t'd RUBRJEA.
T
DE SPION VAN DE CITADEL
NIEUWE HAARLEMSCHE
Vacantie.
Slechte dagen.
Tweede Blad Vrijdag
COURANT
17 Juli 1925
1
ÉL
ONZE KLEEDING.
De taak van ket
ongehuwde jonge meisje.
De mantel!.
Weet ge.
TzThilli!
LAMCdE. Ca5AQUE5
Recepten
Patronen naar Maat.
FEUILLETON.
y
zpVrouweti-
mi W£l
De vacantie-tijd, voor enkglen misschien
reeds aangebroken, staat in ieder geval voor
al onze kinderen voor de deur.
Al wie schoolgaande kinderen, kleine
zoowel als groote, heeft, weet wat een heer
lijkheid voor hen de vacantie beteekent. Niet
dat zij het anders zoo slim hebben onze kinde
ren, 't is waar, er moet veel geleerd worden,
het drukke en gejaagde verkeer vooral in de
groote steden maakt hen zenuwachtig en
geeft minder weerstand, maar toch, het is
zoo'n heerlijk vooruitzicht, zoo'n paar we
ken geen school, geen lessen, geen plichten,
en ze hebben allen van die naderende vacan
tie een verwachting, die alleen al een pleizier
is.
Wij kunnen er veel aan doen, om die va
cantie ook werkelijk voor hen tot een pretti-
gen tijd te maken, een tijd van opfrissching
en rustige ontspanning. Veel moeders zien
tegen de vacantie op als tegen een nade
rend onheil, anderen maken zich veel te
druk met het zoeken naar ontspanningen..
Noch het een noch het ander is noodig,
maar een naderend onheil behoeft het toch
allerminst te zijn. Het beste is zelf mee te
deelen in de vacantievreugd en het werk zoo
in te deelen, dat dat mogelijk is.
Dan geniet het kind al doordat het vrij is
van school en lessen, elk kind heeft zoo zijn
eigen liefhebberijen, die in de vacantie meer
tot uiting komen en heeft het die niet, dan
kan men met wat tact wel den weg tot een
of andere liefhebberij banen. Daarbij kunt
ge van den aanleg der kinderen voor huiselij
ke bezigheden gebruik maken, om ze iets te
laten meehelpen.
.Ms ge zegt„Jan, nu moet jij alle
schoenen poetsen," tien tegen één, dat jan
heel sip kijken zal. Maar gaat het op een an
dere manier, b.v. „Jan, Dientje, de meid,
wil vanmiddag ook eens graag mee naar het
Bosch, wij gaan allemaal-wat vöor haar doen
en nu mag jij onze schoenen' mooi glimmend
poetsen," dan gaat Jan met een vroolijk ge
zicht aan het werk. Ik wed, dat ge wel een
uur geen last van hem hebt, 'want kinderen
doen hun werk graag goed. Maar ge moet ze
niet haasten en jachten, en ook eens een prijs
je geven.
Als er veel voor het eten te doen is, kunnen
ze al zoo handig meedcppen, boontjes afha
len, peentjes schrappen, aardappels schillen.
Ik heb altijd in de keuken een paar mouw-
schorten hangen, wie meehelpt krijgt er één
aan, ze vinden het wat gewichtig, ze knoeien
ook wel eens en maken meer vuil dan wij
grooten, maar als je ze daarom niets wilt la
ten doen, kunnen ze het ook onmogelijk lee-
ren. Kir deren opvoeden is nu eenmaal ge-
duldwerk, men moet geduld hebben om
ze de moeilijker werkjes te leeren en geduld
om aan te zien, dat het langzaam gaat. Juist
in de vacantie als het r.iet vlug behoeft te
gaan, kan men daarom den kinderen zulke
werkjes leeren. En de zon schijnt toch niet
eiken dag. De grootere meisjes, die studeeren
b. v., kunnen met naaien helpen, de grootere
jongens, die soms 5, 6 weken vacantie hebben,
kunnen een brailleboek prikken. Ze doen het
meestal graag, en leeren zoo ook eens aan
minder bedeelden denken.
En dan eens wat plannetjes gemaakt voor
een dagje buiten. Het behoeven niet altijd
juist kostbare ontspanningen te zijn, de na
tuur, de bosschen, de velden, de duinen, de
hei, het geeft alles afwisseling genoeg en zoo'n
heel dagje buiten schenkt zoo'n genot. In ons
.-derland bestaat ook zoo gemakkelijk gcb-
ge heia voor een watertochtje, m.i. groote:'
...not dan het vliegen langs stoffige wegen.
Hierbij zal vader echter moeten helpen,
tenzij de kinderen groot zijn, maar juist het'
bijzondere van vader mee op zoo'n week-
schen dag, verhoogt de pret. De eene plaats
is natuurlijk minder gunstig gelegen, minder
door de natuur omringd dan de andere, maar
wie zulke prettige dagjes in elkaar zet, weet
cok wel prettige plaatsen te vinden, en zijn
de afstanden te groot, dan zijn er nog altijd
de fietsen.
Vacantieplannen Om te genieten, om
prettige dagen te hebben, behoeven geen dure,
treinreizen, geen verre autotochten gehouden
te worden. Men is zoo geneigd, als men
al die plannen van andereh hoort bespreken,
jaioersch te worden. Men kan zelf niet om de
hooge onkosten, of om de kleintjes, of om
dat er te veel thuis zouden moeten blijven.
Maak dus kleinere plannetjes, plannetjes,
waarin allen kunnen deelen. Blijf in eigen
omgeving, ons eigen 'land is ook mooi,
gaat mét mooi weer daagjes uit, dan kunt ge
m:t slecht weer thuis in een. makkelijken
stoel in uw eigen behaaglijke omgeving
blijven, waar ieder zijn eigen liefhebberijtjes
of spelletjes heeft, terwijl ge in een vreemde
omgeving zonder uw eigen gemakken boos
de regendruppels telt en zooals de volks
mond het zegt uw geld in armoede verteert.
En moeders, denkt er om, op die prettige
dagen naar buiten, trekt dan uw meisjes
geen mooie fijne jurkjes aan, maar flinke
stevige jurkjes die gcwasschen kunnen
worden en de oude broeken met de stukkem
er in, dat is nu net iets voor de jongens, daar
kunnen ze in ravotten en mee klimmen en
klauteren.
En zie dan eens wat door de vingers
ze zullen zich wel eens vuil maken, maar
daar is water en zeep weer goed voor, daarom
is het ook zooveel beter, dat ge zelf meegaat,
dan ze met anderen mee te geven, dan ziet
ge het plezier en kunt de vuile handen beter
begrijpen.
Als ge zoo de vacantie meeleeft met man
en kinderen, nu dan zal er wel eens wat
naaiwerk blijven liggen, eens een kamerbeurt
moeten uitgesteld, maar dat haalt ge wel weer
in en ge zijt beloond door de tevreden, blo
zende gezichten van allen om u heen.
/IV? .2 2.5)
n: 22 3
Iedereen heeft zijn slechtste dagen, zijn
dagen waarop hem alles mislukt, en ieder
een neemt aan, dat dit zoo zijn moet. Dat
zal ook wel, maar ik voor mij wensch me
daarbij niet neer te leggen. Js er één reden
waarom bijvoorbeeld een potlood aldoor
maar weer onder mijn vingers moet uitglij
den Heb ik dat potlood ooit iets misdaan
Heb ik dat potlood uitgescholden Mishan
deld Heb ik kwaad 'van zijn familie ge
sproken Niets van dat alles. Maar toch
wenscht dat potlood niet door mij aangepakt
te worden zoodra ik het grijpt, glibbert
bet weg, stelt zich aan, keert zich om, maakt
zich glad. O, ik had het kunnen voorzien.
's-Morgens vroeg is het al begonnen. Toen
glipte mijn spons vol zeep uit mijn handen
en nestelde zich op mijn grijze schoenen.
Natuurlijk bleven de grijze schoenen staan
in plaats van ook eens kwiek uit den weg te
gaan, en natuurlijk zaten ze naderhand vol
vlekken. Dat was het begin, en zoo ging
het door. Bij het ontbijt stoof het kapje
van tnijn ei door de kamer, een vrooüjken
sliert geel op het schoone laken kwaickend.
Waarom Ik had het kapje op precies de
zelfde manier met, mijn mes afgeslagen als
altijd. Alle eieren vinden dat best-en gedra
gen zich behoorlijk. Maar dien morgen moest
het noodzakelijk door de kamer rennen en
het schoone tafellaken ontsieren. Ik trachtte
te redden wat te redden viel door den sliert
voorzichtig met een mes op te nemen, het
lukte, maar met den achterkant van het mes
gooide ik een kopje thee om. Waarom Wat
had dat kopje ermee te maken De heele
actie ging buiten hem om, maar toch moest
hij erbij zijn en omvallen en de aandacht
op zichzelf vestigen.
Menschen kunnen bemoeizuchtig zijn, maar
dingen-zijn het veel erger. Verlies je een haar
speld en buk je je om hem op te rapen
dadelijk komt er een andere haarspeld aan
hollen om met een ^reeselijkte drukte ook
te vallen en zich interessant te maken. Als
je je bukt om ook hem op te rapen pang
daar gaat de knip van je taschje los. Haastig
grijp je er naar, maar door die haast klapt
het taschje om. Er valt uit een zakspiegeltje.
een kammetje, een beursje, een potloodje
een opschrijfboekje, een prijsopgaaf van den
behanger, een paar krantenknipsels, drie
veiligheidsspelden, twee zakdoekjes, een leege
tube aspirine en het adres van een werkster.
„Nu niet kwaad worden zeg je tegen jezelf
en je begint heel kalm stuk voor stuk op
te rgpen. „Jullie zullen er geen pret van heb
ben mompel je als je op de helft bent
Maar het potloodje glipt onder je vingers
vandaan en als je het grijpen wilt, geef
je een slag tegen het taschje. Het taschje
klapt nogmaals om en eruit valt zie boven.
Maar aan alles komt een eind. Eindelijk kun
je opstaan. Je rug doet pijn van het lange
bukken je rekt je eens flink uiten pang"!
daar stuift het kleine schemerlampje Waar
om Hoe Je bent er zeker van, dat je op
twee meter afstad van het lampje gestaan
hebt. Toch vliegt het van de tafel en snelt
naar den grond. „Nu niet je hoofd verliezen!"
redeneer je met gebalde vuisten. Dan leg je
eerst het taschje op een veilige plaats en
ga je het schemerlampje oprapen. Maar je
voet raakt in het koord verward en je zwiept
de kamer door. Als je tot stilstand komt,
luister je angstig geen pang ditmaal Neen,
Alle/ is stil. Maar als je omkijkt, blijkt er
een groote plas uit den inktkoker gestoven
te zijn. Inkt is bescheiden, inkt pangt niet
hij loopt behoorlijk en zachtjes en dóet zijn
plicht.
Slechte dagen hebben een laat einde.
Eigenlijk moest je op een slechten dag den
moed hebben om dadelijk, na Tiet eerste
ongeval, in bed te kruipen met een morfine-
injectie of een kop vlierthee
No. 221. Een aardige jurk voor meisjes tot
12 jaar. Men.kan als stof shantung in de na
turel-kleur nemen. Het jurkje heeft een spleet
over de borst onder den hals en ter weerszij den
daarvan over de heele lengte twee plooien.
Vanuit den taillenaad valt het rokje met wat
meerdere ruimte afwaarts behalve midden
voor, waar het recht en vlak blijft. In de beide
zijden, vlak op den taillenaad make men
smalle strookjes eenvoudige broderie in
eenige bruine kleuren deze broderie loopt
niet over den rug door. Het ronde kraagje
van den hals wordt van eenzelfde soort bro
derie voorzien. Kousen beige en schoenen
bruin. Patroon f 0.90.
No. 222. Deze kleine zus draagt een eenvou
dig recht jurkje van kasha naturel. Voor den
nals treffen we een splitje aan en links en
rechts daarvan over de borst twee plooien die
eindigen in de zakjes. Preciès in het verlengde
daarvan vallen twee stolpplooien. De hals af
gezet met een strookje, is van bruinroode
kasha. Kousen lichtbeige en schoentjes bruin.
Patroon tot 8 jaar f 0.67
No. 223. Een charmant jurkje van effen
witte Mousseline heel eenvoudig gehouden
met een sluiting op de borst en ^en rokje
met eenige verwijding, De garneering bestaat
uit ruches en strooken van lila voile. Drie
wijde strooken van deze stof vormen de ein
den der mouwen. Het sluitstrookje over de
borst is eveneens lila en kan bezet worden met
bolle parlemoeren knoopjes. Kousen in een
tint rose, schoenen wit linnen en een hoed
in de tint lila. Patroon tot 12 jaar f 0.90.
No. 224. Voor oudere meisjes 14 tot 16
jaar is deze chique zomermantel van licht
beige ribs travers. Een correct zittende vorm
is de elegance van dezen mantel, die geen
andere versiering heeft dan twee ondergezet
te paneelen in de zijden vanaf de taille, van
boven van drie lijnen in beige, glanzende zijde
voorzien. Kies bij dezen mantel uw hoed in
dezelfde tint beige of anders bruin. Patroon
f 1.35.
In de Tel. schrijft een inzendster de vol
gende sympathieke beschouwingen neei
Het is niet mijn bedoeling om ei voor te
pleiten, dat alle jonge meisjes maar weer
net als in vroeger tijden thuis zouden blij
ven, daarvoor is trouwens in de moderne
huishouding geen werk meer. In heel veel
uitzonderingsgevallen echter kan ze thuis
nuttiger zijn dan in een beroep dat, wan
neer geen bijzondere roeping of talent aan
wezig is, veelal alleen tijdvulling, maar geen
volkomen opgaan en bevrediging schenkt.
En dan is dat weggaan uit huis waar hulp
zoo heel goed gebruikt zou kunnen wor
den, vaak niet anders dan een egoïstisch
zich willen „uitleven",.
Het meisje, dat een ziekelijke of zwakke
moeder de zorg voor de huishouding uit
handen neemt en den levensavond van
haar ouders op die'manier wat zonniger
maakt, de kinderen van broers of zusters
te logeeren neernt, wanneer ze door een
of andere oorzaak tijdelijk uit huis moeten,
bij ziekte, verhuizing of andere drukke tij
den in de bres springt, waar het noodig is,
is misschien wel heel ouderwetsch, maar
een leeg leven heeft ze stellig niet. 't Zijn
toch ook niet de uiterlijke dingen die een
leven rijk of arm maken.
En ik zou niet weten, waarom het in
nerlijk leven meer voedsel moet vinden in
het werk van een postambtenares of boek
houdster, dan in dat van „de dochter des
huizes" die huishoudster, verpleegster, kin
derverzorgster, verhuizer, baker, kok, enz.
enz. op z'n beurt is!
....Voor de zichzelf-gevende, vaak tegen
eigen verlangen in zich opofferende, onder
de thuis zich nuttig makende jonge- vrou
wen, zou het zoo bemoedigend zijn, eens
te hoören, dat er ook nog menschen zijn,
die hun werk waardeeren, en voor diegenen
onder de thuisblijvende meisjes, die wer
kelijk zich onvoldaan voelen, zou 't een
opwekking kunnen zijn om zich te geven
aan dat werk, dat juist voor vrouwen zon
der bepaald beroep overal klaar ligt.
Juist die meisje: kunnen zooveel nuttig
werk doen in de gezinnen van hun familie
en omgeving waar tijdelijke hulp bij ziekte
of anderszins gewenscht is.
Voor zeer elegante zorret kleeding bomt
de mantel van chantille-kantstof in aan
merking, waarbij een tullen hoed behoort,
gegarneerd met dezelfde kantstof.
Met deze kantstof verkrijgt men zeer
smaakvolle effecten, daar de stof uiterst
soepel en de plooi-valling zeer vloeiend is.
Prachtige resultaten worden verkregen wan
neer aan mantels van deze stof de moderne,
golvende verwijding aan den onderkant
wordt aangebracht. Zeer charmant is wit
met zwarte chantille kantstof en, volgens
berichten uit Parijs speelt zij een groote
rol in de elegante wereld.
De mantel is „het" kleedingstuk van
heden. Bij de dunne zomertoiletten draagt
men den „dagf-mantel" welke bij elke japon
past, dan nog een voor den avond en nog
een kort sportjasje, dat tevens op de fiets
goede diensten bewijst. De zeer elegante
mantels van zwarte, gewerkte zijde wor
den, naar ik vroeger rteds schreef, gevoerd
met de stof der japon (veelal van een lichtere
kleur zijde), waardoor de naam „complet"
is toegepast. De „dag-mantel" vertoont
meestal zijwaarts eenige plooien of rimpel-
werk. Overigens is hij nauw en aansluitend;
De kraag is plat en de revers dikwijls sjaal-
vormig. Vele mantels zijn ongevoerd, de
andere hebben een lichte voering van zijde.
Avondmantels zijn buitensporig fraai van
uitvoering zoowel stof als garneeriug dra
gen er toe bij, het effect van „overlading"
te veroorzaken.
Vele stoffen zijn sterk-glanzend en me
taal-kleurig van goud of zilver doorwerkt
damast of laken. Bovendien geeft de gar
neering, welke wordt aangebracht, een ver
meerdering van uitbundigheid. Bontranden
worden zeer ruim in volant-achtigen vorm
aan kraag en zoom gezetrijke, kleurige
borduursels ziet men op voor- en achter
baan prijken. Ook ruime volants van stor
in bijkomende kleur worden overdadig tef
garneering aangewend.
dat 'ge goede vanillestokjes, die éénmaal ge
bruikt zijn, na gereinigd en gedroogd te zijn
nogmaals in spijzen kunt gebruiken be
waar ze in suiker.
Weet ge.
dat ge het zout van soep dikwijls kunt weg
nemen door er schijfjes rauwe aardappelen
in te doen.
Weet ge
dat het beste middel ojn motten te bestrij
den is de vlinders te vangen, kamfer of naftha-
line zijn soms niet afdoende gebleken, goed
uitschudden en uitborstelen der kleeren is
de beste maatregel.
Weet ge
dat citroenen en sinaasappelen, door voor het
persen eerit op te warmen meer sap geven.
Weet ge
dat een ei beter afpelt wanneer men het na
het koken even in koud water dompelt.
Weet ge
dat-kamervogels gedurende den ruitijd vooral
moeten beschermd worden tegen tocht, af
wisseling van temperatuur en koude. Houdt
Ze warm en geeft krachtig voeder tot de rui
tijd voorbij is.
Weet ge.
dat ge bij het verstuiken van hand of voet,
deze flink moet wrijven met kampferspiri-
tus vermengd met water.
Weet ge
dat ge, als een sleutel in een slot lastig sluit,
den sleutel even in zachte zeep kunt steken.
Het zal dan licht beter gaan.
Weet ge
dat ge een kind, dat duim zuigt of nagels bijt
het beste kunt genezen door enkele weken de
toppen der vingers in te smeren met een af
treksel van Kwassia hout, bij een drogist ver
krijgbaar.
[»i227]
i-j
Toen ruim een jaar geleden, de bekende
tuniekrobes plotseling een grooten opgang
maakten, tfas het te voorzien, dat de heer
schappij van de blouses daardoor een gevoe-
ligen knak kon krijgen, wat dan langzamer
hand ook gebeurd is. Blouses in den eigelijken
zin, hebben vrijwel afgedaan bij de jongere
generatie en daarvoor inplaats hebben we
den casaque gekregen, die den laatsten tijd
zichzelf weer overleeft in den z.g.n. langen
casaque. Het is een uiterst practisch kleeding
stuk, dat men gemakkelijk en vooral op
oudere rokken waarmee men zoo dikwijls
geen raad weet kan dragen, als men
slechts zorgt de stof voor den casaque zoo
te kiezen, dat ze in kleur goed bij een be
paalden rok past.
Onze plaat geeft eenige modellen van:
lange casaques No. 225, heel eenvoudig
met een strook plissée over de borst, No.
226, effen en voorzien van een onschuldig'
broderietje in goed afstekende kleur en'
No. 227, een model met hoogen hals, met
een-sjaal en strooken langs dezen, de mou
wen en over het onderste gedeelte, elke
strook omboord met een fraai afstekende
donkerder kleur.
Patronen dezer casaques a 0.75 per
stuk.
VISCHSCHOTEL MET AARDAPPE
LEN.
500 gr. overgebleven gekookte visch, 1
K.g. gekookte aardappelen, 40 gr. boter.
1 citroen. Wat overgebleven boterjus of wat
melk.
Ie manier. Neem de visch (zoo warm- mo
gelijk) van de graat, maak ze fijn, vermeng
ze met de fijngemaakte aardappelen, maak
t mengsel vochtig met wat overgebleven
botersaus of wat melk, voeg er zoo noodig wat
zout bij, doe alles in een vuurvast schoteltje,
strooi er wat paneermeel over, leg er een paar
klontjes boter en een paar uitgetande schijf
jes citroen op en laat 't schoteltje in den
oven bruin worden.
2e manier. Neem de visch (zoo warm mo
gelijk) van de graat, leg ze in stukken in 't
midden van een vuurvast schoteltje, giet
er wat water met zout en citroensap over,
leg er een paar klontjes boter en een paar uit
getande schijfjes citroen op. Leg er een rand
van aardappelpurée omheen, strooi over het
schoteltje wat paneermeel en laat 't met 'n
paar klon'tjes er op in den oven bruin wor
den.
3e manier. Snijd de aardappelen in plak
jes en leg die laag om laag met de visch in een
vuurvast schoteltje. Maak elke laag wat voch
tig met wat saus of wat melk, druppel hier
en daar wat citroensap over de visch. Zorg, dat
de bovenste laag uit aardappelen bestaat, leg
er wat boter en een paar uitgetande schijfjes
citroen op en laat 't schoteltje in den oven
lichtbrug worden.
VLEESCHRIJST.
G pond kalfspoulet, 1 kopje rijst, 2 thee
lepels zout, 3/4 Liter water.
Het vleesch en de rijst goed wasschen, op
zetten met het water en het zout. Zoodra het
kookt, op een zaóht vuur nog 2 a 3 uur laten
trekken. Vervolgens wrijft men alles door een
zeef. Dit vereischt nog al veel tijd, maar het
is een bijzonder versterkend gerecht. Voeg
zoo noodig nog een weinig zout er bij.
HOOFDKAAS a LA MINUTE OF GEMA
RINEERD VLEESCH.
600 Gr. vleeschresten, 3 dL. jus met wa
ter of bouillon, pl.m. 1 L dL. azijn, 12 gram
witte gelatine (6 bladen). Peper, zout, noot
muskaat. Ingemaakte uitjes en augurkjes.
(Kappertjes), peterselie, 2 hardgekookte
eieren.
Hak of maal het vleesch fijn week de
gelatine 10 minuten in koud water en los
ze daarna in de verwarmde jus met water
(of bouillon) op. Roer hierdoor het vleesch,
flen azijn, het zout, de peper en nootmus
kaat. Spoel een steenen puddingvorm met
koud water om, garneer dien lngs den bodem
en de zijwanden met vierde partjes hardge
kookt ei, kappertjes, stukjes augurk en fris-
sche takjes peterselie. Druk er voorzichtig
het vleeschmengsel in en laat .het koud en
stijf worden. Stort de hoofdkaas op een
vleeschschotel en garneer dien met uitjes,
augurkjes, peterselie en het overgebleven ei.
RABARBER-COMPOTE.
Compöt van rhabarber bereidt men weer
'n beetje anders dan rhabarbermoes. Men
kan het bij allerlei vleesch geven. Men snijdt
de rhabarberstelen in stukjes van een vinger
lid ongeveer en kookt ze gaar in water, zoo
dat ze even onder staan. Zoodra ze zacht zijn
(ze mó&en niet stuk koken) neemt men ze
met een schuimspan uit en kookt het water
met flink wat suiker (naar de hoeveelheid
rhabarber) tot het water stroopachtig wordt
in dit vocht gaan de stukjes en men laat hef
goed koud worden, voor men het opdoet.
Op het brood is het ook erg lekker.
KOFFIEVLA.
Een halveu kan melk zet men op met een
lepel suiker, meng een afgestreken lepel
bloem met wat koüde melk, doe het voor
zichtig bij de rest en blijf roeren tot de massa
gebonden is. Klop den dooier van twee eieren
met een beetje suiker. Roer het voorzichtig
door de massa, die men van 't vuur genomei
heeft. Klop het eiwit tot schuim. Meng eer.
half kopje héél sterke koffie (gefiltreerd)
door de vla, en als ze koud is geworden,vóór
het opdoen, het stijfgeklopte eiwit.
Papieren patronen op maat gemaakt,
kunnen besteld worden onder toezending
of bijvoeging van hét bepaalde bedrag plus
15 cent por.to, aan het Comptoir des Patrons.
Molenstraat 48 B, Den Haag. De maten
op te geven volgens nevenstaande teekening
Vrij naar. het Fransch.
Dat heeft eenige waarde. Dank je.
Maak nu, dat je wegkomt. Ik moet werken.
Is dat belangrijk? Dan vijf francs hier!
Die heb je al. Vooruil vlegel!
Patroon, pas op! Uw hol kan ontdekt
worden!
De oude sidderdé.
Daar, zei -hij.
Hij wierp een vijffrancstuk op den grond.
Pak jje weg
Goed! Ik zie liever de zon dan je lee-
lijke Duitsche snuit.
De oude drukte op een knop. Het rots
blok draaide. Lucien liep weg en de steen
kwam weer op zijn plaats. Toen de oude al
leen was ging hij naar een telefoontoestel.
Hallo! Hallo!
Hallo!
Wie is daar?
Centrum spionnendienst Metz.
Hallo! Ik dicteer u de ligging der troe
len van de V. V. V.
Het duurde tien minuten. Toen hij gedaan
had hoorde hij door de telefoon een schater
lach.
Terstond gaan vliegtuigen de opgege
ven punten bombardeeren.
Best. Nog iets. De Fransche artillerie
kan hel niet langer volhouden dan Augus
tus! Verspreid dit nieuws in het leger. -Het
'zal de vur-igheid der soldaten aanwakkeren.
Uitstekend! Maar hoe kom je er aan.
Gehoord bij den Gouverneur-Generaal
van Verdun.
Verbazend!.... Hallo!.... Neem je
overdag in acht; wij zullen u vanuit de
lucht een partijtje bommen sturen.
Dank je Tot ziens Karl.
Zonder afscheid, Franz.
De -oude werd nog verschrikkelijker. Hij
gi.ng voor een tafel zitten en zette zijn werk
voort, dat door de komst van Lucien was
onderbroken; hij maakte springstoffen om
de citadel in de lucht te doen vliegen.
HOOFDSTUK VII.
Dien avond luistere generaal Campreu
naar de telefonische berichten; op zijn ge
laat las men woede en angst tegelijk.
Hallo, generaal, heer Samaqueux. De
reserve van het 61e is door de Tauben ge
bombardeerd. Drie kanonnen beschadigdj
een onderofficier en vijf artilleristen gedood,
achttien gewond.... Zijn uw bevelen voor
morgen dezelfde.
Ja. zich gereed houden om te vertrek
ken. Zijn uw gewonden ernstig?
Meer of minder, generaal, ze zijn in de
ambulance.
Goed, str.ur ze naar het Sint Catharina
hospitaal.
Hij hing de telefoon weer op en ging naar
zijn bureau. Hij zette zich neer. nam het
hoofd in zijn handen en begon na te den
ken. Het was meer dan buitengewoon, dat
bombardement op alle verbindingspunten,
waarvan de lijst geheim was. Natuurlijk wis
ten de boeren welk regiment in hun dorp
lag, maar hoe te verklaren, dat plotseling,
,vier plagen na het samenstellen van die
lijst, alle centra's bekend en gebombardeerd
worden?Tenzij, dat
Hij stond haastig op, zocht in de vakken
van zijn schrijftafel, en verbleekte plotseling.
De lijst was er, maar het duplicaat was ver
dwenen
Het was gestolen en overgebracht (hoe?)
aan den vijand, en de verantwoordelijkheid
voor de 123 dooden en 364 gewonden viel
op hem, die het geniepig werk van den
spion niet ontdekt had.
Er kwam twijfel in z'n geest op. Hij belde
Wat is er generaal? vroeg kapitein
Frequentin.
Roep Jean. i
Is u ziek? vroeg de kapitein ongerust,
getroffen door de verandering van de trek
ken en de stem van zijn chef.
Toch niet. Maar er is iets buitenge
woons gebeurd-
r Die bombardementen
Hebben hun oorzaak in het verdwijnen
van het duplicaat onzer lijst.
Wat zegt u! riep Frequentin uit. Maar
dat is niet mogelijk. Ik heb het gisteren om
drie uur nog nagezien, terwijl u het ongeval
in handen had.
Welnu, dat duplicaat is niet meer
hier.... Waar had u het gelaten?
In het eerste vak bij het raam.
Bij het raam.... en was dat open toen
wij uitgegaan zijn?
Jawel generaal.
En wij zijn om half vijf teruggekomen,
niet waar?
Jawel generaal.
En we hebben tot 8 uur doorgewerkt.
En hier gegeten, generaal, vervolgens
heb ik het gas aangestoken, de blinden ge
sloten en u heeft alleen gewerkt.
Zij gingen naar het venster en maakten
het open. Het was ongeveer M. 1.50 hooger
dan de tamelijk" groote binnenplaats, waar
achter een tuin, welke ommuurd was. De
aardhoopen der versterkingen lagen er ach
ter.
Het is gemakkelijk, verklaarde de ge
neraal om hier binnen te komen, ofschoon
de toegang tot de vestingwerken met onze
schildwachten niet zoo heel gemakkelijk is.
En verdenkt u Jean? waagde de kapi
tein te veronderstellen.
wantrouwt altijd een nieuweling.
Roep hem
Een oogenblik later kwam Jcan; hij was
zeer ernstig. Öe generaal zag hem strak.aan
en hij voelde een inwendige rilling.de
groote donkere oogen van d#n jongeling her
innerden hem andere oogen....
Jean hield den blik van zijn chef uit en
verwachtte een bevel.
Jean, je weet dat Samagneux, Sivry,
Villers, Cumieres, Bractie, Moulanville, Ste-
mey, tweemaal door vliegtuigen gebombar
deerd zijn?
Jawel généraal.
In de oogen ivan den jongen blonk 'de haat.
En men zegt dat er meer dan honderd
soldaten en eenige burgers gedood, en nog
véél ineer gewond zijn.
Jean schrok.
Is misschien mijn vader?
Neen. Maar weet je hoe belangrijk dje
streken zijn?
Belangrijk? kleine dorpen?
Je begrijpt het niet. Maar zeg me aens
wat je gisteren hebt uitgevoerd, van af half
vier?
Generaal, ik heb de thee klaar ge
maakt, ik heb opgediend, daarna heb ik een
brief naar den aalmoezenier gebracht, een
ander naar het bureau van de. belastingen,
en een heel pakje naar de post. Ik ben on
middellijk teruggekomen en heb dén oppas
ser geholpen met de paarden en wij hebben
het middagmaal gebruikt. Ik ben naar huis
gegaan om alles te luchten en om half tien
sliep ik.
Goed, je kunt gaan.... Heb je soms
berichten van je vad«r?
Neen, generaal, nog altijd niets.
Maak je maar niet ongerust. -Veel brie
ven zijn verloren gegaan.
Dat heb ik ook al gedacht, maar zijn
regiment was in de eerste linies.
De oogen van Jean werden dof. Hij deed
een poging om met vaste stem te spreken
dankte zijn chef. en richtte op hem zijn
prachtige oogen. waaruit dankbaarheid
schitterde liefdevolle toegenegenheid, en
opnieuw voelde.de generaal een inwendige
rilling bij dien blik van zijn - ondergeschik
te.... Toen ging Jean heen.
Maar de zaak' der verdwijning bleef on
opgehelderd, men kon Jean niet beschul
digen en daar het bombardement 's mor
gens om half acht begonnen was, bleek
klaar dat het stuk den vorigen dag gesto
len was, wijl het kabinet van den generaal
tot zes uur in den morgen gesloten was ge
bleven; op dat uur had hij er zelf zijn werk
weer begonnen, na ramen en blinden geo
pend te hebben om licht en lucht binnen te
laten Dus moest de diefstal den vorigen
dag tusschen vier er. half vijf gepleegd zijn
door iemand, die de gewoonten van den
generaal kende.
(Wordt vervolgd.)
i