De geheimzinnige treinroof. De Katholieken en de Olympische spelen 1928. NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT Tweede Blad Maandag 23 Februari 1925 Van de overige vraagstukken zal vermoe- J de aan de petroleumbronnen aangerichte Een buitengewone conferentie over het vraagstuk der ontwapening van Duitschland te wachten? Het grens verschil tusschen Italië en Egypte; een ultimatum. De toestand van den koning van Engeland. Dawes over Frankrijk's verarming. De Zeppelin werf te Friedrichshafen; een poging tot behoud. Onder de radioberichtenDe kwestie van Frankriik's veiligheid. Een aanslag op Buigaarsche ministers. De toestand van Branting verergerd. President Coolidge over de ontwapening. Alle mannelijke ingezetenen boven de 30 De moord in de Engelenburg straat. RECHTSZAKEN Gem. buitenl. berichten. RECHTSZAKEN. FEUILLETON. Te voorkomend. Een onwillig wethouder. KUNST EN KENNIS I e (slot.) Nadat wij hebben nagegaan het alge meen standpunt van den katholiek tegen over de Olympische spelen 1928, het stand punt van het katholieke Nederlandsche volk en zijn staatkundige vertegenwoordi gers, in verband met de kwestie van den geldelijken steun, zoowel uit de overheids kas als uit het „privaat-bezit", zullen wij thans in het bijzonder nog iets zeggen over de houding van dit deel der katholieken, dat georganiseerd is in en sympathiseert met de op katholieken grondslag vereenig- de sporlbeweging. Hoe moet vooral deze zich sportief en financieel gedragen tegenover de aanstaan de Olympische spelen? En hoe moet ver der haar houding zijn? Het spreekt vanzelf, dat onder de ka tholieke sportbeoefenaren, in de Roomsche organisatie vereenigd, directe belangstel ling voor dit sportfestijn bestaat. Het is niet overbodig, daar iets over te zeggen, want men meent wel eens, dat deze belangstelling moet worden tegengegaan als verleidelijk en gevaarlijk. Alweer: enthou siast hehoeven wij deze belangstelling niet aan te moedigen. Laat ons in juiste banen leiden! Voor menigeen van de katholieke sportorganisatie zal daar straks in het Olympisch stadion te Amsterdam iets te leeren en veel te genieten zijn. Wij weten, dat het vreemd gevonden wordt, zoo iets thans te beweren. Vergeet men dan, dat bijv. de R. K. F. altijd voor haar leden belangstelling voor de interland-wedstrijden van den N. V. B. officieel aanmoedigde? Wat was" daar tegen? Niets eenvoudig. Het had, ook voor het doel der Roomsche or ganisatie, veel voordeel! Toch moeten wij in zulke dagen voor tegenwicht zorgen. Duidelijk bijv. nog eens het katholieke ptandpunt inzake de algemeene sportkwes- ties belichten en doen blijken aan de mee- rendeels jongere enthousiasten voor zulke Olympische sport, dat trouw aan de Room sche vaan noodig is, ook al bereikt men daar niet licht olympische records en in ternationale prestaties! Wij hebben al eens de opmerking ge hoord, dat overheidsgeld zal worden aan gewend voor steun aan Olympische spelen, waaraan de katholieke sportbeoefenaren niet actief zullen deelnemen. Maar zou men dan leden van katholieke organisaties mogen uitsluiten? Die vraag beantwoorden wij ontkennend en het is, dunkt ons, duidelijk genoeg waarom. Al leen zal deelneming formeel niet zoo ge makkelijk te regelen zijn, omdat geen en kele katholieke organisatie bij het Neder- landsch Olympisch Comité is aangesloten. Afgezien van de vraag, of dit practisch mogelijk is (niet dus, of het principieel ge weigerd zou worden, want dit achten wij ongeoorloofd) achten wij dat om allerlei re denen niet aanbevelenswaardig, tenzij al leen om eventueele deelneming aan de Olympiade mogelijk te maken. In het bui tenland is deze zaak in elk geval geregeld. .Het is bijv. interessant er aan te herinne ren hoe op de Antwerpensche Olympiade 1920 de katholieke gymnasten de beste turners en de fraaiste banieren hadden! En in de spelen van Parijs 1924 deden aan de athletiek-kampen verscheidene leden van de Frrnsche katholieke organisatie (de F. G. S. P. F.) mede, die werkelijk niet zoo'n slecht figuur sloegen. Al werd er géén offi cieel geclasseerd (dit gaat slechts tot de vierde plaats) uit de officieele Fransche katholieke gegevens van dien tijd blijkt ons dat in sommige kampen (100 en 400 meter bijv.) de zevende plaats werd ingenomen, alzoo beter bijv. dan menig deelnemer van ons N- O. C. Wij waren vroeger en zijn thans nog bij soortgelijke kwesties van oordeel, dat bui- tenlandsche voorbeelden voor ons niet be slissend moeten zijn. Wij nemen er ter be oordeeling kennis van en bepalen dan ean eigen standpunt. In België bijv. speelt de Roomsche Voetbalclub op eersten Pinkster dag. Hier in Holland denken wij daar niet aan! Stelt men de kwestie of katholieke or ganisaties principieel afwijzend moeten staan tegenover de vraag of zij actief aan de Olympische Spelen 1928 kunnen deelne men, dan moet ons antwoord, naar wij meenen, in dit geval ontkennend luiden. Die actieve deelneming aan de spelers door katholiek georganiseerde sportsmen is prin cipieel o.i. niet ongeoorloofd. Het kan voor de katholieke organisaties èn voor de Olympsche spelen zijn nut heb ben, na te gaan of die deelneming practisch mogelijk is. Want dit zou natuurlijkerwijs in belangrijke mate van invloed zijn bij de bepaling van de hoegrootheid der „finan- cieele belangstelling" voor de Olympisohe spelen onder katholieke sportslui. Dit is, dunkt ons, zoo duidelijk, dat wij daar over wel niets meer zullen behoeven te zeggen! Of ar practisch wel ooit iets van actief deelnemen van een onzer aan de Olym piade komen zal? Wij leven pas in 1925! De Olympiade, met betrekking waartoe wij speciaal deze beschouwingen schreven, wordt pas gehouden in 1928! Nog ruim drie jaar den tijd! Intusschen k a n de Roomsche organisatie nog veel vooruit gaan! i Zal zij veel vooruitgaan? Dit hangt van de katholieken af. In de eerste plaats van die katholieken, welke nog steeds door lidmaatschap en steun aan de neutrale organisaties gebonden blijven! Toch zei pater Borromaeus nog niet zoo heel lang geleden te Amsterdam op een groote vergadering: Ik kan me niet voor stellen, dat een eerste klasse katholiek in de neutrale organisatie .blijft! Het is inderdaad dikwijls niet te begrij pen! Men weet heel goed, hoe de ongebrei delde sportopvattingen en neutrale sport- methodes aan eei\, in dit geval te noemen uiterste katholieke zijde, felle bestrijding vinden, meerendeels terecht. Heeft men niet bedacht, dat men deze, niet altijd even sympathieke strijdwijze veel van haar grond ontnemen zou, door de neutrale organisa tie vaarwel te zeggen en de katholieke te steunen en te helpen groot maken? Mocht in deze dagen, nu de algemeene belangstelling zeker meer gericht wordt op de sport en de haar omringende kwesties, nu de voorbereiding gaande is voor het Olympisch festijn van 1928 waar voor bij publieke en private beurzen om geldelijken steun wordt aangeklopt, bij die talloos vele katholieke sportmenschen in het neutrale kamp toch eindelijk eens het besef doordringen, dat er ook in de soort een antithese bestaat. Een antithese, die men wel kan trachten weg te redenee ren van Roomschen kant, maar die nooit zal verdwijnen door het karakter van efe overzijde. Dat bij zulke machtsverhoudin gen de Roomsche kant het onderspit de'ft en practisch de schade' lijdt, ligt in al zijn verschrikking en bittere gevolgen voor de hand! Maar. men gelooft het niet, men ge lóóft het niet!.... delijk dat van de Schupo (veiligheidspoli- schade. Weliswaar hebben de Engelschen de tie) tot lange gcdachtenwisselingen leiden, Haarlem. H. N. SMITS. Engeland, Frankrijk en Duitsch- land's bewapening. Op het departement van buitenlandsche faken te Londen werd Zaterdag aan de jour nalisten medegedeeld, dat Herriot het, met het oog op den financieelen toestand in Frankrijk, niet mogelijk acht ook maar voor den tijd van 48 uur naar Londen te gaan. Chamberlain zal daarom op weg naar Ge neve een dag te Parijs blijven om met den Franschen premier overleg te plegen, en waarschijnlijk op zijn terugreis nogmaals een dag te Parijs blijven. De besprekingen tusschen Herriot en Chamberlain zullen uit sluitend betrekking hebben op het rapport van de militaire controle-commissie nopens de ontwapening van Duitschland. Het vraag stuk van de oorlogsschulden zal daarbij niet worden aangeroerd. In Britsche regeerinjgskringen blijft men de verwachting koesteren, dat Herriot alsnog met Chamberlain en Churchill te Londen de quaestie van de oorlogsschulden zal ko men bespreken, maar men heeft nog geen verdere stappen gedaan om deze conferentie voor te bereiden. Ook indien Chamberlain twee dagen te Parijs aan de bespreking van het rapport nopens Duitschlaild's ontwapening zal kun nen wijden, zal nog nader overleg tusschen de geallieerde regeeringen over deze quaes tie noodzakelijk zijn, alvorens de nota aan Duitschland kan worden verzonden. Wan neer dit zal kunnen geschieden, hangt af van de vorderingen welke de commissie te Ver sailles maakt, welke het rapport moet be- studeeren. Op het oogenblik wordt het rap port bestudeerd door de deskundigen van het Engelsche departement van oorlog, die het Woensdag a.s. in handen van het kabi net zullen stellen. Een R. C.-bericht uit Londen meldt, dat de Daily Telegraph gelooft, dat het verslag van de militaire missie der geallieerden over Duitschland'» ontwapening geenszins zoo ernstig is als men veelal aanneemt. Dit heeft vooral betrekking op die gedeelten, welke over het oorlogsmaterieel handelen. De te kortkomingen en ontduikingen op dit stuk zouden op korten termijn terzijgesteld kun nen worden. hoewel vroegere Duitsche regeeringen zich reeds bereid hadden verklaard, de Schupo op de basis van een burgerlijke politie te reor- ganiseeren. De definitieve beteekening van de tekort komingen aan Duitschland zal vermoedelijk niet eerder dan half Maart geschieden, om dat het verslag vóór Chamberlains vertrek naar Genève de verschillende phasen van onderzoek nog niet doorloopen kan hebben en Chamberlain op weg naar Genève en te rug waarschijnlijk met Herriot een ontmoe ting zal hebben. De „Times" verwacht, dat Duitschland's ontwapening op een bijzondere conferentie der geallieerde ministers behandeld zal wor- zat worden. Luther en Stresemann hebben herhaaldelijk verklaard, dat de kwestie door mondelinge onderhandelingen opgelost zou kunnen worden en dat een algemeene over eenstemming te bereiken zou zijn, met uit zondering van het punt, dat betrekking heeft op het kazerneeren van de groene veiligheids politie. Vandaar zal het noodig zijn te over- I wegen, wanneer en hoe de Duitschers ge- raadpleegd kunnen worden. Dat dit natuur- lijk pas nadat Engeland, Frankrijk en België het eens zijn geworden over de kiesche kwes tie van de wijze van handelen. Dawes over Frankrijk's verarming. Uit Chicago wordt gemeld, dat Dawes in een afscheidstoespraak in de bankiersclub alvorens zijn ambt van vice-president van de Vereenigde Staten te aanvaarden gezegd heeft, dat maar weinig menschen er zich re kenschap van geven hoezeer Frankrijk ver armd is door den oorlog. Hij voegde er aan toe dat zijn persoonlijke meening was en niet die van de Vereenigde Staten dat als po litiek heeft, dat Frankrijk betalen moet naar zijn betalingscapaciteit. Dawes sprak de hoop uit dat er vroeg of laat een „Dawes-commis- sie" zou komen om te onderzoeken hoeveel Frankrijk betalen kan of dat het niet verstan diger zou zijn Frankrijk's schuld te annulee- ren. De Spanjaarden in Mar- rokko. In den nacht van Donderdag op Vrijdag hebben de Spaansche troepen het vuur ge opend op Djeballa, waar zich in de interna tionale zóne lieden bevonden, die juist van de markt te Tandsjer teruggekeerd waren. Een vrouw moet door de beschieting gedocd zijn en drie mannen gewond. De overheid heeft bij den Spaanschen commandant ge protesteerd. Men meldt samenkomsten van opstandelingen in de Spaansche zóne.. De nieuwe Pruisische crisis. De Berlijnsche bladen bespreken de nieu we regeeringscrisis in Pruisen al naar hun partijkleur. De rechtsche pers en ook de Rothe Fahne juicht en ziet in Landdagont binding en nieuwe verkiezingen de eenige oplossing, terwijl de linksche organen de coalitie van Weimar aanmanen hecht te blij ven en bij de nieuwe'verkiezing van een eer- ste-minister op 4 Maart weer Marx te kie zen en af te wachten of de oppositie van uiterst rechtsch en uitst linksch eensgezind blijft. Sommige bladen schijnen te verwachten dat de communisten lang met de Duitsch- nationalen en volkschen kunnen samen gaan, doch de Frankf. Ztg. komt deze illusie verstoren met de opmerking dat juist de communisten hun draai hebben in een per manente crisis, omdat zij een regeeringz- chaos wenschen. De rechtsche partijen zullen al evenmin geneigd zijn hun oppositie op te geven. Zij hopen ook in Pruisen het centrum naar rechts te trekken, gelijk hun dat in het rijk reeds is gelukt. Bij die speculatie loopen zij wel het gevaar dat het centrum hun in het rijk de dwarsdrijverij in Pruisen vergeldt, maar die kwade kans schijnt hen niet af te schrikken. De Berlijnsche bladen vermoeden, dat de beide leden van de centrumspartij in den Pruisischen Landdag, die niet aan de stem ming over de motie van vertrouwen in het kabinet-Marx hebben deelgenomen, hoewel zij in het gebouw waren, niet aan den wensch van hun partij om hun mandaat neer te leg gen gevolg zullen geven, doch over zullen loopen naar de rechterzijde. Het geschil met Roemenië. De Duitsche bladen deelen uitvoerige bij zonderheden mee over het geschil met Roe menië dat tot ernstige verwikkelingen dreigt te leiden. De eischen van Roemenië, gegrond op art. 259 van het Verdrag van Versailles, be treffen in hoofdzaak de bankbiljetten ten bedrage van 1% milliard lei, die de Banca General te Boekarest tijdens den grooten oorlog op bevel van de bezetters heeft uitge geven. Later heeft de Roemeensche Natio nale Bank deze biljetten ingewisseld (welke transactie van ongunstigen invloed op den koers van de lei is geweest) en thans wil Roe- mepië de daarbij geleden schade op Duitsch land verhalen. Ter conferentie te Londen heeft de Roe meensche regeering getracht haar eischen opgenomen te krijgen in het plan-Dawes, doch dat is toen afgewezen. De Duitsche bladen beroepen zich thans op de te Londen getroffen regelingen, waar mee Duitschland, wat de schadevergoeding betreft, kij kaf is. Dit geldt niet alleen voor de bankbiljetten-zaak, doch ook voor de ver dere eischen, die o.a. betrekking hebben op boortorens en putten beschadigd, doch Roe menië beschouwt dit als een gevolg van den Duitschen inval. Ofschoon de Duitsche regeering bijgevolg geen gevolg wil geven aan de Roemeensche eischen, is zij wel tot een schikking bereid. Dit blijkt uit haar nota van 28 Januari, waar in zij Roemenië een som van 50 millioen goudmark heeft aangeboden, op welk voor stel nog geen antwoord uit Boekarest is inge komen. Ook heeft zij zich bereid verklaard deel te nemen aan de in deze maand te Wee- nen te houden onderhandelingen tusschen Oostenrijk en Roemenië. Inzake het Duitsch-Roemeensch geschil heeft de Roemeensche minister van Buiten landsche Zaken verklaard te hopen, dat Duitschland nog op het laatste oogenblik jaar worden verkiesbaar voor het parlement met dezelfde uitzonderingen. MISLUKTE IMMIGRATIE IN AUSTRALIË. Honderden Grieksche en Servische land verhuizers die geen werk hebben kunflen vinden, hebben zich gisteren ingescheept om naar Europa terug te keeren. DE ZAAK DEM AN. Zondag ving voor het hof van beroep de behandeling aan, in appèl van de zaak De- man eenige Men weet, dat de Vlaamsche ambtenaar Remi Deman eenige weken ge leden door de boetstraffelijke rechtbank te Brussel werd veroordeeld tot 3 jaar opslui ting en het betalen van 50.000 franks ver goeding aan de ouders van den door hem tij- Roemenië's gewettigde aanspraken zal vervul- dens een relletje neergeschoten secretaris der len. Er wordt een ministerraad gehouden fascistische partij, Maquet. Zoowel Deman die waarschijnlijk den datum zal vaststellen als het Openbaar Ministerie teekenden de represaillemaatregelen tegen hoewel om redenen van verschillenden aard appèl aan tegen dit vonnis. De Vlaamsche pers opende een solidariteitsinschrijving ten bate van het gezin Deman en bracht aldus circa 150.000 frs. bijeen, hoewel slechts om 50.000 fres. was verzocht. Met de voorlezing van het verslag der be handeling van de zaak-Deman door de boet straffelijke rechtbank ging de heele ochtend voorbij. Na den middag kwamen het Open baar Ministerie eri een der verdedigers van Deman, mr. H. JJorginon, aan het woord. Na pleidooien van mrs. Borginon en De- waarop Duitschland zullen worden toegepast. Verklaringen van den Tnrkschen Minister van Buitenlandsche Za ken. In de Turksche Kamer heeft de minis ter van Buitenlandsche Zaken verklaard, dat Turkije niet zal antwoorden op de laatste Grieksche nota in de kwestie van den pa triarch en dat zij ook niet voor den Volken bond verschijnen zal, daar deze slechts ge roepen is tot het bewaren van den vrede tus schen staten en het in dezen om een interne binnenlandsche aangelegenheid gaat, waar bij de Volkenbond niet tusschenbeide ko men kan. De „Times" verneemt uit Konstantino- pel, dat de Turksche minister van Buiten landsche Zaken verklaard heeft, dat* in zake de Mosoel-kwestie zijn hoop gegrond was op de onzijdigheid van de commissie van on derzoek en op den geest van onafhankelijk heid van de bewoners, tegen welke misschien bedreiging uitgeoefend zou worden met vliegtuigen, machinegeweren en kanonnen. De minister heeft voorts verklaard, dat alle uitwisselbare Grieken officieel aanzegging gekregen hebben hunne aangelegenheden te regelen en hun paspoorten aan te vragen bij de uitwisselingscommissie. Anders zullen zij in hechtenis genomen en uitgezet worden. swarte en repliek van de burgerlijke partij en het Openbaar Ministerie heeft het hof van beroep Remi Deman vrijgesproken. DE ZIEKTE VAN DEN KONING VAN ENGELAND. De drie geneesheeren, die den koning van Engeland behandelen, zijn Zaterdagavond opnieuw ten paleize geroepen, waar zij drie kwartier vertoefd hebben. Reuter verneemt van gezaghebbende zijde, dat de genezing van den koning langzaam te werk gaat, maar dat er niettemirT verbetering in den toestand te bespeuren valt. Men verwacht dat de symptomen van de bronchitis onder de behandeling op bevredigende wijze zullen verdwijnen, doch een snelle genezing is nauwelijks te verwachten. recht wegens overdreven belangstelling in de aangelegenheden van anderen en wegens verzet tegen de politie. Hij had eenigen tijd geleden 's nachts om halftwee in de buurt van de Ferdinand Bol straat gemeend, dat een heer en een dame ruzie maakten en hij had de dame toen be leefd aangeboden den heer „af te tuigen". Een vechtpartij ontstond en twee rijwiel agenten arresteerden het al te voorkomende jongmensch. Eenige oogenblikken ging hij gewillig mee toen begon hij volgens de getui gen te rukken en te trekken en het gevolg was dat ze alle drie over de straat rolden en beklaagde de handboeien aankreeg. Hij zelf trachtte zijn gedrag te verklaren door te zeggen dat de agenten hem pijn de den aan een arm, die hij na een motoronge luk nog niet goed kon gebruiken en dat ze een Yiu-Yitsu greep toepasten. De politie-rechter, Mr. Servatius vond het noodig beklaagde een scherpe terechtwijzing te geven voor zijn gedrag op de zitting, waar hij het voorstelde alsof de polite blaam trof. Beklaagde meende dat dit op een misver stand berustte. Mr. Van Lier eischte acht dagen gevange nisstraf tegen den jongeman. De politierech ter, aannemende dat bekl. zich niet meer aan dergelijke feiten zal schuldig maken,; veroordeelde hem tot 80 boete. Donderdag 12 Maart hooger berop. Naar verluidt zal de strafkamer van hef gerechtshof te 's-Hage Donderdag 12 Maart I a.s. in hooger beroep behandelen de zaak tegen den 25-jarigen stoker-machinist, Jacob v. d. G., uit Den Haag, die door de Haag- sche rechtbank wegens doodslag onder be- zwarende omstandigheden, gepleegd op zijn zuster, wonende in de Engelenburgstraat, is veroordeeld tot levenslange gevangenisstraf. Vanwege het O. M. is thans nog een 25-tal getuigen opgeroepen. Ook door den verde diger. mr. W. H. G. Bekker, zullen waar schijnlijk nog verschillende getuigen en des kundigen worden gedagvaard. SNEEUW IN HET KANAAL. rr^„„<o Draadlooze berichten melden, dat de a le,.e h scheepvaart in het Kanaal ernstig wordt Ondanks de jongste logenstraffingen v bemoeilijkt door dichten sneeuwval, die het den Italiaanschen gezant en de Egyptische uitzicht onmogelijk maakt. De sneeuw valt regeering nopens de militaire bedrijvigheid zwaaT> dat zij met schoppen van de dek- der Italianen aan het Westelijke front van most WOrden verwijderd. Egypte is het, naar luid van een R. C.-be richt, toch waar dat Italië ten slotte aan de Egyptische regeering een op een ultimatum gelijkende nota heeft gestuurd^ waarin de regeering te Rome erkenning van zijn aan spraken op de oasis van Jerabub eischt. Je- rabub is door een keten van oases midden in de woestijn van de Nijllanden gescheiden. Het is strategisch een belangrijk punt, een soort van bruggehoofd van de Westelijke woestijn. De Egyptische eerste-minister heeft ge antwoord, dat deze eisch niet ingewilligd kan worden. Het kabinet is echter bereid, voorstellen te doen betreffende een voorloo- pige overeenkomst over de grenslijn..... (Volgens een bericht van Belga uit Parijs, zou de Egyptische premier zijn verbazing geuit hebben over den Italiaansche stap en verklaard hebben, dat Egypte te Rome aan Mussolini het Egyptische standpunt ken baar zou maken). Later -werd gemeld Als een aanwijzing voor een verbetering in den toestand in Egypte beschouwt men Te Londen is het weer koud maar zonnig. DE IN INKOMSTENBELASTING FRANKRIJK. Bij de behandeling van de middelenwet heeft de Fransche Kamer een bepaling aan genomen, waarbij de contróle op de aangif ten over de inkomstenbelasting verscherpt wordt, waarbij als grondslag aangenomen wordt de uitgaven der belastingplichtigen en de uiterlijke teekenen van rijkdom Uit Reikjavik wordt gemeld, dat de Yslandsche visschersvloot in de haven is teruggekeerd na bijna 18000 mijlen vergeefs te hebben afgezocht naar twee Yslandsche treilers, die sedert de stormen van de vorige week niet zijn weergezien. De beide schepen worden thans als verloren beschouwd. Het zijn de „Leifur" met 32 .Yslanders en de „Robert" met 29 Yslanders en 6 Engelschen aan boord. De Times meldt, dat de Engelsche be- hêt officieele b.,ich,. di «£g« hoorende tot het garnizoen van Gibraltar, dat in December naar Egypte is gezonden, over een maand daarvandaan terug zal keeren. DE VER. STATEN EN DE ZEPPELIN- WERF TE FRIEDRICHSHAFEN. De Amerikaansche Senator Copeland heeft een motie ingediend om het departe ment van den Staat te verzoeken aan den ge- Zantenraad mee te deelen, dat de regeering zich verzet legen de vernieling van de Duit sche Zeppelinwerf. Copeland zeide, dat er- bericht was ontvangen, dat de gezantenraad Zich had uitgesproken voor de verwoes ting, wat een ramp zou zijn voor de heele wereld. HET AMERIKAANSCHE SCHIP TE ITSJANG LOSGELATEN. Ten gevolge van de krachtige protesten zijn het Amerikaansche stoomschip Chi- chuen en de kapitein van het schip losgela ten. Het schijnt, dat het schip door de mi litaire overheid van Kweitsjou was in beslag genomen, wegens het veroorzaken van den dood van een Chineeschen majoor en twee soldaten. (Naar men weet, had het schip een sampan overvaren.) HET ALGEMEEN MANNENKIES- RECHT IN JAPAN. Het Japansche regeeringsontwerp inza ke het algemeen kiesrecht, dat bij het parle ment is ingediend, zal 10 millioen mannen het kiesrecht schenken. Het stelt voor het kiesrecht te verleenen aan alle mannelijke in gezetenen boven de 25 jaar, met uitzonde ring van de hoofden van adellijke familie's, officiet en van 1 -ger en vloot in actieven dienst regeeringsambtenaren, onnoozelen, gefail- leerden, bedeelden en lieden, die meer dan zes jaar gevangenisstraf hebben ondergaan. gaven als van de manschappen. De uitgaven zullen verlaagd worden met een half millioen pond, het effectief met 900 man. De Ashington-mijn in Northumberland heeft aan 1700 ongehuwde mijnwerkers het werk opgezegd. Vier schachten worden ge sloten, anderen moeten met korter uren wer ken. Volgens een nader bericht over de nood lottige ontploffing in een mijn op het eiland Sullivan (Burma) schat men het aantal doo- den thans op 51. Het mijngas belemmert de reddingsploeg nog, maar zestien lijken en talrijke houwers met brandwonden zijn bo ven gebracht. Uit New York wordt gemeld dat twee transatlantische booten, de Tustasia en de Rochambeau bij een dichten mist, in de na bijheid van het quarantaine-eiland met elkaar in aanvaring zijn gekomen. De Tustasia, die met 200 passagiers aan boord van een pleizierreis naar West Indië terugkeerde, werd aan den achtersteven beschadigd. Van de Rochambeau werd een deel van de ree ling weggerukt. De averij is niet ernstig. Volgens een bericht uit Moskou heeft er aan de kust van de Zwarte Zee, in de buurt van Sebastopol, een geweldige aardverzakking plaats gehad. Ongeveer 130.000 ton aarde zijn in zee gegleden Er werd een schiereiland van 150 meter lengte door gevormd, bene vens verscheidene eilandjes. Vrij naar het Engolsch. 31 „Dat was de Cheddar-kaasman. Hij was nog in de tunnel, doch wilde er juist uitko men, om eens een kijkje te nemen en eerst struikelde ik over hem. Ik greep zijn geweer en hield hem de keel dicht, vóór hij kon schieten of om hulp roepen. Het duurde niet lang hij was te dik." „En die anderen?" ,,Üat ging gemakkelijk. Zij waren achter het ingevallen dak en die kleinste was reeds gewond. Die met de zwarte bakkebaarden schoot zijn geweer op mij af, doch hij was zenuwachtig en kon niet goed richten. Hij dacht,* dat er tien of twaalf mannen waren in plaats van één. Hij sloeg mij één keer, alvorens ik hem neer kon leggen. Kan je hun auto hier naar toe rijden?" „Ik ben zoo zenuwachtig als een b-bange kat, maar ik zal het probieren," zei zij en ging dan heen, om te doen, wat hij gevraagd had. Nadat de groote reisauto naar voren ge reden was, was de volgende moeilijkheid, hoe men de drie bewustelooze gevangenen «r in zou krijgen. Barrett loste het raadsel op, door wat nog van het bed in de hut was overgebleven, in stukken te breken en de planken als een soort helling te gebruiken en zoo rolden zij de menschelijke lading in de auto. De dikke man gaf hun de meeste moeite, doch na eenigen tijd kregen zij ook hem in de auto. „Ziezoo!" zei Barrett, terwijl hij met een harden slag het portier van de auto, waarin de drie mannen in niet al te gemakkelijke houding 'lagen, dichtwierp. „Nu zullen we eens zien, of zij nog eens de koffie van iemand zullen vergiftigen!" Dan wendde ."ij zich tot de bruid van een dag: „Zie mij eens recht in mijn oogen, Delia en vertel mij nu eens, of ik rood bloed genoeg heb, om, ook volgens de meening van je vader, de man te zijn, zooals 'hij tot zijn schoonzoon wenschte." „Je je hebt mij werkelijk verbaasd en ge-geheel in de war gebracht, lieve Jimmie," stamelde zij. „Je je bent zoo geheel an ders! Hoe komt dat?" Hij lachte. „Dat is de reactie van het aapje-op-een-stokje-spelcn, dat je mij in het hotel liet doen. Dacht je iemend getrouwd te hebben, die geen man was. Maar laat ons gaan! Het is nog een lange weg terug naar Copah!" Hij borg nu ook den zak met geld weg, zette zich aan het stuur, DeHa naast hem, en de afdaling van den berg begon. Toen zij bij de bocht van den weg kwamen, waar de „Stephenson" stond, stopte Barrett en keek naar buiten. „Je hebt van nacht hard genoeg gewerkt," zei hij tot Delia, „en ik hen niet van.plan, i ja "die auto naar de stad te laten sturen. Ik zal de rem loszetten en de auto achteruit in den greppel laten rijden. Morgan zendon wij wal iemand hier naar toe. Neem je re volver en rieht haar op die kerels, als zij ontwaken, terwijl ik weg bon. Deze auto is nu een ambulance, maar als zij ons er toe dwingen, vind ik het ook niet erg, er een lijkwagen van te maken. Dan voegde hij de daad bij het woord, klom pvor in de stoomauto en liet haar te- rugloopen, zoodat de andere auto kon pas- seeren. Dan hernam hij zijn plaats achter het stuur der groote reisauto en gaf zijn laatste bevel. „Nu stop je je warm toe, vlij je rustig neer en tracht te gaan slapen. Ik kan den weg naar de stad wel vinden en er is geen enkele reden voor je, om wakker te blijven. Dit is nu juist niet mijn gedachte voor een huwelijksreisje,' maar dat houden we te goed! Kus mij nu, lieveling, en Terwijl zij rechtop ging zitten, zag hij bil het licht van de autolamp, dat zij haar lip afveegde. „Wat was dat bloed?" vroeg hij, terwijl de auto met groote snelheid voortreed „Neen, blanketsel," lachte zij en dan vlijde zij zich naast hem neer en sloot haar oogen. VEERTIENDE HOOFDSTUK. Cheddar-kaas. In de nog grijze schemering van een heer lijken Juni-morgen zagen vroege wandelaars een politie-agent in de kleine mijnstad Copah een automobiel terde. voor zeven personen, van den radiator tot de tank rood van het woestijnzand, vanaf de spoorlijn dë heuvelstraat oprijden. Aan het stuur zat een jonge man, zonder hoed en met holle oogen, zijn haren vol rnet rood stof en naast hem sliep een jonge vrouw met haar hoofd leunende op een schouder van den chauffeur. Haar gelaat cn haar natte sportpak waren eveneens bedekt met rood stof en haar cowboy-hoed hing op één oor. In den ruimen wagen was een lading ge borgen, welke de vroege ochtendwandelaars vol verbazing er naar deed staren. Op den vloer van de auto lagen drie mannen, ter wijl de zitbanken hun tot ruggesteun dien den: een dikke man met een blonde snor; een man met donker uiterlijk en baard, het gelaat met bloed besmeurd en met angstig rondziende oogen; ten slotte nog een derde man, kleiner aan de beide anderen, wiens gelaat een smartvolle uitdrukking Had. De stoffige auto reed tot vóór den hoofd ingang van het Intermountain Hotel. De bléekc chauffeur wekte zeer voorzichtig zijn metgezellin, terwijl enkele voetgangers zich rondom de itüto schaarden, om het bijzon dere tooneel, dat de auto e^ zijn vreemde bezitters bood, te beschouwen. Door de dub bele deuren van het hotel kwam op hun teenen een aantal tclcgramjongens, in dienst van het telegraafkantoor in het hotel, nader, terwijl op het gezicht van zooveel drukte Een jongeman uit Laren stond Vrijdag voor den politierechter te Amsterdam te- langzaam naderbij slen- NASLEEP VAN DE ZAAK TE GOOR. Voor het gerechtshof te Arnhem, werd Vrijdag in hooger beroep behandeld de saak in verband met de opsporing van den ver dwenen nachtwaker te Goor. De 37-jarige koopman A. L. uit Goor, wet- houder dier gemeente, was door den kanton rechter vrijgesproken van het feit, dat hij op 26 Mei 1924 des namiddags half drie, het tijdstip waarop het lijk van den verdwenen nachtwaker te Goor gevonden is, had geloo- pen te Voorst op de spoorlijn Goor-Delden. De eerste getuige, de wachtmeester der marechaussée A. v. d. M. uit Goor, deelde mede, dat er op den bewusten dag invroor oogravingen werden gedaan naar het lijk van den te Goor vermoorden nachtwaker. Get. die toen had gezien, dat bekl. op de spoorlijn i;p, had hem den volgenden dag hierover gehoord. Bekl. had toen gezegd, dat hij wet houder was. Ook was het aan getuige bekend, dat bekl. waarnemend burgemeester was. De president „Hoe groot was^ de afstand tusschen het lijk en de spoorlijn Getuige „Het lijk lag ongeveer acht me ter van de spoorlijn verwijderd." De president „Kon men bij die plek mei komen zonder de spoorlijn te pass-eren Getuige „Jawel, men behoefde de spo°r* lijn met over. Alle toegangswegen, behalve de spoorlijn, waren afgezet." Get. had op last van den subst. off. van Justitie tegen bekl. gezegd, dat hij zich moest verwijderen. Bekl. voorgeroepen, verklaarde bij de op gravingen aanwezig te zijn geweest mzijn kwaliteit van waarnemend burgemeester. De president „Hidt u vermoeden, dat de burgemeester weg was." .ui Beklaagde „De burgemeester is herhaal delijk weg, zonder mij kennis te geven. De adv.-gen. „Dacht u dat d?ze burge meester, wanneer hij 's morgens bij een der gelijke belangrijke zaak aanwezig is, des mid dags weg zal blijven Beklaagde „Die vraag wensch ik met te beantwoorden." De burgemeester van Goor ver Klaarde altijd, kennis te geven wanneer hij afwezig is. Dit geschiedde zeer zelden. Dien middag is hij ook aanwezig geweest. De adv.generaal requisitoir nemend, achtte het een onbelangrijke zaak, die evenwel door bekl. is opgeblazen. Spr. eischte f 1 boete, subs. 1 dag hechtenis, terwijl spr. zich ook zou kunnen vereemgen met een oordeel zonder straf. Beklaagde, die zichzelf verdedigde, be toogde in een langdurig pleidooi, dat hij reent had zich als waarnemend burgemeester, dus als ambtenaar belast met het opsporen varr strafbare feiten, over de spoorlijn te loopen.. Bekl. vroeg vrijspraak met terugbetaling der door hem gemaakte kosten. Het Hof bepaalde de uitspraak op 5 Maart) aanstaande. PROF. MOELLGAARD. Naar het Utr. Dag'ol. verneemt, komt prof. Moellgaard uit Kopenhagen niet in ons land om lezingen te houden, maar met een ander doel. Hij zal alleen te Utrecht een spreek beurt vervullen. EEN NIEUW WERK VAN J. P. J. WIERTS. j Van den Haagschen componist J. P. J. Wierts verschijnt binnenkort een nieuw werk voor mannenkoor a capelle „Dies Irae", op Latijnschen tekst, dat hij schreef ter nage dachtenis van zijn broeder pastoor Willem Wierts z.g. „Wat duivel moet dit beteekenen?" in formeerde een spoorwegman, die op weg naar zijn werk was, bij den eerste den beste. Bioscoop-ondernemers, denk ik; zij zullen in de woestijn geweest zijn voor een film opname," was bet antwoord. „Je kunt het blanketsel op het gezicht van den bestuurder zien en het roode stof doet het voorkomen, alsof zij bebloed rijn. Zij hebben zich geen tijd gegund, om het af te wasschen." De bestuurder van de auto klom er eenigszins stijf uil, terwijl hij een half-ge- vulden linnen zak droeg. Een der omstanders fluisterde tot een an der: „Tc duivel! Als dat geen echt bloed op zijn gezicth is, eet ik mijn eigen hoed op! Wel, kijk! Je kunt de wonde en de opzwelling zien! Bioscoop-ondernemers stoppen niet spoedig, nietwaar?" De chauffeur was thans bezig, de jonge vrouw uit de auto te helpen en terwijl hij dit deed, bemerkte men, dat hij met één voet op den half-gevulden linnen zak stond. Toen de slenterende politie-agent, die de verklaring van „bioscoopondernemers" gaar ne voor juist wilde aannemen, weer heen wilde gaan,'wendde de jonge man, die eerst eenigszins had geaarzeld, zich tot hem. „Agent, kan je een auto besturen?" vroeg hij als terloops. „En als ik dat kan, wat dan nog?" ant woordde de handhaver der wet „Nu, dan wilde ik je zeggen, dat je dez* auto met de drie gevangen genomen vogels naar het hoofdbureau van politie kunt rij den en hen voor alle veiligheid achter slot en grendel kunt zetten." „Wat? Is u allen dan geen filmopera teurs?" De jonge man schudde het hoofd. „Slechts in den zin, dat wij den geheelen nacht in touw zijn geweest heen en terug naar de Roode Woestijn." De dikke politie-agent drong nu door het volk, dat zich steeds dichter om de auto geschaard had, heen en keek naar de vreemdsoortige lading. „Hallo!" zei hij. „Dat is de reden, waarom zij niet op de zitplaat sen zitten. „Wie heeft die mannen zoo ge bonden?" „Dat deed ik," antwoordde Barrett een voudig. „Het is niet zoo'n bijzonder moeilijk werk. Ik had echter geen handboeien en moest dus van den nood een deugd maken. Als je deze mannen naar het hoofdbureau gebracht en gekerkerd hebt, zal ik even later komen en een aanklacht tegen hen in dienen." Terwijl hij nog spjak, drong de kleine man, die in het hotelregister stond inge schreven als Mr. Simmons, door het volk heen en legde zijn hand op den hoofdper soon. (Slot volgt.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1925 | | pagina 5