m tVEJi laliTffirl ET1GD gflIEUv/S ELCK WAT WILS. TREKJES No. 383. Vervuild en verbongerd temid den van ziin geld. NIEUWE HAARLjEMSCHE COURANT Derde blad Zaterdag 24 Januari 1925 Een deskundig onderzoek Brand te Pntten. De avo«dvg»fl<oon in de Hoofdstad. De deur en de klomp. Op straat gezet. De slappe winter van 1924-1925. De loterij pot. B1NNENLANDSCH NIEUWS. Mgr. dr. Seipel. RECHTSZAKEN. Krommenie tegen Assendelft. De oude mevrouw. Als-meisje was Jo Versteur 'n lief, een voudig ding. Ze schaamde zich er heelemaal niet voor, dat het haar ouders veel moeite en zorg kost te om knap voor de dag de komenen dat ze later hard moest meewerken, om in 't Onderhoud van 't gezin te helpen voorzien. Jo's vader was schildersknecht sukkelde Vaak met z'n borst, zoodat ie van benauwd heid niet kon werken. En 's winters ging er nogal eens 'n serie Weken voorbij, dat er niets te doen was. Dan was 't dikwijls 'n harde tijd voor 't Bezin Versteur. Toen de kinderen grooter werden en mee- verdienden ging 't wat beter. .Maar deze betrekkelijke voorspoed duurde hle' lang, want vader Versteur's borstkwaal ^erd ergeren de man stierf na 'n lang dekbed. Moeder Versteur was nu heelemaal op de Kinderen aangewezen. 1 ff.'f 2*' tot 'lun eer ëezegd, dat ze zich Jotfelijk van hun plicht kweten.... en een beschamend voorbeeld waren voor velen, hie rnet die onderhoudsplicht 'n loópje na men. Ook toen ze zoo van lieverlede trouwden j^ven ze zorgen, dat moeder geen gebrek lo deed 'n voor haar stand „goede partij". £e huwde met 'n procuratiehouder van 'n mke bankinstelling. Moeder Versteur vond 't wel jammer, dat lo zoo ver weg ging, heelemaal naar Gelder land, zoodat ze elkaar wel niet dikwels meer zouden zienmaar ze was blij en geluk kig, dat haar kind 't goed kreeg. Jo Versteur was nu Mevrouw van Horsten donk. En toen ze 'n poosje getrouwd was kwam er eenige verandering in haar karakter. Mevrouw van Horstendonk was niet meer de Jo Versteur van vroeger. Dat kwam allemaal zoo vanzelf haast, door de andere omgeving, ander kennissen, geldmiddelen, enz. Ze ging zich voelen.Ze werd wel geen „trotsche pauw", maar 't „mevrouw-zijn" 't „hier ben ik" lag er wel 'n beetje dik op. 't Liep niet zoo in de gaten, omdat niemand haar van vroeger kende maar was ze in haar geboorteplaats gebleven, dan zouden haar kennissen zeker hebben gezegd, dat Jo Ver steur 'n nuf was geworden, of minstens, dat ze 'n heeleboel verbeelding had gekre gen. Als Jo 't in gezelschap over haar moeder had, dan sprak ze van „de ouwe mevrouw". Intiemere kennissen, die niet al te dom waren, moesten daar inwendig om lachen, want Jo had nog genoeg van haar vroegere klein-burgerlijkheid over gehouden, om te laten bevroeden, dat „de ouwe mevrouw" 'n eenvoudig zieltje moest zijn, die zich deze „titel" nooit zou laten welgevallen Mevrouw van Horstendonk-Versteur ('t klonk verduiveld deftig vond ze zelf) heeft mevrouw Postman op theevisite. Deze is de echtgenoote van notaris Postman heeft heel wat meer „in de melk te brokkelen" dan de van Horstendon ks, is beschaafd, doch een voudig en meent het goed met 't jonge me vrouwtje. -En hoe maakt Uw moeder 't dank u, de ouwe mevrouw maakt 't uitstekend." „Uw moeder is geloof 'k nog niet hier ge weest, wel „Nee.... 't is zoo'n eind reizen, hè.... en ze wordt al 'n dagje ouder moet u denken... Misschien krijg ik 't gedaan, dat ze met mijn verjaardag overkomt." „Zoo.... dat zou voor u beiden heel prettig zijnZe woont immers heel alleen „Ja.dat wil zeggenmet 'n dienst bode natuurlijk.... en dan tweemaal per week 'n werkvrouwzoo'n groot huis, moet u rekenen. Och, ze kon wel kleiner gaan wonen nu ze alleen is, maar ze is nog zoo gehecht aan het oude huis van vader, dat begrijpt u „Zeker begrijp ik dat.vooral als 't eigendom is, dan „Daar heeft u 't.... 't is haar eigendom en dat blijf je dan toch liefst zelf bewonen." „Wat was uw vader's werkkring als 'k vra gen mag?" „Ehrn'n vader zegt u Die had 'n groote schilderszaakmeer voor 't fijne decora tie werk, ziet u,... muur- en plafond-beschildering en zoo meer.... Al tijd groote werken aangenomen." „O juist Jammer, dat uw vader niet zoo oud is geworden, hè „Dat is zeker jammerwe hielden veel van 'mMaar toch ook weer 'n ge luk, dat hij moeder zoo heelemaal zonder de minste zorg kon achterlaten. De zaak gaf 'n rijk bestaan, dus.... Nog 'n kopje thee, mevrouw Postman „Heel graagen dan moet 'k weer gauw naar huis." Mevrouw van HorstendonkVersteur is jarigen„ de ouwe mevrouw" is ook over. jo neeft haar de avond te voren van 't station afgehaald en 's morgens moest moe der Versteur zich, of ze wou of niet, in 'n nieuwe zijden japon steken, die ze van Jo zoo maar present kreeg. Hoe hartelijk Jo en haar man óok waren én hoe ze ook hun best deden 't haar prettig te maken, moeder voelde zich niet „thuis." Ze durfde zich haast niet bewegen, alsof ze bang was, dat de zijden japon zou breken. Ze vond Jo 'n beetje vreemd ook.... zoo niet meer „de oude Jo." Ze had van die maniertjes, die ze van haar moeder nooit' had gezien of geleerd. En 's middags, met de ver jaar-visites, toen ze telkens werd aangesproken met „de ouwe mevrouw"en over dingen hoorde praten waarvan ze heelemaal geen verstand had, raakte ze finaal van de wijs. Ze bleef maar stil zitten, knikte, glim lachte maar eens, doch durfde zoo goed als niet te praten. Mevrouw Postman kwam 't laatst en bleef alleen als „verjaar-visite" over. Ze bemerkte dadelijk, dat „de ouwe me vrouw" zich erg opgelucht voelde na die vreemde drukte. Ze kreeg direct sympathie voor 't stille, eenvoudige menschje en begon op hartelijke toon 'n gesprek met haar, „En hoe bevalt 'f moeder hier be gon ze warm. „Nou, om u de waarheid té zeggen is 't me nog wat vreemd. Ik ben zoo gewend an de heele dag bezig zijn in me eigen huisie met maar twee kamertjes..,." Jo kuchte, maar de „ouwe mevrouw" be greep dat niet. Mevrouw Postman begreep 'i heel best, maar ging gewoon door. „O, zoo,... ja, dan is 't vreemd. Dus u heeft 'f dan toch maar beter gevonden uw groote huis te verlaten en de dienstbode aan kant te doen s len. De vrouw heelt al die jaren trouw haar kamerhuur van 25 gulden in de 3 maanden betaald Haar man, die iê een krankzinni gengesticht ve.-pleegd wordt, heeft een schamel Indisch pensioentje, en nu had men haar pensioen drie maanden ingehouden, zoodat zij met de huur achter geraakte. Met veel moeite had zij het geld nu bijeenge- scharreld en wilde dat bij de komst van den deurwaardei betalen, dock de vrouw die geen besef had \an vervolgingskosten, kon dat bijkomende niet betalen en werd toen maar op straat gezet. Algemeen vond men het schandelijk, dat iemand die zoo goed de huur had betaald in al die jaren en nog liever honger leed dan aan het geld van de huur te komen, nu naar zóó op straat werd gezet. Te Islington (Engeland) werd dezer dagen, naar de Londensche bladen melden, een 45-jarig man. Wm. MacFarlane, gevonden, aan den hongerdood toe en liggende in een kamer van ongeveer vier bij twee meter, die aan alle kanten omringd was met een muur van ruim 65 c.M. dikte, bestaande uit allerlei vuil en afval, zoodat in het midden slechts een zeer smalle gang was opengela ten Om hem te bereiken moest de politie, na de deur gerameid te hebben, zich eerst een tunnel door den onfrisschen muur gra ven Toen het gat gemaakt was en een po- litie-agent er zijn hand doorstak om den beklagenswaardigen bewoner er uit te hel- oen. kroop deze schuw terug Eerst nadat de tunnel verder was uitgegraven en de agen ten er door konden gaan, gelukte het hun, den man, die in een zeer vervuilden staat verkeerde, naar buiten te brengen Bij een nader onderzoek in de kamer bleek Mac Farlane in vrii goeden doen te verkeeren, althans te midden van het vuil werd een aantal waardepapieren gevonden, terwijl de man ook nog 116 p.st. op de spaarbank had staan Een buurman van den zonderling vertelde, dat de man ruim vier jaar op de kamer woonde, geregeld huur betaalde, iederen morgen uitging en dan de meest vreemd soortige dingen verzamelde, als afgebrande lucifers, flesschen melkblikjes, kapot speel goed en dergelidte dingen, die hij in zijn kamer opstapelde Toen de vrouw van dezen buurman hem eenige dagen niet had zien uitrfaan, had zij aan de deur van de kamer geklopt om te zien. of mr MacFarlane in leven was 7ij kreeg flauwtjes ten antwoord': ...Ta, ja, ik ben er, maar ga asjeblieft weg." Na eenirfe dagen waarschuwde zij de politie, die, gelük gemeld de deur forceerde De man is thans naar een ziekenhuis ge bracht. waar men zijn haar geknipt en zijn baard afgeschoren heeft. Hij verkeert in een half bewusteloozen toestand en zeide op een vraag, waar zijn bloedverwanten zijn: ..Ik heb er geen, allen zijn weg." Uit de kamer werden niet minder dan zeven tonnen vol vuilnis gehaald. „De leterijpot is in gevaar, de Staatsloterij zal werden opgeheven.' Ik weet zeker, dat er nog heel wat onder ons zijn, die dat besluit zullen betrèuren voor wie hiermede weer een stukje roman tiek uit hun leven verdwijnt. Onder meerdere personeelen trof men noj een loterijclub aan. Zaterdags na uitbetaling werd de bijdrage voor den loterijppt ingeza meld door een die ook voor de briefjes zorgde. Hij hie'd deze dan in bewaring en deelde aan de anderen de papiertjes uit, waarop de nummers waren vermeld. Num mers met een staart natuurlijk. De contribu tie werd vóór elke loterij vastgesteld en het bedrag was afhankelijk van het meer dere of mindere fortuin, waarmede den vo rigen keer gespeeld was Soms waren e. veel nieten maar ook wel eens wat „eigen geld". Een voordeeltje van een honderdje bleef in den pot, want dat was de moeite niet waard, 't Ging ook wel eens beter, de man een zestig a zeventig pop. Dat hield de tnoed er nog eens in Dan werden er twee op uitgestuurd om de „bubs" te halen, mat permissie van den baas en verzuim voor re kening van den pot. Met een sigaar in den mond kwamen ze terug, hingen bedaard jas en hoed weer aan den kapstok en namen, alsof er niets bijzonder aan de hand was, hun plaats weer in voor de kast Voor een „niet-lid" van den „pot" was de zaak hier mede natuurlijk uit. De verdeeling en be stemming der gelden vond in gezelliger om geving plaats. Er waren er die met elke loterij met nieu we hoop vervuld waren en dus steeds weer 'n „twintigje' namen Altijd weer hadden zij zich opnieuw de hoop gesteld eens een twin tigduizendje te winnen. Dat moest nou toch eens gebeuren; wat zou je dat zilveren goedje in je zakker, laten rammelen. Zoo eens de geldelijke zorg van eiken dag van je af te schudder Stel je vror, dat je nog eens zoo'n boffert had Wat zou je, thuis gekomen, om je vijftig procent een vreugde dans uitvoeren Evenals eertijds de Bossche crwtenman zou je de pan met piepers uit -e vrouw d'r handen slaan om er onmiddei-i'k een paar „uitsmijters" voor in de plaats te laten aanrukken.... voor dezen keer zelfs een pot bier er bij. En dan, dan zou ie ze allen eens in de betere spullen steken tot je iongste spruit toe. Dat droomend genot, dat was de roman tiek van de loterij, wat je al vast had geno ten ook.. al werd het toch weer 'n „niet". Eigenlijk was dit het stille genot wat je tot spelen dreef want dat het er nog eens van zou komen, geloofde je zelf niet. 't Zal niet meer zoo zijn Minister Colijn acht dit alles zondig en de Regeering wil zoo iets niet langer met hare verantwoording dekken. Het is ook zoo. Onze tijd is vol van speculatiezucht en speculatiezwendel en om dat te bekampen beginnen wemet d« Staatsloterij DIKDOENERIJ. Het is bekend, dat de socialistische pers, de vakpers niet uitgezonderd, niet sukkelt aan overmaat van bescheidenheid en t moet al raar gaan, als er bij de beschrijving van een toestand niet iets op gevonden wordt om naar de Katholieke of Christelijke arbeiders beweging te slaan, waarop dan steriotiep een verheerlijking van eigen beweging volgt. Als dat over beginselen ging, was er niets tegen in te brengen, maar het betreft bijna uitsluitend practisch werk en dan is het toch moeilijk te verklaren, hoe overigens ernstige menschen zich tot zulke dikdoenerij laten verleiden. Zoo vond ik in „Het Volk" van 20 Jan. j.l. een beschrijving over de toestanden onder de landarbeiders in de bouwstreek van Friesland, waaraan de schrijver „W. B." zich terdege heeft geërgerd. Wat uiteraard zijn recht is en waarin hij allicht niet alleen staat. Maar als dat dan af is, besluit hij met de volgende tirade: „Er is op deze dorpen natuurlijk geen vakbeweging, althans niet van eenige beteekenis. Geen moderne, en dus geen confessioneele. Want- die komt alleen daar, waarzijdearbeiders vdnde socialistische, dat is duivelsche klassen- trijdkan'afhoude n". (Spat. van mij A. J. L.) Nu is het inderdaad waar, dat ieder die nog maar eenigszins Christelijk denkt, er al les op zal zetten om te voorkomen, dat Christelijke arbeiders tot organisaties toe treden die op het standpunt van den klas senstrijd staan. Niet alleen omdat een dergelijk stand punt onvereenigbaar is met den Godsdienst, maar óók, omdat zelfs bloot stoffelijk ge dacht van den klassenstrijd niets goeds kan verwacht worden, zooals Macdonald en Thomas toch niet zoo maar de eersten de besten al duidelijk genoeg te verstaan ga ven. Maar daaruit volgt nog niet, dat de con fessioneele organisaties pas opgericht wor den als er een socialistische is. Gelukkig is 't een klein beetje anders. En met name bij de landarbeidersorganisaties treft de schrijver 't al zeer slecht. Misschien kon het nuttig voor hem zijn wanneer hij de datums van oprichting eens naging van den „Modernen" en R.-K. Landarbeiders- bond. Laatstgenoemde is opgericht 4 Januari 1904, zoodat het onderzoek hem niet te veel moeite kan bezorgen. Voorts zou hij een poging kunnen wagen om te achterhalen hoe de landarbeidersor ganisatie zich ontwikkeld heeft in de bloem bollenstreek, in het Westland, in de Rijn streek, in West-Brabant, in Z. Vlaanderen om het daarbij maai; te laten en hij zou door de feiten gedwongen worden te erken nen, dat zijn groot woord hier al heel erg misplaatst is. 't Is dikdoenerij zonder eenfge kennis van taken. A. J. L. HET WERKLIEDENVERBOND EN DE BEDRIJFSORGANISATIE. Er is al heel wat te doen geweest over het vraagstuk der bedrijfsorganisatie en de medezeggenschap der arbeiders. Het groote bezwaar, dat door iedereen gevoeld werd, was evenwel, dat er geen eenheid van ge voelen bestond en dezelfde woorden voor verschillende personen een gansch andere beteekenis hadden. De tegenstanders hebben daarvan dan ook een zeer ruim en dankbaar gebruik gemaakt. Bovendien was er groot verschil van in zicht omtrent hetgeen moest worden na gestreefd, of men in hoofdzaak de medezeg genschap moest nastreven in het bedrijf (complex van ondernemingen) of in de on derneming zelve. Allemaal zaken waarover verschillende uitingen vernomen werden, waardoor de toch al niet geringe verwarring grooter werd. Het R.-K. Werkliedenverbond heeft in zijn korte bestaan dus wel heel nuttig werk ver richt, om de studie, door ons R.-K. Vakbu reau destijds reeds begonnen, met kracht voort te zetten, zoodat op de vergadering van de Vakbondsbesturen, j.l. Dinsdag te Utrecht gehouden, volledige overeenstem ming is verkregen. P.?.or j Verbondsbestuur zullen nog ver schillende kleine redactiewijzigingen over wogen worden, zoodat ik mij er niet aan >vaag om het vastgestelde woordelijk weer te geven, te minder waar het Verbondsbe- ?tuur wel voor voldoende publiciteit zal zor gen, maar wel wil ik als mijn meening te kennen geven, dat ik het bereikte resultaat an zeer groote beteekenis acht voor de ar- leiders op de eerste plaats maar ook voor allen die zich om een of andere reden voor M vraagstuk interesseeren. Men zal zich niet langer kunnen beroepen 9P het met te loochenen feit, dat men niet met vaststaande begrippen te doen heeft nu een definitie is gegeven, waarmede de ge- heele R.-K. Vakbeweging zich heeft ver- eenigd. Zeer duidelijk is nu ook omschreven hoe" men zich de werking, bevoegdheden en sa menstelling van de bedrijfsorganisatie denkt. Men kan het daarmede, ^venals in het verleden, al dan niet eens zijn, maar men zal zich niet gemakkelijk meer kunnen verschui len achter de uiteenloopende meeningen on der de Katholieke arbeiders zelf. Wat betreft de vraag: bedrijfsraad-onder- nemingsraad, ook hierin is een oplossing ge vonden die algemeen bevrediging zal vinden. De klemtoon ligt het spreekt wel haast van zelf pp de organisatie van het bedrijl (complex van ondernemingen), maar daar naast is plaats gelaten voor ondernemings raden die op hun terrein aan de vervulling van de aangegeven taak kunnen werken en een nauwere samenwerking tusschen werk gever en werknemer kunnen bewerkstelligen In het ontwerp en plan is uiteraard ook rekening gehouden met de belangen van de consumenten, wat niet wegneemt dat de be langen van de producenten daaraan niet on dergeschikt kunnen zijn; kortom er is over verschillende onderdeelen nog heel wat te zeggen, maar het., groote feit blijft, dat er althans in onze R.-K, Arbeidersbeweging al- geheele overeenstemming is bereikt. A. J. L. DE LAND ARBEIDERS WET. Zooals de bladen al reeds hebben bericht, heeft het hoofdbestuur van „St. Deus Dedit" een adres tot de Tweede Kamer gericht, waar bij het wijst op de groote bezwaren welke er z.i. voor de landarbeiders aan het inge diende ontwerp vastzitten. Het zou te veel plaatsruimte vragen om de breedvoerige nota in haar geheel over te ne men, maar het wil mij voorkomen, dat de twee hoofdbezwaren, n.l. die welke in art. II. en art. V van het ontwerp gelegen zijn, toch wel van voldoende belang zijn, om e hier een plaatsje te geven ARTIKEL II. (Wijziging van Art. 3, sub f der wet.) De Regeering wil dat de arbeider, die een plaatsje verkrijgt voortaan niet ten minste 1/10 van f 4000.zelf zal bezitten, gelijk thans het geval is, maar 1/5 van dat bedrag, dus f 800.in plaats van f 400.Zij wil hierdoor voorkomen, dat de arbeiders ver' plichtingen op zich nemen, welke hunne fi- nancieele draagkracht te boven gaan, waardoor zij zichzelf en hun credietgevers aan gevaar voor verlies blootstellen. Waar de Regee- ring beoogt naar zij zegt den landar beider in zekeren zin tegen zichzelf te be schermen, zij het ons veroorloofd mede te deelen, dat de Landarbeiders'in onze orga nisatie vereenigd van een zekere bescher ming van Overheidswege allerminst afkeerig zijn, doch zij bespeurden daarvan tot heden niet veelvan eene bescherming als de Re geering hier beoogt zijn zij echter allerminst gediend. Wat betreft den meerderen waar borg, welke aan Gemeentebesturen, Vereeni- gingen en Stichtingen zal worden verstrekt, wil het ons voorkomen, dat die waarborg door niets geboden wordt. Wel zal hier of daar in een of ander op zichzelf staand geval misschien nadeel geleden zijn, maar van een bezwaar van meer algemeenen aard is ons niets gebleken. Wij meenen dan ook dat noch de Gemeenten, noch de Vereenigingen en Stichtingen om die meerdere bescher ming hebben verzocht. De Regeering wijdt hier dus haar goede zorgen aan partijen, die daarom niet verzoch ten en waarvan het meerendeel, zoo niet allen, in dit opzicht afkeerig zijn. Wij wenschen er nog uitdrukkelijk de aan dacht op te vestigen, dat volgens het oorspron kelijke wetsontwerp de landarbeider zelf slechts f 250.behoefde te bezitten, later werd dit verhoogd tot f 400.terwijl thans voorgesteld wordt dit op te voeren tot f 800. In den regel zal het den degelijken landar beider niet moeilijk vallen om geld op hypo theek te bekomen, wanneer hij zelf 30 van de waarde van het onderpand verschaft. Bij het Rijk moet hij, indien het ontwerp tot wet zou worden verheven, 20 verschaf fen. De wet zal dus alleen maar beteekenis hebben voor hen, die wel 20, doch geen 30 zelf kunnen verschaffen. De waarde van de wet wordt hierdoor sterk verminderd. Vrij wel de eenig overblijvende waarde schuilt in de gunstiger voorwaarden, waarop het voorschot wordt verschaft, maar ook die voor waarden verliezen aan beteekenis, door de wijziging vervat in art. V. van het ontwerp ten aanzien van den rentevoet. ARTIKEL V. (Wijziging van art. 9 der wet.) van voorschotten, welke thans volgens de wet 4 bedraagt, jaarlijks door de Minis ters van Landbouw en Financiën te doen vaststellen en ook de ainuiteit, welke thans vanaf het derde jaar 5 4/5 bedraagt, (Art. 34, 2de lid) door deze Ministers jaarlijks te doen bepalen. In de eerste plaats rijst de vraag, ol deze wijziging eventueel gevolgen zou hebben voor hen, die onder de thans vigeerende bepalingen in het genot zijn van voorschot ten. Dit zou ons in hooge mate bedenkelijk voorkomen. De gewijzigde rentebepaling wordt in de Memorie van Toelichting verdedigd op grond van het feit, dat de Staat zelf thans tegen veel hoogere rente moet leenen, zoodat op de ze vborschotten wordt verloren en verder op grond van het voorbeeld der Woningwet. Wat het eerste motief betreft, deszelfs kracht hangt af van het standpunt dat men inneemt nopens de vraag, welk geldelijk offer 's Rijks schatkist jaarlijks kan en mag bren gen voor de belangen, welke door de Land- arbeiderswet worden gediend. Wij achten deze offers zelfs thans niet te hoog en willen er bovendien op wijzen dat de toestand van 's Rijks schatkist toch in de toekomst ver moedelijk beter zal zijn dan thans het geval ■is en dat deze voorschotten over meer dan 30 jaar loopen, dus over een tijdvak, waarin vermoedelijk slechts een klein gedeelte van deze malaisejaren zal vallen. Bovendien kan de rentestandaard in latere jaren een compen satie opleveren tegenover de geldelijke offers van deze eerste jaren. Wat het voorbeeld der Woningwet betreft, meenen wij te mogen opmerken, dat dit ook reeds bestond, toen de Landarbeiderswet tot stand kwam. Dit vraagstuk is toen dege lijk onder het oog gezien en doelbewust is toen het voorbeeld der Woningwet niet geko zen. Wij brengen in herinnering dat aanvan kelijk de rentevoet op 3%% was bepaald en deze later op 4% werd gebracht en dat de Minister van Financiën toenmaals met de vaste rente accoord ging, ook omdat de land- arbeiders-commissiën uit de Wet waren ver vallen, en andefe bepalingen, welke veel geld zouden hebben gekost, uit het ontwerp waren weggenomen. Uit dien hoofde meende men een vaste rente wel te kunnen aanvaarden, Ook werd gewezen op het vaste percentage, althans als maximum, in Zweden, Noorwegen Denemarken en Pruissen. Wat de rente van 4% betreft, stelde de heer Schaper, met medewerking van den heer de Wykersloot de Weerdesteijn voor, deze als maximum vast te stellen, terwijl dit voorstel slechts met 2 stemmen meerderheid werd verworpen. Een toenmaals door den heer Snoeck Hen- kemans gedaan voorstel om de rente bij al gemeenen maatregel van bestuur vast te stel len, kon, na bestrijding door den heer Van Doorn, slechts 5 stemmen behalen. Zoo koos de Tweede Kamer in deze rente- kwestie zeer doelbewust haar standpunt Wat nu wordt voorgesteld, gaat zeer ver Niet een algemeene maatregel van bestuur stelt de rente vast, maar de betrokken Mini sters doen dit. Zij zullen door niets gebonden zijn, zelfs niet aan eenig verband met den koers der Nationale Schuld op de Beurs te Amsterdam. De Staten Generaal geven iede ren im Led prijs, zoodat men zelfs de moge lijkheid van willekeur zou kunnen veron derstellen. Thans een en ander naar aanleiding van het deskundig onderzoek. Het lijk werd met de kist naar een scheikundig laboratorium vervoerd, alwaar de eerste politie-techni- sche beschouwing plaats vond. In hoofd zaak had dit onderzoek plaats ten einde na te gaan, of zich ook vreemde voorwerpen in de kleeding of in de kist bevonden; de gerechtelijke schouwing ter vaststelling van de doodsoorzaak werd. nadat het geraamte van de kleeding ontdaan was. verricht in 't schouwinglokaal van het Wilhelmina-gast- huis en wel door medici Dit is nog niet afgeloopen. Naar aanleiding van het laboratorium-on derzoek werd een rapport samengesteld, steld en waarin echter ook gesproken wordt over de doodsoorzaak. Bij het vinden werd geconstateerd, dat de kist geheel vochtig was. Hier en daar was zij reeds verrot en aan alles was te zien. dat zij in een vochtigen bodem begraven was. Vooral de buitenzijde had geleden en wel in dier voege, dat niet met zekerheid kon worden gezegd, of zij beschilderd was of niet. De ijzeren hengsels, die ten getale van twee aan. de buitenzijde waren aange bracht, vertoonden een dikke roestlaag. Aan het geraamte bevond zich nog ter plaatse waar dikke deelen waren geweest, eenig vleesch. dat in hooge mate van ont binding verkeerde. Nadat de gedeeltelijk vergane kleeren verwijderd waren, bleek, De bedoeling van dit artikel is de tents dat geen kogel in het stoffelijk overschot te vinden was Ook in dè kleedéren of op den bodem van de kist was niets van dien aard te vinden. Het skelet zelf droeg spo ren van een zeer vochtigen bodemgesteld heid, en was op de gewone wijze uitgesla gen Gebleken is, dat de rioolput dikwijls overliep, waardoor de kist met inhoud tel kenmale met afvoerwa'er werd gedrenkt, hetgeen een snelle ontbinding in de hand werkte. Toch (jeeft deze ontbinding niet veel sneller plaats gehad dan wanneer het lük op de gewone wijze op een begraaf plaats was ter aarde besteld De normale vertering heeft binnen tien jaren plaats en daarom spreekt de begrafeniswet dan ook over een termijn van 10 jaren, binnen den welken de graven niet geruimd mogen wor den. Geen van de beenderen vertoonde een beschadiging. Hierdoor is de mogelijkheid niet uitgesloten, dat de doodsoorzaak het gevolg zou kunnen zijn van een dolksteek of een revolverschot. Een kogel kan door het lichaam gaan zonder beenderen te ra ken en een mes kan doodeliik treffen, zonder dat het lemmet op het been stuit Toch mag met alle waarschijnlijkheid wor den aangenomen dat geen wapenen bij het ombrengen van het slachtoffer zün ge bruikt Worging laat soms on het gebeente sporen na, doch lang n;et altijd Onder de ze laatstbedoelde- gevallen zou da' -van het slachtoffer te rekenen vallen welk sterk >-ermoeden gestaafd wordt door de beken tenis van den dader, die er van sprak da' Mi in ziin drift misschien den man geworgd had. Ook is gedacht aan electrocutie Het on derzoek is mede in d„ze richting gegaan en uit een kleine on'dekking zou eventueel af te leiden vallen, dat de ongelukkige in aan raking is gebraeht met een zwaren electri- schen stroom Het is ech'er niet aan te nemen. dat de electrocutie zou hebben nlaats gevonden door mjdd„] van stroom van bet gemeentenet, daar de dader dan speciale en alleszins geraff'neerde maatre gelen bad moeten nemen om bewusteloos heid nf dood bii ziin slachtoffer te kunnen veroorzaken. Dood. door midde] van ^lectrischen stroom, moet dan ook. gezien de omstandig heden niet zeer waarschijnlijk geacht wor den. In Amsterdam lien een gerucht, als zou de dader zich in zün cel van het leven hebben beroofd Opbleken is, dat dit ver-/ haal op zuivere fan'asie berust Vrijdag morgen nog is de dader in het kabinet van den rechter van instructie verschenen. Te Putten op de Veluwe ontstond Dins dagnacht te 12 uur brand in de als garage ingerichte oude schuur achter bet buis van den autoverhuurder Beitma De schuur brandde in een uur tiids af. Het aangebouw de wconhuis ble°f dank zit bet actieve op U-eden der vriiwillige brandweer, gesnaard De snooraufobus en een Snükeraufo ver brandden. zoodaf het dorn Putten thans v/eer zün verbinding met bet on een half uur afstands gelegen station voorioonig moet missen. Het buis en de auto's waren verze kerd de wagens echter heel laag. („Hbd "1 De toegang tot winkels belet. Evenals vorige avonden waren ook Woensdagavond weer verschillende winkels in consumptie-artikelen te Amsterdam ge opend. In enkele buurten scheen de politic- instructie te hebben gekregen het publiek den toegang tot den winkel te beletten. Dit heeft in het bijzonder in de J. P. Heyestraat aanleiding gegeven tot enkele oploopjes voor de geopende winkels, waarvoor een politieagent stond geposteerd. Hierbij is de heer Levisson, voorzitter van de Vereeniging van Amsterdamsche Winkeliers, door welke organisatie, zooals men weet een actie wordt gevoerd, door twee agenten uit een winkel verwijderd. De heer Levisson zou zich bij den burgemeester hierover bekla gen. Ook in de Admiraal de Ruyterbuurt wer den verschillende winkels door de politie gepost. De deuren in.de vestibule van het Rotter- damsche postkantoor zijn onlangs door andere vervangen, omdat zij zoo zwaar waren, dat personen, die niet over lichaams kracht beschikten, ze niet open konden duwen De revolverdeuren, die daarna zijn in ge bruik genomen, blijken ook al niet te vol doen. Woensdagnamiddag raakte een man tusschen een der deuren bekneld, doordat een zijner klompen bleef vastzitten Er ging bijna een uur mee heen voor men Hem uit zijn niet te ruime ei zoo goed als lucht dicht afgesloten gevangenis had bevrijd Dinsdagavond werd in het armste gedeelte der St. Anthoniusstraal te Maastricht een vrouw met twee kindezen op straat gezet 7.ii hebben met hun drieën den nacht in de open lucht doorgebracht, bii een temperatuur van eenige graden onder het vriespunt Den vol genden morgen zat de vrouw balf versuf' en verkleumd, met haar armelijke meubeltjes hij een rookend kacheltje, dat medelijdende buren, die 't zelf haast niet hebben, met bij elkaar gebedelde kolen, voor haar hadden aangemaakt De buurvrouwen vertelden, dat he' huis of liever het krotje, waarvan de vrouw reeds 1'6 jaar lang een kamer be woont, in eigendom toebehoort aan de weduwe Gidello-Wittelings, die in Luik woont en de huur door anderen laat opha- De kans om in Januari nog schaatsen te rijden, is vrijwel uitgesloten. De Amster damsche Filiaal-inrichting van het Kon Ned. Meteorologisch Instituut deelt daarover aan het Hbld." het volgende mede: Willen wij vri"-d weer krijgen, dan zou in het Noorden een gebied van hoogen druk moeten komen. Op het oogenblik schijnt daar weinig kans voor. In het TJszeegebied is juist de druk zeer laa*. De depressie litft trouwens te ver van ons af im invloed op de weersgesteldheid hier te oefenen, zojdat ook de kansen op re-c^n zeer groot zün. De harometc"«tanden in ons land ziin abnormaal hoog. Wij liggen vrijwel midden in een gebied van hoogen druk, d t zich Zaterdag norf heeft uitgebreid. De kern ligt iets naar het Zuid-Oosten, zoo dat wij Zuidelijke tot Westelij'ke winden hebben. De windkracht is echter uiterst ge ring. Aan—ijzingen, dat de toestand spoedig za! veranderen, zijn er niet. Het ziet er naar uit dat bet mistige w er no* zal aanhouden Vorstgebieden zijn er alleen in midden Zweden, waar de temperatuur is 3 gr C„ d. w. z. nog 12 gr. boven normaal, en in een deel van Zuid-Frankrijk, dat de kern van het hooge drukgebied Noordelijk van zich heeft. Verder deeltgenoemde inrichting aan de „Tel." nog het volgende mede; De hooge barometerstand der laatste da gen, wekte bij sommigen het vermoeden, dat met, den hoogsten stand (783.1) op 19 Ja nuari 11 u. n.m. een record zou zijn bereikt. Dit is niet juist. Volgens de waarnemin gen aan de inrichting verricht sinds Augus tus 1887, werd die stand in vijf gevallen overtroffen, zooals onderstaande tabel aan geeft. Zij bevat de standen van 780 of hoo- ger welke sinds genoemd tijdstip zijn voor gekomen en de daar gegeven barometer hoogten zijn herleid tot zeespiegel en 0 gr C. 13 Jan 3 Jan 18'Nov 18 Febr 19 Dec 29 Dec 9 Jan 3 Febr 21 Nov 2? Dec 13 Ian 26 Tan 17 Nov 31 Tan. 1 Febr 1888—780.2 22 Jan. 1889—781.3 27 Jan 1839—780.3 11 Dec. 1891—780.0 21 Dec 1891—781.9 2 Jan 1893—783.5 4 Jan 1896781.5 31 Jan 1806—782.3 1 Febr 1897—781.0 20 Nov 1897—780.7 26 Febr 1898—780.2 8 Febr 1809—780.0 5 Febr 1899—780.0 27 Febr 1902—782.6 16 Nov 1902—782.6 19 Jan De zeer hooge barometerstanden komen dus bij voorkeur in de wintermaanden voor en buitengewoon zeldzaam zijn zij niet. 1904—780.5 1905783.2 1905-7838 1906-780.3 1907-786.6 1909—780.3 1911—781.9 1911-782.0 1915—782.0 1918- 780 4 1919_78?.6 1970-780.2 1971 - 781 7 1922—780 2 1025 783 1 In het „Orgaan", Weekblad van den Ned. R.-K Grafischen Bond. schrijft „Simon": Op uitnoodiging van het bestuur van Vereeniging NederlandOostenrijk heeft de voor korten tijd afgetreden Oostenrijksche bondskanselier mgr. dr Seipel zich als be kend, bereid verklaard een aantal spreek beurten in Nederland te komen vervullen, in verschillende plaatsen op het eind van Fe bruari of in het begin van Maart. Het bestuur van de vereeniging Neder land—Oostenrijk heeft tot de heeren rn.gr, prof dr. W H. Nolens, minister van Staatj prof jhr. dr. W J. M. van Eysinga te Lei den; mr J J Harte van Tecklenburg. lid van den Raad van State; mr D A. P. N Kooien, president van '1 Permanente Hof van Inter nationale Justitie; en C E Ter Meulen. te Amsterdam, het verzoek gericht om zich voor het optreden van mgr Seipel in Neder land en in hef bijzonder voor de eerste spreekbeurt, welke te 's-Gravenhage zal worden gehouden, te willen vereenigen tot een comité van ontvangst, waartoe zij zich bereid hebben verklaard. Vechtpartij op het Centraal-Station te Amsterdam. In den avond van den len Kerstdag in 1923 gingen met een zelfden trein uit Am sterdam naar de Zaanstreek een groep jon gens uit Krommenie en een groep jongens uit Assendelft Op het perron begon het met schelden, weldra vielen er klappen en ten slotte werd er een gestoken Voor den da der werd een jongen uit Krommenie aange zien. Terzake van het deelnemen aan een vechtpartij werd hij op 1 Juli door de Vierde Kamer der Amsterdamsche Rechtbank con form den eisch van het O.M tot 6 weken gevangenisstraf veroordeeld. Hiertegen ging de veroordeelde in hooge» beroep Hij zeide. onschuldig aan de mes steek te zijn Alle jongens namen aan de vechtpartij deel en hij achtte het onbillijk als eenige te worden gestraft De procureur-generaal Mr Dr. G. J. M. van Geuns vond de straf wat zwaar en vor derde 14 dagen gevangenisstraf. Mr Reuls verdedigde beki en hield vol, dat zijn aandeel in de vechtpartij gering is geweest Het Hof, heden arrest wijzende, veroor deelde bekl conform den eisch van den pro cureur-generaal tot 14 dagen gevangenis straf „Groote huis Dienstbode Wie heb u iat verteld „Nee, nee, dan vergis ik medan ber. ik bepaald in de war met de oude mevrouw Steendorp." „Ik voor mijn heb 'r tenminste nooit n groot huis met boje op na gehouwen. Ik heb me heele leven'zelf hard geploeterd en daar schaam ik me heelemaal niet voor." „Dat is prachtigdat mag 'k graag hooren." „Nee hoor, ik ben blij, dat me kinderen 't illemaal best hebben „gedaan," maar 'k ga d'r trotsch op, dat ze van mij 't werken heb ben geleerd, en ook wat zorg en zuinigheid is. Dar kan hun allemaal goed te pas komme in nun latere leven." Uw man werd helaas niet oud, hè „Neede stumperd had 't altoos al te kwaad met de borstigheiden dan altijd dat buitenwerk in kou en regen en wind dikwels. Z'n baas dee wel alle moeite, om 'm zooveel mogelijk an 't binnenwerk te zetten, maar altijd ging dat natuurlijk niet. Ja mevrouw, ik weet wat zorg en ontbering is, en daar weet Jo ook van mee te praten, niet Jo 't Kind heb altijd hard meege sjouwd dat zal 'k trouwens alm'n kinderen in eere nageven. En dat ze nou nog zoo goed voor hun ouwe moeder blijven zorgen, daar zal Onze-Lieve-Heer hun voor zegenen, 'k Zou anders warentig ook niet weten hoe 'k rond moest kommeme goeie man is altijd sukkelend geweest.... en 's winters soms maanden, dat de baas geen werk voor 'm had.... U begrijpt dus wel hoe ik er voor stond toen ie kwam te overlijden- Maar met zuinigheid en overleg, niewaar Ach, en ik woon goedkoop.2.75 huur.En dan me ouderdomsrente met wat de kinderen d'r bij doengeen klagen hoor, heelemiél l niet.- Maar als To me niet vooruit 't reis geld had opgestuurd, dan zou 'k toch nie hebbe kenne komme, hoorWat scheelt je, Jo Wat doe je druk en zenuwachtig kind Toe, kom nou es hier zittenmet mevrouw Postman valt nog es gezellig te praten..., Ja, hoe vindt u 't, mevrouw.... ik most en ik zou vanmorgen deze japon an- trèkkendie heb Jo expres voor me ge kocht hier. Vindt u 't geen zonde 'k Heb Jat soort goed nooit van me leven gedragen 'k voel me d'r niks lekker in...." Schaamrood liet Jo mevrouw Postman uit. Ze wou verontschuldigingen gaan zeg gen, ma3r mevrouw Postman was haar voor. „Wees gerust, mevrouwtje, ik zal 't aan niemand vertellen, 't Was me alleen te doen, om u 'n klein lesje te geven. Of neemt u dat niet aan van 'n vrouw van vijftig. d|e.'f goed met u meent „Ik neem 't aan, mevrouwen „Stil maarik geloof 't, want ik ken nu uw moeder.... dat zegt alles...." Mevrouw Postman nam hartelijker dan ooit afscheid. Jo kwam weer binnen, gaf haar moeder 'n zoen, begon te huilen en biechtte alles eerlijk op. En toen ze 'n half uurtje met elkaar had den gepraat was Mevrouw van Horstendonk weer de Jo Versteur van vroeger. En later, als men vroeg hoe „de ouwe mevrouw" 't maakte, dan zei Jo „Moeder maakt 't best, en zoo gauw ze niet meer zoo goed voort kan komt ze bij ons inwonen." G. N.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1925 | | pagina 9