ZéVHOUia/ETI- iMi KUBRjEi^ ililil m*mk Uit de Pers. GEMENGD NIEUWS. XL JE JU JL - NIEUWE GEMEENTERAAD VAN BLOEMENDAAL. Derde blad HAARLEMSCHE COURANT Vrijdag 12 December 1924 De Staatsloterij. De moord in de Riemerstraat te 's-Hage. „Ambtenarij" en 't omgekeerde. Auto door een trein verbrijzeld. Lafaards en helden op zee. Verordening op de heffing van schoolgeld. Gelijkstelling van de R.-K ffandelsavondschool. Een debat over terrein langs den Zeeweg. De huur van gemeentewoningen. De uitbreidingsplannen van grond tus schen Kleverlaan en Julianalaan en aan weerszijden van den Zijiweg. Oe arbeid der vrouw in Engeland Hat gezinsleven van den zakenman. Moeders. H3t wasschen van gekleurd© wol. Geen pagekopje. De Amerikaansche Miss Cathar'na Linden Mc. Emeric kan bogen op een haardos van 1.60 M. lengte. Reeds op haar 13de jaar bezat zij zulk lang haar, en zij is er niet toe te bewegen een pagekopje te laten knippen. Men schat, dat zij het langste haar heeft van alle New-Yorksche dames. Aan de lus. De gasvlam. De Egyptische vrouw. Weet ge un DE MOPPENTROMMEL, In een arikel over bovenstaand thans weer „brandend" vraagstuk in „De Amstalgids" wijst het Tweede Kamerlid Abr. Staalman op een euvel, dat het richtig functionceren der Staatsloterij in den weg staat. \oor zeer velen is het geen geheim, dat de Staatsloterij op het oogenblik eigenlijk voor niets anders gebruikt of misbruikt wordt, dan om eenige goede vrienden en bekenden aan een winstgevende positie te helpen door hem (of haar) met het ollijc- teurschap te benadeelen. Hierin reeds steekt een ernstige fout Het collecteurschap komt op deze wijze al te vaak in handen van niet alleen totaal ondeskundige, maar ook geheel onbekwame personen om deze functie uit te béfenen. Het gevolg is dan ook, dat ver scheidene van zulke collecteurs en nog meei :ollectrices, hun loten aan een of and-ren collecteur overdoen, die met meer koopman schap is bedeeld en die dan een deel van de winst aan den titularis afstaat en overigens verder niet meer naar de hem of haar toe bedeelde loten omkijkt. Vandaar ook weer, dat het publiek niet altijd op het kantooi van zulk een collecteur of collectrice een lot in de Staatsloterij kan bekomen en dat men bij andere collecteurs de gegadigden vaak in een lange rij ziet staan, teneinde een lootje te kunnen bemachtigen Het ligt voor de hand, dat zulke gegadig den liever op een gemakkelijker manier wor den bediend en dat velen van hen onder zul ke omstandigheden zich wenden tot de vele „gelukskantoren,' die ontstaan zijn en wier opkomst althans sterk in de hand is gew..rkt door de gebrekkige wijze van exploitatie der Staatsloterij. Indien een particulier het een of ander onderneemt, een zaak opzet zoekt hij in de allereerste plaats naar de beste, meest doel treffende wijze van exploitatie en naar de beste hulpkrachten bij de uitoefening der zaak. Aangenomen dat iemand een loterij mocht opzetten en dat hij dit op de meest soliede en eerlijke wijze wenschte te doen, een betrekkelijk gering, in ieder geval niet meer dan billijk percentage van de winst voor zich wenschte te behouden en dus aan i de deelnemers in de loterij het overgroote j meerendeel van de baten wilde laten, dan zou hij het toch niet in zijn hoofd krijgen, op z'-lk een onpractische manier deze loterij te doen funcFoneoréli. Hij zou integendeel alles doen wat in zijn vermogen was om het publiek coulant te bedienen en bekwame, ter zake kundige personen met den verkoop be lasten. Fij zou dus juist andersom doen dan op Het oogenblik de Staat doet. Men begrijpe ons goed; er zijn inderdaad onder de collecteurs en collectrices in de Staatsloterij alleszins voor dit bedrijf ge schikte en bekwame personen; maar en dit herhalen wij dit kan la- g niet van allen gezegd worden Het lijkt er soms op, alsof de Staat zijn eigen bedrijf wil sabo- teeren. Het zal we' niet in de bedoeling van de Regeering liggen, maar het moet gecon stateerd worden, dat de Staat zijn taak in dit opzicht zeer slecht begrijpt. Men heelt de particuliere loterijen laten uitdijen; men heeft toegelaten, jaren achtereen, dat naast de goede ondernemers van premieleeningen (meestal verkapte loterijen) ook een aantal is ontstaan, wier practijken aan oplichting in het groot doen denken. Thans wil men alle premie-leeningen die op loterijen gelij ken, bij de Wet gaan verbieden en tenslotte verkondigt de Regeering het plan om ook de Staatsloterij op te heffen Het is alsof men een premie gaaf zetten op allerlei uitvindin gen van ondernemingen, die hetzelfde effect hebben als de loterij, maar waarbij men toch door de mazen der Wet kan heenkruipen. Men schijnt in den Haag te gelooven, dal men dit voorkomen kan Van veel levens wijsheid getuigt dit niet. In de zooeven aangehaalde Memorie van Antwoord zegt Minister Colijn van meenig te zijn, dat het niet de taak der Overheid is, de speelzucht te bevorderen. Of men hel hiermede nu eens is of niet, dat mag toch wel geconstateerd worden dat men doo» deze wijze van doen. n.l. om eenerzijds de Staatsloterij af te schaffen en anderzijds de premieleeningen, die loterij bedoelen, ge heel te verbieden, ongetwijfeld de speelzucht zal bevorderen en wat zeker erger is, deze in totaal verkeerde bedding zal leiden. Gaat men reorganiseeren en het is hoog tijd dat dit geschiedt, veeleer dan de zaak in te krimpen of af te schaffen dan za! men ook met het onzakge stelsel .noeien breken dat meer en meer ingang gevonden heeft, n.l. dat men den verkoop van loten stelt in handen van menrchen, die er abso luut niet voor berekend zijn en niet bekwaam genoeg om 't publiek van dienst te ziin. 't Collecteurschap moet dan weder zijn, zooals het toch oorspronkelijk werd opgevat, een betrekk;ng die niet verkregen wordt omdat men in behoeftige onjstandigheden verkeert en voordeelige connecties bezit met invlied- rijke personen; men zoeke ook hiervoor zoc- als het voor ieder ambt of betrekking ver- eischte is, de meest geschikte en bekwamt personen. De Staat kan met de Staatsloterij goed werk doen, maar dan moet gehandeld wor den als van een verstandig ipvoeder en be kwaam koopman kan worden gevorderd. Hieraan ontbreekt op dit punt zoo niet al les, dan toch zeker veel. „D; Nederlander" bevatte het volgende bericht „De mededeeling van den burgemeester in den Raad, dat degenen, die in verband met den moord in de Riemerstraat, ernstig ver dacht wordt, achter slot en grendel zit, heeft plots deze moordzaak weer in de algemeene aandacht doen staan. Echter spijt het ons ondanks het feit, dat ons geen officieele po li tioneele inlichtingen ten dienste staan dat deze mededeeling niet dien indruk op ons gemaakt heeft, dien zij zou mogen verwachten. Wat is de zaak? De verdachte, een ongeveer 29-jarige behanger, werd 2 maanden ge leden aangehouden, o.m. ook in verband met muntmeterdiefstallen, die overdag plaats hadden. De verdachte schijnt den werktijd voor zijn inbraken steeds gekozen te hebben tusschen 10 uur 's morgens en 4 uur 's mid dags. Dus ongetwijfeld een goede vangst. Nu heeft hij echter aan de politie van allerlei verklaard. O. a. ook dit, dat hij bij den moord in de Riemerstraat op uitkijk zou hebben ge staan. Het onderzoek daaromtrent schijnt nu juist geen goede resultaten te hebben op geleverd. En het is bekend, dat de politie zijn uitspraken niet au-serieux neemt, zoo acht men hem een aartsleugenaar te zijn. De verdachte werd ons ge teekend als een schijnbaar eenvoudig kalm man, die er zeer onschuldig uit zou zien. Het lijkt ons toe, dat de positieve uitspraak van den burgemeester niet door de feiten gerechtvaardigd wordt. N iar a ml ei ding van dit bericht had i e Haag- sche correspondent v.d. „Tel." een onderhoud met den hoofdcommissaris v. politie, den heer F. in 't Sant. Deze deelde mede, dat de uit spraak van den burgemeester in den ge meenteraad met absolute toestemming van de justitie is geschied, wat er z.i. voldoende op wijst, dat de aanwijzingen tegen den ver dachte zeer ernstig zijn. De burgemeester zou zijn verklaring in den raad zeker niet gedaan hebben, als er geen bepaalde feiten bekend waren geworden, die zeer bezwarend voor den verdachte zijn. Deze, die geen be hanger „van beroep" is, maar slechts af en toe dat vak uitoefent, is, zooals gemeld, voor andere ernstige delicten in hechtenis geno men. Onze indruk is, dat de politie zelf meent, in den verdachte den dader van den moord in de Riemerstraat op den rentenier V. d. Stijl te hebben. Er wordt menigmaal, met geen vriende lijke bedoelingen, gesproken over de „amb tenarij". Waar men uit lezen kan wat men wil. Voor zoover men met „ambtenarij" klach ten wil uitdrukken, zal men daartoe wel eens redenen hebben. Inderdaad doen amb tenaren wel eens, of het publick er is voor hén. in stede van wèl te bedenken, dat juist het omgekeerde het geval is. Dezer dagen kwam een Utrechtenaar, naar het „Utr. Dagblad" vertelt, op een bu reau, waar men zich vervoegen moet voor pas-formaliteiten. Men liet hem rustig voor de balie wachten, ambtenaar A. keek col lega B eer.s aan of die soms zin had om den binnengskomene te helpen, maar toen A. geen trek bleek te hebben, keek ambte naar B, die óók geen lust scheen te hebben om van z'n kruk te komen, naar ambtenaar C„ waarna C. via B. naar A. keek, met dien welbekenden blik van: zou j ij dat nou niet effen opknappen, waarop ambtenaar A deed alsof hij niets merkte, met d i t ge volg, dat abtenaar C. rondkeek of collega B. er soms toch maar toe zou be sluiten. De Utrechtenaar, wien dit oogenspelletje begon te vervelen, was juist van plan te vragen, wanneer het den heeren wel zou convenieeren hem te woord te staan, toen .-en der ambtenaren van zijn bureaustoel gleed, om zich dan maar op te offeren, als Ie andere zich van den domme hielden. In dit geval is vermoedelijk wel hartgron- 'ig gesproken van ambtenarij. Maar daarnaast is het blad een ander ge val ter oore gekomen, dat het niet onver- Imeld wil laten. Een Utrecbtsch Inwoner ver voegde zich aan het spoorwegpostkantoor met verzoek hem te willen inlichten over de mogelijkheid of een door hem te verstu ren brief nog vóór een bepaalden datum te Pcrt-Said zou kunnen aankomen in verband met een daar arriveerende boot uit Indië. Het postpersoneel raadpleegde allerlei dienstregelingen, maar kwam na onderzoek tot een ontkennend antwoord Des avonds van dien dag werd bij den betrokkene aan gescheld door een beambte van het spoor wegpostkantoor die hem kwam mededee- !en, dat men na zijn vertrek de verschillen de ten dienste staande gegevens toch nog eens nader had bestudeerd, met dit resultaat dat men een route had gevonden, waarlangs de bewuste brief toch nog nèt intijds te Pcrt-Said zou kunnen aankomen. Als die; brief nu dadelijk werd meegegeven, dan kon hij nog op 't nippertje den eerst-vertrekken- den trein halen, de nog éénig-mogelijke ver binding met Zuid-Europa. Deze Utrechtenaar, hoogst dankbaar voor de allervriendelijkste boodschap, vroeg niet zonder eenige verwondering, hoe men zijn naam en adres te weten was gekomen, waarop geantwoord werd, dat een der amb tenaren ten spoorwegpostkantore zich den naam herinnerd had van den afzender van den brief, die des morgens voor Port-Said aangeboden, maar weer mee teruggenomen was. Woensdagmiddag omstreeks twee uur i. een auto-tankwagen van de Pure Oil Com pany aan de Wormensche brug, bij den Pa- pisrweg te Apeldoorn door een van Beekber gen komenden locaaltrein gegrepen. Het onheil werd waarschijnlijk veroor zaakt door den zwaren mi;t of doordat de bestuurder van den auto, H. J. Hoegen Dijk- hof, het signaal van den trein niet heeft ge hoord. De auto werd eerst een eind medegesleurd en viel toen met zijn bestuurder niet verre van de Wormensche brug in het Dierensche Ka naal. De chauffeur was spoedig uit zijn benarde positie verlost en op het droge gebracht. Het bleek, dat hij een diepe gapende wonde in het hoofd had gekregen. Van den auto is zoo goed als niets heel gebleven. De overblijfse len 'i~,pe,n no" in het t-->"aa!. Een in Mauritius verschijnend blad vertelt de Msb. geeft bijzonderheden omtrent de ontploffing aan boord van het Fransche stoomschip „Gigal" waardoor dit schip op 55 mijlen van het eiland zonk. De leden der equipage gedroegen zich zeer laf en ijlden i- paniek naar de b' ote die zij afü'.ten, terwijl de kapitein, de officieren en eer.ige vrouwen aan boord van het zinkende vaartuig achter bleven. De officieren evenwel gedroegen zich met evenveel moed als de bemanning lafheid ten toon had gespreid. Terwijl het schip brandde, bouwden zij een vlot voor de vrouwen, doch dezen durfden zich niet eraan toe te vertrou wen. Er waren twee R. K. geestelijken aan b^ord en de matrozen hadden dezen een pl t in een van de reddingsbooten daigeboden. Zij weigerden evenwel, doch ii ten zich later met een der zeelieden op het vl st neer. Vandaar zagen zij in een regen van vonken hoe de „Gigal" met de vrouwen en de officie ren, die niet van boord wilden gaan, nu de vrouwen geweigerd hadden zich op het vlot te begeven, zonk. Onder voorzitterschap van den burge meester vergaderde Donderdagmiddag de raad der gemeente Bloemendaal. Aankoop grond. B. en W. stellen voor van mevrouw de wed. P, Th. v. Hoorngeb. Schouwenburg in eigendom te aanvaarden een strook grond aan den Parkweg, hoek Bloemendaalsche- v.eg, ten behoeve van wegverbreeding te gen den prijs van 1. B. en W. gaan tct dit voorstel over, overwegende, dat 't wen- schelijk is om in het belang van het ver keer bedoelde strook grond ter grootte van ongeveer 55 M2 aan te koopen. Goedgekeurd. Verkoop grond. B. en W. stellen voor aan B. Kuurstra te verkoopen een strook grond, gelegen aan de Noorder Tuindorpslaan, ter grootte van on geveer M2 voor den prijs van 5 per M2. Goedgekeurd. Schoolgeld. B. en W bieden opnieuw ter vaststelling aan een verordening op de heffing van schoolgeld voor het gewoon lager onderwijs en voor het vervolg-onderwijs in de ge meente Bloemendaal Tevens bieden zij daarbij aan een verordening op de invorde ring van bedoeld schoolgeld. Goedgekeurd. Schoolgeld R. K. Handelsavondschool. Naar aanleiding van een desbetreffend verzoek van den heer van Kessel in de ver gadering van 18 September 1.1. bieden B. en W. ter vaststelling aan een verordening tot het toekennen van bijdragen in het school geld en de leermiddelen ten behoeve van leerlingen uit de gemeente Bloemendaal, die de R K Handelsavondschool te Haar lem bezoeken Deze bijdrage zal zooveel zijn, dat geen meerdere onkosten ten laste der ouders, voogden of verzorgers (tot bij meerderj irig- heid ten laste der leerlingen zelve) blijven, dan in eën bij de verordening gevoegden staat is aangegeven, met dien verstande, dat geen bijdragen worden gegeven tot een hooger bedrag dan j 35 per leerling. Goedgekeurd. Geldelijke vergoeding aan scholen. B. en W stellen voor aan het R. K. kerk bestuur te Overveen ten behoeve van de R. K. Jongensschool aan het Zandvoorter- pad over het jaar 1923 een vergoeding toe te kennen tof een bedrag van 1882.50. B. en W. stellen voor aan het R. K. kerkbestuur te Overveën ten behoeve van de R K. Meisjesschool aan den Korten Zijiweg over het jaar 1923 geen vergoeding toe te kennen op grpnd van artikel 100, lste en 2e lid, der Wet. B en W. stellen voor aan het bestuut der Bloemendaalsche Schoolvereenigiag, ten behoeve van de school voor gewoon lager onderwijs geen vergoeding toe te kennen, op grond van artikel 100, lste lid, der wet; de vergoeding ingevolge 2de lid van dat ar tikel te bepalen op 2380. Goedgekeurd. Grond langs den Zeeweg. Naar aanleiding van een verzoek van Hofl- schlag, van Maren en Dijkstra om hun als nog de terreintjes langs den Zeeweg onder hands te verhuren, verwijzen B. en W. naat de in de vergadering van 16 Oct. j.l. behan delde voorstellen inzake verpachting van het strand en bedoelde terreintjes. De heer DE ROO zegt, dat het maar het beste is met het reeds bekende voorstel van B. en W mede te gaan. De heer OTTO is er principieel 'egen, dat men nu op een genomen besluit weder terugkomt. Spr. zou graag eerst nadere opheldering hebben, voordat hij zijn stem wil bepilen. Spr. meent dat B en W. alles wat niet naar hun wensch ging in den raad terugbrengen. De heer SC11ULZ zou er iets voor voelen, waar de toestand voor de gemeente neg onzeker is, de vergunning van pacht van jaar tot jaar te verlengen. Wethouder LAAN komt op tegen de be wering van den heer Otto, dat B' en W. al les, wat niet naar hun wensch ging, weder in den raad terugbrengen. Spr. zet de his torie der kwestie nader uiteen. De opnieuw indiening van de zaak geschiedde op verzoek van den heer van Kessel. Daarom hebben B. en W. zich nu van advies onthouden. Voor de meening van den heer Schulz Is spr. niet. Dat zou een te onzekeren toestand voor de pachters scheppen Spr. staat nog op zijn vorig standpunt on voor 3 iaar de pacht te verlengen. De heer DE WAAL MALEFIJT wijst er op, dat er ook een tnoreele kant aan de zaak is. De exploitatie geschiedt naar wensch, daarop kan geen aanmerking gemaakt wor den. De heer BLANKEVOORT stelt voor de zaak na de vergadering in besloten zitting te behandelen. Dit voorstel vindt geen on dersteuning. De heer OTTO heeft uk het gesprokene opgemaakt, dat het geen voorstel van B. en W. is, doch een request, dat moet worden afgehandeld De billijkheid brengt mede, dat de tegen woordige pachters ook een kans hebben. Spr. vraagt echter waarom nu een andere opinie omtrenr de zaak schijnt te zijn dan in de vorige raadsvergadering. Dit is volgens spr. de schuld van de onvoldoende inlichtin gen van B en W. Zoo kan een raad niet re gelmatig werken. Spr. vraagt of de requestranten geen kwijt schelding van pachtsom moeten hebben, zooais dit voor den heer Dijkhuis in een vo rige vergadering werd voorgesteld. Spr. zal er gaarne toe medewerken, dat de reques- trawten alsnog in hun recht worden gestald, als hij van .B en W. hun meening boort, dat er moreele verplichting is. Wethouder LAAN zegt dat de heer OTTO de zaak niet begrijpt. B. en W. concludeerden in een vorige vergadering dat wel degelijk een moreele verplichting tegenover de pach ters bestond. Wel was volgens B. en W. de raad strikt genomen geheel vrij, maar de moreele verplichting bleef. De heer OTTO stelt voor, dat het -equest in handen van B. en W wordt gesteld om advies want een gedefinieerd voorstel hier niet. De VOORZITTER bestrijdt dit. De heer OTTO handhaaft zijn voorstel De VOORZITTER zegt, dat men dan steeds in herhaling valt, telkens wordt de zaak uitgesteld De heer VAN KESSEL zegt, dat formeel men bang, dat de kleur zal verschieten, dan moet men wat azijn bij het water doen. Men moet het gewasschen goed in schoon water naspoelen, zacht uitdrukken en in een groo- ten, drogen doek wikkelen, die genoeg vocht kan opnemen om de voorwerpen strijkdroog te maken. Hangt men ze op om te drogen, dan zakt het nat naar de onderste randen en laat daar maar al te vaak vlekken achter. Groote stukken kan men eerst ophangen om uit te druipen, daarna wikkelt men ze in een laken. Voor zwarte wollen stoffen kan men wat geest van salmoniak bij het waschwater doen. hangen. Moeten ze weggeborgen worden in onze eigen garderobe, dan zijn we wel zoo verstandig, een kleurenbeugel te gebruiken. Maar buitenshuis gaat dat meestal lastiger. Zoo'n houten beugel heb je maar niet altijd bij de hand, nietwaar? Er bestaan echter kleer hangers, die gemakkelijk in handtaschje of mantelzak meegenomen kunnen worden, omdat ze opvouwbaar of inschuifbaar zijn. Ze zijn enkel van metaal of van metaal en hout gemaakt en zóó in elkaar gezet, dat ze, in saamgenomen toestand, niet veel meer De beroepsstatistiek op grond der volks telling van 1921 voor Engeland en Wales is gepubliceerd. De arbeidende bevolking is verdeeld in duizend beroepen, gegroepeerd in twee en dertig klassen. In vijf beroepen ove sch ijdt het aantal daarin werkzame mannen het millioen. De metaalarbeiders staan bovenaan met meer dan anderhalf mil lioen mannen. In het vervoer- en verkeers- bedrijf zijn 1.400.000 mannen werkzaam, in den landbouw meer dan 1.170.000, bij han del, financiën en verzekeringswezen (zon der de bedienden) 1.060.000 mannen. Het aantal mannen, werkzaam in mijnen en groe ven overschrijdt eveneens het millioen. Wat de vrouwen betreft is het grootste aantal werkzaam in persoonlijke diensten n.l. 1.670.000. Dan volgen degenen, die werkzaam zijn in het textielbedrijf. Er zijn meer dan 600.000 vrouwen werkzaam in dit beroep, tegenover slechts 372.000 mannen. Meer dan een half millioen vrouwen zijn werkzaam bij het vervaardigen van artikelen op het gebied der kleeding en iets minder dan dat aantal is werkzaam als winkeljuf frouwen of bij andere vormen van handel en bedrijf. Voorts blijkt uit de statistiek, dat er bijna 430.000 vrouwelijke kantoorbedien den zijn in Engeland en Wales en 360.000 vrouwen zijn gerangschikt onder de vrije be roepen. De groote meerderheid hiervan vor men de onderwijzeressen, muziekonderwij zeressen en verpleegsters 2000 er van zijn journalist en meer dan 1200 dokter. Het aan tal vrouwelijke tandartsen bedroeg 296 toen de telling gehouden werd, maar evenals in het geval der advocaten en procureurs, waar van er slechts 37 waren volgens de statistiek van 1921, is er waarschijnlijk een zeer aan zienlijke toeneming geweest in de drie laat ste jaren. Het huishoudelijk werk der vrouw is haar eigen gezin telt niet meer als beroep, zoodat met 't belangrijkste terrein van den arbeid der vrouw geen rekening wordt gehouden. Af gescheiden hiervan heeft van de vrouwen en merjes boven 12 jaar bijna een op de drie het een of andere betaalde beroep nl. 5.000.000 van de ruim 15.500.000. De verhouding van meisjes, die een beroep heb ben, is hoog tot de huwbare leeftijd wordt bereikt. Zij stijgt van 3.8% op den leeftijd van 1213 jaar tot 76% van haar, die den leeftijd van 1819 jaar hebben bereikt. Na dien leeftijd neemt het percentage af. In het land als geheel genomen vormen de getrouwde vrouwen minder dan 14% van de arbeidende vrouwen en meisjes. Het huis moet er zijn om te rusten en :i h te verpoozen, de zaak om geld te verdienen dit is een gulden regel, die veel overspannen minnen de rust zal hergeven en succes zal b e ïgen. Wanneer men de geschiedenis /eest van manne-, die het in hun leven werkelijk ver gebrac t >?bben, dan vindt men altijd, dat zij, v n de moeilijke jaren, foor hun vrouv Is i lieie, lorgzame vriet.di i werden bijges' mderu .ad geloof ik, dat geen man in staat is groote dingen te doen, wanneer hij niet een in alle opzichten voortreffelijk gezin? leven heeft. Hoe dankbaar is Henry Ford zijn vrouw voor de wijze waarop zij hem steeds ter zijde gestaan heeft. Onlangs nog sprak hij deze treffende woorden. „Mijn vrouw had vertrou wen in mij. Zij geloofde in mij. Nooit heeft zij mij met één enkel woord ontmoedigd. Nooit zei ze mij, dat ik verkeerd deed of dat ik zou mislukken. Nooit was zij bang voor de toe komst. Zij stond altijd naast mij en baande den weg voor mij." Ziedaar in een paar woorden waarom Hen- ry~Ford, volgens mij, thans de Rijkste man ter wereld is en, wat meer zegt, een van de geluk kigste. Had hij een vrouw getrouwd, die niet in hem geloofde, of hem gekweld had, dan zou nooit iemand van hem gehoord hebben. Het is een moeilijk oogenblik, als het „kind' want moeders beschouwen de volwassen kinderen dikwijls nog als hulpbehoevende babies dat je gekoesterd en verzorgd hebt, beschermd tegen het kwaad, ovEr je drempel gaat om zijn eigen huis binnen te gaan, zijn eigen leven te gaan leiden. Weet je, in moeders oogen is niemand goed genoeg voor haar kind, in moeders hart leeft altijd de angst, dat het leven, de liefde niet aan haar kind brengen zal, wat deze ervan ver wacht. En toch moeten wij leeren berusten. Het leven is een voortdurend plaats maken voor een ander. Maar zij, die het leven ingaan, moe ten ook denken aan haar, die achterbleef, al leen met leege handen. Geen moeder die werkelijk om haar kind geeft, zal mee willen gaan in 't jonge huishou den. Geen drie menschen in "het nieuwe leven. Maar de moeder hoopt van harte, dat haar dochter in haar nieuwe leven een plaatsje open zal houden voor haar, die zooveel gege ven heeft. Heel vaak echter ziet men, dat het kind alle banden, die haar vroeger leven binden, ver breekt. Moeder is zoo ouderwetsch. Moeder is zoo eenvoudig, moeder past niet in het nieuwe huis bij de voorname kennissen Eti moeders liefde, moeders zorgen worden vergeten, zelfs als lastig beschouwd. Later, veel later pas, als de jonggehuwde zelf kinderen heeft, zal ze beseffen hoe moeder was, maar dan is het vaak te laat, is moeder al heengegaan. Maar wij zijn zelf ook zoo geweest. Het is de eeuwige kringloop der dingen, dat de jongen wegvliegen uit het nest en zelf hun bestemming zoeken, hun leven inrichten. Moeders wij die klagen over ondankbaar heid der kinderen, die ons zoo gauw vergeten hoe zijn we zelf' geweest, toen we jong waren en zooveel verwachtten van het leven Niet klagen, wacht uw beurt af. Als de moeilijkheden komen, de zorgen, de teleur stellingen, die in elk leven moeten komen, dan zullen de kinderen zich moeder herinne ren, haar liefde, haar zorgen. Niet de eischende, de mopperende ontevre den moeder, maar zij, die zich herinnert haar eigen jeugd, zal het winnen op den duur en de liefde van haar kind behouden. Het is altijd een beetje riskant gekleurde wollen stoffen te wasschen. Als men er niet zeker van is, dat de kleuren echt zijn, doet ,nen verstandiger, ze chemisch te laten einigen. Het mag zeker wel als bekend wor den geacht, dat wollen stoffen niet, zooals innengoed in heet water en met scherpe mogen worden gewasschen. Men ge- brui t voor dit doel galzeep of houtzeep. De ,-.zeep mag op de stof worden gesmeerd maar moet in het water worden opgelost. De houtzeep wordt als boven behandeld. Is V- v.Iri'v, ■■toXii - S&J 1kWviSfc Het is altijd verkeerd, zwarte of gekLur. e wollen stoffen met het andere waschgoed s? men in dezelfde teil te zetten. Men loopt da groote kans. vlekken te veroorzaken. Eigenlijk zijn ze er te zwaar voor, onze wintermantels en bontjassen, om aan het meestal teere lusje, dat aan de binnenzijde van den kraag bevestigd is,! te worden opge- plaats innemen dan een groot formaat zakmes Hipassend foudra-ltjte maken van flanel of zee leer bij voor be 1 zoodat noch mantel zak, ao'h taschvoering door het metaal van Jen i a -"rer beschadigd kan worden. Niet illeen bij het afleggen van bezoeken, maar 'oornl ook in de vestiaire van schouwburg of con :ertgebouw kan dit instrument van veel nut zijn, omdat het zware kleediugstuk voor vallen, en dus ook voor kreuken en vuil wor den, bewaard ist Hoe later er met het koken begonnen wordt, hoe verder men gewoonlijk het gas- kraantje opendraait. Wanneer de vlam maar aan alle zijden om den pot slaat, denkt men, wordt het eten het vlugst gaar. Toch is dit niet het geval. Het deel van de vlam, dat opzijde van de pan uitslaat, is I het heetst, maar het verwarmt aldus niet de 1 pan, doch de keuken. Het middelste en on derste deel van de vlam is veel minder warm. Bij groote vlammen kan men zelfs in het mid den waar de onverbrande gassen zich bevin den, de,n vinger er in houden, zonder zich te branden. Een andere groote fout, die dikwijls bij het koken gemaakt wordt, is, dat men er niet genoeg aan denkt, dat het kookpunt van water altijd 100 graden Celsius is. Het wordt nooit warmer de grootste pan met water kan dus op 'n klein pitje aan de kook gehouden worden. Met een groote vlam bereikt men dus niets dan een groote gasrekening 1 In een Egyptisch tijdschrift vertelt Lady Hay, die Egypte bezocht heeft, eenige bij zonderheden over de Egyptische vrouwen. Er is ook daar drang naar ontwikkeling en meer dere zelfstandigheid, maar ze begint van bo venaf. Voor de midden en lagere klassen moet nog veel worden gedaan om er de nieuwere denkbeelden door te laten dringen. De meis jes van de hoogere klassen ontvangen een bijna Wesgersche opvoeding, zij voelen veel voor kunst, hebben groot organisatie vermo gen voor het practisch beoefenen der liefda digheid. Zij zijn zeer gesteld op fraaie kleeren. hebben ook veel smaak en zijn zeer bevallig. Buiten dragen zij allen de „Labera" van zwar te zijde en den sluier, die alleen nog maar een stukje fijn cachemire weefsel is. In de middelklasse beginnen de meisjes ook de openbare scholen te bezoekeh. Op de scholen wordt als hoofdvakken onderwezen hygiene, lichaamsoefeningen staatshuishoud kunde, zuigelingenverzorging en studie van de natuur. De meisjes zijn intelligent en bij zonder aantrekkelijk. Weet ge.... dat ge lekkere thee kunt zetten door de hoeveelheid water niet ineens op de thee te doen Giet de theepot eerst half vol en als hij even heeft getrokken, de rest er bij. Weet ge dat ge oude kurken weer bruikbaar kunt maken door ze te leggen in een warm mengsel van 2 deelen was en 1 deel rundvet, daarna afdrogen en op een warme plaats drogen. Weet ge.... dat bloemen voor het maken van bouquetten 's morgens vroeg afgesne den veel frisscher blijven, dan wanneer men ze 's middags of 's avonds plukt Weet ge dat ge vloernaden zoo goed kunt dicht maken door een mengsel van versche kaas en ongebluschte kalk. 5 deelen kaas op 1 deel kalk om te kleuren kan men gele oker of andere grondverf bij voegen, deze lijm verhardt en biedt weerstand aan water en aan boenen Weet ge dat ge zijden linten het beste kunt wasschen met benzine, waarbij men een heel klein beetje aardappelmeel voegthaal de linten enkele malen door de oplossing en wrijf ze met een linnen doekje af, daarna strijken tus schen 2 schoone doeken, WAT HIJ WOU WETEN. „Bent u die mijnheer, die zoo'n grooten mond tegen mijn vrouw heeft opgezet?" „Ja mijnheer.. Maar het was haar eigen schuld. Ik verzeker u dat...." „Nee, nee, daar gaat het niet om.... Ik wil alleen maar weten waar u den moed vandaan haalde." PRETTIG VOORUITZICHT. Een handelsreiziger treedt binnen bij een winkelier, juist terwijl deze bezig is een zij ner kinderen een pak slaag toe te dienen. Reiziger: „Heb ik de eer met mijnheer Meyer te spreken?" Winkelier: „Een oogenklikje geduld, zoo aanstonds kom jij aan de beurt." GEEN KANS. Twe? vrienden ontmoetten elkaar, na el kaar in eenige jaren niet gezien te hebben „Nog niet getrouwd," vroeg de een. „Neen," was het antwoord. „Maar ik dacht dat je toch ernstige bedoe lingen had in een zekere richting." „Die had ik ook. Maar zij zeidc mij, dat zij zooveel hield van Vondel, Hooft en Huy- gens. Nou, toen begreep ik wel, dat ik geen kans meer had!" EN DAN? Trotsche moeder: „Wij noemen de kinde ren maar in alphabetische vo'gorde Anna, Bernard, Charles, Dora, Eduard.. Bezoeker: ,,'n Aardig idee mevrouw, naar wat moet u beginnen, als u bij de Z. komt en l zijn dan tweelingen?" HET ANDERE ADRES. „Naar mijn kaartlegster ga ik niet meer. Die heeft mij gisteren voorspeld, dat ik een bochel tot man zou krijgen en daarvoor heeft zij mij zelfs nog twee gulden laten betalen I" „Ga dan liever eens naar mijn adres! Die heeft mij gisteren nog voor m'n 50 cent een baron met 200.000 gulden voorspeld." TWEEËRLEI KLEEDINO. „Wat gaat mevrduw Smit toch veel fes ter gekleed dan haar man." „Geen wonder! Zij kleedt zich volgen* het „Journal" en hij volgens het kasboekl" EEN FIGUUR GESLAGEN. Een dame uit de stad is met haar doch ter voor een poosje buiten en wandelt met deze langs een aardappelveld. „Wat zijn dat voor planten? vroeg het meisje aan een ouden boer, dien zij juist tegenkwamen. „Dat zijn aardappelen, juffrouw," ant woordde deze. „Maar waarom hebben deze dan witte bloemen en die daar blauwe?" „Dat zal ik u zeggen juffrouw. Dit hier zijn aardappelen om te bakken, en die daar om te koken". „Wist je dat niet, Amalia?" vroeg ma ma verwijtend. WAAROP HIJ WACHTTE. Het was twee uur 's morgens. Een politie agent zag een verdacht uitziend man rond een bepaald huis sluipen Hij sloeg hem eenige minuten gade en wendde zich toen 'ot hem. „Hé. zeg, wat mot je hier bij dat huis?" De man richtte zijn lodderige oogen op zijn ondervrager. „Tk wacht al'cen maar tot de dame, die daar woont, naar bed gaat, agent", zei hij. „We zijn namelijk getrouwd, moet je «we ten", SCHERP. Mevrouw: „Ik geloof, dat je als ik morgen zou doodgaan, overmorgen alweer een an dere vrouw zou zoeken". Haar man: „Toch niet lieve. Ik zou gaan» eerst een beetje tot rust willen komen."

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1924 | | pagina 5