1
METIóD
gflIEUWS
UWE mm ym aECOmmOSlKflP vu
De Haarlemsche Gemeentebegrooting
onder de loupe:
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT.
Tweede Blad Zaterdag 10 October 1925
Een adres van de Ned. Maatschappij van Nijv.rheid
en Handel.
8 Octoberfeesten te Alkmaar.
De kinderoptocht.
De Bezuinigingscommissie.
Noord- en Zuid-Hollandsche
Redding-Mij.
De a.s. vergadering van de
Tweede Kamer.
De nieuwe voorzitter van den
Centralen Raad van Beroep.
KLOOSTERBALSEM
beproefd bij wonden,
huiduitslag, kloven,
springende handen,^
wintervoeten
De nooduitkeering aan het
Rijkspersoneel.
Koopman te Assen vermist.
Zij hadden opium te koop.
Een artist in den trein
aangevallen.
Zilveren Proressiefeest.
Diefstal en heling van fluweel.
Spoorwegen contra
Autobushouders.
S Octoberfeestefi te Alkmaar.
*3 AA® km
VQmx&Mm GEMOOüTE NEEM
1 I
Hygiënisch (machinaal) melken werd in 'den optocht vertoond.
Dr. Schaepman-monument.
Niet opgeperst maar.
opgelicht.
Er'in gevlogen.
Door de afd. Haarlem van de Ned. Maat
schappij van Nijverheid en Handel is een
adres gezonden aan de leden van den Haar-
lemschen gemeenteraad, waarin wordt mede
gedeeld dat een commissie uit het departe
ment een onderzoek heeft ingesteld naar de
begrooting van de gemeente Haarlem. Het
rapport dier commissie is vertrouwelijk aan
B.en W. der gemeente Haarlem aangeboden.
Met dit rapport is in de begrooting 1926
geen rekening gehouden meent het deprrie-
ment. Weshalve zij zich nu met dat rapport
tot de raadsleden wendt.
Aan het adres ontleenen wij het volgende
Het bestuur van het Departement „Haar
lem" der Nederlandsche .Maatschappij voor
Nijverheid en Handel heeft met belangstel
ling kennis genomen van de Ontwerp-Be-
grooting van Inkomsten en Uitgaven der
Gemeente Haarlem voor het jaar 1926 en
geconstateerd, dat ook thans, in stede van
een vermindering van 'lasten, niet alleen de
druk der gemeentelijke huishouding con
stant is gebleven, maar zelfs wederom is toe
genomen.
Wij vinden hierin aanleiding Uwen Raad
mede te deelen, dat wij reeds met geruimen
tijd met bezorgdheid vervuld zijn voor den
financieelen toestand van Haarlem en mits
dien in 1924 een commissie hebben opge
dragen een onderzoek in te stellen naar den
omvang der lasten, welke de gemeente-huis
houding aan de belastingbetalers oplegt, om
voorts na te gaan, op welke wijze die lasten
Zouden kunnen worden verlicht.
Het rapport dier commissie waarmede ons
Bestuur zich volkomen heeft kunnen vereeni
gen, werd reeds bij schrijven van 16 Juni
1925 vertrouwelijk aan Burgemeester en
Wethouders der Gemeente Haarlem aange
boden.
Daar echter uit de Ontwerp-begrooting
voor het jaar 1926 niet blijkt, dat met de in
dit rapport geuite wenschen rekening is ge
houden, en het huidige, te hooge peil der
uitgaven niet gehandhaafd kan blijven, veroor
loven wij ons Uw College een exemplaar van
het rapport met bijlagen te doen toekomen.
Wij hebben daaraan nog een afzonderlijke
bijlage toegevoegd, waarin het cijfermateriaal
dat in het rapport verwerkt is, wordt aange
vuld met de overeenkomstige cijfers voor
het jaar 1926.
Uit een en ander zal U o.m. blijken, dat
le. het bedrag, dat blijkens raming de
gemeente-huishouding noodig heeft, weder
om gestegen is van f 4.313.000, in 1925
op f 4.649.000, in 1926.
2e. de schuldenlast der gemeente geste
gen is van f 17.776.000.- in 1925 tot
f 18.752.000.- in 1926 of per inwoner van
f 220.94 in 1925 tot f 233.07 in 1926.
Tot zoover het adres van den Raad. Aan
het Rapport zelf ontleenen wij de volgende
bijzonderheden x
De Commissie heeft zich bij haar onder
zoek laten teiden door den volgenden gedach-
tengang. Alvorens met klem te kunnen aan
dringen op bezuiniging in de Gemeentelijke
huishouding, dient het Gemeentebestuur
overtuigd te worden van de noodzakelijk
heid dier hezuiniging. Deze taak lijkt de
Commissie tenminste even belangrijk als
het aanwijzen der bezuinigingsobjecten zelve.
In tegenstelling toch met vele andere
Gemeenten (o.m. Schiedam) heeft Haarlem
sluitende begrootingen en heeft bij het Ge
meentebestuur de meening postgevat, dat
de financieele toestand van Haarlem niet
slecht is. De Burgemeester verklaarde o.m.
in zijn Nieuwjaarsrede (opi7 Jan. 1925)
„De financieele positie van onze Gemeente
dé begrooting voor 1925 wijst het uit
vertoont allerminst een somber beeld".
Het Gemeentebestuur zal dus overtuigd
moeten worden van de noodzakelijkheid de
belastingen te verlagen, waaruit noodwendig
verlaging der uitgaven zal moeten voort
vloeien.
De Commissie verzamelde allereerst daar
om vergelijkende cijfers van de belastingen
en andere heffingen uit de begroetingen.
Op de begrooting van 1914 werd aan op
brengstder belastingen geraamd op f 1.088.000
of f 15.28 per inwoner op de begrooting
van 1922 een bedrag van f 3.939.000 of
1924 f 49.96 per inwoner op de begroo
ting van f 3.583,000 of f 44.48 per inwoner
op de begrooting van 1925 f 3.763.000 of
f 46.77 per inwoner op de begrooting 1926
f 3.877.000 of f 48.18 per inwoner.
De commissie merkt hierbij op
Deze cijfers geven echter geen volledig
inzicht in de financieele lasten, welke druk
ken op Haarlem's inwoners.
Een niet onaanzienlijke winst wordt ge
maakt op meerdere der gemeentelijke bedrij
ven, welke winst wordt aangewend in de ge
meentelijke huishouding en dus het karak
ter heeft van een indirecte belasting (ver
teringsbelasting). Deze winst, zooals zij
blijkt uit de begrootingen, verhoogde de
Commissie met de vergoedingen, die de Be
drijven als retributio of recognitie aan de
Gemeente betalen, daar zij meent dat deze
bedragen de winst die de gemeente uit die be
drijven afvraagt.
De winst op de bedrijven (Electriciteitsbe-
drijf, Gasbedrijf, Drinkwaterleiding) bedroeg
in totaal op de begrooting van 1914 f 336.00Ó
(per inwoner f 4.72) op de begrooting van
1922 totaal f 289.000 ,of f 19 per inwoner
op de begrooting van 1924 f 718.000 of f 8.91
per inwoner op de begrooting 1925 f828.000
of f 10.29 per inwoner; op de begrooting
1926 f 761.00 of f 9.46 per inwoner.
De belastingen, plus de winst uit de bedrij
ven, gaven alzoo een druk per inwoners van
f 20 in 1914 van f 59.57 in 1922 van f 53.39
in 1924 van f 57.06 in 1925 van f 57.64
voor 1926.
In een andere bijlage wordt aangegeven,
welke bedragen- op indirecte wijze geheven
worden (Batig saldo. Winst Bedrijven On
voorziene Uitgaven) en hoeveel uit dezen
hoofde meer werd ontvangen dan in 1914.
Wanneer over deze meerdere bedragen
niet beschikt was geworden dan zou aan
belastingen moeten zijn opgebracht in
1922.
Bedrag te heffen belastingen f 3.939.999.
Op indirecte wijze geheven 208.000.
De Commissie zou aan deze cijfers <Je
volgende conclusie willen verbinden.
Het Electriciteits-, gas- en het Duin
waterleiding-bedrijf keern gezamenlijk
rond f 146.000.aan den Incassodienst uit.
welk Bedrag de Commissie aanmerkelijk
hoog voorkwam in vergelijking met de be
sparingen, die de respectievelijke bedrijven
konden calculeeren.
De commissie wil ook hier wijzen op het
salaris der boden, dat f 2300,bedraagt,
waarbij nog komt het kindersuppletieloon en
de vacantietoeslag voor de betrokkenen.
Daar de Commissie gebleken is, dat de
wisselloopers van banken hier ter stede pl. m.
f 1560.verdienen, terwijl zij veelal grootere
bedragen innen, en dus grootere verantwoor
delijkheid dragen, blijkt cok hieruit, dat he
personeel der Gemeente Haarlem een uit-
zonderings-positie inneemt ten aanzien van
haar arbeidsvoorwaarden.
loonen, die de Overheid dient te betalen.
Maar ook dit criterium geeft de Commissie
aanleiding tot de opmerking, dat tal van
ambtenaren en werklieden, h.i. te hoog wor
den beloond.
Hoewel het haar bekend is, dat voor het
jaar 1925 geen vacantie-toeslag is uitgekeerd
aan ongehuwden (geen kostwinners) en aar
gehuwden, wier salaris (grondsalaris) of jaai-
loon meer dan f 2.900, bedraagt, is zij van
oordeel, dat het niet toekennen van dezen
toeslag de wijziging, die in de economische
verhoudingen in particuliere bedrijven is in
getreden, in geen enkel opzicht voldoende
weergeeft.
Zij geeft als hare zienswijze te kennen dat
het haar noodzakelijk voorkomt dat zoo
spoedig mogelijk een algemeene, herziening
der salarissen wordt doorgevoerd.
De afvloeiing van 66 personen op een to
taal van 1680 personen, dus 4 acht de
Commissie een onvoldoende inkrimping van
gemeentepersoneel.
De jaarwedden, die aan tal van ambtenaren
ter Secretarie worden toegekend, komen:
Commissie hoog voor in verband met de
werkzaamheden, die verbonden zullen zijn
aan hun functie.
Zoo bereiken de salarissen van Com
miezen niet hoofd eener afdeeling eer-
hoogte van f 3700.—, terwijl adjunct-commie
zen meermalen een salaris van f 3000.ver
dienen een aantal klerken hebben jaar
wedden van f 2200.—, f 2300,— en zelfs
f 2400,—, terwijl tenslotte adjunct-klerken
f 1700,als maximum verdienen.
De Commissie is van oordeel, dat in par
ticuliere ondernemingen aan overeenkomstige
functionarissen salarissen worden betaald,
die aanzienlijk lager 2ijn dan de hier genoemde
f 4.147.000.—
Per inwoner f 52.60
in 1924
Bedrag te heffen belastingen f 3.583.000.
Op indirecte wijze geheven 660.000.
f 4.243.000.—
Per inwoner f 52.67
fn 1925
Bedrag te heffen belastingen f 3.763.000.-
Op indirecte wijze geheven 550.000.
f 4.313.000.—
Per inwoner f 53.60
En daar in 1914 per inwoner f 15.28 be-
ihsting werd geheven, is derhalve het bedrag
geworden in percenten van 1914
in 1922
in 1924
in 19Z*
344%
344%
350°»
Dat de Gemeente in 1922 genoodzaakt
was haar inkomen op te voeren tot 3% maal
zooveel als in 1914, is een gevolg van tal van
factoren, die niet alleen voor deze Gemeen
te, doch voor alle Gemeenten golden en in
meerdere of mindere mate is deze verhou
ding dan ook bij de overige'gemeenten, die
met Haarlem op één lijn kunnen worden
gesteld, aan te treffen.
Waar echter 1922 als een hoogtepunt mag
worden beschouwd en sinds dien de levens
standaard en de prijzen van vrijwel alle ar
tikelen gedaald zijn, had, naar het oordeel
der Commissie, ook verwacht mogen wor
den, dat deze daling hare weerspiegeling had
gevonden in de uitgaven der gemeente en
dus ook in net bedrag van de inkomsten
noodig, om die uitgaven te dekken.
Dit nu blijkt niet het geval.
Niet alleen, dat de uitgaven niet gedaald
zijn, wat op zichzelf reeds in verband
met het prijsniveau, een stijging beteekent
maar zij zijn zelfs nog in geringe mate
toegenomen.
De Commissie acht dit in hooge mate be
denkelijk en wenscht er met nadruk op te
wijzen, dat, naar haar meening, van een be
zuiniging van beteekenis, dan ook geen
sprake is geweest.
Heeft de Commissie hiermede, naar hare
meening, duidelijk aangetoond, dat de Ge
meentelijke huishouding zeer zware lasten
legt op de burgerij lasten, die nog zelfs
hooger zijn dan het maximum, dat in de cri
sisjaren moest worden opgebracht zij
voegt hier nog aan toe een vergelijkend
overzicht van den schuldenlast van Haar
lem en de bedragen, die jaarlijks noodig zijn
voor rente en aflossing.
Hoewel dit staatje aantoont, dat tenge
volge van regelmatige aflossing de schul
denlast afneemt, hetgeen trouwens van
zelf spreekt, daar de periode van het slui
ten van leeningen voor allerlei crisismaatre
gelen als afgesloten mag worden beschouwd,
blijkt toch, dat de schuldenlast per hoofd
van bevolking circa f 220, bedraagt, hetgeen
f 900 per gezin beteekent.
Is dit bedrag reeds op zichzelf onrustba
rend hoog, het feit, dat, ook in verhouding
tot andere gemeenten, Haarlem in dit op
zicht tot één der hoogste in ons land be
hoort, stemt tot ernstig nadenken.
De Commissie wil niet nalaten, op het
zeer aanzienlijke risico te wijzen, dat voort
vloeit uit de verplichtingen, die de gemeen
te heeft aangegaan ten aanzien der woning
bouwverenigingen.
Ontvangt nu reeds het Gemeentelijk Wo
ningbedrijf een uitkeering uit de gemeente
kas van f 158.000, tot goedmaking van het
nadeelig saldo van dien dienst, de Commis
sie is overtuigd, dat de aansprakelijkheid
die de Gemeente tegenover het Rijk en an
dere geldgevers op zich heeft genomen, aan
zienlijke offers met zich zal brengen.
Zoodra een verlaging der huren zal intre
den en haren nadeeligen invloed zal hebben
doen gelden op de exploitatie rekening der
verschillende bouwvereenigingen, zal de
Gemeente ongetwijfeld het nadeelig saldo
van haren Woningdienst in sterke mate zien
stijgen.
De Commissie teekent hierbij aan, dat de
Gemeente zich bovendien aansprakelijk
heeft gesteld voor een aantal geldleeningen
aan Woningbouwverenigingen, tot een ge
zamenlijk bedrag op 1 Januari 1925 van
ruim f3.00.000.
Zij is dan ook van oordeel, dat deze ver
schillende factoren, die mettertijd de finan
cieele positie van Haarlem zeer ongunstig
zullen kunnen beïnvloeden, reeds thans een
aanleiding moeten zijn, om het budget der
Gemeente aanmerkelijk te doen dalen on
der de maximale cijfers, die het momenteel
kenmerken.
Slechts indien aan deze voorwaarde zal
voldaan zijn, zal de financieele draagkracht
weer zoodanig zijn, dat zij indien noodig
eenigen weerstand kan bieden, hetgeen
thans uitgesloten moet wiprden geacht.
Tenslotte acht de Commissie het hare
taak verschillende uitgaven aan te stippen,
waarop naar hare meening bezuinigd dient
te worden.
De Commissie wijdt aandacht aan de sa-
larispolitiek. Zij zegt
De Commissie stelt voorop, dat naar haar
meening de financieele toestand der Ge
meente op zichzelf geen reden mag zijn
loonsverlaging voor haar personeel in te voe
ren, als de salarieering redelijk kan worden
geacht het zijn de loonen in vergelijkbare
vakken in het particuliere bedrijf, die een
richt»*»oer meat"» tuin voor da ««tarissen en
maxima, terwijl zelfs de minima, althans voo;
de lagere rangen der ambtenaren, een be
hoorlijke vermindering welvoeglijk zouden
kunnen ondergaan. Ook de jaarwedden van
controleurs en boden resp. f 2400,a f 2500,
en f 2200,— a f 23000,— wijken zeer bedui
dend af van hetgeen dergelijke personen in
het vrije bedrijf plegen te verdienen.
In dit verband moet rekening worden ge
houden met het kinder supplet'ieloon en den
vacantietoeslag, die door alle, daarvoor in
aanmerking komende ambtenaren wordt ge
noten.
Om nog aan te toonen, hoe de gemeente
Haarlem haar lagere ambtenaren zelfs nog
hooger salarieert dan het Rijk, verzamelde
de Commissie verschillende gegevens r die
zij meedeelt.
De zeer bevoorrechte positie van het Ge
meente-personeel springt nog meer "in het
oog, als wij bedenken, dat Haarlem ook de
volle pensioenpremie betaalt, zonder ook
maar iets daarvan op haar ambtenaren te
verhalen, hetgeen wel geschiedt door het
Rijk, tal van gemeenten en andere publiek
rechtelijke instellingen, terwijl daarenboven
het kindersuppletieloon en de vacantie
toeslag het salaris van tal van ambtenaren
nog aanmerkelijk doen toenemen.
Ook tegen de jaarwedden en bezoldigingen
van het politie-persöneel tornt het rapport op
De commissie waarschuwt tegen het steeds
meer overhevelen van de zorg voor de kin
deren van de ouders naar de Gemeentelijke
Overheid en wijst op de uitbreiding van den
schooltandartsendienst.
De Commissie meent, dat slechts indien
geen of onvoldoend medische behandeling
van het schoolkind een gevaar oplevert voor
de andere kinderen (hoofdzeer, besmettelijke
ziekten e.d.), de Overheid zich geroepen moet
voelen om in te grijpen, doch dat het niet
aangaat het gebit van een aantal kinderen
voor rekening der belastingbetalers te laten
verzorgen, zelfs als is toe te geven, dat door
tijdige behandeling ziekten der spijsverte
ringsorganen zijn te voorkomen. Wel kan de
Gemeente er toe medewerken, dat de ouders
in dit opzicht hun plichten beter nakomen
door hare medewerking te verleenen aan een
doelmatige voorlichting.
Een vergoeding van f 60 voor het gebruik
van eigen rijwiel vondt de commissie ruim
berekend. In particulieren dienst wordt
f 30 gegeven en de commissie meent dat dit
voldoende is.
De uitgaven voor onderwijs behooren tot
de meest belangrijke onzer gemeente.
Op de begrooting voor 1925 wordt niet
minder dan een bedrag van f 1.129.000.
als nadeelig slado aangetroffen, dus na aftrek
van alle ontvangsten (schoolgeld e.d.).
In 1924 bedroeg het nadeelig saldo van het
Hoofdstuk f 1.127.000.
Per inwoner werd voor het onderwijs res
pectievelijk betaald f 14.03 en f 13.99, d.i.
rond 30 van hetgeen per inwoner aan be
lasting wordt betaald.
De commissie acht het dan ook onbegrij
pelijk, hoe de Gemeente onder deze omstan
digheden ertoe heeft kunnen besluiten van de
Rijkssubsidie afstand te doen, teneinde haar
eigen salarisregeling te kunnen handhaven
te meer, waar de Haarlemsche belastingbe
talers uiteraard verplicht blijven in hun
Rijksbelasting mede te betalen aan deze
subsidies, die het Rijk aan andere Gemeen
ten uitkeert.
De Commissie erkent gaarne, dat goed on
derwijs een gemeente-belang is, maar zij be
twijfelt, of inderdaad het belang van het
onderwijs hier ter stede ernstig geschaad
zou worden door een korting op de jaarwed
den van het onderwijzend personeel, die
hen in dezelfde omstandigheden plaatst als
het overgroote deel hunner collega's in Ne
derland.
De Commissie vraagt zich tevens met ver
bazing af, welke normen voor de salarieering
worden aangelegd, waar zij op de begroo
ting voor een leeraar in lichamelijke opvoe
ding een jaarwedde vindt uitgetrokken van
f 8800.
Met waardeering maakt zij melding van
de in 1924 tot stand gekomen afvloeiing van
onderwijzend personeel, waarbij zij opmerkt
dat o.m. een financieel nadeel van het af
wijzen der Rijkssubsidie is, dat bedoeld per
soneel, hetwelk grootendeels in het bezit
is van 70 wachtgeld, nooit gedwongen
kan worden tot het aanvaarden van een
soortgelijke betrekking in een andere ge
meente, zoodat het ongetwijfeld zeer lan
gen tijd voor wachtgeld in aanmerking zal
blijven komen.
H^t komt de Commissie dan ook voor»
dat de gemeente onverwijld die stappen zal
moeten doen, welke noodig zijn om alsnog
in het bezit der Rijkssubsidie te geraken,
zulks in het belang der financieele positie
van Haarlem.
De Commissie constateerde, dat de kos
ten van ziekenverpleging, ook indien men
rekening houdt met de boeking van het
subsidie aan het St. Elisabeth's Gasthuis,
niet onbelangrijk zijn gestegen.
Betreffende den post steun aan werkloo-
zen zegt de Commissie.
Ook betreffende deze uitgave, heeft de
gemeente een regeling getroffen, die voor
de belanghebbenden gunstiger is dan de
Rijksregeling. Dat het een andere categorie
„belanghebbenden" de werkgevers
door dit optreden moeilijk wordt ger-
maakt om de werkloozen tot arbeid te be
wegen tegen de algemeen geldende loonen,
is een feit, waarop hier nog wel eens de aan
dacht mag worden gevestigd.
De Commissie is van meening, dat de
tijdsomstandigheden van dien aard zijn,
dat er van abnormale crisiswerkloosheid
geen sprake meer is, maar dat er werkloo
zen worden gekweekt door de huidige on
gezonde steunverleening.
Achtereenvolgens worden 'dan nog de
verschillende bedrijven besproken. Over
den Incassodienst wordt het volgende ge
zegd
Vrijdagmiddag heeft in een der zalen van
het Departement van Financiën, Minister
Cc lijn de Bezuinigingscommissie geïnstal
leerd, die onder voorzitterschap van luit-
generaal Pop, oud-minister van oorlog,
lezer dagen werd ingesteld
Sinds de oprichting meer dan 5000
menschen gered.
Verschenen is het geïllustreerde verslag
>ver 1924 der Noord- en Zuid-Hollandsche
iedding Maatschappij. Het doel dezer
•laatschappij, die 11 November 1924 haar
100-jarig bestaan heeft herdacht, is, het
beschikbaar stellen van geschikte middelen
op een aantal kustplaatsen ten einde de
kustbewoners in staat te stellen pogingen
tot redding van schipbreukelingen aan te
wenden. In overeenstemming met haar doel
stichtte en onderhoudt de Maatschappij, uit
eigen middelen, reddingsstations op 28 plaat
sen langs de kust, voorzien van 36 reddings
vaartuigen (waaronder 7 motorbooten) en
20 vuurpijltoestellen.
Met de middelen der Mij. werden, sinds de
oprichting, meer dan 5000 menschen gered.
In het verslag werdt met dankbaarheid
vermeld, dat de Redding Mij. gedurende
het jaar 1924 niet door rampen werd ge
troffen. De hulp der reddingsbooten werd
in een twintigtal gevallen, die in het verslag
nader worden omschreven, ingeroepen en
verleend. De vergoedingen voor deelname
aan oefeningen hebben in 1924 6273,06
bedragen. Aan premies werd in genoemd
jaar, waarin geen belangrijke reddingen zijn
geschied, 976.20 uitgekeerd.
Aan oud-schippers en oud-roeiers van
reddingsbooten eri aan de weduwen werd
een bedrag van 7668.57 uitbetaald. Op
verzoek der Redding Mij. wordt door het
bestuur van het Carnegie-Heldenfonds
thans bovendien 2236 per jaar aan oud
schippers, oud-roeiers of hun weduwen uit
gekeerd. De exploitatierekening van het
jaar 1924, sluitend met een bedrag van
78.734.95, vertoont een nadeelg saldo ad
17.492.4214.
De interpellaties.
Op de agehde voor de Dinsdag 13 Octo
ber te houden vergadering van de Tweede
Kamer staat als eerste punt van behande
ling het drietal interpellaties, aangevraagd
door de leden Kleerekoper, Vliegen en Lo-
vink, resp. over het standpunt der Regee
ring, ten aanzien van de voorzieningen die
door de stormramp van 10 Augustus voor
verschillende gemeenten noodig zijn gewor
den, over dé afgraving van den St. Pieters
berg, en over de wijzigingen van het Duit-
sche tarief.
Daarna komt het bioscoop-ontwerp aan
de orde.
Naar wij vernemen, doch onder voorbe
houd meedeelen, is eerlang de benoeming
te verwachten van dr. E. B. F. F. baron
AKKERS
zal voorstellen, niet voor 1927 tegemoet ge
zien worden.
Een spoedvergadering van de Commissie
voor Georganiseerd Overleg.
Vrijdagmiddag had te Den Haag de ver
gadering plaats van de Centrale van Over
heidspersoneel, vertegenwoordigd in de
Centrale Commissie voor Georganiseerd
Overleg in Ambtenarenzaken, welke bijeen
was geroepen, door het C. N. O. P. ter be
spreking van de door de centrales aan te
nemen houding tegenover het standpunt van
de regeering inzake de uitkeering aan het
Rijkspersoneel,
Aanwezig waren vertegenwoordigers
van de Centrale van Hoogere Ambtenaren,
de R. K. Centrale, de Centrale van Veree-
nigingen van Personeel in 's Rijks dienst en
van het Comité van Neutraal Overheids
personeel.
De Centrale van Christelijk Overheids
personeel had bericht van verhindering ge
zonden, terwijl van het A. C. O. P. mede-
deeling ontvangen was, dat het geen aan
leiding kon vinden aan de besprekingen deel
te nemen.
Staande de vergadering werd namens de
vier aanwezige Centrales een spoedverga
dering van de Centrale Commissie aange
vraagd, waarop mededeeling van der. heer
Kan, voorzitter der Centrale Commissie,
werd ontvangen, dat hij bereid was de aan
gevraagde vergadering te beleggen op Maan
dag a.s. des middags te 3.30 uur.
Eén vervolgvergadering van, de Centrales
werd voorloopig vastgesteld op ^s. Woens
dagmiddag 2 uur.
eSdert eenige dagen wordt de koopman
J. Z. te sAsen, vermist.
Een Chinees voor f 450 opgelicht.
Donderdagmiddag meldden twee Amster-
damsche kooplieden zich in het café van
den Chinees Zee Shi Shai te Rotterdam aan
de Veerlaan. Zij vertelden een groote partij
opium te koop te hebben, doch dan moest
de Chinees meegaan naar de stad. Deze gaf
aan het verzoek gevolg en nam zijn knecht
mee. Het viertal begaf zich in de lunchroom
van de firma H.. omdat een der kooplieden
nog op een telefoongesprek moest wachten.
Dit gesprek werd na ongeveer één uur tijds
gevoerd. Na het gesprek verwijderde de
Chinees zich met een der kooplieden. De
knecht met den anderen Amsterdammer zou
den echter blijven wachten. Maar toen na
enkele uren de Chinees nog niet terugge
keerd was, was de knecht het wachten moe
en vertrok. De Amsterdamsche koopman,
die zoolang had gewacht, vertrok eveneens.
Later bleek, dat de Chinees door den eersten
koopman, die zich met hem verwijderd had,
naar een pand in de Ammanstraat gegaan
was. De koopman had daar kans gezien van
den Oosterling een bedrag van 450.los
te krijgen om daarvoor opium te leveren.
Later is gebleken, dat de Chinees Z. het
slachtoffer is geworden van tweetal sluwe
oplichters.
Mislukte poging tot berooving.
Vrijdagmorgen is met den trein uit Eind
hoven te Rotterdam aangekomen de Duit-
sche artist H., op zijn doorreis naar Amster
dam, waar hij Vrijdagavond in „Mille Colon
nes" moest optreden. Toen de trein stilstond
en de artist zich even ophield voor het ven
ster van de coupé, greep een medereiziger
hem van achteren aan, terwijl hij de hand in
Den 14en October viert de Eerw. Zuster
Maria Aguina (in de wereld Catharine
Bonfrer), een Haarlemsche van geboorte,
haar zilveren professiefeest. Zuster Aguina
is thans werkzaam aan de St. Lucia-bewaar-
school in het Schoterkwartier, alhier.
dat zijn rijwiel voor een zacht prijsje te
koop aanbood. Het zaakje kwam den heer K
verdacht genoeg voor, om de politie te laten
waarschuwen, middelerwijl hij den klant
voor alle zekerheid aan de praat hield. Spoe
dig verscheen een rechercheur, die het jong-
mensch meenam naar het politiebureau. Daar
deelde de man mede, dat zijn naam K. V.
was. Hij was boomkweeker te Twello bij
Deventer en had uit geldnood zijn rijwiel
te gelde moeten maken. Bij informatie te
Deventer bleek, dat 's mans naam genoemd
werd in verband met een te Almelo gepleegde
inbraak, waarbij ook een rijwiel gestolen
was. Opnieuw in verhoor genomen, bekende
het jongmensch, het rijwiel te hebben
gestolen. Tevens bleek, dat hij nog meer
op zijn kerfstok heeft en o. m. van oplichting
in den Haag gepleegd, verdacht wordt.
Twee personen aangehouden.
Een expediteur, wonende aan de Stroo-
markt te Amsterdam, is door de politie
aangehouden, wegens diefstal en verduistering'
van een voorraad fluweel ter waarde van
eenige honderden guldens. In verband
hiermede heeft de politie een familielid van
den expediteur wegens heling aangehouden.
Een vreemde toestand te Venlo
Donderdagochtend was de toegangsweg
van den Kaldenkerkerweg af naar het
station te Venlo versperd voor auto's en
lastwagens. Twee wit en rood geschilderde
I ijzeren palen, verbonden met een ketting,
beletten den toegang voor alle rijverkeer.
Van de stad uitkomende was de toegang
niet versperd, doch juist daardoor ontstonc
stagnatie....
Wat was de oorzaak dezer belemmering
De Nederlandsche Spoorwegen hebben den
stationneerenden autohouders in overwe
ging gegeven een bepaalde huur te bepalen,
waartegen van de zijde der autohouders be
zwaar is gemaakt.
De Kantonrechter ontzegde den Spoor
wegen het recht huur te vragen.
Aangemoedigd «door deze uitspraak, ble
ven autoverhuurders zich stellen op het
standpunt van vrije standplaatsen, wat ruim
een jaar bestendigd bleef. Na herhaalde aan
bieding van een huurcontract van de zijde
der Spoorwegen wenschten zij geen con
tract te teekenen.
Hierop gingen de spoorwegen tot de barri-
cadeeringsmaatregelen over.
Intusschen werd van verschillende zijden
pressie op de spoorweg-autoriteiten uit
geoefend, om deze hinderlijke verkeers
obstakels uit den weg te ruimen.
Vrijdagochtend zijn hierop de belemmerin
gen voor het station verwijderd, palen en
kettingen en verdere hindernissen waren
opgeruimd.
Daarmede is dus de gewone toestand
op het voorplein hersteld.
Het is intusschen niet zeker, dat de
maatregel niet later nog eens herhaald zal
worden.
Wittert van Hoogland, thans voorzitter van
den Raad van Arbeid te 's-Gravenhage, tot
opvolgfer van dr. D. A. P. N. Kooien als
voorzitter van den Centralen Raad van
Beroep.
Onze zegsman wist nog voorts mee te dee
len, dat het in het voornemen zou liggen,
den heer mr. T. Verschuur, voorzitter van
den Raad van Arbeid te Breda, in gelijke
functie te benoemen te 's-Gravenhage. zoo
dat de waarschijnlijkheid, dat het Bredasche
raadsgebied en dat van Roosendaal een zul
len worden, niet kleiner wordt.
(„Volkskr.")
Een viertal deskundigen in den lande, le
den der jury, wier samenstelling nog niet of
ficieel bekend is, heeft dezer dagen een be
zoek gebracht aan Tubbergen, en de plaats
op den Esch, waar het Dr. Schaepman-
monument zal verrijzen, zeer geschikt be
vonden. Naar het oordeel der heeren kan de
onthulling van het monument, dat een hoogte
van plm. 15 meter zal hebben en waarvan
het beeld den tfrooten Tubbertfenaar in toog
den zak van den artist stak met de bedoe
ling, diens portefeuille te rollen. Dit is ech
ter niet gelukt. Op het hulpgeroep van H.
is de aanrander de coupé doorgeloopen en
heeft een goed heenkomen gezocht. De in
tusschen toegesnelde politie slaagde er niet
in, hem te pakken.
Donderdag belde te Rotterdam de heer A.
H. de Gr. de ververij en stoomerij van de
firma P. op, met verzoek een costuum te
laten halen dat opgeperst moest worden. On
middellijk verscheen iemand ten huize van
den heer De G. met verzoek het costuum
mede te geven, hetgeen geschiedde. Kort
daarop verscheen opnieuw iemand om het
costuum te halen. Deze laatste bleek inder
daad een bediende van de firma P. te zijn,
zoodat de heer De G. het slachtoffer is ge
worden van een oplichter.
Woensdag kwam bij den rijwielhandelaar
Kale te Deventer een onbekend ionemensc!^
IJMUIDEN, 9 Oct. Heden waren aan e
markt de vangsten van II stoomtrawlers. De
prijzen waren als volgt Tarbot f 1.350.95,
tongen f 2.101.60 per kg griet f 4824, gr.
schol f 4239, zetschol f3631, kl. schol
f 2013, f 144.40, scharren f 225 per 50
kg roggen f 279.50 per hoop vleet f 2.20
1.40 per stak; makreel f.3029, pieter
man poon f 95, gr. schelvisch f 27.5022,
mid. schelvisch f 2317, kl. midd. schel
visch f 158.50, kl. schelvisch f 10.506.40
'per 50 kg kabeljauw f, 5645 per 125 kg
gullen f 1713.50, kl. gullen f 73.70, wij
ting f 5.502.70 per 50 kg.
IJMUIDEN, 9 Oct. Heden kwamen van
de haringvisscherij hier binnen de stoomlog-
ger IJ.M. 33 (Jhr. Carel Herman van den
Brandeler.) met 22 last de zeilloggers IJ.M.
11 (P. J. van Leeuwen) met 18 last en K. W.
108 (Noord-Brabant) met 21 last pekelharing.
Geveildwerden de ladingen van den motorlog-
ger K. W. 128 (Tonijn) met f 6060 en van de
zeilloggers K. W. 62 (Concordia Constans)
met f 2640 en IJ.M. 270 (Hendrika) met
f 4174 aan besomming. Voorts de vangsten
van de Britsche stoomdrifters P. D. 156
(Vine) en IJ. M. 471 (Ocean Swell) met resp.
f 2028 en f 1733 aan opbrengst
Van de treilvisscherij kwamen heden hier
binnen de stoomtreilers IJ.M. 129 (Sham
rock) met f 2601 IJM. 119 (Mies en Truus)
met f 2559 IJM. 326 (Hibernia) met f 2287;
IJM. 101 (Gerbrig) met f 2606 IJM. 126
(Derika X) met f 2626 IJM. 196 (Hercules)
met f 3340 IJM. 81 (Luitenant Generaal de
Beer van Portugal) met f 656 IJM. 238
(Johanna Maria) met f 1718 IJM. 316 (Ge
rard) met f 2995 IJM. 57 (Union) met
f 1853 IJM. 64 (Penelope) m»t f 1547 aan
besommin»