1 METIóD gflIEUWS UWE mm ym aECOmmOSlKflP vu De Haarlemsche Gemeentebegrooting onder de loupe: NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT. Tweede Blad Zaterdag 10 October 1925 Een adres van de Ned. Maatschappij van Nijv.rheid en Handel. 8 Octoberfeesten te Alkmaar. De kinderoptocht. De Bezuinigingscommissie. Noord- en Zuid-Hollandsche Redding-Mij. De a.s. vergadering van de Tweede Kamer. De nieuwe voorzitter van den Centralen Raad van Beroep. KLOOSTERBALSEM beproefd bij wonden, huiduitslag, kloven, springende handen,^ wintervoeten De nooduitkeering aan het Rijkspersoneel. Koopman te Assen vermist. Zij hadden opium te koop. Een artist in den trein aangevallen. Zilveren Proressiefeest. Diefstal en heling van fluweel. Spoorwegen contra Autobushouders. S Octoberfeestefi te Alkmaar. *3 AA® km VQmx&Mm GEMOOüTE NEEM 1 I Hygiënisch (machinaal) melken werd in 'den optocht vertoond. Dr. Schaepman-monument. Niet opgeperst maar. opgelicht. Er'in gevlogen. Door de afd. Haarlem van de Ned. Maat schappij van Nijverheid en Handel is een adres gezonden aan de leden van den Haar- lemschen gemeenteraad, waarin wordt mede gedeeld dat een commissie uit het departe ment een onderzoek heeft ingesteld naar de begrooting van de gemeente Haarlem. Het rapport dier commissie is vertrouwelijk aan B.en W. der gemeente Haarlem aangeboden. Met dit rapport is in de begrooting 1926 geen rekening gehouden meent het deprrie- ment. Weshalve zij zich nu met dat rapport tot de raadsleden wendt. Aan het adres ontleenen wij het volgende Het bestuur van het Departement „Haar lem" der Nederlandsche .Maatschappij voor Nijverheid en Handel heeft met belangstel ling kennis genomen van de Ontwerp-Be- grooting van Inkomsten en Uitgaven der Gemeente Haarlem voor het jaar 1926 en geconstateerd, dat ook thans, in stede van een vermindering van 'lasten, niet alleen de druk der gemeentelijke huishouding con stant is gebleven, maar zelfs wederom is toe genomen. Wij vinden hierin aanleiding Uwen Raad mede te deelen, dat wij reeds met geruimen tijd met bezorgdheid vervuld zijn voor den financieelen toestand van Haarlem en mits dien in 1924 een commissie hebben opge dragen een onderzoek in te stellen naar den omvang der lasten, welke de gemeente-huis houding aan de belastingbetalers oplegt, om voorts na te gaan, op welke wijze die lasten Zouden kunnen worden verlicht. Het rapport dier commissie waarmede ons Bestuur zich volkomen heeft kunnen vereeni gen, werd reeds bij schrijven van 16 Juni 1925 vertrouwelijk aan Burgemeester en Wethouders der Gemeente Haarlem aange boden. Daar echter uit de Ontwerp-begrooting voor het jaar 1926 niet blijkt, dat met de in dit rapport geuite wenschen rekening is ge houden, en het huidige, te hooge peil der uitgaven niet gehandhaafd kan blijven, veroor loven wij ons Uw College een exemplaar van het rapport met bijlagen te doen toekomen. Wij hebben daaraan nog een afzonderlijke bijlage toegevoegd, waarin het cijfermateriaal dat in het rapport verwerkt is, wordt aange vuld met de overeenkomstige cijfers voor het jaar 1926. Uit een en ander zal U o.m. blijken, dat le. het bedrag, dat blijkens raming de gemeente-huishouding noodig heeft, weder om gestegen is van f 4.313.000, in 1925 op f 4.649.000, in 1926. 2e. de schuldenlast der gemeente geste gen is van f 17.776.000.- in 1925 tot f 18.752.000.- in 1926 of per inwoner van f 220.94 in 1925 tot f 233.07 in 1926. Tot zoover het adres van den Raad. Aan het Rapport zelf ontleenen wij de volgende bijzonderheden x De Commissie heeft zich bij haar onder zoek laten teiden door den volgenden gedach- tengang. Alvorens met klem te kunnen aan dringen op bezuiniging in de Gemeentelijke huishouding, dient het Gemeentebestuur overtuigd te worden van de noodzakelijk heid dier hezuiniging. Deze taak lijkt de Commissie tenminste even belangrijk als het aanwijzen der bezuinigingsobjecten zelve. In tegenstelling toch met vele andere Gemeenten (o.m. Schiedam) heeft Haarlem sluitende begrootingen en heeft bij het Ge meentebestuur de meening postgevat, dat de financieele toestand van Haarlem niet slecht is. De Burgemeester verklaarde o.m. in zijn Nieuwjaarsrede (opi7 Jan. 1925) „De financieele positie van onze Gemeente dé begrooting voor 1925 wijst het uit vertoont allerminst een somber beeld". Het Gemeentebestuur zal dus overtuigd moeten worden van de noodzakelijkheid de belastingen te verlagen, waaruit noodwendig verlaging der uitgaven zal moeten voort vloeien. De Commissie verzamelde allereerst daar om vergelijkende cijfers van de belastingen en andere heffingen uit de begroetingen. Op de begrooting van 1914 werd aan op brengstder belastingen geraamd op f 1.088.000 of f 15.28 per inwoner op de begrooting van 1922 een bedrag van f 3.939.000 of 1924 f 49.96 per inwoner op de begroo ting van f 3.583,000 of f 44.48 per inwoner op de begrooting van 1925 f 3.763.000 of f 46.77 per inwoner op de begrooting 1926 f 3.877.000 of f 48.18 per inwoner. De commissie merkt hierbij op Deze cijfers geven echter geen volledig inzicht in de financieele lasten, welke druk ken op Haarlem's inwoners. Een niet onaanzienlijke winst wordt ge maakt op meerdere der gemeentelijke bedrij ven, welke winst wordt aangewend in de ge meentelijke huishouding en dus het karak ter heeft van een indirecte belasting (ver teringsbelasting). Deze winst, zooals zij blijkt uit de begrootingen, verhoogde de Commissie met de vergoedingen, die de Be drijven als retributio of recognitie aan de Gemeente betalen, daar zij meent dat deze bedragen de winst die de gemeente uit die be drijven afvraagt. De winst op de bedrijven (Electriciteitsbe- drijf, Gasbedrijf, Drinkwaterleiding) bedroeg in totaal op de begrooting van 1914 f 336.00Ó (per inwoner f 4.72) op de begrooting van 1922 totaal f 289.000 ,of f 19 per inwoner op de begrooting van 1924 f 718.000 of f 8.91 per inwoner op de begrooting 1925 f828.000 of f 10.29 per inwoner; op de begrooting 1926 f 761.00 of f 9.46 per inwoner. De belastingen, plus de winst uit de bedrij ven, gaven alzoo een druk per inwoners van f 20 in 1914 van f 59.57 in 1922 van f 53.39 in 1924 van f 57.06 in 1925 van f 57.64 voor 1926. In een andere bijlage wordt aangegeven, welke bedragen- op indirecte wijze geheven worden (Batig saldo. Winst Bedrijven On voorziene Uitgaven) en hoeveel uit dezen hoofde meer werd ontvangen dan in 1914. Wanneer over deze meerdere bedragen niet beschikt was geworden dan zou aan belastingen moeten zijn opgebracht in 1922. Bedrag te heffen belastingen f 3.939.999. Op indirecte wijze geheven 208.000. De Commissie zou aan deze cijfers <Je volgende conclusie willen verbinden. Het Electriciteits-, gas- en het Duin waterleiding-bedrijf keern gezamenlijk rond f 146.000.aan den Incassodienst uit. welk Bedrag de Commissie aanmerkelijk hoog voorkwam in vergelijking met de be sparingen, die de respectievelijke bedrijven konden calculeeren. De commissie wil ook hier wijzen op het salaris der boden, dat f 2300,bedraagt, waarbij nog komt het kindersuppletieloon en de vacantietoeslag voor de betrokkenen. Daar de Commissie gebleken is, dat de wisselloopers van banken hier ter stede pl. m. f 1560.verdienen, terwijl zij veelal grootere bedragen innen, en dus grootere verantwoor delijkheid dragen, blijkt cok hieruit, dat he personeel der Gemeente Haarlem een uit- zonderings-positie inneemt ten aanzien van haar arbeidsvoorwaarden. loonen, die de Overheid dient te betalen. Maar ook dit criterium geeft de Commissie aanleiding tot de opmerking, dat tal van ambtenaren en werklieden, h.i. te hoog wor den beloond. Hoewel het haar bekend is, dat voor het jaar 1925 geen vacantie-toeslag is uitgekeerd aan ongehuwden (geen kostwinners) en aar gehuwden, wier salaris (grondsalaris) of jaai- loon meer dan f 2.900, bedraagt, is zij van oordeel, dat het niet toekennen van dezen toeslag de wijziging, die in de economische verhoudingen in particuliere bedrijven is in getreden, in geen enkel opzicht voldoende weergeeft. Zij geeft als hare zienswijze te kennen dat het haar noodzakelijk voorkomt dat zoo spoedig mogelijk een algemeene, herziening der salarissen wordt doorgevoerd. De afvloeiing van 66 personen op een to taal van 1680 personen, dus 4 acht de Commissie een onvoldoende inkrimping van gemeentepersoneel. De jaarwedden, die aan tal van ambtenaren ter Secretarie worden toegekend, komen: Commissie hoog voor in verband met de werkzaamheden, die verbonden zullen zijn aan hun functie. Zoo bereiken de salarissen van Com miezen niet hoofd eener afdeeling eer- hoogte van f 3700.—, terwijl adjunct-commie zen meermalen een salaris van f 3000.ver dienen een aantal klerken hebben jaar wedden van f 2200.—, f 2300,— en zelfs f 2400,—, terwijl tenslotte adjunct-klerken f 1700,als maximum verdienen. De Commissie is van oordeel, dat in par ticuliere ondernemingen aan overeenkomstige functionarissen salarissen worden betaald, die aanzienlijk lager 2ijn dan de hier genoemde f 4.147.000.— Per inwoner f 52.60 in 1924 Bedrag te heffen belastingen f 3.583.000. Op indirecte wijze geheven 660.000. f 4.243.000.— Per inwoner f 52.67 fn 1925 Bedrag te heffen belastingen f 3.763.000.- Op indirecte wijze geheven 550.000. f 4.313.000.— Per inwoner f 53.60 En daar in 1914 per inwoner f 15.28 be- ihsting werd geheven, is derhalve het bedrag geworden in percenten van 1914 in 1922 in 1924 in 19Z* 344% 344% 350°» Dat de Gemeente in 1922 genoodzaakt was haar inkomen op te voeren tot 3% maal zooveel als in 1914, is een gevolg van tal van factoren, die niet alleen voor deze Gemeen te, doch voor alle Gemeenten golden en in meerdere of mindere mate is deze verhou ding dan ook bij de overige'gemeenten, die met Haarlem op één lijn kunnen worden gesteld, aan te treffen. Waar echter 1922 als een hoogtepunt mag worden beschouwd en sinds dien de levens standaard en de prijzen van vrijwel alle ar tikelen gedaald zijn, had, naar het oordeel der Commissie, ook verwacht mogen wor den, dat deze daling hare weerspiegeling had gevonden in de uitgaven der gemeente en dus ook in net bedrag van de inkomsten noodig, om die uitgaven te dekken. Dit nu blijkt niet het geval. Niet alleen, dat de uitgaven niet gedaald zijn, wat op zichzelf reeds in verband met het prijsniveau, een stijging beteekent maar zij zijn zelfs nog in geringe mate toegenomen. De Commissie acht dit in hooge mate be denkelijk en wenscht er met nadruk op te wijzen, dat, naar haar meening, van een be zuiniging van beteekenis, dan ook geen sprake is geweest. Heeft de Commissie hiermede, naar hare meening, duidelijk aangetoond, dat de Ge meentelijke huishouding zeer zware lasten legt op de burgerij lasten, die nog zelfs hooger zijn dan het maximum, dat in de cri sisjaren moest worden opgebracht zij voegt hier nog aan toe een vergelijkend overzicht van den schuldenlast van Haar lem en de bedragen, die jaarlijks noodig zijn voor rente en aflossing. Hoewel dit staatje aantoont, dat tenge volge van regelmatige aflossing de schul denlast afneemt, hetgeen trouwens van zelf spreekt, daar de periode van het slui ten van leeningen voor allerlei crisismaatre gelen als afgesloten mag worden beschouwd, blijkt toch, dat de schuldenlast per hoofd van bevolking circa f 220, bedraagt, hetgeen f 900 per gezin beteekent. Is dit bedrag reeds op zichzelf onrustba rend hoog, het feit, dat, ook in verhouding tot andere gemeenten, Haarlem in dit op zicht tot één der hoogste in ons land be hoort, stemt tot ernstig nadenken. De Commissie wil niet nalaten, op het zeer aanzienlijke risico te wijzen, dat voort vloeit uit de verplichtingen, die de gemeen te heeft aangegaan ten aanzien der woning bouwverenigingen. Ontvangt nu reeds het Gemeentelijk Wo ningbedrijf een uitkeering uit de gemeente kas van f 158.000, tot goedmaking van het nadeelig saldo van dien dienst, de Commis sie is overtuigd, dat de aansprakelijkheid die de Gemeente tegenover het Rijk en an dere geldgevers op zich heeft genomen, aan zienlijke offers met zich zal brengen. Zoodra een verlaging der huren zal intre den en haren nadeeligen invloed zal hebben doen gelden op de exploitatie rekening der verschillende bouwvereenigingen, zal de Gemeente ongetwijfeld het nadeelig saldo van haren Woningdienst in sterke mate zien stijgen. De Commissie teekent hierbij aan, dat de Gemeente zich bovendien aansprakelijk heeft gesteld voor een aantal geldleeningen aan Woningbouwverenigingen, tot een ge zamenlijk bedrag op 1 Januari 1925 van ruim f3.00.000. Zij is dan ook van oordeel, dat deze ver schillende factoren, die mettertijd de finan cieele positie van Haarlem zeer ongunstig zullen kunnen beïnvloeden, reeds thans een aanleiding moeten zijn, om het budget der Gemeente aanmerkelijk te doen dalen on der de maximale cijfers, die het momenteel kenmerken. Slechts indien aan deze voorwaarde zal voldaan zijn, zal de financieele draagkracht weer zoodanig zijn, dat zij indien noodig eenigen weerstand kan bieden, hetgeen thans uitgesloten moet wiprden geacht. Tenslotte acht de Commissie het hare taak verschillende uitgaven aan te stippen, waarop naar hare meening bezuinigd dient te worden. De Commissie wijdt aandacht aan de sa- larispolitiek. Zij zegt De Commissie stelt voorop, dat naar haar meening de financieele toestand der Ge meente op zichzelf geen reden mag zijn loonsverlaging voor haar personeel in te voe ren, als de salarieering redelijk kan worden geacht het zijn de loonen in vergelijkbare vakken in het particuliere bedrijf, die een richt»*»oer meat"» tuin voor da ««tarissen en maxima, terwijl zelfs de minima, althans voo; de lagere rangen der ambtenaren, een be hoorlijke vermindering welvoeglijk zouden kunnen ondergaan. Ook de jaarwedden van controleurs en boden resp. f 2400,a f 2500, en f 2200,— a f 23000,— wijken zeer bedui dend af van hetgeen dergelijke personen in het vrije bedrijf plegen te verdienen. In dit verband moet rekening worden ge houden met het kinder supplet'ieloon en den vacantietoeslag, die door alle, daarvoor in aanmerking komende ambtenaren wordt ge noten. Om nog aan te toonen, hoe de gemeente Haarlem haar lagere ambtenaren zelfs nog hooger salarieert dan het Rijk, verzamelde de Commissie verschillende gegevens r die zij meedeelt. De zeer bevoorrechte positie van het Ge meente-personeel springt nog meer "in het oog, als wij bedenken, dat Haarlem ook de volle pensioenpremie betaalt, zonder ook maar iets daarvan op haar ambtenaren te verhalen, hetgeen wel geschiedt door het Rijk, tal van gemeenten en andere publiek rechtelijke instellingen, terwijl daarenboven het kindersuppletieloon en de vacantie toeslag het salaris van tal van ambtenaren nog aanmerkelijk doen toenemen. Ook tegen de jaarwedden en bezoldigingen van het politie-persöneel tornt het rapport op De commissie waarschuwt tegen het steeds meer overhevelen van de zorg voor de kin deren van de ouders naar de Gemeentelijke Overheid en wijst op de uitbreiding van den schooltandartsendienst. De Commissie meent, dat slechts indien geen of onvoldoend medische behandeling van het schoolkind een gevaar oplevert voor de andere kinderen (hoofdzeer, besmettelijke ziekten e.d.), de Overheid zich geroepen moet voelen om in te grijpen, doch dat het niet aangaat het gebit van een aantal kinderen voor rekening der belastingbetalers te laten verzorgen, zelfs als is toe te geven, dat door tijdige behandeling ziekten der spijsverte ringsorganen zijn te voorkomen. Wel kan de Gemeente er toe medewerken, dat de ouders in dit opzicht hun plichten beter nakomen door hare medewerking te verleenen aan een doelmatige voorlichting. Een vergoeding van f 60 voor het gebruik van eigen rijwiel vondt de commissie ruim berekend. In particulieren dienst wordt f 30 gegeven en de commissie meent dat dit voldoende is. De uitgaven voor onderwijs behooren tot de meest belangrijke onzer gemeente. Op de begrooting voor 1925 wordt niet minder dan een bedrag van f 1.129.000. als nadeelig slado aangetroffen, dus na aftrek van alle ontvangsten (schoolgeld e.d.). In 1924 bedroeg het nadeelig saldo van het Hoofdstuk f 1.127.000. Per inwoner werd voor het onderwijs res pectievelijk betaald f 14.03 en f 13.99, d.i. rond 30 van hetgeen per inwoner aan be lasting wordt betaald. De commissie acht het dan ook onbegrij pelijk, hoe de Gemeente onder deze omstan digheden ertoe heeft kunnen besluiten van de Rijkssubsidie afstand te doen, teneinde haar eigen salarisregeling te kunnen handhaven te meer, waar de Haarlemsche belastingbe talers uiteraard verplicht blijven in hun Rijksbelasting mede te betalen aan deze subsidies, die het Rijk aan andere Gemeen ten uitkeert. De Commissie erkent gaarne, dat goed on derwijs een gemeente-belang is, maar zij be twijfelt, of inderdaad het belang van het onderwijs hier ter stede ernstig geschaad zou worden door een korting op de jaarwed den van het onderwijzend personeel, die hen in dezelfde omstandigheden plaatst als het overgroote deel hunner collega's in Ne derland. De Commissie vraagt zich tevens met ver bazing af, welke normen voor de salarieering worden aangelegd, waar zij op de begroo ting voor een leeraar in lichamelijke opvoe ding een jaarwedde vindt uitgetrokken van f 8800. Met waardeering maakt zij melding van de in 1924 tot stand gekomen afvloeiing van onderwijzend personeel, waarbij zij opmerkt dat o.m. een financieel nadeel van het af wijzen der Rijkssubsidie is, dat bedoeld per soneel, hetwelk grootendeels in het bezit is van 70 wachtgeld, nooit gedwongen kan worden tot het aanvaarden van een soortgelijke betrekking in een andere ge meente, zoodat het ongetwijfeld zeer lan gen tijd voor wachtgeld in aanmerking zal blijven komen. H^t komt de Commissie dan ook voor» dat de gemeente onverwijld die stappen zal moeten doen, welke noodig zijn om alsnog in het bezit der Rijkssubsidie te geraken, zulks in het belang der financieele positie van Haarlem. De Commissie constateerde, dat de kos ten van ziekenverpleging, ook indien men rekening houdt met de boeking van het subsidie aan het St. Elisabeth's Gasthuis, niet onbelangrijk zijn gestegen. Betreffende den post steun aan werkloo- zen zegt de Commissie. Ook betreffende deze uitgave, heeft de gemeente een regeling getroffen, die voor de belanghebbenden gunstiger is dan de Rijksregeling. Dat het een andere categorie „belanghebbenden" de werkgevers door dit optreden moeilijk wordt ger- maakt om de werkloozen tot arbeid te be wegen tegen de algemeen geldende loonen, is een feit, waarop hier nog wel eens de aan dacht mag worden gevestigd. De Commissie is van meening, dat de tijdsomstandigheden van dien aard zijn, dat er van abnormale crisiswerkloosheid geen sprake meer is, maar dat er werkloo zen worden gekweekt door de huidige on gezonde steunverleening. Achtereenvolgens worden 'dan nog de verschillende bedrijven besproken. Over den Incassodienst wordt het volgende ge zegd Vrijdagmiddag heeft in een der zalen van het Departement van Financiën, Minister Cc lijn de Bezuinigingscommissie geïnstal leerd, die onder voorzitterschap van luit- generaal Pop, oud-minister van oorlog, lezer dagen werd ingesteld Sinds de oprichting meer dan 5000 menschen gered. Verschenen is het geïllustreerde verslag >ver 1924 der Noord- en Zuid-Hollandsche iedding Maatschappij. Het doel dezer •laatschappij, die 11 November 1924 haar 100-jarig bestaan heeft herdacht, is, het beschikbaar stellen van geschikte middelen op een aantal kustplaatsen ten einde de kustbewoners in staat te stellen pogingen tot redding van schipbreukelingen aan te wenden. In overeenstemming met haar doel stichtte en onderhoudt de Maatschappij, uit eigen middelen, reddingsstations op 28 plaat sen langs de kust, voorzien van 36 reddings vaartuigen (waaronder 7 motorbooten) en 20 vuurpijltoestellen. Met de middelen der Mij. werden, sinds de oprichting, meer dan 5000 menschen gered. In het verslag werdt met dankbaarheid vermeld, dat de Redding Mij. gedurende het jaar 1924 niet door rampen werd ge troffen. De hulp der reddingsbooten werd in een twintigtal gevallen, die in het verslag nader worden omschreven, ingeroepen en verleend. De vergoedingen voor deelname aan oefeningen hebben in 1924 6273,06 bedragen. Aan premies werd in genoemd jaar, waarin geen belangrijke reddingen zijn geschied, 976.20 uitgekeerd. Aan oud-schippers en oud-roeiers van reddingsbooten eri aan de weduwen werd een bedrag van 7668.57 uitbetaald. Op verzoek der Redding Mij. wordt door het bestuur van het Carnegie-Heldenfonds thans bovendien 2236 per jaar aan oud schippers, oud-roeiers of hun weduwen uit gekeerd. De exploitatierekening van het jaar 1924, sluitend met een bedrag van 78.734.95, vertoont een nadeelg saldo ad 17.492.4214. De interpellaties. Op de agehde voor de Dinsdag 13 Octo ber te houden vergadering van de Tweede Kamer staat als eerste punt van behande ling het drietal interpellaties, aangevraagd door de leden Kleerekoper, Vliegen en Lo- vink, resp. over het standpunt der Regee ring, ten aanzien van de voorzieningen die door de stormramp van 10 Augustus voor verschillende gemeenten noodig zijn gewor den, over dé afgraving van den St. Pieters berg, en over de wijzigingen van het Duit- sche tarief. Daarna komt het bioscoop-ontwerp aan de orde. Naar wij vernemen, doch onder voorbe houd meedeelen, is eerlang de benoeming te verwachten van dr. E. B. F. F. baron AKKERS zal voorstellen, niet voor 1927 tegemoet ge zien worden. Een spoedvergadering van de Commissie voor Georganiseerd Overleg. Vrijdagmiddag had te Den Haag de ver gadering plaats van de Centrale van Over heidspersoneel, vertegenwoordigd in de Centrale Commissie voor Georganiseerd Overleg in Ambtenarenzaken, welke bijeen was geroepen, door het C. N. O. P. ter be spreking van de door de centrales aan te nemen houding tegenover het standpunt van de regeering inzake de uitkeering aan het Rijkspersoneel, Aanwezig waren vertegenwoordigers van de Centrale van Hoogere Ambtenaren, de R. K. Centrale, de Centrale van Veree- nigingen van Personeel in 's Rijks dienst en van het Comité van Neutraal Overheids personeel. De Centrale van Christelijk Overheids personeel had bericht van verhindering ge zonden, terwijl van het A. C. O. P. mede- deeling ontvangen was, dat het geen aan leiding kon vinden aan de besprekingen deel te nemen. Staande de vergadering werd namens de vier aanwezige Centrales een spoedverga dering van de Centrale Commissie aange vraagd, waarop mededeeling van der. heer Kan, voorzitter der Centrale Commissie, werd ontvangen, dat hij bereid was de aan gevraagde vergadering te beleggen op Maan dag a.s. des middags te 3.30 uur. Eén vervolgvergadering van, de Centrales werd voorloopig vastgesteld op ^s. Woens dagmiddag 2 uur. eSdert eenige dagen wordt de koopman J. Z. te sAsen, vermist. Een Chinees voor f 450 opgelicht. Donderdagmiddag meldden twee Amster- damsche kooplieden zich in het café van den Chinees Zee Shi Shai te Rotterdam aan de Veerlaan. Zij vertelden een groote partij opium te koop te hebben, doch dan moest de Chinees meegaan naar de stad. Deze gaf aan het verzoek gevolg en nam zijn knecht mee. Het viertal begaf zich in de lunchroom van de firma H.. omdat een der kooplieden nog op een telefoongesprek moest wachten. Dit gesprek werd na ongeveer één uur tijds gevoerd. Na het gesprek verwijderde de Chinees zich met een der kooplieden. De knecht met den anderen Amsterdammer zou den echter blijven wachten. Maar toen na enkele uren de Chinees nog niet terugge keerd was, was de knecht het wachten moe en vertrok. De Amsterdamsche koopman, die zoolang had gewacht, vertrok eveneens. Later bleek, dat de Chinees door den eersten koopman, die zich met hem verwijderd had, naar een pand in de Ammanstraat gegaan was. De koopman had daar kans gezien van den Oosterling een bedrag van 450.los te krijgen om daarvoor opium te leveren. Later is gebleken, dat de Chinees Z. het slachtoffer is geworden van tweetal sluwe oplichters. Mislukte poging tot berooving. Vrijdagmorgen is met den trein uit Eind hoven te Rotterdam aangekomen de Duit- sche artist H., op zijn doorreis naar Amster dam, waar hij Vrijdagavond in „Mille Colon nes" moest optreden. Toen de trein stilstond en de artist zich even ophield voor het ven ster van de coupé, greep een medereiziger hem van achteren aan, terwijl hij de hand in Den 14en October viert de Eerw. Zuster Maria Aguina (in de wereld Catharine Bonfrer), een Haarlemsche van geboorte, haar zilveren professiefeest. Zuster Aguina is thans werkzaam aan de St. Lucia-bewaar- school in het Schoterkwartier, alhier. dat zijn rijwiel voor een zacht prijsje te koop aanbood. Het zaakje kwam den heer K verdacht genoeg voor, om de politie te laten waarschuwen, middelerwijl hij den klant voor alle zekerheid aan de praat hield. Spoe dig verscheen een rechercheur, die het jong- mensch meenam naar het politiebureau. Daar deelde de man mede, dat zijn naam K. V. was. Hij was boomkweeker te Twello bij Deventer en had uit geldnood zijn rijwiel te gelde moeten maken. Bij informatie te Deventer bleek, dat 's mans naam genoemd werd in verband met een te Almelo gepleegde inbraak, waarbij ook een rijwiel gestolen was. Opnieuw in verhoor genomen, bekende het jongmensch, het rijwiel te hebben gestolen. Tevens bleek, dat hij nog meer op zijn kerfstok heeft en o. m. van oplichting in den Haag gepleegd, verdacht wordt. Twee personen aangehouden. Een expediteur, wonende aan de Stroo- markt te Amsterdam, is door de politie aangehouden, wegens diefstal en verduistering' van een voorraad fluweel ter waarde van eenige honderden guldens. In verband hiermede heeft de politie een familielid van den expediteur wegens heling aangehouden. Een vreemde toestand te Venlo Donderdagochtend was de toegangsweg van den Kaldenkerkerweg af naar het station te Venlo versperd voor auto's en lastwagens. Twee wit en rood geschilderde I ijzeren palen, verbonden met een ketting, beletten den toegang voor alle rijverkeer. Van de stad uitkomende was de toegang niet versperd, doch juist daardoor ontstonc stagnatie.... Wat was de oorzaak dezer belemmering De Nederlandsche Spoorwegen hebben den stationneerenden autohouders in overwe ging gegeven een bepaalde huur te bepalen, waartegen van de zijde der autohouders be zwaar is gemaakt. De Kantonrechter ontzegde den Spoor wegen het recht huur te vragen. Aangemoedigd «door deze uitspraak, ble ven autoverhuurders zich stellen op het standpunt van vrije standplaatsen, wat ruim een jaar bestendigd bleef. Na herhaalde aan bieding van een huurcontract van de zijde der Spoorwegen wenschten zij geen con tract te teekenen. Hierop gingen de spoorwegen tot de barri- cadeeringsmaatregelen over. Intusschen werd van verschillende zijden pressie op de spoorweg-autoriteiten uit geoefend, om deze hinderlijke verkeers obstakels uit den weg te ruimen. Vrijdagochtend zijn hierop de belemmerin gen voor het station verwijderd, palen en kettingen en verdere hindernissen waren opgeruimd. Daarmede is dus de gewone toestand op het voorplein hersteld. Het is intusschen niet zeker, dat de maatregel niet later nog eens herhaald zal worden. Wittert van Hoogland, thans voorzitter van den Raad van Arbeid te 's-Gravenhage, tot opvolgfer van dr. D. A. P. N. Kooien als voorzitter van den Centralen Raad van Beroep. Onze zegsman wist nog voorts mee te dee len, dat het in het voornemen zou liggen, den heer mr. T. Verschuur, voorzitter van den Raad van Arbeid te Breda, in gelijke functie te benoemen te 's-Gravenhage. zoo dat de waarschijnlijkheid, dat het Bredasche raadsgebied en dat van Roosendaal een zul len worden, niet kleiner wordt. („Volkskr.") Een viertal deskundigen in den lande, le den der jury, wier samenstelling nog niet of ficieel bekend is, heeft dezer dagen een be zoek gebracht aan Tubbergen, en de plaats op den Esch, waar het Dr. Schaepman- monument zal verrijzen, zeer geschikt be vonden. Naar het oordeel der heeren kan de onthulling van het monument, dat een hoogte van plm. 15 meter zal hebben en waarvan het beeld den tfrooten Tubbertfenaar in toog den zak van den artist stak met de bedoe ling, diens portefeuille te rollen. Dit is ech ter niet gelukt. Op het hulpgeroep van H. is de aanrander de coupé doorgeloopen en heeft een goed heenkomen gezocht. De in tusschen toegesnelde politie slaagde er niet in, hem te pakken. Donderdag belde te Rotterdam de heer A. H. de Gr. de ververij en stoomerij van de firma P. op, met verzoek een costuum te laten halen dat opgeperst moest worden. On middellijk verscheen iemand ten huize van den heer De G. met verzoek het costuum mede te geven, hetgeen geschiedde. Kort daarop verscheen opnieuw iemand om het costuum te halen. Deze laatste bleek inder daad een bediende van de firma P. te zijn, zoodat de heer De G. het slachtoffer is ge worden van een oplichter. Woensdag kwam bij den rijwielhandelaar Kale te Deventer een onbekend ionemensc!^ IJMUIDEN, 9 Oct. Heden waren aan e markt de vangsten van II stoomtrawlers. De prijzen waren als volgt Tarbot f 1.350.95, tongen f 2.101.60 per kg griet f 4824, gr. schol f 4239, zetschol f3631, kl. schol f 2013, f 144.40, scharren f 225 per 50 kg roggen f 279.50 per hoop vleet f 2.20 1.40 per stak; makreel f.3029, pieter man poon f 95, gr. schelvisch f 27.5022, mid. schelvisch f 2317, kl. midd. schel visch f 158.50, kl. schelvisch f 10.506.40 'per 50 kg kabeljauw f, 5645 per 125 kg gullen f 1713.50, kl. gullen f 73.70, wij ting f 5.502.70 per 50 kg. IJMUIDEN, 9 Oct. Heden kwamen van de haringvisscherij hier binnen de stoomlog- ger IJ.M. 33 (Jhr. Carel Herman van den Brandeler.) met 22 last de zeilloggers IJ.M. 11 (P. J. van Leeuwen) met 18 last en K. W. 108 (Noord-Brabant) met 21 last pekelharing. Geveildwerden de ladingen van den motorlog- ger K. W. 128 (Tonijn) met f 6060 en van de zeilloggers K. W. 62 (Concordia Constans) met f 2640 en IJ.M. 270 (Hendrika) met f 4174 aan besomming. Voorts de vangsten van de Britsche stoomdrifters P. D. 156 (Vine) en IJ. M. 471 (Ocean Swell) met resp. f 2028 en f 1733 aan opbrengst Van de treilvisscherij kwamen heden hier binnen de stoomtreilers IJ.M. 129 (Sham rock) met f 2601 IJM. 119 (Mies en Truus) met f 2559 IJM. 326 (Hibernia) met f 2287; IJM. 101 (Gerbrig) met f 2606 IJM. 126 (Derika X) met f 2626 IJM. 196 (Hercules) met f 3340 IJM. 81 (Luitenant Generaal de Beer van Portugal) met f 656 IJM. 238 (Johanna Maria) met f 1718 IJM. 316 (Ge rard) met f 2995 IJM. 57 (Union) met f 1853 IJM. 64 (Penelope) m»t f 1547 aan besommin»

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1925 | | pagina 5