UIT DE PERS
KERK EN SCHOOL.
LEGER EN VLOOT.
FINANCIËN.
De Millioenen-nota.
Herstel van onrecht.
Bij een aftreden.
Anti-militairistisch militairisme.
De houding van Engeland tegenover de communistische stroomingen.
Fransche oud-strijders bij het Amerikaanscbe gezantschap. Bom
aanslag op den president van Mexico. De overstroomingen in China
en Japan.
Het eeuwfeest van hét Concilie
van Nicea.
Verjaring van desertie.
Herhalingsoefeningen.
Vrijwillige Landstorm.
De soc.-democr. fractie.
Kamerclub Vrijheidsbond.
Bekwaamheidsdiploma
Horlogemakers.
Het Leeningsfonds.
Dienst- en rustijden spoorweg
personeel.
20.000 nalatige kiezers in de
Residentie.
Het Voorzitterschap der Tweede
Kamer.
Invoer van vogelhuiden
en -veeren.
Verhuizingen en belastingen.
Een naklank van de Canisius-
f eesten te Nijmegen.
De Maaskanalisatie.
Een ongéldige stemming te
Eemnes?
Een verdwijnende gemeente.
De nieuwe Voorzitter der
Tweede Kamer.
Vroedvrouwenschool te Heerlen.
Onder den invloed van de
Duitsche tariefwet.
De millioenen-nota en de
Amsterdamsche Beurs.
VERKEER EN POSTERIJEN.
Nieuwe spoorwegen.
„Het Centrum" schrijft er o. m. over:
„De Millioenen-nota geeft de bevestiging
"ran de mededeelingen in de Troonrede, dat
er verbetering is gekomen in den algemee-
nen toestand des lands en het gevaar voor
ontwrichting van den toestand van 's lands
geldmiddelen als afgewend kan worden
beschouwd.
De gegevens, waarover men omtrent het
dienstjaar 1925 reeds beschikt en de mee
vallers, welke daarbij, wat de opbrengst
der middelen betreft, waren te constateeren,
doen de Regeering verwachten, dat de reke
ning over dit jaar in geen geval een tekort
zal aanwijzen.
En over 1926 wordt een, voor den ge
wonen dienst sluitende begrooting ver
wacht.
Ook zijn de tekorten van vorige jaren be
duidend minder gebleken, dan aanvankelijk
was geschat.
Was voor 1923 op den gewonen dienst
een deficit geraamd van bijna 50 millioen,
het bedroeg in werkelijkheid slechts
14 millioen, en ook 1924 gaf op dit punt
belangrijk gunstiger uitkomsten.
Verschillende factoren hebben tot deze
resultaten medegewerkt, en het blijkt wel,
dat de Regeering in haar beleid zich sfeeds
wist te houden voor ramingen en verwach
tingen, die ook maar eenigszins riskant
konden heeten.
Zij was steeds zeer voorzichtig en voor
kwam daardoor teleurstellingen, die anders
waren te vreezen geweest."
Naar aanleiding van de mededeeling in
ie Staatsbegrooting, dat het befaamde
bezoldigingsbesluit zal worden gewijzigd,
„ten einde daarin gebleken onjuistheden te
herstellen", lezen wij in „Het Huisgezin":
„De uitgaven, die dit herstel zal ten
gevolge hebben, worden, met inbegrip van
hetgeen de rechterlijke macht, de Raad van
State en de Rekenkamer meer zullen ont
vangen. op een drie millioen geraamd.
Begrijpen wij het goed, dan legt de mi
nister van Financiën een onverbrekelijk
verband tusschen het terugkomen van 'de
Kamer op het indertijd verworpen wetje
inzake de bezoldiging van de rechterlijke
macht, den Raad van State en de Reken
kamer, en het herstel der gebleken onjuist
heden in het Bezoldigingsbesluit der ambte
naren.
Fraai lijkt ons deze constructie niet,
omdat wat onjuist gebleken is moet her
steld worden, afgezien van hetgeen er met
de salarissen der hooge staatsdienaren ge
beurt.
Het ergste is evenwel, dat de drie mil
lioen niet eens ten volle aan de lagere
ambtenaren zullen toekomen, wier salaris-
korting de grenzen van het toelaatbare
heeft overschreden.
Intusschen, hoofdza.-jk" is, dat het Bezol
digingsbesluit zal worden herzien en er
dus gelegenheid komt, over de onjuistheden
in concreten zin te overleggen.
Wellicht zal de minister willen erkennen,
dat er nog andere onjuistheden kunnen
zijn, dan die hij heeft ontdekt, en komt men
langs dezen weg tot een meer bevredigend
accoord.
In een Millioenennota en in een Staats
begrooting vormt de verbetering der ambte
narensalarissen, zij bedrage drie millioen of
meer, maar een post van weinig beteekenis,
doch hierbij is een zaak van moreele recht
vaardigheid gemoeid en daarom verdient zij
afzonderlijke aandacht.
Indien waar is, wat min of meer luid
wordt gezegd, dat veel ambtenaren, ver
bitterd, niet op de lijsten der coalitie
partijen hebben gestemd, dan kan de re
geering slechts gloeiende kolen op hun
hoofd verzamelen door het herstel van
onrecht (want dit is het, al bezigt men liever
het in de parlementaire taal moer gebruike
lijke onjuistheden) zoo royaal en yolledig
mogelijk te doen zijn.
Daardoor kan een regeering zich slechts
eeren, en zij doet dit in hooge mate, naar
mate de betrokkenen ten onrechte haar hun
vertrouwen hebben opgezegd."
Naar aanleiding van het aftreden van Ba
ron van Wijnbergen als Voorzitter van den
Bond van R. K, Kieskringorganisaties
schrijft de „Gelderlander":
„Wij hebben in den laatsten tijd scherpe
meeningsverschillen gehad met den Bonds
voorzitter, den heer Mr. K. Baron van
Wijnbergen; tot den kring zijner vrienden
worden wij derhalve niet gerekend. Het is
dan ook geen „gedicht uit plicht", dat wij
neerschrijven, geen formaliteit, maar zuiver
een blijk van oprechte waardeering voor
zijn werkelijke verdiensten.
Baron van Wijnbergen is, naar vroegere
geruchten al deden vermoeden, afgetreden
als Voorzitter van den Bond van R. K.
Kieskringorganisaties, welke functie hij ge
durende tien jaren heeft bekleed. Dat is
derhalve van 1915 af. Hij is de opvolger
van Mr. Kooien geweest, en diens groote
.verdienste is het geweest den Bond door
de kinderziekten heen te helpen. Maar de
heer Van Wijnbergen heeft hem door den
grooten storm van 1918 gehaald, en dat is
geen klein werk geweest.
De heer Van Wijnbergen was toen 'n
beetje anders dan in latere dagen- Tenmin
ste, ons lijkt hij anders. Misschien ligt dat
objektief bij hem in 'n plooi van z'n karak
ter, misschien subjektief bij ons, maar in
de dagen van 1918, toen ons land voor het
eerst den ougekenden weg van het alge
meen kiesrecht en de Evenredige Vertegen
woordiging inging, was de heer Van Wijn
bergen een man, die organiseerde en ver-
eenigde en tot zich trok. Aan hem is het
voor een groot deel te danken, dat de ka
tholieke partij in die dagen als een ver
sterkte eenheid is te voorschijn getreden.
Zijn persoonlijke invloed heeft den
nieuwen toestand beheerscht; hij heeft re
latie gezocht en vergaderd en overlegd en
eenkomsten gesloten -met alle stroomingen
der partij in alle deelen van het land; aan
de katholieke partij werd toentertijd door
het algemeen stemrecht een groep kiezers
toegevoegd, welke de partij zoo ongeveer
verdubbelde en de Evenredige Vertegen
woordiging eischte een organisatie totaal
anders dan de vroeger gekende.
Nu was er in de partij, uit kracht van
haar verlangen tot eenheid, weliswaar een
sterke medewerking, maar reeds toen wa
ren er van die middelpunt wegvliedende
krachten, en reeds toen hoorde men onge
luksprofeten zeggen, dat een scheuring in
de partij onvermijdelijk was.
Het is aller goed geloopen, en als de heer
Van Wijnbergen het werk niet gedaan had,
zouden anderen het misschien hebben ver
richt. Maar hij heeft het gedaan en goed. Dit
moet eerlijk getuigd, nu hij in deze funktie
aftreedt en de staf aan anderen overdraagt.
Het is nu het moment niet om den heer
van Wijnbergen te huldigen voor wat hij in
andere kwaliteit voor de partij heeft ver
richt; maar nu hij als Bondsvoorzitter gaat,
zij hij als zoodanig herdacht en gehuldigd.
Hij heeft, naar onze meenicg althans, zijn
fouten gehad en wij willen het zelfs niet ver
zwijgen, dat zijn heengaan een goed is voor
de partij. Het moge aan de partij liggen of
aan hem, maar een feit is het, dat hij zelfs
bij de meest neutrale bewegingen een groot
deel der partij prikkelde, en van zich stiet.
Het is goed, dat hij gaat, maar hij ga als een
man, die zijn rust heejt verdiend en de par
tij ten zeerste aan zich verplicht.
Wij letten nu niet op het gekibbel, dat
hier en ginds en overal is geweest in den
allerlaatsten tijd, maar op de groote lijn,
welke hij getrokken heeft in dagen van
moeilijke wording.
Toen de oude partij van het beperkte
kiesrecht onderging en de nieuwe ver
scheen in onstuimige dadenlust.
Toen zij locpen moest in een nieuw ga
reel, dat der Evenredige Vertegenwoordi
ging en de strengen kraakten, waarmee het
jonge paard bestuurd moest worden.
^Hij was toen een sterke en een taktvolle
en een menschkundige leider.
En_ voor een groot deel heeft toen de
partij aan hem te danken, dat zij in anderen
vorm en in een nieuw gareel zich vlug leer
de bewegen.
Dat vergeten wij niet, en uit zuivere
waardeering voor deze verdiensten schreven
wij dit afscheidswoord aan den scheidenden
Voorzitter van den Bond.
Onder dit opschrift schrijft de residentie
bode
„Er is dezer dagen een legerorder ver
schenen van den Minister van Oorlog, waar
bij aan de troepencommandanten opdracht
werd gegeven om ten gevolge van den regen
onbewoonbare tentenkampen plaats te doen
maken voor inkwartiering onder dak.
Het is helaas weer jammer dat er onder die
commandanten zulke slechte militairisten en
paedagogen zijn die door een benepen opvat
ting dergelijke goed bedoelde maatregelen
als 't ware saboteeren en een geest in het le
ger brengen die zooveel kwaad doet.
In het kamp van Soesterberg lagen eenige
dagên geleden ruim 500 man van de genie
troepen in tenten, die, ten gevolge van de
hevige regens niet meer bewoonbaar waren.
Niet alleen was de grond een modderpap,
maar ook de tentdoeken waren door den re
gen gescheurd en daardoor niet meer regen
vrij.
Zooals in de Maasbode en „Telegraaf"
reeds vermeld werd, moesten deze toestan
den eerst aanleiding geven tot relletjes, al
vorens er een einde aan werd gemaakt. Toen
ondanks het requireeren van politietroepen
deze verzetgeest zoodanigen omvang nam
dat de officierstenten werden vernield, werd
het kamp grootendeels opgeheven en gingen
de manschappen, die voor herhalingsoefenin
gen onder de wapenen zijn, naar de Krom
houtkazerne in Utrecht terug.
Er bleven echter 125 manschappen, die een
onderdak werd aangeboden in de manschap-
pencantine, waar men den geheelen dag ver
blijf houdt, rookt, pruimt en waar nauwe
lijks voor 25 man plaats was.
De manschappen weigerden met 125 man
in deze ruimte te gaan, men bleef dan liever
in de moddertenten.
Er werd geconfereerd èn de commandant
meende, dat hij de legerorder van den minis
ter niet op een andere wijze kon opvolgen,
ook niet toen men hem wees op de aanwezige
officierencantine, waar wel plaats is voor
400 man en waarvan slechts door enkele of
ficieren gebruik wordt gemaakt.
De commandant weigerde echter deze ook
maar gedeeltelijk ter beschikking te stellen
voor vjrblijf van de manschappen, zoodat er
voor deze 125 menschen niets anders opzat,
dan gedurende de regendagen van de vorige
week in de tenten te huizen en te slapen.
Hoe de geest onder deze manschappen was
laat zich gemakkelijk raden en ook, dat die
niet bezworen wordt met het verleenen van
enkele gunsten, zooals Donderdagavond ge
schiedde, toen de commandant mededeelde,
dat de manschappen die zich behoorlijk ge
droegen, van Zaterdagmiddag 12 uur tot
Maandagmiddag 12 uur verlof kondenkrijgen.
Het wil er bij ons niet i'n, waarom de man
schappen, die den geheelen dag op hun can-
tine zijn aangewezen, die wel moesten afstaan
voor hun verblijf, terwijl van de officieren
geen enkel offertje mocht worden gevraagd
voor een behoorlijk verblijf der troepen, te
meer waar door een klein offertje van deze
zijde onmiddellijk aan alle grieven was vol
daan en de manschappen een behoorlijk ver
blijf gekregen hadden.
En we kunnen ons ook niet voorstellen
dat de nieuwe minister van Oorlog zijn in
stemming zal betuigen met een dergelijke
uitvoering door troepencommandanten van
zijn legerorders."
Belangrijke verklaringen
van Churchill. f||
In een rede te Birmingham deelde Chur-
:hill mede, dat de Fransche regeering bereid
is aan Britannië ter delging der Fransche
schuld jaarlijks 12% millioen pond sterling
te betalen. Eenige punten in verband hier-
nede moesten nog nader onder het oog wor
den gezien, waarvan enkele van zeer groot
tielang waren.
Verder zeide Churchill, dat de Moskou-
sche propagandisten het Britsche Rijk had
den uit o ht als eerste doel van hun vijan
delij ki.euen.
De tegenwoordige Britsche regeering, al
dus spr., bezit voldoende gezond verstand
en gematigdheid om te kunnen optreden
tegen elke inconstitutioneele actie. Zij was
besloten den verzoeningsgezinden midden
koers te volgen met het oog op het algemeen
'herstel, niet alleen in buitenlandsch politiek
en economisch opzicht, maar ook ten aan
zien van het binnenland. Hij noemde de re
geling der Fransche oorlogsschuld het her
stel van den gouden standaard en het voor
komen der mijnwerkersstaking als voor
beelden van de gematigdheid en verdraag
zaamheid der regeering, welke niet een ge
volg waren van een gevoel van zwakheid,
maar van een kalme zekerheid van haar
kracht.
De vakvereeniging van locomotief-machi
nisten en stokers heeft na een debat, dat den
heelen dag duurde, besloten het verdrag
van bondgenootschap met de andere vak-
vereenigingen aan te nemen. Dit verdrag
werd reeds door de mijnwerkers aangeno
men, terwijl de Nationale Bond van Spoor
wegpersoneel voorwaarden stelde, die op het
oogenblik als onvervulbaar worden be
schouwd, en de transportarbeiders nog geen
beslissing hebben genomen.
De regeling tusschen de
Ver. Staten en Frankrijk.
De „Times" meldt uit Washington Se
nator Borah, de voorzitter der Senaatscom
missie voor buitenlandsche zaken, is naar
Washington teruggekeerd en blijft daatr tot
dat het Congres in December bijeenkomt.
De klaarblijkelijke reden is dat hij tijdens
de onderhandelingen met de Franschen aan
wezig wil zijn
Borah is het nog niet eens met de regeling,
die met België is getroffen, of verklaart dat
althans, daar het innemen van een ander
standpunt zijn positie in de quaestie der Fran
sche schulden zou verzwakken. De Ameri-
kaansche schuldencommissie ziet zijn aan
wezigheid in Washington zeer gaarne wegens
zijn grooten invloed en aanzien, daar daar
door de positie der onderhandelaars versterkt
wordt.
Borah heeft een zeer geprononceerd oor
deel over den financieelen toestand van het
Fransche volk en betoogt dat de tegenwoor
dige toestand der Fransche staatsfinanciën
het resultaat van een politiek van voorberei
ding tot den oorlog in plaats tot den vrede is.
Het bezoek van De Mon-
zie aan Berlijn.
De minister van onderwijs, De Monzie,
heeft verklaard, dat zijn reis naar Kopen
hagen en Berlijn uitsluitend een uiting was
van den pacifistischen geest van Frankrijk
en een gelukkige inleiding van de opening
van het Internarionaal Instituut voor Intel-
lectueele Samenwerking.
De correspondent van den ,>Petit Parisien"
te Berlijn heeft Stresemann geïnterviewd,
die verklaarde, dat de reis van De Monzie
geen enkel verband hield met de buitenland
sche politiek van Frankrijk. Hij geloofde,
dat de gewisselde woorden de hoop wettigen,
dat het bezoek van De Monzie de dageraad
zal zijn van een nieuw tijdperk in de Fransch-
Duitsche intellectueele betrekkingen. Hij
voegde er aan toe, dat de wetenschappelijke
samenwerking, die door De Monzie is voor
gesteld, wenscbelijk is.
Een delegatie van oud
strijders bij het Ameri-
kaansche gezantschap te
Parijs.
Dinsdagmiddag heeft zich een groote de
legatie van Fransche oud-strijders en ver
minkten naar het Amerikaansche gezant
schap te Parijs begeven om in verband met
het vertrek der Fransche missie naar de Ver.
Staten ter regeling der oórlogsschuld een
adres aan den Amerikaanschen gezant, My
ron T. Herrick, aan te bieden. De heer Her-
rick was afwezig, doch de delegatie werd
door den eersten gezantschapsecretaris ont
vangen.
Het adres, dat overhandigd werd, is fei
telijk geheel tegen den Amerikaanschen Se
nator Borah, den voorzitter der commissie
van buitenlandsche zaken, gericht, die op
het standpunt staat dat Frankrijk zijn schuld
ten volle kan betalen. De oud-strijders herin
neren aan den strijd, dien de Franschen en
Amerikanen voor Soissons en Saint-Mihiel
hebben gevoerd, aan de Fransche vrijheids
helden La Fayette en Rochambau, die voor
Amerika's onafhankelijkheid hebben gestre
den, om dan te betoogen dat Borah eischt
dat Frankrijk zal betalen, terwijl niemand
Frankrijk heeft geholpen om te zorgen dat
het van Duitschland betaald kreeg en de
Franschen op eigen, kosten hun verwoeste
gebieden moesten herstellen.
Een zeer eigenaardig en ietwat pijnlijk ge>
schenk voor Senator Borah werd na voorle
zing van het adres nog overhandigd een
helm van een Franschen „poilu", waarin
zich bevonden een uitgave van de geschie
denis van den Amerikaanschen Vrijheids
oorlog, een medaille die een Fransch soldaat
heeft gekregen nadat hij aan het front het
leven van een Amerikaansch officier had ge
red, een medaille, welke hij echter niet lan
ger wil bezitten en ten slotte een fragment
vaneen houten been, zooals zoo tal van
verminkten in Frankrijk gedoemd zijn te
dragen.
Dit alles om Senator Borah er van te over
tuigen dat zijn eisch onbillijk is en Frank-
rijks krachten te boven gaat.
De staking der gemeente
werklieden in Frankrijk.
De gemeentewerklieden te Frankfort, die
wegens een loongeschil het werk hadden neer
gelegd, hebben hun arbeid weer hervat. Een
schikking is getroffen.
Beniczky.
De oud-minister van binnenlandsche zaken
von Beniczky, die onlangs wegens beleedi-
ging van Horthy tot 3 jaar gevangenisstraf
werd veroordeeld, heeft om gezondheidsre
denen verzocht om tot het einde der behan
deling in appèl, niet in de gevangenis behoe
ven te zitten. Hoewel de gevangenisdokter
verklaarde dat verblijf in de gevangenis voor
Beniczky levensgevaarlijk is, heeft de recht
bank het verzoek geweigerd.
Een revolutionair com
plot.
Volgens de bladen te Florence is aldaar een
uitgebreid complot voor het op touw zetten*
van een opstand ontdekt, waarvan de jong-
communistische partij de ziel was. Er zijn
reeds 27 personen gearresteerd.
Onderhoud tusschen
Skrzynski en Tsjitsjerin.
Een bericht uit Warschau meldt dat Tsjits
jerin a.s. week komende uit Moskou te War
schau een onderhoud met Skrzynski zal
hebben,
De zeeliedenstaking in
Zuid-Afrika.
Het Nederlandsche stoomschip „Rietfon
tein" heeft mails aan boord genomen. Zes
honderd stakers zijn geïnterneerd in het mi
litaire kamp te Wijnberg als „verboden immi
granten".
De Britsche stoomer „Port Cunno" die
Dinsdag vertrokken is, is teruggekeerd, om
dat de bemanning aan het muiten sloeg.
De onrust in Syrië.
Charles Desjardins, Kamerlid voor het
dep. Aisne, heeft zijn voornemen te kennen
gegeven om Painlevé te interpelleeren over
de gebeurtenissen in Syrië.
Bij het lezen der tegenstrijdige berichten
uit Syrië, zoo zegt hij in zijn schrijven aan
den premier, neemt de ongerustheid in het
land dagelijks toe. De openbare meening
komt in beroering door het stilzwijgen der
regeering, die de waarheid verschuldigd is
aan de natie, doch méér nog aan de ouders,
wier zonen in Syrië de eer van de Fransche
vlag hoog houden, onder omstandigheden,
welke door de onbekwaamheden der vorige
regeering gevaarlijk zijn geworden.
De heer Desjardins haalt een geval aan,
waarbij een moeder bericht heeft ontvangen
van een kameraad van haar zoon, dat deze
den 2en Aug. 1.1. in Syrië is gesneuveld. Tot
dusver heeft de moeder nog geen enkele ken
nisgeving van het departement van oorlog
ontvangen en haar brieven om inlichtingen
zijn onbeantwoord gebleven.
De New Yorksche burge-
meestersverkiezing.
James Walker, lid van den Senaat van den
Staat New York, de candidaat van Tammany
Hall en van gouverneur Smith, is met bijna
100.000 stemmen tot democratisch candidaat
gekozen voor het burgemeesterschap van
New York. Hylan, de tegenwoordige burge
meester, heeft derhalve de nederlaag geleden.
Frank Waterman is tot republikeinsch
candidaat gekozen.
Een bomaanslag op den
Mexicaanschen president
Calles.
Toen president Calles het stadion bezocht,
sprong plotseling een man van de tribune,
waarop een hevige ontploffing volgde. De
man werd in stukken gereten. De president
bleef ongedeerd. Naar verluidt droeg deze
man een bom bij zich, die uit zijn hand viel
en ontplofte. Het lag klaarblijkelijk in zijn
bedoeling, den Mexicaanschen president te
dooden.
De Engelsche delegatie naar
de Interparlementaire Unie.
De regeering heeft het paspoort voor het
Engelsche parlementslid Saklatvala, een der
afgevaardigden naar de Interparlementaire
Unie, ingetrokken op grond van de over
weging dat zij vreemdelingen niet kan toe
laten tot het prediken van anrachie.
Nader wordt hierover gemeld
In weerwil van het feit, dat Senator Borah
na een conferentie met president Coolidge
en Kellogg, den staatssecretaris van Buiten
landsche Zaken, verklaarde dat aan Saklat
vala de toegang tot de Ver. Staten niet mocht
worden ontzegd, wanneer hij als lid der In
terparlementaire Unie naar Amerika kwam,
omdat hij ook in Engeland zich vrij mag
uitspreken en de Amerikaansche regeering
stellig niet minder angst voor hem behoefde
te hebben dan de Engelsche, is desniette
min te elfder ure besloten, het aan Saklat
vala reeds gegeven pasvisum weer in te trek
ken.
Staatssecretaris Kellogg heeft de desbe
treffende beschikking telegrafisch aan Lon
den meegedeeld.
De overstroomingen in
Sjantoeng.
Een officieel bericht uit Sjangtoeng meldt
dat de zuidelijke dijk van de Gele Rivier te
Jen Tsjen-Hsien is doorgebroken, waardoor
een gebied ter breedte van dertien en ter
lengte van zeventig mijlen onder water is ge
zet. De bres in de dijk is groot en de rivier
heeft haar loop veranderd. Negenhonderd
dorpen zijn door het water omringd. Het
verkeer wordt alleen door bootjes onderhou
den. Alle oogsten zijn vernield. Aan de ge
troffenen wordt hulp verleend.
Nieuwe overstroomingen
op Formoza.
Een telegram van Formosa meldt, dat
Dinsdag tengevolge van stormen Keeloeng
onder water werd gezet. Honderden huizen
liepen onder, de telegraaf- en telefoonver
bindingen werden verbroken, een aantal
bruggen werden weggeslagen of beschadigd,
terwijl een aantal motorbooten en visschers-
schepen worden vermist. Het Amerikaansche
schip „Helen" zit bij den vuurtor A aan den
grond.
De zeeliedenstaking in
Australië.
In de Australische havens liggen 33 sche
pen, te zamen groot 325.574 ton, stil.
Plechtigheden te Rome.
Ter gelegenheid van het eeuwfeest van
het Concilie van Nicea zal Zondag 9 No
vember a.s. op plechtige wijze de wonder
bare beeltenis van den Allerheiligsfen Ver
losser, welke in het Sancta Sanctorum
wordt vereerd, naar de basiliek van St. Jan
van Lateranen worden overgebracht. Gedu
rende geheel het octaaf zullen in genoemde
basiliek in verschillende ritussen solemnee-
le plechtigheden plaafs hebben.
Op 15 November zal ter viering van het
zelfde eeuwfeest in de Vaticaansche basi
liek in tegenwoordigheid van den H. Vader
een cappella papale gehouden worden en
alsdan in Oosterschen ritus een Pontificale
H. Mis worden opgedragen. (Msb.)
De minister van Oorlog heeft, volgens „De
Avp." meldt, bepaald dat de namen van de
serteurs dan wel vaa personen, die als zooda
nig worden beschouwd, voor zoover zij den
rang van onderofficier bekleeden, na 1 Octo
ber van het jaar, waarin zij den leeftijd van
45 jaar hebben bereikt, en voor zoover zij
dien rang niet hebben bekleed, na 1 Octo
ber van het jaar, waarin zij den leeftijd van
40 jaar hebben bereikt, in het „Algemeen
Politieblad" moeten worden doorgehaald,
tenzij het recht van strafvordering wegens
desertie nog niet mocht zijn verjaard.
Voor herhalingsoefeningen in 1926 wordt
op de begrooting aangevraagd een bedrag
van 1.490.855.
Door vereenvoudiging der vooroefenin
gen komt een deel van het bij den vrijwil-
ligen landstorm werkzame beroepsperso-
neel overcompleet in 1926. Het ligt niet in
de bedoeling dit af te voeren, maar in hef
gewone verloop van hef leger te betrekken
B»
Naar het Volk mededeelt heeft de Soc.-
Dem. Tweede Kamerfractie het volgend bu
reau samengesteld: J. W. Albarda, 1ste voor
zitter, W. H. Vliegen, 2e voorzitter en A. W,
IJzerman, secretaris-penningmeester.
De Tweede-Kamerfractie van den Vrij
heidsbond koos als voorziter mr. H, C. Dres-
selhuys, als secretaris mr, G. A. Boon en als
penningmeesteres mej, Joh. Westerman.
Dezer dagen werd op het Ministerie van
Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen on
der leiding van den Inspecteur-Generaal een
Commissie geïnstalleerd tot het afnemen van
examens in het horlogemaken. Een regle
ment werd vastgesteld, terwijl namens den
Minister werd toegezegd het benoemen van
een gedelegeerd commissielid.
Door de vier bestaande organisaties op dit
gebied werden ieder 2 vertrouwensmannen
gekozen in deze commissie.
Vaststelling der begrooting voor 1926.
Bij de Tweede Kamer is ingediend een
wetsontwerp tot vaststelling van de begroo
ting van inkomsten en uitgaven van het Lee-
ningfonds 1914 voor het dienstjaar 1926.
Blijkens de Memorie van Toelichting meent
de minister van Financiën dat het voordee-
lige slot van de rekening van het Fonds op
1 Januari 1925 pl.m. 162.900.000 zal bedra
gen (geraamd was 152.900,000).
Tot toelichting van het op 1 Januari 1920
geraamde saldo ad 175.900.000 deelt hij
mede, dat, in verband met de bekende ont-
vangcijfers over de eerste helft van het loo-
pende jaar, de ontvangsten over 1925 op
pl.m. 97.8 millioen zijn te ramen, waaronder
begrepen een bedrag ad 4,466.064, zijnde
terugbetaling door België van interneerings-
kosten voor Belgische militairen.
De uitgaven over 1925 kunnen op pl.m.
84.000.000 worden geraamd. Het voordee-
lig saldo van den dienst 1924 en vorige ja
ren ad 162.900.000, wordt derhalve met
13.000.000 vermeerderd en op 175.900.00
gebracht.
Het hoofdbestuur van den Bond van
Ambtenaren bij de Ned, Spoorwegen, heeft
een onderhoud aangevraagd met den nieu
wen minister van Waterstaat, inzake de
toepassing van art. 89 A.R.D./L. betreffen
de de dienst- en rusttijden van het spoor
wegpersoneel.
Naar de „Msb." verneemt is op het stad
huis in Den Haag het voorbereidend werk
om de kiezers te vervolgen, die bij de laat
ste verkiezingen hun stemplicht niet ver
vulden, thans zoo goed als gereed. Onge
veer 20.000 kiezers .waren zonder kennis
geving bij de verkiezingen thuis gebleven.
Deze zijn alle door den burgemeester aan
geschreven om zich daarover te verant
woorden. Deze antwoorden zijn thans bin
nen en nagegaan is in hoeverre ze gegrond
waren. Behoudens eenige dubieuze geval
len is deze controle afgeloopen. Thans
wordt met den kantonrechter overleg ge
pleegd, wanneer de eerste groep nalatige
kiezers zal worden gedagvaard. Waar
schijnlijk zal deze oproeping districtsgewij-
ze geschieden. Dit is wel de eenvoudigste
manier, omdat de op de stembureaux bij
gehouden lijsten als bewijsstukken moeten
dienen.
De commissie uit de Tweede Kamer,
Woensdag aangewezen om aan H.M. de
Koningin de voordracht voor het Presi
dentschap der Kamer aan te bieden, heeft
zich Donderdagmiddag ten 6 ure ten Ko
ninklijken paleize te 's-Gravenhage van die
opdracht gekweten.
De Nederlandsche Vereeniging tot Be
scherming 'van Vogels heeft den Minister
van Binnenlandsche Zaken en Landbouw
verzocht den invoer in Nederland te verbie
den van die vogelhuiden- en veeren, welke
niet meer uit Nederlandsch-Indië mogen
worden uitgevoerd. De Vereeniging is daar
toe overgegaan, omdat zij vreest, dat een in
ternationale regeling van den veerenhandel
binnen afzienbaren tijd nog niet kan worden
tegemoet gezien.
De minister van Binnenlandsche Zaken
heeft aan de gemeentebesturen een aanschrij
ving gericht, houdende verzoek om te vol
doen aan den wensch van den minister van
Financiën, dat de gemeentebesturen, dade
lijk nadat een verhuizing te hunner kennis
is gekomen, daarvan mededeeling doen aan
den inspecteur der directe belastingen tot
wiens ambtsgebied de gemeente behoort.
Hierdoor zal, naar de meening van laatstge
noemden minister, een aanmerkelijke ver
betering worden bereikt met betrekking tot
een richtige aanslagregeling voor de Rijksin
komstenbelasting, de Verdedigingsbelas
ting II, de gemeentelijke inkomstenbelas
ting en de personeele belasting,en vooral
zal de tijdige invordering dier belastingen
erdoor worden bevorderd. Voor het doen der
mededeelingen zullen kaartformulieren kun
nen worden gebezigd, die van Rijkswege
worden verstrekt.
Een interpellatie in den Raad.
In de gemeenteraadszitting van Donder
dag j.l. te Nijmegen, herinnerde bij de rond
vraag het R. K. lid, de heer Uijen aan de
dezer dagen door het katholieke deel der
bevolking gevierde, welgeslaagde Canisius-
feesten. Er was, aldus spr., in den lande, ja
in de geheele wereld belangstelling voor
deze feesten. Spr. kwam er echter tegen
op, dat het gemeentebestuur van Nijmegen,
dat in meerderheid R.-K. is, zijnerzijds niets
heeft gedaan om aan de feesten luister bij
te zetten. Spr. had verwacht, dat het ge
meentehuis geïllumineerd zou zijn geworden
en dat het gemeentebestuur de hooge ker
kelijke autoriteiten zou hebben begroet en
wees op Amsterdam, waar verleden jaar
Kardinaal van Rossum door het gemeente
bestuur, waaronder een soc.-dem. wethou
der, werd begroet, in Rotterdam begroette
de burgemeester hem, in den Haag werd
hij ontvangen met Hof-ceremonieel. Maar
te Nijmegen werd niet eens van het stad1
huis gevlagd. Het gemeentebestuur heeft
de plechtigheden genegeerd, zeide spr., de
katholieken gegriefd en de duizenden pel
grims, die hier zijn, geweest,' voor 't hoofd
gestooten.
Bij afwezigheid wegens ziekte van den
burgemeester, den heer F. M. A. van
Schaeck Mathon, beantwoordde de waar
nemend voorzitter, da Kath. wethouder Van
der Waarden deze interpellatie.
Spr. kon mededeelen, dat de burgemeester
er dezer dagen zijn voldoening over had
geuit, dat bij de feesten niet de minste
wanklank is gehoord (de voorzitter van het
centraal comité heeft per advertentie in de
plaatselijke bladen de andersdenkenden be
dankt voor hun waardige houding) en dat
de katholieken in alle opzichten ongestoord
de feesten hebben kunnen vieren. Dit is
het standpunt, dat de burgemeester heeft
ingenomen en hij heeft daarvan nog geen
spijt. Wanneer de heer Uijen er nu de ka
tholieke wethouders een verwijt van doet,
dat er niets is gebeurd, dan moet hij de
hand in eigen boezem steken, want dan
had hij als Raadslid maar tijdig een voor
stel daartoe moeten doen. De burgemeester
is evenwel van oordeel, dat geen steun
moet worden gegeven aan feesten van een
bepaalde richting, welke door de anders
denkende ingezetenen mede zouden moeten
worden betaald. Overigens kon spr. mede
deelen dat de wethouders Vrancken en Bus-
ser en te secretaris op de receptie in het
St. Canisius-College de hooge kerkelijke
autoriteiten hunne opwachting hebben ge
maakt en dat Kardinaal Mercfer daarbij
zijne voldoening heeft geuit over de goede
verhouding tusschen de weraldlijkc en de
kerkelijke overheid te Nijmegen.
Nadat nog enkele leden het woord had
den gevoerd, werd de interpellatie gesloten.
Voor de Maaskanalisatie is op de staats
begrooting ƒ4,120,000 uitgetrokken. Wat be
treft de sluizen en stuwen c. ain de Maas,
wordt o.m. medegedeeld, dat de eigenlijke
stuwbouw vermoedelijk in het loopende
jaar kan worden aanbesteed. Voor het vol
tooien van de verhooging der bruggen te
Venlo en te Roermond wordt resp. S0.00C
en 70.000 aangevraaagd.
Het is te voorzien, dat het geheele kanaal
WessemNedervaart in 1926 voltooid zal
zijn.
Wat betreft den aanleg van het Maas-
Waalkanaal zullen in hoofdzaak worden
voortgezet de werken voor de sluis c. a. bij
Nijmegen; voorts dienen de aangevraagde
gelden voor het maken van wegverhardin
gen en het gemaal te Heumen.
Beklag bij Ged. Staten van Utrecht.
De stemgerechtigde ingelanden van het
waterschap „Eemnes", in de provincie
Utrecht, ontvingen van den voorzitter van
dit waterschap een oproepingsbrief voor de
stemming op Dinsdag 15 September 1925 tot
het opmaken van een aanbevelingslijst ter
benoeming van een heemraad in de vaca
ture jhr. Roëll te Leusden.
Groot was echter de verwondering van
enkele kiezers, toen zij hun stemplicht kwa
men vervullen en de voorzitter van het stem
bureau, de heer Roeper, gemeente-secre
taris van Eemnes, hun vroeg of zij een in
gevuld of een blanco stembiljet wenschten.
Ten gunste van een candidaat uit Hilver
sum, had men te voren n.I. biljetten ingevuld
en deze konden door de kiezers zondet
meer in de stembus worde* gedeponeerd.
Eén der ingelanden teekende dadelijk pro
test aan tegen deze stemming en verzocht
daarvan opneming in het proces-verbaal.
Toen deze kiezer echter hedenmorgen ten
Gemeentehuize verscheen, om te informee-
ren of inderdaad aan zijn verzoek werd
voldaan, bleek hem, dat dit niet het geval
was.
Bedoelde ingeland is nu van plan, zich
met een uitvoerige uiteenzetting te wenden
tot het College van Gedep. Staten van
Utrecht.
Vlieland in financieele moeilijkheden.
De gemeente Vlieland verkeert sedert
geruimen tijd in ernstige financieele moei
lijkheden, gevolg van de ste,ke verminde
ring van het getal der eiland-beweners.
Weinig jaren geleden telde de gemeente
nog bijkans 700 inwoners, thans is het tot
ruim 400 gedaald. Dit is het gevolg van de
opheffing van de zeevaartschool en van het
loodswezen. De draagkracht der overgeble
ven bevolking is gering. Het eiland biedt in
zichzelf weinig middelen van bestaan. Al
leen komen er in den vacantietijd de laatste
jaren eenige pensiongasten. Gevolg is, dat
de gemeente met hare betalingen in belang
rijke mate op achter is geraakt en verbete
ring zonder rijkshulp niet is te voorzien.
■Naar het „Vad." verneemt, heeft de Ko
ningin Donderdagavond benoemd tot voor
zitter der Tweede Kamer, voor het nieuwe
zittingjaar Jhr. mr. Ch. J, M. Ruys de Bee-
rcnbrouck, die voorzitter van den minister
raad en minister van Binnenlandsche Zaken
en Landbouw was in het vorige kabinet.
De heer Ruys de Beerenbrouck is kamer
heer in buitengewonen dienst der Koningin.
Een suppletoire begrooting aangekondigd.
Ten opzichte van de subsidie in de kos
ten voor de kweekschool voor vroedvrou
wen te Heerlen, wordt in. den toelichten
den staat bij de begrooting van Arbeid, enz.
medegedeeld dat de Min. zich na zijn ambts
aanvaarding terstond heeft bezig gehouden
met de bestudeering van deze zaak. Bin
nenkort zal, naar hij vertrouwt, een voor
stel van een suppletoire begrooting de
Tweede Kamer bereiken, waarover een be
slissing zal kunnen worden genomen. In ver
band daarmede wordt de post aanvankelijk
onveranderd gelaten, op 168.789,
Bij de memorie van Antwoord zal hij
worden gewijzigd zooals noodig zal blijken
om de begrooting voor 1926 in overeen
stemming te brengen met bovenbedoeld
suppletoir voorstel.
Met het oog op de nieuwe Tariefwet, die
1 October in Duitschland in werking zal tre
den, worden naar het „Vad." meldt, thans
groote hoeveelheden boter en kaas over de
grens verzonden. Een en ander heeft een rij
zing van de prijzen hier te lande ten gevol
ge, ondanks het feit, dat de productie hier
zeer groot is. Opmerkelijk is, dat boter in
verhouding veel meer aan prijsfluctuatie on
derhevig is dan kaas.
De nieuwe tarieven worden toegepast voor
alle zendingen, welke den 30en September
's rachts 12 uur de grens nog niet gepasseerd
zijn. De algemeen verbreide meening, dat
zendingen, welke 1 October onderweg zijn,
nog onder de oude bepalingen kunnen wor
den ingevoerd, is onjuist.
De millioenennota ondervond op de Am
sterdamsche beurs over het algemeen een
gunstig onthaal. In het bijzonder werd de
afschaffing van de Verdedigingsbelas ting II
tegen Mei a.s. met vreugde begroet. Voor
de stemming op de staatsfondsenmarkt ble
ven de gunstige cijfers betreffende den toe
stand van 's Lands financiën vrijwel zoo-
der invloed. Sedert lang wordt de solvabi
liteit van den Nederlandschen Staat en de
waardevastheid van den gulden toch riet
meer in twijfel getrokken.
Uit de begrooting van Waterstaat blijkt,
dat voor den aanleg van een spoorweg van
Gouda over Waddinxveen en Boskoop naar
Alphen 1.000.000 en van Schaesberg over
Kerkrade en Spckholzerheide naar Simpel-
veld 1,200.000 wordt uitgetrokken.