Binnenlandsch Nieuws
ORDE EN ARBEID.
In de Fransche Kamer is ontspanning te constateeren. De gebeur
tenissen in Bulgarije geven reden tot bezorgdheid. De gezantenraad geeft
toestemming voor een legeruitbreiding van 7000 man.
Onder de radio-berichten: De candidatuur van Hindenburg en de Ame-
rikaansche credieten. De Kabinetsvorming in België op het doode punt.
Gem, huitenl. berichten.
OVERTREDING VAN DE WET OP DE
KUSTVAART.
UITLOTINGEN.
Staking aan de Maas- en Waal-
werken.
Het bouwvak-conflict
in Den Haag.
De Duitsche presidents
verkiezing.
Verloop der Belgische Kabinets
crisis.
De houding van Duitschland
tegenover de Bulgaarsche
studenten.
Uit de Fransche Kamer.
De onderkoning van Britsch-
Indië in Engeland
aangekomen.
Een rede van Minister Colijn.
Initiatief-voorstel tot wijziging
der Kieswet.
De „menschenliefde" der
Vrijmetselarij!
Het Rijksbureau voor de
ontwatering.
De politieke ontspanning
in Frankrijk.
De algemeene ontspanning, die Woens
dag kon worden vastgesteld, schijnt zich te
accentueeren. De groepen in den Senaat
hebben besloten thans af te zien van het
interpelleeren der regeering. Zoodoende
zijn de groote debatten tot de vacantie
vermeden. De laatste aanvallen op het
nieuwe ministerie zullen in de beide Kamers
worden ondernomen in verband met de beide
nieuwe maandelijksche voorloopige begroo
tingen, waar Painlevé en Caillaux om vra
gen en die natuurlijk zullen worden toege
staan. Doch deze besprekingen zullen niet
verhinderen dat de kalmte zal aanhouden,
ofschoon oud-minister Clémentel het voor
nemen heeft in den Senaat uiteen te zetten,
dat hij, toen hij aan het bewind kwam, een
ontzaglijk deficit aantrof, dat de inflatie
van twee milliard door zijn voorganger in
het kabinet-Poincaré was voorbereid en dat
het kabinet-Herriot den financieelen toe
stand heeft verbeterd. Dit zal ongetwijfeld
heftige replieken-uitlokken.
De oppositiebladen wijzen er op, dat de
verkiezing van Herriot tot voorzitter der
Kamer geenszins triomfantelijk is geweest,
daar hij niet de volstrekte meerderheid op
sich vereenigde. Van de 584 afgevaardigden
stemden er 266 op hem.
Met den terugkeer van Briand 'eeft de
buitenlandsche politiek weer op. Briand
zou een onderhoud met de Britsche regeering
voorbereiden hij zou weldra naar Londen
gaan, misschien met Painlevé, om de onder-
aandelingen over het waarborgpact te her
vatten. Hij zou machtiging vragen het rap
port van Foch over het ingebreke blijven van
Duitschland ten opzichte der ontwapening
te publiceeren, ofschoon Herriot er destijds
niet langer meer op aandrong. Briand zou
eveneens tegen het uitstel zijn van de maat
regelen, die worden geëischt voor de ont
wapening totdat Duitschland tot den Vol
kenbond toetreedt. Hij zou zelfs eischen dat
de uitvoering van de door de vorige Fransche
-egeering geformuleerde bepalingen een
voorwaarde zal zijn voor Duitschlands toe
lating tot den Bond.
De Amerikaansche ge
zant in Engeland aange
komen.
Alanson Houghton de pas benoemde
Amerikaansche ambassadeur in Londen, is
gistermorgen te Plymouth aangekomen aan
boord van het stoomschip „George Washing
ton." De bladen bevatten begroetingsar
tikelen.
Zaghloel pasja naar
Duitschland.
Zaghloel pasja is door Engelsche vrienden
uitgenoodigd naar Londen te komen. Hij
heeft deze uitnoodiging aangenomen en zal,
zoodra zijn gezondheidstoestand het toelaat,
op reis gaan.
De valorisatiekwestei in
den Rijksraad.
De rijksraad heeft zich Woensdag lang
durig beziggehouden met het wetsontwerp
der rijksregeering inzake de valorisatie.
Algemeen was men van oordeel, dat de
door de regeering voorgestelde valorisatie
der hypotheken te gecompliceerd was en de
rijksraad sprak zich dan ook uit voor de va
lorisatie der hypotheken met 20
Een zeer scherp debat ontspon zich over
de kwestie van de valorisatie der rijkslee-
ningen. Een voorste! van Pruisen om de bi-
zondere rechten vap het z.g. oude bezit van
aandeelen in oorlogsleeningen uit te breiden
tot het oude bezit van alle rijksleeningen
werd onder protest der rijksregeering aan
genomen. Een tweede voorstel van Pruisen
om de preferente rente ook toe te kennen aan
die inschrijvers op oorlogsleeningen, die niet
neer in het bezit der stukken zijn, werd wel
iswaar in eerste lezing aangenomen maar bij
de tweede, onder de bedreiging der rijksre-
j geering dat zij het heele ontwerp zou doen
Ivervallen, verworpen.
Stresemann contra Rhei-
nische Zeitung.
De redacteur Trimborn van de soc.-dem.
»Rheinische Ztg." is wegens formeele be-
leediging van rijksminister Stresemann tot
200 mark boete veroordeeld. Hij heeft tegen
dit vonnis hooger beroep aangeteekend.
De toestand in Bulgarije.
Bij hun verschijnen bracht de Sobranja
len ministers een langdurige ovatie.
De minister-president, die het eerst het
woord nam, gispte den aanslag der terroris
ten, gepleegd op een oogenblik, dat de re
geering voornemens was nieuwe amnestie-
maatregelen voor te stellen, na de reeds uit-
igevaardigde maatregelen, die den daders
der vroegere aanslagen ten goede zijn geko
men.
Zankof sprak de hoop uit, dat de pogingen
van Bulgarije tot handhaving der orde in het
buitenland ten volle zouden worden gewaar'
deerd. Zijn rede werd met levendige toe-
uichingen begroet.
Na Zankof voerden de ministers van bin-
aenlandsche zaken en oorlog het woord.
Sprekers van verschillende politieke par
tijen, waaronder twee leden van den boeren
bond, keurden het optreden der terroristen
af en beloofden de maatregelen tot handha
ring der orde te zullen steunen.
Het voorstel tot afkondiging van den staat
ran beleg, dat door den koning reeds was
goedgekeurd, werd vervolgens aangenomen
door alle partijen, met uitzondering van de
soc.-dem., die in beginsel tegenstanders van
uitzonderingsmaatregelen zijn.
De Bulgaarsche legatie te Londen heeft
gisteren van haar regeering te Sofia een te
genspraak ontvangen van de berichten, vol
gens welke te Sofia een massamoord op com
munisten zou hebben plaats gehad.
Er werd melding gemaakt van 16.000
arrestaties en 4000 executies, alleen te Sofia.
Sofia telt echter niet meer dan 160.000 in
woners en bij de laatste verkiezingen brach
ten de communisten slechts 5000 stemmen
uit. Derhalve kunnen genoemde getallen niet
juist zijn.
Ondanks den staat van beleg, werken alle
openbare diensten als post, telegraaf, douane
en spoorwegen normaal. Het is waar, dat
twee leiders der samenzweerders, Minkof en
Jankof, zijn gedood, doch dit geschiedde
alleen omdat zij zich tegen hun arrestatie
verzetten. De politie had hen liever gearres
teerd, om op deze wijze wellicht belangrijke
mededeelingen van hen te krijgen.
In Britsche krjpgen, die bekend zijn met
de Bulgaarsche toestanden, wordt niet alge
meen geloof gehecht aan de officieele lezing.
De berichten over een massa-moord worden
inderdaad overdreven geacht, doch het staat
vast, dat er krachtig wordt opgetreden. Be
richten uit Sofia maken melding van huis
zoekingen van huis tot huis.
De Gezantenraad heeft toestemming gege
ven tot een tijdelij ke uitbreiding van het
Bulgaarsche leger met 7000 man. Servië,
Roemenië en Griekenland protesteerden er
tegen.
UITVINDERS VEREÉNIGT U 1
Er bestaan plannen om in het hartje van
Parijs een Huis voor Uitvinders op te rich
ten. Geenszins een „tempel", gewijd aan
de groote schepping van het menschelijk
genie, waar een apotheose zou worden ge
geven van de uitvindingen, die de wereld
hebben versteld doen staan, maar veeleer een
gebouw, dat den z.g. kleinen uitvinders, den
noesten zoekers naar verbetering onzer dage
lij ksche behoeften, gelegenheid zal bieden
hun arbeid onder gunstige omstandigheden
te exposeeren. Het gebouw zal Office Natio
nal des Frabricants et Inventeurs heeten, en
jaarlijks voor winkeliers en handelsreizigers
datgene ten toon stellen wat het vernuft der
uitvinders heeft uitgedacht. Immers, op het
gebied van huishoud-, toilet- en kantoor
artikelen, electriciteit en hygiëne worden
dag in dag uit kleine uitvindingen gedaan,
en telkens weer zien wij in de winkels arti
kelen uitgestald, die getuigen van den prak-
tischen zin der makers. Want niet zoodra
blijkt een of ander gebruiksartikel gebreken
te bezitten of er staat een uitvinder gereed,
wiens naam onbekend is en altoos zal blij
ven, die een geheel nieuw artikel uitvindt of
een spitsvondige verbetering weet aan te
brengen. Alle kleine onaangenaamheden aan
onze scheerapparaten, onze zakpotlooden,
vulpennen, enz. trachten deze stille werkers
te verhelpen, en men kan zich nog slechts af
vragen hoe het eigenlijk komt dat ons prak
tisch bestaan niet een gestadige verrukking
is
Thans zal de arbeid dezer uitvinders meer
in het licht worden gesteld en misschien meer
waardeering wekken.
HET PROCES-COLBACQ.
Het vonnis in de zaak-Colbacq is thans
geveld. Zooals destijds uitvoerig is vermeld,
werd de Waalsche student Colbacq vervolgd
omdat hij een jaar geleden, tijdens het Groot
Nederlandsche Studentencongres te Leu
ven, den Vlaamschen student Berten Val-
laeys bij een relletje verraderlijk van achter
een deur had beschoten, en hem levens
gevaarlijk had gewond.
De rechtbank veroordeelde Colbacq tot
drie maanden gevangenisstraf en 150 franc
boete voor de toegebrachte sl3gen, tot 15
dagen hechtenis en 78 frs. boete wegens het
dragen van wapenen, en tot één maand
hechtenis en 150 frs. boete wegens het zich
meester maken van Vallaeys studentenpet,
dit alles voorwaardelijk, doch tevens tot
het betalen van een schadevergoeding van
14.000 frs. aan Vallaeys.
Eveneens werd uitspraak gedaan in de
zaak-Perrin. De advocaat Perin had n.l. den
hotelhouder van Mechelen een messteek toe
gebracht toen deze weigerde de namen op te
geven van de Nederlandsche studenten, die
in zijn hotel logeerde. Mr. Perin werd tot
een voorwaardelijke gevangenisstraf van
vijf maanden en tot het betalen van 6000
frs. boete veroordeeld.
DE MOORD OP ELSIE CAMERON.
Gemeld wordt, dat Thorne, de moorde
naar van Elsie Cameron, voordat hij opge
hangen werd, nog een mededeeling omtrent
het misdrijf heeft gedaan. De gevangenisdi
recteur heeft echter geweigerd mede te dee-
len, wat Thorne heeft verklaard, terwijl de
minister van Binnenlandsche Zaken later
verklaarde dat het de gewoonte is, de laatste
verklaringen van gevangenen, die ter dood
veroordeeld zijn, niet te publiceeren. Men
weet daarom niet, of hij op het laatste oogen
blik nog een bekentenis heeft afgelegd.
Het departement van Handel te Washing
ton legde den eigenaars van het Britsche
stoomschip „Voltaire" een boete van 25.000
dollars, wegens overtreding van de wet op de
kustscheepvaart, door het vervoeren in Juli
van het vorig jaar van 150 Amerikanen als
passagiers van Philadelphia naar Nieuw-
Schotland en het aandoen van Boston op de
terugreis.
Naar de ,,Maasb." van de zijde der R. K.
arbeidersleiding verneemt, is een staking uit
gebroken aan de Maas en Waalkanaalwcr-
ken bij Nijmegen, in zooverre deze werken
worden uitgevoerd door de Nijmeegsche aan
nemersfirma van den Breejen van den Bout.
Deze staking omvat een 50-tal timmer
lieden en metselaars en gaat om loongc-
schillen inzake niet-uitbetaling van over
uren en arbeid op Christelijke feestdagen.
De patroons handhaven htm standpunt.
De Patroons-vereenigingen in de bouw
vakken te 's-Hage hebben Woensdagavond
'n vergadering gehouden, waar ook de on
georganiseerde werkgevers toegang hadden.
Eenparig besloot men, aldus deelt men het
Corr. Bur. van die zijde mede, den strijd
tegen het opdringen door werkliedenorgani
saties van geautoriseerde metsel- en voe
gerstarieven met kracht voort te zetten. Van
de ongeorganiseerde patroons, die toegege
ven hebben, zou een z.g. zwarte lijst wor
den opgemaakt. Bij patroons, die dringende
karweitjes hebben, zullen eenige leden ge
zamenlijk het werk afmaken.
5% LEENING DER VERWOESTE GE
WESTEN 1923.
28ste trekking van 20 April 1925.
Reeks 2.909 n. 5 wint 100.000 frank
Reeks 213.885 n. 1 wint 100.000 frank.
Reeks 106.254 n. 3 wint 50.000 frank.
Reeks 154.198 n. 1 wint 50.000 frank.
Reeks 292.649 n. 2 wint 50.000 frank
15 loten van 10.000 frank.
R. 232011 n. 3; R. 181640 n. 2; R. 111722 n. 2.
R. 155008 n. 3; R. 174914 n. 4; R. 221647 n. 3.
R. 263495 n. 3; R. 361268 n. 5; R. 117530 n. 1.
R. 305971 n. 5; R. 333675 n. 5; R. 2163 n. 5.
R. 62286 n. 3; R. 86504 n. 3; R. 245476 n. 4.
De obligaties, die niet met een lot uitkwa
men ritn betaalbaar met 550 fra»>"
In aansluiting op het bericht van „Voss.
Z.", dat wij vermeld hebben en volgens het
welk de New Yorksche bankwereld verze
kerd heeft, dat de thans bestaande crediet-
moeielijkheden zich zouden bestendigen, in
dien Hindenburg werd gekozen, verneemt
thans de „Westm. Gaz." uit New York, naar
uit Londen wordt gemeld, dat de Ameri
kaansche bankiersverceniging aan Strese
man heeft geseind, hoe volgens haar meening
alle credieten aan Duitschland zouden
worden beëindigd, in het geval de veldmaar
schalk wordt gekozen,
In verband met de beweringen in de pérs
van het rechtsche blok, dat het Vatikaan
zich zou uitspreken tegen een samengaan
van katholieken en soc.-dem., meldt de
Romeinsche correspondent van de „Voss.
Z,dat hij gemachtigd is dit tegen te spre
ken. Het Vatikaan denkt er niet aan zich te
mengen in de binnenlandsche politieke aan
gelegenheden van Duitschland.
De „Kath. Korr." bevat een soortgelijke
mededeeling. De paus zou zeer ontsïemd
zijn over de verkiezingsmanoeuvre. Het
Vatika-n beschouwt het als een groote tact
loosheid het tegen een man als Marx te
willen uitspelen Het Vatikaan weet boven
dien, dat de pauselijke vredesactie geduren
de den wereldoorlog niet is belemmerd en
belet door de kringen, welke thans den
heer Marx tot rijkspresident willen kiezen,
Gisteren is het socialistische congres bij
eengekomen om een beslissing te nemen
nadat Vandervelde zou zijn gehoord. De
heeren, die het meest tegen geheime di
plomatic zijn, hebben de deuren van het
congreslokaal stevig gegrendeld en er
wachten voor geplaatst, opdat geen vreem
de achter het geheim der debatten zou
komen. Toch weet men reeds, dat de so
cialisten, diep verbolgen over de onver
wacht brutale weigering van de katholieke
Kamerfractie, de opdracht om het nieuwe
kabinet te vormen, zullen weigeren en van
nu af reeds hebben besloten de katholieke
voorstellen van de hand te wijzen, indien
de koning een katholiek met het vormen
van de regeering zou belasten. Dat de ka
tholieken beter dan Vandervelde zullen
slagen, is trouwe»- - niet te verwachten. Al
zouden de liberalen hun steun aan een ka
tholieke regeering loezeÉgen, zou toch het
leven van die regeering zeer kortstondig
zijn. Het vrouwenkiesrecht 20u al een mid
del zijn, om de liberalen tegen de katholie
ke regeering te doen opslaan.
Men spreekt dan ook reeds van een za
kenkabinet, doch al de parlementsleden
zijn eigenlijk tegen zulk een kabint gekant.
Een lang leven zou aan zulk een regeering
niet zijn beschoren. De toestand is dan ook
bijzonder duister. Hoe de kwestie zal kun
nen opgelost worden, is zelfs in regeerings-
kririgen een raadsel.
Heden wordt Vandervelde door den ko
ning ontvangen om verslag uit te brengen.
Dat verslag zal dus allesbehalve bemoedi
gend zijn.
Een nader bericht uit Brussel meldt, dat
het socialistische congres met 413 tegen 173
stemmen een motie aannam uitsprekend,
dat er geen aanleiding is de onderhande
lingen nopens de kabinetsvorming voortte
zetten.
De diplomatieke medewerker van de
„Daily Telegraph" verneemt, dat men te
Moskou zeer ontsticht is over de arrestatie
van een aantal Bulgaarsche communistische
studenten te Berlijn. Het vaste voornemen
van Luther en Stresemann om geen enkele
communistische samenzwering op Duitschen
bodem te dulden zal, naar het blad hoopt,
een goed voorbeeld voor andere landen en
in het bijzonder voor Oostenrijk zijn. Het
beteekent een gunstige verandering verge
leken bij de politiek van Rapallo, waar de
Duitschers tot samenwerking met Rusland
geneigd waren. De tegenwoordige Duitsche
staatslieden zijn van oordeel, dat iedere
nauwe samenwerking met de bolsjewiki
moet worden vermeden, omdat daardoor de
gezonde elementen in den staat kunnen wor
den gedemoraliseerd.
De Kamer heeft met 420 tegen 38 stemmen
de voorloopige twaalfden voor Mei en Juni
goedgekeurd.
Lord Reading, dé onderkoning van BriWeti»
Indië, is gisteren aangekomen. Hij weigerde
een verklaring af te leggen nopens [ndische
aangelegenheden en voegde er bij, dat hij
op 24 Juli naar Indië zou terugkeeren.
In de Donderdag te Utrecht gehouden De-
putaten-vergadering van de Anti-Rev. Partij,
heeft Minister Colijn een magistrale rede ge
houden, waarvan wij de kennisname, ook
voor onze lezers, van belang achten.
Daarom laten wij hier een uitvoerig uit
treksel volgen der rede, getiteld: om de
bewaring van het Pand, van dezen christen
staatsman.
De begrippen van schuld
en straf.
De ontwikkeling der strafwetgeving in
Rusland na 1918, aldus spr., duidt, volgens
spr„ op een principieele breuk met de tot
nu toe nog vrij algemeene geldende toepas
sing van het strafbegrip, Elke gedachte aan
straf wordt eigenlijk terzijde gesteld, terwijl
aanvaard wordt de gedachte, dat men in de
strmrechtelijke sanctie niets anders en niets
meer te zien heeft dan één van de vele
vormen van sociale reactie tegen verstorin
gen van het zedelijke, politieke of econo
mische leven.
Bovendien wordt in Rusland de „revolu-
tionnaire overtuiging" des rechters geenszins
op nonactiviteit gesteld.
En in het land van Lombroso en Ferri ligt
sinds Januari 1921 een voorontwerp voor
een Strafwebock gereed, dat aan de Rus
sische wetgeving niets te verwijten heeft.
Het misdrijf is gestempeld tot symptoom
van anti-sociale gezindheid. De delinquent
dient niet schuldig te worden verklaard,
zegt spr., maar alleen te worden veroordeeld
om een sanctie te ondergaan. Alle bemoeiing
van de Overheid met den man die Gods ge
boden schond en dus Gods Recht krenkte,
wil men beperken tot zorgvuldige verple
ging van den delinquent.
Die bezorgdheid voor den misdadiger steekt
wel sterk af bij de uit dezelfde kringen
voortgekomen propaganda voor de uitroeiing
van zieken en zwakken.
Het: gij zult niet doodslaan! heeft voor
onzen tijd van verlichte wetenschap, aldus
spr., zijn beteckenis verloren!
Het sexueele leven.
In diezelfde lijn van gedachten ligt da
schrikkelijke propaganda voor het Nco-
Malthusianisme en voor de straffeloosheid
van den abortus.
Bekende socialistische politici nemen het
ia woord en geschrift voor degelijke propa
ganda op. Kan men al niet zeggen, dat het
socialisme principieel voorstander van het
Neo-Malthusianxsme is, zijn historisch-ma-
terialistische wereld- en levensbeschouwing
voert voor de tegenwoordige maatschappij
toch ongetwijfeld in die richting.
Tegen de stuwkracht van een beginsel
baat alleen verzet dat van een ander begin
sel uitgaat.
Ook de moderne eugenetica, die, door
toepassing van de theorieën van rassen-
hygiënc- en erfelijkheid, den weg wil wijzen
om te komen tot de geboorte van een beter
menschras, komt tot uitwassen, verklaart
spr., die ieder christen toonen, hoever de
menschelijke rede afdwaalt, wanneer zij de
goddelijke ordinantiën den rujs^ toekeert.
De propaganda voor de erkenning der ho-
n\03exueele gemeenschap als gelijkgerecht-
tigde, naast die tusschen personen van ver
schillend geslacht, neemt aldus gaat spr.
voort, onrustbarende afmetingen aan. Dat
ons land allerminst vrij uitgaat, bewijzen de
„zedenschandalen", waarvan men nu en dan
verneao-t-, en versnreiden van de orooagan-
da-brochures van 't z.g. „Wetenschappelijk
humanitair comité". Gelukkig ontbreken ook
buiten de A. R. kring, de protesten tegen
dat gruwelijk kwaad niet en met eere noemt
spr, den Amsterdamschen arts Dr. E. van
Dieren en 't doorwrocht en hoogst ernstig
betoog van Prof. Dr. H. Y. Groenewegen.
Wie toch de grondslagen van het huwelijk
loswrikt, opent de poort voor alle abnor
male verhoudngen en opvattingen op het
terrein van het sexueele leven en ontwricht
de basis waarop heel ons maatschappelijk
samenstel rust.
Niet alleen van de sociaal-democratie
dreigt gevaar.
Er is hier te lande een leugenachtige
practijk ingeslopch die hét reeds nu moge
lijk maakt om met behulp eener niet weer
sproken beschuldiging van een der beide
echtgenooten, tot huwelijksontbinding met
wederzijdsch goedvinden te geraken. En
wat men nu begeert is dat deze verleugen-
de practijk wettelijk zal worden gesanc
tioneerd.
Die strooming is slechts vertakking van
een internationale beweging, zooals dit wat
in Rusland en Italië geschiedde, blijkt.
Zoo gaat de algemeene strooming inzake
de huwelijkswetgeving in een richting waar
wc, zegt spr., in beginsel lijnrecht tegen
over staan.
Aantasting van het gezag.
De roep der arbeiders naar medezeggen
schap in de leiding van het bedrijf is een
symptoom in de universeele beweging der
moderne democratie. En al zijn er, zegt spr.
aan dit vraagstuk meer zijden dan die,
welke zich uit in den roep der syndicalis
ten: dé fabriek aan de arbeiders! of zoo
als het tot uiting komt in den wensch der
sociaal-democraten, naar het gesocialiseerd
bedrijf; in den grond is dit verlangen niet
anders dan eén ontkenning van de auto
riteit van het gezag.
Merkwaardig acht spr. het standpunt
van den sociaal-dcmocratischen Prof. Bon-
ger, die wel medezeggenschap der arbei
ders wil in de leiding van het particulier
bedrijf, doch haar niet gewenscht acht in
het gemeenschapsbedrijf.
Spr. wil met een enkel woord ook wijzen
op het zich openbarend streven om het
„georganiseerd overleg" in den publieken
dienst om te zetten in een reëelc mede
zeggenschap van werklieden en ambtena
ren in overheidsdienst. Het meest complete
overleg kan nimmer inbreuk maken op wat
Kuyper schreef in de toelichting op art. 4
van het Program van Beginselen:
„Aan de Overheid komt het toe heer
schappij te voeren. Ze heeft een heerschen-
de, niet een bedienende macht ontvangen.
En ze mist derhalve karakter, werpt zich
zelve weg en verzaakt haar roeping, in
dien ze den hoogen moed mist om met be
velende autoriteit en dwingend gezag op
te treden."
Spr. wijst verder op een aanzwellende
stroom van atheïsme in de moderne weten
schap.
Komt men ons vragen, aldus de partij
voorzitter, toch wat milder te staan tegen
over allerlei propaganda, die tengevolge
kan hebben dat de heiligheid van het hu
welijk en het Christelijk karakter van het
gezinsleven worden aangetast, dan moet
opnieuw een- wij kunnen niet en wij mo
gen nietl worden gehoord.
Wat de revolutionaire democratie wil,
leidt ten slotte tot overheerschituf van het
eene volksdeel over het andere. En om-
dat dit zoo is, begeeren we een Overheid
die niet alleen zoo heet, maar die het
ook is.
Maar zulk een Overheid moet naar Kuy-
pers woord dan ook willen optreden als
dienaresse Gods
Wat op het stembusprogramma voorkomt,
zegt spr., is wat van het program van ac
tie van 1922 nog op vervulling wacht, ter
wijl meer in het bijzonder de nadruk ge
legd wordt op een tweetal punten die bij
deze stembus sterk naar voren komen: de
toestand van 's Lands financiën en de de
fensie.
De begrooting voor 1926.
De begrooting voor 1925 sluit, maar
op een te hoog peil van uitgaven. Die uit
gaven moeten omlaag. Dot kan alleen ko
men als resultaat van langen en vermoeien-
den strijd. Men meent dat het altijd ergens
elders moet worden gezocht dan waar men
het gezocht heeft.
Alles in aanmerking genomen is het re
sultaat van den arbeid die tot nu toe ver
richt is niet onbevredigend. Maar wc zijn
er nog niet. Voor het komende begrootings-
jaar 1926 zullen de uitgaven zelfs, in plaats
van omlaag te gaan, vooral tengevolge van
uitgaven voor de sociale verzekeringen,
nog een 25 millioen hooger zijn dan in 1925.
En hieraan vooral houdt spr. èn persoon
lijk èn als eerste vertegenwoordiger der
A, R. partij vast: er kome geen periode
meer van tekorten!
Hoe gcat het nu straks als de stembus
gesloten is?
Het is duidelijk dat er geen 51 Anti-re
volutionairen afgevaardigd zullen worden
en er dus ook geen A. R. kabinet zal wor
den gevormd.
Wat zal er dan gebeuren zoo de drie
groepen ter rechterzijde gezamenlijk bo
ven dc 50 uitkomen?
Hierop een antwoord te geven is thans
ondoenlijk. Onze Kamerclub, zegt spr., zal
dan een beslissing hebben te nemen in
verband met den toestand, zooals die zich
dan zal voordoen.
Samenwerking der drie rechtsche groe
pen blijft spr. zoo na als voor het meest in
's lands belang achten. Spr. zegt het óók
met het oog op de naar allen schijn aan
wezige onmogelijkheid om op eenigerlei
andere wijze een Kabinet saam te stellen,
dat op een parlementaire meerderheid
steunt. Spr. gelooft voorshands niet aan
een samenwerking van R.-K., V. D. en S.
D. A. P.
De bereidwilligheid om saam te werken
is er in het algemeen bij de partijen ter.
rechterzijde wel, al valt niet te ontkennen,
dat ondervonden teleurstellingen op een
warmtegraad wel invloed uitoefent.
Men meent hier en daar te zien, ver
klaart spr., dat de tegenwoordige scheids
lijn haar reden van bestaan verloren heeft.
Spr. meent duidelijk te hebben aangetoond,
dat er reden te over is om waakzaam te
blijven, en zelfs om de waakzaamheid te
vergrooten.
Al ware de onderstelling juist, dat de
geestelijke antithese haar bestaansrecht
had ingeboet, dan bracht dit nog geen ver
andering in de huidige partij-groepeering.
Het is nu eenmaal niet zóó dat een mensch
óf uitsluitend conservatief óf uitsluitend
demoeraat is.
Geen wijziging in de partijvorming.
Meer dan ooit is spr. overtuigd dat der
tijden nood noopt tot de uiterste krachts
inspanning om de positie als A:-R.-partij te
handhaven.
Wèl is spr. bereid toe te geven, dat er
reden is om te overwegen of er niet som
mige vraagstukken zijn van algemeene na
tionale beteekenis, voor welker oplossing
een breedere basis wenschelijk is, dan die
welke saamvalt met de grensscheiding tus
schen Rechts en Links
Kuyper placht te preken, zeide spreker,
van een neutrale zoöe, die er in ons poli
tieke leven is. Blijkens de ervaring bleek
die neutralestrook tot heden niét heel
groot; althafts niet bij de-' Linksche oppo
sitie tegenover Rechts Bewind.
Spr. heeft de laak om het budgetair.
evenwicht te herstellen, alleen aanvaard,
omdat hij meende dat dit een logische con
sequentie was van de A, R. houding bij
de verkiezingen van 1922.
Het sein nog niet veilig.
Thans is dan de taak tot herstel van het
budgetair evenwicht nagenoeg volbracht.
Zij kon niet worden ten einde gebracht
zonder dat hier en daar pijn werd veroor
zaakt.
Er is evenwel nog veel te doen eer het
sein op veilig kan worden gesteld. En voor
zoover spr. bij dien arbeid betrokken
wordt, heeft hij steun en sympathie noo
dig. Nooit kan spr. een leider zijn als
Kuyper was. Maar wel wil spr de laatste
vezel van zijn kracht geven voor de partij
zoolang hij zich van dien steun en van die
syrapatnic verzekerd weet.
Wat wij te^doen hebben is, zoo besloot
de heer Colijn, allereerst het zuiver hou
den van het blazoen en te werken in die
stemming des harten, dat we in het eind,
óók als het tegenloopt, in volle overgave
kunnen zeggen: Uw wil geschiede!
Dc rede van den heer Colijn, die ander
half uur duurde, werd telkens door luid
applaus en gejuich onderbroken.
Aan het slot werd den spreker een ova
tie gebracht.
Het plan Dresselhuys c.s.
De Tweede-Kamerleden Dresselhuys, Van
Rappard, Boon, Gerritzen, Westerman,
Staalman en Ter Hall (allen v.b.) hebben
thans het aangekondigde wetsvoorstel tot
wijziging van de Kieswet ingediend.
De Memorie van Toelichting begint met de
opmerking, dat het stelsel der evenredige
vertegenwoordiging niet de populariteit
heelt kunnen verwerven, die daar vóór de
invoering van verwacht werd. De evenredige
vertegenwoordiging, in het bijzonder in den
vorm, waarin ze in ons land is ingevoerd,
brengt den kiezer niet meer in contact met
den candidaat, maar met de abstractie daar
van, de lijst van candidaten. Dit leidt tot
drieërlei euvel.
1. Het stemmen op een lijst en niet op
een persoon:
2. De gecentraliseerde vaststelling der
candidatenlijsten
3. Het ontbreken van een localen band
tuschen afgevaardigde en kiezer.
Kt laatste schijnt wel een van de hoofd
oorzaken der verwijdering tusschen Parle
ment en Volk.
Men zou aan deze bezwaren tegemoet
kunnen komen, hetzij door terugkeer tot het
oude kiesstelsel: Algeheele afschaffing der
evenredige vertegenwoordiging; hetzij door
(zooals in het buitenland veelal geschiedt,
en thans in ons land voor de verkiezingen
van de Eerste Kamer is ingevoerd): het land
in een aantal geheel zelfstandige districten
te verdeelen, binnen den kring waarvan dan
de uitslag der verkiezing naar het even
redig stelsel zal worden opgemaakt.
Tot het eerste zouden voorstellers voor
alsnog niet willen adviseeren. De tweede
oplossing is, bij het beperkt aantal leden,
wat de Tweede Kamer telt', niet zonder be
zwaar uitvoerbaar.
De beide genoemde oplossingen om die
redenen verwerpend, hebben de voorstellers
daarom gezocht naar een tusschenweg,
waarlangs, met behoud van de volkomen
evenredigheid, de euvelen van den bestaan-
den toestand worden ontgaan, zonder dat in
de fouten van het oude stelsel vervallen
wordt.
Zij meenen dien tusschenweg gevonden te
hebben in een stelsel, waarbij het land ver-
deeld'.wordt in evenveel kiesdistricten als er
zetels te bezetten zijn. (Voor de verkiezin
gen van Provinciale Staten en Gemeente
raden behoeft het ontwerp nog aanvulling
door een wijziging van de desbetreffende
wetten).
In elk district hebben 25 kiezers het recht
een opgave in te leveren, waarbij slechts één
candidaa't wordt gesteld. Dezelfde candidaat
mag dan niet meer dan in 5 districten wor
den gesteld, die buitendien aaneen moeten
grenzen.
De opgaven van candidaten door het ge-
heele land kunnen door een partij met el
kaar worden verbonden, in welk geval zij
een groep van eondidaten vormen. De stem-
rnGil van dc zandida'ten dezer groep gelden
voor het opmaken van den uitslag der »»cr-
kiezing bijelkaar. De stemming in een dis
trict geschiedt alleen over de candidaten, in
dat district gesteld. De uitslag word't nu in
den eigenlijken zin juist bepaald als thans.
Door het bijeentellen van de stemmen van
alle groepen wordt het totaal aantal stem
men, en door deeling met 100, de kiesdeeler
vastgesteld. Geliik thans voor de lijs'tengroe-
pen, wordt in het nieuwe stelsel voor de
groepen van candidaten bepaald op hoeveel
zetels elke groep aanspraak heeft. De toe
wijzing van de zetels aan de candidaten
eener groep gaa't dan veel eenvoudiger dan
thans. Gekozen zij'n n.l. de candidaten dei
groep die de meeste stemmen kregen. Bi)
een tusschentijdsche vacature valt die can
didaat in, van dezelfde groep, die na de on
middellijk gekozene, het grootste aan't'a!
stemmen had.
DE VOORDEELEN.
De voordeelen van het nieuwe stelsel1
achten voorstellers:
1. De kiesvereenigingen in het district
stellen vrijwel zelfstandig de candidaten,
in zekeren zin geheel op de wijze van het
oude (districtenstelsel).
2. De strijd wordt in elk district om per
sonen en niet om lijsten gevoerd.
3. De gekozene kan zich beschouwen als
afgevaardigd do.or het bepaald, niet te groot
deel van het land.
4. Een kiezer weet, dat zijn stem van
grooten invloed is op de verkiezing van den
candidaat, aan welken hij de voorkeur geelt.
Dit moet niet alleen den kiezer meer ver
trouwen geven in den ernst en de beteeke
nis van zijn stemhandeling, maar 't zal ook
van goéden invloed zijn op den ijver der
kiesvereenigingen.
5. De bepaling van de gekozenen ge
schiedt op veel eenvoudiger wijze dan thans.
6. De evenredigheid blijft' volkomen ge
handhaafd.
Voor de kleine partijen ontstaat het be
zwaar, dat ze niet als thans, één candidaat
in het geheejle land kunnen stellen, cn op
hem alle stemmen verzamelen, maar ver
plicht zijn ten minste 20 candidaten te stel
len en in elk district ten minste 25 kiezers
op te zoeken, voor het inleveren van de
opgave van een candidaat. Als men in aan
merking neemt, dat dit bij elkaar nog slecht?
2500 stemmen zijn, en daï, om één candidaal
gekozen te krijgen, toch minstens 23.000
stemmen moeten worden verworven, dan
schijnt dit laatste bezwaar nauwelijks ié
wegen.
Met betrekking tot de verdeeling van het
land in 100 districten beschikken de voor.
stellers niet over de gegevens, die het hun
mogelijk zouden maken, een nieuwe verdee
ling (welke huns inziens te prefereeren is
boven de vroegere verdeeling) te ontwerpen.
Zoo noodig kan echter hierin bij een nadere
wijzigingswet worden voorzien.
De vragen van den heer Ter Hall, die ma
joor-aalmoezenier Huys het spreken over
den gevaarlijken invloed der Vrijmetselarij
zou willen belètten, zijn reeds tot behoorlijke
proporties teruggebracht.
Inmiddels bedient de „Limb, Koer," den
heer Ter Hall op zijn wenken en tractecrt
hem o.a. als volgt:
„Is de heer Ter Hall vai\meening, dat de
eene in Staatsdienst zijnde persoon zich met
over den anderen critisch mag uitlaten?
Waar staat dat verboden? Maar majoor
Huys heeft zich allerwaarschijnlijkst niet
over personen uitgelaten doch alleen een ca- j
tegorie aangeduid. En daartoe heeft hij even
volle recht, als b.v. een liberaal burgemees
ter zou zeggen, dat hij de aanwezigheid van
revolutionnaire elementen onder ons vloot-
personeel niet in het belang van jitaat
acht. Dat de heer Ter Hall de vrijmetselarij
„allerminst Staatsgevaarlijk" acht, is natuur
lijk zijn volle recht; maar waarom zou een
andere niet van een andere opinie mogen
zijn?
Dit is geen redelijke opinie zal dc heer
Ter Hall misschien uitroepen.
Och men kan daarover van inzicht ver-
schillen? Wanneer men b.v. reeds meer dan
40 jaren geleden in het Ned. „Weekblad voor
Vrijmetselaars" (no. 17 van 17 Sept. 1882,
blz. 315) kon lezen: opstand tegen datgene,
wat wel te veranderen is, is plicht" en in
hetzelfde no„ één bladzij verder: „Als men
een koning een pak slaag toedient, moet men
gelijktijdig uit alle macht: Leve de koning!
roepen" en ïn hetzelfde orgaan, zelfde jaar,
7 Mei, blz. 149: Moet een vorst niet be
schouwd worden als vertegenwoordiger van
een tijd, die voorbij is?" en hetzelfde blad
(den 5 Nov., p. 371) openlijk zag verklaren:
het doel der Orde „kan met het begrip van
Vaderland en Vorst in strijd zijn," dan zien
we niet in, waarom de opvatting van majoor
Huys niet minstens even verdedigbaar is als
de onbewezen bewering van den heer Ter
Hall.
Eveneens voor commentaar vatbaar is de
verzekering van den heer Ter Hall, dat de
Vrijmetselarij op de beginselen der men-
schenliefde gegrondvest is. Als we ons
enkel met menschlievendheid bezighielden,
heeft een mac.:, schrijver eens gezegd, had
den we slechts een kas en een penning-
meestér noodig. En Br.:. Castro in zijn „Li-
turgias" (dl. I. p. 63) noemde het „belachelijk
als we ons daarvoor met zinnebeelden en
geheimenissen omringden." De Vrijmetselarij
moge zich op het humanitéits-beginsel gron
den, ze houdt zich nog wel met wat anders
bezig dan dat alleen. Indien de heer Ter Hall
dit betwisten wil, zijn we gaarne bereid het
hem te bewijzen. Hij denke maar eens aan
de erkentenis van wijlen het Kamerlid Br.:.
Lieftinck, in de zitting van 9 Dec. 1913."
Is het voortbestaan noodig?
De minister van Binnenlandsche Zaken en
Landbouw heeft een commissie benoemd,
welke belast wordt met de beantwoording
van de vraag, of zonder groote bezwaren in
de diensten van het Rijksbureau voor d«
ontwatering op andere wijze zou kunnen
worden voorzien.
Zij is als volgt samengesteld: voorzitter de
heer L. F. J. M. Baron van Voorst tot
Voorst, ondervoorzitter van den R.-K. Ned.
Boeren- en Tuindersbond; leden de heeren»
Ir. S. L. Louwes, secretaris van de Over-
ijsselsche Landbouw Mij.; K. I. B. A. da
Coster, bezuinigings-inspecteur; Ir. G. J. v,
d. Broek hoofdinspecteur bij den Rijks
waterstaat, lid van de Rijkscommissie voor
de ontwatering; I. G. J. Kakebeeke, inspec
teur van den landbouw; secretaris is mr. D.
G. W. Spitzen, commies aan het departe
ment van Binnenlandsche Zaken en Land
bouw.