natio
nale Liga en de Parti démocrate populaire
is de grenslijn tusschen de verschillende
rechtsche groepen nog vager geworden.
Het Engelsche arbitrage-
protocol.
De Britsche regeering heeft den Volken
bondsraad verzocht, van de agenda voor de
a.s. Raadszitting op 8 December het ont-
wapenings-protocol af te voeren.
Wij hebben er indertijd al op gewezen dat
die ratificatie althans in Groot-Britannië
zeer twijfelachtig was. En nu er daar een
nieuwe, conservatieve regeering is opgetre
den, is die twijfel zelfs geen twijfel meer.
Dat blijkt nu ook uit het verzoek om in de
aanstaande zitting van den Raad de qu e tie
van het Protocol, d.w.z. dus van de voor
bereiding van de ontwapeningsconferentie,
met den minister van financiën uit den in- I te laten rusten. De reden van dit verzoek is'
flatietijd dr. Gürtler, een man, die eigenlijk dat de Britsche regeering het noodig acht
eerst de Dominions te raadplegen, „zonder
welke zij geen beslissing mag nemen." Nu
is het waar, dat de nieuwe Britsche regeering
een nauwere samenwerking met de Domini
ons ook in de buitenlandsche politiek heeft
aangekondigd, maar in dat geval zal toch
vermoedelijk wel de „Daily Tel." gelijk
hebben, die spreekt van een „diplomatiek
euphemisme," en de eigenlijke bedoeling
van de Britsche regeering deze acht: het Pro
tocol van het tooneel te doen verdwijnen.
In Groot-Britannië moet men van het
Protocol met zijn militaire verplichtingen
niet veel hebben. Niet alleen omdat men
vreest, dat Engeland als zeemogendheid in
de meeste gevallen de eerste en zwaarste last
bij de uitvoering van de bepalingen van het
Protocol te dragen zou krijgen hetgeen al
aanleiding gaf tot de bewering dat lord
Parmoor de Britsche vloot aan den Raad
van den Volkenbond overleverde. Maar ook
omdat men in de huidige omstandigheden
vreest dat het Protocol een beletsel zou kun
nen zijn voor een correctie van de fouten
van de vredesverdragen en verplichtingen
zou scheppen tot militaire maatregelen in
conflicten, voortgekomen uit vredesvoor
waarden, welker onjuistheid en onrechtvaar
digheid men in Engeland vrijwel algemeen
reeds erkent.
Wat er nu echter nog van de ontwape
ningsconferentie van den Volkenbond, waar
tegen trouwens de regeering der Vereenigde
Staten ten zeerste bezwaar heeft, zal terecht
komen
Vermoedelijk zullen we onze hoop mo:ten
vestigen'op den heer Coolidge die dan allicht
zal beproeven onder Amerikaansche auspi
ciën een ontwapeningsconferentie bijeen te
roepen.
UIT DE DUITSCHE MIJNINDUSTRIE.
Volgens het „Berl. Tag." staan de werk
gevers in het Duitsche mijnbouwbedrijf op
het standpunt, dat met het oog op den kri
tieken toestand in dat bedrijf in geen enkel
kolenbekken aan vrijwillige loonsverhoo-
ging kan worden gedacht. Zoo er een scheids
rechterlijke uitspraak zou worden geveld,
dan zouden de werkgevers deze in geen ge
val kunnen aanvaarden.
Ter illustratie van den slechten toestand
deelen de werkgevers mede, dat op de mij
nen in het Ruhrgebied 5.000.000 ton cokes,
kolen en briketten liggen, die men tot dus
ver niet van de hand heeft kunnen doen.
Deze voorraad vertegenwoordigt een dood
kapitaal van ruim 80 millioen mark.
DE STAKING BIJ DE BERLIJNSCHE
SPOORWEGEN.
De besprekingen op het Berlijnsche minis
terie van arbeid tusschen de directie der on-
dergrondsche en de stakingsleiding hebben
Dinsdag plaats gehad. Na urenlange onder
handelingen verplichtten de vertegenwoor
digers van het personeel zich de stakers de
hervatting van het werk aan te bevelen. Gis
termorgen zouden de stakers dan een ver
gadering houden om te beslissen of zij al dan
niet aan het werk zullen gaan.
De directie heeft geen nieuwe concessies
gedaan. Als het werk wordt hervat, zal dit
geschieden op de voorwaarden, die verleden
week bij scheidrechtelijke uitspraak zijn
vastgelegd.
DE FRANSCHE DOUANE-BESPRE
KINGEN MET DUITSCHLAND EN
BELGIE.
De Fransche onderhandelingen met
Duitschland worden hervat zoodra von Tren
delenburg terug is. (Hetgeen gisteren het ge
val zou zijn.) Men blijft echter de meening
uitspreken, dat er niet veel bereikt zal kun
nen worden vóór de Duitsche verkiezingen.
De heffing van 26 procent, waarvan Duitsch
land ontheven wil worden, vormt de voor
naamste moeilijkheid. Men hoopt echter dat
daarvoor door de tusschen komst van den
controleur van het plan-Dawes een oplos
sing zal worden gevonden.
Met betrekking tot de Fransch-Belgische
moeilijkheden bevat de „Petit Parisien" een
officieus lijkend bericht, waarin wordt tegen
gesproken dat reeds de nieuwe onderhande
lingen begonnen zouden zijn, en verder ge
zegd, dat Frankrijk bezig is thans ook tot de
noodige herzieningen van het tarief over te
gaan, hetgeen de indruk maakt van een aan
sporing aan de Belgen met hun nieuwe voor
stellen wat meer haast te maken. Algemeen
verwacht men echter dat de wederzijdsche
concessies tot oplossing zullen voeren.
De oneeriigheid tusschen de Fransche re
geering en de oorlogsverminkten duurt voort
Laatstgenoemden hebben thans de regee-
ringsvoorstellen definitief verworpen. Hun
gemeenschappelijk cornité eischt dat de pen
sioenen geheel worden aangepast aan de hoo-
gere kosten van het levensonderhoud zon
der onderscheid van categorieën. De onder
handelingen worden voortgezet.
KARDINAAL LOGUE f.
Kardinaal Logue, de aartsbisschop van
Ierland is overleden.
EEN BRIEVENDIEF.
Twee jaar na den dood van een postbestel-
ler, een zekere Thomas Sleator, te Keady, in
Ierland, zijn in zijn huis niet minder dan 1000
brieven gevonden, die de man in den 'oop
van tien jaren ontvreemd had. Zij waren ge
adresseerd aan inwoners van het plaatsje en
bevatten toen zij gepost werden, gedeeltelijk
vrij groote geldswaarden. Het is onbegrijpe
lijk dat de ontdekking niet reeds veel eerder
werd gedaan, gegeven het feit dat bij het post
kantoor vele klachten binnen kwamen. De
man had dertig jaren dienst.
Woe-Pei-foe verklaarde in een intervieuw
met Reuter, dat het voornaamste deel van de
militaire regeering was de handhaving van
de grondwet, vrede en moraliteit van het
land. Hij zeide dat Woetsjang het centrum
der militaire regeering zal zijn totdat de
normale toestand zal zijn hersteld, waarna
de regeering weer naar Peking zou worden
overgebracht.
DE JAPANSCHE KEIZERLIJKE
FAMILIE.
De Japansche keizerlijke familie heeft een
besluit gepubliceerd, waarbij de prinsen,
met uitzondering van des keizers troonop
volger, volledige vrijheid krijgen in de keuze
van hun vrouw. Tot nu toe mochten de prin
sen geen meisje huwen, dat geen lid was van
een van de weinige takken der keizerlijke
familie.
AMSTERDAM, 19 Nov. Aardappelen.
(Bericht van den makel. Jac. Knoop.) Zeeuw-
sche bonte f 66.50, id. blauwe f 5.505.60,
id. Eigenheimers f 5.906, id. Kohinor f 5
5.50, id. blauwe Eigenheimers f 5.50, Gelder-
sche roode f 4.404.50, Friesche Borgers
f 5.806, Noord-Holl. Bravo's f 4, Zeeuw-
sche Eigenheimers poters f 4.755 per hl.
AMSTERDAM, 19 Nov. Vee. Ter markt
waren aangevoerd 269 vette kalveren, le
kw. f 1.20—1.25, 2e kw. f 1.10—1.20, 3e
kw. f 0.951.10 p. kg. 30 nuchtere kal
veren f 1626 p. st. 320 vette varkens, Holl.
le kw. f 0.97—0.99, 2e kw. f 0.94—0.99 p.
kg-
VEENENDAAL, 18 Nov. (Weekmarkt).
Eieren f 1415.50 per 100 st. Aangevoerd
85.000 stuks. Handel vlug.
Biggen van f 1016 per stuk. Aangevoerd
310 stuks.
WOERDEN, 19 Nov. Kaas. Te- -narkt
waren 272 partijen. Prij; Goudsche le oo t
f 7073, 2e soort f 6769, rijksmt 1 68
75 Handel vlug.
GOUDA, 20 Nov. 1924. Kaas. Aangevoerd
129 partijen. Handel matig. Eerste kwaliteit
7274; tweede kwaliteit 6871; zwaar
dere rijksmerk 76; met Rijksmerk eerste
kwaliteit 7274; met Rijksmerk twee
de kwaliteit 69—71.
Ai_, KM AAK, 19 inov. Vee. Op de schei-
veemarkt werden 951 runderen aangevoerd.
De prijzen beliepen voor melkkoeien van
f 275500, geldekoeien van f 350—450,
vaarzen van f 180300, graskalveren f 60
160. De handel was stug.
ASSEN, 19 Nov. Eieren. Op de markt
van de V. P. N. waren aangevoerd 15.300 st.
Prijs f 1215 per 100 stuks.
BOVENKARSPEL (Station), 19 Nov.
Uien Groote gele f 3.403.70, idem drie
lingen f 3.804, idem nep f 4.10 per baal,
aangevoerd 585 baal. le bloemkool f 20.50
37, 2e bloemkool f 15—27, 3e bloemkool
f 5.50—8.75 per 100 stuks, aangevoerd
44.500 stuks. Roode kool f 34.80 per 100
kg, aangevoerd 25.400 kg. Gele kool f 3.50
4 per 100 kg aangevoerd 6300 kg. Witte kool
f 1.102.90 per 100 kg, aangevoerd 8300 kg.
Bieten kleine f 6.257.75 per 1000 stuks,
aangevoerd 12.5000 stuks. Spruitkool f 2.65
2.95 per 15 kg, aangevoerd 25 zak.
ENKHUIZEN, 19 Nov. Aardappelen.
Blauwe f 2.85—2.70, kleine f 1—1.10 per
baal.
ENKHUIZEN, 19 Nov. Zaden en peul
vruchten. Groene erwten f 2119 per 100
kg. Wijker vale f 2229, vale (groote) f 29
39, grauwe f 3030,bruine boonen f 2430
per hl." Bruin mosterdzaad f 4753 per 70
kg. Maanzaad f 2224 per 50 kg.
HOORN, 19 Nov. Vee. Aanvoer 280 var
kens. Vette f 0.760.82, Londensche f 0.68,
zouters f 0.70. Handel matig.
MAASTRICHT, 19 Nov. Botermijn. Aan*
voer 97.650 kg. Hoogste prijs f 2.62, midden-
prijs f 2.51, laagste f 2.46.
PURMEREND, 19 Nov. Paarden. Aan
de najaarspaardenmarkt waren aangevoerd
200 paarden. Handel stug prijshoudend.
IJMUIDEN, 19 Nov. Heden waren aan de
markt de vangsten van 20 stoomtrawlers. De
prijzen waren als volgt Tarbot f 1.601.10»
tongen f 1.80—1.30 per kg; griet f 60—26,
gr. schol f 3931, md. schol f 5437, zet-
schol f 5546, kl. schol f 2619, f 143.40,
scharren f 18—1.15 per 50 kg; roggen f 26—
16.50 per hoop; vleet f 1.651.20 per stuk;
makreel f 26, pieterman en poon f 166.50,
gr. schelvisch f 5546, md. schelvisch f 40
32, k.md. schelvisch f 3226.50, kl. schel
visch f 26—19.50, f 15—4.20 per 50 kg; ka
beljauw f 69—51 per 125 kg; gr. gullen f 25
—16.50, kl. gullen f 14—5.50, wijting f 7—2
per 50 kg; heilbot f 1.50—1.20 per kg; lengen
f 4.60—0.80 per stuk; bot f 16—15 per 50
IJMUIDEN, 19 Nov. Van de haring-
visscherij kwam heden hier binnen de Brit
sche stoomdrifter IJ. H. 80, welke 365 man
den versche haring en 145 kantjes steur-
haring aanvoerde. Verkocht werd de re
stantlading van den zeillogger K.W. 126
Petronella met een opb'e ïgst van f 5112.
Voorts werden nog verkocht de vangsten
van de Britsche stoomdrifters IJ. H. 711 met
f 3150: L. T. 27 met f 2755; L. T. 307 met
f 2956; L. T. 330 met f 3'"'r5; L. T. 53 met
f 2291 en L. T. 1297 met f 1970 aan besom
ming.
Het Centraal Bureau voor de Statistiek
deelt mede, dat de waarde (zonder goud en
zilver) van den invoer heeft bedragen in
October 1924: 218; in September 1924: 190;
ber 1924: 1.927 en in Januari t.m. October
ber 1924: 1.927 en i Januari t.m. October
1923: 1.658 mill, gld,
De waarde van den uitvoer bedroeg in
October 1924: 173; in September 1924: 163;
in Oct. 1923: 126; in Jan. t. m. Oct. 1924:
1.365 en in Jauari t.m. October 1923: 1.049
mill. gld.
DE ECHO.
De gids sloofde zich uit om den toerist
alle bijzonderheden van het kleine stadje
en de landelijke omgeving te laten zien.
slotte de man had zich heesch gepraat
kwamen zij bij een kleine boerenwoning,
waar volgens den gids een wonderbaarlijke
echo moest zijn. Roept u maar: „twee gla
zen bier!" en let dan goed op.
Aldus geschiedde. De tierist luisterd'.
scherp gedurende eenige seconden maar
hoorde niets. En ;uist wou hij vragen waar
dan die echo toch wel was, toen de deur
van de woning open ging, en er 'n boerin
verscheer met op 'n blaadje dat wat de
echo niet geven wou.
GEBREK AAN ZELFKENNIS.
Rechter: „Na het gevecht met den agent
hebt ge een valschen naam opgegeven-
Waarom deedt gij dat?"
Beschuldigde: „Ach mijnheer de rechter
als ik woedend ben ken ik mij zeiven niet
meer!"
UIT FEUILLETONS.
O, zij was zoo zenuwachtig. Kletterend
sloegen laar tanden opeen, klaterend vie
len haar handen samen, ratelend klonk haar
stem, hard van metalen dreun, het was alles
het gemengde geluid van staal en koper,
van ijzer en nikkel.
Het saldo-invoer had in de maanden Janu
ari t.m. October 1924 een waarde van resp.:
61, 59,8, 54.6, 53.2, 83.2, 78, 63.7, 36.6, 26.9 en
44.6 mill, gld; totaal voor Januarj t.m. Octo
ber 1924; 561.7; voor Januari t.m. October
1923: 608.6 mill. gld.
PANAMALOTEN.
196e trekking.
No. 205.661 betaalbaar met frs. 250.000
No. 1.628.765 met frs. 100.000.
No. 978.423 met frs. 10.000.
No. 199.895 met frs. 5.000.
Nos. 364.449, 575.839, 1.139.069, 1.437.657
en 1.570.852 ieder met frs. 2000.
Voorts 50 nummers met frs. 1000 en 500
nummers met frs. 400.
ue „Javapost" meldt:
De ZeerEerw. heeren A. Fischer, pastoor
van Djocja, en fr. A. de Kuyper uit Moen-
tilan vertrokken 15 Oct. per s.s. Insulinde
naar Holland.
Tot hoofdpastoor de Djokja s benoemd pas
toor Sohatmann van Semarang en pastoor
Bysterveld werd van Magelang overge
plaatst naar Djocja.
Den 23 Septmber kwamen uit Holland te
Tandjong Sakti (Benkoelen) de Eerw. heeren
pastoors K. A. van Stekeienburg en H. J. D.
v. Oort met broeder M. L. van den Langen-
berg; allen van de Congreg. der Priesters
van het H. Hart van Jezus.
De Apostolische prefect Mgr. H. Smeets,
zal eerst het vogende jaar naar Indië komen.
Voor het Eindhcvensche Kantongerecht is
een auteurs-kwestie aan de orde gewee:».
Op 16 Juli 1922 was door de harmonie
„Cecilia" te Eindhoven, onder leiding van
den directeur, den heer Rijken, een concert
gegeven in den tuin van Philustonia te Ges
tel, waar werden uitgevoerd o.a. de „Va'se
Interrompue" van Montagne, de „Liberty
Bel marche" vnn Soesa en de „Grand
marche héroique no.3" van Francois.
Auteursrechten waren niet betaald.
De componisten, aangesloten bij de ..So-
ciété des auteurs"etc. hadden daarop een
civiele actie tegen den heer R. ingesteld.
Dezer dagen had het getuigenverhoor
plaats.
Gedagvaard waren 5 leden van de harmo
nie. Ze zeiden echter dat ze zich van de
zaak niets meer herinnerden. Ze wisten wel,
dat de nummers op het repertoire der har
monie hadden gestaan, maar of ze op het
concert waren uitgevoerd, wisten ze niet
meer. Ook niet of het programma al dan
niet op het laatste oogenb'ik veranderd
was, wat wel eens ooit gebeurde De num
mers wanen wel eens op repetities gespeeld,
maar of ze die repetities hadden meege
maakt, en of het de laatste repetities voor
het concert geweest waren wisten ze weer
niet. Een wist ook niet of hij op het con
cert a! dan niet meegespeeld had.
De anderen hadden wel meegespeeld.
Anderen wisten weer niet of ze vroeger
het program wel belezen hadden.
Vier van de vijf herinnerden zich. ook
toen ie het programma te zien kregen,
niets meer van geen der nummers. Een
herinnerde zich enkel, dat „Guillaume Teil"
van Rossini gespeeld was.
De Kantonrechter vond het vreemd, dat
niemand zich iets herinnerde.
Hij had in civiele zaken nog nooit mee
gemaakt, dat er zoo gedraaid werd.
De getuigen bleven bij hun houding.
31
„Schei uit," gilde vrouw Guttersnipe
boosaardig, „of ik zal je kop afslaan, en
hierbij pakte zij de vierkanten flesch, als
wilde zij haar bedreiging ten uitvoer bren
gen; maar, van gedachten veranderend, goot
zij iets van den inhoud in de beker en dronk
bet met gretigheid op.
„Die vrouw schijnt ziek te zijn," zei Cal-
ton, een huiverenden blik naar de draag
baar werpend. (i
„Zoo is het ook, voor den duivel," brom
de vrouw Guttersnipe boosaardig, „zij moest
eigenlijk naar Yaver Bend, dat moest zij,
in plaats van hier te blijven, en zulke beest
achtige dingen te zingen, dat mijn bloed er
koud van wordt."
„Wie was die vrouw, die hier drie of
vier weken geleden stierf," vroeg Kilsip
scherp.
„Wat zal ik er van weten," antwoordde
vrouw Guttersnipe boosaardig, „ik heb haar
niet dood gemaakt, of denkt u dat soms? De
brandewijn, dien zij dronk, droeg er schuld
aan; zij was voortdurend dronken."
lerinnert u zich, in welken nacht zij
stierf?"
„Neen, dat weet ik niet meer," antwoord
de de heks luchtig. „Ik was dronkenblind,
zieaend van gramschap, beschonken!"
„U bent altijd beschonken," zeide Kilsip.
„Of ik het ben," bromde de vrouw, haar
flesch opnieuw ter hand nemend. „U be
taalt er toch niet voor? Ja, ik ben dronken,
Ik ben altijd dronken. Ik was gisteren avond
dronken en eergisteren avond en vanavond
ga ik mij weer bedrinken," met een ge-
voeligen blik naar de flesch „en mor
gen avond, en ik zal het volhouden, totdat
ik in mijn graf lig!"
Calton rilde, zoodanig was haar stem van
afkeer en terugstootende kwaadaardigheid
vervuld, doch de gerechtsdienaar kon met
een schouderophalen volstaan.
„Dwaas, die je bent", sprak hij kortweg,
„Ter zake, in den nacht, toen „de Koningin"
z^oals u haar noemde, stierf, is er een heer
hier gekomen, om haar te zien?"
„Zoo zeide zij," antwoordde vrouw Gut
tersnipe, „maar mijn lieve Hemel, ik weet
er niets van, ik was dronken."
„Wie zeide de Koningin?"
„Neen, mijn kleindochter, Sal; de Konin
gin stuurde haar om iemand te halen, en
Sal kaapte een vel papier uit mijn doos,"
gilde zij verontwaardigd, „kaapte het, mid-
derwijl ik te dronken was om haar zulks te
beletten."
De gerechtsdienaar zag Calton aan, hij
wenkte hem met een bevredigende uitdruk
king op het gelaat. Hun bewering omtrent
het uit de Villa Foorak gestolen papier, be
rustte dus op de juiste gronden.
„Den heer, die hier kwam, zaagt gij niet,"
zeide Kilsip, zich nogmaals tot de oude
heks wenden.
„Ik niet," antwoordde zij plechtstatig. „Hij
kwam zoowat tegen half twee in den nacht,
en u denkt immers niet, dat wen den gan-
schen nacht kunnen opblijven?"
„Half twee," herhaalde Calton vlug. „Den
juisten tijd. Is dit waar?"
„Ik mag sterven, als het niet waar is,
zei vrouw Guttersnipe gracieus, „mijn klein
dochter Sal kan er u alles van vertellen.
„Waar is zij," vroeg Kilsip bits.
Bij die vraag wierp de oude vrouw het
hoofd achterover, en jankte op akelige
wijze. n
„Zij is er tusschen uitgetrokken,jam
merde zij, met haar voet op den grond
stampend, „heeft haar armen, ouden groot
mama voorgoed verlaten, en in het leger
dienst genomen!"
Intusschen was de gerechtsdienaar in druk
gesprek met Calton.
„De eenige persoon die bewijzen kan, dat
Mr. Fitzgerald tusschen 1 en 2 uur le dezer
plaatse was," sprak hij vlug, „is Sal Raw
lins, daar alle anderen hier beschonken of
in slapenden toestand schijnen geweest te
zijn. Ik zal een onderzoek naar haar instel
len.
„Ik hoop, dat u haar zult vinden," ant
woordde Calton, een zware zucht loozen-
de. „Het leven van een man hangt van haar
getuigenis af."
Zij maakten aanstalten tot hun vertrek,
nadat Calton eerst eenig los zilvergeld aan
vrouw Guttersnipe had gegeven, hetwelk zij
met beide handen gretig aanpakte.
,U zult het zeker verdrinken, naar ik ver
moed," sprak de advocaat, onwillekeurig te
rugdeinzend.
„Daar kunt u wel gelijk in hebben, ant
woordde de heks, met een weerzinwekken-
den gedwongen glimlach, hel geld in haar
zak verbergende. „Ik ben de beste klant van
den kastelein, dat ben ik, en dat is de een-
nige uitspanning van mijn ouden dag, naar
de hel ermede!"
Het aanschouwen van geld had op haar ge
aardheid een bezielende uitwerking, want
zij lichtte hen boven aan de trap bij, toen
zij naar beneden gingen, zoodat zij geen ge
vaar Kenen hun halzen te breken. Toen zij
vasten grond onder hun voeten gevoelden,
zagen zij het licht verdwijnen en hoorden zij
het wegstervend gezang der zieke vrouw en
daarna een serie vloeken van vrouw Gut
tersnipe.
De straatdeur stond open, en, na in den
gang langs de muren te hebben rondgetast,
hadden zij weldra den publieken straatweg
bereikt.
„Den Hemel zij dank," sprak Calton, zijn
hoed afnemende en ruim ademhalend. „Den
Hemel zij dank, dat wij veilig uit dit hol ge
komen zijn."
„In ieder geval is onze namiddag niet nut
teloos besteed," zei de detective, onder het
wandelen. Wij hebben nu ontdekt, waar
Mr. Fitzgerald zich bevond in den nacht van
den moord, mitsdien zal hij zijn alibi kun
nen bewijzen."
„Dat hangt in hoofdzaak van Sal Rawlins
af," antwoordde Calton met een ernstig ge
laat, „maar kom, laten wij een glas brande
wijn nemen."
HOOFDSTUK XVI.
Den volgenden dag vervoegde zich Kilsip
in den laten namiddag ten kantore van Cal
ton; de advocaat verbeidde hem met een
onmiskenbaar ongeduld. Het gelaat van den
detective echter vertoonde een trek van
hevige misnoegdheid.
„Wel," zeide hij ongeduldig, toen Kilsip,
de deur gesloten en plaats genomen had.
„Waar is zij?"
„Dat is juist hetgeen ik noodig heb te we
ten," antwoordde de politiebeambte vrij koel.
„Ik stelde een nauwkeurig onderzoek naar
haar verblijfplaats in. Het laatste nieuws
was, dat zij in een der toko's van Sidney,
haar intrek had genomen. Ik telegrapheerde
dadelijk naar Sidney, en kreeg ten ant
woord, dat daar ter plaatse geen persoon,
op den naam van Sal Rawlins antwoordend,
bij de politie stond ingeschreven, maar niet
temin zou men een onderzoek instellen en
het resultaat melden."
„O, geen twijfel, zij heeft haar naam ver
anderd," zeide Calton, in gepeins verdiept.
„Met welk doel, vraag ik mij, zelve."
„Een uitvlucht, om te ontkomen," ant
woordde Kilsip nuchter.
„En wanneer ging zij naar Sidney?"
„Daags na den moord."
„En was het een plotseling besluit?"
„Men zegt dat de dood der vrouw in den
nacht van Donderdag haar dermate geschokt
heeft, dat zij terstond de stad verlaten
heeft."
„Dit verklaart, waarom zij niet naar Fitz
gerald gevraagd heeft, toen zij zich aan den
club vervoegde, hoogstwaarschijnlijk wist zij
niet, naar wien zij vragen moest. Het zal
zich uitwijzen in de vraag naar identiteit,
naar ik verwacht. Indien de politie haar
echter niet vinden kan, zullen wij een ad
vertentie in de nieuwsbladen plaatsen, waar
bij wij een belooning voor ontdekking uit
loven, en biljetten in denzelfden geest does
aanplakken. Zij moet gevonden worden. He'
leven van Brian Fitzgerald hangt aan een
draad, en die draad is Sal Rawlins.
„Ja," stemde Kilsip toe, zijn handen wrij
vende. „Zelfs, indien Mr. Fitzgerald bekent,
dat hij in den bewusten nacht in de woning
van vrouw Guttersnipe was, zal zij moeten
bewijzen, dat dit zoo is, daar niemand ander*
hem gezien heeft."
„Zijt gij daar zeker van?"
„Even zeker als iemand in een onderha
vig geval zijn kan. Toen hij kwam, was het
een vergevorderd uur, en iedereen scheen
geslapen te hebben, behalve de stervende
vrouw en Sal; en daar de een dood is, is
de andere de eenige persoon, die bewijzen
kan, dat hij daa» was op het tijdstip, waarin
de moord in het huurrijtuig bedreven werd."
(Wordt vervolgd.)