De geheimzinnige treinroof.
UIT ONZE OOST.
KERK EN SCHOOL
KUNST EN KENNIS.
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT
Tweede Blad Woensdag 4 Februari 1925
-
De mogelijkheid van een voorloopig compromis inzake de verwachte
regeeringscrisis in België. De zwenking der Duitsche politiek, zooal
niet naar monarchisme, dan naar een burgerlijk-conservatieve republiek
en de liquidatie der revolutionaire idéé. Het probleem van Frankrijk's
veiligheid.
Onder de Radio-berichtenBraun nog niet geslaagd in de vorming van
een Pniisisch Kabinet. De tijdelijke Fransche missie bij het Vaticaan
goedgekeurd. Turkije weigert de door Griekenland gevraagde interna
tionale arbitrage.
Gem. buitenl. berichten.
DE TE DUBLIN ONTDEKTE WAPEN-
VOORRAAD.
De avondverkoop te A'dam.
De Olympische spelen in
Nederland.
Uit de R.-K. Staatspartij.
VERKEER EN POSTERIJEN.
De reorganisatie der P.T.T.
3000 Ontsnapte dwangarbeiders
in één jaar.
Ellen Overgaard Baerwald.
Elsa N olthenius.
UIT BOEK EN BLAF
Rembrandts naar Amsterdam.
Pater Jacobinus van der Schooi
O. Carm.
Mgr. J. Gijls wijk O.P.
FEUILLETON
Vrij naar het Engelsch.
De politieke toestand in
België.
Het schijnt met de dreigende crisis in
België nog niet 200'n vaart te loopen. Toen
de Kamer de vorige week besloot het wets
ontwerp, waarbij aan de vrouwen het kies
recht voor de provinciale raden wordt ver
leend, onmiddellijk na de wet op de ver
hooging der salarissen van bepaalde cate
gorieën van rijksambtenaren te behandelen,
scheen het alsof de crisis onvermijdelijk was,
temeer daar minister-presicent Theunis
onomwonden verklaarde dat het beste wat
het kabinet zou kunnen doen, was heen te
gaan. Tot op het oogenbiik echter is er nog
niets gebeurd en het is waarschijnlijk dat het
kabinet-Theunis zijn bestaan zal voorslee-
pen tot aan den 'normalen verkiezingsda
tum, den 24en Mei.
Men kent de oorsprong van liet conflict
Bij de samenstelling van het huidige ministe
rie hadden de katholieken en liberalen te
genover elkaar de verplichting aangegaan
om alle kwesties, welke het bestaan van het
kabinet in gevaar zouden kunnen brengen,
buiten bespreking te laten. Een dezer kwes
ties is het vrouwenkiesrecht voor de provin
cie (de vrouwen hebben reeds kiesrecht
voor de gemeenteraden) De katholieken
wenschen nu dit wetsontwerp zoo spoedig
mogelijk aan de orde te zien gesteld, daar
een versterking van het katholieke element
in de provinciale raden (dat zij van het ver
kenen van het kiesrecht aan de vrouwen
verwachten) een versterking der katholie-
lieken in den Senaat tengevolge zou hebben
De liberalen ofschoon voorstanders van het
algemeen kiesrecht aan de vrouwen, achten
het moment om dit toe te kennen ongeschikt
Bij de socialisten zijn de meeningen ver
deeld. Een twintigtal socialisten onder Ka-
miel Huysmans stonden in de Kamer naast
4e Katholieken bij het aandringen op spoe
dige behandeling de overigen onder Van-
dervelde keeren er zich tegen.
Er worden thans pogingen in het werk
gesteld om tusschen de partijen tot over
eenstemming te komen over een „program
van liquidatie", dat de aanneming der be
grootingen, de nieuwe belastingen en het
ontwerp inzake de sociale verzekering voor
ambtenaren zou omvatten. Hierdoor zou de
crisis worden verschoven en een ontbinding
der Kamer worden voorkomen.
De revolutionnaire ge
dachte in Duitschland.
De Staatspresident van Baden, dr. Hell-
pach, uit in een belangwekkend artikel in
de „N. Fr. Presse" over de liquidatie van
de revolutie en de beteekénis van de jongste
politieke crisis in het rijk, eenzelfde mëening
als de voorzitter van den rijksdag de soc.-
dem. Löbe dezer dagen in een soc. vergade
ring toelichtte, n.l. dat het verkeerd zou
lijn te meenen, dat de huidige regeering
slechts een kort leven zal beschoren zijn
het kabinet-Luther is, naar aard en wezen,
niet maar een episode, doch beteekent het
begin van een nieuwe aera in de ontwikke
ling van de Duitsche republiek, welke het
in Nov. '18 aangevangen tijdperk afsluit.
Mocht het kabinet-Luther over enkele weken
of maanden vallen, zoo voorspelt de heer
Hellpach, dan zal een volkomen daaraan ver
want kabinet opvolgen. Wat thahs geschiedt
is de liquidatie van'trevolutionnaire tijdperk
en de Badensche staatspresident betreurt, dat
het de sterkste partij in het parlement, de
soc. democratie, zoo slecht gelukt is, beslag
te leggen op de intellectueele jeugd en zich
daarmede een toereikende „Nachwuchs"
aan geestelijke krachten te verzekeren, zon
der welke geen politieke macht op den duur
een staat onder haar invloed kan houden
(zooals men weet wordt door velen het
ontbreken van zulk een, met de lieerschende
machten gelijkgestemde, nakomelingschap
ook een der zéér zwakke steëen in 't organis
me van Sovjet-Rusland geacht). Als een veeg
teeken ziet Hellpach het feit, dat de partij,
welke de draagster van de revolutie was, bij
de crisis geen politiek partner meer heeft
gevonden, die met haar alleen een regeering
wilde vormen hier is de liquidatie van
het revolutionaire tijdperk, zegt de schrij
ver, als het ware met de handen te grijpen.
En hij is van oordeel, dat Luther's mis
schien wel zwaarste taak zal zijn de reactio
nairen te beletten te ver te gaan in het li
quidatieproces en de arbeidersklasse in de
armen van uiterst links te drijven, waar
door het bolsjewistisch gevaar voor den jon
gen staat weer acuut zou kunnen worden.
Duidelijk echter teekent zich z.i. naast
deze negatieve uiting van het liquidatie-
proces (uitschakeling n.l. van de soc.-dent.)
een positieve af deze ziet hij in de nadruk
kelijke belijdenis van den rijkskanselier van
trouw aan den republikeinschen staatsvorm.
„Slechts wie weet hoé zéér in rechtsche krin
gen de monarchistische neigingen in het
laatste jaar zijn verzwakt, kan dit standpunt
van een kabinet met een zoo sterken D. na-
tionalen inslag begrijpen. Natuurlijk is het
niet zeker, dat een werkelijke reactie in
Pruisen het genezingsproces terzake van het
monarchisme niet zal storen maar de repu
blikeinsche belijdenis van den nieuwen
rijkskanselier beteekeflt zonder twijfel niets
minder dan het eerste begin van het ont-
s'aan^ van een „republikeinsche rechter
zijde" en daarmede van een buitengewone
wending in de jongste Duitsche geschiede
nismen zou kunnen zeggen, dat de liqui
datie yan de revolutie hand in hand gaat
met die van de restauratie."
Deze onverhoopte winst vóór de republiek
beteekent echter, zoo besluit dr. Hellpach,
ongetwijfeld moeilijke tijden voor de demo
cratie. Want de groei van een republikein
sche rechterzijde gaat gepaard met het ver
schijnsel, dat de begrippen republiek en
democratie uiteen gaan loopen. Een niet-
democratisch republikanisme is in wording
onder de mannen en de kringen, (industrie
en handel), die weliswaar wel een republiek,
maar een conservatieve republiek willen,
Reeds hoort men de leuze aanheffen van de
„zwart-wit-roode republiek", d.w.z. een
republikeinsch getinte plutocratie, de bour
geoisrepubliek.
De Badensche staatspresident wijst er op,
dat de scheidingslijn tusschen republikein
sche rechter- en linkerzijde meer en meer
dwars door alle burgerlijke partijen van het
midden begint te loopen, in het centrum,
in de Volkspartij, zelfs in de democratische
partij (Gessier 1) -
Duitschland is, zoo besluit de heer Hell
pach zijn beschouwingen, in een nieuwe
periode van zijn geschiedenis getreden. Ook
wien dit niet bevalt, zal toch één ding moe
ten wenschen, n.l. dat het vaderland, waar
boven wederom zware wolken uit het buiten
land zich samentrekken, door de mannen,
in wier handen thans en waarschijnlijk voor
zeer langen tijd zijn lot is gelegd, opwaarts
en naar de vrijheid moge worden gevoerd
en niet naar omlaag en in nieuwe verwik
kelingen. Taak van een doelbewuste opposi
tie is, daaraan mee te werken.
De houding der geallieer
den tegenover Duitsch
land.
De Britsche minister van buitenlandsche
zaken heeft in een redevoering scherpe critiek
geoefend op Luther's antwoord-rede aan
Herriot, maar het is zeker niet volkomen dui
delijk, waarom de Britsche minister zoo wei
nig ingenomen zich toonde met de redevoe
ring van den Duitschen Rijkskanselier. De
rede van dr. Luther gaf o. i. geen aanleiding
om over den toon er van te klagen. In zijn ant
woord was hij veel gematigder, dan Herriot
het was in zijn aanval. In de kringen van de
Engelsche oppositie is men dan ook zeer ver
baasd over de uitlatingen van Chamberlain,
gelijk men er eveneens zich eenigszins onaan
genaam gestemd gevoelt over de redevoering
van Herriot, die herhaaldelijk zoozeer aan de
redevoeringen van Poincaré deed denken.
De „Daily News" is van oordeel, dat de
rede van Luther „verrassend verzoenend"
is en dat het toch zeker al heel zonderling is
om het verzoek van den Duitschen kanselier
om de feiten te mogen vernemen, waarop de
overtuiging der geallieerden omtrent Duitsch-
lands tekortkomingen in de ontwapenings-
quaestie berusten en zijn verklaring dat
Duitschland zich aan de voorschriften zal
houden en over de voortzetting der bezetting
bij onderling goedvinden wil onderhandelen,
ter zijde te schuiven met een klacht over
„tone and temper" van zijn rede.
De „Daily News", en ook Henderson, de
oud-minister in MacDonalds kabinet, zien
dan ook achter de houding van Herriot en
Chamberlain, tegen Duitschland thans aan
genomen, bedoelingen van wijde strekking.
Het genoemde liberale blad meent, dat Her-
riot's rede niet in de eerste plaats tegen
Duitschland was gericht, maar meer bedoeld
is als een waarschuwing aan Engeland, en
ook zelfs aan Amerika om vooral rekening te
houden met het probleem van Frankrijk's vei
ligheid. Dit probleem, dat voor Frankrijk
het alles overheerschende is en dat, hoe men
dan ook moge denken over de mogelijkheid
om ook voor een verre toekomst een natio
nale veiligheid te waarborgen, toch niet kan
worden afgedaan als een „fantastic national
obsession", maar dat helaas een zeer reëele
factor is de huidige Europeesche politiek,
In het Protocol van Genève meende
Frankrijk een waarborg voor de veiligheid
te hebben, maar men is door de houding van
Groot-Britannië en de Britsche Dominions
over het lot van dit Protocol verre van gerust
en in de kringen der Engelsche oppositie
meent men nu, dat de conservatieve Britsche
zich weer op den weg zal laten dringen naar
afzonderlijke militaire overeenkomsten ten
einde aan Frankrijk de verlangde geruststel
ling te geven.
De „Daily Chron.", het orgaan vanLloyd
George betoogt dat Frankrijk na de afwij
zing van de voorstellen van Cannes geen mo
reel recht op Britsche garantie kan laten gel
den. Maar de vraag is of de huidige conser
vatieve regeering ook v in deze meenirg is eii
daaromtrent is men in de Britsche liberale
en arbeiderskringen volstrekt niet'overtuigd
Integendeel, men vreest hier een hervatting
van de oude politiek der bondgenootschap
pen als het Protocol van Geneve in den
doofpot mocht gaan.
In dit verband mag zeljer ook wel groote
aandacht worden gewijd aan de politieke si
tuatie in Frankrijk, waar onder de socialisten,
die het kabinet Herriot tot dusver steunen,
ontevredenheid zich begint te vertoonen met
den radicalen leider, en waar sommige po
litici al gaan becijferen of er niet een meerdèr-
heid zou kunnen worden gevormd, door een
samenwerking van de radicalen met recht-
scher staande groepen.
De verbanning van den
Griekschen Patriarch uit
Turkije.
De „Times" meldt uit Athene De Griek-
sche regeering wacht op het Turksche ant
woord op de nota van Maandag, waarin aan
de Turksche regeering werd voorgesteld de
kwestie van de uitwijzing van den patriarch
voor te leggen aan het Hof van Internatio
nale Justitie in Den Haag.
Ondanks de woede in de plaatselijke bla
den en de verontwaardiging, welke alge
meen in het land heerscht, behandelt de re
geering de zaak rustig. Gehoopt wordt, dat
zij de middelen zal vinden tot oplossing van
het geschil zonder verbreking der diploma
tieke betrekkingen.
Maandagavond is een protestvergadering
gehouden in den tempel van Zeus, welke
door vele duizenden personen" werd bijge
woond. Daarna werd een demonstratie ge
houden voor de Britsche legatie.
EEN /KATHOLIEKE DEMONSTRATIE
TEGEN HERRIOT.
Naar de Fransche bladen melden, is Zon
dag te St. Brieve in Bretagne een betccging
gehouden tegen de anti-clericale politiek
van Herriot, waaraan meer dan 30.000 Ka
tholieken deelnamen, Tot de sprekers be
hoorde o.a. generaal Castelnau.
DE STAKING VAN HET PERSONEEL
DER BRITSCHE RIJKSGEBOUWEN.
In een vergadering van het stakende per
soneel der Engelsche regeèringsgebouwen
werd besloten, het werk onverwijld te her
vatten, daar de arbeider, om wien het ge
schil was ontstaan, erin heeft toegestemd,
zich weder aan te sluiten bij de vakvereeni-
ging, waartoe hij vroeger behoorde en de
achterstallige contributie te betalen.
DE ZOMERTIJD IN ENGELAND PER
MANENT
In tegenstelling met de Nederlandsche,
die hem wil afschaffen, schijnt de Engelsche
regeering voornemens te zijn den zomertijd
permanent te verklaren. De „Daily Tele
graph" meldt n.l., dat de minister van bin-
nenlandsche zaken als er geen initiatief
voorstel komt, zelf een desbetreffend wets
ontwerp zal indienen. Het is niet zeker of
hij daarvoor den tijd zal kiezen, neergelegd
in het niet-afgehandelde initiatief-voorstel
uit de vorige zitting, afkomstig var. Sir
Kingsley Wood, n.l. van den eersten Zon
dag in April jtot den eersten Zondag in Oc
tober. In elk geval zal hij eerst den land
bouw raadplegen.
DE NOOD IN IERLAND.
De Iersche regeering en verschillende ver-
eenigingen nemen krachtige maatregelen
tot bestrijding van den nood in het Zuiden
en het Westen van Ierland, waarover wij
onlangs schreven. Aanvankelijk zoo meldt
de correspondent van de „Daily News" te
Dublin, dacht men, dat de berichten over
den nood ten gevolge van gebrek aan aard
appelen en turf overdreven waren of als po
litieke propaganda tegen de regeering van
dftn Vrijstaat bedoeld waren. De regeering
heeft thans een groote hoeveelheid steen
kool gekocht en die tegen lagen prijs ter be
schikking van de bevolking gesteld. Ook
heeft zij op dezelfde wijze dwarsliggers ge
leverd. In tal van districten gebruiken de
menschen voor het eerst in hun leven steen
kool. ^Voorts verstrekt de regeering dage
lijks schoolmaaltijden aan 18000 kinderen.
Door de genomen maatregelen acht men het
zeker, dat de dreigende hongersnood zal
worden voorkomen.
Naar aanleiding van de ontdekking van
wapens en ontplofbare stoffen te Dublin
op Zaterdag 1.1. is een chauffeur tot zes maan
den gevangenisstraf veroordeeld. Hij ver
klaarde, dat dit materiaal eigendom was van
het Iersche republikeinsche leger en dat
men dit bij de jongste gevechten bij hem
had achtergelaten.
DE ITALIAANSCHE SCHULD.
Senator Borah heeft den Amerikaanschen
minister van Financiën gevraagd of Italië
eenigerlei voorstellen heeft gedaan voor de
regeling der schuld aan Amerika van 2 milli
ard dollar.
BRAND TE BAKOE.
Een B. T. A. bericht uit Bakoe meldt,
dat een geweldige brand in een gasreservoir
is uitgebroken. Er zijn 27 mannen door, gas
vergiftigd. De vlammen bereikten eenhoog
te van 56 m.
DE EPIDEMIE TE NOME.
Reuter seint nu nog dat, ook het vlieg
tuig met geneesmiddelen in Nome is aange
komen. Tevens wordt gemeld, dat het serum
dat op de slede van den halfbloed Amoonsa
werd aangevoerd, bevroren bleek, zoodat de
geneeskrachtige werking niet zeker meer is.
DE HERDENKING VAN VASCO DA
GAMA'S STERFDAG.
De herdenking van den vierhonderdsten
jaardag van het sterven van Vasco da Gam
welke een gehe. le week heeft geduurd, hc. -
een groote menigte naar Lissabon doc 1 sa-
menstroomen. De plechtigheden begonnen
met een waperischouw voor de witte vlag
met het roode kruis, waaronder de Portu-
geezen eertijds naar Indië voeren. Van de
'Britsche, Fransche, Italiaansche, Spaansche
en. Nederlandsche oorlogsschepen (de
„Tromp"), die ter eere van het feest in de
haven liggen, kwamen honderd man aan
land om deel te nemen aan de godsdienst
plechtigheid, welke door den Patriarch van
Lissabon, kardinaal Belo in tegenwoordig
heid van den president der republiek en de
leden der regeering werd gehouden.
Leden van de families der markiezen van
Niza en Unhao en van de graven van Cas-
tanheira en Vidigueira, allen rechtstreeksche
afstammelingen van Vasco da Garna, waren
aanwezig toen de kardinaal, staande in de
deur van de kerk, de plek, van waar Gama
vertrok om zijn grooten tocht te onderne
men, de wateren van de Taag en de zee ze
gende.
Voorts heeft de president der republiek
den eersten steen gelegd voor een monument
aan den grooten zeevaarder gewijd.
NA DE GEVANGENNEMING VAN
RAISOELI.
Daar Raisoeli als gevangene is meege
voerd, is het te verwachten dat de Riffs bin
nenkort tot represailles zullen overgaan tegen
de stammen, die niet tegen de Spanjaarden
zijn opgetrokken.
Het opperbevel der Spaansche troepen is
actief bezig aan het doen aanbrengen van
versterkingen langs verdedigingslijn. Het is
waarschijnlijk dat de Berbers, de thans een
blok vormen, binnen eenige dagen de vijan
delijkheden zullen hervatten.
De „Times" verneemt uit Tanger dat er
te Tazroet instructies van Abd el Krim ont
vangen zijn, waarin order wordt gegeven
Raisoeli naar Sjesjoean over te brengen. Deze
beslissing werd aan Raisoeli medegedeeld, die
onmiddellijk in een draagkoets geplaatst
werd, daar hij te ziek is om te rijden. Vier van
zijn eigen slaven begeleidden hem, doch zijn
familie bleef te Tazroet achter.
Een 3antal Riffs, vergezeld door vele Ja-
bala-Mooren, zijn van de bergen naar Sid
Hadi, nabij de grenzen van de laagvlakte ten
Oosten van Arzella, afgedaald. Beweerd wordt
dat zij voornemens zijn een aanval te doen op
de Spaansche troepen in het achterland van
Arzella en Larasj, waar de linie van Primo
de Rivera nog niet voltooid is. Zij zullen hun
uiterste kracht inspannen otp de districten
van Tetoean en Larasj te scheiden Joor de
hoogten ten zuiden en zuid-oosten van de
grens der Tanger-zóne te bezetten. Andere
Riffs en Jabala-afdeelingen zullen zich con-
centreeren nabij Tetoean, doch de voornaam
ste aanvalspogingen schijnen op de Atlan
tische kust en waarschijnlijk op Arzella zelf
te worden ggricht.
DE MILITARISATIE VAN SJANGHAI
De plaatselijke Chineesche militaire lei
ders zijn het eens geworden' over een plan
tot demiütarisatie van Sjanghai. Het plan
omvat de benoeming van een burgelijken
gouverneur van Sjanghai en Wootoeng. Het
arsenaal komt onder beheer van de Kamer
van Koophandel te Peking. Alle troepen zul
len binnen enkele dagen uit Sjanghai worden
teruggetrokken.
In de demilitarisatie is. ook de ontmante
ling der forten van Woosoeng begrepen. De
commissaris voor de verdediging zal door de
regeering van Peking worden benoemd. Als
Peking er mee instemt, wat waarschijnlijk
wordt geacht, zullen deze plannen de wen
schen der Chineesche en der buitenlandsche
handelsgemeenschap volkomen bevredigen.
B
Te Amsterdam werd Maandagavond een
drukbezochte vergadering gehouden, uitge
schreven door dc Amsterdamsche Winke-
liersvereeniging, ter bespreking van de actie
voor het behoud van den avondverkoop.
De voorzitter, dc heer Levisson, vond, dat
men hier bijeen was in de eene plaats als
vogelvrij verklaarden, aan den anderen kar.t
als galeiboeven. Talrijke winkeliers toch
worden verhinderd op een eerlijke wijze hun
brood te verdienen en willen zij het toch
doen, dan worden zij belemmerd door een
regen van processen-verbaal. Spr. wees er
op, dat het bestuur van de Amsterdamsche
Winkeliersvereeniging deze actie niet kan
leiden, zoolang het no.g in contact staat met
het wettig gezag, zoolang het nog kan ver
moeden, dat 't Amsterdamsche raadsbesluit
door den minister vernietigd zal worden.
Vanavond zei spr., zal men voor de keus
gesteld worden: te winnen of te sterven.
Wil men sterven, sterf dan op het veld van
eer. (Applaus.)
Spr. wees er op, dat de toestand thans
zoo is, dat er alles is te winnen en niets te
verliezen. De vele processen-verbaal wor
den niet veroorzaakt door hen, die open
houden, maar door hen, die sluiten. (Ap
plaus.)
De heer Schalm voerde daarop het woord
en wekte de aanwezigen op de actie krach
tig voort te zetten.
De voorzitter deelde hierna mede, dat een
onderhoud door eenige leden met den bur
gemeester aangevraagd, ter bespreking van
den huidigen toestand, afgewezen was.
Nadat de voorzitter uitvoerig de ellende
geschilderd had, waarin vele winkeliers zul
len komen door de winkelsluiting, besloot
de vergadering, onder applaus de actie
krachtig voort te zetten.
EEN MILLIOEN SUBSIDIE VAN HET
RIJK.
Het weekblad „Olympiade" bevat in zijn
nummer van deze week het volgende be
richt:
„Naar wij vernemen, zal spoedig bij de
Staten-Generaal worden ingediend een wets
ontwerp, waarbij de Regeering een bedrag
van maximaal één millioen gulden aanvraag!
voor subsidie aan de Olympische spelen te
Amsterdam in 1928, De toekenning der sub
sidie zal over een termijn van 4 jaren wor
den verdeeld: van 1925 tot en met 1928
wordt elk jaar een post van 250.000 uit
getrokken.
Het wetsontwerp is onderteekend en zul
dus verdedigd worden door Minister De
Visser.
Het spreekt echter vanzelf, dat de ge-
heele regeering, in de eerste plaats de Mi
nister van Financiën zich er mede heeft vcr-
eenigd.
Wij hebben reden om aan te nemen, dat
bij de Provinciale Staten van Noord-Hol
land en bij den Gemeenteraad an Amster
dam eveneens subsidie-voorstellen zullen
worden ingediend."
DANKSCHRIJVEN VAN
DE KONINGIN.
De voorzitter van den Alg. Bond van R.
K, Rijkskieskring-organisaties heeft het na
volgende schrijven ontvangen:
Hare Majesteit dc Koningin draagt mij op
den Algemeenen Bond van R. K. Rijks-
kieskringorganisaties in Nederland Hoogst-
derzelver oprechten dank te betuigen voor
de vertolking der gevoelens langs telegra-
fischen weg ter kennis van Hare Majesteit
gebracht.
De Adjudant van Dienst.
w. g. A. RUYS.
Het ligt in de bedoeling van het hoofdbe
stuur der P. en T. om in verband met het
Rapport-Nolting in iedere inspectie-afdee-
ling een proef te nemen met het omvormen
van post- en telegraafkantoren in bijkanto
ren. Daartoe zijn in iedere afdeeling drie
kantoren aangewezen. Het gezamenlijk aan
tal op te heffen post- en telegraafkantoren
zal 192 bedragen. Daarnaast wordt een groot
aantal hulpkantoren omgezet in stations. De
eerste maatregel treft hoofdzakelijk de te
genwoordige 4e en 3e klasse directies; de
laatste uitsluitend het platteland.
Ter bestrijding dezer maatregelen organi
seert de C.B.P.T.T. een enquête onder de
burgerij in, de betrokken steden, dorpen en
gehuchten.
Waarom zij wegloopen.
Naar de correspondent van het „A. I.
D." te Weltevreden vernam, moeten er tot
voor korten tijd in de gouvernementssteen-
kolenmijnen te Sawah Loento (Sum.) mis
standen hebben geheerscht, welke een gë-
reede verklaring geven voor taliooze po
gingen tot ontsnapping der daar te werk
gestelde dwangarbeiders en contractkoe
lies. Pogingen, welke door de absoluut on
voldoende bewaking bij duizendtallen ge
lukten I
De zaak is met een paar woorden weer
te geven.
De voeding voor de contractkoelies en
evenzeer voor de dwangarbeiders wordt in
centrale keukens bereid en dient op gezet
te tijden onder de arbeiders te worden ge
distribueerd. En natuurlijk hangt het geheel
Van de organisatie van dit systeem af en
vooral ook van de wijze waarop door de
chefs en opzichters op de uitvoering der
voorschriften controle wordt uitgeoefend,
of het stelsel bevredigende resultaten zal
opleveren. Of het nu aan de organisatie
lag, dan wel aan de controle of misschien
ook aan de omstandigheid dat de bezuini
ging het aantal heeft doen inkrimpen, dur
ven we niet te zeggen. Maar vast staat,
dat de arbeidsinspectie door onverwachte
controle op verscheidene punten van het
uitgestrekte terrein der mijnen tot de ont
dekking kwam, dat de voeding aanmerke
lijk te laat en bovendien in onvoldoende
hoeveelheid werd verstrekt.
Het behoeft geen beloog, dat waar der
gelijke onregelmatigheden en nog wel voor
wat aangaat het meest vitale deel vun de
verzorging der contractarbeiders, zeer
waarschijnlijk sedert langen tijd bij de
Gouvernementsmijnen van Sawah Loento
konden plaats vinden, de hoeveelheid en
de wijze van verstrekking van het voedsel
voor de dwangarbeiders minstens even
slecht en onbevredigend moet zijn geweest.
Een man, die hard heeft gewerkt, in de
afmattende hitte van een steenkolenmijn
in de tropen, verlangt, nadat hij zich heeft
gereinigd, naar een voldoende hoeveelheid
voedsel, of hij dien zwaren arbeid voor
eenige jaren achtereen vrijwillig op zich
heeft genomen, dan wel of bij als straf
voor een misdaad tot bet werk gedwongen
wordt. En krijgt hij zijn eten niet op tijd
en is dan bovendien de hoeveelheid niet
voldoende, dan wordt hij baloorig en kan
zijn ontevredenheid sooedig zulk een om
vang nemen dat hij in zijn wanhoop, on
geacht de ge .olgen, weglooot, zoodra hij er
eenigszins kans toe krijgt. En dat die kans
op Sawah Loentoe heel groot is, staat na
de erkenning van een aantal ontvluchtin
gen in een jaar van drie duizend door den
directeur van Justitie als een paal boven
water.
betreffende de stad Amsterdam, welke de
zen zomer daar ter stede gehouden word;
ter gelegenheid van het 650-jarig bestaar,
der stad. Voorts geeft Sedelmayer uit Parijs
de Fabius Maximus in bruikleen. Het Mu
seum Boymans te Rotterdam zal ,,De Een
dracht van het Land" ter beschikking stel
len.
De Deefcche zangeres Ellen Overgaard zal
Woensdagavond 4 Februari in het Concert
gebouw te Amsterdam met den jongen pia
nist Helimut Baerwald het volgende pro
gramma ten geboore brengen: Liederen van
Schubert (Die Allmacht) Grieg; Die Hütte;
Erste Begegnung; Die Rosenzcit; Ein Tratira;
Richard Strauss; Sibelius; Befreit; Morgen;
Saccilia; Pianosoli Grieg; Holbcrgsuite; Si
belius: Romanze^ op. 24 No. 9 des-dur;
Chopin: Walzer op. 64 cis-moIl;Nachgclas-
sener Walzer; Chopio-Baerwald: Etude op.
25 No. 9 ges-dur.
De Amsterdamsche pianiste Elsa Nolthe-
nius zal op de avonden van Edith von
Schrenck medewerking verleenen.
BOEKENSCHOUW. 15 Jan. 1925. Let-
terkundig Leven in Zuid-Afrika. Over
Vlaamsche Schrijvers, Romans en Verhalen.
Van Menschen en Dingen. Correspon
dentie.
HET SCHILD, Februari 1925. J. van
Santé: Het Middelaarschap van den Pries
ter. Piet Kasteel; Wederom: de Oud
katholieken en de H. Eucharistie. Dr. fr.
Clemens Strijbosch, O.C.R.: Kerkgeschiede
nis IV. Fr. Andreas Metz, O. CisL: Door
het Grieksch bekeerd. Op den Uitkijk.
Vragenbus. Boekbespreking. Corri
genda.
SOBRIÊTAS No. 1, 1925. Bij den nieu
wen Jaargang. Twee Uitersten, P. Mariu»
Lamers, O. F. M. Mijn besten dank! Pater
Ildefonsus, O. M. Cap./Is Drankzucht er
felijk, P. Marius Lamers. O. F. M. Een
paar Zwitsersche Sanatoria voor Alcoholis
ten, D. van Arcken. Uit Eigen Kamp.
Varia."Officieele Mededeelingen van het
Centraal Bureau van Sobriëtas.
ORGAAN DER R. K. ZIEKENVERPLE
GING, 1 Febr. 1925. Administratie Orgaan.
Mededeelingen van het Hoofdbestuur.
Pinksterretraite Retraite in het Cenakel te
Tilburg Aan de Zusters der Limburgschc
Afdeeling Correspondentie. Voorontwerp
yan een Algemeenen Maatregel. Over
Ziekenverpleging en Ziekenverpleegsters.
Toch de overweging wel waard. Ingezon
den 3-Maandelijks overzicht. Vacante
plaatsen. Advertentiën.
ST. ANTONIUS, Febr. 1925. St. Anto-
nius en het H. Sacrament. Jeugdlectuur
II. Het Adviseerend College. Ons Zon
nestelsel. Gouden Deur. De Francis-
caansche Missiebond. Uit onze Missie
van Z.-Chansi. Uit onze Missie van Bra
zilië. Missie-Actie. - Missie-Kron.
Missie-giften. Een Kind van God.
Verkr. en Gevraagde Gunsten.
TIJDSCHRIFT VOOR R. K. BUITENGE
WOON LAGER ONDERWIJS, le Jaarg. No.
1 (Jan. 1925). Aan de lezers, door de Re
dactie. Uit de Voorgeschiedenis, door I.
C. M. Broekman. Kinderstudie I, door
Zuster Eugenia, Santé de Sanctis, door
Br. J. Baptist. Mededeelingen. Uit de
Tijdschriften.
Naar de „N, R. Crt." verneemt, is het
thans zeker, dat Rembrandt's „Claudius
Civilis" uit Stockholm zal worden afgestaan
voor de groote historische tentoonstelling,
Veertig jarea Priester.
Men schrijft ons het St. Joseph-studfe-
huis te Tilburg:
Pater Jacobinus van der Schoot, de ijve
rige, rondborstige, gemoedelijke Carmeliet
zal op 8 Februari a.s. den dag herdenken,
waarop hij vóór veertig jaren de H. Priester
wijding ontving.
Deze oud-Hagevelder werd een half jaer
na zijn Priesterwijding op assistentie ge
zonden naar zijn geboorte-Bisdom, dat hij
bijna niet meer zou verlaten. Feitelijk is dit
feest dan ook een dubbel jubilé.
Veertig jaren lang heeft van honderden
kansels in het bisdom Haarlem zijn gloed
vol woord de toehoorders geboeid. De be
woners van het Piusgesticht te Lisse, waar
de Pat9r tegenwoordig vele maanden van
het' jaar de geestelijke bediening uitoefent,
worden altijd geestdriftig als zij zijn preeken
roemen en zij haken naar zijn terugkomst,
als hij nu en dan vervangen wordt.
Geen wonder dat ontelbaren in het Haur-
lumsche diocees Pater Jacobinus hun vriend
noemen. En een ware vriend is hij, die zoo
oprecht en hartelijk weet belang te stellen
in alles wat zijn kennissen aanbelangt.
Leefde de geniale „Chris van Dillen" nog,
hoe zou hij zijn fijnst gevoelde en raakste
tirade ten beste geven en kort en goed tee
kenen het schoone karakter van zijn uil-
nemenden boezemvriend.
Geen huldigingscomité heeft zich ge
vormd voor dezen trouwen priester Gods,
gjen gelden worden ingezameld voor een
feestgave aan dezen oprechten dienaar der
zielen, maar wij twijfelen er niet aan of /Ie
Katholieken van bet Haarlemsche diocees
zullen op 8 Februari voor den jubilaris bid
den en honderden blijken van belangstelling
zullen hem op dien dag bereiken in het
Carmelieten-klooster te Aalsmeer
De Apostolisch Delegaat voor Zuid-Afrika»
mgr. J. Gijlswijk O.P., benoemd tot voor
zitter van het internationaal Concilie der
Apostolische Vicarissen, Prefecten, en Mis
sie-Oversten van de Ncd. Oost-Indische be
zittingen, zal, naar uit Pietersburg gemeld
wordt, kort na Paschen vandaar vertrekken.
Mgr. denkt ongeveer 3 maanden afwezig l«
zijn.
15
„Maar, Delia, kind, als hij ziek is.---
„Is dat niet reden genoeg? Mr. Miller,
blijkt er wel zoo over te de,nken. Hij komt
dadelijk hier. om met mij de trouwv ergun-
ning te halen. En ik wil jou en je moeder als
getuigen hebben juist jullie beiden, be
grijp je. Natuurlijk moet alles zoo kalm en
rustig mogelijk gaan; zoo eenvoudig als maar
mogelijk is."
..Je wilt hef doen, Delia zonder op de
terugkomst van je vader te wachten? Ik ge
loof dat je voor geen kleintje vervaard bent,
lieve dat denk ik, O, jou kleine, slimme
heks! Je had alles reeds afgesproken, alvo
rens je hier kwam! We zullen komen
moeder en ik; natuurlijk zullen we komen
maar je hebt ons niet noodig. Iedereen kan
getuige zijn."
„O ja, ik heb je wèl noodig. Jullie zijn de
eenige vrienden, die ik in Copah heb 'k
kan niet méér voor de noodige gebruiken
zorgen, dan ik deed, maar ik ik zou gaar
ne zien, dat de menschen overtuigd zijn,
dat ik goed handel. Je begrijpt, wat ik be
doel. Ik zou graag hebben, dat de menschen
j weten, dat ik mijn geestkracht behouden
heb en dat ik, door dc omstandigheden ge
dwongen, niet verplicht was, een verlaten
bruid te blijven, die wachtte, om morgen
naar het altaar geleid ic worden. Je begrijpt
wel, wat ik zeggen wil."
„Ik begrijp het," was het antwoord, op
zusterlijken toon gegeven, „en ik ben trotsch
op je, lieve Delia. En we zullen er wel voor
zorgen, dat ook andere menschen het be
grijpen. Ik hoop slechts, dat je zoo gelukkig
zult zijn, als je waard bent, het te zijn."
„Heb daarover geen zorg. Ik ben nog
nooit zoo zeker van mijzelf geweest als
dezen morgen. Als nu Mr. Millen maar wilde
komen.
„Daar komt hij juist aan," zeide Katie,
terwijl zij uit het venster keek. „Ga jij hem
te genioet en ga met hem mee, terwijl ik
naar boven ga, om me le kleeden. Moeder
is naar het ziekenhuis gegaan, om een zieke
vrouw tc boeoeken, doch ik zal een omnibus
nemen en haar gaan halen. We zullen je in
het hotel ontmoeten op den tijd, dat je klaar
bent."
Alsof zij de gastvrouw en geen gast was,
ging Miss Hayncs den Anglicaanschen gees
telijke aan de deur te gemoet.
„Ik ben klaar," Zeide zij, met een glim
lach, waaraan geen man, hetzij oud of jong,
weerstand zou hebben kunnen bieden „Miss
Hogan verzocht mij. haar bij u te willen
verontschuldigen. Zij maakt zich gereed,
haar moeder te gaan halen, die uitgegaan is
en zij beiden zullen ons in het hotel ont
moeten,"
„Zeer goed. Hebt u er niet op tegen, dat
we wandelen? Ik ben niet rijk genoeg, om
een auto in eigendom te bezitten.'
In het binnenste van haar hart beloofde
Delia zich zelf, dat deze sympathieke jonge
man, die eigenlijk meer een beroepsatn-
leet geleek, later eigenaar zou zijn van een
auto, al moest zij het uil haar bruidschat
betalen. Maar hardop zeide zij: „Ik houd
van wandelen. Ik heb dagen achter elkaar
geloopen, als we op de herten- of beren
jacht waren cn ik houd er werkelijk van."
Er werd niet veel gesproken tijdens de
wandeling naar het gerechtsgebouw, maar
Millen, die even nauwgezet als sympathiek
was, dacht veel na. Nadat de jonge vrouw
in de lift van het hotel hem haar naam ge
zegd had, was dit een halve openbaring
voor hem geweest.
Hij had de couranten gelezen en gelijk
ieder ander, die de berichten van de „As
sociated Press" gezien had, wist hij, dat dc
met de noorderzon vertrokken kassier Bar
rett op hel punt stond, te trouwen met de
dochter var den rijken mijneigenaar Jason
Haynes, uit Utah ja, dat hij zelfs op reis
was, om zijn bruid te trouwen, toen hij voor
de bekoring bezweek.
Geheel natuurlijk trok Millen er de vol
gende conclusie uit: Mis Haynes, gekweld
en vernederd door de positie, waarin zij
zich zoo plotseling zag geplaatst, had toeval
lig aan de ontbijttafel in het hotel een vroe-
geren kennis ontmoet en had zich nu, daar
zij in haar trots gekrenkt was, aan de reactie
overgegeven. Zij was hierover weliswaar
niet in bijzonderheden getreden met hem,
maar hij kende mannen en vrouwen te goed,
om de juiste geschiedenis niet voor zich zelf
te kunnen vaststellen.
Terwijl hij dit alles naging, was zijn plicht
als man en als geestelijke hem duidelijk.
Toen zij het gerechtsgebouw waren binnen
getreden, verzocht hij haar, op een bank in
de rotonde tc gaan zitten en nam naast haar
plaats.
,^Jk moet nog enkele minuten met u spre
ken, alvorens u den beslissenden stap doet,
miss Haynes," zeide hij ernstig.-„Vooreerst
moet ik u eenige vragen stellen, welke u,
naar ik vertrouw, eerlijk en openhartig zult
beantwoorden. Is het waar, dat u verloofd
waart met dien man, Barrett, die, naar het
schijnt, zijn lastgevers bestolen heeft?"
Zij knikte levendig. „Ja, dat is waar."
„En vóór hij zijn verachtelijke daad pleeg
de, had u hem willen trouwen?"'
„Ik veronderstel, dat ik het zou gedaan
hebben."
„Neem me niet kwalijk, miss Haynes, als
mijn plicht u soms pijnlijk aandoet, maar
beminde u dien man?"
„Ik ik dacht het."
„Maar nu wilt u op dit oogenbiik een an
deren man trouwen. Mijn beste jonge dame,
ik vraag u, toch goed na te denken, alvo
rens u dezen onherroepelijken stap zet. Ik
moet er u op wijzen, dat gij u zelf toch eer
lijk en vrij" afvraagt, of gij, als gij dezen zie
ken man trouwt, tegen u zelf en hem geen
wreede onrechtvaardigheid begaat; of gij
niet tot dezen stap bewogen zijt, meer door
gewonden trots en een natuurlijk een
zeer natuurlijk verlangen, om de wereld
te laten zien, dat uw hart niet gebroken was,
dar. door gevoelens van liefde, welke gij
voor Mr. Baxter hebt."
Haar antwoord was duidelijk en schijn
baar ondubbelzinnig.
„Ik weet heel goed, wat ik doe, Mr. Mil
len cn mijn geweten is volmaakt rustig. Wat
er ook in het verleden gebeurd moge zijn,
biervan ben ik zeker, dat ik den man, dien
gij mij hielpt naar zijn kamer in het hotel tc
brengen, reeds lang uit geheel mijn hart
liefheb en dat mij geen offer tc groot is, om
voor hem te brengen. Ik weet, wat u wilt
zeggen en wat de wereld zal zeggen
evenwel slechts voor korten tijd dat ik
n.l. handelde in overspanning; dat ik uit een
gevoel van wrok trouwde en onl te trachten
de menschen te doen gelooven, dat ik er mij
niets van aantrok.
Laat het zoo zijn. Geloof wat u wilt en
als anderen er u naar vragen, mag u gerust
zeggen, dat ik het niet ontkende, toen u mij
vroeg, of het zoo was. Is er anders nog iets,
dat u mij wilde vragen? Zoo niet, zouden
we dan niet beter doen, met hel vervullen
der verschillende formaliteiten verder te
gaan? Ik vind het niet noodig, Mrs. Hogan
en Katherine te laten wachten."
De jonge geestelijke zuchtte en gaf het op.
Er lag eenige uitdaging in den toon van haar
stem, welke hem waarschuwde, dat hij reeds
zoo ver gegaan was, als hij maar durfde
misschien zelfs reeds iets tè ver. Er was ech
ter klaarblijkelijk geen hinderpaal, zoodat
hij gerust zijn plicht kon doen en er verder
maar het beste van wilde hopen.
Bij het bureau van den ambtenaar, waar
heen hij haar bracht, verklaarde hij de om
standigheden, waarom de bruid, en niet de
bruidegom, een vergunning noodig had en
hij verwonderde zich wel eenigszins o%*er de
stiptheid, waarmede zijn gezellin de tot haar
gerichte vragen, omtrent leeftijd, geboorte
plaats, geboortedatum en dergelijke van haar
verloofde beantwoordde.
Het was voor hem het bewijs, dat het geen
vreemde was, dien zij trouwde. Zij verkeer
de niet in dc minste verwarring, behalve
toen zij de namen op moest geven.
„Is het 'beslist noodzakelijk, dat u de vol
ledige namen opgegeven worden? vroeg zij
en toen de klerk zeide, dat dit de gewoonte
was, vroeg zij weer: „Is het huwelijk niet
wettig, wanneer niet de volledige namen op-
'gegeven zijn?"
De klerk was geen advocaat, wat hij glim
lachend opmerkte en hij droeg de vraag «ver
aan den geestelijke. „Hoe zou dat zijn, Mr.
Millen?" informeerde hij.
Dochxhier deed zich het geval voor, dat
dc eene blinde den anderen moest leiden.
„Ik weet niet, wat de wet in deze» voor
schrijft; de kerk spreekt alleen van voorna
men; „Wilt gij, James, deze vrouw, Delia,
tot u nemen." enzoovoorts."
(Wordt vervolgd