Uit de Pers. Binnenlandsch Nieuws. gemengd" nieuws" NIEUWE Tweede Blad. HAARLEMSCHE COURANT Dinsdag 9 December 1924 IJdel geschrijf. Een stijging der haringprijzen aanstaande? De administratiekosten van de Rijksverzekeringsbank De Burgerwacht te 's-Hage. Openbare vergadering van „St. Michael" LUCHTVERKEER. Een vaste vliegtuigverbinding NederlandIndie? Het verkeer op onze vliegvelden VERKEER EN POSTERIJEN. Een hulppostkantoor. De straatweg Amsterdam-Laren. Naweeën van de Giro-debacle. UIT ONZE OOST- De aardstorting in Wonosobo. UIT ONZE WEST. De gift van de Koningin. Scholen gesloten. Een dure postzegel. KERK EN SCHOOL. Stenografie „Groote". Mgr. J. Biermans. Het Missiewerk November 1924. HANDEL EN NIJVERHEID Opvoering der productie van de Staatmijn Emma. KUNST EN KENNIS. Samensmelting met „Roeping". Portret van Mgr. A. F. Diepen. LANDB. EN VISSCHERIJ FEUILLETON. HET GEHEIM VAN EEN HUURRIJTUIG De „Residentiebode" schrijft: „Het feit, dat Mgr. Nolens in zijn groote Kamerrede heeft gezinspeeld op de omstan digheid, dat er eerst, als de verkiezingen voorbij zijn, sprake kan zijn van bondge- nooten; dat de Katholieken evenals vroeger nog alle heil zien in de coalitie, maar dat zij daaraan natuurlijk niet getrouwd zijn en, als het moet, ook anders kunnen, heeft, naar men weet, de S. D. A, P, weer een glimpje hoop gegeven, dat zij straks de uitverkore nen zullen zijn. En, al heeft Mgr. Nolens er aanstonds een program bijgevoegd, dat geen enkel sociaal democraat, die eerlijk wil zijn, kan onder schrijven; al heeft de voorzichtige diplomaat in de betreffende woorden niets anders ge zegd dan wat iedereen wist en wat Mgr. ook vóór drie jaar duidelijk vit den knoop heeft gedaan.... De socialistische bladen hebben het glimpje hoop aangegrepen en tooveren nu daarvan al mooie luchtkasteelen. Niet, dat de sociaal-democraten op regeer macht „belust" zijn, zegt de „Voorwaarts1^, o jé, heelemaal niet, want voor het deelnemen aan dc regeering hebben zij ernstige bezwa ren. Is het wonder, dat er een homerisch gelach opgaat bij zulke verzekeringen, nadat alle hoofdmannen der partij in parlement en pers twee jaren lang hemel en aarde hebben bewogen om samen met de Katholieken aan 't bewind te komen; nadat Schaper en zelfs Troelstra zich door de liefdesverklaringen. Dezelfde „Voorwaarts" had die onbelust- heid noodig, om zich een houding te geven en ook.... voorwaarden te kunnen stellen. Het heeft geen nut, op die voorwaarden in te gaan, want van heel de zaak komt natuur lijk niets terecht, omdat Socialisme en Ka tholicisme nog altijd water en vuur zijn. We verspillen er geen woorden aan. We vinden het jammer, dat sommige ka tholieke bladen zich door al het geschrijf en gewrijf der socialistische pers laten verlok ken om alvast over die voorwaarden te gaan discussieeren, ook al zeggen ze zelf, niét aan een verbond met de S.D.A.P. te denken. Dat geschrijf over voorwaarden verzwakt slechts onze positie en zou de meening ingang kun nen doen vinden, alsof er werkelijk een rood- Katholiek verbond op komst was. In ons christelijk land is de rechtsche co alitie nog steeds de aangewezen regeermacht. Een ander verbond zou slechts aan de beurt komen, als die coalitie onmogelijk was en er toch geregeerd moet worden. Van alle kwaden zou men dan het beste moeten uit zoeken. "Zoodanige omstandigheden zijn echter nUl te voorzien, zoodat het ten opzichte der S.D.A.P. blijft: nulla communio, geen ge meenschap. En daarom achten we al dat ge- schrijft voor ons uit den booze. Laat de socialistische pers haar liefhebbe rij: de jarenlange vrijerij van Troelstra voortzetten. De dwaze vertooning kan niet anders dan ons ten goede komen." hebben belachelijk gemaakt? Toch heelemaal niet „belust".... Men meldt uit Maassluis: Algemeen wordt in het visscherijbedrijf in de komende maanden een stijging der ha ringprijzen verwacht. In verband daarmede gaan verschillende reeders er toe over, de haring, die door de thans nog binnenkomende loggers wordt aangevoerd, in de pakhuizen op te leggen, in piaats van ze naar den af slag te leggen. De minister van Arbeid, Handel en Nij verheid heeft op de vragen van het lid van de Eerste Kamer, den heer Heerkens Thijs- sen, betreffende bestrijding uit de admini stratiekosten der Rijksverzekeringsbank, van uitgaven, welke geen direct verband houden met de uitvoering der Ongevallenwet 1921 (rn casu een bijdrage in het garantiefonds van een in 1925 te houden internationaal congres voor ongevallenverzekering) het volgende geantwoord: Het antwoord op de eerste vraag kan be vestigend luiden. Ondergeteekende heeft aa"n het bestuur der Rijksverzekeringsbank machtiging verleend, om het bedoelde co mité met een crediet van 3500 te steunen. Z.Ex. heeft die machtiging verleend, om dat naar zijn gevoelen het bedoelde congres zal bijdragen tot vermeerdering van de ken nis omtrent de meest doeltreffende genees- en heelkundige behandeiing van door een ongeval getroffen arbeiders, en -daarmede tot verminderingvan de lasten, welke de on gevallenverzekering voor het bedrijfsleven medebrengt. Aangezien tot de taak van het bestuur der Rijksverzekeringsbank behoort de zorg voor de zoo goed mogelijke genees- enheelkundige behandeling der door een ongeval getroffen arbeiders, en gelijk reeds werd gezegd, de wetenschap omtrent de meest doeltreffende wijze van behandeling van ongevalspatiënten door een congres als het onderhavige zal worden vergroot, be- hooren de kosten, waarvan hier de rede is, naar het gevoelen van ondergeteekende-on getwijfeld tot de administratiekosten, ver bonden aan de uitvoering door de Rijksver zekeringsbank van de ongevallenverzekering. Aan het bovenstaande kan niet afdoen de omstandigheid, dat in de administratie kosten, verbonden aan de uitvoering der verzekering, door de bijzondere risico-dra gende instellingen moet worden bijgedragen. Daargelaten nog, dat volgens de geldende Ongevallenwet 1921 uitsluitend het bestuur der Rijksverzekeringsbank met de uitvoering der verzekering is belast, zonder medezeg genschap van de bijzondere risico-dragende instellingen, moge worden opgemerkt, dat ook deze bijzondere risico-dragende instel lingen van de bedoelde kosten voordeel zul len hebben, omdat hoe beter de anatomische en de functioneele genezing van een voor haar rekening verzekerden arbeider ver loopt, des te geringer ook de kosten zullen zijn, welke zij rer zake van het ongeval aan de Rijksverzekeringsbank zullen hebben op te brengen. Aangezien uitgaven als de onderhavige niet worden gedaan dan na verkregen goed keuring van ondergeteekende, behoeft geen vrees te bestaan, dat het bestuur der Rijks verzekeringsbank uitgaven zal doen, welke niet kunnen worden geacht te behooren tot de kosten, verbonden aan de uitvoering der cngeva'lenverzekering. In het bovenstaande ligt reeds opgesloten, dat ondergeteekende de vierde vraag (acht de minister het niet veeleer wenschelijik, dat uitgaven als hier bedoeld, rechtstreeks vc-or rekening van het Rijk worden gebracht it) niet anders dan ontkennend kan beantwoor den. Er bestaat geen aanleiding, om uitga ven als de onderhavige, welke het bestuur der Rijksverzekeringsbank bij de uitvoering van zijn taak doet, voor rekening van het Rijk te nemen. De Gemeenteraad van 's-Hage heeft Maan dagmiddag met 26 tegen 18 stemmen de subsidie van 10.000 voor de burgerwacht, hetwelk verleden jaar werd afgestemd, goedgekeurd. Maandagavond is te 's-Hage een openbare vergadering gehouden van het verbond Sl. Michaël. Onder de vele aanwezigen waren enkele raadsleden. Als eerste spreekster trad op mevrouw W. Brouns van Besouw uit 's-Hertogen- bosch, met het onderwerp: Het recht der denkrichtingen in de R. K. Staatspartij. Wij strijden voor een goede doorvoering der democratische gedachte in onze staats partij, aldus spr. Politieke studieclubs zijn in de staatspartij niets nieuws. Er zijn reeds lang vrouwelijke studieclubs in de partij. St. Michaël werkt op dezelfde manier als deze clubs. Het is het recht van St. Michaël zich zoo krachtig mogelijk te organiseeren. Dat een katholiek staatsburger de katholieke vragen binnen de katholieke beginselen op zijn manier bestudeert is zijn goed recht. Onze actie mogen wij niet uitstellen totdat het politiek advies al dan niet goed uitvalt. Want als het politiek advies de democrati sche gedachte niet kan bevredigen, is het te laat, dan wordt het een hals-ovër-kop- actie. En in dat geval zou de eenheid in ge vaar kunnen komen. Ons verbond stuurt absoluut niet aan op verbreking van het contact met de staats partij. Dat verwijt werpen wij ver van ons evenals het verwijt dat wij tegen het gezag van onze bisschoppen opstaan. Wij zijn le den van de R. K. Staatspartij. Het kerkelijk gezag heeft ons nooit verboden studie te maken van de politieke vraagstukken. Men wil de Michaelisten uitdrijven uil de Staats partij! Maar met welk recht? Wij gaan er niet uit! Spr. doet vooral een beroep op de vrou wen om te strijden voor een goede door voering der Roomsche democratie. Het eind resultaat van onzen strijd moet zijn, zoo be sluit spr., christelijk geregeerd te worden. Na een korte pauze sprak prof. dr. J. A. Veraart over: De eenheid in de R. K. Staats partij en de actie van St. Michaël. Al hebben wij aldus prof. Veraart onze fekortkomingen, toch zij wij er trotsch op, leden te zijn van de R. K. Staatspartij. In de geschiedenis van die partij zijn twee glanspunten: de strijd om het Katholiek Bij zonder Onderwijs, waar de naam van dr. Schaepman aan verbonden is en de deelne ming van de partij aan de sociale wetge ving onder leiding van excellentie Nolens, den voorzitter van onze Tweede Kamerfrac tie. Wanneer het gaat om de handhaving van onze hoogste goederen is de R. K. Staatspartij de krachtigste partij waarop mén steunen moet. Wie zich van de partij afscheidt, toont een groote onkunde en laadt een enorme ver antwoordelijkheid op zich jegens het alge meen welzijn en het katholiek welzijn in het bijzonder. St. Michaël wil zich niet afschei den, nu niet en nooit. Namens het hoofdbestuur verklaar ik, dat iedere Michaëlist, die met gedachten van afscheiding rondloopt, nu reeds door het hoofdbestuur wordt verloochend. Als af scheidingspartij heeft men van St. Michael niets te verwachten. Men wil niet eens we ten van een evenredige vertegenwoordiging in de Katholieke Staatspartij. In ons hoofdbestuur heb ik steeds de ge dachte hoor'en uitspreken, dat wij in de Tjveede Kamer een Staatspartij moeten hebben en geen allegaartje van katholieken. Gij moogt vechten in de Katholieke Staats partij maar ten aanzien van de punten, waar het om gaat, onderwerpt gij u onvoorwaar delijk. Ten aanzien van mijn persoonlijke meeningen omtrent het militaire vraagstuk en de publiekrechterlijke bedrijfsorganisatie zeg ik reeds bij voorbaat, dat ik mij onder werp, als er goed gedocumenteerde voor stellen op tafel komen. Het is daarom ook zoo absurd om ,,St. Michaël" een partij te noemen. ,,St. Mi chaël" heeft niets van een partij. Ons ver bond heeft geen eigen candidaten maar het kan de candidaatstelling van sommige per sonen bevorderen. Wanneer het politiek advies niet naar onzen wensch uitvalt hebben wij ons kiesreglement en daar zullen wij dan gebruik van maken. Ik dien mij aan als voorzitter van een groep Katholieken die heel wat te critiseeren heb ben op hetgeen in de laatste jaren in ons midden is geschied. De actie St. Michaël is geboren uit bezorgdheid over het regime, zooals wij dat vooral na 1922 in ons land hebben ervaren. Als wij zien de onheilen, die aangericht zijn aan onze katholieke or ganisaties, dan aarzel ik niet de bezuinigings methode van minister Colijn weinig meer dan een ramp te noemen. Wij moéten naar een sluitend budget. Maar zooals' men den toestand voor onze ambtenaren heeft ge maakt worden zelfs niet-ambtenaren met deernis vervuld. Art. 40 van het Bezoldi gingsbesluit neem ik niet voor mijn rekening; dat was inderdaad een staatsrechterlijk mon strum, maar wat men aan onze ambtenaren gedaan heeft, strijdt met de christelijke rechtvaardigheid. De bezuiniging in Nederland heeft kant noch wal geraakt; St, Michael wil het ge stichte onheil probeeren te herstellen. Ko mende tot de R.K. Staatspartij is het mij onmogelijk hierover te spreken zonder den voorzitter van den bond van Kieskringen er in te betrekken. Baron van Wijnbergen heeft onze partij goed gediend, hij beeft ge werkt en gesjouwd zooals geen onzer. Dit al les geeft echter niet de kwaliteiten die noo dig zijn voor een leider van een groote par- tij. Dan mag het niet voorkomen, dat bijna elk optreden naar buiten een blunder is. Het heeft ons totaal ontbroken aan leiding in de laatste jaren. Wanneer men sprak over de bezuiniging, over het militaire vraagstuk, dan werd men als een misdadiger aangezien. Niettegenstaande den dank, dien wij den heer van Wijnbergen verschuldigd zijn, wil ik hier openlijk zeggen, dat de tijd voor een andere leider daar is! St. Michael is tot alle overleg bereid. Als men ons een vorm aanwijst, die ons even na tot ons doel brengt, dan zullen wij dien vorm volgaarne aanvaarden. Vóór alles wordt gewenscht de eenheid in onze partij maar dan moeten ook voortaan de deuren wagenwijd openstaan, voor alle democrati sche vraagstukken. In de Kamer moeten mannen gebracht worden die de democra tische gedachte verstaan en voelen. Dat is het doel van St. Michael. De voorzitter sloot hierna de vergadering. In „De Kampioen" herinnert W. J. L(ugard) aan de lijdensgeschiedenis welke met de plannen voor een vliegtocht van Nederland naar Indië is doorgemaakt, alvorens deze tot uitvoering zijn gekomen. Zeven en een half jaar geleden behandelde in dit blad de heer J. H. W. v. d, Muelen dit onderwerp en ont wierp de route als volgt: le dag. Amsterdam Hannover Berlijn Breslau Krakau Lemberg, 1350 K.M. Op deze route stijgt het bergland niet hoo- ger dan 800 M. 2e dag. Lemberg Kiew Charkow Tsaritsjin, 1530 K.M. Door de laagvlakten 3e dag. Tsaritsjin Goerjew Boekhara 1550 K.M. Over laagland, behalve het laatste gedeelte. 4e dag. Boekhara Lahore, 1700 K.M. Het eerste gedeelte langs een omweg om de keten van den Hindoe Koes te ontzeilen. De hoogste punten die overgevlogen zouden moeten worden bedragen nog geen 4000 M." 5e dag. Van Lahore dwars door Hindoè- stan en Bengalen (over Dehli en Benare.s) naar Calcutta, 1750 K.M. 6e dag. Van Calcutta naar Bangkok, 1550 K.M, 7e dag. Van Bangkok naar Singapore, 1500 K.M. t 8e dag. Singapore Palembang Bata via, Soerabaja, 1500 K.M. De tptale afstand AmsterdamSoeraba ja, zou langs deze route 12430 K.M. zijn. De heer W. J. L. teekent hierbij aan: Wij weten niet of de route, zooals hij haar voor gesteld heeft beter of minder geschikt is, dan die welke thans gekozen is, maar in elk geval is zij ruim 4000 K.M. korter. Indien met een snelheid van 180 K.M. zou worden gevlogen, hetgeen zeker niet over dreven snel is, dan zouden voor die 11800 K.M. (Amsterdam-Batavia) slechts 66 vlieg tuigen noodig zijn. Wanneer men 9 uur per dag vliegt en dus den nacht rustig in een hotel op het vliegterrein doorbrengt, dan is men in ruim een week over. Neemt men de route over Constantinopel dan zal ze misschien 10 dagen duren. Daar staat tegenover, dat de reis per spoor tot Genua of Marseille en vandaar per boot naar Batavia thans 26 dagen duurt, dat is bijna 4 maal, of langs de andere route ruim 214 maal zoo lang. Het spreekt vanzelf, dat deze reis door de lucht in de toekomst niet met één en het zelfde vliegtuig zal worden afgelegd en ook niet met dezelfde bestuurders, maar dat men van dag tot dag misschien wel van étap pe tpt étappe wisselt, d.w.z., telkens andere, goed gecontroleerde motoren en frissche, niet vermoeide bestuurders, piloten, die de route herhaaldelijk afvliegen en dus kennen. Laat men nu niet langer met een achte loos gebaar, de verwezenlijking van dit denkbeeld een utopie noemen. Vóór zeven en een half jaar dacht men zelfs in vliegerskringen er wel eens zoo over en nu is bewezen, dat het vliegen naar Indië heel goed gaat en vrij gemakkelijk zal blij ken te zijn in de toekomst. Maar ook al zou men in de allernaaste toekomst alleen het briefverkeer naar Indië per vliegtuig gaan en de pakketpost voor kleine en lichte voorwerpen, wier snelle overkomst van groote waarde is, dan reeds zou de luchtverbinding met Indië van bui tengewoon belang blijken te zijn. 1 Men vërgete daarbij niet, dat de verkor ting van den afstand dubbel geldt, zoowel voor de heen- als voor de terugreis; men kan n u in hoogstens 52 dagen antwoord hebben op zijn brief, d a n in 14 dagen. Naar het Haagsche Anetakantoor verneemt, hebben in Nederland 193 vliegtuigen in geregeld .verkeer op internationale lucht lijnen Schiphol, de luchthaven van Amster dam aangedaan. Bovendien deden 131 mili taire vliegtuigen het vliegveld aan. Waal haven, de luchthaven van Rotterdam, werd aangedaan door 126 verkeersvliegtuigen van internationale lijnen en door 37 militaire vliegtuigen. Verder hadden op dit terrein 56 proef- en bijzondere vluchten plaats. Bovendien werd Waalhaven door 1415 per sonen bezocht. Ook in het magazijn der Bijenkorf te Am sterdam zal een hulppostkantoor worden in gericht. De Minister van Waterstaat heeft af wijzend beschikt op het verzoek van het gemeentebestuur van Naarden om den Rijksstraatweg AmsterdamLaren op het gevaarlijkste gedeelte Hakkelaarsbrug-Naar- den, van electrische verlicjhting te voorzien. Zooals we bereids meldden, heeft de Staa1 een elftal firma's en personen, voor ver schillende rechtbanken gedagvaard, die meer geld bij den Postcheque en Girodienst had den opgenomen, dan waarop zij volgens hun rekening recht hadden. Dit scheen mogelijk geweest te zijn tijdens het maken van fouten in de afrekeningen tijdens den giro-chaos. Naar „de Tel." nader verneemt, is men hier slechts toe overgegaan na alles te heb ben beproefd om de gedagvaarden tot terug gave te bewegen. De meesten van hen gaven eenvoudig geen antwoord op brieven van dep Postcheque en Girodienst of antwoordden, dat zij het niet meer konden nagaan, hoe het met hun afrekening stond. Van de elf gedagvaarden zijn er twee, bij wie het onrechtmatig op genomen bedrag in de tienduizenden loopt. Is het blad goed ingelicht, dan nam een firma voor meer dan een ton boven haar werkelijk saldo op. Behalve deze elf zijn er nog veel meer rekeninghouders, die te veel opnamen. Met dezen is men echter nog in correspondentie in de hoop tot een minne lijke schikking te komen. Er zijn rekening houders, die in termijnen afbetalen, wat zij te veel incasseerden. Gaat het niet goedschiks, dan zullen ook dezen worden vervolgd. SALARISREGELING P. T. T. Naar de Resb. verneemt, kan eerstdaags de. salarisregeling van het P. T. T. personeel worden bekend gemaakt aangezien het over leg tusschen den directeur-generaal en den minister van Waterstaat eenerzijds en den minister van Marine anderszijds over het ad vies van de Commissie v. Overleg in Postza ken geëindigd is. Uit Weltevreden wordt gemeld De aard storting, die Antjoleredjo heeft weggevaagd, is grooter dan die van 12 November. Zij was 600 meter lang en 200 meter breed. Volgens vulkanologen is het ergste geleden. Het bivak van Antjoleredjo lag buiten het vorig epicentrum. Naar aanleiding van de gift van de Ko ningin van f 1000 tot leniging van den nood en ter herstelling van de schade, geleden door de bewoners van onze Bovenwindsche eilanden bij den orkaan van September, schrijft de Amigoe di Curasao niet den in den indruk te hebben dat de schade op de Bovenwindsche eilanden bij den jongsten orkaan geleden, wel werkelijk zóó groot is geweest dat daarvoor 'n collecte moest ge houden en ook nog bij de Koningin voor een bijdrage moest worden gebedeld en het blad dringt er op aan, dat van die som, nu tot ver over de f 6000 aangegroeid, alleen werkelijk geleden schade na nauwkeurige taxatie zal uitbetaald worden en de rest weer naar Wil lemstad wordt opgezonden en gevoegd wordt bij het Ondersteunings-Fonds Nederland- sche Antillen, waaruit ook voor dit doel ge put is. SCHEEPSBRAND BIJ VENLO. Zaterdagmorgen omstreeks zes uur is brand uitgebroken aan boord van het schip „Petrus" der firma Janssen van Lith te Venlo. De brandweer was spoedig met de motorspuit ter plaatse. Een gedeelte der la ding, circa 18 ton tabak, verbrandde gedeelte lijk en een ander gedeelte werd als niet meer voor verwerking geschikt, in de Maas ge worpen. Vermoedelijk is de brand ontstaan, door vonken uit de stookgelegenheid in de kajuit. Verzekering dekt de schade. Op het eiland Marken zijn, wegens het veelvuldig hoesten der kinderen, de bijzonde re scholen tot 6 Januari a.s. gesloten. De politierechter te Utrecht heeft een dienstbode uit Bilthoven, wegens het be zigen van een reeks gestempelde postzegel voor de verzending van een brief, veroor deeld tot f 40 boetejsubs. 20 dagen hechtenis In 1899, dus thans 25 jaren geleden, ver scheen het eerste leerboek voor de stenogra fie „Groote," Ter herdenking van dit feit worden door de federatie voor stenografie „Groote" op Zaterdag 27 December verschil lende bijeenkomsten belegd. Des namiddags zullen in Krasnapolsky te Amsterdam wedstrijden in de stenografie worden gehouden. De jury bestaat uit de heeren dr. W. v. d. Ent, voorz. van de per manente examencommisssie der federatie, mr. dr. M. Spaander, directeur v. d. 2e Open bare Handelsschool te Amsterdam en J. Zodij, stenograaf bij de Staten-Generaal. Ook zal 's middags, eveneens in Krasna polsky, een tentoonstelling gehouden wor den van werken in en over stenografie „Groo te." 's Avonds wordt een feestavond gehou den in de Industrieele club te Amsterdam. Men meldt ons uit Mill Hill dat Mgr. J. Biermans weer in zooverre is hersteld dat hij het ziekenhuis heeft verlaten en tegen het eind van de maand naar Nederland zal ko men. Vermoedelijk zal de huldiging te Rotter dam, die door zijn ziekte uitgesteld was, nu in Januari plaats hebben. Een korte levensschets van twee Neder- landsche mijsie-patriarchen zet deze afle vering in: Mgr. Aelen, den nog levenden en Mgr. Niewindt, in 1860 al gestorven, rnaar nog levend in zijn werk. De eerste begon ais aalmoezenier bij het Engelsche leger in het oproerige Afghanistan, was dan missionaris bij de inboorlingen van Madras, raadsman van Aartsbisschop C„'.gan, stichter van het St. Joseph's Missiehuis te Roosendaal, waar hij zelf 50 priester-missionarissen vormde er waaruit hij 200 anderen zag voortkomen; stichter van een eigen Seminarie in Engelseh Indië, lid van den Wetgevende Raad van Madras: als 46 jaar missionaris en meer dan 12/4 jaar Aartsbisschop. Mgr. Niewindt zette een eeuw geleden voet aan wal op Curasao, waar hij 36 jaar lang als Prefect en Ap. Vicarius heeft g< werkt, geleden en ge streden. Twee Chineesche priesters zijn waardig bevonden de Bisschopswijding te ontvangen en met het bestuur vai een bisdom te wor den belast; een bewijs, dat met de opleiding van inlandsche priesters de beste resultaten verkregen worden en dus meteen weer een pleidooi voor St. Petrus' Liefdewerk. Door de oprichting van centrale Seminaries is het gehalte van de professoren en de inrichting van het onderwijs daar veel voorüit gegaan. Dat geeft hpop voor de bekeering van dit millioenenland, die zonder inlandsche gees telijken niet te verhopen viel. Fr. Weijnen. Secr. voor Nederland en Koloniën van den Bonifatiusverein, schrijft over de Duitsche Diaspora, een missieveld vlak aan onze grenzen, dat veel meer dan de helft van het Duitsche Rijk omvat. Ge middeld is daar maar ongeveer 9 van de bevolking katholiek, meest arm en, buiten de steden, verstrooid en verscholen in ber gen en bosschen, uren en uren verwijderd van kerk en kapel of wat daarvoor dienen moet. De ta£)k van den eenzamen Diaspora- priester is dan ook ontzettend zwaar, vooral nu hij tengevolge van den oorlog aan alles gebrek heeft. Het artike' Pater Jumperus Serra en de Minderbroeders in Californië leert weer, hoe de Kath. Kerk met haar missiewerk de volkeren niet alleen geestelijk opheft, maar ook stoffelijk tot beschaving en welvaart brengt. Juniperus Serra 1784) is in Cali fornië nog de meest geachte naam bij ge- loovig en ongeloovig. B. J. J. Visser geeft een merkwaardig stuk geschiedenis uit Ie Missie van Japan. In een nabeschouwing over het Eucharis tische Congres ziet Fr. v. d. Vliet pr. in de deelname van onze Oostersche broeders een nieuwen factor in het bekeeringsproces van de schismatieken en een luide openbaring van de Katholiciteit van de Kerk: een feit van groote apologetische waarde. Leerzaam en opwekkend is het Redactie artikel over de Organisatie van het Zen dingswerk van onze Protestantsche Broe ders. Hun actie is stiller dan de onze, maar de resultaten zijn er niet minder om: 2 mil- lioen gulden jaarlijks voor onze Oost alleen: 't is oor onze Indische Missionarissen om van te watertanden. Want op Java met zijn meer dan 30 millioen inwoners bezoeken o.m. nog geen 6000 kinderen katholieke scholen, maar onderwijzers zijn er te veel, omdat er geen scholen zijn. 't Is droevig! Heel Ned. O.-Indië heeft naast 47 millioen heidenen nog niet 1 millioen Christenen, waarvan er ruim 800 duizend prot. en nog geen 150 duizend kath. zijn, de Europeanen meegeteld. Dat is dan een 'eel van ons eigen vaderland! G. VOSKUILEN. De maand van St. Willibrord. Het St. Petrus Liefdewerk tot opleiding van een Inlandsche Geestelijkheid in de missiegebieden heeft sinds zijn bestaan nog niet een maand gekend zoo vruchtbaar als de laatste. Drie Beurzen (giften in eens van 2500) werden gesticht door onbekende milde gevers uit Utrecht, Maarssen en Zieuwent (G.) terwijl drie parochies, Borne, Doornenburg en Haaksbergen (2e) zich als Weldoener opgaven (jaarlijks 250). Zoodoende telt thans S. P. L. in het Aarts- diocees 18 Beurzen en 56 Weldoeners. Een onbekende uit Wijhe schonk 1000, waar door voor 4 theologanten uit King-Chow een jaar lang de studiekosten kunnen betaald worden. Dc priesterstudenten smeeken dagelijks Gods Zegen af over hun Weldoeners, moge het Kerstkind hen overvloedig beloonen voor wat zij St. Willibrord ter eere gedaan hebben voor de zwarte, bruine en gele broe ders. Kent ge schooner gave voor het Kerstkind Ruws en Schrale Huid DOOS 30, 60, 90 Cent. Bij Apoth. en Drogisten I Pbarm Fabriek A. Miinharoi - Zeist dan een bijdrage in den opbouw van een in landsche geestelijkheid, het fundament der Roomsche Kerk in Azië en Afrika? Mag ik tevens van deze gelegenheid ge bruik maken de Weldoeners en de Zelatricen die hun Weldoenersbijdragen (vroeger be loofd) en hun contributie nog niet hebben opgezonden, dit zoo eenigszins mogelijk te willen doen in de eerste helft van December. ANT. DE WIT, dioc. dir. S.P.L. Arnhem giro 63879. Tot een jaarlijksche opbrengst van twee millioen ton. Naar de Tel. uit Heerlen verneemt over weegt de directie der staatsmijnen plannen om de jaarlijksche steenkolenproductie der staats mijn Emma te Hoensbroek op te voeren tot twee millioen ton, een tot nu toe voor één enkele mijn ongekend cijfer. Wanneer men bedenkt, dat de staatsmijn Emma slechts tien jaren geleden voor het eerst kolen leverde en thans reeds het productiecijfer heeft bereikt van ongeveer 1.200.000 ton per jaar, dan schijnt de verwezenlijking dezer plannen niet zoo ver meer af. Naar ons ter oore komt, zal „Pogen", het Vlaamsche maandschrift onder Redactie van Wies Moens, samensmelten met „Roeping". N. Eeuw De Bossche schilder C. Pasmans mocht bij zijn terugkomst uit Parijs de vereerende op dracht ontvangen om Z. D. H. Mgr. A. F. Diepen uit te schilderen. Mgr. Diepen ver klaarde zich bereid aan het verzoek, hem door den heer Pasmans namens de opdracht gevers, gedaan, om voor dien schilder te willen poseeren, te voldoen. INTERN. PLUIMVEEJAARBEURS. In.het nieuwe gebouw der goederenloods van de N. S. is Zaterdagmiddag te Sittard de derde internationale pluimveejaarbeurs met tentoonstelling geopend. De plechtige ope ning geschiedde door den Commissaris der Koningin in de provincie Limburg. Nadat de voorzitter van de Jaarbeurs, de heer F. Cremers allen hartelijk had verwel komd en een speciaal woord van dank had ge richt tot den Commissaris der Koningin voor zijne bereidwilligheid om deze Jaarbeurs te komen openen en het eere-voorzitterschap er van aan te nemen, nam de Commissaris der Koningin het woord, die met genoegen constateerde dat deze tentoonstelling niet alleen voor de stad maar ook voor de geheele provincie voor de pluimveeteelt van groote be- teekenis is. Juist om dit laatste heeft Z. Exce. zoo gaarne aan het verzoek voldaan om de openingsplechtigheid bij te wonen. Spreker prees den moed en durf van het bestuur der Jaarbeurs, dat ook met deze goed verzorgde tentoonstelling heeft laten zien, dat de pluim veeteelt in onze provincie op hoog peil staat. Vervolgens voerde nog het woord burge meester A. H. Gijzeis uit Sittard, die op het groote belang der tentoonstelling wees en de woorden van den Comm. der Koningin onder schreef, terwijl de Hoogeerw. heer deken L. Thijssen de beste wenschen uitsprak over het slagen der onderneming. De voorzitter sprak het slotwoord, waarna het hooge gezelschap de tentoonstelling be zichtigde. 1925 EEN DROOG JAAR. Met een vrij groote mate van zekerheid kan men voor 1925 een groote -droogtevoorspellen schrijft de meteorologische medewerker van de „Daily Chronicle." De voorspelling kan worden gedaan op grond van statistische gegevens. Niet zoo lang geleden werd ontdekt, dat er nauw verband schijnt te bestaan tusschen regenval en het veelvuldig voorkomen van de gas-uitbarstingen op de zon, die soms tot ont zaglijke hoogte uit het zonnelichaam opstij gen. Nu is de periode tusschen deze reus achtige zonnevuurwerken in de laatste halve eeuw geleidelijk korter geworden, terwijl met de tusschenpoozen tusschen natte jaren het zelfde het geval was. Er schijnt dus tusschen beide verschijnselen een verband te bestaan, dat niet toevallig is. Gedurende 25 jaar was in Engeland steeds om de vier jaar één jaar nat. Vervolgens was twintig jaar lang ieder derde jaar zeer nat en van 1910 tot 1921 wisselden* droge en natte jaren elkaar af. De groote droogte van 1921 schijnt dit laatste tijdperk te hebben afgeslo ten en er schijnt een terugkeer te komen, die in omgekeerde volgorde gaat een droog jaar, gevolgd door twee natte. In 1922 was de regenval iets beneden nor maal 1923 was uitgesproken nat en 1924, het behoeft met gezegd te worden, was buiten gewoon nat. Voor 1925 zou dan weer droogte volgen. Uit Amerika is onlangs op grond van de statistieken der zonnestraling voor 1925 een „jaar zonder zomer" voorspeld. We zullen dus binnenkort kunnen toetsen, welke van deze weervoorspellingen op langen termijn de juiste was. 47 M„ore had wèl gelijk met de zee te be zingen; wanneer zij, met uitgestrekte zeilen, voortgestuwd door een zachte bries, de blauwe wateren van Nieuw Zeeland door kliefden, zouden zij de juistheid van dit ar gument leeren erkennen. En dan ging het huiswaarts naar Ierland in het voorvader lijk huis der Fitzgeralds, waar hij haar onder de hooge pilaren met „cead mille failthe" er op, zou binnenleiden, zich voorstellende, hoe de jonge bruid onder algemeene geluk- wenschen zou overstelpt worden. Waarom zou hij zelf boeten voor de misdaad, door een ander gepleegd? Neen! Zijn besluit was genomen, hij was voornemens het te hou den; hij zou van dit geheim, hetwelk men hem had toevertrouwd, zich ontlasten; en zou aan Madge's zijde de wereld doorwan delen. Een plotselinge huivering beving hem, toen hij de laatste woorden: „en haar va der!" bij zich zelf mompelde. „Ik ben dwaas," zei hij ongeduldig, terwijl hij de teugels ter hand nam en zijn paard in een korten galop aanzette. „Mij moet het om het even zijn, zoolang Madge van alles vreemd blijft; doch naast haar vader te zitten, met hem te eten, hem steeds in zijn nabijheid te hebben gelijk een gedaante bij een geest. God behoede mij daarvoor!" Hij spoorde zijn paard in galop aan, en toen het over het grastapijt heendraafde, terwijl de frissche, koele nachtwind vurig tegen zijn gelaat speelde, bekroop hem een gevoel van verlichting, als had hij een don kere gedaante uit den weg geruimd. Maar steeds galoppeerde hij voort, terwijl het bloed hartstochtelijk door zijn jeugdigde aderen stroomde, hij vloog over onafzien bare vlakkfen, boven hem het donker blauw, door sterren bezaaid uitspansel, beschenen door het bleek gelaat der maan vloog voorbij de hut eens schaapherders, gelegen op een wijden inham, en vervolgens door het koele water plassende, dat door de donkere plassen wegspoelde gelijk een zil veren draad in het maanlicht toen, op nieuw, de onmetelijke grasvlakten, hier en daar met groote groepen schaduwrijke boomen, en aan weerszijden kon hij de schapen zien v^ghollen als tooverachtige gedaanten voort voort altijd voort, totdat hij zijn woonplaats in het gezicht krijgt, en hij zoowel het licht als de ster ren ontwaart een lange laan met groote boomen, over welker zwevende schaduwen zijn paard voorbijdraaft, en daarna die uit gestrekte grasvlakte voor zijn huis, met het luidruchtig keffen der honden. Een bedien de, opgewekt door het geluid der hoeven op de Avenue, nadert in de richting van ht huis; Brian springt van zijn paard en gaat, den man de teugels toewerpend, re gelrecht naar zijn kamer. Daar vindt hij een brandende lamp, brandewijn en soda op de tafel alsmede een pak brieven en nieuws bladen. Hij wierp zijn hoed op de sofa, en opende het venster en de deur, ten einde de koele wind naar binnen te laten; daarna schenkt hij zich een glas brandewijn en soda in, keert zich naar de lamp en begint de brieven te lezen. De brieven behelsden in hoofdzaak han dels-aangelegenheden, de laatste echter scheen van Calton afkomstig, en Fitzgerald opende hem met een gevoel van blijdschap. Calton was een voornaam briefschrijver, en zijn epistels droegen het hunne er toe bij, Fitzgerald op te beuren in het akelig tijd stip, dat zijn invrijheidstelling in zake den op Whyte gepleegden moord voorafging, als ook, wanneer hij in gevaar verkeerde, in een ziekelijken toestand te vervallen. Brian schonk zich dus nogmaals brandewijn in met soda, vleide zich in den armstoel en scheen onderwijl zijn goede geluimdheid te her krijgen. „Mijn waarde Fitzgerald", schreef Calton met zijn bijzonder duidelijk handschrift, het welk zulk e^n gunstige uitzondering maakte op de gebruikelijke onleesbare hieroglyphen zijner ambtsbroeders, „terwijl gij de koele wind en heerlijke frischheid van het land geniet, toef ik hier met tal van andere arme drommels in deze snikheete en morsige stad. Hoezeer wenschte ik bij u te zijn in het land van Goschen, bij de stroomende wate ren van de Murray, waar alles helder èn groen èn onbevlekt is. In plaats daarvan, beperkt zich mijn uitzicht tot plaveisel en kalk, en de moerassige wateren van de Yarra moeten als plaatsvervangers optre den voor uw edele rivieren. Och! ook heb ik in Arkadië gewoond; doch ik weet nog niet, zelfs indien mij de keus gelaten werd, om wêer te keeren, of ik van deze toestem ming gebruik zou maken. Arkadië is onge twijfeld een Paradijs van gelukzalige onwe tendheid en de wereld met haar pracht en ijdelheden is mij lief als mijn leven. Nu ik het geschrevene aandachtig overlees, kom ik tot de erkentenis, dat ik ongestadig ben geweest en daar deze brief voor zaken be stemd is, moet ik mij de weelde ontzeggen om een reeks ijdele denkbeelden te ontvou wen. Ik veronderstel, dat gij nog steeds het geheim bewaard hebt, dat Rosanna Moore u toevertrouwde ha, u ziet, dat ik haar naam ken en hoezee! eenvoudig, omdat ik met de natuurlijke nieuwsgierigheid, het menschelijk geslacht eigen, beproefd heb, den moordenaar van Olivier Whyte op te sporen, en daar Rosanna Moore, volgens den Argus, de zaak tot, in de puntjes ken de, heb ik een blik geworpen in de ge schiedenis van haar verleden. Het geheim en de aanleiding tot Whyte's moord is u bekend, maar, ge weigert, zelfs in het be lang der justitie, bet te openbaren waar om, dat weet ik niet, doch geen onzer is zonder feilen, en uit een kwalijk gevoel van „plicht" laat mij met deze benaming het aanduiden weigert gij den man over te leveren, wiens lafhartige misdaad u bijna het leven gekost had. „Na uw vertrek uit Melbourne zeide ieder een: „het treurspel van het huurrijtuig is ten einde, en de moordenaar zal nooit ont dekt worden. Ik waagde het niet mij le scharen onder het banier dier lichtgeloo- vïge lieden en vroeg mij zelf af: „wie was die vrouw, die ten huize van vrouw Gut tersnipe den laatsten adem uitblies?" Deze vraag, niet afdoende kunnende beantwoor den, hesloot ik, mij zelf den sleutel van het geheim te verschaffen en nam dienovereen komstig mijn maatregelen. In de eerste plaats leerde ik van Roger Moreland, die, zooals gij u herinnert, in uw proces tegen u ge tuigde, dat Whyte en Rosanna Moore van Sidney kwamen, met de John Elder, om streeks een jaar geleden. Moreland wist niets bijzonders omtrent Rosanna Moore, en gaf mij den raad, het onderzoek te staken, daar het onmogelijk zou wezen aangezien zij van Londen afkomstig was iemand te vinden, die haar in de wereldstad van nabij gekend had. Desniettemin telegra feerde ik naar een mijner vrienden, die eenigszins amateur-detective is, om den naam en verdere bijzonderheden te ontdek ken omtrent de vrouw, die 21 Augustus 18 met de John Elder Engeland verliet. Mirabula dictu, hij ontdekte alles, en in aanmerking genomen, dat Londen een zee van raenschen huisvest, kunt gij niet anders, dan de bekwaamheid mijns vriends beamen Het schijnt echter, dat de taak, met welke ik hem belastte, gemakkelijker te vervullen was, dan ik aanvankelijk vermoedde, want zij was een alom bekende persoonlijkheid. Zij was een actrice aan het Frivolity Theatre was, als zijnde een zeer tallooze malen gefotogra- te Londen, en schoone vrouw, feerd. Toen haar onbezonnen geaardheid haar mitsdien noopte, scheep te gaan, werd zij door de bureau-klerken herkend als Rosan na Moore. beter bekend als Musette van den Frivolity-Schouwburg. Ha! gij opent uwe oogen bij dit laatste bericht gij zijt ver baasd neen, goed beschouwd zijt gij het niet, aangezien zij zelf u vertelde dat zij in Sidney het eerste levenslicht aanschouwde en na een schitterende loopbaan elders was getogen. En waarom verliet zij het haar toejuichend publiek van Melbourne en den pappot van Egypte? Gij weet dit maar al te goed. Zij koos het hazenpad. Zij schijnt een zwak te hebben, om met de Noorderzon te verhuizen. Musette, dit zij u ter loops gezegd had een buitengewoon, trouwens heel laak baar zwak zij dronk! Toen zij mitsdien te Melbourne gearriveerd en daar tot de er kentenis gekomen waren, dat er nieuw ge slacht was herrezen, hetwelk Musette niet kende, versmoorde zij haar verdriet in den drank en verliet heimelijk haar woning. Wat h:\ar naar Little Bourke-street haar schreden deed richten, is mij onbekend. Wellicht was zij verdwaald geraakt, wellicht was bet een harer lievelingsuitstapjes uit vroeger dagen, zeker is het, dat Sal Rawlins in die walge lijke woning haar smoordronken aantrof. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1924 | | pagina 5