©eiIAU^'LEVEJI
rniöD—
Uf1IE.UWS
ELCK WAT WILS.
TREKJES
No. 331.
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT
Tweede Blad Zaterdag 10 Januari 1925
Een 84-jarige onderwijzer.
Diocesane Synode in het bisdom
Breda. s
Terugkeer tot de Kerk.
Het St. Willibrordus-college
te Katwijk.
Nederland en België.
En we kwamen tot de conclusie, dat de
HET COLLECTIEF CONTRACT
VOOR HET BLOEMBOLLEN-
BEDRIJF.
Nu we weer staan te midden van de actie
voor de vernieuwing van het Collectieve Con
tract voor het blcembollendedrijf, zal het
velen niet onwelkom zijn, als ik eens in kor
te trekken de geschiedenis van dit zoo be
langrijk Contract, dat thans voor een heel
gewest en voor duizenden arbeiders geldig
is, tracht te schetsen.
Vroeger d.w.z. vóór 1915, ging het in de
bloembollenstreek al ongeveer hetzelfde als
overalzoo nu en dan conferentie's tusschen
de voormannen van de arbeiders en van de
Patroons met weinig succes, heel veel ver
gaderingen en een vloed strooibiljetten.
Het eerste Contract kwam tot stand tus
schen de Afd. Noordwij k en Bennebroek
van den L.T.B. en den R.K. Bond „St. Deus-
dedit". Onderling liepen die contracten nog
uiteen, doch beide zouden gelden tot 1
Maart 1916. Het Noordwij ksche contract
gaf een loon aan van f 10.50 gemiddeld, het
Bennebroeksche van f 11.25.
Met den L.T.B. te Bennebroek werd het
volgend jaar geen contract afgesloten, wel te
Noordwijk, waarin het loon op f 10.75 werd
bepaald.
Op 1 Maart 1917 kwam echter een con
tract met alle Afdeelingen van den L.T.B.
in dat gewest tot stand en kon gezegd wor
den dat het toonaangevend was voor de ge-
heele streek. Ook de Christelijke en Moder
ne Landarbeidersbond teekende de overeen
komst. Het loon was daarin bepaald op ge
middeld f 13.75.
Het volgend jaar (1918) werd tusschen de-
Zelfde organisaties na een kort doch heftig
conflict het loon op gemiddeld f 16 be
paald benevens een kindertoeslag in den
vorm van een grootere hoeveelheid teelland.
Eerst in 1919 werd het contract ook door
de Christelijke Patroonsvereeniging getee-
kend. De (Neutr.) Werkgeversbond had wel
aan de onderhandelingen deelgenomen, doch
berichtte per 5 Maart van dat jaar dat hij wel
de voorwaarden wilde naleven (gemiddeld
f 20 per week) doch niet bereid was het con
tract te teekenen.
In 1920 kwam aanvankelijk het contract
alleen met de R.K. Patroons tot stand, waar
in een loon van f 24 werd vastgelegd. Het
moest uiteraard kwaad bloed zetten, dat de
beide werkgeversorganisaties zich van de
overeenkomst afzijdig hielden, wat tot gevolg
had, dat door de arbeiders in de maand Juli
een scherpe actie werd ontplooid, welke hier
:n daar zelfs tot conflicten aanleiding gaf.
De Christ, Patroons verklaarden, dat het
niet teekenen door een misverstand was ver
oorzaakt en met deze organisatie werd als
nog een contract afgesloten, terwijl het over-
groote gedeelte van de werkgevers die niet
door het C.C. gebonden waren een indivi
dueel contract met de organisaties van de
arbeiders aangingen.
Ingaande 1 Maart 1921 kwam het eerste
Collectief Contract voor de geheele streek
en geldig voor alle groepen tot stand. Het
loon was daarin bepaald op f 27, gedurende
4 maanden en f 25 gedurende 8 maanden.
De arbeidsdag in de maanden Maart, April
en Mei van 66 uur, de daaropvolgende
maanden van 67 uur en voorts van licht
tot donker.
De opzeggingstermijn was voor beide par
tijen 3 maanden, zoodat eventueele wijzigin
gen of het voornemen tot beëindiging 1 De
cember d.a.v. moest plaats vinden.
Geen der partijen gaf hiertoe in Decem-
cember 1921 den wensch te kennen, zoodat
het ongewijzigd van kracht bleef tot 1 Maart
1923.
De werkgeversorganisatie's hadden tijdig
bericht gezonden, dat zij wijzigingen in het
contract wilden aangebracht zien. Zij wil
den een belangrijke loonsverlaging en ook in
de Maanden Maart, April en Mei, den vroege-
ren werkdag van 6 7 uur terug.
Na heel wat besprekingen werd ten slotte
overeengekomen dat het loon met f 2.per
week zou worden verlaagd, doch dat de
maand Mei als een zomermaand zou worden
aangemerkt, waardoor het loon gedurende 5
maanden f 25,en 7 maanden f 23.werd;
tevens zou in de maand Mei weer de arbeids
dag van 6 7 uur gelden.
In 1924 is door geen der partijen wijzi
gingen gevraagd, zoodat de duur van dit
contract wederom 2 jaar bedraagt en op 28
Februari eindigt.
Zooals men in dit blad heeft kunnen le
zen, is er thans reeds druk onderhandeld
over het nieuwe contract, zoodat ook voor
1925—1926 wel een overeenkomst tot stand
zal komen.
Over het loon is reeds overeenstemming
bereikt tusschen de besturen der werkgevers
en werknemers-organisaties, benevens over
eenige meer ondergeschikte punten.
Omtrent den arbeidsdag was ecl ter nog
geen enkele toenadering te verkrijgen en
zoo zullen dan de organisaties zich uit te
spreken hebben, eerstens over datgene
waarover door de besturen eenstemmigheid
is verkregen en op de tweede plaats over
hun houding ten aanzien van den arbeids
dag.
De werkgevers-organisaties zullen te over
wegen hebben of niet op een of andere wijze
aan het verlangen van de arbeiders is tege
moet te komen, de arbeidersorganisaties of
zij gezien de tegemoetkomende houding
van de werkgevers op de overige punten
niet waijvater in den wijn moeten doen om
trent deze aangelegenheid.
Voor zoover dat maar eenigszins mogelijk
is, heb ik mij onthouden van commentaar
en alleen een opsomming gegeven van fei
ten, die bij elkaar genomen een beeld geven
van de geschiedenis, welke er aan het Col
lectief Contract verbonden 'is.
Dat er rondom die feiten nog een geheele
geschiedenis ligt van moeilijkheden en strub
belingen behoeft nauwelijks vermelding.
Dat ligt voor de hand. Het schijnt nu
eenmaal het noodlot te zijn, dat men eerst
heel wat moeilijkheden moet gehad hebben,
voor er een sfeer ontstaat van zoodanige
wederzijdsche waardeering dat er van rustig
overleg, waarbij het algemeen belang voor
alle bedrijfsgenooten domineert, kan ge
sproken worden.
Maar vast staat in elk geval, dat het Con
tract voor de bloembollenstreek van veel
grooter waarde is dan menig arbeider en
vooral menig werkgever vermoedt.
Bij den huidigen stand van zaken is een
Contractlooze periode nauwelijks denkbaar
want niet alleen dat het de arbeidsvoor
waarden regelt, het bevat ook bepalingen
nopens geschillen, die tusschen leden van de
Contracteerende groepen ofwel tusschen de
groepen zelf zouden kunnen rijzen.
Zoodat niet alleen in theorie, maar ook
practisch bedrijfsrust en bedrijfszekerheid
wordt verkregen, iets, waaraan geen enkel
bedrijf meer behoefte kan hebben, dan het
bedrijf waarover we het hier hebben.
Er kwam niets van terecht, wanneer er
geen contract was. In minder dan geen tijd
waren de moeilijkheden, die wij nu in het
voorjaar bij de onderhandelingen ondervin
den, verplaatst naar de zomermaanden, wat
bij de huidige sterkte van de organisaties niet
anders kan beteekenen, dan de heerschappij,
van de uitersten en de ondergang van het
bedrijf.
Duidelijk staat het mij nog- voor den
geest welk een verwarring en verbittering
er ontstond toen de arbeiders noodgedwon
gen (1920) hun actie bij de niet-katholieke
patroons naar den zomer moesten verplaatsen
en niemand, die het wel meent met het be
drijf, zal naar een dergelijken toestand terug
verlangen. Ook de welmeenende arbeiders
niet, al zijn zij er voor dien keer niet
slecht bij gevaren.
En wanneer er dan ook uit dit stukje ge
schiedenis een les te trekken is, zou het ze
ker deze moeten zijn, dat er van beide zijden
naar gestreefd moet worden om het Contract
zoo algemeen mogelijk te maken en te zorgen
dat niemand zich aan de verplichtingen
daarin neergelegd onttrekt, want dat zal
de rust in het bedrijf en de verhoudingen
ten goede komen.
A. J. L.
EEN GROOTSCHE AANVAL OP ZIJN
EIGEN RUITEN.
Dat het royement van den R. K. Zuivel-
en Margarinebewerkersbond door het Vak
bureau, aanleiding zou geven om onze ka
tholieke vakbeweging te bestoken, was uiter
aard te verwachten.
In de jaren, dat deze kwestie hangende
was, heeft men in het Volk trouwens meer
dan eens zijn best gedaan er alle munt uit
te slaan, die er uit te halen was.
Het orgaan van den katholieken zuivel-
en margarinebewerkersbond gaf daartoe trou
wens ruimschoots de noodige argumenten
en in den sociaal-democratischen hoek is
daarvan een dankbaar gebruik gemaakt.
Op zichzelf is dat heel begrijpelijk en wij
denken er niet aan, 'daarover iets onaange
naams te zeggen.
Als de sociaal-democratische heeren een
halve kolom van het wanhoops-geklodder
uit het orgaan van den margarinebewerkers
bond overnemen en daaraan op hun wijze
beschouwingen verbinden, zou dat zelfs
heel handig kunnen heeten, ware het niet,
dat ze de onnoozelheid blijken te bezitten
om zich door verregaande warhoofderij op
sleeptouw te laten nemen.
Ze doen nu, al of niet gewild, mede, aan
een relletje waar de banaliteit duimendik
op ligt.
Het royement van den zuivel- en marga
rinebewerkersbond is toch niets buitenge
woons, doch integendeel geheel vanzelf
sprekend.
Zeker, er was oneenig! eid, als g -volg van
de ontoereikende leiding van eten bond.
Daarmede moest het Vakbureau zich wel
bemoeien.
Doch ten slotte was er niettemin een
grondslag gevonden, waarop wellicht over
eenstemming ware te bereiken, mits het be
stuur van den bond zijn vijandige houding
Zou laten varen en zijn jaren-oude contribu
tieschuld althans ten deele zou aanzui/eren.
De gelden daarvoor waren overvloedig
aanwezig, het bestuur van de margarine
bewerkers erkende dit ook, doch verklaarde
desniettemin niet tot contributie-betaling
bereid te zijn.
Het bestuur weigerde dus zijn schuld aan
het Vakbureau te betalen, en daarom, en
daarom alléén, is het royement gevolgd
en moest het wel volgen.
Doet men soms in het N.V.V. anders,
wanneer aangesloten vakbonden hun finan-
cfeele verplichtingen opzettelijk weigeren na
te komen
Waarom heeft het N.V.V. een paar jaren
geleden den algemeenen Nederlandschen
Grondwerkersbond ook al weer geroyeerd?
Was dat niet, omdat die bond weigerde aan
zijn financieele verplichtingen te voldoen
De heer J. G.(verst?), die in het Volk met
citeeren en fantaseeren een kolom vult over
de uitbanning van den margarinebewerkers
bond het schijnt dat daar goed wordt be
taald heeft blijkbaar vergeten, dat het niet
verstandig is met boter op z'n hoofd in de
zon te gaan loopen.
Ongeacht nog het feit, dat een vakbond,
die opzettelijk weigert zijn verplichtingen
na te komen, zichzelf buiten de gemeenschap
der vakbeweging plaatst, en op het roye
ment in organisatorisch opzicht geen enkele
aanmerking mogelijk is, gaat men in het Volk
critiek leveren op eenzelfde royement als
het N.V.V. een paar jaren geleden op- den
Grondwerkersbond heeft toegepast.
Met de uitbanning door het Vakbureau
wordt derhalve óók die door het N.V.V.
afgekeurd 1
In zijn zucht om tegen onze katholieke
vakbeweging te stoken, heeft de Volk-schrij
ver de onhandigheid begaan om met de vui
ligheid die voor ons erf bestemd was, de
ruiten van zijn eigen huis te bemodderen.
Dit blijft evenzeer het geval, wanneer het
hem misschien speciaal te doen was om de
onderlinge verhouding in onze vakbeweging
in een ongunstig licht tfe plaatsen.
Hij lette dan ook eens op hetgeen de voor
laatste week op het congres van den bij jiet
N.V.V. aangesloten rooden Onderwijzers
bond aan het licht kwam.
Daar kwam een uit gekonkel en naijver
spruitende onderlinge vijandigheid tot uiting,
waaraan een buitengewoon onwelriekend
luchtje zat.
De bom heeft dus een in alle opzichten
ongedachte uitwerking.
Elke naar ons gerichte klap is een gat in de
sociaal-democratische ruiten.
BAKKERSGEZELLEN.
„De inhoud van het wetsontwerp tot wij
ziging van de bepalingen der Arbeidswet
1919 betreffende den arbeid in bakkerijen"
aldus schrijft de Bazuin, het orgaan van den
Neder. Centraien Bond van Christelijke Ar
beiders in de bedrijven van voedings- en ge
notmiddelen „heeft, indien de Tweede
Kamer dit ongewijzigd mocht aanvaarden,
voor de bakkerij en vooral voor de bakkers
gezellen de meest fatale gevolgen". Het be-
teekent „zooal niet in directe bedoeling of
toepassing, dan toch in haar pracrische uit
werking voor het bakkersbedrijf terug naar
den nachtarbeid.
Het is een tragedie aldus genoemd or
gaan te zien hoe minister Aalberse te op
zichte van de wetgeving voor de bakkerij met
eigen hand afbreekt wat door hem is opge
bouwd. Wij hebben dezer dagen de toelich
ting van het ontwerp 1919 nog eens nagelezen
en.... een volkomen ommekeer van opvat
tingen blijkt dan wel zeer duidelijk.
Dit ontwerp, dat gekomen is op grond van
den stelselmatigen aandrang der werkgevers
en van het gekanker tegen de Arbeidswet
door den Ned. Bakkersbond en den R.K. Pa
troonsbond, is wel een van de meest onoor
deelkundige ontwerpen, die dat departe
ment ooit hébben verlaten. Het brengt in
voering van den nachtarbeid. Het brengt
een niet meer te contröleeren wet. Het brengt
afbraak van geregelde bedrijfsverhoudingen.
Het brengt wederinvoering en uitbreiding van
het intern arbeiden met al zijn bekende „ze
delijke nadeelen."
Ook onze R.K. Bond van Bakkersgezellen
ziet in het ontwerp den terugkeer naar den
nachtarbeid en is daarom tegen dat ontwerp
gekant, maar hij laat over Minister Aalberse
een heel wat sympathieker en meer juist
geluid hooren
„Wie gelooft in den goeden trouw van een
tegenstander" aldus mr. Aalberse in zijn
Christelijke Politiek 1905 „kan hem be
strijden, maar nooit haten."
Diezelfde mr. Aalberse is nu minister van
Arbeid.
En al is hij nu onze tegenstander inzake
de door hem voorgestelde wijzigingen, be
trekking hebbende op den arbeid in brood
bakkerijen, en moeten wij hem dus nood
gedwongen bestrijden, aan zijn goeden trouw
twijfelt niemand onzer haat of wraakge
voelens blijven ons ten zijnen opzichte vol
komen vreemd. Integendeel, hij is voor ons
en hij blijft voor ons een zeer sympathieke
persoonlijkheid, aan wien het arbeidersvolk
veel te danken heeft, hem daarvoor dank
baar is en blijft.
Maardesondanks, de thans voor
gestelde wetswijziging is en blijft, al heeft de
minister haar in de Memorie van Toelich
ting verguld en versuikerd, een niet te slikken
pil. Want worden deze wetswijzigingen door
de Tweede Kamer aanvaard en door de Eer
ste Kamer brekrachtigd, wat blijft er dan
practisch van den dagarbeid voor de gezellen
nog over Zoo wat niets, want ze beteekenen
in de practijk de wederinvoering van den
volledigen nachtarbeid binnen zeer forten
tijd."
WERKLOOSHEID.
Volgens de gegevens, verstrekt door den
Rijksdienst der Werkloosheidsverzekering
waren in de week van 8 tot 13 December
van de 271645 tegen werkloosheid verzeker
de leden 26354 geheel en 6914 gedeeltelijk
werkloos'. Het percentagr is dus 9.7 en 2.5.
In de overeenkomstige maand van 1923
was dit resp 13.3 en 3.1.
Heb het uitstekendste aan te bieden dat
iemand wenschen kan, hoe zal le wereld
het weten, indien gij niet adverteert.
JOHN. P. ROCKEFELLER.
LIMBURGSCHE BEDEVAART NAAR
LOURDES.
Door het Comité tot samenstelling der
Limburgsche Bedevaart naar Lourdes, ge
vestigd Bogaardestraat 36 Maastricht, werd
namens Z. D. H. Mgr. Schoepfer, Bisschop
van Lourdes, bericht ontvangen dat de Vijfde
Limburgsche Bedevaart zeer gaarne ge
durende het tijdvak 39 Juni 1925 in de
Lcurdesheiligdommen zal worden ontvan
gen.
In verband met de wijziging in de gewone
reisroute, zullen de pelgrims dit jaar zes en
een halven dag te Lourdes verblijven en
eveneens gelegenheid hebben tot een bezoek
aan Parijs en Lisieux.
De Bedevaart vertrekt vanuit Maastricht
op den tweeden Pinksterdag, dit voor dege
nen die met aanvraag van verlof rekening
moeten houden.
Prospectussen worden op aanvraag bij
verschijning gaarne toegezonden.
HEILIGVERKLARING DER KLEINE
TERESE-BEDEVAART NAAR ROME.
Omtrent de Heiligverklaring der Kleine
Terese kunnen we nader meedeelen, dat deze
naar uit Lisieux gemeld wordt kan
tegemoet gezien worden in de eerste helft
van Mei.
Om de vele vercerdes van de Zal. Terese
in de gelegenheid te stellen, deze grootsche
en onvergetelijke plechtigheden bij te wo
nen, zal onder leiding der Paters Carmelie-
ten een bedevaart naar Rome georganiseerd
worden. Wij kunnen hieromtrent meedeelen,
dat deze bedevaart 23 dagen zal duren een
volle week verblijft men te Rome, terwij!
ook de mooiste plaatsen van Italië en Zwit
serland in het program zijn opgenomen.
Tevens zullen pogingen in het werk ge
steld-worden, om de pelgrims in de gele
genheid te stellen, de H. Mis in de particu
liere kapel des Pausen bij te wonen en uit
de hand van Z. H. de H. Comnjunie te ont
vangen.
Zooals men reeds weet, zal de terugreis
genomen worden over Lisieux, het beroemde
heiligdom der Zal. Terese.
Wij hopen in den loop der volgende week
de definitieve opgave der kosten te kunnen
doen, alsmede nadere inlichtingen te kunnen
verstrekken.
Daar evenwei de bedevaart zich ten ge
rieve der deelnemers tot een kleine groep
zal beperken, zal het goed zijn, zich spoedig
tot deelname op te geven aan den Zeereerw.
Pater Adr. Peters, Carmelietenklooster te
Aalsmeer. Deze opgave kan men geheel vrij
blijvend doen. Zoodra reissom en verdere
bijzonderheden bekend zijn gemaakt, zal
de gelegenheid tot inschrijving slechts kor
ten tijd opengesteld zijn. Men wachte dus
niet te lang 1
De heer G. Koolhaas, hoofd der school te
Waardenburg, heeft thans op 84-jarigen
leeftijd tegen 2 April eervol ontslag aan
gevraagd.
Na 65-jaar van onverdroten, ijverige
plichtsbetrachting bij het onderwijs', hoopt
hij thans een welverdiende rust te gaan ge
nieten
Z. D. H. de Bisschop van Breda heeft be
sloten in den loop van het volgend jaar
(1926) een diocesane synode bijeen te
roepen, welke volgens het Kerkelijk Wet
boek om de tien jaren in elk bisdom moet
gehouden worden. De Hoogeerw. heer Vica-
ris-Generahl, Mgr. J. van Oers, bijgestaan
door twee Professoren van het Groot-
Seminarie, de Zeereerw. heeren J. Lodiers
en A. van Raamsdonk, zal de voorbereiding
ter hand nemen en het ontwerp opmaken.
(Sancta Maria.)
Enkele dagen geleden hebben we reeds
melding gemaakt van de bekeering van den
heer H. J. van Vorst. Thans bevat „Sancta
Maqa" de volgende mededeeling:
Herroeping.
Ondergeteekende, die voor jaren terug als
Pater Coelestinus, Capucijn. Kerk en kloos
ter verliet, diep betreurende al wat h,i in het
verleden heeft misdreven, herroept bij dezen
met een rouwmoedig hart de dwalingen, die
hij door woord en geschrift heeft verspreid,
en de aanvallen, die bij tegen de H, Kerk en
hare bedienaren heeft'gericht. Hij hoopt met
Gods genade door een boetvaardig leven
eenigszins te herstellen de ergernis, die hij
door zijn gedragingen in het verleden heeft
gegeven.
Ginneken, 2 Januari 1925.
H. J. VAN VORST.
Bovenstaande rouwmoedige schuldbeken
tenis en herroeping mochten wij ontvangen
met verlof deze in de bladen te publicee-
ren om zoover niogeliik de gegeven ergernis
te herstellen. Dienjvolgens verzoeken wij al
de katholieke bladen deze over te nemen.
Tevens durven wij den heer H. J. yan Vorst
in aller gebeden aanbevelen, oodat God hem
sterke en hem de g made der volharding
schenke.
De Bisschoo.van Breda.
f P. HOPMANS.
Nu de gebouwen voor het R.-K. Gymna
sium en H. B. S. aan de Oostduinlaan le
's-Gravenhage voltooid zijn, acht de St.
Willibrordusstichting het oogenblik geko nen
!om ook een ander onderdeel van het oor
gen, zij het dan ook in eenigszins gewijzigden
I spronkelijk plan tot uitvoering te gaan bren-
vorm. Was het in den beginne de' bedoeling
het internaat van Katwijk in zijn geheel naar
Den Haag te verplaatsen, thans is besloten
in den Haag op de terreinen van het College
een Convict voor hoogstens 100 'eerlingen
uit den deftigen stand te stichten.
Deze wijziging in de oorspronkelijke plan
nen is voortgekomen uit de geheel veran
derde omstandig! eden, waarin het R.-K.
middelbaar en voorbereidend hooger onder
wijs thans verkeert. Gedurende het laatste
10-tal jaren werd in steeds meerdere steden
de gelegenheid geopend, zoodat binnen vrij
korten tijd betrekkelijk weinig ouders uit
den deftigen stand in de noodzakelijkheid
zullen verkeeren van hun ktn^r-nn naar epn
internaat te moeten zenden.
Nadere mededeeling omtrent den datum
van opening van het .onvict en omtrent
verdere büzcnderheden zal in den loop van
dit jaar worden gen"blicea-d.
Het bestuur der St. Wil!ibrordus-Stichting
zal zorg dragen, dat in ieder geval de leer
lingen der vijf hoogste klassen van het Gvtn-
nasium benevens die der klassen der H.B.S.,
wier aantal te groot is om al'en naar het
zooveel kleinere Convict over te gaan, hun
cursus te Katwijk kunnen voltooien, terwijl
aan de leerlingen der le klasse van het Gvm-
nasium en aan hen, die in het vervolg zullen
worden aangenomen, te ziiner tüd de gele
genheid wo-dt geboden opgenomen 1° wor
den in het Convict. (Msh.)
B
m
De mecning van een' Belgisch blad.
Het Antwerpsche blad „Neptune" is zeer
ingenomen met de Nederlandsch-Belgiscbe
wisseling van gedachten, welke thans wordt
gehouden.
„Officieel," aldus schrijft het Antwerp
sche blad, betreffen de besprekingen alleen
het regime van de Schelde en onze scheep
vaartbetrekkingen met Nederland. Wij kun
nen evenwel mededeelen, dat zij, officieus
althans, een grootere beteekenis hebben en
zoowel oeconomische als politieke kwesties
omvatten, welke de beide staten aangaan."
Het blad stelt verder vast, dat de verhou
dingen tusschen Nederland en België in de
laatste twee jaren aanmerkelijk verbeterd
zijn, en verwacht, dat de op te iossen vraag
stukken in een atmosfeer van wederzijdsch
vertrouwen en practischen zin zullen wor
den behandeld.
„Nederland weet," zoo schrijft de Nep
tune, „dat wij zijn onthaal in October 1914
niet vergeten hebben, en dat wij zijn, door
de oeconomische crisis naar België gedre
ven onderdanen bijna broederlijk onthalen.
Onze eischen zijn matig en rechtvaardig.
De Schelde is een internationale rivier. Wij
vragen aan de Hollanders, ons alle facili
teiten, welke wij noodig hebben voor de
vaart op Antwerpen, zoowel in de geul van
de Wielingen als op do Nederlandsche
Schelde te verleenen. Wij betalen de kos
ten; het is dus enkel maar billijk, dat onze
Noorderburen zich zeer inschikkelijk op dit
gebied zullen betoonen."
Wordt dit doel bereikt, dan is er, aldus
de Neptune, geen enkel beletsel meer aan
wezig om de oeconomische betrekkingen
tusschen de twee elkaar aanvullende staten
niet nog nauwer toe te halen, vooral nu,
waar ovetal aan de grenzen van Nederland
en België protectionistische slagboomen op
reizen. Ook cultureel is, naar het oordeel
van het Antwerpsche blad, toenadering,
door middel van gelijkstelling van weten-
j schappelijke diploma's, uitwisseling van pro-
fessoren, enz., onmiddellijk nadat de han
gend gebleven politieke vraagstukken hun
beslag zullen hebben gekregen, zeer ge-
wensebt. Verder moet ook nog het werk
van Aug. Beernaert en Eug. Baie niet dood
worden geacht; een definitief accoo^d tus
schen Frankrijk, Engeland, België en Ne
derland kan, zoo meent de Neptune, even
nuttig zijn, als een oeconomische overeen
komst.
PLOTSÉLINGE DOOD.
Donderdagmiddag werd de 61-jarige koop
vrouw, mejuffrouw J„ wonende in de Zuiling-
straat te 's-Hage plotseling onwel toen zij aan
een dame in de Buys Ballotstraat haar koop
waar wilde leveren.
Toen zij wat lang weg bleef, kwam de ber
doelde dame even naar buiten en vond daa-
de koopvrouw, naar adem snakkende, bij
haar kar staan.
Zij noodigde de vrouw uit even binnen te
komen om uit te rusten.
De koopvrouw voldeed hieraan, maar even
nadat zij het huis was binnengegaan, zakte
zij in elkaar en overleed direct daarop.
Een dokter constateerde den dooa door
hartverlamming.
GELDSMOKKELAARS.
Het Hbl. van Antwerpen maakt melding
van een grooten smokkelhandel in gouden en
zilveren munt van België uit over de Neder
landsche grens. Oneerlijke lieden, zegt het
blad, gaan in het binnenland van deur tot
deur om geld op te koopen tegen hoogere
prijzen als deze slechte vaderlanders een
sommeken bijeen hebben, komen ze op ge
heime wijze naar de grens.
Om in Nederland te geraken, nemen zij
hun toevlucht tot alle middelen gedurende
de laatste dagen werd er een wielrijder aan
gehouden met gouden geld in de buis van
zijn rijwiel, onder de zadels anderen bergen
het in de kussens van hun rijtuig enz.
Een Franschman had ook voor 2000 fr.
zilverengeld. De man is aangehouden. Ook
de Nederlanders aanschouwen dit voor een
winstgevend bedrijf, want aan menig huis
in Nederland ziet men nog voortdurend
„Hier koopt men zilvergeld tegen hooge prij-
zen."
Gedurende de laatste tijden zijn verschil
lende lieden bekeurd ook heeft de fiscus
strenge bevelen gegeven aan de grensagenten,
om die oneerlijke geldhandelaars op de hie
len te zitten.
Een man droeg dezer dagen in de Noord
statie te Brussel een volle zak nikkelgeld. Hij
had een reiskaartje voor de grens-Neder-
land.
WIJN EN CHAMPAGNE MET TAART
JES.
In een Vlaamsch blad lezen we volgende
beschouwingen over het dure leven en de
doorgaande verkwisting
Ja, waarde medeburgers, 't is dure tijd, en
we weten absoluut niet meer hoe de twee
eindjes van iedere maand, week of quinzaine
aaneen te knoopen 1
Iutusschen wordt er gebrast als konde het
niet meer op van 't een in 't ander weet er
van méde te spreken.
Intusschen wordt er haast meer patisserie
verorberd dan gewoon brood bofte Vander
velde er niet op, enkele maanden geleden,
dat zekere socialistische coöperatief in 't
Walenland meer zoogenaamde koffiekoekjes
leverde dan gewoon brood
Intusschen draaien de snoepwinkels best
van alle kleinhandelszaken I
Och 1 ja, 't is dure tijd..
En er wordt in België meer wijn gedron
ken dan vroeger bier.
In 1913 voerden wij uit den vreemde
350.000 hectoliter wijn in, of tusschen de 4
en 5 liter per inwoner.
In 1923 in 't volle van den duren tijd
klom de invoer van wijn tot 600.000 hec
toliter, of ongeveer 8ys liter per hoofd!
En 't betreft niet enkel pinard of 'portc
waarbij men pateekens eet en waar men ra-
zend-zot van wordt neen, onze slachtof
fers van den duren tijd lusten ook van 't fijn
ste tijdens de 10 eerste maanden van 1924
voerden wij 55.000 hectoliter schuimwijnen
in (champagne) of 30.000 liter meer dan in
1913, toen 't leven hier zoo goedkoop en de
verdiensten normaal waren.
Van 't jaar 1924 gesproken gedurende de
10 eerste maanden was de wijninvoer 750.000
hectoliter, wat voor 't heele jaar gaat worden
900.000 hectoliter, of bijna 13 liter per hoofd
zoodat we sedert het vorige jaar vooruit
zijn gegaan met 300.000 lifer of 4J4 liter per
hoofd.
En de tijden zijn duur, en het leven is niet
meer om vol te houden, en ieder klaagt, en
ieder jammert, en ieder sakkert, en ieder
dreigt en finze achtbare burgers heffen
maar op en gieten totdat 't op isen
als 't op is, gieten zij nog 1
En dan zien wij onzen armen braven mi
nister Tschoffen zich aftobben om door 't
regelen van het broodver'oruik het koopen
in den vreemde met zoowat 50 millioen te
verminderen 1
Vijftig millioen sparen op den graaninvoer
en intusschen wordt er voor honderden mil-
lioenen verkwist aan vreemde wijnen, en
beletten wij, verblind en moedwillig, dat de
waarde van onzen frank stilaan weer stijge,'t
is te zeggen, dat zijn koopkracht grooter wor
de het eenige middel om doelmatig het
dure leven te bestrijden
Komaan, waarde medeburgers, wordt nu
toch wat zuiniger 1 En als uw zak volstrekt
geen geld kan behouden, besteedt dan ten
minste uw penningen aan voortbrengsels on
zer nationale nijverheid, maar scheidt in Gods
naam uit met over den duren tijd te zeuren
gij zeiven maakt hem duur.
OUDHEIDKUNDIGE VONDST.
Te Holst, tusschen Vlodrop en Posterhoh
(L.) heeft de heer (G.) Krekelberg een groots
Romeinsche kruik opgegriven. Zij heeft een
hoogte van ongeveer een halven meter en een-
zelfden omvang er loopt een kleurige streep
rondom den buik, de voet is gekarteld.
STELENDE SCHOOLJONGENS.
De politie te Alkmaar is een bende school
jongens op het spoor gekomen, die den laat-
sten tijd zich schuldig maakten aan dief-
j stallen van allerlei aard. Drie hunner hebben
onlangs zelfs inbraak gepleegd in een leeg
staande woning. Het is gebleken dat de kna
pen, die Woensdag een doos met bonbons
in een winkel ontvreemdden, voor een paar
dagen te Egmond aan Zee een pakje reis
biljetten voor de stoomtram hebben gestólen.
De bende bestaat uit vijf jongens, die aller
nog de lagere school bezoeken
INBREKERS GESNAPT.
Te Kouderkerk (Z. H.) zijn drie beruchte
inbrekers terwijl ze het raadhuis doorzochten
gesnapt. Twee zijn gearresteerd ,een derde is
ontkomen door uit een raam op 4 a 5 M.
hoogte te springen.
HET ROOKEN IN AUTOBUSSEN.
De gemeentebesturen van de Streeket
dorpen zullen conferecren om in de politie
verordening van elke gemeente een bepaling
op te nemen, waarbij het rooken in de auto
bussen Hoorn-Enkhuizen zal worden ver
ben.
„Te latens Deltas".
'n Poos geleden hebben we 't eens gehad
over Rdi ;ieus tooneel, en aangetoond, dat
vele loffelijke pogingen op dit terrein schip
breuk leaen, doordat de schrijvers van gods
dienstige stukken te weinig of geen reke
ning hielden met de techniek van het drama.
Om te laten zien, dat we geen eigen(wijze)
meening wilden opdringen, zijn we begon
nen met een reeks citaten uit verslagen van
Dr. Jan Walch's „Het leven van een heilige"
en Henri Ghéon's „De arme onder de trap",
opgevoerd door het Schouwtooneel en Ver
kade.... Twee tooneelwerken, die literair
hoog staan, op ontegenzeggelijk artistieke
wijze werden opgevoerden tóch geen
repertoire hebben gehouden.
In al die verslagen kon men lezen dui
delijk, of min of meer bedekt dat in beide
stukken de dramatische spanning ontbrak
dit het geen speel-stukken waren, die diep
nawerkende ontroering brachten dat de
gerektheid oorzaak was van verveling, enz.
En in onze beschouwing ging het dan om
de vraag „Wat wil het publiek Dwz
het publiek ii 't algemeen.Niet het i 1 i-
ne deel, dat dergelijk werk waardeert om he;
literaire ook niet het andere deel, dat om
den s hijn van kunstzi ■nigheid zijn belaig-
stellmg toont.
toeschouwer vraagtactie, verwikkeling,
botsing van streven tegen streven, van ka
rakters, met gevolg stijging en spanning.
en een logische, gezonde ontknooping, die
geen leegte achterlaat.
We hebben voorts uitdrukkelijk ver
klaard niet tegen religieus tooneel te zijn
óók niet tegen literatuur in tooneelvorm
mits de actie, de dramatische verwikkeling
niet aan die literatuur of „het religieuze"
wordt opgeofferd. „Want Jan Publiek hui
chelt niet en laat zich niet naar schouwburg
of vereenigingsgebouw drijven, omdat er
een Roómsch stuk wordt opgevoerdliij
gaat uit zich zelf, als hij weet, dat het inder
daad 'n stuk is.-... en geen cinddooze ver
zenreeks,'hoe goed #ok bedoeld en hoe voor
treffelijk ook vertolkt. Hij wil stukken van
granietgeen preekende figuren van
was en kraakporcelein."
Wie nu na het hierboven aangehaalde
denkt, dat er een vernietigingscritiek zal
volgen op het mysterie-spel „Te latens Del
tas", geschreven door den jongen Haarlem-
schen dichter, Wil Janse, en door eenige
dapper-willende Haariemsche amateurs op
gevoerd vergist zich.
Wèl zal het den lezer niet bevreemden als
we nu zeggen, met een bezwaard hart naar
den Schouwburg te zijn gegaan en (dit voe
gen we er eerlijk bij)met een vooroor
deel, stevig in den zak geplant.'
Laat ons dan direct zeggen, dat we lang
niet onbevredigd zijn heengegaan dat we
na afloop de voldoening meedroegen van
veel schoons te hebben bijgewoond. Daaren
trgen werden we alweer gesterkt in enz
overtuiging die immers niit de onze al
leen is dat dergelijke spelen, als „gemeen
schapskunst" bedoeld," wegens gemis aan
dramatische verwikkeling den uitvoerders te
hooge eischen stellen, om het doorsnee-pu
bliek voortdurend geboeid te'houden. En de
roeping van het Roomsche tooneel is toch
het brengen van gemeenschapskunst. De op
voering van „Te latens Deltas" heeft die
niet gebracht dit bewijzen ook de zeer üit-
eenloopende meeningen over den avond.
Er is echter een wakkere, resolute poging
gedaan, die veel doet verwachten en ge
gronde reden geeft, om in bemoedigenden
toon te spreken over het mooie streven van
dit gezelschap.
„Te latens Deltas" behandelt God's ver
borgen liefde, in Zijn menschwording uit
de H. Maagd, in het H. Sacrament en in
Zijn zoenoffer op Golgotha, dat dagelijks in
de H. Mis wordt hernieuwd.
In het eerste mysterie zijn Maria en Jozef
de hoofdpersonen. Zij spreken extatisch
oyer de groote liefde van Christus. Dan volgt
een lief tafereeltje van twee kinderen op den
vooravond van hun Eerste H. Communie,
als zij van den priester hun laatste onder
richt ontvangen. Waarna we Jozef en Maria
weer bijeen zien na de boodschap des En
gels.
Het tweede mysterie behandelt Christus'
lijden en dood en we zien Maria, Johannes
en Maria Magdalena in meditatie. Volgt een
ontroerende scène, waarin aan een God-
vreezend man de laatste H.H. Sacramenten
worden gebracht. Daarna weer de meditee-
renden bij het H. Graf, waar Maria den
Christus levend verborgen weet.
Het laatste mysterie doet ons zien de Em
maüsgangers, geheel ontmoedigd door Chris
tus' dood, waarna een kort tooneel van Ma
ria, Johannes en Magdalena, als Heiligen
in rechtstreeksche aanschouwing van God.
Dan zien we weer de Emmaüsgangers te
rugkeer,en, in heilige verrukking. Ze heb
ben Christus herkend aan het breken des
Broods God zal altijd bij de menschen zijn
in de H. Eucharistie.
Elk mysterie bestaat dus üit drie deelen
en deze zijn door stemmige muziek aan el
kaar verbonden.
Als we nu opzij zetten want dat moe
ten we in dit geval de gedachte ,aan de
technische eischen voor het drama, en het
stuk beschouwen als een stichtend spel in
aantrekkelijken vorm, .dan blijft de vraag
„Wat hebben we gehoord en gezien
We hebben gehoord een taal, zuiver, on
gewrongen, vaak sprankelend van voorspoe
dig uitbottend dichterlijk talenteen com
positie, die ver uitsteekt boven vele „reli-
gieuze-tooneel-cliché's." Hier en daar heeft
de schrijver wat te modern willen zijn, zoo
bijvcqrbeeld in het „jij-en" en „jou-en" tus
schen Maria en Jozef, dat in dit uiterst teere
gegeven bepaald hinderlijk aandeed.
Voorts heeft de dichter te veel willen ge
ven, zoodat de aandacht der toeschouwers
ook daardoor op nogal zware proef werd ge
steld. Vooral in dit soort werk moet be
knoptheid worden betracht.
We hebben gezien een fijn aangevoeld
gebarenspel, en in meerdere tafereelen een
weelde van plastische standen-wisseling.
Het was duidelijk merkbaar, dat dichter en
regisseur hadd n samei ge werkt in vurig stre
ven naar zoo volmaakt mogelijke beelding.
Het gebruik van slechts één schijnwerper
Ge mysterie) en nog wel aan één zijde van
h tooneel, was fout. Het gaf grillige, spook
achtige schaduwpartijen op het achter-decor,
die, als de aandacht niet zoó geboeid was
geweest door de taal en het spel van Maria
en Jozef, zeker hilariteit zouden hebben ver
wekt. Overigens was dit eerste mysterie,
hoewel in hoofdzaak slechts gespeeld door
twee personen, wel het schoonst en deed
meer verwachten dan er volgde. Want daar
na kwamen enkele minder gelukkige figu
ren den indruk wegnemen van de eenvou-
dig-sobere en daardoor zoo roerende Jozef
vertolking, en die van Maria, eerst in haar
dartele blijdschap over de liefde van Chris
tus, later in haar heilige verrukking over het
groote wonder aan haar geschied.
Zoo was Johannes te scherp van geluid
dat veel soepeler had moeten zijn, zoo ook
zijn gebarenspel. Nochtans is deze acteur
een kracht, die na ernstige studie veel zal
kunnen bereiken. En dat hij niet stilzit heb
ben we gemerkt aan den vooruitgang zijner
spelkwaliteiten sinds een vorig optreden.
Het telkens terugkeeren van dezelfde zin
nen in zijn passie-verhaal was heel mooi door
den dichter bedoeld, doch in het zeggen had
meer climax moeten zijn, een weergeven
van het steeds moeder voortstruikelen van
den gemartelden Godmensch hadden we er
in willen hooren.
De Magdalena-figuur leek ons niet goed
getroffen. Dat was meer een wanhopige
Magdalena, dan een berouwvolle na het
wonder van God's genade en ta mhartig-
heid. Haar kapsel (dit treft weer de regie)
mag modern „gedacht" zijn, maar o.i. was
he. er naast, temeer waar men hoort zeggen,
dat zij met heur haren Christus' voeten heeft
gestreeld. Ook in het Hemel-tafereel had
den dichter en regisseur hun nieuwere op
vatting te sterk doorgevoerd. Dat werJ
I haast profaan- Men moet toch al zoo voor-
'z':htig zijn met bovenaard: che dingen.
Na deze niet zoo bevredigende gedeelten
kregen we het slot van de Emmaüsgangers.
Dat was een heel mooi stukje duo-spel met
kunstige schakeering in houdingen, geba
ren en zegging, en in den repeteer-zin i
„Menschheid, uw hart brandt aan den Chris
tus" zat stijging. Het ietwat Shakespeariaan-
sche opschrift „Emmaus" hadden we liever
niet gezien, 't Was trouwens overbodig.
In zijn schilderachtig omgroepte epiloog
vertelde de schrijver, dat hij met zijn ge
trouwen zoo graag wilde voortgaan op de
zen weg het brengen van meer liefde in de
gelooVige harten voor God's verborgen goed
heid.
En het zou jammer zijn als dit niet ge
beurde.
Schrijver, regisseur (Frans Meijer) en spe
lers zijn er zeker toe in staat. En als de on
vermijdelijke première-fouten worden ver
beterd, de tekst hier en daar wat wordt ge
snoeid en er nog wat meer contact wordt
gebracht tusschen muziek en spel (de mu
ziek hoe mooi ook, bracht nu en dan te veel
oponthcu JJ dan kan „Te latens Deltas"
nog verscheidene succesvolle opvoeringen
beleven; we doelen hier ook op de omlig
gende gemeenten, en dan b.v. tijdens dei
Vastentijd, waarin de Kat'-olieken zich moe
<?n onthouden van wereldsch vermaak.
4