UTTÊ2ÏI BRIEVEN UIT FRANKRIJK Alleen op de wereld. NT*..' 'E HAARLEMSCHE COURANT I WeoQe Blad Dinsdag 17 November iet heengaan van generaal Sarrail. Léon Daudetveroordeeld tot vijf maanden gevangenisstraf en 500 francs boete. Hij heeft hooger beroep aangeteekend. Duitsche hulp bij het op sporen der M 1. De „Popoio", het Italiaansche Katholieke orgaan, heeft in verband met dagelijksche inbeslagnemingen, uit eigen beweging het verschijnen gestaakt. Gem. buitenl. berichten. «=- SZETSCHWA_N^-J ^ëjsc/tang 7so'//n ffoo-ln/O'f&ffg Een zeldzame stand. Onder de gemeente Reeuwijk nabij Gouda, maakte gisterenmiddag te ongeveer half drie een Fransch postvliegtuig een noodlanding. De foto geeft het resultaat dier landing te zien de kop in een sloot, de staart in de lpcht en de vleugels aan weerszijden steunend op weiland. De piloot bleef ongedeerd. (Foto Daems, IJssellaan, Gouda). Wu Pèi- fcf. De burgeroorlog in China. Het terrein van de verschillende opereerende bevelhebbers. 3INNENLANDSCH NIEUWS Nieuwe kiosken in de Hoofdstad Worden er in ons land nog kievitten gevangen. FEUILLETON. Het vonnis over generaal Sarrail is ge veld. Hij is teruggeroepen uit Syrië door de Regeering om de noodige inlichtingen te verschaffen. Maar meer dan een beleefdheidsvorm is deze term niet en spoedig zal deze voorloopi- ge maatregel door een definitief ontslag worden gevolgd. Te lang reeds gewacht Syrië van een Magistraat te bevrijden, die sedert zijn be noeming door Herriot, Onrust en ver deeldheid heeft gezaaid in die domeinen, oorzaak is geworden van de bloedige on-, lusten, die vele menschenlevens hebben gekost en het gezag van Frankrijk in hooge mate hebben geschaad. Komende in Syrië, zeide hij, mijn partij aeeft mij gezonden. Het is dezelfde partij, die hem thans tot aftreden heeft gedwongen. Aarzelend en schuchter weliswaar, bang voor de invloeden van de vrijmetselarij, tot wiens voormannen generaal Sarrail behoort, maar genoopt door de omstandig heden, die niet langer dulden, dat een partij belang wordt voorgetrokken boven Frank- rijks prestige. Zeker niet in de laatste plaats komt aan de „Echo de Paris" de eer toe, het volle licht te hebben geworpen op zijn handelingen in dat mandaatsland en te hebben gewezen op de onverantwoordelijke wijze, waarop hij Frankrijk heeft vertegenwoordigd. Zal het zich meer en meer onbekwaam toonende kartel de gewenschte les trekken uit de droeve ervaringen met dien sectarischen gezaghebber opgedaan Het is te hopen. Zekerheid op dit punt bestait allerminst. Schade en schande schijnen zelfs onvoldoende om een Regeering tot beter inzicht te brengen, die al te graag luistert naar de inblazingen van anti-religieuse raadgevers. Wat was de taak van generaal Sarrail, die hij van den beginne af aan, op de meest beschamende wijze heeft ten uitvoer ge bracht Artikel 22 van het Verdrag van den Volken bond geeft aldus het karakter van het mandaat weer. Het is een voogdij, uitgeoefend over een minderjarig volk, dat men heeft te leiden en te beschermen tot op het oogenblik, dat het zichzelf kan besturen. De Volkenbond erkent derhalve geen enkel souvereiniteits- recht over het land dat aan een mandaat is onderworpen. Integendeel, er is bepaald, dat het orga nieke instituut wordt vastgesteld, in over leg, met de inlandsche autoriteiten en reke ning zal houden met de rechten, belangen en wenschen van de bevolking in dat land woon achtig. Generaal Sarrail heeft zich aan dat voor schrift niet gehouden. Geheel in tegen stelling met zijn voorganger, den voortreffe- lijken en Katholieke/ generdal Weygand, die de veiligheid van de Syrische grenzen had hersteld, een geest van vrede en rust in die gewesten te doen heerschen en zooveel tot welvaart van dat land heeft bijgedragen. Welk een verschil, dat heengaan van generaal Weygand, uitgeleide gedaan door een enthou siaste menigte en de eerlooze terugkomst van generaal Sarrail, die door" niemand zal worden betreurd. Trouwens bij zijn komst reeds in Syrië, viel het voor onbevooroordeelden niet moei lijk te voorspellen dat dit gewest niet ge baat zou zijn met de benoeming van dzen feilen partijman der anti-clericalen. Nauwelijks op zijn post, treft hij maat regelen, doet hij benoemingen die regelrecht indruischen tegen de wenschen der Ooster- sche bevolking. Hij oefent een censuur'uit op de dagbladen en laat juist die vrij, welke een anti-Franschen geest ademen. Kritiek op zijn daden is niet geoorloofd. Misdadi gers worden door hem in vrijheid gesteld, die hadden deelgenomen aan gewapende aan slagen op de Syrische grenzen. En al spoedig groeit het aantal misdrijven in dat land, in het bijzonder te Beyrouth. i Verkeershervormingen worden door hem voorgesteld, die in geen enkel opzicht dooi de omstandigheden worden gerechtvaar digd. en alleen het gevolg zijn van zijn ver langen den katholieken invloed te vermin deren. Indien deze schipbreuk hebben ge leden is het te danken aan Briand, die al te zeer overtuigd was van het nut van de be- staanden kieswet, om zijn voorstellen goed te keuren. Briand, die hem dat echec bezorgde, is de zelfde, die thans van Painlevé Sarrails' af treden heeft geëischt. Het zou niet moeilijk zijn een lange reeks van maatregelen op te sommen, die meer en meer bewezen, hoe deze bewindsman alles behalve de rechte man op de rechte plaats was. Maar waartoe zou het baten, nu het uur der rechtvaardige vergelding heeft geslagen. Hoogstens om voor de toekomst het kartel wakker te schudden, indien dit het anti- clericalisme voldoende oordeelt om onbe voegden met hooge waardigheden te be- kleeden. De herinnering aan Generaal Sar rail zal spoedig vergeten zijn. Maar het kan zijn nut hebben een historisch woord van hem levendig tè houden, als afschuwwekkend teeken, hoe godsdiensthaat een leidende persoonlijkheid tot de zonderlingste uitingen kan verleiden. Na zijn weigering de godsdienstige plech tigheden, ter eere van zijn komst in Syrië gehouden bij te wonen, zeide Generaal Sar rail „Ik weet niet wat een Mis beteekent En wat de traditie betreft, daar maal ik niet om,." Zijn opvolger is nog niet aangewezen. Voor het eerst zal een burgerlijke autoriteit wor den geroepen het Commissariaat in Syrië te vervullen, waar tot nu toe militaire gezag hebbers daarmede waren bekleed. Groot schijnt de lust niet de nalatenschap van Sairrail te aanvaarden. Wie trouwens stelt er prijs op een desolaten boedel over te nemen. De socialistische voorman, Paul Boncour, geeft' er althans den voorkeur aan de Commissie te leiden die belast is de zaken in Syrië te regelen. Maar wie ook de teugels in handen zal nemen, zal verplicht zijn den geest van Generaal Weygand in eere te herstellen, opnièuw vrede en rust te bren gen in dat land, door vertrouwen te wekken en samenwerking te bevorderen, die Gene raal Sarrail heeft gebannen, uit onkunde misschien, maar zeker voor een groot deel uit anti-clericale gezindheid en ijdele heersch- zucht. Een moeilijke arbeid wacht in Syrië. Het is nu eenmaal gemakkelijker af te breken dan op te bouwen. De eerste stap echter is gezet op den nieu wen weg door het heengaan van Generaal Sarrail, wien zelfs zijn trouwste vrienden niet den moed hebben langer te verdedigen. Parijs, 4 November 1925. Mr. P. v. S. De Fransche financieele voorstellen. De financieele Kamercommissie heeft den tekst der regeering aangenomen wat betreft de aflossing der schatkistbiljetten over drie, zes en tien jaar van 1923 en de betaling van de interest van de bons der nationale verde diging. De amortisatiekas zou een gedeelte der eeuwigdurende rente kunnen terugkoo- pen, waarvan de interest dan verder aan haar ten goede zou komen. Voorts keurde de commissie een nieuw voorschot van 1 y2 milliard door <^e Banque de France goed en aanvaardde in beginsel de belasting op het bezit in het buitenland. Het geheele ontwerp werd met 16 tegen 4 stemmen aangenomen. Om half vier 's mor gens werd de zitting opgeheven. De reis van de Jouvenel naar Londen. Volgens de „Times" wordt Henry de Jou venel, de nieuwbenoemde hooge commis saris van Frankrijk in Syrië, dien de Engel- sche regeering heeft uitgenoodigd om naar Londen te komen teneinde met Austen Chamberlain en Amery, de Engelsche mi nister van Buitenlandsche Zaken en Kolo niën, den toestand in het naburig Oosten te hespreken voor zoover deze de Britsche en Fransche mandaten in Palestina en Syrië betreft, daartoe deze week te Londen ver wacht. Chamberlain zal te zijner eere een diner aanrichten. Léon Daudet veroordeeld. Het Assisenhof heeft Léon Daudet we gens laster tot vijf maanden gevangenisstraf zonder uitstel en 500 francs boete veroor deeld. De gérant der „Action Franfaise" is tot twee maanden gevangenisstraf zonder uit stel en 500 f ancs boete veroordeeld. Het Hof heeft 25.000 frcs. scnadevergoe- ding aan den chauffeur Bajot toegekend. Bijna twintig zittingen heeft het proces- Daudet in beslag genomen zonder dat onom- stootelijk is vastgesteld of de jeugdige Phi lippe Daudet zelfmoord heeft gepleegd of in een valstrik der politie is gelokt. De vervol ging, welke de taxi-chauffeur Bajot, die Phi lippe in zijn wagen vervoerde, tegen Léon Daudet, die hem van valsche getuigenis had beschuldigd, instelde, werd de aanleiding tot dit rechtsgeding, hetwelk onder de sensa- tioneele processen in Frankrijk een eerste plaats inneemt. Een tragisch schouwspel moet het zijn geweest Léon Daudet en zijn echtgenoote met hardnekkige wanhoop strij dend voor de nagedachtenis van' hun zoon, maar tegelijkertijd een weerzinwekkend schouwspel de vermen ing van het gezins leven met de politiek. Daudet is dus in het ongelijk gesteld rechtens is uitgemaakt dat Philippe Daudet zich zelf van het leven heeft beroofd, en hier mede is de zaak juridisch voorloopig van de baan. Bij den buitenstaander echter, die de getuigenissen der laatste weken heeft ge volgd, zal altoos twijfel blijven bestaan, om dat, ofschoon de algemeene loop der gebeur tenissen inderdaad op zelfmoord wijst, er eenige bijkomstigheden zijn, welke in het duister zijn gehuld gebleven, terwijl ze misschien van groote beteekenis zijn. Twee lezingen blijven thans tegenover el kaar staan de eene, dat de jeugdige Philippe een geëxalteerde knaap, het ouderlijk huis was ontvlucht, zich onder de anarchisten had begeven omdat hij tot het anarchisme was bekeerd en eenige vooraanstaande staatslie den, waaronder Poincaré en zijn eigen va der, wilde dooden vervolgens door de poli tiek werd gezocht en zicl^ door zelfmoord aan de gevolgen wilde onttrekken (hij had bovendien geld zijner ouders ontvreemd en durfde niet thuis komen) de andere (de lezing-Daudet), dat de knaap slechts tot de anarchisten was toegetreden om te spion- neeren en zijn vader alles over te vertellen daarna door de politie bij den boekhandelaar Le Flaoutter in een valstrik was gelokt, en bij vergissing was doorgeschoten toen men bemerkte dat hij de zoon van den royalis- tischen leider was. zou de zaak zijn verzwe gen en had men den dood voor zelfmoord doen doorgaan. Een ding is evenwel duidelijk geworden de bijna waanzinnige haat van Léon Daudet tegen zijn politieke tegenstanders, maar vooral de ziekelijke overspanning der fami lie Daudet, waarin krankzinnigheid en afwij kingen op moreel gebied veelvuldig voorko men. In zijn qerste huwelijk was Daudet met een kleindochter van Victor Hugo ge huwd. Twee zijner kinderen uit dezen echt zijn geesteskrank de tegenwoordige echt genoote van Daudet is een lid zijner familie. Hoe zeer de erfelijkheidskwestie hen allen bezighield, blijkt uit het feit dat Alphonso Daudet haar in zijn tooneelstuk 1'Obstacle en Léon haar in zijn Heredo heeft behan deld. Uit dit millieu was de arme Phillippe voortgekomen. De Fransche bladen melden, dat Léoh Daudet heeft besloten cassatie aan te teeke nen tegen het vonnis van het Assisenhof. Een aanslag op een Iersch monument. In de Westelijke buitenwijken van Cork is Zaterdagavond een bomaanslag gepleegd op het monument dat werd opgericht voor Munstersche'soldaten, die in den Zuid-Afri- kaanschen oorlog sneuvelden. De aange richte schade bleef echter tot een minimum beperkt. Een soortgelijke aanslag had plaats in he jaar 1919, toen een deel van het „Keltische Kruis" in de lucht vloog. De burger oorlog in China Een afdeeling troepen uit Sjan- toeng is aan het muiten geslagen en heeft een aanval gedaan in de ach terhoede van een brigade Witte Rus sen, terwijl dezen bezig waren met een poging om den opmarsch van Woe Pei Foe's troepen tegen te houden. Het meerendeel van de drie duizend Russische huurlin gen, met inbegrip van een pants er- .wagenbezetting werd gedood. De gewonden zijn zon der medische hulp en wachten op de aankomst van bui tenlandsche dokters uit Tientsin, die met groote onver schrokkenheid in het gevechtgebied zijn doorgedron gen. De „Popoio" verschijnt niet meer. De „Popoio," het orgaan der katho lieke Volkspartij, deelt mede, dat het ten gevolge van de dagelijksche inbe slagnemingen, waarvan het in de laatste dagen het lachtoffer is, uit zich zelf zijn pu blicatie staakt. De ramp van de M I. Aanstaande Donderdagmorgen zal er op zee, ongeveer op de plaats waar de duikboot M I verdween, een rouwdienst plaats heb ben, waaraan een aantal duikbooten zal deel nemen. De schepen zullen bijeen komen op een bepaalde plaats in het Kanaal en van daar vertrekken naar de plek, waar de M. I. in de golven verdween. De dienst zal wor den geleid door een geestelijke. Een krans zal in zee worden geworpen en de gebruike lijke saluutschoten zullen worden afgevuurd. Verdere nasporingen naar de vermiste duikboot M. 1 hebben uitgewezen, dat op den bodem der zee, waar het schip verdween, vijf afzonderlijke wrakken liggen. Het wordt waarschijnlijk geacht, dat één van deze wrakken de M. 1 is. De zee is op deze plaats 35 a 40 vadem diep, zoodat de bodem niet, met een gewoon duikapparaat kan worden bereikt. Van Duitsche zijde is echter de hulp aangeboden van een speciaal toestel, dat tot op groote diepte kan komen. Dit apparaat is door de „Wolfhound," een der snelst- varende destroyers, van Wilhelmshafen ge haald. Wanneer de omstandigheden van daag en volgende dagen gunstig zijn, zullen Duit sche duikers, die met het apparaat op de hoogte zijn, naar elk der vijf wrakken af dalen. De strijd in Libanon tus- schen vrijwilligers en re bellen. De „Chicago Tribune" meldt, dat de Chris telijke vrijwilligers in Libanon, wier aantal thans 5000 man zouden omvatten, de ruïnes van Kaukaba hebben bezet. Zij stieten bij Hasbava op den vijand, wierpen hem uit de versterkingen en drongen hem in de richting van Hermon terug. De vrijwilligers hebben Libanon van alle indringers gezuiverd, die zich in de bergen terugtrekken. De regeering van Libanon heeft tal van geweren verstrekt aan de door de rebellen bedreigde dorpen. Kolonel Andrea, die in Deraa het bevel voerde, onderhandelt met de Droezen over vrede. De verkiezingen voor de Perzische Constitueeren- de Vergadering. Het „Journal" verneemt uit Teheran, dat de verkiezingen voor de Constitueerende Vergadering zonder incidenten hebben plaats gehad. Alle provincies hebben zich uitge sproken voor de troonbestijging van Riza Khan. De parlementsverkiezin gen in Australië. Tot nogtoe zijn de volgende uitslagen van de Australische verkiezingen voor het Huis van Afgevaardigden bekend de regeering 48 Zetels, arbeiders 27 zetels. Verwacht wordt dat de regeering (ook) een meerder heid in den Senaat zal verkrijgen. Bruce, de premier, verklaarde dat het volk zich bij de verkiezingen ten gunste van wet en orde had uitgesproken. Bruce werd met een groote meerderheid van stemmen verkozen. MAARSCHALK PéTAIN. Volgens het „Journal" zou maarschalk Pétain voornemens zijn binnenkort als vice- president van den Oppersten Oorlogsraad af te treden en door generaal Guillaumdt worden vervangen. Generaal Guillaumat zou dan tevens den titel van chef van den ge- neralen staf van het leger krijgen, een post, die Joffre in 191^ bekleedde. BRAND IN EEN ONDERZEEER. Bij het laden van electrische accumulato ren is eergisteren in den onderzeeër „Né- réide", die op de reede van Toulon ligt, een ontploffing ontstaan, waardoor een vrij he vige brand uitbrak. Een kwartiermeester kwam in de vlammen om, een andere Werd gewond. DE BEIDE DUITSCHE PARTIJDAGEN. Het rijksbestuur van het centrum, X SCHANS SHENS NANL-i, KIANGSI KWEITSCHOU iFUKI unnanfu KWANGSl ANGTUN KAA/rOU TONGKIN 1000 Km. s«mrnmm als inleiding tot den partijdag te Kassei bij een kwani, heeft het besluit van den rijks dagfractie, nl. dat voorloopig aan een samen werking met de D.-nationalen in de regee- ring onmogelijk is, goedgekeurd en heeft als eisch voor de vorming der regeering de groote coalitie gesteld. De D.-nationale partijvertegenwoordigers hebben een resolutie aangenomen, welke zich keert tegen het verdrag van Locarno en de houding der leiders goedkeurt. DE BROODPRIJS IN LONDEN. Er dreigt een nieuw conflict tusschen de bakkers te Londen en den Voedselraad. Eerstgenoemden Ijebben hun voornemen aangekondigd om, in vérband met de stij ging van de meelprijzen tot 45 shilling per zak, den prijs van het brood met ingang van gisteren te verhoogen tot 9)4 pence. De Voedselraad is van meening, dat deze prijs niet gerechtvaardigd is.. Hij wordt in deze meening gesteund door het feit, dat vele groote bakkers te Londen hun brood plegen te verkoopen tegen een lageren prijs dan officieel door de bakkerspatroons vastge steld. BRAND IN EEN HOUTSTAPEL PLAATS. In Prince Rupert (Britsch-Columbië), is Zaterdagavond een hoeveelheid van negen millioen kubieken voet timmerhout, het eigendom van de Prince Rupert Struce Mills, door brand vernield. De schade wordt op 600.000 dollars geschat. DE KONING VAN SIAM ZIEK. De koning van Siam lijdt aan een acute maagbntsteking en ingewandskoliek. Uit een eerst gepubliceerd bericht bleek dat de ver giftigingsverschijnselen vermeerderden, doch een later gepubliceerd bulletin zegt, dat zijn toestand eenigszins verbetert. MIJNONTPLOFFING. Ten gevolge van een ontploffing in een nieuwe kolenmijnschacht bij Drumheller ?ijn drie personen gedood en ten minste drie ernstig gewond. EEN BOTSING TUSSCHEN EEN AUTO EN EEN MENSCHENMENIGTE. Een automobiel, die met een vaart van zeventig km in het uur reed kwam te New castle (Australië) in een menigte terecht, met het gevolg dat één persoon werd gedood en vijfentwintig werden gewond, van wie negen ernstig. Naar wij vernemen, is in Amsterdam voor 30 nieuwe kiosken', door Publieke Werken aldaar te bouwen, een bedrag van 75000 beschikbaar gesteld. Per slot van rekening worden er maar 25 gebouwd. Tien exemplaren worden vervaardigd naar het ontwerp van den architect Jan de Meijer en vijftien stuks zijn ontworpen door den heer N. Lansdorp architect bij de afd. Ge bouwen van den dienst P. W. De arbiedsinspectie heeft vervolgens haar goedkeuring aan de indeeling der nieuwe ge bouwtjes gehecht terwijl het bureau Ver keerswezen met de punten van plaatsing acoord gaat. Zoo komt er één op het Muntplein, aan de zijde van den Binnen-Amstel. Twee zullen er verrijzen op den Dam tegen het plantsoen aan. Verder een op het Frederiksplein, op het Leidscheplein, Haarlemmerplein. J. D Meyerplein. Niêuwmarkt, Westermarkt Dam rak. Spui bij den N. Z. Voorburgwal, Amstel- dijk bij de Nieuwe brug, Mauritskade bij de Commelinstraat Keizersgracht bij de Utrechtschestraat, Marnixstraat bij de Ro zengracht, Singel bij den Haarlemmersluis Prins Hendrikkade bij het Damrak, Amstel- veenscheweg bij de Zeilstraat, Sarphatipark bij de Van der Helststraat Van Baerlestraat bij de P. Potterstraat, S'adhoude'skade in het Leidsche boschje, Singel bij het Koningsplein, Linnaeusstraat bii de Pretoriusstraat, in het plantsoen bij de Rotterdammerbrug en ten slottenog een aan den Buiksloterwag bij de autostandplaats. Bovendien wordt op het Wesperplein een kiosk gebouwd in combinatie met het tram huisje aldaar. Dat is dus eigenlijk de 26ste, zoo men wil De gebouwtjes welke door architect Lans dorp zijn ontworpen, verkrijgen een lengte van 2.30 M. bij een breedte van 1.75 en een grootste hoogte van 3 meter. In de voorruimte bevindt zich 'n publieke telefooncel. Ook is gezorgd voor 'n privaat gelegenheid voor het personeel. De rest van de ruimte is de eigenlijke verkoopruimte, die electrisch zal worden verwarmd. Alle vakken, onder en boven de verkoop- ramen, zijn voor lichtreclame benut en wor den door het gemeentelijk reclamebureau ge ëxploiteerd, gelijk thans overal langs den weg verschenen .tramhalte-reclamezuilen." Hoogstwaarschijnlijk zal de wijzerplaat van het uurwerk in de kiosken eveneens worden verlicht. De kiosken van Jan de Meijer hebben ver der een afmeting van 2.30X2 M. bij 'n hoog te van 3.30 M. en geheel dezelfde indeeling. Alleen is de verkoopruimte mer rond, in den vorm van een halven zestien-hoek. In den loop der volgende maand zal de hoofdstad haar nieuwste monumentaliteit, in den vorm dezer 25, aesthetisch verzorgd» kiosken rijker zijn. Op de desbetreffende vragen van het Eerste-Kamerlid Polak, heeft de minister van Binnenlandsche Zaken en Landbouw geantwoord, dat het niet bekend is, dat in ons land nog kievitten worden gevangen en gedood, nóch dat er houders zijn van, door burgemeester daartoe afgegeven vergun ningen. De Minister acht den kievit een nuttigen vogel, welks bescherming zooveel mogelijk dient te worden bevorderd. Indien hem als nog mocht blijken, dat op bepaalde plaatsen of in bepaalde streken, kievitten worden ge vangen, gedood, vervoerd en uitgevoerd, of dat er gegrond vermoeden aanwezig is, dat zulks op bepaald? pla?fsen geschiedt, dan is hij bereid, bij zijn amb'.genooten van Justi tie en van financiën aan te dringen op ver scherping van toezicht op die plaatsen. 8 Hij bracht ziin glas aan den mond en. lang zaam herhaaldelijk dralend, als met 'n eer biedige vrees, eerbiedig, de oogen half ge sloten om door niets van buiten afgeleid te worden, slurpte hij het heerlijke vocht op, deed het stroomen op zijn tong, genoot het met al zijn zinnen, met zijn lippen, met zijn keel. met geheel ziin lichaam Hij zette het ledige glas weer op tafel. Toen schudde hij ziin hoofd en zag den pas toor aan met een uitdrukking, die vóórdat hij gesproken had. zijn gedachten reeds openbaarde: „Men zal niet veel zulke vinden!" „Vast niet," beaamde pastoor Callot. „Maar toch mijnheer pastoor, heb ik in mijn kelder nog enkele flesschen van 1884, die nog beter zijn." „Zoo, zoo. U bent een kenner!" „Zeker Maar ik bewaar ze voor het hu welijksfeest van miiri Lucien." Toen het gesprek dien kant wa? uitge gaan. vras de wethouder vooreerst nog niet klaar. Hij herinnerde aan de goede en slechte oogsten, aan de jaren die sinds meer dan een halve eeuw <je wijnkelders en de beur zen gevuld of geledigd hadden, klaagde over verschillende ziekten van het gewas, het mildew en de paddenstoelplaag, die vroeger onbekend waren. Hij roemde 't klimaat van Seinte-Marie, van Roche, van Larré en Lon- gues Allées. De pastoor luisterde aandachtig, nu en dan bevestigend knikkend. Eindelijk stond hij op om heen te gaan. (lertrand bracht nu weer het gesprek op Marie en daar hij alle wantrouwen vergeten had en in opgeruimde stemming verkeerde, vroeg hij op den man af: „Zoudt u de kleine niet eens kunnen aan spreken over hetgeen ik u gezegd heb? Misschien dat zij naar u luistert." „Als u dat goedvirdt, wil ik het gaarne doen," „Best." „Dat is dus afgesproken. Tot ziens. Mijn hartclijken dank; uw wijn was uitstekend. Men drinkt niet iederen dag zoo'n voortref felijke kwaliteit." „Zeker, zeker. De reparatie aan de kerk kemt in orde. 't Is beslist noodig, dat dat gedeelte van het dak vernieuwd wordt. Het zal me een groot genoegen zijn. u nogmaals te ontvangen." „Ja, en als ik nog eens vaorbii kom, zal ik niet vergeten aan te komen." En na elkaar hartelijk de hand gedrukt te hebben, namen de priester en de boer van elkaar afscheid. Op den drempel van zijn huis zag Ber- trand den bezoeker zich verwijderen, en dacht bij zich zeiven: „Een flinke man. niet trotsch en met een helderen kop. 't Is jammer, dat de buurlui lachen met degenen, die al te druk met 'm omgaan. In nijdig humeur, pruttelend ging Anna Babin, gestoord door het belgerinkel, over het grint van de binnenplaats; toen zij de poort geopend had verlichtte een glimlach haar gerimpeld gelaat en de verwelkoming was allerhartelijkst. De kleine Marie Picot bracht in naam van haar oom, prachtige peren, netjes gerang schikt op den bodem van een mandie. „Dank je, beste meid. Dank je. Je bent heel lief. Wat zal mijnheer pastoor blij zijn Kom binnen. Anna Babin droeg, evenals vele oudé vrij sters, onder haar ruwe huid een hart vol schatten van teederheid. De zedelijke vereen zaming, waarin zij verkeerde door het gemis aan vriendinnen, de onverschillige koudheid en soms de beleedigende glimlach, waarmee men haar bejegende familie-oneenigheden, en, nog dieper in het verleden, een wond, die in haar ziel nooit genezen was, en waar tegen zij, als eecig geneesmiddel, had aan gewend een buitensporige godsdienstigheid en een strenge deugd, verklaarden op vol doende wijze haar onvriendelijke manieren. Zij hield niet van de menschen, waarover zij zich, naar hare meening, voortdurend be klagen moest. Zij minachtte ze en liet dat ook merken. Toch was zij hartelijk én zou nooit een stuk brood aan een arme weige ren; maar zij zou ook niemand, wie het ook was, een nijdig woord sparen, als de ge legenheidzich daartoe aanbood. Zelfs pas toor Callot was niet beschermd voor haar lastig humeqr. Toch had Anna op hem overgedragen al de schatten harer genegenheid en zij deelde die uit in den vorm van een eigenzinnige, lastige toewijding, een schijnbaar gedwongen toewijding, ma&r die toch zoo waar was, zoo getrouw als van een Newfoundlander, die zijn tanden toont, maar ook weet le sterver Wat haar aan teederheid restte, deelde zij uit onder eenige kinderen, om het weer terug te trekken als zij grooter werden, ten einde jongeren ervan te laten genieten. Onder die bevoorrechten had Marie Picot, het zachte, vreesachtige, neerslachtige meisje baar altijd^ een bijzondere belangstelling in geboezemd. die na den dood van Gertrude veranderd was in een innige aanhankelijk heid, waarvan sinds dien tijd het eigenaar dige was, dat zij zich openbaarde in ;en on overwinnelijke jaloerschheid. Evenals zij zooveel mogelijk de baas wilde spelen over den pastoor, zoo wilde zij ook de plaats vervangen van al degenen, die, op welke wijze ook, met het meisje in gewonen omgang verkeerden. Haar gehechtheid aan Marie was daarom onmiddellijk gevolgd door afgunst tegen den wethouder en voor al tegen Lucien. Daarom waren, bij het gezicht der prach tige peren, welke Bertrand Dollet gezonden had, alle dankbetuigingen gericht tot bet meisje. Weldra werd Marie bij den eerbiedwaar- digen herder binnengeleid. En pastoor Cal lot bewonderde de prachtige peren en zond daarna zijn dienstmeid h.een. Zij verwijderde zich. duidelijk haar tegenzin latende blijken. De pastoor legde zijn hand op het hoofd van het meisje en zijn doordringende blikken richtend op de grijze oogen van de weeze, zeide hij: „Kind, ik ben wat ongerust over ie" En toen een ongeveinsde verrassing zicht baar werd op het gelaat van Marie, ging hij voort, na een minuut stilzwijgen, ernstig en plechtig: „Ik weet niet, of ie moeder tevreden over je zou zijn." De verrassing op haar straks i">g zoo vroolijk. lachend gelaat, maakte onmiddellijk plaats voor een angstige ontroering. En de priester las daarin zulk een droefheid, dat hij zich schaamde het onschuldige kind zóó te hebben doen lijden. Toch veroorloofde zijn plicht hem niet te zwijgen. In het belang van Marie moest hij spreken. „Waarom heb ie omgang gezocht met den kleinen Italiaan?" Onmiddellijk ondervond de kleine als 't ware een ontspanning harer zennuwen. O, als 't daar alleen om ging, dan kon zij rustig zijn; zij was zich overtuigd geen kwaad ge daan te hebber en haar moeder zou niet boos op haar geweest zijn. Mijnheer pastoor was zeker in dwaling gebracht door beden met slechte bedoelingen, misschien wel dooi haar oom. Haar gelaat kreeg haar kalmte weer terug. Toch ging pastoor Callot, wien de veran dering niet ontgaan was. voort op zifh zach- ten welwillenden toon. „Heb ie misschien niet gedacht aan de na doelen, die uit ziin omgang voort kunnen ko men? Niemand kent hem in het gebeele land en hij kan allerlei ondeugden hebben. In ieder geval, hij heeft geen godsdienstige ge voelens, hij komt niet naar de H. Mis, hij heeft zijn eerste H. Communie niet gedaan en misschien bidt hij nooit tot Onzen Lieven Heer. Ik weet zeker, dat ie daar niet alle maal over nagedacht hebt." Elk woord had Marie pünlijk getroffen. Ze bewaarde een oogenblik het stilzwijgen, ge heel in de war, toen antwoordde zij kalm: ,,'t Is waar. Daaraan heb ik nooit gedacht- Maar ik verzeker u. Frans heeft geen on deugden; wij fcebben nooit iets kwaads ge zegd of gedaan: hij is aardig en hij is o»r gelukkig, hij lijdten „En?" Zij boog haar hoofd en lispelde: ,Jk ook." (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1925 | | pagina 5