3-10
GEMEENTERAAD VAN HAARLEM.
AMSTERDAM
HAARLEM
DEN HAAG
ROTTERDAM
De dienst der nazorg voor zwakzinnigen definitief geregeld. Met
31—2 stemmen besluit de raad tot aibraak der „Dobbelsteenen"; de
burgemeester zal het besluit ter vernietiging voordragen aan de Kroon.
De steun aan werkloozen.
WR1JFWAS
Gistermiddag vergaderde de gemeenteïaa^
onder voorzitterschap van den burgemees
ter. den heer C. Maarschalk.
Afwezig de heer De Zeeuw. Er is een
vacature.
Nagedachtenis mevr. Willekes
Macdonald.
De VOORZITTER herdenkt met een kort
woord de nagedachtenis van het overleden
lid, mevr. Willekes Macdonald.
Met waardeering herdenkt spr. haar na
gedachtenis. wat hij reeds op een andere
pleats gedaan heeft, waarom hii het hier
kort wil doen. Zit behartigde de gemeente
belangen met arbeidzaamheid en baar heen
gaan is een groot verlies. Met leedwezen zal
laar sympathieke persoonliikheid gemist
worden en haar nagedachtenis zal steeds in
eere blijven.
Deze rede werd staande aangehoord.
De heer v. d. KAMP sluit zich hierbij aan
en dankt den burgemeester voor de gespro
ker. woorden hier en aan het graf. Nog
lange jaren zal in herinnering blijven haar
aangename, sympathieke persoonlijkheid.
Goedkeuring balans.
B. W. sfellen voor, goed te keuren de
balans met verlies- en winstrekening per
31 December 1924 betreffende de com
plexen van 182, 41 en 70 ééngezinsarbei-
derswoningen van de Woningbouwverceni-
ging „St. Bavo".
Goedgekeurd.
Vaststelling kohier schoolgelden.
B. en W. bieden ter vaststelling aan het
1*fe suppletoir kohier der schoolgelden
voor het Hooger en Middelbaar onderwijs
voor het cursusjaar 19241925 tot een be
drag van J 2903.01.
Vastgesteld.
Aankoop benzine en olie.
B. en W. stellen voor ten behoeve van de
veerponten over het Spaame voor den aan
koop van benzine, olie enz. den post van
3400 op de begrooting 1925 uitgetrokken
met 1000 te verhoogen.
Op een vraag van den heer CASTRICUM
deelt wethouder REINALDA mede, dat ook
in den winter de pont des Zondags zal va
ren arp dezelfde uren als dezen zomer ge
schied is.
Het crcdi--! wordt verleend.
Verbooging boawcrediet.
B. en W. stellen voor, het verleende cre-
diet van 554.400 voor den boow van 182
woningen aan de Pijlslaan te verhoogen met
30GC cn voor de woningen de volgende
minimale weekhvrurprijzen vast te stellen:
voor 116 woningen van het algemeen fypc
5.45- root 60 woningcm met zij-ingang
5.60; voor de overige 6 woningen 6.
Goedgekeurd.
Verbouwing St. Elisabeth's Gasthuis.
B. en W. stellen voor, bet bij raadsbe
sluit van 30 Januari 1924 verleende crediet
ad 123.000. ten behoeve van den verbouw
van he? St. Elisabeth's of Groote Gasthuis
nader te verboog%e met 15.977.89 en al-
zoo vast te stellen op een bedrag van
138.977.89.
Aldus besloten
Electr, verlichting btjz. schoot.
R. en W. stellen voor, medewerking te
verleenen fot het aanbrengen van electri-
sche verlichting in plaats van de bestaande
gasverlichting in het schoolgebouw Ged.
Oude Gracht 120 en daarvoor beschikbaar
te stellen, voor zooveel de school voor ge
woon lager onderwijs betreft, een bedrag
vaa 346.66 en voor de school voor uitge
breid lager onderwijs een bedrag van
173.33.
Goedgekeurd. -
Veretschteo openbare grond.
B. en W. stellen voor, te bepalen, dat
eenige strooken grond, gelegen aan de
JnKanastraat en den Achterweg, voor de
toepassing der Bouwverordening voldoen
aan de vereischten voor openbaren weg.
Goedgekeurd.
Bestemming grond.
B. en W. stellen voor, ongeveer 152 M2.
grond, gelegen aan den Rijksstraatweg te
Schoten, te bestemmen voor den bouw van
een transform» torst a fion ten behoeve van
het gemeente-electriciteitsbedrijf en dit ge
deelte grond irif het gemeentelijk grondbe
drijf te nemen.
Goedgekeurd.
AanonlHng besteksbepalingen.
B. en W. stellen voor, aan te nemen het
voorstel-Klein Schiphorst tot de volgende
aanvulling van de besfeksbepalingen:
„de landelijke collectieve arbeidsovereen
komsten of ter plaatse geldende arbeids
voorwaarden en loonen zijn van toepassing.
De loonen der werklieden zullen niet hoo
ger mogen zijn dan daarin bepaald of over
eengekomen, met dien verstande, dat bij
aangenomen werk daarboven kan worden
gegaan".
Goedgekeurd.
Verkoop grond.
B. en W. stellen voor, aan 'G. de Vries
Gzn. fe verkoopen ongeveer 499 M2. grond,
gelegen aan de Meester Comelisstraat, te
gen 15 per M2.
Goedgekeurd.
B. en W. stellen voor, aan de N. V.
Maatschappij tot Exploitatie van Onroeren
de Goederen „Wilsonshoek" fe verkoopen
twee gedeelten bouwgrond, groot ongeveer
1.436 en 356 M2, gelegen aan de Welgele-
genstraat, tegen 17 per M2.
Goedgekeurd. De S. D. A. P. wil geacht
worden, tegengestemd te hebben.
Bedrijfsongevallen politic-personeel.
B. en W. stellen voor, achter artikel 8
van de verordening, regelende den rang en
de bezoldiging van bef politiepersoneel te
Haarlem, een nieuw artikel toe te voegen,
luidende;
Indien aan een hoofdinspecteur, inspec
teur," hoofdagent of agent, met uitzondering
van hen, die werkzaam zijn bij den admi
nistratieven diensf, in verband met zijne
dienstbetrekking een ongeval overkomt, ge
niet hij als schadeloosstelling genees- en
heelkundige behandeling of vergoeding daar
voor volgens de regelen, welke zouden gel
den, indien ter zake van dat ongeval de
bepalingen van de Ongevallenwet 1921 op
hem van foepassing waren.
De heer JOOSTEN begrijpt niet, waarom
de administratieve personen uitgesloten zijn.
Spr. zou willen, dat dit nog eens onder de
oogen zou gezien worden.
De VOORZITTER merkt op, dat dif een
nieuw gezichtspunt ïs, dat niet aan de orde
is. De zaak zal nader onder de oogen wor
den gezien.
Hef voorstel wordt goedgekeurd.
Nazorg zwakzinnigen.
B. en W. stellen voor, tot de definitieve
regeling der nazorg voor zwakzinnigen;
I. In het leven te roepen cenen tak van
dienst, de nazorg voor zwakzinnigen in deze
gemeente, zoowel meisjes als jongens, ten
doel hebbend; (daaronder fe verstaan,
nevens de leerlingen en oud-leerlingen der
openbare en bijzondere scholen voor bui
tengewoon lager onderwijs, de kinderen,
die de lagere school wegen» zwakte van
geestvermogens van uit de 5e of een lage
re klasse verlaten hebben, z.g. „subnorma
len");
II. Te bepalen, dat de nazorg zich zal
uitstrekken, behalve tot de maafschappe-
lijke ook tot de moreele en de godsdiensti
ge belangen dier zwakzinnigen;
III. Te bepalen, dat de nazorg zal worden
uitgeoefend door een ambtenaar in diensf
der gemeente, met den titel yan „Hoofd
van den dienst der Nazorg", door den raad
*e benoemen op een jaarwedde van 4.4C0,
met 4 tweejaarlijksche verhoogingen van
J 200, alzoo tot een maximum van 5.200;
IV. Burgemeester en Wethouders te
machtigen fot nadere regeling van den
dienst, waarbij de uitgebrachte rapporten
de algemeene lijnen zullen bepalen, doch
waarvan desnoodig kan worden afgeweken;
voorts tot vaststelling van de insfructie
voor het Hoofd van diensf; alsmede van de
eventueel noodige regelingen en voorschrif
ten.
V. Te benoemen tof Hoofd van den
Dienst van Nazorg, den heer E. P. Schuijt,
onder gelijktijdige toekenning van eervol
ontslag uit zijne betrekking van onderwij
zer aan de School No.2 voor buitengewoon
lager onderwijs in deze gemeente en op de
maximum-jaarwedde ad 5.200.wor
dende zijn pensioengrondslag vastgesteld
op hetzelfde bedrag;
VI. Te bepalen, dat het hiervoren sub I
tot en met V omschrevene van kracht zal
worden op 1 Jan. 1926.
VII. Alsnog ter beschikking van' Burge-
meesfer en Wethouders t» stellen, ter
voortzetting van de nazorg, bij wijze van
proef, nog gedurende de maanden Nov. en
Dec. 1925, een bedrag van 600.betaal
baar op den post volgn. 514a der gemeente-
begrooting dienst 1925.
Door het bestuur van de afd. Haarlem
van den Bond van Nederlandsche Onder
wijzers wordf in e«n adres gevraagd, het
voorstel betreffende de nazorg voor zwak
zinnigen aan te houden en de adviezen in
te winnen van de onderwijzers-organisaties,
die ook de vorige maal door B. en W. zijn
uitgenoodigd tot adviseeren over de „Na
zorg".
De heer SCHOLL ondersteunt hef ver
zoek van de afd. Haarlem van den Ned.
Bond van Onderwijzers.
De heer PEPER noemt de vervulling van
het hoofd van den dienst zeer belangrijk en
daarom zou hij een oproep willen plaatsen
ter vervulling van de vacature.
Mej. BERDENIS VAN BERLEKOM
vraagt enkele inlichtingen.
De heer BOES geeft in-6verweging, als
het voorstel aangehouden wordt, nog esns
na ie gaan, of hiervoor een aparte dienst
ingesteld moet worden en of niet volstaan
kan worden mef de benoeming van eên
ambtenaar van de nazorg.
Wethouder BRUCH deelt mede, dat B. en
W. gewoonlijk bereid zijn tof aanhouding
van een voorstel, als bijv, de stukken laat
toegezonden zijn. Nu vraagt men opnieuw
toezending aan organisaties. Dan kan men
ookv weer advies van anderen vragen, o.m.
van de commissie, die het rapport samenge
steld heeft en van den ambtenaar van de
nazorg. De zaak is goed geprepareerd en
de raad kan haar goed beoordeelen, waar
om B. en W. voorsfellen, de zaak niet aan
te houden.
De heer SGHOLL is verwonderd over
het betoog van den wethouder. Het stuk is
eerst Zaterdag toegezonden en het is be
langrijk genoeg, om er waf meer aandacht
aan te wijden. Er zijn onderdeelen bij, wel
ke goed ondet de oogen moeten worden
gezien.
Wethouder BRUCH antwoordt, dat het
raadstukje reeds Vrijdag rondgezonden is.
Er zijn vele rapporten over verschenen.
Er is niets nieuws in. Er is reeds eens uif-
voerig over gediscussieerd. Spr. blijft be
zwaar hebben tegen het hooren van de or
ganisaties. De onderwijs-organisaties heb
ben in eerste instantie hun oordeel er over
kunnen zeggen, maar nief over de techni
sche uitvoering. Daar zijn ze volgens spr.,
niet competent toe. De heeren bij het on
derwijs zijn genoeg bij, om zich te laten
hooren, als bet noodig is.
Hef voorstel SCHOLL wordt verworpen,
met 2111 stemmen. Voor de S. D. A. P.
en de heeren Boes en Peper.
Het voorstel wordt nu behandeld.
De uitslag der stemming spijt den heer
SCHOLL. Het onderwerp moef rihuwkeurig
behandeld worden. Er zit veel aan vast.
Het spijt spr., dat B. en W. op den ver
keerden weg zijn vootfgcgnan en de per-
»nrn riet van de zink gesc! eiden is ln dc
afdce'ingsvergaderii.g bij de behandeling
der begrooting heeft spr. reeds gezegd, dat
een openbare oproeping voor ambtenaar
van de nazorg moest geplaatst worden. In
de vergadering van 4 Maart 1925 zijn B.
en W. hierop reeds gewezen.
Ook spijt hef spr. dat de sub-normalen
in de regeling zijn begrepen. Spr. citeert
een uitlating van den adviseur der gemeen
te Amsterdam, die ook van oordeel is, dat
de zwakzinnigen niet vermengd moeten
worden. Hef rapport der commissie-De
Boer alhier, maakte ook onderscheid; de
heer Schuijt niet. De commissie-de Boer
wilde ook de scheiding bij het avond-onder
wijs, Er wordt dus bij de uitvoering be
langrijk afgeweken van het rapport-De
Boer. Onder de 43 sub-normalen zijn er,
die nief bij de zwakzinnigen thuishooren.
Hef onderbrengen bij de zwakzinnigen
is piet goed vobr de sub-normalen. Spr.
noemt enkele voorbeelden, in het rapport
aangehaald, wélke z. i. niet onder hen ge
rangschikt moeten worden, voor wie hulp
noodig is en toch vindt men ze onder de
43 sub-normalen.
Spr. vraagt, wat de heer Schuijt moet
doen op het gebied van moraliteit en gods
dienst onderwijs en of het salaris van den
j heer Schuijt verstrekt wordt naasf diens
(salaris als hoofd van den Vervolgcursus.
Spr. stelt voor, van sub 1, dat gedeelte,
wat tusschen haakjes staat te schrappen, in
III de salarieering en V geheel te laten
vervallen.
De heer LOOSJES beveelt het voorstel
van B. en W. aan. In het rapport-Schuijt
en in hef raadsstukje is geen sprake van
vermenging van sub-normalen en zwakzin
nigen. De heer Schuijt zal daarvan ook
wel overtuigd zijn.
De heer SCHOLL; „Waar leest u het
tegendeel uit? Het staat in I."
De heer LOOSJES wijst er op, dat in I
juist gesproken wordt van „nevens", waar
uit blijkt, dat de heer Schuijt de beide
groepen gescheiden wil houden.
Spr. legt uit, hoe da sub-normalen de
verzorging evenzeer noodig hebben als de
zwakzinnigen.
De heer GERRITSZ merkf op, dat de
taak van het hoofd van den dienst der
nazorg, mede in de avonduren valt. De
voorgestelde is hoofd van Vervolgcursus
3 en dus zal hij in de avonduren niet bij
de nazorg kunnen zijn,. Hef salaris van den
heer Schuijt zal nu boven de 6.000 ko
men. Het komt spr. voor, daf dit salaris
veel ^e hoog is. Op dien grond alleen zou
spr. er reeds tegen zijn.
Het bezwaar is, dat de sub-normalen
onder nazorg vallen en daardoor wordt het
cachet van de zwakzinnigen op de sub
normalen gelegd.
De heer VAN LIEMT zou hef vreemd
vinden, als men den heer Schuijt niet com
petent acht, om zoowel de zwakzinnigen
als de sub-normalen te behandelen. Elk
persoon wordt individueel behandeld.
Wethouder BRUCH betuigt allereerst
namens B. en W. erkentelijkheid voor de
wijze, waarop de betrokken ambtenaar
zijn taak vervuld heeft en aan de commis
sie van toezicht en de Verbandscommissie.
Het standpunt van B. en W. en van spr.
persoonlijk is, dat hij die de betrokken
individuen goed kent, de meest betrouw
bare inlichtingen kan verschaffen. Dat
geldt dubbel voor zwakzinigen, die men
individueel moet kennen met hun persoon
lijke eigenaardigheden en gebreken.
Dit is de opzet van het vorige raadsbe
sluit geweest, doch dit was niet de juiste
wijze, om den ambtenaar der nazorg te
verbinden als hoofd aan de avondschool
en die contact houdt met de dagschool. Dc
buitengewone dagschool moet een geregeld
klasse-onderwijzer hebben, Spr. blijft er
echter bij, dat het hoofd de kinderen in
de klassen mee moet maken. Tegen't nadeel
dat hij er dan eenige uren niet is, weegt
ruimschoots op het feit, dat hij alle kin
deren individueel kent. Spreekuren kun
nen er voor en er na gehouden worden.
Spr, komt tot de vraag van de sub-nor
malen. De abnormalen en sub-normalen
zullen niet gelijk ontwikkeld worden, maar
ook de laatsten hebben ontwikkeling noo
dig. Bij dfe sub-normalen zijn menschen
die wel door de malaise, maar krachfens
hun geaardheid werkloos zijn.
Spr. wijst er op, dat het in de practijk
hierop zal neerkomen, dat practisch het
werk gedaan wordt door hen, die geregeld
met de leerlingen omgaan.
Spr. erkent, daf een uitgave van 2900
voor 12 leerlingen hoog is, maar dat kosf
verpleging in yen werkinrichting ook. De
wenk van mej. Berdenis van Berlekom zal
echter ter harte worden genomen.
Wat de salarisregeling betref?, zoo iefs
is altijd moeilijk. 26 September 1919 zei
wijlen de heer Nagtzaam, dat een hoofd
van de buitengewone school minstens zoo
veel moest verdienen als hef hoofd Van een
afdeeling op het stadhuis. En een referen
daris verdient 5200. Nu verdient het
hoofd der nazorg wel 's avonds, maar een
avondbetrekking moet bezoldigd worden
wat mef leeraren van andere avondscholen
ook het geval is.
Wat een vrije sollicitatie betreft, spr.
zou daarna moeten nemen dengene, die
het beste was. De raad benoemf, maar B.
en W. moet zorgen, dat de beste er komt.
De heer Schuijt heeft uitnemende kwali
teiten. Zoo is hij o.m. buiten de voor
dracht om benoemd door de raad tot hoofd
van Vervolgcursus III. Spr. acht den heer
Schuijt den beste.
Mej. BERDENIS VAN BERLEKOM kan
niet inzien, dat het werk van de heer
Schuijt des avonds slechts bijzaak is.
De heer SCHOLL brengt ook hulde aan
het werk van den heer Schuijt, maar dat
moet niet overdreven worden, want hij
heeft verscheidene dingen van Amsterdam
overgenomen. Spr. bestrijdt op enkele pun
ten den wethouder. Spr. citeert den heer
Schuijt, waar deze in een rapport zegt,,
daf bet gewenschf is, de nazorg voor
zwakzinnigen en sub-normalen enkele ja
ren te laten samengaan.
Wethouder BRUCH vindt de tituleering
van „ambtenaar van de nazorg" niet goed
en die van inspecfeur en directeur is te
mooi, waarom men hem hoofd van den
dienst der nazorg noemde. Het is zuiver
een kwestie van naam geven, maar h'et is
niet de bedoeling, een dienst in het leven
te roepen.
De heer v, d. KAMP: „Nog nief."
Wethouder BRUCH lichf nader de wijze
van salarieering van het hoofd van den
dienst toe en beantwoordt den heer Scholl.
De heer BOES stelt voor, den naam van
het hoofd van den dienst fe noemen
hoofd van dc nazorg.
De discussies worden gesloten.
Het amendement-Scholl, een gedeelte
van I te laten vervallen, wordt, verworpen
met 2211 stemmen. Voor de S. D, A. P,
(behalve wethouder Reinalda) en de heeren
Peper en Boes.
Het voorstel-Boes wordt door B. en W.
overgenomen.
Het amendement van den heer Scholl
tot schrapping van de salarieering in III
wordt mef 2211 stemmen verworpen en
het amendement-Scholl tot schrapping van
punt V met 2112 stemmen.
De heer v. d. KAMP stelt jvoor, den
heer Schuijt 4600 salaris te gevyn.
Dit voorstel nemen B. en W, over.
De VOORZITTER wil nu laten stemmen
over de benoeming van den heer Schuijt.
De heer GERRITSZ wil aan deze co-
medie niet mededoen. Wien moef men
stemmen, als men den heer Schuijt niet
wenschf?
De heer PEPER stelt voer, voor de
voorziening in de vacature een openbare
sollicitatie uit te schrijven.
Dit voorstel wordt met 2112 stemmen
verworpen.
De heer SCHOLL vraagt, wat men nu
moet doen. Door een dergelijke wijze van
handelen raakt men in een impasse.
Wethouder BRUCH merkt op, dat meer
malen één persoon voorgedragen wordf.
Spr. kan zich die strijdlustigheid niet be
grijpen.
Bij de stemming worden uitgebracht 23
stemmen op' den heer Schuijt, 1 op den
heer Peper en 7 blanco, zoodat benoemd
is de heer Schuijt.
Het voorstel wordt dan. goedgekeurd.
Benoemingen.
Benoemd wordt tot:
leden der Commissie, van plaatselijk toe
zicht op het lager onderwijs Dr. A. A. E. S.
Sluyterman en C. Overbeek;
tijdelijke leeraren aan de Avondschool
voor Handelsonderwijs J. G. Teer met 28
sfemmen en P. J. van Hofwegen met 18 st.;
tijdelijk leeraar aan de Gem. Avondschool
voor Nijverheidsonderwijs M. L. Lindhout.
Afbraak Kommiezenhmsjes.
B. en W. sfellen voor, opnieuw te be
sluiten tot afbraak van de Kommiezen-
huisjes nabij de Groote Houtbrug en hen
uit te noodigen een voorstel te doen tof
het bouwen eener nieuwe brug met bijbe-
hoorende werken.
De minderheid van het College kan zich
met dit voorsfel niet vereenigen, omdat
zij van oordeel is, dat de toestand voldoen
de is te verbeteren zonder opoffering der T
Kommiezerthuisjes.
De heer LOOSJES heeft eerbied voor
de Commissie van Openbare Werken,
maar zij heeft niet geadviseerd over hef
vctorstel. Daarbij is het raadsstukje te
laat rondgezonden, waarom spr. voorstelt,
hef voorstel aan te houden.
Dit voorstel wordt niet ondersteund.
De heer LOOSJES betuigt zijn spijt, dat
niemAnd hem bijvalf. Hij heeft geen gele
genheid gehad het voorstel te onderzoeken.
De heer JOH. VSSER (C.-H.) bespreekt
den toon van het raadsstukje. Er wordt
dictatoriaal in gezegd, dat verkeersverbe-
tering niet mogelijk is zonder afbraak der
huisjes. Spr. gelooft niet, dat dit noodza
kelijk is.
Nog kort geleden is besloten fot het
aanbrengen van reclame op de huisjes en
men zou er van maken, wat men kon. Spr.
gelooft wel te mogen twijfelen aan de be-
oordeelingsbekwaamheid van aesthetica,
als men de reclame beschouwt.
Spr. komt dan tot de voordracht van- B.
en W.
Een verkeersagent sfaat in den weg,
maar regelt toch ook het verkeer, laat het
desnoods stil staan. "Het verkeer aan de
Groofe Houtbrug moet beter geregeld wor
den, maar daarvoor behoeven de hyisjes
niet afgbroken te worden. Integendeel,,
blijven zij, dan gaat het verkeer daar ter
plaatse minder snel. De huisjes dienen dan
alleen als belemmering voor snelheidsma
niakken, doch dat is juist zeer nuttig. Zij
zijn als een verkeersagent.
Spr. somt bezwaren tegen de handhaving
der gebouwtjes op en meent, dat, als de
hoekhuizen aan het einde van de Groote
Houtsfraat konden verdwijnen, de goede
verbetering verkregen zou zijn.
Spr. meent, dat het toch wel iets mag
zeggen, dat vereenigingen en mannen van
naam („Heemschut", „Haerletn", de arch-
tecfen Weissmann, Berlage e.a.) zich over
de kunstwaarde uitgelaten hebben en voor
het behoud pleiten. Spr. hecht aan de op
pervlakkig gemaakte bezwaren geen
waarde.
Tot tweemaal toe heeft een hooger col
lege het beroep van den raad in deze ver
wittigd. Dat is niet pretfig voor den raad.
Hij moet er zich nu nief een derde maal
aan wagen.
Spr. komt dan tot bespreking van verbe
tering met behoud van de Kommiezenhuis-
jer. In het voorstel van B. en W. wordt
sprekers voorstel nief genoemd. Dat is te
goeder trouw geschied, maar spr. zal het
nu voorlezen. In plaats van vier halfcirkel
vormige afrondingen zou men kunnen vol
staan met dergelijke afrondingen aan dé
vesten, De breedte der brug zou 25 M.
kunnen worden. Dan zou er ook een groo
te rijweg komen. De vorm van den onder
bouw der brug kan dan nader overwogen
worden. Een bezwaar zou kunnen zijn, dat
de fundamenfen der Kommiezenhuisjes dan
bloot komen te liggen, maar dat zou te
ondervangen zijn door het aanbrengen van
granieten trapjes.
Met verbetering mag niet verder gefalmd
worden en met uitvoering van sprekers
voorstel of dat van den heer Dumont kan
morgen reeds begonnen worden.
Wethouder HEERKENS THIJSSEN heeft
de vorige malen gepleif voor het behoud
der gebouwtjes,- Daar is hij thans van terug
gekomen. Spr, acht ze een goede afslui
ting van de Grpote Houtstraat, mant hij
wil niet hef odium op zich laden, te spre
ken over dingen, waar hij geen verstand
van heeft.
Er is veel veranderd in de laatste ja-
ren. Het vrachtverkeer is ontzaglijk toe
genomen en de huisjes worden een groot
gevaar. Ondanks het verlagen der op-
ritten zullen botsingen ontstaan, omdat, de
gebouwtjes het uitzichf beletten. Als we
dat gevaar willen ondervangen door ver
keersagenten, zal dat een groote post op
de begrooting worden en het zal mef af
doende helpen.
De heer KLEIN is van oordeel, dat niet
gauw genoeg een eind aan den gevaarlij.
ken toestand ter plaatse gemaakt kan wor
de, waarom hij 't voorstel-Loosjes nief ge
steund heeft. en
Spr. bespreekt zijn voorstel. Wanneer
het voorstel-Dumont zou zijn aanvaard,
zouden de kosten van verroiling niet zoo
groof zijn, omdat dan toch hei- en fundee-
ringswerk met worden verricht.
Spr. vestigt er de aandacht op, dat vo
rige malen de Kroon verkeerd is ingelicht
en hij hoopt, dat B. en W. er nu voor zul
len waken, dat dif niet meer gebeurt.
Mocht de Kroon wederom het raadsbesluit
tot afbraak der huisjes vernietigen, dan hoopt
spr., dat aan de idéé tof verrolling der
huisjes meer aandacht gewijd zal worden.
De heer GERRITSZ wijst er op, dat men
wanneer men van de vesten komt, geen
uitzicht op het verkeer heeff. Ook bij af
ronding der hoeken van de Groote Hout
straat zou toch het verkeer op de brug
niet waargenomen kunnen worden. Bij ver
rolling der huisjes verdwjjnf ook de af
sluiting der stad. Dan blijven bet slechts
rudimenten, dingen welke niet meer in het
stadsbeeld thuis hooren. Er blijft nief an
ders over dan te besluiten tot slooping.
De heer KLEIN SCHIPHORST vraagt, of
men aan de maten der brug vast zif.
De heer JOOSTEN heeft zich een beetje
aangetrokken, wat de heer Visser over de
andere raadsleden, nief-deskundigen, gpzet
beeft. Spr. bespreekt de aangevoerde z.g.n,
schoonhejd der gebouwtjes en wijst er op,
dat op een aardig onderdeel aan de voor
zijde aanplakbiljetten' zijn aangebracht. Dat
geschiedt door voorstanders vam het be
houd der gebouwtjes, maar pleit nief voor
hun schoonheidsgevoel over die huisjes.
Wethouder REINALDA meent, dat de
heer Joh. Visser verkeerd doet, telkens te
rug te komen op een zaak, welke hij voor-
staaf.
Spr, zal drie overwegingen naar voren
brengen, allereerst de verkeersoverwegin-
gen. Reeds in 1917 erkende de regeering
bij het eerste vernictigingsbesluit, dat er
mogelijkheid bestond, niet een vernieti-
gingsbesluif te nemen. Een der overwegin
gen was nl., dat een reden voor afbraak
zou zijn, dat het verkeerswezen dit eischte.
De huisjes hebben alleen bcteekenis als
afsluitend beeld, als man ze laat staan, waar
ze zijn. Bij verrolling raakt de aesfhetische
waarde, als ze die ten minste hebben, ver
loren. Is er een zoodanige toeneming van
verkeer, dat die huisjes moeten verdwijnen?
B. en W. meenen van ja. Zij hebben waar
nemingen latei doen en zelfs foto's laten
nemen, waaruit blijk?, dat die huisjes ob
stacles voor het verkeer zijn. Het uitzicht
vanaf de vesten op het verkeer is onmoge
lijk. Spr. heeft getrachf, een oplossing te
vinden met behoud der huisjes, maar dat
is onmogelijk. A!s men de foto's beziet,
moet men wel concludeeren tot de spoedige
slooping der huisjes.
Bij iedere oplossing in oude vestingste
den zullen hoekhuizen in smalle straten een
verkeersbeletsel vormen.
De heer Joh. Visser zit hier niet alleen
voor het behoud van aesthetische waarde.
Dat Haarlem zonder meer allerlei schoons
vernietigd, is niet juist. Zij brengt offers
voor behoud van natuurschoon. Het voor
beeld van de Amsterdamsche poort en van
den molen „De Adriaan" bewijst dit.
Spr. komt nu tot het vemiefigingsbesluit
van de Kroon. Als er ooit sprake is van au
tonomie der gemeenten, dan mag voor Haar
lem toch wel. het zelfbeschikingsrecht ge-
ëtscht worden voor het opruimen, van ob
stacles. Voor de derde maal gaat de raad
een belangrijk besluit nemen en hij verzoekt
den voorzitter e.a. er aandacht aan te wil
len schenken, dat art. 70 der Gemeentewet
nief wordt toegepast.
De VOORZITTER vormt de minderheid
in het college van B. en W. Vanaf het mo
ment, dat het eerste besluit genomen was,
heeft hij steeds in de meening verkeerd,
daf de raad meent, dat grooter veiligheid
ontstaat bij het wegruimen der huisjes. Maar
het js juist de vraag, of de veiligheid van
het verkeer bevorderd wordt door het af
breken der blokhuizen. Het verkeer moef
juist in een trechter gedrongen /worden,
waardoor chauffeurs e.a. hun grootste aan
dacht moeten schenken aan het verkeer.
En dat is juisf hier het geval. Bij afbraak
wordt het verkeersgevaar juist grooter, wat
ook het oordeel van den directeur van
Openbare Werken is. Het gaat er alleen
om, of door afbraak hef verkeer gediend
wordt. En dit ontkent spr. Volgens het plan
in 1920 van den directeur is het verkeer
daar het beste gediend.
Spr. meent, daf de raad weet, dat de bur
gemeester, die de hand is van het Gouver
nement, het besluit weer ter vernietiging zal
voordragen aan de Kroon.
De heer JOH. VISSER C. H. zegt, dat
de wefhouder niets van sprekers voorstel
gezegd heeft. Dat getuigt niet van defe
rentie.
De heer v, d. KAMP: „En waar blijft uw
deferentie voor den raad, als deze beslui
ten genomen heeft?
De heer JOH. VISSER C. H. verdedigt
zijn ingediende plan fot verkeersverbete-
ring. Dat plan neemt alle moeilijkheden weg.
De wethouder heeft nog niemand genoemd,
die diens ideeën omtrent de aesthetische
waarde deelt.
De heer GERRITSZ: „Berlage wilde de
huisjes weg hebben en zelfs de Amster
damsche poort ter verbetering van het ver
keer."
De heer JOH. VISSER acht dit anders
dan het besluit tot wegruiming, omdat zij
geen aesthetische waarde hebben. Men kan
niet zeggen, dat er een andere weg moge
lijk is. In 1917 reeds werd in het vernieti-
gingsbesluif overwogen, dat verkeersverbe-
tering wel op andere wijze zou kunnen wor
den verkregen.
Wethouder REINALDA acht het mogelijk
te spreken over het behoud der huisjes uit
technisch oogpunt voor verkeersverbetering
zooals de burgemeesfer aanvoerde. Spr. ge
looft, dat de burgemeester rekening moet
houden met de meening van de groote meer
derheid van den raad.
Wethouder SLINGENBERG zegt, dat de
zaak is, te zien in den burgemeesfer het
hoofd der gemeente, die mede het gemeen
tebelang moet dienen. En dat doet hij niet,
daar tot driemaal foe getracht is vernieti
ging van 'n raadsbesluit te krijgen. Als de
Burgem. zich geregeld stelt tegenover den
raad, zou 't wel eens kunnen gebe.uren, dat
de raad zich stelf tegenover den burgemees
ter. En daarom meent spr., dat de burge
meester zijn meening ondergeschikt moet
maken aan de mcening van de meerderheid
van den raad, die de burgerij vertegen
woordigt.
Het voorstel van B. en W. wordf aange
nomen met 312 stemmen. Tegen dc hee
ren J. H, Visser C. H. en Loosjes,
De VOORZITTER stelt prijs op het be
houd der huisjes en zal het besluit ter ver
nietiging voordragen aan de Kroon.
Levering duinwater.
De leden Joosten c.s, stellen voor, aan
B. en W. te vragen: a. een opgave van de
totale hoeveelheid M3 duinwater in 1924 ge
leverd aan dc contractanten .bedoeld in aïf.
5 van de verordening; b. een overzicht van
.het geconstateerd grootere verbruik bij con
tractanten na de vervanging van den ouden
meter door een meter van nieuwe con
structie.
Wethouder HEERKENS THIJSSEN deelt
mede, dat B. en W. gaarne aan de uilnoo-
diging gevolg willen geven.
De heer Joosten heeft de volgende vra
gen gesteld:
1. Is hef B. en W. bekend, dat de Com
missie tot Steunverleening een aantal vak-
vereenigingen met een werkloozenkas me-
dedeeling heeft gedaan, dat werkloozen, die
na 1 September 1925 gedurende 60 dagen
uitkeering hebben ontvangen door bemid
deling van die commissie, voor geen ver
deren sfeun door bemiddeling van die com
missie in aanmerking komen?
2. Achten B. en W. een dergelijk schrij
ven van de commissie niet in strijd met de
Raadsbesluiten van 6 Dec. 1922 en van 21
Mei 1924?
3. Zijn B. en W. bereid aan de commis
sie tot Steun aan Werkloozen te berichten,
daf bedoeld schrijven aan de vakvereeni-
gingen, behoort te worden ingetrokken?
De heer JOOSTEN licht de vragen toe.
Spr. meent, dat voor iederen werkloöze in
dividueel moest uitgemaakt worden, of deze
zosder schuld werkloos was geworden. En
dien plichf houdt de commissie tot 1 Ja
nuari 1926. Nu wil zij den steun na 60 dagen
na 1 September 1.1. eindigen. Dit acht spr.
in strijd met het beslilit van 21 Mei 1924.
In de vorige vergadering is gezegd, dat het
pracfisch zoo zou zijn, dat de moeilijkhe
den voor dén steun van valide arbeiders
eerst einde 1926 zouden komen. Dit jaar zou
'gewoop doorgegaan gorden en dan zou een
overgangstijdperk komen. Nu wordt het zoo,
dat de valide arbeiders thans reeds afge
voerd worden. Spr. vraagt, of B. en W. nu
ook niet meenen, daf de houding der com
missie niet juist is. Er mag niet verder ge
gaan worden, dan de raad zelf besloten
heeft.
De heer PEPER heeft over dit onderwerp
ook vragen gesteld. Hij acht hef overbodig,
B. en W. aan de genomen raadsbesluiten te
herinneren. Hij acht het' van zelf sprekend,
dat B. en W, tot de commissie gezegd heb
ben, dat zij fe ver is gegaan.
De heer KEESEN heeft ook met verwon
dering kennis genomen van het schrijven
der commissie. Zij heeft een belangrijk be-
sluii genomen, waardoor uitgetrokkenen
reeds vóór 1 Januari 1926 naar het Burger
lijk Armbestuur zullen worden verwezen.
Spr.-vraagf, dat de menschen tot 31 Decem
ber op de gewone wijze zullen behandeld
worden en in dien tijd een regeling ontwor
pen wordt.
Wethouder HEERKENS THIJSSEN cl-
teert allereerst het voorstel der commissie,
de vorige maal behandeld. Daar stond pre
cies hefzelfde ir., als wat de commissie thans
gedaan heeft. Ook in de pers is dit gepu
bliceerd. En ook de raad heeft er zijn aan
dacht aan geschonken. Medegedeeld is, dat
aan de uitgetrokkenen tot 1 Januari 1926
60 dagen uitkeering zal geschieden.
De zaak blijft echter hetzelfde. Waar v;
verschillende zijden wordt opgemerkt, dat
hiermede niet gehandeld wordt naar het
besluit Van 1922, dan gaat spr. er niet ovc
theorefiseeren, maar laat men dan maar op
denzelfden voet doorgaan, zooals tot dur
ver gewerkt is.
De heer DE BRAAL merkt op. dat dc
wetlfouder den vorigen keer gezegd hecL,
dat de ondersteuning der werkloozen toL
April zou verzekerd zijp, Daarom hebbcu
hij en anderen gestemd tegen het voorsH i
der S. D. A. P. En nu verwondert hij er
zich over, dat thans al de uitkeering ge
ëindigd is.
Wethouder HEERKENS THIJSSEN an'-
woordt, dat het hier alleen gaat om de uit
voering in dit jaar. Maar nu zal men voori-
gaan op den voet, zooals tof thans geschied
is, maar spr. ontkent, dat de raad er niet,
van geweten heeft.
De heer PEPER meent, dat men zich bic-
duidelijk moef uitspreken, dat tot 1 Janu
ari op dezelfde wijze zal worden voortge
gaan, als de raad meende, dat zou geschic-
den.
De heer KEESEN meent, dat de raad
meer aandacht aan dc bedoelde passage ia
het raadsbesluit zou zijn geschonken, als
de raad er de bedoeling van begrepen bad
Spr. verzoekt een spoedig ontworpen nieu
we regeling.
De discussies worden gesloten.
Rondvraag.
De heer DE BOER vraagf naar de con
troleering van de brandschel. Eiken Dins
dag worden de brandschellen gecontroleerd.
De vorige week Dinsdag gingen zij cn toen
er Donderdag brand was op den Kouden-
horn, gingen zij niet over en nu Dinsdag
gingen zij weer. Waar ligt dat aan? Er war,
foch niets aan gedaan.
De VOORZITTER geeft toe, dat de
brandschellen moeilijkheden geven. Er is
iets mef de alarmeering niet in orde. Et-
wordt aan gedaan, wat men kan.
De heer DE BOER vindt het vreemd, dat
de schel gaat, als de ambtenaar van dc
brandweer haar aftrekt, doch niet, als dc po
litie dit doet.
Wethouder HEERKENS THIJSSEN wijst
er op,* dat de alarmeering geheel afhangt
van de hoofddirectie der Posterijen en Te
legrafie. Reeds meermalen is in Den Haag
gepleit tot verbetering, doch sfeeds ver
geefs. Inderdaad is het met de alarmeering
der brandweer op het oogenblik niet in
orde.
Wethouder BRUCH vraagt namens B. en
W. een credief van ruim 3000 ten behoe
ve van de Montessori-school.
Het crediet wordt verleend.
De heer SCHOLL wijst er op. dat door
het schoonspuiten met zand van huizen veel
last veroorzaakt wordt aan voorbijgangers
en aan de in dé omgeving gelegen huizen.
Spr. vraagt, of daar niets tegen te doen is.
Wethouder REINAUDA antwoordt, dat
B. en W. dit zullen onderzoeken.
De VOORZITTER deelf als een bewijs,
dat hii wel wil medewerken met den raaji.
mede, dat de eerstvolgende raadszitting
over 14 dagen gehouden zal worden.
Hierna sluiting.
voor vloeren en meubelen.
Dc heerlyhe zuivere teiv
genTynwas van dc Erdal
fabriek te Amsterdam
f Breng! Zonneglans enDenngngeur in Huls i>
MEDEDEELINGEN AAN DEN RAAD.
Ingekomen zijn:
een verzoekschrift van het Comité van
Actie tegen de zakelijke belasting op het
bedrijf om den post betreffende deze belas
ting uit de gemeente-begrooting voor het
jaag 1926 te verwijderen.
Een schrijven van den Haarl. Bestuurders-
bond waarin wordt aangedrongen middelen
en wegen te willen scheppen die waarbor
gen dat de toezeggingen gedaan in de ver
gadering van 2 October j.l. bij de behande
ling van het voorstel van Burgemeester en
Wethouders tot opheffing van dc Commissie
tot Steunverleening ook gestand zullen wor
den ten uitvoer gebracht.
Gesteld worden in handen van Burgemees
ter en Wethouders om prae-advies:
Een verzoekschrift van de Vereeniging
van Vrouwen tot bevordering van huiselijk
geluk om overeenkomstig artikel 72 der La
ger Onderwijswet 1920 de benoodigde gel
den beschikbaar te stellen voor het aan
schaffen van gymnastiektoestellen op de
Mariaschool A.
Een verzoekschrift van D. en J. K. van
der Woude om splitsing van de erfpacht
voor gronden aan de Karei yan Mander-
straat en Emmaplein.
Een verzoekschrift van het Centraal Co
mité van drankbestrijdende vereenigingen
te Haarlem om vaststelling eener verorde
ning, als bedoeld in art. 35, 2e lid der Drank-,
wet, waarin hoogere eischen voor verlofs
inrichtingen worden gesteld.
ï^n verzoekschrift van de Commissie
voor de malaria-bestrijding door de Bevol
king in Noord-Holland om haar werkzaam
heden te steunen met een jaarlijksche sub
sidie, berekend naar 1 cent per inwoner.
Gesteld worden ln handen van Burg. en
Weth. ter afdoening:
Een verzoekschrift van de Noord-Holland»
sche Vereeniging „Het Witte Kruis" om
subsidie voor de jaren 1925 en 1926 ten be
hoeve van haar ontsmettingsinrichtingen en
-ovens te Alkmaar, Hilversum en Haarlem
mermeer.
Burgemeester en Wethouders zijn voor
nemens aan de Vereeniging te berichten dat
zij geen aanleiding vinden om het verleenen
yan subsidie te bevorderen, aangezien in
deze gemeente de ontsmettingsdienst be
hoorlijk is geregeld en de inrichtingen én
-ovens zich in uitstekenden staat bevinden.
Het in de vergadering van 23 September
1925 in hunne handen om prao-advies ge
stelde verzoekschrift van de Coöperatieve
Vereeniging ter bevordering der muziekdra
matische kunst in Nederland (De Co-Opera)
tie) om haar te subsidieeren met een som.
welke haar in staat zal stellen de opera
„Beatrys" alhier éénmaal op te voeren tegen
zulke entree-prijzen, dat het ieder moge
lijk zal zijn deze voorstelling bij te wonen.
Het ligt in het voornemen van Burg. eo
Weth. om .den Stadsschouwburg eenmaal
ter beschikking van „de Co-Opera-tie" te
stellen voor genoemd doel, tegen een huur
betaling van een gulden.