UIT DE PERS KERK EN SCHOOL. LEGER EN VLOOT. FINANCIËN. De Millioenen-nota. Herstel van onrecht. Bij een aftreden. Anti-militairistisch militairisme. De houding van Engeland tegenover de communistische stroomingen. Fransche oud-strijders bij het Amerikaanscbe gezantschap. Bom aanslag op den president van Mexico. De overstroomingen in China en Japan. Het eeuwfeest van hét Concilie van Nicea. Verjaring van desertie. Herhalingsoefeningen. Vrijwillige Landstorm. De soc.-democr. fractie. Kamerclub Vrijheidsbond. Bekwaamheidsdiploma Horlogemakers. Het Leeningsfonds. Dienst- en rustijden spoorweg personeel. 20.000 nalatige kiezers in de Residentie. Het Voorzitterschap der Tweede Kamer. Invoer van vogelhuiden en -veeren. Verhuizingen en belastingen. Een naklank van de Canisius- f eesten te Nijmegen. De Maaskanalisatie. Een ongéldige stemming te Eemnes? Een verdwijnende gemeente. De nieuwe Voorzitter der Tweede Kamer. Vroedvrouwenschool te Heerlen. Onder den invloed van de Duitsche tariefwet. De millioenen-nota en de Amsterdamsche Beurs. VERKEER EN POSTERIJEN. Nieuwe spoorwegen. „Het Centrum" schrijft er o. m. over: „De Millioenen-nota geeft de bevestiging "ran de mededeelingen in de Troonrede, dat er verbetering is gekomen in den algemee- nen toestand des lands en het gevaar voor ontwrichting van den toestand van 's lands geldmiddelen als afgewend kan worden beschouwd. De gegevens, waarover men omtrent het dienstjaar 1925 reeds beschikt en de mee vallers, welke daarbij, wat de opbrengst der middelen betreft, waren te constateeren, doen de Regeering verwachten, dat de reke ning over dit jaar in geen geval een tekort zal aanwijzen. En over 1926 wordt een, voor den ge wonen dienst sluitende begrooting ver wacht. Ook zijn de tekorten van vorige jaren be duidend minder gebleken, dan aanvankelijk was geschat. Was voor 1923 op den gewonen dienst een deficit geraamd van bijna 50 millioen, het bedroeg in werkelijkheid slechts 14 millioen, en ook 1924 gaf op dit punt belangrijk gunstiger uitkomsten. Verschillende factoren hebben tot deze resultaten medegewerkt, en het blijkt wel, dat de Regeering in haar beleid zich sfeeds wist te houden voor ramingen en verwach tingen, die ook maar eenigszins riskant konden heeten. Zij was steeds zeer voorzichtig en voor kwam daardoor teleurstellingen, die anders waren te vreezen geweest." Naar aanleiding van de mededeeling in ie Staatsbegrooting, dat het befaamde bezoldigingsbesluit zal worden gewijzigd, „ten einde daarin gebleken onjuistheden te herstellen", lezen wij in „Het Huisgezin": „De uitgaven, die dit herstel zal ten gevolge hebben, worden, met inbegrip van hetgeen de rechterlijke macht, de Raad van State en de Rekenkamer meer zullen ont vangen. op een drie millioen geraamd. Begrijpen wij het goed, dan legt de mi nister van Financiën een onverbrekelijk verband tusschen het terugkomen van 'de Kamer op het indertijd verworpen wetje inzake de bezoldiging van de rechterlijke macht, den Raad van State en de Reken kamer, en het herstel der gebleken onjuist heden in het Bezoldigingsbesluit der ambte naren. Fraai lijkt ons deze constructie niet, omdat wat onjuist gebleken is moet her steld worden, afgezien van hetgeen er met de salarissen der hooge staatsdienaren ge beurt. Het ergste is evenwel, dat de drie mil lioen niet eens ten volle aan de lagere ambtenaren zullen toekomen, wier salaris- korting de grenzen van het toelaatbare heeft overschreden. Intusschen, hoofdza.-jk" is, dat het Bezol digingsbesluit zal worden herzien en er dus gelegenheid komt, over de onjuistheden in concreten zin te overleggen. Wellicht zal de minister willen erkennen, dat er nog andere onjuistheden kunnen zijn, dan die hij heeft ontdekt, en komt men langs dezen weg tot een meer bevredigend accoord. In een Millioenennota en in een Staats begrooting vormt de verbetering der ambte narensalarissen, zij bedrage drie millioen of meer, maar een post van weinig beteekenis, doch hierbij is een zaak van moreele recht vaardigheid gemoeid en daarom verdient zij afzonderlijke aandacht. Indien waar is, wat min of meer luid wordt gezegd, dat veel ambtenaren, ver bitterd, niet op de lijsten der coalitie partijen hebben gestemd, dan kan de re geering slechts gloeiende kolen op hun hoofd verzamelen door het herstel van onrecht (want dit is het, al bezigt men liever het in de parlementaire taal moer gebruike lijke onjuistheden) zoo royaal en yolledig mogelijk te doen zijn. Daardoor kan een regeering zich slechts eeren, en zij doet dit in hooge mate, naar mate de betrokkenen ten onrechte haar hun vertrouwen hebben opgezegd." Naar aanleiding van het aftreden van Ba ron van Wijnbergen als Voorzitter van den Bond van R. K, Kieskringorganisaties schrijft de „Gelderlander": „Wij hebben in den laatsten tijd scherpe meeningsverschillen gehad met den Bonds voorzitter, den heer Mr. K. Baron van Wijnbergen; tot den kring zijner vrienden worden wij derhalve niet gerekend. Het is dan ook geen „gedicht uit plicht", dat wij neerschrijven, geen formaliteit, maar zuiver een blijk van oprechte waardeering voor zijn werkelijke verdiensten. Baron van Wijnbergen is, naar vroegere geruchten al deden vermoeden, afgetreden als Voorzitter van den Bond van R. K. Kieskringorganisaties, welke functie hij ge durende tien jaren heeft bekleed. Dat is derhalve van 1915 af. Hij is de opvolger van Mr. Kooien geweest, en diens groote .verdienste is het geweest den Bond door de kinderziekten heen te helpen. Maar de heer Van Wijnbergen heeft hem door den grooten storm van 1918 gehaald, en dat is geen klein werk geweest. De heer Van Wijnbergen was toen 'n beetje anders dan in latere dagen- Tenmin ste, ons lijkt hij anders. Misschien ligt dat objektief bij hem in 'n plooi van z'n karak ter, misschien subjektief bij ons, maar in de dagen van 1918, toen ons land voor het eerst den ougekenden weg van het alge meen kiesrecht en de Evenredige Vertegen woordiging inging, was de heer Van Wijn bergen een man, die organiseerde en ver- eenigde en tot zich trok. Aan hem is het voor een groot deel te danken, dat de ka tholieke partij in die dagen als een ver sterkte eenheid is te voorschijn getreden. Zijn persoonlijke invloed heeft den nieuwen toestand beheerscht; hij heeft re latie gezocht en vergaderd en overlegd en eenkomsten gesloten -met alle stroomingen der partij in alle deelen van het land; aan de katholieke partij werd toentertijd door het algemeen stemrecht een groep kiezers toegevoegd, welke de partij zoo ongeveer verdubbelde en de Evenredige Vertegen woordiging eischte een organisatie totaal anders dan de vroeger gekende. Nu was er in de partij, uit kracht van haar verlangen tot eenheid, weliswaar een sterke medewerking, maar reeds toen wa ren er van die middelpunt wegvliedende krachten, en reeds toen hoorde men onge luksprofeten zeggen, dat een scheuring in de partij onvermijdelijk was. Het is aller goed geloopen, en als de heer Van Wijnbergen het werk niet gedaan had, zouden anderen het misschien hebben ver richt. Maar hij heeft het gedaan en goed. Dit moet eerlijk getuigd, nu hij in deze funktie aftreedt en de staf aan anderen overdraagt. Het is nu het moment niet om den heer van Wijnbergen te huldigen voor wat hij in andere kwaliteit voor de partij heeft ver richt; maar nu hij als Bondsvoorzitter gaat, zij hij als zoodanig herdacht en gehuldigd. Hij heeft, naar onze meenicg althans, zijn fouten gehad en wij willen het zelfs niet ver zwijgen, dat zijn heengaan een goed is voor de partij. Het moge aan de partij liggen of aan hem, maar een feit is het, dat hij zelfs bij de meest neutrale bewegingen een groot deel der partij prikkelde, en van zich stiet. Het is goed, dat hij gaat, maar hij ga als een man, die zijn rust heejt verdiend en de par tij ten zeerste aan zich verplicht. Wij letten nu niet op het gekibbel, dat hier en ginds en overal is geweest in den allerlaatsten tijd, maar op de groote lijn, welke hij getrokken heeft in dagen van moeilijke wording. Toen de oude partij van het beperkte kiesrecht onderging en de nieuwe ver scheen in onstuimige dadenlust. Toen zij locpen moest in een nieuw ga reel, dat der Evenredige Vertegenwoordi ging en de strengen kraakten, waarmee het jonge paard bestuurd moest worden. ^Hij was toen een sterke en een taktvolle en een menschkundige leider. En_ voor een groot deel heeft toen de partij aan hem te danken, dat zij in anderen vorm en in een nieuw gareel zich vlug leer de bewegen. Dat vergeten wij niet, en uit zuivere waardeering voor deze verdiensten schreven wij dit afscheidswoord aan den scheidenden Voorzitter van den Bond. Onder dit opschrift schrijft de residentie bode „Er is dezer dagen een legerorder ver schenen van den Minister van Oorlog, waar bij aan de troepencommandanten opdracht werd gegeven om ten gevolge van den regen onbewoonbare tentenkampen plaats te doen maken voor inkwartiering onder dak. Het is helaas weer jammer dat er onder die commandanten zulke slechte militairisten en paedagogen zijn die door een benepen opvat ting dergelijke goed bedoelde maatregelen als 't ware saboteeren en een geest in het le ger brengen die zooveel kwaad doet. In het kamp van Soesterberg lagen eenige dagên geleden ruim 500 man van de genie troepen in tenten, die, ten gevolge van de hevige regens niet meer bewoonbaar waren. Niet alleen was de grond een modderpap, maar ook de tentdoeken waren door den re gen gescheurd en daardoor niet meer regen vrij. Zooals in de Maasbode en „Telegraaf" reeds vermeld werd, moesten deze toestan den eerst aanleiding geven tot relletjes, al vorens er een einde aan werd gemaakt. Toen ondanks het requireeren van politietroepen deze verzetgeest zoodanigen omvang nam dat de officierstenten werden vernield, werd het kamp grootendeels opgeheven en gingen de manschappen, die voor herhalingsoefenin gen onder de wapenen zijn, naar de Krom houtkazerne in Utrecht terug. Er bleven echter 125 manschappen, die een onderdak werd aangeboden in de manschap- pencantine, waar men den geheelen dag ver blijf houdt, rookt, pruimt en waar nauwe lijks voor 25 man plaats was. De manschappen weigerden met 125 man in deze ruimte te gaan, men bleef dan liever in de moddertenten. Er werd geconfereerd èn de commandant meende, dat hij de legerorder van den minis ter niet op een andere wijze kon opvolgen, ook niet toen men hem wees op de aanwezige officierencantine, waar wel plaats is voor 400 man en waarvan slechts door enkele of ficieren gebruik wordt gemaakt. De commandant weigerde echter deze ook maar gedeeltelijk ter beschikking te stellen voor vjrblijf van de manschappen, zoodat er voor deze 125 menschen niets anders opzat, dan gedurende de regendagen van de vorige week in de tenten te huizen en te slapen. Hoe de geest onder deze manschappen was laat zich gemakkelijk raden en ook, dat die niet bezworen wordt met het verleenen van enkele gunsten, zooals Donderdagavond ge schiedde, toen de commandant mededeelde, dat de manschappen die zich behoorlijk ge droegen, van Zaterdagmiddag 12 uur tot Maandagmiddag 12 uur verlof kondenkrijgen. Het wil er bij ons niet i'n, waarom de man schappen, die den geheelen dag op hun can- tine zijn aangewezen, die wel moesten afstaan voor hun verblijf, terwijl van de officieren geen enkel offertje mocht worden gevraagd voor een behoorlijk verblijf der troepen, te meer waar door een klein offertje van deze zijde onmiddellijk aan alle grieven was vol daan en de manschappen een behoorlijk ver blijf gekregen hadden. En we kunnen ons ook niet voorstellen dat de nieuwe minister van Oorlog zijn in stemming zal betuigen met een dergelijke uitvoering door troepencommandanten van zijn legerorders." Belangrijke verklaringen van Churchill. f|| In een rede te Birmingham deelde Chur- :hill mede, dat de Fransche regeering bereid is aan Britannië ter delging der Fransche schuld jaarlijks 12% millioen pond sterling te betalen. Eenige punten in verband hier- nede moesten nog nader onder het oog wor den gezien, waarvan enkele van zeer groot tielang waren. Verder zeide Churchill, dat de Moskou- sche propagandisten het Britsche Rijk had den uit o ht als eerste doel van hun vijan delij ki.euen. De tegenwoordige Britsche regeering, al dus spr., bezit voldoende gezond verstand en gematigdheid om te kunnen optreden tegen elke inconstitutioneele actie. Zij was besloten den verzoeningsgezinden midden koers te volgen met het oog op het algemeen 'herstel, niet alleen in buitenlandsch politiek en economisch opzicht, maar ook ten aan zien van het binnenland. Hij noemde de re geling der Fransche oorlogsschuld het her stel van den gouden standaard en het voor komen der mijnwerkersstaking als voor beelden van de gematigdheid en verdraag zaamheid der regeering, welke niet een ge volg waren van een gevoel van zwakheid, maar van een kalme zekerheid van haar kracht. De vakvereeniging van locomotief-machi nisten en stokers heeft na een debat, dat den heelen dag duurde, besloten het verdrag van bondgenootschap met de andere vak- vereenigingen aan te nemen. Dit verdrag werd reeds door de mijnwerkers aangeno men, terwijl de Nationale Bond van Spoor wegpersoneel voorwaarden stelde, die op het oogenblik als onvervulbaar worden be schouwd, en de transportarbeiders nog geen beslissing hebben genomen. De regeling tusschen de Ver. Staten en Frankrijk. De „Times" meldt uit Washington Se nator Borah, de voorzitter der Senaatscom missie voor buitenlandsche zaken, is naar Washington teruggekeerd en blijft daatr tot dat het Congres in December bijeenkomt. De klaarblijkelijke reden is dat hij tijdens de onderhandelingen met de Franschen aan wezig wil zijn Borah is het nog niet eens met de regeling, die met België is getroffen, of verklaart dat althans, daar het innemen van een ander standpunt zijn positie in de quaestie der Fran sche schulden zou verzwakken. De Ameri- kaansche schuldencommissie ziet zijn aan wezigheid in Washington zeer gaarne wegens zijn grooten invloed en aanzien, daar daar door de positie der onderhandelaars versterkt wordt. Borah heeft een zeer geprononceerd oor deel over den financieelen toestand van het Fransche volk en betoogt dat de tegenwoor dige toestand der Fransche staatsfinanciën het resultaat van een politiek van voorberei ding tot den oorlog in plaats tot den vrede is. Het bezoek van De Mon- zie aan Berlijn. De minister van onderwijs, De Monzie, heeft verklaard, dat zijn reis naar Kopen hagen en Berlijn uitsluitend een uiting was van den pacifistischen geest van Frankrijk en een gelukkige inleiding van de opening van het Internarionaal Instituut voor Intel- lectueele Samenwerking. De correspondent van den ,>Petit Parisien" te Berlijn heeft Stresemann geïnterviewd, die verklaarde, dat de reis van De Monzie geen enkel verband hield met de buitenland sche politiek van Frankrijk. Hij geloofde, dat de gewisselde woorden de hoop wettigen, dat het bezoek van De Monzie de dageraad zal zijn van een nieuw tijdperk in de Fransch- Duitsche intellectueele betrekkingen. Hij voegde er aan toe, dat de wetenschappelijke samenwerking, die door De Monzie is voor gesteld, wenscbelijk is. Een delegatie van oud strijders bij het Ameri- kaansche gezantschap te Parijs. Dinsdagmiddag heeft zich een groote de legatie van Fransche oud-strijders en ver minkten naar het Amerikaansche gezant schap te Parijs begeven om in verband met het vertrek der Fransche missie naar de Ver. Staten ter regeling der oórlogsschuld een adres aan den Amerikaanschen gezant, My ron T. Herrick, aan te bieden. De heer Her- rick was afwezig, doch de delegatie werd door den eersten gezantschapsecretaris ont vangen. Het adres, dat overhandigd werd, is fei telijk geheel tegen den Amerikaanschen Se nator Borah, den voorzitter der commissie van buitenlandsche zaken, gericht, die op het standpunt staat dat Frankrijk zijn schuld ten volle kan betalen. De oud-strijders herin neren aan den strijd, dien de Franschen en Amerikanen voor Soissons en Saint-Mihiel hebben gevoerd, aan de Fransche vrijheids helden La Fayette en Rochambau, die voor Amerika's onafhankelijkheid hebben gestre den, om dan te betoogen dat Borah eischt dat Frankrijk zal betalen, terwijl niemand Frankrijk heeft geholpen om te zorgen dat het van Duitschland betaald kreeg en de Franschen op eigen, kosten hun verwoeste gebieden moesten herstellen. Een zeer eigenaardig en ietwat pijnlijk ge> schenk voor Senator Borah werd na voorle zing van het adres nog overhandigd een helm van een Franschen „poilu", waarin zich bevonden een uitgave van de geschie denis van den Amerikaanschen Vrijheids oorlog, een medaille die een Fransch soldaat heeft gekregen nadat hij aan het front het leven van een Amerikaansch officier had ge red, een medaille, welke hij echter niet lan ger wil bezitten en ten slotte een fragment vaneen houten been, zooals zoo tal van verminkten in Frankrijk gedoemd zijn te dragen. Dit alles om Senator Borah er van te over tuigen dat zijn eisch onbillijk is en Frank- rijks krachten te boven gaat. De staking der gemeente werklieden in Frankrijk. De gemeentewerklieden te Frankfort, die wegens een loongeschil het werk hadden neer gelegd, hebben hun arbeid weer hervat. Een schikking is getroffen. Beniczky. De oud-minister van binnenlandsche zaken von Beniczky, die onlangs wegens beleedi- ging van Horthy tot 3 jaar gevangenisstraf werd veroordeeld, heeft om gezondheidsre denen verzocht om tot het einde der behan deling in appèl, niet in de gevangenis behoe ven te zitten. Hoewel de gevangenisdokter verklaarde dat verblijf in de gevangenis voor Beniczky levensgevaarlijk is, heeft de recht bank het verzoek geweigerd. Een revolutionair com plot. Volgens de bladen te Florence is aldaar een uitgebreid complot voor het op touw zetten* van een opstand ontdekt, waarvan de jong- communistische partij de ziel was. Er zijn reeds 27 personen gearresteerd. Onderhoud tusschen Skrzynski en Tsjitsjerin. Een bericht uit Warschau meldt dat Tsjits jerin a.s. week komende uit Moskou te War schau een onderhoud met Skrzynski zal hebben, De zeeliedenstaking in Zuid-Afrika. Het Nederlandsche stoomschip „Rietfon tein" heeft mails aan boord genomen. Zes honderd stakers zijn geïnterneerd in het mi litaire kamp te Wijnberg als „verboden immi granten". De Britsche stoomer „Port Cunno" die Dinsdag vertrokken is, is teruggekeerd, om dat de bemanning aan het muiten sloeg. De onrust in Syrië. Charles Desjardins, Kamerlid voor het dep. Aisne, heeft zijn voornemen te kennen gegeven om Painlevé te interpelleeren over de gebeurtenissen in Syrië. Bij het lezen der tegenstrijdige berichten uit Syrië, zoo zegt hij in zijn schrijven aan den premier, neemt de ongerustheid in het land dagelijks toe. De openbare meening komt in beroering door het stilzwijgen der regeering, die de waarheid verschuldigd is aan de natie, doch méér nog aan de ouders, wier zonen in Syrië de eer van de Fransche vlag hoog houden, onder omstandigheden, welke door de onbekwaamheden der vorige regeering gevaarlijk zijn geworden. De heer Desjardins haalt een geval aan, waarbij een moeder bericht heeft ontvangen van een kameraad van haar zoon, dat deze den 2en Aug. 1.1. in Syrië is gesneuveld. Tot dusver heeft de moeder nog geen enkele ken nisgeving van het departement van oorlog ontvangen en haar brieven om inlichtingen zijn onbeantwoord gebleven. De New Yorksche burge- meestersverkiezing. James Walker, lid van den Senaat van den Staat New York, de candidaat van Tammany Hall en van gouverneur Smith, is met bijna 100.000 stemmen tot democratisch candidaat gekozen voor het burgemeesterschap van New York. Hylan, de tegenwoordige burge meester, heeft derhalve de nederlaag geleden. Frank Waterman is tot republikeinsch candidaat gekozen. Een bomaanslag op den Mexicaanschen president Calles. Toen president Calles het stadion bezocht, sprong plotseling een man van de tribune, waarop een hevige ontploffing volgde. De man werd in stukken gereten. De president bleef ongedeerd. Naar verluidt droeg deze man een bom bij zich, die uit zijn hand viel en ontplofte. Het lag klaarblijkelijk in zijn bedoeling, den Mexicaanschen president te dooden. De Engelsche delegatie naar de Interparlementaire Unie. De regeering heeft het paspoort voor het Engelsche parlementslid Saklatvala, een der afgevaardigden naar de Interparlementaire Unie, ingetrokken op grond van de over weging dat zij vreemdelingen niet kan toe laten tot het prediken van anrachie. Nader wordt hierover gemeld In weerwil van het feit, dat Senator Borah na een conferentie met president Coolidge en Kellogg, den staatssecretaris van Buiten landsche Zaken, verklaarde dat aan Saklat vala de toegang tot de Ver. Staten niet mocht worden ontzegd, wanneer hij als lid der In terparlementaire Unie naar Amerika kwam, omdat hij ook in Engeland zich vrij mag uitspreken en de Amerikaansche regeering stellig niet minder angst voor hem behoefde te hebben dan de Engelsche, is desniette min te elfder ure besloten, het aan Saklat vala reeds gegeven pasvisum weer in te trek ken. Staatssecretaris Kellogg heeft de desbe treffende beschikking telegrafisch aan Lon den meegedeeld. De overstroomingen in Sjantoeng. Een officieel bericht uit Sjangtoeng meldt dat de zuidelijke dijk van de Gele Rivier te Jen Tsjen-Hsien is doorgebroken, waardoor een gebied ter breedte van dertien en ter lengte van zeventig mijlen onder water is ge zet. De bres in de dijk is groot en de rivier heeft haar loop veranderd. Negenhonderd dorpen zijn door het water omringd. Het verkeer wordt alleen door bootjes onderhou den. Alle oogsten zijn vernield. Aan de ge troffenen wordt hulp verleend. Nieuwe overstroomingen op Formoza. Een telegram van Formosa meldt, dat Dinsdag tengevolge van stormen Keeloeng onder water werd gezet. Honderden huizen liepen onder, de telegraaf- en telefoonver bindingen werden verbroken, een aantal bruggen werden weggeslagen of beschadigd, terwijl een aantal motorbooten en visschers- schepen worden vermist. Het Amerikaansche schip „Helen" zit bij den vuurtor A aan den grond. De zeeliedenstaking in Australië. In de Australische havens liggen 33 sche pen, te zamen groot 325.574 ton, stil. Plechtigheden te Rome. Ter gelegenheid van het eeuwfeest van het Concilie van Nicea zal Zondag 9 No vember a.s. op plechtige wijze de wonder bare beeltenis van den Allerheiligsfen Ver losser, welke in het Sancta Sanctorum wordt vereerd, naar de basiliek van St. Jan van Lateranen worden overgebracht. Gedu rende geheel het octaaf zullen in genoemde basiliek in verschillende ritussen solemnee- le plechtigheden plaafs hebben. Op 15 November zal ter viering van het zelfde eeuwfeest in de Vaticaansche basi liek in tegenwoordigheid van den H. Vader een cappella papale gehouden worden en alsdan in Oosterschen ritus een Pontificale H. Mis worden opgedragen. (Msb.) De minister van Oorlog heeft, volgens „De Avp." meldt, bepaald dat de namen van de serteurs dan wel vaa personen, die als zooda nig worden beschouwd, voor zoover zij den rang van onderofficier bekleeden, na 1 Octo ber van het jaar, waarin zij den leeftijd van 45 jaar hebben bereikt, en voor zoover zij dien rang niet hebben bekleed, na 1 Octo ber van het jaar, waarin zij den leeftijd van 40 jaar hebben bereikt, in het „Algemeen Politieblad" moeten worden doorgehaald, tenzij het recht van strafvordering wegens desertie nog niet mocht zijn verjaard. Voor herhalingsoefeningen in 1926 wordt op de begrooting aangevraagd een bedrag van 1.490.855. Door vereenvoudiging der vooroefenin gen komt een deel van het bij den vrijwil- ligen landstorm werkzame beroepsperso- neel overcompleet in 1926. Het ligt niet in de bedoeling dit af te voeren, maar in hef gewone verloop van hef leger te betrekken B» Naar het Volk mededeelt heeft de Soc.- Dem. Tweede Kamerfractie het volgend bu reau samengesteld: J. W. Albarda, 1ste voor zitter, W. H. Vliegen, 2e voorzitter en A. W, IJzerman, secretaris-penningmeester. De Tweede-Kamerfractie van den Vrij heidsbond koos als voorziter mr. H, C. Dres- selhuys, als secretaris mr, G. A. Boon en als penningmeesteres mej, Joh. Westerman. Dezer dagen werd op het Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen on der leiding van den Inspecteur-Generaal een Commissie geïnstalleerd tot het afnemen van examens in het horlogemaken. Een regle ment werd vastgesteld, terwijl namens den Minister werd toegezegd het benoemen van een gedelegeerd commissielid. Door de vier bestaande organisaties op dit gebied werden ieder 2 vertrouwensmannen gekozen in deze commissie. Vaststelling der begrooting voor 1926. Bij de Tweede Kamer is ingediend een wetsontwerp tot vaststelling van de begroo ting van inkomsten en uitgaven van het Lee- ningfonds 1914 voor het dienstjaar 1926. Blijkens de Memorie van Toelichting meent de minister van Financiën dat het voordee- lige slot van de rekening van het Fonds op 1 Januari 1925 pl.m. 162.900.000 zal bedra gen (geraamd was 152.900,000). Tot toelichting van het op 1 Januari 1920 geraamde saldo ad 175.900.000 deelt hij mede, dat, in verband met de bekende ont- vangcijfers over de eerste helft van het loo- pende jaar, de ontvangsten over 1925 op pl.m. 97.8 millioen zijn te ramen, waaronder begrepen een bedrag ad 4,466.064, zijnde terugbetaling door België van interneerings- kosten voor Belgische militairen. De uitgaven over 1925 kunnen op pl.m. 84.000.000 worden geraamd. Het voordee- lig saldo van den dienst 1924 en vorige ja ren ad 162.900.000, wordt derhalve met 13.000.000 vermeerderd en op 175.900.00 gebracht. Het hoofdbestuur van den Bond van Ambtenaren bij de Ned, Spoorwegen, heeft een onderhoud aangevraagd met den nieu wen minister van Waterstaat, inzake de toepassing van art. 89 A.R.D./L. betreffen de de dienst- en rusttijden van het spoor wegpersoneel. Naar de „Msb." verneemt is op het stad huis in Den Haag het voorbereidend werk om de kiezers te vervolgen, die bij de laat ste verkiezingen hun stemplicht niet ver vulden, thans zoo goed als gereed. Onge veer 20.000 kiezers .waren zonder kennis geving bij de verkiezingen thuis gebleven. Deze zijn alle door den burgemeester aan geschreven om zich daarover te verant woorden. Deze antwoorden zijn thans bin nen en nagegaan is in hoeverre ze gegrond waren. Behoudens eenige dubieuze geval len is deze controle afgeloopen. Thans wordt met den kantonrechter overleg ge pleegd, wanneer de eerste groep nalatige kiezers zal worden gedagvaard. Waar schijnlijk zal deze oproeping districtsgewij- ze geschieden. Dit is wel de eenvoudigste manier, omdat de op de stembureaux bij gehouden lijsten als bewijsstukken moeten dienen. De commissie uit de Tweede Kamer, Woensdag aangewezen om aan H.M. de Koningin de voordracht voor het Presi dentschap der Kamer aan te bieden, heeft zich Donderdagmiddag ten 6 ure ten Ko ninklijken paleize te 's-Gravenhage van die opdracht gekweten. De Nederlandsche Vereeniging tot Be scherming 'van Vogels heeft den Minister van Binnenlandsche Zaken en Landbouw verzocht den invoer in Nederland te verbie den van die vogelhuiden- en veeren, welke niet meer uit Nederlandsch-Indië mogen worden uitgevoerd. De Vereeniging is daar toe overgegaan, omdat zij vreest, dat een in ternationale regeling van den veerenhandel binnen afzienbaren tijd nog niet kan worden tegemoet gezien. De minister van Binnenlandsche Zaken heeft aan de gemeentebesturen een aanschrij ving gericht, houdende verzoek om te vol doen aan den wensch van den minister van Financiën, dat de gemeentebesturen, dade lijk nadat een verhuizing te hunner kennis is gekomen, daarvan mededeeling doen aan den inspecteur der directe belastingen tot wiens ambtsgebied de gemeente behoort. Hierdoor zal, naar de meening van laatstge noemden minister, een aanmerkelijke ver betering worden bereikt met betrekking tot een richtige aanslagregeling voor de Rijksin komstenbelasting, de Verdedigingsbelas ting II, de gemeentelijke inkomstenbelas ting en de personeele belasting,en vooral zal de tijdige invordering dier belastingen erdoor worden bevorderd. Voor het doen der mededeelingen zullen kaartformulieren kun nen worden gebezigd, die van Rijkswege worden verstrekt. Een interpellatie in den Raad. In de gemeenteraadszitting van Donder dag j.l. te Nijmegen, herinnerde bij de rond vraag het R. K. lid, de heer Uijen aan de dezer dagen door het katholieke deel der bevolking gevierde, welgeslaagde Canisius- feesten. Er was, aldus spr., in den lande, ja in de geheele wereld belangstelling voor deze feesten. Spr. kwam er echter tegen op, dat het gemeentebestuur van Nijmegen, dat in meerderheid R.-K. is, zijnerzijds niets heeft gedaan om aan de feesten luister bij te zetten. Spr. had verwacht, dat het ge meentehuis geïllumineerd zou zijn geworden en dat het gemeentebestuur de hooge ker kelijke autoriteiten zou hebben begroet en wees op Amsterdam, waar verleden jaar Kardinaal van Rossum door het gemeente bestuur, waaronder een soc.-dem. wethou der, werd begroet, in Rotterdam begroette de burgemeester hem, in den Haag werd hij ontvangen met Hof-ceremonieel. Maar te Nijmegen werd niet eens van het stad1 huis gevlagd. Het gemeentebestuur heeft de plechtigheden genegeerd, zeide spr., de katholieken gegriefd en de duizenden pel grims, die hier zijn, geweest,' voor 't hoofd gestooten. Bij afwezigheid wegens ziekte van den burgemeester, den heer F. M. A. van Schaeck Mathon, beantwoordde de waar nemend voorzitter, da Kath. wethouder Van der Waarden deze interpellatie. Spr. kon mededeelen, dat de burgemeester er dezer dagen zijn voldoening over had geuit, dat bij de feesten niet de minste wanklank is gehoord (de voorzitter van het centraal comité heeft per advertentie in de plaatselijke bladen de andersdenkenden be dankt voor hun waardige houding) en dat de katholieken in alle opzichten ongestoord de feesten hebben kunnen vieren. Dit is het standpunt, dat de burgemeester heeft ingenomen en hij heeft daarvan nog geen spijt. Wanneer de heer Uijen er nu de ka tholieke wethouders een verwijt van doet, dat er niets is gebeurd, dan moet hij de hand in eigen boezem steken, want dan had hij als Raadslid maar tijdig een voor stel daartoe moeten doen. De burgemeester is evenwel van oordeel, dat geen steun moet worden gegeven aan feesten van een bepaalde richting, welke door de anders denkende ingezetenen mede zouden moeten worden betaald. Overigens kon spr. mede deelen dat de wethouders Vrancken en Bus- ser en te secretaris op de receptie in het St. Canisius-College de hooge kerkelijke autoriteiten hunne opwachting hebben ge maakt en dat Kardinaal Mercfer daarbij zijne voldoening heeft geuit over de goede verhouding tusschen de weraldlijkc en de kerkelijke overheid te Nijmegen. Nadat nog enkele leden het woord had den gevoerd, werd de interpellatie gesloten. Voor de Maaskanalisatie is op de staats begrooting ƒ4,120,000 uitgetrokken. Wat be treft de sluizen en stuwen c. ain de Maas, wordt o.m. medegedeeld, dat de eigenlijke stuwbouw vermoedelijk in het loopende jaar kan worden aanbesteed. Voor het vol tooien van de verhooging der bruggen te Venlo en te Roermond wordt resp. S0.00C en 70.000 aangevraaagd. Het is te voorzien, dat het geheele kanaal WessemNedervaart in 1926 voltooid zal zijn. Wat betreft den aanleg van het Maas- Waalkanaal zullen in hoofdzaak worden voortgezet de werken voor de sluis c. a. bij Nijmegen; voorts dienen de aangevraagde gelden voor het maken van wegverhardin gen en het gemaal te Heumen. Beklag bij Ged. Staten van Utrecht. De stemgerechtigde ingelanden van het waterschap „Eemnes", in de provincie Utrecht, ontvingen van den voorzitter van dit waterschap een oproepingsbrief voor de stemming op Dinsdag 15 September 1925 tot het opmaken van een aanbevelingslijst ter benoeming van een heemraad in de vaca ture jhr. Roëll te Leusden. Groot was echter de verwondering van enkele kiezers, toen zij hun stemplicht kwa men vervullen en de voorzitter van het stem bureau, de heer Roeper, gemeente-secre taris van Eemnes, hun vroeg of zij een in gevuld of een blanco stembiljet wenschten. Ten gunste van een candidaat uit Hilver sum, had men te voren n.I. biljetten ingevuld en deze konden door de kiezers zondet meer in de stembus worde* gedeponeerd. Eén der ingelanden teekende dadelijk pro test aan tegen deze stemming en verzocht daarvan opneming in het proces-verbaal. Toen deze kiezer echter hedenmorgen ten Gemeentehuize verscheen, om te informee- ren of inderdaad aan zijn verzoek werd voldaan, bleek hem, dat dit niet het geval was. Bedoelde ingeland is nu van plan, zich met een uitvoerige uiteenzetting te wenden tot het College van Gedep. Staten van Utrecht. Vlieland in financieele moeilijkheden. De gemeente Vlieland verkeert sedert geruimen tijd in ernstige financieele moei lijkheden, gevolg van de ste,ke verminde ring van het getal der eiland-beweners. Weinig jaren geleden telde de gemeente nog bijkans 700 inwoners, thans is het tot ruim 400 gedaald. Dit is het gevolg van de opheffing van de zeevaartschool en van het loodswezen. De draagkracht der overgeble ven bevolking is gering. Het eiland biedt in zichzelf weinig middelen van bestaan. Al leen komen er in den vacantietijd de laatste jaren eenige pensiongasten. Gevolg is, dat de gemeente met hare betalingen in belang rijke mate op achter is geraakt en verbete ring zonder rijkshulp niet is te voorzien. ■Naar het „Vad." verneemt, heeft de Ko ningin Donderdagavond benoemd tot voor zitter der Tweede Kamer, voor het nieuwe zittingjaar Jhr. mr. Ch. J, M. Ruys de Bee- rcnbrouck, die voorzitter van den minister raad en minister van Binnenlandsche Zaken en Landbouw was in het vorige kabinet. De heer Ruys de Beerenbrouck is kamer heer in buitengewonen dienst der Koningin. Een suppletoire begrooting aangekondigd. Ten opzichte van de subsidie in de kos ten voor de kweekschool voor vroedvrou wen te Heerlen, wordt in. den toelichten den staat bij de begrooting van Arbeid, enz. medegedeeld dat de Min. zich na zijn ambts aanvaarding terstond heeft bezig gehouden met de bestudeering van deze zaak. Bin nenkort zal, naar hij vertrouwt, een voor stel van een suppletoire begrooting de Tweede Kamer bereiken, waarover een be slissing zal kunnen worden genomen. In ver band daarmede wordt de post aanvankelijk onveranderd gelaten, op 168.789, Bij de memorie van Antwoord zal hij worden gewijzigd zooals noodig zal blijken om de begrooting voor 1926 in overeen stemming te brengen met bovenbedoeld suppletoir voorstel. Met het oog op de nieuwe Tariefwet, die 1 October in Duitschland in werking zal tre den, worden naar het „Vad." meldt, thans groote hoeveelheden boter en kaas over de grens verzonden. Een en ander heeft een rij zing van de prijzen hier te lande ten gevol ge, ondanks het feit, dat de productie hier zeer groot is. Opmerkelijk is, dat boter in verhouding veel meer aan prijsfluctuatie on derhevig is dan kaas. De nieuwe tarieven worden toegepast voor alle zendingen, welke den 30en September 's rachts 12 uur de grens nog niet gepasseerd zijn. De algemeen verbreide meening, dat zendingen, welke 1 October onderweg zijn, nog onder de oude bepalingen kunnen wor den ingevoerd, is onjuist. De millioenennota ondervond op de Am sterdamsche beurs over het algemeen een gunstig onthaal. In het bijzonder werd de afschaffing van de Verdedigingsbelas ting II tegen Mei a.s. met vreugde begroet. Voor de stemming op de staatsfondsenmarkt ble ven de gunstige cijfers betreffende den toe stand van 's Lands financiën vrijwel zoo- der invloed. Sedert lang wordt de solvabi liteit van den Nederlandschen Staat en de waardevastheid van den gulden toch riet meer in twijfel getrokken. Uit de begrooting van Waterstaat blijkt, dat voor den aanleg van een spoorweg van Gouda over Waddinxveen en Boskoop naar Alphen 1.000.000 en van Schaesberg over Kerkrade en Spckholzerheide naar Simpel- veld 1,200.000 wordt uitgetrokken.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1925 | | pagina 8