m
tVEJi
laliTffirl
ET1GD
gflIEUv/S
ELCK WAT WILS.
TREKJES
No. 383.
Vervuild en verbongerd temid
den van ziin geld.
NIEUWE HAARLjEMSCHE COURANT
Derde blad Zaterdag 24 Januari 1925
Een deskundig onderzoek
Brand te Pntten.
De avo«dvg»fl<oon in de
Hoofdstad.
De deur en de klomp.
Op straat gezet.
De slappe winter van 1924-1925.
De loterij pot.
B1NNENLANDSCH NIEUWS.
Mgr. dr. Seipel.
RECHTSZAKEN.
Krommenie tegen Assendelft.
De oude mevrouw.
Als-meisje was Jo Versteur 'n lief, een
voudig ding.
Ze schaamde zich er heelemaal niet voor,
dat het haar ouders veel moeite en zorg kost
te om knap voor de dag de komenen
dat ze later hard moest meewerken, om in 't
Onderhoud van 't gezin te helpen voorzien.
Jo's vader was schildersknecht sukkelde
Vaak met z'n borst, zoodat ie van benauwd
heid niet kon werken.
En 's winters ging er nogal eens 'n serie
Weken voorbij, dat er niets te doen was.
Dan was 't dikwijls 'n harde tijd voor 't
Bezin Versteur.
Toen de kinderen grooter werden en mee-
verdienden ging 't wat beter.
.Maar deze betrekkelijke voorspoed duurde
hle' lang, want vader Versteur's borstkwaal
^erd ergeren de man stierf na 'n lang
dekbed.
Moeder Versteur was nu heelemaal op de
Kinderen aangewezen.
1 ff.'f 2*' tot 'lun eer ëezegd, dat ze zich
Jotfelijk van hun plicht kweten.... en een
beschamend voorbeeld waren voor velen,
hie rnet die onderhoudsplicht 'n loópje na
men.
Ook toen ze zoo van lieverlede trouwden
j^ven ze zorgen, dat moeder geen gebrek
lo deed 'n voor haar stand „goede partij".
£e huwde met 'n procuratiehouder van 'n
mke bankinstelling.
Moeder Versteur vond 't wel jammer, dat
lo zoo ver weg ging, heelemaal naar Gelder
land, zoodat ze elkaar wel niet dikwels meer
zouden zienmaar ze was blij en geluk
kig, dat haar kind 't goed kreeg.
Jo Versteur was nu Mevrouw van Horsten
donk.
En toen ze 'n poosje getrouwd was kwam
er eenige verandering in haar karakter.
Mevrouw van Horstendonk was niet meer
de Jo Versteur van vroeger.
Dat kwam allemaal zoo vanzelf haast, door
de andere omgeving, ander kennissen,
geldmiddelen, enz.
Ze ging zich voelen.Ze werd wel geen
„trotsche pauw", maar 't „mevrouw-zijn"
't „hier ben ik" lag er wel 'n beetje dik op.
't Liep niet zoo in de gaten, omdat niemand
haar van vroeger kende maar was ze in haar
geboorteplaats gebleven, dan zouden haar
kennissen zeker hebben gezegd, dat Jo Ver
steur 'n nuf was geworden, of minstens,
dat ze 'n heeleboel verbeelding had gekre
gen.
Als Jo 't in gezelschap over haar moeder
had, dan sprak ze van „de ouwe mevrouw".
Intiemere kennissen, die niet al te dom
waren, moesten daar inwendig om lachen,
want Jo had nog genoeg van haar vroegere
klein-burgerlijkheid over gehouden, om te
laten bevroeden, dat „de ouwe mevrouw"
'n eenvoudig zieltje moest zijn, die zich deze
„titel" nooit zou laten welgevallen
Mevrouw van Horstendonk-Versteur ('t
klonk verduiveld deftig vond ze zelf) heeft
mevrouw Postman op theevisite. Deze is de
echtgenoote van notaris Postman heeft heel
wat meer „in de melk te brokkelen" dan de
van Horstendon ks, is beschaafd, doch een
voudig en meent het goed met 't jonge me
vrouwtje.
-En hoe maakt Uw moeder 't
dank u, de ouwe mevrouw maakt 't
uitstekend."
„Uw moeder is geloof 'k nog niet hier ge
weest, wel
„Nee.... 't is zoo'n eind reizen, hè....
en ze wordt al 'n dagje ouder moet u denken...
Misschien krijg ik 't gedaan, dat ze met
mijn verjaardag overkomt."
„Zoo.... dat zou voor u beiden heel
prettig zijnZe woont immers heel
alleen
„Ja.dat wil zeggenmet 'n dienst
bode natuurlijk.... en dan tweemaal per
week 'n werkvrouwzoo'n groot huis,
moet u rekenen. Och, ze kon wel kleiner
gaan wonen nu ze alleen is, maar ze is nog
zoo gehecht aan het oude huis van vader,
dat begrijpt u
„Zeker begrijp ik dat.vooral als 't
eigendom is, dan
„Daar heeft u 't.... 't is haar eigendom
en dat blijf je dan toch liefst zelf bewonen."
„Wat was uw vader's werkkring als 'k vra
gen mag?"
„Ehrn'n vader zegt u Die had
'n groote schilderszaakmeer voor 't
fijne decora tie werk, ziet u,... muur- en
plafond-beschildering en zoo meer.... Al
tijd groote werken aangenomen."
„O juist Jammer, dat uw vader niet
zoo oud is geworden, hè
„Dat is zeker jammerwe hielden
veel van 'mMaar toch ook weer 'n ge
luk, dat hij moeder zoo heelemaal zonder
de minste zorg kon achterlaten. De zaak
gaf 'n rijk bestaan, dus.... Nog 'n kopje
thee, mevrouw Postman
„Heel graagen dan moet 'k weer
gauw naar huis."
Mevrouw van HorstendonkVersteur is
jarigen„ de ouwe mevrouw" is ook over.
jo neeft haar de avond te voren van 't
station afgehaald en 's morgens moest moe
der Versteur zich, of ze wou of niet, in
'n nieuwe zijden japon steken, die ze van Jo
zoo maar present kreeg.
Hoe hartelijk Jo en haar man óok waren
én hoe ze ook hun best deden 't haar prettig
te maken, moeder voelde zich niet „thuis."
Ze durfde zich haast niet bewegen, alsof
ze bang was, dat de zijden japon zou breken.
Ze vond Jo 'n beetje vreemd ook.... zoo
niet meer „de oude Jo." Ze had van die
maniertjes, die ze van haar moeder nooit'
had gezien of geleerd.
En 's middags, met de ver jaar-visites,
toen ze telkens werd aangesproken met „de
ouwe mevrouw"en over dingen hoorde
praten waarvan ze heelemaal geen verstand
had, raakte ze finaal van de wijs.
Ze bleef maar stil zitten, knikte, glim
lachte maar eens, doch durfde zoo goed als
niet te praten.
Mevrouw Postman kwam 't laatst en bleef
alleen als „verjaar-visite" over.
Ze bemerkte dadelijk, dat „de ouwe me
vrouw" zich erg opgelucht voelde na die
vreemde drukte. Ze kreeg direct sympathie
voor 't stille, eenvoudige menschje en begon
op hartelijke toon 'n gesprek met haar,
„En hoe bevalt 'f moeder hier be
gon ze warm.
„Nou, om u de waarheid té zeggen is 't
me nog wat vreemd. Ik ben zoo gewend an
de heele dag bezig zijn in me eigen huisie
met maar twee kamertjes..,."
Jo kuchte, maar de „ouwe mevrouw" be
greep dat niet. Mevrouw Postman begreep
'i heel best, maar ging gewoon door.
„O, zoo,... ja, dan is 't vreemd. Dus
u heeft 'f dan toch maar beter gevonden
uw groote huis te verlaten en de dienstbode
aan kant te doen
s
len. De vrouw heelt al die jaren trouw haar
kamerhuur van 25 gulden in de 3 maanden
betaald Haar man, die iê een krankzinni
gengesticht ve.-pleegd wordt, heeft een
schamel Indisch pensioentje, en nu had men
haar pensioen drie maanden ingehouden,
zoodat zij met de huur achter geraakte. Met
veel moeite had zij het geld nu bijeenge-
scharreld en wilde dat bij de komst van den
deurwaardei betalen, dock de vrouw die
geen besef had \an vervolgingskosten, kon
dat bijkomende niet betalen en werd toen
maar op straat gezet. Algemeen vond men
het schandelijk, dat iemand die zoo goed de
huur had betaald in al die jaren en nog liever
honger leed dan aan het geld van de huur te
komen, nu naar zóó op straat werd gezet.
Te Islington (Engeland) werd dezer dagen,
naar de Londensche bladen melden, een
45-jarig man. Wm. MacFarlane, gevonden,
aan den hongerdood toe en liggende in een
kamer van ongeveer vier bij twee meter,
die aan alle kanten omringd was met een
muur van ruim 65 c.M. dikte, bestaande uit
allerlei vuil en afval, zoodat in het midden
slechts een zeer smalle gang was opengela
ten Om hem te bereiken moest de politie,
na de deur gerameid te hebben, zich eerst
een tunnel door den onfrisschen muur gra
ven Toen het gat gemaakt was en een po-
litie-agent er zijn hand doorstak om den
beklagenswaardigen bewoner er uit te hel-
oen. kroop deze schuw terug Eerst nadat de
tunnel verder was uitgegraven en de agen
ten er door konden gaan, gelukte het hun,
den man, die in een zeer vervuilden staat
verkeerde, naar buiten te brengen Bij een
nader onderzoek in de kamer bleek Mac
Farlane in vrii goeden doen te verkeeren,
althans te midden van het vuil werd een
aantal waardepapieren gevonden, terwijl de
man ook nog 116 p.st. op de spaarbank had
staan
Een buurman van den zonderling vertelde,
dat de man ruim vier jaar op de kamer
woonde, geregeld huur betaalde, iederen
morgen uitging en dan de meest vreemd
soortige dingen verzamelde, als afgebrande
lucifers, flesschen melkblikjes, kapot speel
goed en dergelidte dingen, die hij in zijn
kamer opstapelde Toen de vrouw van dezen
buurman hem eenige dagen niet had zien
uitrfaan, had zij aan de deur van de kamer
geklopt om te zien. of mr MacFarlane in
leven was 7ij kreeg flauwtjes ten antwoord':
...Ta, ja, ik ben er, maar ga asjeblieft weg."
Na eenirfe dagen waarschuwde zij de politie,
die, gelük gemeld de deur forceerde
De man is thans naar een ziekenhuis ge
bracht. waar men zijn haar geknipt en zijn
baard afgeschoren heeft. Hij verkeert in een
half bewusteloozen toestand en zeide op
een vraag, waar zijn bloedverwanten zijn:
..Ik heb er geen, allen zijn weg."
Uit de kamer werden niet minder dan
zeven tonnen vol vuilnis gehaald.
„De leterijpot is in gevaar, de Staatsloterij
zal werden opgeheven.'
Ik weet zeker, dat er nog heel wat onder
ons zijn, die dat besluit zullen betrèuren
voor wie hiermede weer een stukje roman
tiek uit hun leven verdwijnt.
Onder meerdere personeelen trof men noj
een loterijclub aan. Zaterdags na uitbetaling
werd de bijdrage voor den loterijppt ingeza
meld door een die ook voor de briefjes
zorgde. Hij hie'd deze dan in bewaring en
deelde aan de anderen de papiertjes uit,
waarop de nummers waren vermeld. Num
mers met een staart natuurlijk. De contribu
tie werd vóór elke loterij vastgesteld en
het bedrag was afhankelijk van het meer
dere of mindere fortuin, waarmede den vo
rigen keer gespeeld was Soms waren e.
veel nieten maar ook wel eens wat „eigen
geld". Een voordeeltje van een honderdje
bleef in den pot, want dat was de moeite
niet waard, 't Ging ook wel eens beter, de
man een zestig a zeventig pop. Dat hield de
tnoed er nog eens in Dan werden er twee
op uitgestuurd om de „bubs" te halen, mat
permissie van den baas en verzuim voor re
kening van den pot. Met een sigaar in den
mond kwamen ze terug, hingen bedaard jas
en hoed weer aan den kapstok en namen,
alsof er niets bijzonder aan de hand was,
hun plaats weer in voor de kast Voor een
„niet-lid" van den „pot" was de zaak hier
mede natuurlijk uit. De verdeeling en be
stemming der gelden vond in gezelliger om
geving plaats.
Er waren er die met elke loterij met nieu
we hoop vervuld waren en dus steeds weer
'n „twintigje' namen Altijd weer hadden zij
zich opnieuw de hoop gesteld eens een twin
tigduizendje te winnen. Dat moest nou toch
eens gebeuren; wat zou je dat zilveren
goedje in je zakker, laten rammelen. Zoo
eens de geldelijke zorg van eiken dag van
je af te schudder Stel je vror, dat je nog
eens zoo'n boffert had Wat zou je, thuis
gekomen, om je vijftig procent een vreugde
dans uitvoeren Evenals eertijds de Bossche
crwtenman zou je de pan met piepers uit -e
vrouw d'r handen slaan om er onmiddei-i'k
een paar „uitsmijters" voor in de plaats te
laten aanrukken.... voor dezen keer zelfs
een pot bier er bij. En dan, dan zou ie ze
allen eens in de betere spullen steken tot je
iongste spruit toe.
Dat droomend genot, dat was de roman
tiek van de loterij, wat je al vast had geno
ten ook.. al werd het toch weer 'n „niet".
Eigenlijk was dit het stille genot wat je
tot spelen dreef want dat het er nog eens
van zou komen, geloofde je zelf niet.
't Zal niet meer zoo zijn Minister Colijn
acht dit alles zondig en de Regeering wil
zoo iets niet langer met hare verantwoording
dekken. Het is ook zoo. Onze tijd is vol van
speculatiezucht en speculatiezwendel en om
dat te bekampen beginnen wemet d«
Staatsloterij
DIKDOENERIJ.
Het is bekend, dat de socialistische pers,
de vakpers niet uitgezonderd, niet sukkelt
aan overmaat van bescheidenheid en t moet
al raar gaan, als er bij de beschrijving van
een toestand niet iets op gevonden wordt om
naar de Katholieke of Christelijke arbeiders
beweging te slaan, waarop dan steriotiep een
verheerlijking van eigen beweging volgt.
Als dat over beginselen ging, was er niets
tegen in te brengen, maar het betreft bijna
uitsluitend practisch werk en dan is het toch
moeilijk te verklaren, hoe overigens ernstige
menschen zich tot zulke dikdoenerij laten
verleiden.
Zoo vond ik in „Het Volk" van 20 Jan.
j.l. een beschrijving over de toestanden onder
de landarbeiders in de bouwstreek van
Friesland, waaraan de schrijver „W. B." zich
terdege heeft geërgerd.
Wat uiteraard zijn recht is en waarin hij
allicht niet alleen staat. Maar als dat dan
af is, besluit hij met de volgende tirade:
„Er is op deze dorpen natuurlijk geen
vakbeweging, althans niet van eenige
beteekenis. Geen moderne, en dus
geen confessioneele.
Want- die komt alleen
daar, waarzijdearbeiders
vdnde socialistische, dat
is duivelsche klassen-
trijdkan'afhoude n". (Spat.
van mij A. J. L.)
Nu is het inderdaad waar, dat ieder die
nog maar eenigszins Christelijk denkt, er al
les op zal zetten om te voorkomen, dat
Christelijke arbeiders tot organisaties toe
treden die op het standpunt van den klas
senstrijd staan.
Niet alleen omdat een dergelijk stand
punt onvereenigbaar is met den Godsdienst,
maar óók, omdat zelfs bloot stoffelijk ge
dacht van den klassenstrijd niets goeds
kan verwacht worden, zooals Macdonald en
Thomas toch niet zoo maar de eersten de
besten al duidelijk genoeg te verstaan ga
ven.
Maar daaruit volgt nog niet, dat de con
fessioneele organisaties pas opgericht wor
den als er een socialistische is.
Gelukkig is 't een klein beetje anders. En
met name bij de landarbeidersorganisaties
treft de schrijver 't al zeer slecht. Misschien
kon het nuttig voor hem zijn wanneer hij
de datums van oprichting eens naging van
den „Modernen" en R.-K. Landarbeiders-
bond.
Laatstgenoemde is opgericht 4 Januari
1904, zoodat het onderzoek hem niet te veel
moeite kan bezorgen.
Voorts zou hij een poging kunnen wagen
om te achterhalen hoe de landarbeidersor
ganisatie zich ontwikkeld heeft in de bloem
bollenstreek, in het Westland, in de Rijn
streek, in West-Brabant, in Z. Vlaanderen
om het daarbij maai; te laten en hij zou
door de feiten gedwongen worden te erken
nen, dat zijn groot woord hier al heel erg
misplaatst is.
't Is dikdoenerij zonder eenfge kennis van
taken. A. J. L.
HET WERKLIEDENVERBOND EN DE
BEDRIJFSORGANISATIE.
Er is al heel wat te doen geweest over
het vraagstuk der bedrijfsorganisatie en de
medezeggenschap der arbeiders. Het groote
bezwaar, dat door iedereen gevoeld werd,
was evenwel, dat er geen eenheid van ge
voelen bestond en dezelfde woorden voor
verschillende personen een gansch andere
beteekenis hadden.
De tegenstanders hebben daarvan dan ook
een zeer ruim en dankbaar gebruik gemaakt.
Bovendien was er groot verschil van in
zicht omtrent hetgeen moest worden na
gestreefd, of men in hoofdzaak de medezeg
genschap moest nastreven in het bedrijf
(complex van ondernemingen) of in de on
derneming zelve.
Allemaal zaken waarover verschillende
uitingen vernomen werden, waardoor de toch
al niet geringe verwarring grooter werd.
Het R.-K. Werkliedenverbond heeft in zijn
korte bestaan dus wel heel nuttig werk ver
richt, om de studie, door ons R.-K. Vakbu
reau destijds reeds begonnen, met kracht
voort te zetten, zoodat op de vergadering
van de Vakbondsbesturen, j.l. Dinsdag te
Utrecht gehouden, volledige overeenstem
ming is verkregen.
P.?.or j Verbondsbestuur zullen nog ver
schillende kleine redactiewijzigingen over
wogen worden, zoodat ik mij er niet aan
>vaag om het vastgestelde woordelijk weer
te geven, te minder waar het Verbondsbe-
?tuur wel voor voldoende publiciteit zal zor
gen, maar wel wil ik als mijn meening te
kennen geven, dat ik het bereikte resultaat
an zeer groote beteekenis acht voor de ar-
leiders op de eerste plaats maar ook voor
allen die zich om een of andere reden voor
M vraagstuk interesseeren.
Men zal zich niet langer kunnen beroepen
9P het met te loochenen feit, dat men niet
met vaststaande begrippen te doen heeft nu
een definitie is gegeven, waarmede de ge-
heele R.-K. Vakbeweging zich heeft ver-
eenigd.
Zeer duidelijk is nu ook omschreven hoe"
men zich de werking, bevoegdheden en sa
menstelling van de bedrijfsorganisatie denkt.
Men kan het daarmede, ^venals in het
verleden, al dan niet eens zijn, maar men zal
zich niet gemakkelijk meer kunnen verschui
len achter de uiteenloopende meeningen on
der de Katholieke arbeiders zelf.
Wat betreft de vraag: bedrijfsraad-onder-
nemingsraad, ook hierin is een oplossing ge
vonden die algemeen bevrediging zal vinden.
De klemtoon ligt het spreekt wel haast
van zelf pp de organisatie van het bedrijl
(complex van ondernemingen), maar daar
naast is plaats gelaten voor ondernemings
raden die op hun terrein aan de vervulling
van de aangegeven taak kunnen werken en
een nauwere samenwerking tusschen werk
gever en werknemer kunnen bewerkstelligen
In het ontwerp en plan is uiteraard ook
rekening gehouden met de belangen van de
consumenten, wat niet wegneemt dat de be
langen van de producenten daaraan niet on
dergeschikt kunnen zijn; kortom er is over
verschillende onderdeelen nog heel wat te
zeggen, maar het., groote feit blijft, dat er
althans in onze R.-K, Arbeidersbeweging al-
geheele overeenstemming is bereikt.
A. J. L.
DE LAND ARBEIDERS WET.
Zooals de bladen al reeds hebben bericht,
heeft het hoofdbestuur van „St. Deus Dedit"
een adres tot de Tweede Kamer gericht, waar
bij het wijst op de groote bezwaren welke
er z.i. voor de landarbeiders aan het inge
diende ontwerp vastzitten.
Het zou te veel plaatsruimte vragen om de
breedvoerige nota in haar geheel over te ne
men, maar het wil mij voorkomen, dat de
twee hoofdbezwaren, n.l. die welke in art.
II. en art. V van het ontwerp gelegen zijn,
toch wel van voldoende belang zijn, om e
hier een plaatsje te geven
ARTIKEL II.
(Wijziging van Art. 3, sub f der wet.)
De Regeering wil dat de arbeider, die een
plaatsje verkrijgt voortaan niet ten minste
1/10 van f 4000.zelf zal bezitten, gelijk
thans het geval is, maar 1/5 van dat bedrag,
dus f 800.in plaats van f 400.Zij wil
hierdoor voorkomen, dat de arbeiders ver'
plichtingen op zich nemen, welke hunne fi-
nancieele draagkracht te boven gaan, waardoor
zij zichzelf en hun credietgevers aan gevaar
voor verlies blootstellen. Waar de Regee-
ring beoogt naar zij zegt den landar
beider in zekeren zin tegen zichzelf te be
schermen, zij het ons veroorloofd mede te
deelen, dat de Landarbeiders'in onze orga
nisatie vereenigd van een zekere bescher
ming van Overheidswege allerminst afkeerig
zijn, doch zij bespeurden daarvan tot heden
niet veelvan eene bescherming als de Re
geering hier beoogt zijn zij echter allerminst
gediend. Wat betreft den meerderen waar
borg, welke aan Gemeentebesturen, Vereeni-
gingen en Stichtingen zal worden verstrekt,
wil het ons voorkomen, dat die waarborg
door niets geboden wordt. Wel zal hier of
daar in een of ander op zichzelf staand geval
misschien nadeel geleden zijn, maar van een
bezwaar van meer algemeenen aard is ons
niets gebleken. Wij meenen dan ook dat
noch de Gemeenten, noch de Vereenigingen
en Stichtingen om die meerdere bescher
ming hebben verzocht.
De Regeering wijdt hier dus haar goede
zorgen aan partijen, die daarom niet verzoch
ten en waarvan het meerendeel, zoo niet allen,
in dit opzicht afkeerig zijn.
Wij wenschen er nog uitdrukkelijk de aan
dacht op te vestigen, dat volgens het oorspron
kelijke wetsontwerp de landarbeider zelf
slechts f 250.behoefde te bezitten, later
werd dit verhoogd tot f 400.terwijl thans
voorgesteld wordt dit op te voeren tot f 800.
In den regel zal het den degelijken landar
beider niet moeilijk vallen om geld op hypo
theek te bekomen, wanneer hij zelf 30 van
de waarde van het onderpand verschaft.
Bij het Rijk moet hij, indien het ontwerp
tot wet zou worden verheven, 20 verschaf
fen. De wet zal dus alleen maar beteekenis
hebben voor hen, die wel 20, doch geen 30
zelf kunnen verschaffen. De waarde van de
wet wordt hierdoor sterk verminderd. Vrij
wel de eenig overblijvende waarde schuilt
in de gunstiger voorwaarden, waarop het
voorschot wordt verschaft, maar ook die voor
waarden verliezen aan beteekenis, door de
wijziging vervat in art. V. van het ontwerp
ten aanzien van den rentevoet.
ARTIKEL V.
(Wijziging van art. 9 der wet.)
van voorschotten, welke thans volgens de
wet 4 bedraagt, jaarlijks door de Minis
ters van Landbouw en Financiën te doen
vaststellen en ook de ainuiteit, welke thans
vanaf het derde jaar 5 4/5 bedraagt, (Art.
34, 2de lid) door deze Ministers jaarlijks te
doen bepalen.
In de eerste plaats rijst de vraag, ol deze
wijziging eventueel gevolgen zou hebben
voor hen, die onder de thans vigeerende
bepalingen in het genot zijn van voorschot
ten. Dit zou ons in hooge mate bedenkelijk
voorkomen.
De gewijzigde rentebepaling wordt in de
Memorie van Toelichting verdedigd op grond
van het feit, dat de Staat zelf thans tegen
veel hoogere rente moet leenen, zoodat op de
ze vborschotten wordt verloren en verder
op grond van het voorbeeld der Woningwet.
Wat het eerste motief betreft, deszelfs
kracht hangt af van het standpunt dat men
inneemt nopens de vraag, welk geldelijk offer
's Rijks schatkist jaarlijks kan en mag bren
gen voor de belangen, welke door de Land-
arbeiderswet worden gediend. Wij achten
deze offers zelfs thans niet te hoog en willen
er bovendien op wijzen dat de toestand van
's Rijks schatkist toch in de toekomst ver
moedelijk beter zal zijn dan thans het geval
■is en dat deze voorschotten over meer dan
30 jaar loopen, dus over een tijdvak, waarin
vermoedelijk slechts een klein gedeelte van
deze malaisejaren zal vallen. Bovendien kan
de rentestandaard in latere jaren een compen
satie opleveren tegenover de geldelijke offers
van deze eerste jaren.
Wat het voorbeeld der Woningwet betreft,
meenen wij te mogen opmerken, dat dit ook
reeds bestond, toen de Landarbeiderswet
tot stand kwam. Dit vraagstuk is toen dege
lijk onder het oog gezien en doelbewust is
toen het voorbeeld der Woningwet niet geko
zen.
Wij brengen in herinnering dat aanvan
kelijk de rentevoet op 3%% was bepaald en
deze later op 4% werd gebracht en dat de
Minister van Financiën toenmaals met de
vaste rente accoord ging, ook omdat de land-
arbeiders-commissiën uit de Wet waren ver
vallen, en andefe bepalingen, welke veel geld
zouden hebben gekost, uit het ontwerp waren
weggenomen. Uit dien hoofde meende men
een vaste rente wel te kunnen aanvaarden,
Ook werd gewezen op het vaste percentage,
althans als maximum, in Zweden, Noorwegen
Denemarken en Pruissen.
Wat de rente van 4% betreft, stelde de
heer Schaper, met medewerking van den
heer de Wykersloot de Weerdesteijn voor,
deze als maximum vast te stellen, terwijl dit
voorstel slechts met 2 stemmen meerderheid
werd verworpen.
Een toenmaals door den heer Snoeck Hen-
kemans gedaan voorstel om de rente bij al
gemeenen maatregel van bestuur vast te stel
len, kon, na bestrijding door den heer Van
Doorn, slechts 5 stemmen behalen.
Zoo koos de Tweede Kamer in deze rente-
kwestie zeer doelbewust haar standpunt
Wat nu wordt voorgesteld, gaat zeer ver
Niet een algemeene maatregel van bestuur
stelt de rente vast, maar de betrokken Mini
sters doen dit. Zij zullen door niets gebonden
zijn, zelfs niet aan eenig verband met den
koers der Nationale Schuld op de Beurs te
Amsterdam. De Staten Generaal geven iede
ren im Led prijs, zoodat men zelfs de moge
lijkheid van willekeur zou kunnen veron
derstellen.
Thans een en ander naar aanleiding van
het deskundig onderzoek. Het lijk werd met
de kist naar een scheikundig laboratorium
vervoerd, alwaar de eerste politie-techni-
sche beschouwing plaats vond. In hoofd
zaak had dit onderzoek plaats ten einde na
te gaan, of zich ook vreemde voorwerpen
in de kleeding of in de kist bevonden; de
gerechtelijke schouwing ter vaststelling van
de doodsoorzaak werd. nadat het geraamte
van de kleeding ontdaan was. verricht in 't
schouwinglokaal van het Wilhelmina-gast-
huis en wel door medici Dit is nog niet
afgeloopen.
Naar aanleiding van het laboratorium-on
derzoek werd een rapport samengesteld,
steld en waarin echter ook gesproken
wordt over de doodsoorzaak.
Bij het vinden werd geconstateerd, dat de
kist geheel vochtig was. Hier en daar was
zij reeds verrot en aan alles was te zien.
dat zij in een vochtigen bodem begraven
was. Vooral de buitenzijde had geleden en
wel in dier voege, dat niet met zekerheid
kon worden gezegd, of zij beschilderd was
of niet. De ijzeren hengsels, die ten getale
van twee aan. de buitenzijde waren aange
bracht, vertoonden een dikke roestlaag.
Aan het geraamte bevond zich nog ter
plaatse waar dikke deelen waren geweest,
eenig vleesch. dat in hooge mate van ont
binding verkeerde. Nadat de gedeeltelijk
vergane kleeren verwijderd waren, bleek,
De bedoeling van dit artikel is de tents dat geen kogel in het stoffelijk overschot
te vinden was Ook in dè kleedéren of op
den bodem van de kist was niets van dien
aard te vinden. Het skelet zelf droeg spo
ren van een zeer vochtigen bodemgesteld
heid, en was op de gewone wijze uitgesla
gen Gebleken is, dat de rioolput dikwijls
overliep, waardoor de kist met inhoud tel
kenmale met afvoerwa'er werd gedrenkt,
hetgeen een snelle ontbinding in de hand
werkte. Toch (jeeft deze ontbinding niet
veel sneller plaats gehad dan wanneer het
lük op de gewone wijze op een begraaf
plaats was ter aarde besteld De normale
vertering heeft binnen tien jaren plaats en
daarom spreekt de begrafeniswet dan ook
over een termijn van 10 jaren, binnen den
welken de graven niet geruimd mogen wor
den.
Geen van de beenderen vertoonde een
beschadiging. Hierdoor is de mogelijkheid
niet uitgesloten, dat de doodsoorzaak het
gevolg zou kunnen zijn van een dolksteek
of een revolverschot. Een kogel kan door
het lichaam gaan zonder beenderen te ra
ken en een mes kan doodeliik treffen,
zonder dat het lemmet op het been stuit
Toch mag met alle waarschijnlijkheid wor
den aangenomen dat geen wapenen bij het
ombrengen van het slachtoffer zün ge
bruikt Worging laat soms on het gebeente
sporen na, doch lang n;et altijd Onder de
ze laatstbedoelde- gevallen zou da' -van het
slachtoffer te rekenen vallen welk sterk
>-ermoeden gestaafd wordt door de beken
tenis van den dader, die er van sprak da'
Mi in ziin drift misschien den man geworgd
had.
Ook is gedacht aan electrocutie Het on
derzoek is mede in d„ze richting gegaan en
uit een kleine on'dekking zou eventueel af
te leiden vallen, dat de ongelukkige in aan
raking is gebraeht met een zwaren electri-
schen stroom Het is ech'er niet aan te
nemen. dat de electrocutie zou hebben
nlaats gevonden door mjdd„] van stroom
van bet gemeentenet, daar de dader dan
speciale en alleszins geraff'neerde maatre
gelen bad moeten nemen om bewusteloos
heid nf dood bii ziin slachtoffer te kunnen
veroorzaken.
Dood. door midde] van ^lectrischen
stroom, moet dan ook. gezien de omstandig
heden niet zeer waarschijnlijk geacht wor
den.
In Amsterdam lien een gerucht, als zou
de dader zich in zün cel van het leven
hebben beroofd Opbleken is, dat dit ver-/
haal op zuivere fan'asie berust Vrijdag
morgen nog is de dader in het kabinet van
den rechter van instructie verschenen.
Te Putten op de Veluwe ontstond Dins
dagnacht te 12 uur brand in de als garage
ingerichte oude schuur achter bet buis van
den autoverhuurder Beitma De schuur
brandde in een uur tiids af. Het aangebouw
de wconhuis ble°f dank zit bet actieve op
U-eden der vriiwillige brandweer, gesnaard
De snooraufobus en een Snükeraufo ver
brandden. zoodaf het dorn Putten thans
v/eer zün verbinding met bet on een half uur
afstands gelegen station voorioonig moet
missen. Het buis en de auto's waren verze
kerd de wagens echter heel laag. („Hbd "1
De toegang tot winkels belet.
Evenals vorige avonden waren ook
Woensdagavond weer verschillende winkels
in consumptie-artikelen te Amsterdam ge
opend. In enkele buurten scheen de politic-
instructie te hebben gekregen het publiek
den toegang tot den winkel te beletten. Dit
heeft in het bijzonder in de J. P. Heyestraat
aanleiding gegeven tot enkele oploopjes
voor de geopende winkels, waarvoor een
politieagent stond geposteerd. Hierbij is de
heer Levisson, voorzitter van de Vereeniging
van Amsterdamsche Winkeliers, door welke
organisatie, zooals men weet een actie
wordt gevoerd, door twee agenten uit een
winkel verwijderd. De heer Levisson zou
zich bij den burgemeester hierover bekla
gen.
Ook in de Admiraal de Ruyterbuurt wer
den verschillende winkels door de politie
gepost.
De deuren in.de vestibule van het Rotter-
damsche postkantoor zijn onlangs door
andere vervangen, omdat zij zoo zwaar
waren, dat personen, die niet over lichaams
kracht beschikten, ze niet open konden
duwen
De revolverdeuren, die daarna zijn in ge
bruik genomen, blijken ook al niet te vol
doen. Woensdagnamiddag raakte een man
tusschen een der deuren bekneld, doordat
een zijner klompen bleef vastzitten Er ging
bijna een uur mee heen voor men Hem uit
zijn niet te ruime ei zoo goed als lucht
dicht afgesloten gevangenis had bevrijd
Dinsdagavond werd in het armste gedeelte
der St. Anthoniusstraal te Maastricht een
vrouw met twee kindezen op straat gezet 7.ii
hebben met hun drieën den nacht in de open
lucht doorgebracht, bii een temperatuur van
eenige graden onder het vriespunt Den vol
genden morgen zat de vrouw balf versuf' en
verkleumd, met haar armelijke meubeltjes
hij een rookend kacheltje, dat medelijdende
buren, die 't zelf haast niet hebben, met bij
elkaar gebedelde kolen, voor haar hadden
aangemaakt De buurvrouwen vertelden, dat
he' huis of liever het krotje, waarvan de
vrouw reeds 1'6 jaar lang een kamer be
woont, in eigendom toebehoort aan de
weduwe Gidello-Wittelings, die in Luik
woont en de huur door anderen laat opha-
De kans om in Januari nog schaatsen te
rijden, is vrijwel uitgesloten. De Amster
damsche Filiaal-inrichting van het Kon Ned.
Meteorologisch Instituut deelt daarover aan
het Hbld." het volgende mede:
Willen wij vri"-d weer krijgen, dan zou
in het Noorden een gebied van hoogen druk
moeten komen. Op het oogenblik schijnt
daar weinig kans voor.
In het TJszeegebied is juist de druk zeer
laa*. De depressie litft trouwens te ver van
ons af im invloed op de weersgesteldheid
hier te oefenen, zojdat ook de kansen op
re-c^n zeer groot zün. De harometc"«tanden
in ons land ziin abnormaal hoog. Wij liggen
vrijwel midden in een gebied van hoogen
druk, d t zich Zaterdag norf heeft uitgebreid.
De kern ligt iets naar het Zuid-Oosten, zoo
dat wij Zuidelijke tot Westelij'ke winden
hebben. De windkracht is echter uiterst ge
ring.
Aan—ijzingen, dat de toestand spoedig za!
veranderen, zijn er niet. Het ziet er naar
uit dat bet mistige w er no* zal aanhouden
Vorstgebieden zijn er alleen in midden
Zweden, waar de temperatuur is 3 gr C„
d. w. z. nog 12 gr. boven normaal, en in een
deel van Zuid-Frankrijk, dat de kern van
het hooge drukgebied Noordelijk van zich
heeft.
Verder deeltgenoemde inrichting aan de
„Tel." nog het volgende mede;
De hooge barometerstand der laatste da
gen, wekte bij sommigen het vermoeden, dat
met, den hoogsten stand (783.1) op 19 Ja
nuari 11 u. n.m. een record zou zijn bereikt.
Dit is niet juist. Volgens de waarnemin
gen aan de inrichting verricht sinds Augus
tus 1887, werd die stand in vijf gevallen
overtroffen, zooals onderstaande tabel aan
geeft. Zij bevat de standen van 780 of hoo-
ger welke sinds genoemd tijdstip zijn voor
gekomen en de daar gegeven barometer
hoogten zijn herleid tot zeespiegel en 0
gr C.
13 Jan
3 Jan
18'Nov
18 Febr
19 Dec
29 Dec
9 Jan
3 Febr
21 Nov
2? Dec
13 Ian
26 Tan
17 Nov
31 Tan.
1 Febr
1888—780.2 22 Jan.
1889—781.3 27 Jan
1839—780.3 11 Dec.
1891—780.0 21 Dec
1891—781.9 2 Jan
1893—783.5 4 Jan
1896781.5 31 Jan
1806—782.3 1 Febr
1897—781.0 20 Nov
1897—780.7 26 Febr
1898—780.2 8 Febr
1809—780.0 5 Febr
1899—780.0 27 Febr
1902—782.6 16 Nov
1902—782.6 19 Jan
De zeer hooge barometerstanden komen
dus bij voorkeur in de wintermaanden voor
en buitengewoon zeldzaam zijn zij niet.
1904—780.5
1905783.2
1905-7838
1906-780.3
1907-786.6
1909—780.3
1911—781.9
1911-782.0
1915—782.0
1918- 780 4
1919_78?.6
1970-780.2
1971 - 781 7
1922—780 2
1025 783 1
In het „Orgaan", Weekblad van den Ned.
R.-K Grafischen Bond. schrijft „Simon":
Op uitnoodiging van het bestuur van
Vereeniging NederlandOostenrijk heeft
de voor korten tijd afgetreden Oostenrijksche
bondskanselier mgr. dr Seipel zich als be
kend, bereid verklaard een aantal spreek
beurten in Nederland te komen vervullen, in
verschillende plaatsen op het eind van Fe
bruari of in het begin van Maart.
Het bestuur van de vereeniging Neder
land—Oostenrijk heeft tot de heeren rn.gr,
prof dr. W H. Nolens, minister van Staatj
prof jhr. dr. W J. M. van Eysinga te Lei
den; mr J J Harte van Tecklenburg. lid van
den Raad van State; mr D A. P. N Kooien,
president van '1 Permanente Hof van Inter
nationale Justitie; en C E Ter Meulen. te
Amsterdam, het verzoek gericht om zich
voor het optreden van mgr Seipel in Neder
land en in hef bijzonder voor de eerste
spreekbeurt, welke te 's-Gravenhage zal
worden gehouden, te willen vereenigen tot
een comité van ontvangst, waartoe zij zich
bereid hebben verklaard.
Vechtpartij op het Centraal-Station
te Amsterdam.
In den avond van den len Kerstdag in
1923 gingen met een zelfden trein uit Am
sterdam naar de Zaanstreek een groep jon
gens uit Krommenie en een groep jongens
uit Assendelft Op het perron begon het met
schelden, weldra vielen er klappen en ten
slotte werd er een gestoken Voor den da
der werd een jongen uit Krommenie aange
zien. Terzake van het deelnemen aan een
vechtpartij werd hij op 1 Juli door de Vierde
Kamer der Amsterdamsche Rechtbank con
form den eisch van het O.M tot 6 weken
gevangenisstraf veroordeeld.
Hiertegen ging de veroordeelde in hooge»
beroep Hij zeide. onschuldig aan de mes
steek te zijn Alle jongens namen aan de
vechtpartij deel en hij achtte het onbillijk
als eenige te worden gestraft
De procureur-generaal Mr Dr. G. J. M.
van Geuns vond de straf wat zwaar en vor
derde 14 dagen gevangenisstraf.
Mr Reuls verdedigde beki en hield vol,
dat zijn aandeel in de vechtpartij gering is
geweest
Het Hof, heden arrest wijzende, veroor
deelde bekl conform den eisch van den pro
cureur-generaal tot 14 dagen gevangenis
straf
„Groote huis Dienstbode Wie heb u
iat verteld
„Nee, nee, dan vergis ik medan ber.
ik bepaald in de war met de oude mevrouw
Steendorp."
„Ik voor mijn heb 'r tenminste nooit
n groot huis met boje op na gehouwen.
Ik heb me heele leven'zelf hard geploeterd
en daar schaam ik me heelemaal niet voor."
„Dat is prachtigdat mag 'k graag
hooren."
„Nee hoor, ik ben blij, dat me kinderen 't
illemaal best hebben „gedaan," maar 'k ga
d'r trotsch op, dat ze van mij 't werken heb
ben geleerd, en ook wat zorg en zuinigheid is.
Dar kan hun allemaal goed te pas komme in
nun latere leven."
Uw man werd helaas niet oud, hè
„Neede stumperd had 't altoos al te
kwaad met de borstigheiden dan altijd
dat buitenwerk in kou en regen en wind
dikwels. Z'n baas dee wel alle moeite, om
'm zooveel mogelijk an 't binnenwerk te
zetten, maar altijd ging dat natuurlijk niet.
Ja mevrouw, ik weet wat zorg en ontbering
is, en daar weet Jo ook van mee te praten,
niet Jo 't Kind heb altijd hard meege
sjouwd dat zal 'k trouwens alm'n kinderen
in eere nageven. En dat ze nou nog zoo goed
voor hun ouwe moeder blijven zorgen, daar
zal Onze-Lieve-Heer hun voor zegenen,
'k Zou anders warentig ook niet weten hoe 'k
rond moest kommeme goeie man is
altijd sukkelend geweest.... en 's winters
soms maanden, dat de baas geen werk voor
'm had.... U begrijpt dus wel hoe ik er
voor stond toen ie kwam te overlijden- Maar
met zuinigheid en overleg, niewaar Ach,
en ik woon goedkoop.2.75 huur.En
dan me ouderdomsrente met wat de kinderen
d'r bij doengeen klagen hoor, heelemiél
l niet.- Maar als To me niet vooruit 't reis
geld had opgestuurd, dan zou 'k toch nie
hebbe kenne komme, hoorWat scheelt
je, Jo Wat doe je druk en zenuwachtig
kind Toe, kom nou es hier zittenmet
mevrouw Postman valt nog es gezellig te
praten..., Ja, hoe vindt u 't, mevrouw....
ik most en ik zou vanmorgen deze japon an-
trèkkendie heb Jo expres voor me ge
kocht hier. Vindt u 't geen zonde 'k Heb
Jat soort goed nooit van me leven gedragen
'k voel me d'r niks lekker in...."
Schaamrood liet Jo mevrouw Postman
uit. Ze wou verontschuldigingen gaan zeg
gen, ma3r mevrouw Postman was haar voor.
„Wees gerust, mevrouwtje, ik zal 't aan
niemand vertellen, 't Was me alleen te doen,
om u 'n klein lesje te geven. Of neemt u dat
niet aan van 'n vrouw van vijftig. d|e.'f goed
met u meent
„Ik neem 't aan, mevrouwen
„Stil maarik geloof 't, want ik ken
nu uw moeder.... dat zegt alles...."
Mevrouw Postman nam hartelijker dan
ooit afscheid. Jo kwam weer binnen, gaf
haar moeder 'n zoen, begon te huilen en
biechtte alles eerlijk op.
En toen ze 'n half uurtje met elkaar had
den gepraat was Mevrouw van Horstendonk
weer de Jo Versteur van vroeger.
En later, als men vroeg hoe „de ouwe
mevrouw" 't maakte, dan zei Jo „Moeder
maakt 't best, en zoo gauw ze niet meer zoo
goed voort kan komt ze bij ons inwonen."
G. N.