t'd RUBRJEA. T DE SPION VAN DE CITADEL NIEUWE HAARLEMSCHE Vacantie. Slechte dagen. Tweede Blad Vrijdag COURANT 17 Juli 1925 1 ÉL ONZE KLEEDING. De taak van ket ongehuwde jonge meisje. De mantel!. Weet ge. TzThilli! LAMCdE. Ca5AQUE5 Recepten Patronen naar Maat. FEUILLETON. y zpVrouweti- mi W£l De vacantie-tijd, voor enkglen misschien reeds aangebroken, staat in ieder geval voor al onze kinderen voor de deur. Al wie schoolgaande kinderen, kleine zoowel als groote, heeft, weet wat een heer lijkheid voor hen de vacantie beteekent. Niet dat zij het anders zoo slim hebben onze kinde ren, 't is waar, er moet veel geleerd worden, het drukke en gejaagde verkeer vooral in de groote steden maakt hen zenuwachtig en geeft minder weerstand, maar toch, het is zoo'n heerlijk vooruitzicht, zoo'n paar we ken geen school, geen lessen, geen plichten, en ze hebben allen van die naderende vacan tie een verwachting, die alleen al een pleizier is. Wij kunnen er veel aan doen, om die va cantie ook werkelijk voor hen tot een pretti- gen tijd te maken, een tijd van opfrissching en rustige ontspanning. Veel moeders zien tegen de vacantie op als tegen een nade rend onheil, anderen maken zich veel te druk met het zoeken naar ontspanningen.. Noch het een noch het ander is noodig, maar een naderend onheil behoeft het toch allerminst te zijn. Het beste is zelf mee te deelen in de vacantievreugd en het werk zoo in te deelen, dat dat mogelijk is. Dan geniet het kind al doordat het vrij is van school en lessen, elk kind heeft zoo zijn eigen liefhebberijen, die in de vacantie meer tot uiting komen en heeft het die niet, dan kan men met wat tact wel den weg tot een of andere liefhebberij banen. Daarbij kunt ge van den aanleg der kinderen voor huiselij ke bezigheden gebruik maken, om ze iets te laten meehelpen. .Ms ge zegt„Jan, nu moet jij alle schoenen poetsen," tien tegen één, dat jan heel sip kijken zal. Maar gaat het op een an dere manier, b.v. „Jan, Dientje, de meid, wil vanmiddag ook eens graag mee naar het Bosch, wij gaan allemaal-wat vöor haar doen en nu mag jij onze schoenen' mooi glimmend poetsen," dan gaat Jan met een vroolijk ge zicht aan het werk. Ik wed, dat ge wel een uur geen last van hem hebt, 'want kinderen doen hun werk graag goed. Maar ge moet ze niet haasten en jachten, en ook eens een prijs je geven. Als er veel voor het eten te doen is, kunnen ze al zoo handig meedcppen, boontjes afha len, peentjes schrappen, aardappels schillen. Ik heb altijd in de keuken een paar mouw- schorten hangen, wie meehelpt krijgt er één aan, ze vinden het wat gewichtig, ze knoeien ook wel eens en maken meer vuil dan wij grooten, maar als je ze daarom niets wilt la ten doen, kunnen ze het ook onmogelijk lee- ren. Kir deren opvoeden is nu eenmaal ge- duldwerk, men moet geduld hebben om ze de moeilijker werkjes te leeren en geduld om aan te zien, dat het langzaam gaat. Juist in de vacantie als het r.iet vlug behoeft te gaan, kan men daarom den kinderen zulke werkjes leeren. En de zon schijnt toch niet eiken dag. De grootere meisjes, die studeeren b. v., kunnen met naaien helpen, de grootere jongens, die soms 5, 6 weken vacantie hebben, kunnen een brailleboek prikken. Ze doen het meestal graag, en leeren zoo ook eens aan minder bedeelden denken. En dan eens wat plannetjes gemaakt voor een dagje buiten. Het behoeven niet altijd juist kostbare ontspanningen te zijn, de na tuur, de bosschen, de velden, de duinen, de hei, het geeft alles afwisseling genoeg en zoo'n heel dagje buiten schenkt zoo'n genot. In ons .-derland bestaat ook zoo gemakkelijk gcb- ge heia voor een watertochtje, m.i. groote:' ...not dan het vliegen langs stoffige wegen. Hierbij zal vader echter moeten helpen, tenzij de kinderen groot zijn, maar juist het' bijzondere van vader mee op zoo'n week- schen dag, verhoogt de pret. De eene plaats is natuurlijk minder gunstig gelegen, minder door de natuur omringd dan de andere, maar wie zulke prettige dagjes in elkaar zet, weet cok wel prettige plaatsen te vinden, en zijn de afstanden te groot, dan zijn er nog altijd de fietsen. Vacantieplannen Om te genieten, om prettige dagen te hebben, behoeven geen dure, treinreizen, geen verre autotochten gehouden te worden. Men is zoo geneigd, als men al die plannen van andereh hoort bespreken, jaioersch te worden. Men kan zelf niet om de hooge onkosten, of om de kleintjes, of om dat er te veel thuis zouden moeten blijven. Maak dus kleinere plannetjes, plannetjes, waarin allen kunnen deelen. Blijf in eigen omgeving, ons eigen 'land is ook mooi, gaat mét mooi weer daagjes uit, dan kunt ge m:t slecht weer thuis in een. makkelijken stoel in uw eigen behaaglijke omgeving blijven, waar ieder zijn eigen liefhebberijtjes of spelletjes heeft, terwijl ge in een vreemde omgeving zonder uw eigen gemakken boos de regendruppels telt en zooals de volks mond het zegt uw geld in armoede verteert. En moeders, denkt er om, op die prettige dagen naar buiten, trekt dan uw meisjes geen mooie fijne jurkjes aan, maar flinke stevige jurkjes die gcwasschen kunnen worden en de oude broeken met de stukkem er in, dat is nu net iets voor de jongens, daar kunnen ze in ravotten en mee klimmen en klauteren. En zie dan eens wat door de vingers ze zullen zich wel eens vuil maken, maar daar is water en zeep weer goed voor, daarom is het ook zooveel beter, dat ge zelf meegaat, dan ze met anderen mee te geven, dan ziet ge het plezier en kunt de vuile handen beter begrijpen. Als ge zoo de vacantie meeleeft met man en kinderen, nu dan zal er wel eens wat naaiwerk blijven liggen, eens een kamerbeurt moeten uitgesteld, maar dat haalt ge wel weer in en ge zijt beloond door de tevreden, blo zende gezichten van allen om u heen. /IV? .2 2.5) n: 22 3 Iedereen heeft zijn slechtste dagen, zijn dagen waarop hem alles mislukt, en ieder een neemt aan, dat dit zoo zijn moet. Dat zal ook wel, maar ik voor mij wensch me daarbij niet neer te leggen. Js er één reden waarom bijvoorbeeld een potlood aldoor maar weer onder mijn vingers moet uitglij den Heb ik dat potlood ooit iets misdaan Heb ik dat potlood uitgescholden Mishan deld Heb ik kwaad 'van zijn familie ge sproken Niets van dat alles. Maar toch wenscht dat potlood niet door mij aangepakt te worden zoodra ik het grijpt, glibbert bet weg, stelt zich aan, keert zich om, maakt zich glad. O, ik had het kunnen voorzien. 's-Morgens vroeg is het al begonnen. Toen glipte mijn spons vol zeep uit mijn handen en nestelde zich op mijn grijze schoenen. Natuurlijk bleven de grijze schoenen staan in plaats van ook eens kwiek uit den weg te gaan, en natuurlijk zaten ze naderhand vol vlekken. Dat was het begin, en zoo ging het door. Bij het ontbijt stoof het kapje van tnijn ei door de kamer, een vrooüjken sliert geel op het schoone laken kwaickend. Waarom Ik had het kapje op precies de zelfde manier met, mijn mes afgeslagen als altijd. Alle eieren vinden dat best-en gedra gen zich behoorlijk. Maar dien morgen moest het noodzakelijk door de kamer rennen en het schoone tafellaken ontsieren. Ik trachtte te redden wat te redden viel door den sliert voorzichtig met een mes op te nemen, het lukte, maar met den achterkant van het mes gooide ik een kopje thee om. Waarom Wat had dat kopje ermee te maken De heele actie ging buiten hem om, maar toch moest hij erbij zijn en omvallen en de aandacht op zichzelf vestigen. Menschen kunnen bemoeizuchtig zijn, maar dingen-zijn het veel erger. Verlies je een haar speld en buk je je om hem op te rapen dadelijk komt er een andere haarspeld aan hollen om met een ^reeselijkte drukte ook te vallen en zich interessant te maken. Als je je bukt om ook hem op te rapen pang daar gaat de knip van je taschje los. Haastig grijp je er naar, maar door die haast klapt het taschje om. Er valt uit een zakspiegeltje. een kammetje, een beursje, een potloodje een opschrijfboekje, een prijsopgaaf van den behanger, een paar krantenknipsels, drie veiligheidsspelden, twee zakdoekjes, een leege tube aspirine en het adres van een werkster. „Nu niet kwaad worden zeg je tegen jezelf en je begint heel kalm stuk voor stuk op te rgpen. „Jullie zullen er geen pret van heb ben mompel je als je op de helft bent Maar het potloodje glipt onder je vingers vandaan en als je het grijpen wilt, geef je een slag tegen het taschje. Het taschje klapt nogmaals om en eruit valt zie boven. Maar aan alles komt een eind. Eindelijk kun je opstaan. Je rug doet pijn van het lange bukken je rekt je eens flink uiten pang"! daar stuift het kleine schemerlampje Waar om Hoe Je bent er zeker van, dat je op twee meter afstad van het lampje gestaan hebt. Toch vliegt het van de tafel en snelt naar den grond. „Nu niet je hoofd verliezen!" redeneer je met gebalde vuisten. Dan leg je eerst het taschje op een veilige plaats en ga je het schemerlampje oprapen. Maar je voet raakt in het koord verward en je zwiept de kamer door. Als je tot stilstand komt, luister je angstig geen pang ditmaal Neen, Alle/ is stil. Maar als je omkijkt, blijkt er een groote plas uit den inktkoker gestoven te zijn. Inkt is bescheiden, inkt pangt niet hij loopt behoorlijk en zachtjes en dóet zijn plicht. Slechte dagen hebben een laat einde. Eigenlijk moest je op een slechten dag den moed hebben om dadelijk, na Tiet eerste ongeval, in bed te kruipen met een morfine- injectie of een kop vlierthee No. 221. Een aardige jurk voor meisjes tot 12 jaar. Men.kan als stof shantung in de na turel-kleur nemen. Het jurkje heeft een spleet over de borst onder den hals en ter weerszij den daarvan over de heele lengte twee plooien. Vanuit den taillenaad valt het rokje met wat meerdere ruimte afwaarts behalve midden voor, waar het recht en vlak blijft. In de beide zijden, vlak op den taillenaad make men smalle strookjes eenvoudige broderie in eenige bruine kleuren deze broderie loopt niet over den rug door. Het ronde kraagje van den hals wordt van eenzelfde soort bro derie voorzien. Kousen beige en schoenen bruin. Patroon f 0.90. No. 222. Deze kleine zus draagt een eenvou dig recht jurkje van kasha naturel. Voor den nals treffen we een splitje aan en links en rechts daarvan over de borst twee plooien die eindigen in de zakjes. Preciès in het verlengde daarvan vallen twee stolpplooien. De hals af gezet met een strookje, is van bruinroode kasha. Kousen lichtbeige en schoentjes bruin. Patroon tot 8 jaar f 0.67 No. 223. Een charmant jurkje van effen witte Mousseline heel eenvoudig gehouden met een sluiting op de borst en ^en rokje met eenige verwijding, De garneering bestaat uit ruches en strooken van lila voile. Drie wijde strooken van deze stof vormen de ein den der mouwen. Het sluitstrookje over de borst is eveneens lila en kan bezet worden met bolle parlemoeren knoopjes. Kousen in een tint rose, schoenen wit linnen en een hoed in de tint lila. Patroon tot 12 jaar f 0.90. No. 224. Voor oudere meisjes 14 tot 16 jaar is deze chique zomermantel van licht beige ribs travers. Een correct zittende vorm is de elegance van dezen mantel, die geen andere versiering heeft dan twee ondergezet te paneelen in de zijden vanaf de taille, van boven van drie lijnen in beige, glanzende zijde voorzien. Kies bij dezen mantel uw hoed in dezelfde tint beige of anders bruin. Patroon f 1.35. In de Tel. schrijft een inzendster de vol gende sympathieke beschouwingen neei Het is niet mijn bedoeling om ei voor te pleiten, dat alle jonge meisjes maar weer net als in vroeger tijden thuis zouden blij ven, daarvoor is trouwens in de moderne huishouding geen werk meer. In heel veel uitzonderingsgevallen echter kan ze thuis nuttiger zijn dan in een beroep dat, wan neer geen bijzondere roeping of talent aan wezig is, veelal alleen tijdvulling, maar geen volkomen opgaan en bevrediging schenkt. En dan is dat weggaan uit huis waar hulp zoo heel goed gebruikt zou kunnen wor den, vaak niet anders dan een egoïstisch zich willen „uitleven",. Het meisje, dat een ziekelijke of zwakke moeder de zorg voor de huishouding uit handen neemt en den levensavond van haar ouders op die'manier wat zonniger maakt, de kinderen van broers of zusters te logeeren neernt, wanneer ze door een of andere oorzaak tijdelijk uit huis moeten, bij ziekte, verhuizing of andere drukke tij den in de bres springt, waar het noodig is, is misschien wel heel ouderwetsch, maar een leeg leven heeft ze stellig niet. 't Zijn toch ook niet de uiterlijke dingen die een leven rijk of arm maken. En ik zou niet weten, waarom het in nerlijk leven meer voedsel moet vinden in het werk van een postambtenares of boek houdster, dan in dat van „de dochter des huizes" die huishoudster, verpleegster, kin derverzorgster, verhuizer, baker, kok, enz. enz. op z'n beurt is! ....Voor de zichzelf-gevende, vaak tegen eigen verlangen in zich opofferende, onder de thuis zich nuttig makende jonge- vrou wen, zou het zoo bemoedigend zijn, eens te hoören, dat er ook nog menschen zijn, die hun werk waardeeren, en voor diegenen onder de thuisblijvende meisjes, die wer kelijk zich onvoldaan voelen, zou 't een opwekking kunnen zijn om zich te geven aan dat werk, dat juist voor vrouwen zon der bepaald beroep overal klaar ligt. Juist die meisje: kunnen zooveel nuttig werk doen in de gezinnen van hun familie en omgeving waar tijdelijke hulp bij ziekte of anderszins gewenscht is. Voor zeer elegante zorret kleeding bomt de mantel van chantille-kantstof in aan merking, waarbij een tullen hoed behoort, gegarneerd met dezelfde kantstof. Met deze kantstof verkrijgt men zeer smaakvolle effecten, daar de stof uiterst soepel en de plooi-valling zeer vloeiend is. Prachtige resultaten worden verkregen wan neer aan mantels van deze stof de moderne, golvende verwijding aan den onderkant wordt aangebracht. Zeer charmant is wit met zwarte chantille kantstof en, volgens berichten uit Parijs speelt zij een groote rol in de elegante wereld. De mantel is „het" kleedingstuk van heden. Bij de dunne zomertoiletten draagt men den „dagf-mantel" welke bij elke japon past, dan nog een voor den avond en nog een kort sportjasje, dat tevens op de fiets goede diensten bewijst. De zeer elegante mantels van zwarte, gewerkte zijde wor den, naar ik vroeger rteds schreef, gevoerd met de stof der japon (veelal van een lichtere kleur zijde), waardoor de naam „complet" is toegepast. De „dag-mantel" vertoont meestal zijwaarts eenige plooien of rimpel- werk. Overigens is hij nauw en aansluitend; De kraag is plat en de revers dikwijls sjaal- vormig. Vele mantels zijn ongevoerd, de andere hebben een lichte voering van zijde. Avondmantels zijn buitensporig fraai van uitvoering zoowel stof als garneeriug dra gen er toe bij, het effect van „overlading" te veroorzaken. Vele stoffen zijn sterk-glanzend en me taal-kleurig van goud of zilver doorwerkt damast of laken. Bovendien geeft de gar neering, welke wordt aangebracht, een ver meerdering van uitbundigheid. Bontranden worden zeer ruim in volant-achtigen vorm aan kraag en zoom gezetrijke, kleurige borduursels ziet men op voor- en achter baan prijken. Ook ruime volants van stor in bijkomende kleur worden overdadig tef garneering aangewend. dat 'ge goede vanillestokjes, die éénmaal ge bruikt zijn, na gereinigd en gedroogd te zijn nogmaals in spijzen kunt gebruiken be waar ze in suiker. Weet ge. dat ge het zout van soep dikwijls kunt weg nemen door er schijfjes rauwe aardappelen in te doen. Weet ge dat het beste middel ojn motten te bestrij den is de vlinders te vangen, kamfer of naftha- line zijn soms niet afdoende gebleken, goed uitschudden en uitborstelen der kleeren is de beste maatregel. Weet ge dat citroenen en sinaasappelen, door voor het persen eerit op te warmen meer sap geven. Weet ge dat een ei beter afpelt wanneer men het na het koken even in koud water dompelt. Weet ge dat-kamervogels gedurende den ruitijd vooral moeten beschermd worden tegen tocht, af wisseling van temperatuur en koude. Houdt Ze warm en geeft krachtig voeder tot de rui tijd voorbij is. Weet ge. dat ge bij het verstuiken van hand of voet, deze flink moet wrijven met kampferspiri- tus vermengd met water. Weet ge dat ge, als een sleutel in een slot lastig sluit, den sleutel even in zachte zeep kunt steken. Het zal dan licht beter gaan. Weet ge dat ge een kind, dat duim zuigt of nagels bijt het beste kunt genezen door enkele weken de toppen der vingers in te smeren met een af treksel van Kwassia hout, bij een drogist ver krijgbaar. [»i227] i-j Toen ruim een jaar geleden, de bekende tuniekrobes plotseling een grooten opgang maakten, tfas het te voorzien, dat de heer schappij van de blouses daardoor een gevoe- ligen knak kon krijgen, wat dan langzamer hand ook gebeurd is. Blouses in den eigelijken zin, hebben vrijwel afgedaan bij de jongere generatie en daarvoor inplaats hebben we den casaque gekregen, die den laatsten tijd zichzelf weer overleeft in den z.g.n. langen casaque. Het is een uiterst practisch kleeding stuk, dat men gemakkelijk en vooral op oudere rokken waarmee men zoo dikwijls geen raad weet kan dragen, als men slechts zorgt de stof voor den casaque zoo te kiezen, dat ze in kleur goed bij een be paalden rok past. Onze plaat geeft eenige modellen van: lange casaques No. 225, heel eenvoudig met een strook plissée over de borst, No. 226, effen en voorzien van een onschuldig' broderietje in goed afstekende kleur en' No. 227, een model met hoogen hals, met een-sjaal en strooken langs dezen, de mou wen en over het onderste gedeelte, elke strook omboord met een fraai afstekende donkerder kleur. Patronen dezer casaques a 0.75 per stuk. VISCHSCHOTEL MET AARDAPPE LEN. 500 gr. overgebleven gekookte visch, 1 K.g. gekookte aardappelen, 40 gr. boter. 1 citroen. Wat overgebleven boterjus of wat melk. Ie manier. Neem de visch (zoo warm- mo gelijk) van de graat, maak ze fijn, vermeng ze met de fijngemaakte aardappelen, maak t mengsel vochtig met wat overgebleven botersaus of wat melk, voeg er zoo noodig wat zout bij, doe alles in een vuurvast schoteltje, strooi er wat paneermeel over, leg er een paar klontjes boter en een paar uitgetande schijf jes citroen op en laat 't schoteltje in den oven bruin worden. 2e manier. Neem de visch (zoo warm mo gelijk) van de graat, leg ze in stukken in 't midden van een vuurvast schoteltje, giet er wat water met zout en citroensap over, leg er een paar klontjes boter en een paar uit getande schijfjes citroen op. Leg er een rand van aardappelpurée omheen, strooi over het schoteltje wat paneermeel en laat 't met 'n paar klon'tjes er op in den oven bruin wor den. 3e manier. Snijd de aardappelen in plak jes en leg die laag om laag met de visch in een vuurvast schoteltje. Maak elke laag wat voch tig met wat saus of wat melk, druppel hier en daar wat citroensap over de visch. Zorg, dat de bovenste laag uit aardappelen bestaat, leg er wat boter en een paar uitgetande schijfjes citroen op en laat 't schoteltje in den oven lichtbrug worden. VLEESCHRIJST. G pond kalfspoulet, 1 kopje rijst, 2 thee lepels zout, 3/4 Liter water. Het vleesch en de rijst goed wasschen, op zetten met het water en het zout. Zoodra het kookt, op een zaóht vuur nog 2 a 3 uur laten trekken. Vervolgens wrijft men alles door een zeef. Dit vereischt nog al veel tijd, maar het is een bijzonder versterkend gerecht. Voeg zoo noodig nog een weinig zout er bij. HOOFDKAAS a LA MINUTE OF GEMA RINEERD VLEESCH. 600 Gr. vleeschresten, 3 dL. jus met wa ter of bouillon, pl.m. 1 L dL. azijn, 12 gram witte gelatine (6 bladen). Peper, zout, noot muskaat. Ingemaakte uitjes en augurkjes. (Kappertjes), peterselie, 2 hardgekookte eieren. Hak of maal het vleesch fijn week de gelatine 10 minuten in koud water en los ze daarna in de verwarmde jus met water (of bouillon) op. Roer hierdoor het vleesch, flen azijn, het zout, de peper en nootmus kaat. Spoel een steenen puddingvorm met koud water om, garneer dien lngs den bodem en de zijwanden met vierde partjes hardge kookt ei, kappertjes, stukjes augurk en fris- sche takjes peterselie. Druk er voorzichtig het vleeschmengsel in en laat .het koud en stijf worden. Stort de hoofdkaas op een vleeschschotel en garneer dien met uitjes, augurkjes, peterselie en het overgebleven ei. RABARBER-COMPOTE. Compöt van rhabarber bereidt men weer 'n beetje anders dan rhabarbermoes. Men kan het bij allerlei vleesch geven. Men snijdt de rhabarberstelen in stukjes van een vinger lid ongeveer en kookt ze gaar in water, zoo dat ze even onder staan. Zoodra ze zacht zijn (ze mó&en niet stuk koken) neemt men ze met een schuimspan uit en kookt het water met flink wat suiker (naar de hoeveelheid rhabarber) tot het water stroopachtig wordt in dit vocht gaan de stukjes en men laat hef goed koud worden, voor men het opdoet. Op het brood is het ook erg lekker. KOFFIEVLA. Een halveu kan melk zet men op met een lepel suiker, meng een afgestreken lepel bloem met wat koüde melk, doe het voor zichtig bij de rest en blijf roeren tot de massa gebonden is. Klop den dooier van twee eieren met een beetje suiker. Roer het voorzichtig door de massa, die men van 't vuur genomei heeft. Klop het eiwit tot schuim. Meng eer. half kopje héél sterke koffie (gefiltreerd) door de vla, en als ze koud is geworden,vóór het opdoen, het stijfgeklopte eiwit. Papieren patronen op maat gemaakt, kunnen besteld worden onder toezending of bijvoeging van hét bepaalde bedrag plus 15 cent por.to, aan het Comptoir des Patrons. Molenstraat 48 B, Den Haag. De maten op te geven volgens nevenstaande teekening Vrij naar. het Fransch. Dat heeft eenige waarde. Dank je. Maak nu, dat je wegkomt. Ik moet werken. Is dat belangrijk? Dan vijf francs hier! Die heb je al. Vooruil vlegel! Patroon, pas op! Uw hol kan ontdekt worden! De oude sidderdé. Daar, zei -hij. Hij wierp een vijffrancstuk op den grond. Pak jje weg Goed! Ik zie liever de zon dan je lee- lijke Duitsche snuit. De oude drukte op een knop. Het rots blok draaide. Lucien liep weg en de steen kwam weer op zijn plaats. Toen de oude al leen was ging hij naar een telefoontoestel. Hallo! Hallo! Hallo! Wie is daar? Centrum spionnendienst Metz. Hallo! Ik dicteer u de ligging der troe len van de V. V. V. Het duurde tien minuten. Toen hij gedaan had hoorde hij door de telefoon een schater lach. Terstond gaan vliegtuigen de opgege ven punten bombardeeren. Best. Nog iets. De Fransche artillerie kan hel niet langer volhouden dan Augus tus! Verspreid dit nieuws in het leger. -Het 'zal de vur-igheid der soldaten aanwakkeren. Uitstekend! Maar hoe kom je er aan. Gehoord bij den Gouverneur-Generaal van Verdun. Verbazend!.... Hallo!.... Neem je overdag in acht; wij zullen u vanuit de lucht een partijtje bommen sturen. Dank je Tot ziens Karl. Zonder afscheid, Franz. De -oude werd nog verschrikkelijker. Hij gi.ng voor een tafel zitten en zette zijn werk voort, dat door de komst van Lucien was onderbroken; hij maakte springstoffen om de citadel in de lucht te doen vliegen. HOOFDSTUK VII. Dien avond luistere generaal Campreu naar de telefonische berichten; op zijn ge laat las men woede en angst tegelijk. Hallo, generaal, heer Samaqueux. De reserve van het 61e is door de Tauben ge bombardeerd. Drie kanonnen beschadigdj een onderofficier en vijf artilleristen gedood, achttien gewond.... Zijn uw bevelen voor morgen dezelfde. Ja. zich gereed houden om te vertrek ken. Zijn uw gewonden ernstig? Meer of minder, generaal, ze zijn in de ambulance. Goed, str.ur ze naar het Sint Catharina hospitaal. Hij hing de telefoon weer op en ging naar zijn bureau. Hij zette zich neer. nam het hoofd in zijn handen en begon na te den ken. Het was meer dan buitengewoon, dat bombardement op alle verbindingspunten, waarvan de lijst geheim was. Natuurlijk wis ten de boeren welk regiment in hun dorp lag, maar hoe te verklaren, dat plotseling, ,vier plagen na het samenstellen van die lijst, alle centra's bekend en gebombardeerd worden?Tenzij, dat Hij stond haastig op, zocht in de vakken van zijn schrijftafel, en verbleekte plotseling. De lijst was er, maar het duplicaat was ver dwenen Het was gestolen en overgebracht (hoe?) aan den vijand, en de verantwoordelijkheid voor de 123 dooden en 364 gewonden viel op hem, die het geniepig werk van den spion niet ontdekt had. Er kwam twijfel in z'n geest op. Hij belde Wat is er generaal? vroeg kapitein Frequentin. Roep Jean. i Is u ziek? vroeg de kapitein ongerust, getroffen door de verandering van de trek ken en de stem van zijn chef. Toch niet. Maar er is iets buitenge woons gebeurd- r Die bombardementen Hebben hun oorzaak in het verdwijnen van het duplicaat onzer lijst. Wat zegt u! riep Frequentin uit. Maar dat is niet mogelijk. Ik heb het gisteren om drie uur nog nagezien, terwijl u het ongeval in handen had. Welnu, dat duplicaat is niet meer hier.... Waar had u het gelaten? In het eerste vak bij het raam. Bij het raam.... en was dat open toen wij uitgegaan zijn? Jawel generaal. En wij zijn om half vijf teruggekomen, niet waar? Jawel generaal. En we hebben tot 8 uur doorgewerkt. En hier gegeten, generaal, vervolgens heb ik het gas aangestoken, de blinden ge sloten en u heeft alleen gewerkt. Zij gingen naar het venster en maakten het open. Het was ongeveer M. 1.50 hooger dan de tamelijk" groote binnenplaats, waar achter een tuin, welke ommuurd was. De aardhoopen der versterkingen lagen er ach ter. Het is gemakkelijk, verklaarde de ge neraal om hier binnen te komen, ofschoon de toegang tot de vestingwerken met onze schildwachten niet zoo heel gemakkelijk is. En verdenkt u Jean? waagde de kapi tein te veronderstellen. wantrouwt altijd een nieuweling. Roep hem Een oogenblik later kwam Jcan; hij was zeer ernstig. Öe generaal zag hem strak.aan en hij voelde een inwendige rilling.de groote donkere oogen van d#n jongeling her innerden hem andere oogen.... Jean hield den blik van zijn chef uit en verwachtte een bevel. Jean, je weet dat Samagneux, Sivry, Villers, Cumieres, Bractie, Moulanville, Ste- mey, tweemaal door vliegtuigen gebombar deerd zijn? Jawel généraal. In de oogen ivan den jongen blonk 'de haat. En men zegt dat er meer dan honderd soldaten en eenige burgers gedood, en nog véél ineer gewond zijn. Jean schrok. Is misschien mijn vader? Neen. Maar weet je hoe belangrijk dje streken zijn? Belangrijk? kleine dorpen? Je begrijpt het niet. Maar zeg me aens wat je gisteren hebt uitgevoerd, van af half vier? Generaal, ik heb de thee klaar ge maakt, ik heb opgediend, daarna heb ik een brief naar den aalmoezenier gebracht, een ander naar het bureau van de. belastingen, en een heel pakje naar de post. Ik ben on middellijk teruggekomen en heb dén oppas ser geholpen met de paarden en wij hebben het middagmaal gebruikt. Ik ben naar huis gegaan om alles te luchten en om half tien sliep ik. Goed, je kunt gaan.... Heb je soms berichten van je vad«r? Neen, generaal, nog altijd niets. Maak je maar niet ongerust. -Veel brie ven zijn verloren gegaan. Dat heb ik ook al gedacht, maar zijn regiment was in de eerste linies. De oogen van Jean werden dof. Hij deed een poging om met vaste stem te spreken dankte zijn chef. en richtte op hem zijn prachtige oogen. waaruit dankbaarheid schitterde liefdevolle toegenegenheid, en opnieuw voelde.de generaal een inwendige rilling bij dien blik van zijn - ondergeschik te.... Toen ging Jean heen. Maar de zaak' der verdwijning bleef on opgehelderd, men kon Jean niet beschul digen en daar het bombardement 's mor gens om half acht begonnen was, bleek klaar dat het stuk den vorigen dag gesto len was, wijl het kabinet van den generaal tot zes uur in den morgen gesloten was ge bleven; op dat uur had hij er zelf zijn werk weer begonnen, na ramen en blinden geo pend te hebben om licht en lucht binnen te laten Dus moest de diefstal den vorigen dag tusschen vier er. half vijf gepleegd zijn door iemand, die de gewoonten van den generaal kende. (Wordt vervolgd.) i

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1925 | | pagina 5