ZéVHOUia/ETI-
iMi KUBRjEi^
ililil
m*mk
Uit de Pers.
GEMENGD NIEUWS.
XL JE JU JL -
NIEUWE
GEMEENTERAAD VAN BLOEMENDAAL.
Derde blad
HAARLEMSCHE COURANT
Vrijdag 12 December 1924
De Staatsloterij.
De moord in de Riemerstraat
te 's-Hage.
„Ambtenarij" en 't omgekeerde.
Auto door een trein verbrijzeld.
Lafaards en helden op zee.
Verordening op de heffing van schoolgeld. Gelijkstelling van de R.-K
ffandelsavondschool. Een debat over terrein langs den Zeeweg. De
huur van gemeentewoningen. De uitbreidingsplannen van grond tus
schen Kleverlaan en Julianalaan en aan weerszijden van den Zijiweg.
Oe arbeid der vrouw in
Engeland
Hat gezinsleven van den
zakenman.
Moeders.
H3t wasschen van gekleurd©
wol.
Geen pagekopje.
De Amerikaansche Miss Cathar'na Linden Mc. Emeric kan bogen op een
haardos van 1.60 M. lengte. Reeds op haar 13de jaar bezat zij zulk lang
haar, en zij is er niet toe te bewegen een pagekopje te laten knippen. Men
schat, dat zij het langste haar heeft van alle New-Yorksche dames.
Aan de lus.
De gasvlam.
De Egyptische vrouw.
Weet ge
un DE MOPPENTROMMEL,
In een arikel over bovenstaand thans weer
„brandend" vraagstuk in „De Amstalgids"
wijst het Tweede Kamerlid Abr. Staalman
op een euvel, dat het richtig functionceren
der Staatsloterij in den weg staat.
\oor zeer velen is het geen geheim, dat
de Staatsloterij op het oogenblik eigenlijk
voor niets anders gebruikt of misbruikt
wordt, dan om eenige goede vrienden en
bekenden aan een winstgevende positie te
helpen door hem (of haar) met het ollijc-
teurschap te benadeelen. Hierin reeds steekt
een ernstige fout Het collecteurschap komt
op deze wijze al te vaak in handen van niet
alleen totaal ondeskundige, maar ook geheel
onbekwame personen om deze functie uit te
béfenen. Het gevolg is dan ook, dat ver
scheidene van zulke collecteurs en nog meei
:ollectrices, hun loten aan een of and-ren
collecteur overdoen, die met meer koopman
schap is bedeeld en die dan een deel van de
winst aan den titularis afstaat en overigens
verder niet meer naar de hem of haar toe
bedeelde loten omkijkt. Vandaar ook weer,
dat het publiek niet altijd op het kantooi
van zulk een collecteur of collectrice een
lot in de Staatsloterij kan bekomen en dat
men bij andere collecteurs de gegadigden
vaak in een lange rij ziet staan, teneinde een
lootje te kunnen bemachtigen
Het ligt voor de hand, dat zulke gegadig
den liever op een gemakkelijker manier wor
den bediend en dat velen van hen onder zul
ke omstandigheden zich wenden tot de vele
„gelukskantoren,' die ontstaan zijn en wier
opkomst althans sterk in de hand is gew..rkt
door de gebrekkige wijze van exploitatie der
Staatsloterij.
Indien een particulier het een of ander
onderneemt, een zaak opzet zoekt hij in de
allereerste plaats naar de beste, meest doel
treffende wijze van exploitatie en naar de
beste hulpkrachten bij de uitoefening der
zaak. Aangenomen dat iemand een loterij
mocht opzetten en dat hij dit op de meest
soliede en eerlijke wijze wenschte te doen,
een betrekkelijk gering, in ieder geval niet
meer dan billijk percentage van de winst
voor zich wenschte te behouden en dus aan i
de deelnemers in de loterij het overgroote j
meerendeel van de baten wilde laten, dan
zou hij het toch niet in zijn hoofd krijgen,
op z'-lk een onpractische manier deze loterij
te doen funcFoneoréli. Hij zou integendeel
alles doen wat in zijn vermogen was om het
publiek coulant te bedienen en bekwame, ter
zake kundige personen met den verkoop be
lasten. Fij zou dus juist andersom doen dan
op Het oogenblik de Staat doet.
Men begrijpe ons goed; er zijn inderdaad
onder de collecteurs en collectrices in de
Staatsloterij alleszins voor dit bedrijf ge
schikte en bekwame personen; maar en
dit herhalen wij dit kan la- g niet van
allen gezegd worden Het lijkt er soms op,
alsof de Staat zijn eigen bedrijf wil sabo-
teeren. Het zal we' niet in de bedoeling van
de Regeering liggen, maar het moet gecon
stateerd worden, dat de Staat zijn taak in
dit opzicht zeer slecht begrijpt. Men heelt
de particuliere loterijen laten uitdijen; men
heeft toegelaten, jaren achtereen, dat naast
de goede ondernemers van premieleeningen
(meestal verkapte loterijen) ook een aantal
is ontstaan, wier practijken aan oplichting
in het groot doen denken. Thans wil men
alle premie-leeningen die op loterijen gelij
ken, bij de Wet gaan verbieden en tenslotte
verkondigt de Regeering het plan om ook de
Staatsloterij op te heffen Het is alsof men
een premie gaaf zetten op allerlei uitvindin
gen van ondernemingen, die hetzelfde effect
hebben als de loterij, maar waarbij men toch
door de mazen der Wet kan heenkruipen.
Men schijnt in den Haag te gelooven, dal
men dit voorkomen kan Van veel levens
wijsheid getuigt dit niet.
In de zooeven aangehaalde Memorie van
Antwoord zegt Minister Colijn van meenig
te zijn, dat het niet de taak der Overheid
is, de speelzucht te bevorderen. Of men hel
hiermede nu eens is of niet, dat mag toch
wel geconstateerd worden dat men doo»
deze wijze van doen. n.l. om eenerzijds de
Staatsloterij af te schaffen en anderzijds de
premieleeningen, die loterij bedoelen, ge
heel te verbieden, ongetwijfeld de speelzucht
zal bevorderen en wat zeker erger is, deze
in totaal verkeerde bedding zal leiden.
Gaat men reorganiseeren en het is hoog
tijd dat dit geschiedt, veeleer dan de zaak
in te krimpen of af te schaffen dan za!
men ook met het onzakge stelsel .noeien
breken dat meer en meer ingang gevonden
heeft, n.l. dat men den verkoop van loten
stelt in handen van menrchen, die er abso
luut niet voor berekend zijn en niet bekwaam
genoeg om 't publiek van dienst te ziin. 't
Collecteurschap moet dan weder zijn, zooals
het toch oorspronkelijk werd opgevat, een
betrekk;ng die niet verkregen wordt omdat
men in behoeftige onjstandigheden verkeert
en voordeelige connecties bezit met invlied-
rijke personen; men zoeke ook hiervoor zoc-
als het voor ieder ambt of betrekking ver-
eischte is, de meest geschikte en bekwamt
personen.
De Staat kan met de Staatsloterij goed
werk doen, maar dan moet gehandeld wor
den als van een verstandig ipvoeder en be
kwaam koopman kan worden gevorderd.
Hieraan ontbreekt op dit punt zoo niet al
les, dan toch zeker veel.
„D; Nederlander" bevatte het volgende
bericht
„De mededeeling van den burgemeester in
den Raad, dat degenen, die in verband met
den moord in de Riemerstraat, ernstig ver
dacht wordt, achter slot en grendel zit, heeft
plots deze moordzaak weer in de algemeene
aandacht doen staan. Echter spijt het ons
ondanks het feit, dat ons geen officieele po
li tioneele inlichtingen ten dienste staan dat
deze mededeeling niet dien indruk op ons
gemaakt heeft, dien zij zou mogen verwachten.
Wat is de zaak? De verdachte, een ongeveer
29-jarige behanger, werd 2 maanden ge
leden aangehouden, o.m. ook in verband met
muntmeterdiefstallen, die overdag plaats
hadden. De verdachte schijnt den werktijd
voor zijn inbraken steeds gekozen te hebben
tusschen 10 uur 's morgens en 4 uur 's mid
dags. Dus ongetwijfeld een goede vangst. Nu
heeft hij echter aan de politie van allerlei
verklaard. O. a. ook dit, dat hij bij den moord
in de Riemerstraat op uitkijk zou hebben ge
staan. Het onderzoek daaromtrent schijnt
nu juist geen goede resultaten te hebben op
geleverd. En het is bekend, dat de politie zijn
uitspraken niet au-serieux neemt, zoo acht
men hem een aartsleugenaar te zijn.
De verdachte werd ons ge teekend als een
schijnbaar eenvoudig kalm man, die er zeer
onschuldig uit zou zien. Het lijkt ons toe, dat
de positieve uitspraak van den burgemeester
niet door de feiten gerechtvaardigd wordt.
N iar a ml ei ding van dit bericht had i e Haag-
sche correspondent v.d. „Tel." een onderhoud
met den hoofdcommissaris v. politie, den heer
F. in 't Sant. Deze deelde mede, dat de uit
spraak van den burgemeester in den ge
meenteraad met absolute toestemming van
de justitie is geschied, wat er z.i. voldoende
op wijst, dat de aanwijzingen tegen den ver
dachte zeer ernstig zijn. De burgemeester
zou zijn verklaring in den raad zeker niet
gedaan hebben, als er geen bepaalde feiten
bekend waren geworden, die zeer bezwarend
voor den verdachte zijn. Deze, die geen be
hanger „van beroep" is, maar slechts af en
toe dat vak uitoefent, is, zooals gemeld, voor
andere ernstige delicten in hechtenis geno
men.
Onze indruk is, dat de politie zelf meent,
in den verdachte den dader van den moord
in de Riemerstraat op den rentenier V. d.
Stijl te hebben.
Er wordt menigmaal, met geen vriende
lijke bedoelingen, gesproken over de „amb
tenarij". Waar men uit lezen kan wat men
wil.
Voor zoover men met „ambtenarij" klach
ten wil uitdrukken, zal men daartoe wel
eens redenen hebben. Inderdaad doen amb
tenaren wel eens, of het publick er is voor
hén. in stede van wèl te bedenken, dat
juist het omgekeerde het geval is.
Dezer dagen kwam een Utrechtenaar,
naar het „Utr. Dagblad" vertelt, op een bu
reau, waar men zich vervoegen moet voor
pas-formaliteiten. Men liet hem rustig voor
de balie wachten, ambtenaar A. keek col
lega B eer.s aan of die soms zin had om
den binnengskomene te helpen, maar toen
A. geen trek bleek te hebben, keek ambte
naar B, die óók geen lust scheen te hebben
om van z'n kruk te komen, naar ambtenaar
C„ waarna C. via B. naar A. keek, met
dien welbekenden blik van: zou j ij dat nou
niet effen opknappen, waarop ambtenaar A
deed alsof hij niets merkte, met d i t ge
volg, dat abtenaar C. rondkeek of
collega B. er soms toch maar toe zou be
sluiten.
De Utrechtenaar, wien dit oogenspelletje
begon te vervelen, was juist van plan te
vragen, wanneer het den heeren wel zou
convenieeren hem te woord te staan, toen
.-en der ambtenaren van zijn bureaustoel
gleed, om zich dan maar op te offeren, als
Ie andere zich van den domme hielden.
In dit geval is vermoedelijk wel hartgron-
'ig gesproken van ambtenarij.
Maar daarnaast is het blad een ander ge
val ter oore gekomen, dat het niet onver-
Imeld wil laten. Een Utrecbtsch Inwoner ver
voegde zich aan het spoorwegpostkantoor
met verzoek hem te willen inlichten over
de mogelijkheid of een door hem te verstu
ren brief nog vóór een bepaalden datum te
Pcrt-Said zou kunnen aankomen in verband
met een daar arriveerende boot uit Indië.
Het postpersoneel raadpleegde allerlei
dienstregelingen, maar kwam na onderzoek
tot een ontkennend antwoord Des avonds
van dien dag werd bij den betrokkene aan
gescheld door een beambte van het spoor
wegpostkantoor die hem kwam mededee-
!en, dat men na zijn vertrek de verschillen
de ten dienste staande gegevens toch nog
eens nader had bestudeerd, met dit resultaat
dat men een route had gevonden, waarlangs
de bewuste brief toch nog nèt intijds te
Pcrt-Said zou kunnen aankomen. Als die;
brief nu dadelijk werd meegegeven, dan kon
hij nog op 't nippertje den eerst-vertrekken-
den trein halen, de nog éénig-mogelijke ver
binding met Zuid-Europa.
Deze Utrechtenaar, hoogst dankbaar voor
de allervriendelijkste boodschap, vroeg niet
zonder eenige verwondering, hoe men zijn
naam en adres te weten was gekomen,
waarop geantwoord werd, dat een der amb
tenaren ten spoorwegpostkantore zich den
naam herinnerd had van den afzender van
den brief, die des morgens voor Port-Said
aangeboden, maar weer mee teruggenomen
was.
Woensdagmiddag omstreeks twee uur i.
een auto-tankwagen van de Pure Oil Com
pany aan de Wormensche brug, bij den Pa-
pisrweg te Apeldoorn door een van Beekber
gen komenden locaaltrein gegrepen.
Het onheil werd waarschijnlijk veroor
zaakt door den zwaren mi;t of doordat de
bestuurder van den auto, H. J. Hoegen Dijk-
hof, het signaal van den trein niet heeft ge
hoord.
De auto werd eerst een eind medegesleurd
en viel toen met zijn bestuurder niet verre van
de Wormensche brug in het Dierensche Ka
naal.
De chauffeur was spoedig uit zijn benarde
positie verlost en op het droge gebracht. Het
bleek, dat hij een diepe gapende wonde in
het hoofd had gekregen. Van den auto is zoo
goed als niets heel gebleven. De overblijfse
len 'i~,pe,n no" in het t-->"aa!.
Een in Mauritius verschijnend blad vertelt
de Msb. geeft bijzonderheden omtrent de
ontploffing aan boord van het Fransche
stoomschip „Gigal" waardoor dit schip op
55 mijlen van het eiland zonk. De leden der
equipage gedroegen zich zeer laf en ijlden i-
paniek naar de b' ote die zij afü'.ten, terwijl
de kapitein, de officieren en eer.ige vrouwen
aan boord van het zinkende vaartuig achter
bleven.
De officieren evenwel gedroegen zich met
evenveel moed als de bemanning lafheid ten
toon had gespreid. Terwijl het schip brandde,
bouwden zij een vlot voor de vrouwen, doch
dezen durfden zich niet eraan toe te vertrou
wen.
Er waren twee R. K. geestelijken aan b^ord
en de matrozen hadden dezen een pl t in
een van de reddingsbooten daigeboden. Zij
weigerden evenwel, doch ii ten zich later
met een der zeelieden op het vl st neer.
Vandaar zagen zij in een regen van vonken
hoe de „Gigal" met de vrouwen en de officie
ren, die niet van boord wilden gaan, nu de
vrouwen geweigerd hadden zich op het vlot te
begeven, zonk.
Onder voorzitterschap van den burge
meester vergaderde Donderdagmiddag de
raad der gemeente Bloemendaal.
Aankoop grond.
B. en W. stellen voor van mevrouw de
wed. P, Th. v. Hoorngeb. Schouwenburg
in eigendom te aanvaarden een strook grond
aan den Parkweg, hoek Bloemendaalsche-
v.eg, ten behoeve van wegverbreeding te
gen den prijs van 1. B. en W. gaan tct
dit voorstel over, overwegende, dat 't wen-
schelijk is om in het belang van het ver
keer bedoelde strook grond ter grootte van
ongeveer 55 M2 aan te koopen.
Goedgekeurd.
Verkoop grond.
B. en W. stellen voor aan B. Kuurstra te
verkoopen een strook grond, gelegen aan de
Noorder Tuindorpslaan, ter grootte van on
geveer M2 voor den prijs van 5 per M2.
Goedgekeurd.
Schoolgeld.
B. en W bieden opnieuw ter vaststelling
aan een verordening op de heffing van
schoolgeld voor het gewoon lager onderwijs
en voor het vervolg-onderwijs in de ge
meente Bloemendaal Tevens bieden zij
daarbij aan een verordening op de invorde
ring van bedoeld schoolgeld.
Goedgekeurd.
Schoolgeld R. K. Handelsavondschool.
Naar aanleiding van een desbetreffend
verzoek van den heer van Kessel in de ver
gadering van 18 September 1.1. bieden B. en
W. ter vaststelling aan een verordening tot
het toekennen van bijdragen in het school
geld en de leermiddelen ten behoeve van
leerlingen uit de gemeente Bloemendaal,
die de R K Handelsavondschool te Haar
lem bezoeken
Deze bijdrage zal zooveel zijn, dat geen
meerdere onkosten ten laste der ouders,
voogden of verzorgers (tot bij meerderj irig-
heid ten laste der leerlingen zelve) blijven,
dan in eën bij de verordening gevoegden
staat is aangegeven, met dien verstande, dat
geen bijdragen worden gegeven tot een
hooger bedrag dan j 35 per leerling.
Goedgekeurd.
Geldelijke vergoeding aan scholen.
B. en W stellen voor aan het R. K. kerk
bestuur te Overveen ten behoeve van de
R. K. Jongensschool aan het Zandvoorter-
pad over het jaar 1923 een vergoeding toe
te kennen tof een bedrag van 1882.50.
B. en W. stellen voor aan het R. K.
kerkbestuur te Overveën ten behoeve van
de R K. Meisjesschool aan den Korten
Zijiweg over het jaar 1923 geen vergoeding
toe te kennen op grpnd van artikel 100,
lste en 2e lid, der Wet.
B en W. stellen voor aan het bestuut
der Bloemendaalsche Schoolvereenigiag, ten
behoeve van de school voor gewoon lager
onderwijs geen vergoeding toe te kennen,
op grond van artikel 100, lste lid, der wet;
de vergoeding ingevolge 2de lid van dat ar
tikel te bepalen op 2380.
Goedgekeurd.
Grond langs den Zeeweg.
Naar aanleiding van een verzoek van Hofl-
schlag, van Maren en Dijkstra om hun als
nog de terreintjes langs den Zeeweg onder
hands te verhuren, verwijzen B. en W. naat
de in de vergadering van 16 Oct. j.l. behan
delde voorstellen inzake verpachting van
het strand en bedoelde terreintjes.
De heer DE ROO zegt, dat het maar het
beste is met het reeds bekende voorstel van
B. en W mede te gaan.
De heer OTTO is er principieel 'egen,
dat men nu op een genomen besluit weder
terugkomt.
Spr. zou graag eerst nadere opheldering
hebben, voordat hij zijn stem wil bepilen.
Spr. meent dat B en W. alles wat niet naar
hun wensch ging in den raad terugbrengen.
De heer SC11ULZ zou er iets voor voelen,
waar de toestand voor de gemeente neg
onzeker is, de vergunning van pacht van
jaar tot jaar te verlengen.
Wethouder LAAN komt op tegen de be
wering van den heer Otto, dat B' en W. al
les, wat niet naar hun wensch ging, weder
in den raad terugbrengen. Spr. zet de his
torie der kwestie nader uiteen. De opnieuw
indiening van de zaak geschiedde op verzoek
van den heer van Kessel. Daarom hebben
B. en W. zich nu van advies onthouden.
Voor de meening van den heer Schulz Is
spr. niet. Dat zou een te onzekeren toestand
voor de pachters scheppen
Spr. staat nog op zijn vorig standpunt on
voor 3 iaar de pacht te verlengen.
De heer DE WAAL MALEFIJT wijst er
op, dat er ook een tnoreele kant aan de
zaak is.
De exploitatie geschiedt naar wensch,
daarop kan geen aanmerking gemaakt wor
den.
De heer BLANKEVOORT stelt voor de
zaak na de vergadering in besloten zitting
te behandelen. Dit voorstel vindt geen on
dersteuning.
De heer OTTO heeft uk het gesprokene
opgemaakt, dat het geen voorstel van B. en
W. is, doch een request, dat moet worden
afgehandeld
De billijkheid brengt mede, dat de tegen
woordige pachters ook een kans hebben.
Spr. vraagt echter waarom nu een andere
opinie omtrenr de zaak schijnt te zijn dan in
de vorige raadsvergadering. Dit is volgens
spr. de schuld van de onvoldoende inlichtin
gen van B en W. Zoo kan een raad niet re
gelmatig werken.
Spr. vraagt of de requestranten geen kwijt
schelding van pachtsom moeten hebben,
zooais dit voor den heer Dijkhuis in een vo
rige vergadering werd voorgesteld. Spr. zal
er gaarne toe medewerken, dat de reques-
trawten alsnog in hun recht worden gestald,
als hij van .B en W. hun meening boort,
dat er moreele verplichting is.
Wethouder LAAN zegt dat de heer OTTO
de zaak niet begrijpt. B. en W. concludeerden
in een vorige vergadering dat wel degelijk
een moreele verplichting tegenover de pach
ters bestond. Wel was volgens B. en W. de
raad strikt genomen geheel vrij, maar de
moreele verplichting bleef.
De heer OTTO stelt voor, dat het -equest
in handen van B. en W wordt gesteld om
advies want een gedefinieerd voorstel
hier niet.
De VOORZITTER bestrijdt dit.
De heer OTTO handhaaft zijn voorstel
De VOORZITTER zegt, dat men dan
steeds in herhaling valt, telkens wordt de
zaak uitgesteld
De heer VAN KESSEL zegt, dat formeel
men bang, dat de kleur zal verschieten, dan
moet men wat azijn bij het water doen. Men
moet het gewasschen goed in schoon water
naspoelen, zacht uitdrukken en in een groo-
ten, drogen doek wikkelen, die genoeg vocht
kan opnemen om de voorwerpen strijkdroog
te maken. Hangt men ze op om te drogen,
dan zakt het nat naar de onderste randen en
laat daar maar al te vaak vlekken achter.
Groote stukken kan men eerst ophangen om
uit te druipen, daarna wikkelt men ze in een
laken. Voor zwarte wollen stoffen kan men
wat geest van salmoniak bij het waschwater
doen.
hangen. Moeten ze weggeborgen worden in
onze eigen garderobe, dan zijn we wel zoo
verstandig, een kleurenbeugel te gebruiken.
Maar buitenshuis gaat dat meestal lastiger.
Zoo'n houten beugel heb je maar niet altijd
bij de hand, nietwaar? Er bestaan echter kleer
hangers, die gemakkelijk in handtaschje of
mantelzak meegenomen kunnen worden,
omdat ze opvouwbaar of inschuifbaar zijn.
Ze zijn enkel van metaal of van metaal en
hout gemaakt en zóó in elkaar gezet, dat ze,
in saamgenomen toestand, niet veel meer
De beroepsstatistiek op grond der volks
telling van 1921 voor Engeland en Wales is
gepubliceerd. De arbeidende bevolking is
verdeeld in duizend beroepen, gegroepeerd
in twee en dertig klassen. In vijf beroepen
ove sch ijdt het aantal daarin werkzame
mannen het millioen. De metaalarbeiders
staan bovenaan met meer dan anderhalf mil
lioen mannen. In het vervoer- en verkeers-
bedrijf zijn 1.400.000 mannen werkzaam, in
den landbouw meer dan 1.170.000, bij han
del, financiën en verzekeringswezen (zon
der de bedienden) 1.060.000 mannen. Het
aantal mannen, werkzaam in mijnen en groe
ven overschrijdt eveneens het millioen.
Wat de vrouwen betreft is het grootste
aantal werkzaam in persoonlijke diensten
n.l. 1.670.000. Dan volgen degenen, die
werkzaam zijn in het textielbedrijf. Er zijn
meer dan 600.000 vrouwen werkzaam in dit
beroep, tegenover slechts 372.000 mannen.
Meer dan een half millioen vrouwen zijn
werkzaam bij het vervaardigen van artikelen
op het gebied der kleeding en iets minder
dan dat aantal is werkzaam als winkeljuf
frouwen of bij andere vormen van handel
en bedrijf. Voorts blijkt uit de statistiek, dat
er bijna 430.000 vrouwelijke kantoorbedien
den zijn in Engeland en Wales en 360.000
vrouwen zijn gerangschikt onder de vrije be
roepen. De groote meerderheid hiervan vor
men de onderwijzeressen, muziekonderwij
zeressen en verpleegsters 2000 er van zijn
journalist en meer dan 1200 dokter. Het aan
tal vrouwelijke tandartsen bedroeg 296 toen
de telling gehouden werd, maar evenals in
het geval der advocaten en procureurs, waar
van er slechts 37 waren volgens de statistiek
van 1921, is er waarschijnlijk een zeer aan
zienlijke toeneming geweest in de drie laat
ste jaren.
Het huishoudelijk werk der vrouw is haar
eigen gezin telt niet meer als beroep, zoodat
met 't belangrijkste terrein van den arbeid der
vrouw geen rekening wordt gehouden. Af
gescheiden hiervan heeft van de vrouwen
en merjes boven 12 jaar bijna een op de
drie het een of andere betaalde beroep
nl. 5.000.000 van de ruim 15.500.000. De
verhouding van meisjes, die een beroep heb
ben, is hoog tot de huwbare leeftijd wordt
bereikt. Zij stijgt van 3.8% op den leeftijd
van 1213 jaar tot 76% van haar, die den
leeftijd van 1819 jaar hebben bereikt.
Na dien leeftijd neemt het percentage af.
In het land als geheel genomen vormen
de getrouwde vrouwen minder dan 14%
van de arbeidende vrouwen en meisjes.
Het huis moet er zijn om te rusten en :i h
te verpoozen, de zaak om geld te verdienen
dit is een gulden regel, die veel overspannen
minnen de rust zal hergeven en succes zal
b e ïgen.
Wanneer men de geschiedenis /eest van
manne-, die het in hun leven werkelijk ver
gebrac t >?bben, dan vindt men altijd, dat
zij, v n de moeilijke jaren, foor hun
vrouv Is i lieie, lorgzame vriet.di i werden
bijges' mderu .ad geloof ik, dat geen man
in staat is groote dingen te doen, wanneer hij
niet een in alle opzichten voortreffelijk gezin?
leven heeft.
Hoe dankbaar is Henry Ford zijn vrouw
voor de wijze waarop zij hem steeds ter zijde
gestaan heeft. Onlangs nog sprak hij deze
treffende woorden. „Mijn vrouw had vertrou
wen in mij. Zij geloofde in mij. Nooit heeft zij
mij met één enkel woord ontmoedigd. Nooit
zei ze mij, dat ik verkeerd deed of dat ik zou
mislukken. Nooit was zij bang voor de toe
komst. Zij stond altijd naast mij en baande
den weg voor mij."
Ziedaar in een paar woorden waarom Hen-
ry~Ford, volgens mij, thans de Rijkste man ter
wereld is en, wat meer zegt, een van de geluk
kigste. Had hij een vrouw getrouwd, die niet
in hem geloofde, of hem gekweld had, dan
zou nooit iemand van hem gehoord hebben.
Het is een moeilijk oogenblik, als het „kind'
want moeders beschouwen de volwassen
kinderen dikwijls nog als hulpbehoevende
babies dat je gekoesterd en verzorgd hebt,
beschermd tegen het kwaad, ovEr je drempel
gaat om zijn eigen huis binnen te gaan, zijn
eigen leven te gaan leiden.
Weet je, in moeders oogen is niemand goed
genoeg voor haar kind, in moeders hart leeft
altijd de angst, dat het leven, de liefde niet aan
haar kind brengen zal, wat deze ervan ver
wacht.
En toch moeten wij leeren berusten. Het
leven is een voortdurend plaats maken voor
een ander. Maar zij, die het leven ingaan, moe
ten ook denken aan haar, die achterbleef, al
leen met leege handen.
Geen moeder die werkelijk om haar kind
geeft, zal mee willen gaan in 't jonge huishou
den. Geen drie menschen in "het nieuwe leven.
Maar de moeder hoopt van harte, dat haar
dochter in haar nieuwe leven een plaatsje
open zal houden voor haar, die zooveel gege
ven heeft.
Heel vaak echter ziet men, dat het kind alle
banden, die haar vroeger leven binden, ver
breekt. Moeder is zoo ouderwetsch. Moeder
is zoo eenvoudig, moeder past niet in het
nieuwe huis bij de voorname kennissen
Eti moeders liefde, moeders zorgen worden
vergeten, zelfs als lastig beschouwd.
Later, veel later pas, als de jonggehuwde
zelf kinderen heeft, zal ze beseffen hoe moeder
was, maar dan is het vaak te laat, is moeder
al heengegaan.
Maar wij zijn zelf ook zoo geweest. Het
is de eeuwige kringloop der dingen, dat de
jongen wegvliegen uit het nest en zelf hun
bestemming zoeken, hun leven inrichten.
Moeders wij die klagen over ondankbaar
heid der kinderen, die ons zoo gauw vergeten
hoe zijn we zelf' geweest, toen we jong waren
en zooveel verwachtten van het leven
Niet klagen, wacht uw beurt af. Als de
moeilijkheden komen, de zorgen, de teleur
stellingen, die in elk leven moeten komen,
dan zullen de kinderen zich moeder herinne
ren, haar liefde, haar zorgen.
Niet de eischende, de mopperende ontevre
den moeder, maar zij, die zich herinnert haar
eigen jeugd, zal het winnen op den duur en de
liefde van haar kind behouden.
Het is altijd een beetje riskant gekleurde
wollen stoffen te wasschen. Als men er niet
zeker van is, dat de kleuren echt zijn, doet
,nen verstandiger, ze chemisch te laten
einigen. Het mag zeker wel als bekend wor
den geacht, dat wollen stoffen niet, zooals
innengoed in heet water en met scherpe
mogen worden gewasschen. Men ge-
brui t voor dit doel galzeep of houtzeep. De
,-.zeep mag op de stof worden gesmeerd
maar moet in het water worden opgelost.
De houtzeep wordt als boven behandeld. Is
V- v.Iri'v,
■■toXii -
S&J 1kWviSfc
Het is altijd verkeerd, zwarte of gekLur. e
wollen stoffen met het andere waschgoed s?
men in dezelfde teil te zetten. Men loopt da
groote kans. vlekken te veroorzaken.
Eigenlijk zijn ze er te zwaar voor, onze
wintermantels en bontjassen, om aan het
meestal teere lusje, dat aan de binnenzijde
van den kraag bevestigd is,! te worden opge-
plaats innemen dan een groot formaat zakmes
Hipassend foudra-ltjte maken van flanel
of zee leer bij voor be 1 zoodat noch mantel
zak, ao'h taschvoering door het metaal van
Jen i a -"rer beschadigd kan worden. Niet
illeen bij het afleggen van bezoeken, maar
'oornl ook in de vestiaire van schouwburg of
con :ertgebouw kan dit instrument van veel
nut zijn, omdat het zware kleediugstuk voor
vallen, en dus ook voor kreuken en vuil wor
den, bewaard ist
Hoe later er met het koken begonnen
wordt, hoe verder men gewoonlijk het gas-
kraantje opendraait.
Wanneer de vlam maar aan alle zijden om
den pot slaat, denkt men, wordt het eten het
vlugst gaar.
Toch is dit niet het geval. Het deel van
de vlam, dat opzijde van de pan uitslaat, is
I het heetst, maar het verwarmt aldus niet de
1 pan, doch de keuken. Het middelste en on
derste deel van de vlam is veel minder warm.
Bij groote vlammen kan men zelfs in het mid
den waar de onverbrande gassen zich bevin
den, de,n vinger er in houden, zonder zich te
branden.
Een andere groote fout, die dikwijls bij het
koken gemaakt wordt, is, dat men er niet
genoeg aan denkt, dat het kookpunt van
water altijd 100 graden Celsius is. Het
wordt nooit warmer de grootste pan met
water kan dus op 'n klein pitje aan de kook
gehouden worden.
Met een groote vlam bereikt men dus niets
dan een groote gasrekening 1
In een Egyptisch tijdschrift vertelt Lady
Hay, die Egypte bezocht heeft, eenige bij
zonderheden over de Egyptische vrouwen. Er
is ook daar drang naar ontwikkeling en meer
dere zelfstandigheid, maar ze begint van bo
venaf. Voor de midden en lagere klassen moet
nog veel worden gedaan om er de nieuwere
denkbeelden door te laten dringen. De meis
jes van de hoogere klassen ontvangen een
bijna Wesgersche opvoeding, zij voelen veel
voor kunst, hebben groot organisatie vermo
gen voor het practisch beoefenen der liefda
digheid. Zij zijn zeer gesteld op fraaie kleeren.
hebben ook veel smaak en zijn zeer bevallig.
Buiten dragen zij allen de „Labera" van zwar
te zijde en den sluier, die alleen nog maar een
stukje fijn cachemire weefsel is.
In de middelklasse beginnen de meisjes
ook de openbare scholen te bezoekeh. Op de
scholen wordt als hoofdvakken onderwezen
hygiene, lichaamsoefeningen staatshuishoud
kunde, zuigelingenverzorging en studie van
de natuur. De meisjes zijn intelligent en bij
zonder aantrekkelijk.
Weet ge....
dat ge lekkere thee kunt zetten door
de hoeveelheid water niet ineens op de
thee te doen Giet de theepot eerst
half vol en als hij even heeft getrokken,
de rest er bij.
Weet ge
dat ge oude kurken weer bruikbaar
kunt maken door ze te leggen in een
warm mengsel van 2 deelen was en 1
deel rundvet, daarna afdrogen en op
een warme plaats drogen.
Weet ge....
dat bloemen voor het maken van
bouquetten 's morgens vroeg afgesne
den veel frisscher blijven, dan wanneer
men ze 's middags of 's avonds plukt
Weet ge
dat ge vloernaden zoo goed kunt dicht
maken door een mengsel van versche
kaas en ongebluschte kalk. 5 deelen
kaas op 1 deel kalk om te kleuren kan
men gele oker of andere grondverf bij
voegen, deze lijm verhardt en biedt
weerstand aan water en aan boenen
Weet ge
dat ge zijden linten het beste kunt
wasschen met benzine, waarbij men
een heel klein beetje aardappelmeel
voegthaal de linten enkele malen
door de oplossing en wrijf ze met een
linnen doekje af, daarna strijken tus
schen 2 schoone doeken,
WAT HIJ WOU WETEN.
„Bent u die mijnheer, die zoo'n grooten
mond tegen mijn vrouw heeft opgezet?"
„Ja mijnheer.. Maar het was haar eigen
schuld. Ik verzeker u dat...."
„Nee, nee, daar gaat het niet om.... Ik
wil alleen maar weten waar u den moed
vandaan haalde."
PRETTIG VOORUITZICHT.
Een handelsreiziger treedt binnen bij een
winkelier, juist terwijl deze bezig is een zij
ner kinderen een pak slaag toe te dienen.
Reiziger: „Heb ik de eer met mijnheer
Meyer te spreken?"
Winkelier: „Een oogenklikje geduld, zoo
aanstonds kom jij aan de beurt."
GEEN KANS.
Twe? vrienden ontmoetten elkaar, na el
kaar in eenige jaren niet gezien te hebben
„Nog niet getrouwd," vroeg de een.
„Neen," was het antwoord.
„Maar ik dacht dat je toch ernstige bedoe
lingen had in een zekere richting."
„Die had ik ook. Maar zij zeidc mij, dat
zij zooveel hield van Vondel, Hooft en Huy-
gens. Nou, toen begreep ik wel, dat ik geen
kans meer had!"
EN DAN?
Trotsche moeder: „Wij noemen de kinde
ren maar in alphabetische vo'gorde
Anna, Bernard, Charles, Dora, Eduard..
Bezoeker: ,,'n Aardig idee mevrouw, naar
wat moet u beginnen, als u bij de Z. komt en
l zijn dan tweelingen?"
HET ANDERE ADRES.
„Naar mijn kaartlegster ga ik niet meer.
Die heeft mij gisteren voorspeld, dat ik een
bochel tot man zou krijgen en daarvoor
heeft zij mij zelfs nog twee gulden laten
betalen I"
„Ga dan liever eens naar mijn adres! Die
heeft mij gisteren nog voor m'n 50 cent een
baron met 200.000 gulden voorspeld."
TWEEËRLEI KLEEDINO.
„Wat gaat mevrduw Smit toch veel fes
ter gekleed dan haar man."
„Geen wonder! Zij kleedt zich volgen*
het „Journal" en hij volgens het kasboekl"
EEN FIGUUR GESLAGEN.
Een dame uit de stad is met haar doch
ter voor een poosje buiten en wandelt met
deze langs een aardappelveld.
„Wat zijn dat voor planten? vroeg het
meisje aan een ouden boer, dien zij juist
tegenkwamen.
„Dat zijn aardappelen, juffrouw," ant
woordde deze.
„Maar waarom hebben deze dan witte
bloemen en die daar blauwe?"
„Dat zal ik u zeggen juffrouw. Dit hier
zijn aardappelen om te bakken, en die daar
om te koken".
„Wist je dat niet, Amalia?" vroeg ma
ma verwijtend.
WAAROP HIJ WACHTTE.
Het was twee uur 's morgens. Een politie
agent zag een verdacht uitziend man rond
een bepaald huis sluipen Hij sloeg hem
eenige minuten gade en wendde zich toen
'ot hem.
„Hé. zeg, wat mot je hier bij dat huis?"
De man richtte zijn lodderige oogen op
zijn ondervrager.
„Tk wacht al'cen maar tot de dame, die
daar woont, naar bed gaat, agent", zei hij.
„We zijn namelijk getrouwd, moet je «we
ten",
SCHERP.
Mevrouw: „Ik geloof, dat je als ik morgen
zou doodgaan, overmorgen alweer een an
dere vrouw zou zoeken".
Haar man: „Toch niet lieve. Ik zou gaan»
eerst een beetje tot rust willen komen."