gemengd' nieuws"""
Naar Borneo.
ORDE EN ARBEID.
Dalende werkloosheid in
de diamantindustrie.
KERK EN SCHOOL.
De muziek van de Belgische
Guidesin ons land.
Een nieuw zusterklooster
te Treebeek.
•Overreden en gedood.
Een detective-roman,
als reisgids.
HANDEL EN NIJVERHEID.
BINNENLANDSCH NIEUWS.
PORNOGRAFISCHE GESCHRIFTEN.
FINANCIËN.
Een onaangename naams
verwarring.
Opsporing verzocht.
MN ONZE ABONNE'S.
Herhaaldelijk ontvangen wij bericht van onze agenten, dat sommige
Ml
A-eek- en kwartaal-abonné's de abonnementsgelden niet OP TIJD voldoen
Irs het belang eener goede administratie zijn de agenten verplicht, zoo-
we! de abonnementsgelden van hen, die per week betalen, als die van de
k /arfaal-abonné's op zoo kort mogclijken termijn aan ons af te dragen.
Wij verzoeken daarom aan allen, de abonnementsgelden steeds op tijd te
wii'en vcidoen en niet de agenten twee-, drie-, ja zelfs nog meerdere
m -.lef om die toch kleine bedragen te laten vragen.
Legt het geld steeds gereed, daardoor helpt U de agenten hun niet altijd
even gemakkelijke en aangename taak goed te volbrengen.
Duivenliefhebbers in actie.
De laatste van de „Medusa."
KUNST EN KENNIS.
SPORT EN WEDSTRIJDEN.
VOETBAL.
Voetbal.
HANDEL EN NIJVERHEID.
UIT DEN OMTREK.
botLtcontrolestation
HEEMSTEDE
MOGELIJKE STAKING IN DE MIJN
INDUSTRIE.
De Bondsraad van den Nederlandschen
Mijnwerkersbond vergaderde Vrij
dagavond in „Ons Huis" te Heerlen en heeft
besloten de circulaire aan alle mijnen te ver-
preiden waarin hij mededeelt dat in de con
tact-commissievergadering van Vrijdagmor
gen een brief voorgelezen is door den voor
zitter, afkomstig van den Minister van Wa
terstaat, meldend dat de regeering een vracht
tariefverlaging voor hare rekening neemt op
de korte afstanden van 20 pet. en dat een
voorstel tot yoorloopige opheffing van mijn
recht zal worden ingediend bij de Tweede
Kamer, met dien verstande, dat toch aan de
gemeente en provincie de uitkeeringen zul
len worden verstrekt, zoodat er geen belas-
tingverhooging voor de arbeiders uit voort
vloeit.
Evenwel blijven de ondernemers 5 pet.
loonsverlaging eischen, terwijl niets wordt
gedaan voor huishuurverlaging en goedkoo-
pe levensmiddelen. Bovendien werd door de
werkgevers er aan toegevoegd dat, als de
toestand zoo blijft er over een paar maanden
toch weder wijziging in de loonen zal moe
ten worden gebracht.
Wij vermoeden dat dit na de Kamerver
kiezing zal zijn. Ons oordeel is de mijn
werkers kunnen geen nieuwe loonsverlaging
aanvaarden. Onderhandelen helpt niet meer.
Er blijft slechts één middel over dat is door
staking te trachten loonsverlaging te keeren.
Welnu, wij zijn bereid en als de Chr. Mijn
werkersbond, die reeds te kennen gaf in de
contact-commissievergadering van 28 Fe
bruari tegen de spoorwegdirectie te willen
staken, nu niet den moed in de schoenen
rinkt, maar pal durft blijven te staan voor
uwe loonen, dan is de mogelijkheid daar voor
daadwerkelijk verzet.
In de week van 1 tot 7 dezer bedroeg het
aantal werkloozen in de diamantindustrie te
Amsterdam 187 egen 217 in de week te
voren.
Concerten in Rotterdam en Amsterdam.
De Brusselsche „Standaard" meldt, dat de
militaire kapel der Gidsen uit Brussel, in
Juni te Rotterdam een concert zal geven,
onder leiding van kapelmeester Prëvot.
Ook in Amsterdam zal het muziekkorps
optreden, waarschijnlijk aangevuld met een
zeer sterk bezet symphonieorkest.
In het mijndorp Treebeek (Staatsmijn Em
ma) zal door de Eerw. Zusters van Steijl
een nieuw klooster en kapel gebouwd wor
den. Sinds jaren verrichten de Eerw. Zusters
er haar zegenrijken arbeid (onderwijs, wijk
verpleging). Zij zijn in een eenvoudige mijn
werkerswoning gehuisvest.
Een 12-jarige schooljongen G. G. ge
naamd, wonende in de Muntelstraat te
den Bosch, sprong op de Zuid-Willems
vaart op de stoomtram. Na een indje te
hebben meegerden, wilde hij er af sprin
gen, doch kwam onder de wielen terecht.
Zijn rechterbeen werd afgereden en de
rechterheup verbrijzeld. Toen men hem in
een café had binnengedragen bleek de jon
gen reeds overleden.
NAVORDERING TABAKSACCIJNS.
'a Herinnering voor Winkeliers en
grossiers.
Van bevoegde zijde herinnert men aan
het navolgende
In de Staatscourant van 23 December 1924
zijn de voorschriften opgenomen die verband
houden met de invoering van den verhoogden
accijns op sigaretten, rook- en pruimtabak en
snuif. Voor grossiers en winkeliers komen
die in hoofdzaak hier op neer, dat zij verplicht
zijn uiterlijk op 1 April e.k. ten kantore van
den Ontvanger der accijnzen aangifte te doen
van hun voorraden, die van oude banderolles
zijn voorzien en waar/oor dus de verhoogde
accijns niet is betaald.
Voor het doen van aangifte moeten de
formulieren worden gebezigd, die daarvoor
ten kantore van den Ontvanger verkrijgbaar
zijn gesteld.
Grossiers en winkeliers die afschrift wen
schen te houden van hun aangifte, kunnen
die formulieren in tweevoud aanvragen.
De Ontvanger der accijnzen verstrekt den
aangever uiterlijk op den 15en werkdag na
de inlevering der voorraadsaangifte een aan
tal navorderingszegels, overeenkomende met
het getal der in de voorraadsaangifte vermelde
verpakkingen. Zij moeten ten kantore van
den ontvanger worden afgehaald. De grossiers
en winkeliers zijn verplicht die navorderings
zegels binnen 20 dagen na de inlevering der
voorraadsaangifte op de daarin aangegeven
verpakkingen te plakken en wel zoodanig,
dat een zegel niet weder van een verpakking
kan worden verwijderd, zonder dat öf het
zegel öf de verpakking wordt beschadigd.
Het in de voorraadsaangifte verzwijgen
van verpakkingen, waarvan de verhoogde
accijns niet is betaald het gebruiken van
navorderingszegels voor niet in de voorraads
aangifte vermelde verpakkingen of het niet
behoorlijk vastplakken der navorderings
zegels is strafbaar.
De navorderingszegels, die den vorm
hebben van kwitantiezegels, worden geper
foreerd en gegomd verstrekt. Het opplak
ken dier zegels vereischt dus niet meer moeite
dan het kleven van een postzegel op een brief
omslag.
Heb het uitstekendste aan te bieden da'
Iemand wenschen kan, hoe zal de wereld
het weten, indien gij niet adverteert.
JOHN. P. ROCKEFELLER.
Op vragen van den heer Deckers betref
fende het nemen van maatregelen in verband
met de toenemende verspreiding van porno
grafische geschriften, antwoordde de Minis
ter van Justitie
Het is den Minister bekend, dat de ver
spreiding van pornografische geschriften
den laatsten tijd in ons land is toegenpmen.
Reeds gedurende geruimen tijd geeft hij
zijn meer bijzondere aandacht aan deze aan
gelegenheid. Aan zijn Departement is een vrij
omvangrijke correspondentie met verschil
lende parketten over het onderwerp aanwe
zig. Reeds in Memorie van Antwoord op
het Voorloopig Verslag der Eerste Kamer
over hoofdstuk IV der, Staatsbegrooting
voor het dienstjaar 1925 heeft de Minister
er echter op gewezen, dat bij de toepassing
van art. 240 van het Wetboek van Strafrecht
een groote mate van voorzichtigheid past,
omdat een mislukte vervolging aan het be
trokken libel meer bekendheid verschaft,
die den toestand op hoogst bedenkelijke
wijze kon verergeren. Uit de vervolging en
veroordeeling in eerste instantie en door
het gerechtshof te 's-Gravenhage in hooger
beroep van den uitgever van een dier ge
schriften (arrest van 24 Dec. 1.1.) blijkt, dat
waar mogelijk, echter inbeslagneming van
pornografische geschriften met strafrechte
lijke vervolging plaats vindt.
Het is aan de parketten overigens bekend,
dat het den Minister gewenscht voorkomt
en in zijn geest is, tot vervolging over te
gaan, wanneer er voldoende kans is, dat van
de in te stellen strafactie resultaat te wachten
is.
FAILLISSEMENTEN IN NEDER
LAND.
Volgens mededeeling van het Handelsin
formatiebureau van Van dei Graaf en Co.'s
Bureaux voor den Handel zijn over de afge-
loopen week, eindigende 13 Maart, in Ne
derland uitgesproken 98 faillissementen in
dezelfde week van het vorige jaar.
Van 1 Januari tot en met 13 Maart 1925
902 faillissementen tegenover 917 over het
zelfde tijdperk van het vorige jaar.
Wij meldden dezer dagen de arrestatie van
den gepensionneerden hoofdonderwijzer Hou-
ben te. Maastricht, in verband met de ont
dekking te zijnen huize eener geheime bran-
derij.
De Fransche consul, de heer Maurice de
Nicault te Rotterdam, vestigt er de aandacht
op, dat menigeen abusievelijk in de meening
verkeert, dat het hier den pas afgetreden
directeur der H. B. S. en consulair agent van
Frankrijk, de» heer H. F. J. Houben, betreft.
Deze toevallige naamsovereenkomst is vooi
den heer H, F. J Houben buitengewoon on
aangenaam. Ten overvloede verklaart de heer
Dé Nicault, dat de heer H. F. J. Houben,
consulair agent van Frankrijk te Maastricht,
werd geridderd in het Legioen van Eer, niets
met deze zaak uitstaande heeft en dat de
heer H. F J. Houben met den bedoelden
hoofdonderwijzer zelfs niet verwant is.
De heer H. F. J. Houben is juist dezer da
gen als directeur der H. B S. te Maastricht
afgetreden en was een zeer bekwaam leer-
aar; hij werd van vele zijden gehuldigd voor
zijn groote verdiensten.
De avonturen van drie jongens.
Men meldt uit Roosendaal:
Aan de Belgische grens, onder Nispen,
werden Donderdag aangehouden drie jon
gens van ongeveer *16 jaar, afkomstig uit
Leiden, die de ouderlijke woningen waren
onlloopen en nu de wijde wereld inwilden.
Het plan tot ontvluchting was lang te voren
heimelijk voorbereid, waarbij zij gezorgd
hadden voor heel wat kleedingstukken, wel
ke tevoren thuis waren bijeengezocht en op
geborgen, in afwachting van den dag, dat het
plan zou v/orden uitgevoerd, zonder dat
zulks bij de ouders argwaan had kunnen ver
wekken.
Toen de dag van het avontuur was aange
broken, tegen ze met hun bagage bepakt,
op weg naar het station in Leiden, waar ze
zich voorzagen van de noodige plaatsbewij
zen naar.Roosendaal.
Om de strenge controle aan het station al
daar te ontgaan, zouden ze n.l. van Roosen
daal te voet over de grens naar België gaan;
zoo was althans bet plan. Maar ze bereik
ten de grens niet.
Onder Nispen toch wordt even goed en
secuur de grens bewaakt en toen zij daar
Esschen uit het land der vrijheid voor zich
zagen, was de Nispensche politie zoo Vrien
delijk hen belangstellend naar de plaats van
hun herkomst en naar hun reisdoel te infor-
mceren.
En toen kwam er nog veel meer aan het
licht, want bij verder onderzoek bleek, dat
zij, behalve het noodige geld de één had
14 gulden, de ander 46 franc en de derde
nog 'n 50 franc op zak ook voorzien wa
ren respectievelijk van een scherp dolkmes,
een boksbeugel en een spiraalveeren gum
mistok, terwijl bovendien de jongelui voor
zien waren van een collectiedetective
romans, waarvan het lezen vermoedelijk niet
vreemd was aan de „grootsche" en niet min
der bedenkelijke reisplannen.
Den jeugdigen avbnturiers werd natuurlijk
beduid, dat hun reis nu aan het eind was en
ten bewijze daarvan werden ze onder poli-
tie-geleide naar de respectievelijke ouder
lijke woningen teruggebracht, met een pro
ces verbaal, wegens het dragen van verbo
den wapenen.
BRAND TE SCHIEDAM.
Vrijdagnacht half één werd brand ontdekt
in een pand van drie verdiepingen op de
Noordvest te Schiedam, eigendom van Van
Dijk, waarin gevestigd was de automobielhan
del en reparatieinrichting der firma Hommel
en Van Rijn. Een motorspuit en twee stoom
spuiten waren spoedig aanwezig. Er was veel
brandbaar materiaal, benzine, smeerolie en
rubberbanden. Het gebouw is geheel ver
nield. De muren zijn omgehaald, wegens
gevaar voor het verkeer.
De oorzaak van den brand is onbekend.
Niets is gered. De eigenaar van de zaak, J. M.
Hommel, was uitstedig. De inventaris was
verzekerd. Het pand was laag verzekerd.
BRAND IN EEN SCHOOL TE GOUDA.
De kinderen toevallig vrijaf.
Door tot nog toe onbekende oorzaak is
Vrijdagmorgen brand ontstaan in de voor
enkele jaren nieuw gebouwde gemeentelijke
centrale Kopschool te Gouda. Een steenen
schoorsteen stortte in, juist op het oogenblik,
dat een tiental personen, die met het blus-
schingswerk waren belast, in de nabijheid
waren. Gelukkig werd niemand getroffen.
In het dak is een groot gat ontstaan. Er is veel
brand en waterschade. De brandweer was da
delijk met een tweetal spuiten ter plaatse en
bestreed het vuur.
Toevalligerwijze hadden de kinderen van
deze school vrij-af, doordat aan de waterlei
ding van het gebouw een groote reparatie
moest geschieden.
De politie te Hilversum verzoekt op
sporing en aanhouding van den minderjari
ge Erik Jonkers. Maandag 9 Maart heeft
hij de ouderlijke woning aan den £oestdij-
kerstraatweg, aldaar verlaten en is niet
teruggekeerd. De knaap is 15 jaar oud.
Het signalement luidt: Lang pl.m. 1.80 M.,
flink postuur, blootshoofd, donker blond,
opvallend lang opgekamd haar, blauwe
cogen, neus eenigszins gebogen, mond
klein, gave tanden en groote ooren.
Hij is gekleed in een donker blauw -fla
nellen sportjas met gele biesjes, gebreid
vest van groene wol, ware jekker, geel
;wai
overhemd met slappe boord, grijze sport
kous enen lage warte schoenen. Vermoede
lijk is hij niet in bezit van geld.
Sinds eenigen tijd is de gemeente Kerk-
rade een verordening in werking getreden,
warbij bepaald wordt dat 10 pCt. belasting
geheven wordt van de duivenwedvluchten.
Door deze bepaling zijn de duivenliefheb
bers in actie gekomen. Zij hebben zich tot
den Raad gewend ten getale van meer dan
1000, alle leden van drie groote bonden,
verzoekende deze verordening zoo spoedig
mogelijk in te trekken. Een dergelijke be
lasting bestaat in heel het land niet. Zon
dag a.s, houden de duivenliefhebbers een
protestvergadering.
De heer Johannes Hendrikus van Loon,
te Arnhem, herdenkt heden zijn 80sten
geboortedag. Deze geboren Arnhemmer,
thans gepensionneerd onderofficier der
marine, is volgens de „N. Arnh. Ct." de
nog eenig overlevende van degenen, die op
Z. M. Stoomcorvet „Medusa" den slag van
Shimonoseki hebben meegemaakt.
EEN STRIJD TEGEN DE ZEE.
De ondergang van Schokland.
De naam Schokland komt eerst voor in
't laatst van de 18de eeuw. In vroeger tijd
ontmoet men steeds twee namen dé Zuid
helft heet Ens, en de Noordhelft Emmeloord,
aldus lezen we in een artikel van H. J. Moer-
ma en A. J. Reyers in het Maartnummer van
het „Tijdschrift v. h. Kon. Ned. Aardr.
Genootschap".
Y In de 18de eeuw werd de scheiding tus-
schen de beide deelen gevormd door een sloot,
„benoorden de Gietensche Meer" die na
genoeg Oost-West liep en 85 roeden lang was.
Volgéns Mees lag daar een dijkje, de land
scheiding waarover nogal eens geschil was
de vraag was natuurlijk, wie van de beide
helften door de zee geslagen gaten dichten
moest.
In het artikel wordt de geschiedenis van
het eiland nagegaan van de middeleeuwen af.
Daaruit blijkt, dat het steeds kleiner gewor
den is. „Eentonig is het verhaal van den
strijd tegen 't water.In 1629, '36, '39 en '50 is er
sprake van het wegspoelen van landerijen.
In 1804 begon de ingenieur Pereboom met
den aanleg van een steenen dijk, die het
eiland aan de Westzijde zou beschermen.
Lang hield die dijk het echter niet uithij
begon te verzwakken en weg te slaan.
Vooral het jaar 1825 werd noodlottig. Bij
den storm van 3 en 4 Febrüari rees het zee
water tot een hoogte van 10 voet. In het
W. was in Oct. 1824 reeds 2000 M. dijk ver
nield in het O. sloegen thans 1800 palen
weg. De vuurtoren moest na den storm ver
nieuwd worden. Uit de kerk op Emmeloord
spoelde het altaar weg 70 huizen op het
eiland werden zwaar beschadigd, 26 wonin
gen werden geheel vernield. Dertien men-
schen vonden den dood in de golven.
De dijk aan de Westzijde werd vervangen
door een steenen oeverwerk, 56 M. breed,
maar slechts y2 M. boven dagelij ksch water
hoog. Dit brak echter de kracht van de zee
niet voldoende, deze viel zelfs bij Westen
wind het paalwerk aan de Oostzijde aan,
diepte achter het oeverwerk kuilen uit en
deed door den terugslag van het water ten
Westen van de buurten gaten ontstaan. Het
buitendijksche land verdween in de eerste
helft van de 19de eeuw geheelaan de hand
van kaarten uit dien tijd is dit proces stap
voor stap te volgen.
De oostzijde van het eiland werd bescherm d
door een rij palen, van achteren door een gor
ding verbonden en op afstanden van 22,25
M- met schoren aan ingeheide palen in den
wal bevestigd. Op deze schoren lag op schuine
klossen een loopplank. Dit was de bekende
kistdam, de eenige verbindingsweg tusschen
de buurten. Meylink beschrijft, hoe op dat
smalle pad de Schokkers voor een vreemde
uitweken, door één voet op een paal te zetten,
de andere zwevend boven het water ook hoe
de eilandbewoners elkaar bij het lijf vatten en
om elkander heen draaiden.
Op een eiland wonende, waarvan de bo
dem he n niet voeden kon, moeten de Schok
kers wel hoofdzakelijk geleefd hebben van
de zee. Visschers waren ze, maar ook vracht
schippers. In den loop van de 19de eeuw
ging het met de visscherij steeds slechter.
Waren er in 1800 80 schuiten op het eiland,
in 1847 vond men er 57, doch geen enkele
visscher kon de schuit zijn eigendom noe
men. Telkens werden apenbare kassen en
ook de particuliere liefdadigheid te hulp ge
roepen, om de Schokkers te steunen. In 1843
zond men 13 behoeftigen naar de koloniën
van yeldadigheid, maar de burgemeester
verklaarde, „dat geen der resteerende be
hoeftigen zich uit eigen beweging verder zal
aanbieden, daar onverstandige gehechtheid
aan dit armoedig landje bij allen ten duidelij k
ste is gebleken."
Om ledige handen werk te verschaffen,
richtte men calicot weverijen op. In 1840 wa
ren er 54 getouwen in gebruik.
Liet dus de economische toestand der be
volking zeer veel te wenschen over, daar
naast was de zee met haar vernielingswerk
verder gegaan. De dijk van 1804 was vernield
en na 1825 vervangen door een laag oever
werk, dat echter als zeewering weinig be-
teekende
De groote armoede der eilanders (in 1858
werden er van de Emmeloorders 400 in getal,
's winters 350 bedeeld er van de 200 Ensers
20) en de kostbare, maar toch niet afdoende
verdediging tegen het water, jaarlijks on
geveer f„9000 kostende, deden het plan ont
staan Schokland te ontruimen en bovendien
't Noordelijk deel aan de golven prijs te ge
ven.
Tegen het laatste kwam uit de kringen der
schippers, die de veilige ligplaats achter Em
meloord niet wilden missen, veel verzet. In
1860 viel het besluit, dat Emmeloord als ei
land zou blijven bestaan.
De ontruiming was toen reeds voltooid. In
1855 had men de Zuiderbuurt afgebroken,
om dat herstelling aan de dijken dat noodig
maakte. De laatste burgemeester, G. J. Gillot,
kreeg ontslag tegen 10 Juli 1859, „wanneer de
gemeente zal ophouden te bestaan." Schok
land werd toen een deel van de gemeente
Kampen.
Op de Noordpunt van het eiland vindt men
thans bij de haven van Emmeloor.d, in 1837
aangelegd op de plaats van een oudere haven,
die reeds in de 18de eeuw bestond, een paar
huizen, verscholen achter geboomte, die be
woond worden door den havenmeester, te
vens belast met de bediening van het licht,
en door den directeur van den vischafslag,
die ook telefoonhouder is.
Op de Zuidpunt van Schokland staat de
vuurtoren er naast hangt in een ijzeren stel
ling de mistbel. Het huis van den torenwach
ter is echter sedert 1922 onbewoond. De
eenige bewoner van Ens bedient thans licht,
bel en peilschaal.
Alliance D. S. S. I 20.
In een vrij slappe wedstrijd hebben de
geallieerden bun oudere zuster verslagen.
Vóór den wedstrijd werden zij door den
D. S. S.-voorzitter met het behaalde kam
pioenschap gefeliciteerd.
Na 20 minuten neemt Alliance de leiding
en houdt die tot rust.
Ook hierna worden geen bijzondere pres
taties verricht. D. S. S. komt tegen het ein
de flink opzetten. Niettegenstaande dat,
vergroot Alliance in de laatste seconde haar
voorsprong.
De voorhoede der Lyceum-mannen was
niet bepaald op dreef, terwijl de tegenpar
tij wel een puntje verdiend had.
HaarlemSpartaan
Haarlem IIIStormveld
V. S. V. IIHaarlem-veteranen
Haarlem VIII-H. F C. VII
4—1
2—0
1—2
2—1
NAVORDERING TABAKSACCIJNS.
Van bevoegde zijde herinnert men aan het
volgende
In de Nederlandsche Staatscourant van 23
December 1924 zijn de voorschriften op
genomen, die verband houden met de in
voering van den verhoogden accijns op si
garetten, rook- en pruimtabak en snuif. Voor
grossiers en winkeliers komen die in hoofd
zaak neer, dat zij verplicht zijn uiterlijk op
1 April e.k. ten kantore van den Ontvanger
der accijnzen aangifte te doen van hun voor
raden, die van oude banderolles zijn voor
zien en waarvoor dus de verhoogde accijns
niet is betaald.
Voor het doen van aangifte moeten de for
mulieren worden gebezigd, die daarvoor ten
kantore van den ontvanger verkrijgbaar zijn
gesteld.
Grossiers en winkeliers die afschrift wen
schen te houden van hun aangifte kunnen die
formulieren in tweevoud aanvragen.
De ontvanger der accijnzen verstrekt den
aangever uiterlijk op den 15en werkdag na de
inlevering der voorraadsaangifte een aantal
navorderingszegels, overeenkomende met 't
getal der in de voorraadsaangifte vermelde
verpakkingen. Zij moeten ten kantore van
den ontvanger worden afgehaald.
De grossiers en winkeliers zijn verplicht
die navorderingszegels binnen 20 dagen na
de inlevering der voorraadsaangifte op de
daarin aangegeven verpakkingen te plakken
en wel zoodanig, dat een zegel niet weder
van een verpakking kan worden verwijderd,
zonder dat óf het zegel öf de verpakking
wordt beschadigd.
Het in de voorraadsaangifte verzwijgen
van verpakkingen waarvan de verhoogde
accijns niet is betaald, het gebruiken van na
vorderingszegels voor niet in de voorraads
aangifte vermelde verpakkingen of het niet
behoorlijk vastplakken der navorderingsze
gels is strafbaar. j
De navorderingszegels die den vorm heb
ben van kwitantiezegels, worden geperfo
reerd en gegomd verstrekt. Het opplakken
dier zegels vereischt dus niet meer moeite
dan het kleven van een postzegel op een
briefomslag.
AJBa«n»vBrwanwiiiwiiB «■■——■a—i
NOORD-HOLLAND.
Vrijdag vergaderde in het Land'bouwhuis te
Alkmaar het botercontrolestation Noord-
Holland.
Besloten wordt aan de rijkszuivelinspectie
een schrijven te richten, waarin gewezen
wordt op de mislijdende reclame van buiten-
landsche boter.
Medegedeeld werd, dat op 1 Januari 1925
het ledental 67 bedroeg, nl. 47 zuivelfabrie
ken, 7 melkinrichtingen en 13 handelaren.
In den loop van het jaar werden 7 nieuwe
leden aangenomen nl. 6 handelaren en
1 melkinrichting, terwijl 2 handelaren als lid
bedankten, terwijl het ledental op 1 Januari
72 bedroeg, nl. 47 zuivelfabrieken, 8 melk
inrichtingen en 17 handelaren.
Op 1 Januari traden als bestuursleden ai
de heer K. Booij, te Krommenie en H. Dave-
laar, te Stompetoren. Beiden zijn gekozen uit
de aangeslotenen en herkiesbaar.
De beide aftredenden werden herkozen.
De exploitatierekening over het boekjaar
1924 sluit in ontvangstn en uitgaven op een
bedrag van ƒ13.954.96, met een batig saldo
van 1.311.90.
De balans geelt aan in activa 3.224.89
en in passiva 3.334.89, waaronder een deel
van het batig saldo over 1924 ad 1300.
Rekening en balans werden goedgekeurd.
De begrooting voor 1925 sluit in ontvang
sten en uitgaven op 11.800.
Aangenomen werd het door het bestuur
voorgestelde contributieschema per 100 Kg.
boter, hetzelfde te doen zijn als voor 192é
heeft gegolden.
J. H. J, van Rijkom f Gisteren is te
Heemstede op 58-jarigen leeftijd overleden
de heer J. H.'J. van Rijkom, in leven ad-
junct-dieecteur van de Handelsvereeniging
„Holland-Bombay."
De teraardebestelling zal plaats hebben
op Dinsdag 17 Maart te 1 uur op de Algc-
meene Begraafplaats te Heemstede.
Zondagmorgen 3 uur (dat Is 8 Februari)
jkwamen we te Port-Saxd. Niets bemerkend
;van dit binnenkomen, omdat ik lekker lag te
,slapen de laatste nacht in het Westen Ik
rwerd wakker door 'n helsch lawaai.
Schreeuwen en schelden, gieren en tie
ren gemengd met zware bonken, net of het
Schip gesteenigd wordt. Ik wist wat dat was 1
't Was het gewone „kolenladeu". Patria had
reeds 14 dagen gevegeteerd op haar hollandsch
galgenmaal en ze kreeg honger en werd ver
zadigd te Port Said. Vijf groote kolen bo-
jdems 1 Zoo goed en kwaad het ging heb
ik geslapen tot half zes. Passagiers werden
rumoerig, passagiers die aan 'land gingen om
inkoopen te doen tegen de hitte van Rood
Zee en Indische Oceaan. Arabische kooplui
met „echte Arabische curiositeiten, arabi-
sche kleedjes, hoogstwaarschijnlijk „made in
Belgium", vullen net dek. Bootjes, als kui
kentjes om 'n eend, omringen het schip,
velen willen duiken naar geldstukjes. Allen
schreeuwen en roepen in allerlei talen door
elkaar zoodat hooren en zien vergaat.
Half zeven las ik de H. Mis waar een 15
personen bij tegenwoordig waren. Sommige
katholieken vonden het leven op dek en om
de boot te interessant om aan hun Zondags
plicht van Mishooren te voldoen.
Na het ontbijt was er geen tijd om aan
wal te gaan, want Patria zou om 9 uur weer
„opstappen." Ik kocht wat briefkaarten, die ik
toevertrouwde aan een wild vreemde om
ze in de stad te posten 11 Ik hoop, dat ze goéd
overkomen. Kwart voor 9 komt de loods van
het Suez-kanaal aan boord, doch het wordt
half tien voor we varen- De tijd gaat gezellig
voorbij, want de kooplui zijn levendig en
spreken van alles. De meesten spreken vloei
end Engelsch, en verstaanbaar Fransch, dan
n beetje van alle talen der wereld. „Lekker
Sinaasappel" schreeuwt er een. „Kijk, me-
heer, kijk madam Marie," kijk, mag kijken,
gerust." „Drie dubbeltjes." „Twee kwartje-.'
„Eén gulden", hoort men van alle kanten.
„Koopen meheer."
Een goochelaar vermaakt ons met zijn ver
bazende vingervlugheid. „Pas op je zakken."
Telkens als hij een stukje gevlugvingerd
heeft zegt hij „Onsaggelik sterk, regg" en
onder, zijn toeren door „Allemachies,sterk,
mooi, potdikkïe, geef gulden." Hij maakt
goede zaken. Twee, drie lui probeeren geld
te maken door de toekomst te voorspellen.
Cigare.tten, „de" Egyptische natuurlijk, wor
den bij honderden gekocht, door de alleen-
cigaretten-rookende passagiers. 96 van
de dames rooken na de „fruits" aan tafel. Ik
ga na tafel gauw naar dek want 'n pijp kan
men „natuurlijk" niet opsteken in 'n „Salon
I manger."
Port Said is 'n stad, die sinds de opening
van het kanaal in 1869 opgekomen is. (onge
veer dezelfde tijd als de opening van den
Nieuwen Waterweg in Holland.)
Een stad van 45Ó00 inwoners, het grootste
gedeelte Maltezers dus katholiek. Een paters
kerk (Minderbroeders) met 8 Paters van ver
schillende nationaliteit. Er is ook 'n Holland-
sche pater van Amsterdam, hun gewone
conversatietaal in het klooster is Italiaansch
en de gewone preektaal in de kerk is ook die
mooie, zoetvloeiende Apenijnsche-Schier-
eilandsche taal.
De historische gegevens van het Suez-
kanaal zijn voldoende bekend, dat meester
stuk van den alombekenden Lesseps, die
het aandurfde,.
Toen Toetankhamen nog niet koud was,
liep er al een zoet water kanaal, doch een
kanaal dat Mddeliandsche en Roode Zee ver
bond bestond niet.
Vlak voorbij Port Said op Azië ligt een
groot, wit kamp, ja, dat zijn tenten, zooals
men ze op plaatjes ziet 'n soldaten-kamp
Richt uw kijker 'ns en kijk Dat zijn geen
tenten doch vaste lichamen. Zie 't schittert
en glinstert hier en daar in de zon. Dat zijn
zoutbergen. Zout gewonnen door het ver
dampingsproces, zooals dat ook in Europa nog
in Zuid Frankrijk plaats heeft.
16 K.M. varen we, met halven stoom, als
we naar den kant gaan. Het kanaal is niet
breed, het oorspronkelijke is slechts 62 meter,
doch op vele plaatsen is het verbreed. Sche
pen kunnen elkaar niet passeeren. Daarom
moet een van de uit of invarenden aan den
kant "stil liggen om de andere te laten voor
bijgaan. We zitten op het zand, het water
tenminste wordt geel-vuil. Eén boot, 'n Ita-
iiaansche, doch er volgen nog een heele
rits, die allen 6001500 meter achter elkaar
varen. Wij verliezen zoo veel tijd. De Rotter-
damsche Lloyd-boot „Tabanan" is de derde
en een hoera-geroep en verschillende wen
schen en uitroepen gaan draadloos over
de boot gaat op 'n meter of 10 voorbij. Eeni
gen roepen „Jelui gaan de verkeerden
kant uit.Zij gingen naar Holland. Nu ik
was in de goede richting 1 Eindelijk varen
we weer. 1 Y< «ur oponthoud.
De Aziatische kant is kaler, verlatener»
dan de Afrikaansche. Hier zijn tenminste
nog aanplantingen van boomen en planten
en struiken, doch daar niets, niets dan zand.
Een echte zand-zee, golvend op en neer,
Gelijkt wel wat op de duinen, doch er is
hier meer zand.
Aan de Afrikaansche kant ligt het groote
Menzalameer dat zich daar ruim 25 K.M.
ver uitstrekt. Daar onder bij El Kantara
is een soort basis, daar loopt de eeuwen
oude karavaanweg van Egypte naar Syrië.
Daarlangs moest de eerste missionaris St.
Jozef, het Goddelijk Kind en 2^'jne Moeder
geleid hebben toen zij vluchtten voor Hero
des.
Een eindje op Afrika, zichtbaar met het
bloote oog, is een karavaan gekampeerd.
De witte suikerbrood tenten toppen in de
zon en een dozijn kameelen grazen het
scherpe woestijngras. Een paar kameel-
rijders passeeren ons vlak langs het kanaal.
Dat kameelrijden schijnt een gezonde post
De rijder schudt en schommelt van belang,
de lever moet mee schudden, dus goed voor
de spijsvertering I
Halfweg ligt het Tunisch meer, waaraan
het min of meer bekende Ismaila. Hier is
een loodsstation en de loods die ons van
Port Said gebracht heeft gaat er hiet af en
een andere zal ons naar Suez brengen. Die
loods heeft niet geboft, van 's morgens 9
uur tot bijna 7 uur 's avonds, want we hebben
een paar keer stil gelegen. Eens bij de 6ste
K.M. wel voor 'n stuk of 10 booten, w.o. een
Engelsch oorlogsschip, en 4 Engelsche koop
vaardijschepen. Engelsche schepen zijn hier
dan ook verreweg in de meerderheid. Alleen
hebben de „huis"vlag en de Nationaliteits-
vlag in stok. Ons rood, wit en blauw wap
pert in de bries.
De trein van Port Said voegt het Kanaal
tot Ismaila en slaat opzij af naar Cairo, ter
wijl een zijlijntje hiervan naar Suez loopt.
Om half tien kwamen we op het Bitter
meer, het water heeft geen „bittertjes"-
kleur Hoe laat we in Suez kwamen weet ik
niet, doch we zijn er niet lang. 't Is een klein
plaatsje waar Pater Lucas v.d. Pavoordt,z.g.
ook in Holland welbekend, jarenlang missi
onaris is geweest en het tegenwoordig kerkje
daar gebouwd heeft.
Ik heb met de aankomst en vertrek te
Suez doorgeslapen, hoewel de ankers 'n
leven maakten als 'n oordeelSlapen op de
boot kan ik 1 Vlak vóór Suez loopt de Kara
vaan-weg van Cairo naar Mekka 1 een weg
die tegenwoordig ook nog door pelgrims
gebruikt wordt, 's Morgens in de golf van
Suez, aan beide zijden ruwe, gekartelde
bergreeksen. H. Mis om half zeven en tegen
10 uur komt er 'n wind uit het Zuid-Westen
die tamelijk frisch is. Heelemaal geen Roode
Zee wind.
Aan bakboord zien we in de nabije verte
de Sinai, de berg waar Mozes de tien geboden
van God heeft ontvangen. Daar ook is het
land waar de Israeliten 40 jaar hebben rond
gedoold. Hier ergens is het water waar Mozes
zijn volk heeft doorgeleid, het water waar
de Egyptenaren zijn omgekomen. De vol
gende „mop" schiet me te binnen.
Een Spaansch schip, eenigen jaren terug
moest hier ankeren en de „modderhaak"
haakte. Toen het anker gelicht werd kwam
een wiel mee naar boven. Een heel oud wiel
wel verveloos en geroest, maar toch een rond
wiel waarop vele letters, 't Werd aan bi
gehaald en bekeken. De kapitein kwam er
aan te pas, doch niemand kon er wat wijs
uit worden. Die letters waren als volgt
DITISN WI ELVA NFHAR AOSCAR
Dl EJOD EN VOL GEN DHI ERVE RDR
ONK. Er was een Hollandsche matroos
'n andere Houtman aanboord, die jongen
'kon slechts een weinig lezen en die las het
langzaam maar zeker De boot kreeg ruw
weer en het wiel is over boord gerold Flau
we aardigheid
In de roode Zee.
De volle maan regent haar zilveren stralen
over de zee en waar ze vallen schittert het
open water in zilver licht en donkere
schaduw, die elkaar najagen, en vangen en
verplaatsen, onvermoeid, steeds door. Die
tropenmaan schijnt heel anders dan in koud
Holland. Op Borneo is zij goud-zilver op
Smaragd; hier in de Roode zee begint zij
reeds haar tropenlicht uit te stralen over het
schoonste blauw. Somthige passagiers ge
nieten van die parclmoere plekken en staan
of zitten onbewegelijk langs de „railing",
anderen kijken juist even naar wat zij reeds
vele malen hebben gezien, terwijl weer an
deren onverschillig hun rug toekeeren naar
dat overschoone en gaan kaarten of dobbelen
of dansen of toekijken.
Dinsdag krijgen we allen 'n cadeautje van
de maatschappij. De dames 'n modern waai
ertje en zakspiegeltje met compas. De hee-
ren een kaartendoosje en allen nog een
Agenda-boekje, met heel veel Rotter-
damsche Lloyd-reclame.
Vandaag is het zwembad geopend, doch
we zijn met bijna 600 koppen. De tijd om
te zwemmen is aangegeven voor verschillende
klassen. Voor dames en kinderen beneden
12 jaar, voor Europeesche en Javaansche-
Chineesche bemanning, 't Is daarom natuur
lijk 'n beetje „vol" en „mixte" ik zal er geen
gebruik van maken.
Woensdagnacht komt er wind opzetten,
die den heelen Donderdag aanhoudt. We
gaan er recht in. Patria steeks haar neus diep
in de golven, die voortgaan langs haar romp
zoodat de patrijspoorten dicht moeten. Vele
hutten zijn ondergeloopen. Vele passagiers
hebben een nat pak en bed gehaald van
nacht, want één golf kan heel wat water
binnenhoozen door zoo'n schijnbaar klein,
rond scheepsvenster.
't Is laat vóór en 'n beetje bedrijvigheid
komt aan dek.De passagiers zijn laat en velen
verschijnen heelemaal niet, de salon met de
lunch is leeg 't Schip hobbelt ook zoo 1"
Om half 5 hebben we aan bakboord Mok
ka 1 't Welbekende plaatsje aan Zuid-Ara-
bië's kust. Een uurtje later komt de „Schild
wacht van de Roode Zee" -r 't eilandje Perim
in zicht, 't Ligt waar de Roode Zee nauw
wordt en uitloopt in de straat van Bab el
Mandeb, die de kleurige Zee verbindt met de
Golf van Aden. Op de kaart is het 'n golfje
van niets, toch is het tot het beruchte So-
crota 400 mijlen, dus meer dan een etmaal
varen.
't Wordt nu lekker, _toch heelemaal niet
warm.
Een eindje verder liggen de „Twee Ge
broeders" niet die van Bommel „Wie
zijt gij krijgsman zoo vol moed doch
de twee broertjes van de Golf van Aden de
streek waar er soms in jaren geen druppel
regen valt.
Doch de stuurboord-kant is ook interes-
ant. Daar is Somaliland Italiaansch dat
met een punt mijlen ver in Zee steekt
Kaap Guardefui. Jaren geleden is daar een
vuurtoren geplaatst, wel noodig, doch de
inboorlingen hadden die heel spoedig met de
grond gelijk gemaakt en den vuurtoren-wach
ter opgepeuzeld. Veel aardiger als er zoo nu
en dan een schip vlakbij verging.
Heel wat „gezouten matroos" moet er
op de Somalilandsche menu's voorgekomen
zijn. De vaargeul is betrekkelijk nauw en
diep en geen enkele vuurtoren. En dit is
de deur van de Indische Oceaan, waar het
kan spoken met de West-Moeson, waar de
storm dikwijls willekeurig zus of zoo is.
Geen wonder, dat die plek daar „Matrozen
grafplaats" werd geheeten. Tegenwoordig
staan er eenige vuurtorens en de zwarte So-
maliërs blijven er af.
Op Borneo dit heb ik maar éénmaal ver
teld in Holland hadden de Dajakkers de
aardigheid om de draden van de eerste te-
lephoon te stelen. Ze fabriceerden er tiere-
lanteintjes én ceintures en vestjes en oorbelle
tjes van, die ze trotsch-weg droegen, totdat
het gouvernement er een paar bij de kladden
kreeg, die 'n telefoondraad-broek droegen 1
Nou Wijven ze er af 11
Nog zes volle dagen vóór we het welbe
kende Ceylon bereiken 1
Vrijdag 13 Februari 11 uur 's morgens.
Zaterdag begint de Oceaan te golven met
het gewone gevolg bij verschillende passa
giers belasting betalen aan Neptunus.
Zondagmorgen is het stiller en kan ik de
H. Mis lezen, waarbij een dikke 20 passa
giers tegenwoordig zijn. Een photo wordt ge
nomen na de H, Mis, welke photo retour
gaat naar Holland om in verschillende bla
den opgenomen, als reclame^te dienen voor
de R'damsche Lloyd, die zeer zeker geen
kosten gespaard heeft om alles wat een pries
ter noodig heeft tot zelfs ciborium en
Ziekenbeursje aan te schaffen. En allen
zijn zeer behulpzaam en trachten het ons zoc
geriefelijk mogelijk te maken
En als me gevraagd was om bij die photo's
'n artikeltje te schrijven over het geluk van
een priester die op lange zeereis het H. Mis
offer kan opdragen, had ik het gaarne ge
daan.
Zondagmiddag weer schommelen weinig
passagiers aan de lunch 1 Maandag ook, of
schoon de kinderfeesten dien dag goed ge
slaagd zijn.
Dinsdag en vandaag volksspelen. Trouw-
trekken, hardloopen, zittend boksen en voor
al het nummertje kussengevecht was eenig,
waarbij veel gelachen is. In het zwem
bassin. Een boegspriet één meter boven het
water de twee partijen gaan er op paard
rijden en moeten elkaar er af slaan met een
kussen.
Ze worden allen nat doch dat hindert niet.
't Is hier warm genoeg. De boot ligt iets
rustiger en morgenochtend 7 uur (Donder
dag 19 Febr.) moeten we te Colombo arri-
veeren. We blijven er slechts 4 uiir. Jammer
want Colombo is interessant, vooral voor 'n
Hollander. We zullen zien hoever we buiten
blijven. Als het niet te laat is ga ik graag aan
land. En anders maar niet. Nog 'n dag of
zes en we zijn te Singapore en dén ga ik er
wel af 1
't Is vandaag het 25e etmaal in zee, ten
minste dat staat aangegeven op de kaart en
het zal wel zoo zijn 1 Ze schrijven hier of
ficieel „in" zee, ofschoon wij, landrotten,
altijd spreken van „op" zee, maar die zee-
menschen zullen 't wel bij 't rechte eind
hebben.
De Oceaan heeft te veel gegölfd om wal-
visschen, dolfijnen enz. te zien. Slechts en
kele vliegende visschen die tusschen de gol
ven door w egvlogen voor onze 7200 Zeeuw-
sche knollen.
Als deze in de Courant staat hoop ik op
Borneo te zijn.
J. STAAL, pr.