De inbraken in Haarlem en Omstreken. 15 kiüalüetb TABAK Plaatselijk Nieuws. Amsterdamsche Antliraciet MIJ uefnaa^ WJMNKft bijvooruitbetaling. Maandag 23 November 1925 49ste Jaargang No. 16106 Postrekening No 5970 Dit nummer bestaat uit 10 bladzijden - Eerste blad A De cheque van Mr. Marchant. DE POLITIE VINDT ALLE GESTOLEN VOORWERPEN. Nadere bijzonderheden over de inbraken en over den inbreker. De opening der waterleiding te Hillegom. Burgemeester Wentholt /van Hillegom opent de kraan der waterleiding. m KWUITEIT VERZEGELDE ZAKKEN Ook te Amsterdam - Leiden - Bussum - Haarden Te Lisse werd Vrijdagmiddag ter aarde besteld het stoffelijk overschot van den bij het vliegongeluk te Den Helder om het leven gekomen aspirant- vliegenier Van Dijk. Op 't kerkhof. De heer J. G. ter Beest, een der agenten die van O. op heeterdaad betrapten. ss3 ■iciiiHc uiADi monuc pnimAUT mmu RltUnt nAAnLtMdlitlt bUUnAH I p plaatsing; elke regel meer 15 ct ■■MBMIIi'IIIIIii/IiïIIIIBI lllllilI'llUIIIIIIiHHiIUi IIInWN'MBHMMffiMnyWUVUl Telefoon No. 13866 (3 lijnen]. tt^Vl"8e j"" I '-ttillil - -evens,o„gesv,,,su,eiu ,0, weisw, uooi f 7En bij een ongeva. me, f OCfl Dl) verlies van een tiana; f IOC oi) verlies van een f Cfl dij een breuk van f Ért Dij verlies vaneei egen ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeermgen 1 OUUU. verlies van beide armen beide beenen of beide oogen I /5)U." doodelijken afloop I ^3U.een voet of een oog 1 ILO. duim of wusvinser I dU. been of arm 1 -«ndere vinger Dat de sociaal-democraten bij monde van hun nieuwen partijvoorzitter, den heer Al- barda, in „Het Volk" en per manifest aan de partijgenooten bezig zijn, om van de in getreden politieke crisis te profiteeren en, te trachten bij de stukken der chistelijke coali tie een Roomsch-rood blok te vormen, ver wondert niemand. Maar dat het mr Mar chant, de leider der vrijzinnig-democraten möest zijn, die bij «ie «temming over de mo tie-Kersten den doorat gaf, lag nog meer in de lijn onzer politieke historie. En dat het mr. Aalberse was, die in het Centrum aan den heer Marchant toeriep: „qui casse, paie", wie den boel breekt, betaalt, lijkt een beschikking van het politieke noodlot. Lang toch, voordat de sociaal-democraten aan de mogelijkheid van een samengaan met de Katholieken dachten, was het 't Kamerlid Aalberse, dat bij de eerste begrootingsdis- cussies onder het ministerie-Heemskerk Talma een vinnig debat voerde met den lei der der vrijzinnig-democraten over de mo gelijkheid van een andere partijgroepeering Toen reeds lokte mr. Marchant onze jon gere, sterk sociaal voelende groep Katholie ken, om uit de coalitie te treden en een poli tieke combinatie op „democratischen grond slag" te vormen. En niemand verwonderde er zich toen over, dat het mr. Aalberse was, die den aan de Katholieken toegeworpen bal opraapte enterugkaatste. Hij, mr. Aalberse, leg de toen de verklaring af, aan geen scheuring in de Katholieke partij te denken. En van het latere coalitie-kabinet Ruys is hij een der krachtigste steunpilaren geweest. Is het geen merkwaardige loop der dingen, dat hej, nu in het openbare debat over de crisis weer mr. Aalberse en mr. Marchant. zijn, die te genover elkaar staan? De eerste heeft het origineele wachtwoord uitgegeven: Marchant heeft de vaas gebroken, hij moet betalen! En het Zaterdag j.l. gehouden congres der Vrijzinnig-democratische partij heeft zich hoofdzakelijk met die uitdaging van mr Aal berse bezig gehouden. „Wie breekt moet betalen, heeft men ons toegeroepen," zei mr. Marchant Zaterdag. „Welnu, hier is mijn cheque". En hij las aan het vr.-dem. congres een program van 16 punten voor. geworden, zei mr. Marchant. Samenwerking tusschen Katholieken, Sociaal- en Vrijzinnig- democraten is noodig; wie die niet wil, wijst een democratisch beleid af. Mijn chèque ligt nu op tafel, wanneer ge haai niet accepteert, wijst gij de verantwoordelijkheid af! Aldus de leider der vrijzinnig-democraten tot de R.-K Staatspartij. En de chèque ziet er inderdaad verlokke lijk uit: het gezantschap bij den Paus mag weer worden ingesteld; art. 123 Indisch-re- geeringsreglement, met de belemmeringen voor de Katholieke zending, kan worden op geheven. De vrijzinnig-democraten hebben in hun program wel ontwapening staan, maar in een Roomsche-rose-roode combinatie zullen zij zich tevreden stellen met eenige inkrim ping van het leger. Aan het huwelijksrecht zal verder niet getornd worden. Wat willen de Roomschen nog meer1? Mr Marchant vergeet echter eenige din gen. Op de eerste plaats, dat niet zijn partij, maar die van de heeren Albarda en Stenhuis het grootste woord zouden spreken, wan neer het tot de door hem al zoolang begeerde combinatie kwam. Vervolgens, dat hij met zijn aanbod van het Pauselijk Gezantschap een wel wat vreemdep indruk maakt, nadat hij datzelfde Gezantschap op 11 November j. 1 heeft afgestemd. Hij doet met zijn chèque wel een beetje denken aan den kleinen Joodschen bankier, die aan een in moeilijkheden geraakte firma met een oude reputatie, hulp komt aanbieden, terwijl hij zelf eerst op de Beurs stevig heeft meege holpen om de aandeelen van het oude han delshuis naar beneden te krijgen. Maar ons grootste bezwaar is, dat mr Marchant veel te hoogen dunk heeft van zijn daad op 11 November. 0,i. kan het verwijt van mr. Aalberse aan den vrijzinnig-demo- cratischen leider niet anders dan ironisch bedoeld zijn, n.m. aldus; „Gij, mr. Marchant, hebt de coalitie kapot willen makep en de regeering tot heengaan willen nopen; toon nu eens uw kunst een nieuwe regeering te vormen!" Zooiets kon mr. Aalberse schertsender wijze zeggen, om het onverantwoordelijke van de Vrijz.-democratiscbe politiek aan te toonen. Onverantwoordelijk; immers de vor ming van een nieuwe regeering ondgr leiding van mr Marchant is bij de samenstelling van deze Kamér, bij den uitslag der jongste ver kiezingen, een onmogelijkheid. Maar dan had mr. Marchant ook niet mogen optreden als omverwerper van het Kabinet, op de wijze en met de woorden, welke hij daarbij aan wendde, waar het hem onmogelijk was zelf als opvolger van den heer Colijn op te tre den. Wat hij en o.i. terecht aan den heer Colijn als Kabinets-formateur heeft ver weten, past veel meer op hem zelf. Een kabinet onder Vrijzinnig-democratische lei ding zou in het geheel niet op deh uitslag der laatste Verkiezingen kloppen. De heer Marchant heeft dus iets gebroken, wat hij niet betalen kan. Het tegoed op zijn rekening is onvoldoende om de chèque uit te betalen, welke hij aanbiedt. Het is een be- leediging voor de Katholieke partij het voor te stellen, alsof de coalitie-regeering kalm zou zijn voortgezet, wanneer de motie-Ker sten met behulp der Vrijzinnig-democraten zou zijn verworpen, doch met de stemmen der christelijk-historischen vóór. Uit de verklaring van mgr. Nolens valt duidelijk ai te leiden, dat de vier Katholieke ministers ook in dat geval zouden zijn afge treden. Wij voor ons durven althans niet anders veronderstellen. Wie dit in oogen- schouw neemt, voelt, dat de aanbieding van mr. Marchant's chèque niets anders kan zijn dan een tooneelmatig gebaar. De heer Mar chant is als coalitiebreker veel te vroeg op getreden en die fout kan hij met zijn onin bare chèque niet goed maken. Veel beter ziet dan ook de leider der nieu we democratische partij, prof. Heeresj de si tuatie in, die in het jongste nummer van „De Democratie" schrijft; Men dient zich thans af te vragen, wat nu? De wonderen zijn de wereld niet uit, vooral niet in de politiek en het is dus niet onmogelijk, dat wij voor verrassingen staan, die mijn vrees ongelijk geven Maar voor het oogenblik zie ik geen andere oplossing, als het tenminste ongelukkigerwijze niet kom' tot een z.g. zakenkabinet* oï nationaal kabi net, dus tot een conservatief bewind, dan een ministerie, waarin Colijn en dus de coalitie geest weer den boventoon voert. En in beide gevallen wordt der coalitie den tijd gegeven zich opnieuw te groepeeren. Want de coali tie-partijen bestaan nog en als het zoo uit komt, kan de grondslag voor een nieuwe Sa menwerking gemakkelijk weer worden ge vonden. Slechts door één middel kan de coalitie werkelijk worden gedood: door splitsing van die partijen zelf. In de liberale pers were dezer dagen de Katholieke Staatspartij eer zonderlinge mengelmoes genoemd. Juist, er de elementen van dit mengelmoes moeter eerst van elkander, zoo goed als dit mqt an dere gemengde partijen dient te geschieden De tegenstelling: democratisch-conservatief dient in practijk gebracht. Eerst dan is de coalitie dood, voor goed dood, morsdood Nu zal zij, vrees ik, schijndood blijken en schijndooden kunnen ontwaken. Ontdaan van de onvermijdelijke onvriendt- fijkheden bevat deze uitspraak een kern van waarheid, een erkenning van politieke reaü teit, welke de hèer Marchant in zijn verlan gen naar een andere groepeering maar steetL over het hoofd ziet. Inderdaad, de coaïiti zal eerst sterven, wanneer de coalitiepartijen zelf uiteenvallen. Dat heeft Éelgië geleerd Wanneer de Katholieke partij daar steeds een Democratisch beleid is het-eenig -mogelijke krachtige eenheid had gevormd, zou-de nood 1 zakelijkheid van een Roomsch-roode 'regee- "ing nooit zijn ingetreden. Daarom heeft onze R.-K. Staatspartij, de grootste in ons land, zulk een zware verant woordelijkheid; ten eerste om de eenheid in zich zelf te bewaren en ten tweede het uiter ste te beproeven, om met de beide andere christelijke partijen samenwerking mogelijk te maken, zoover het van haar afhangt Daar voor dienen fouten vermeden te worden als in het verleden zijn begaan, fouten tegenover zich zelf, van onderling gekibbel en het op blazen van meeningsverschillen, welke in der, grond niet veel meer zijn dan persoonlijke ambities. Maar ooit fouten in de coalitie zelf, zooals de kwestie van het Gezantschap en het optreden van den heer Colijn als mi nister-president. De omzetting van het Pau selijk gezantschap in 1920 van tijdelijk in per manent, is als een te eenvoudige zaak be schouwd in dit fanatieke land. Reeds toer had moeten worden gepoogd, een accoord tt- treffen met den heer Savornin Lohman. Men heeft o.i. diens toen geuite bezwaren wel wat gering geschat en dit heeft zich in de ver warring van 11 November gewroken, even als de ontstemming tegen den heer Colijn, wiens optreden niet klopte op den stembus uitslag, wat onvermijdelijk verzwakking en vertroebeling van het politieke leven moest meebrengen. Maar aan alle menschenwerk kleéen nu eenmaal fouten, dus ook aan de coalitie. Aan de partijen der rechterzijde en aan de sterk ste, de Katholieke op de eerste plaats, is het nu om in de naaste toekomst te toonen, dat een christelijke regeering, vrij van con servatisme, maar ook van socialisme en li beralisme, op den grondslag der christelijke maatschappijleer, de grootste zegen is voor een land en een volk. Verraden door vingerafdrukken. Onder den vloer van het door hem in Oud-Schoten bewoonde huis zijn Zaterdag middag zoo goed als alle bij de verschil lende inbraken door den gearresteerden v. O. gestolep voorwerpen gevonden. Het was de Bloemendaalsche Politie, die, met assistentie van een Schotenschen col lega, deze vondst deed en zoo de kroon zette op' een mooi stukje rechercheurswerk. Reeds vroeger was in de woning, waar v. O. gehuisd had, een onderzoek inge steld, maar uit den aard der zaak was dit zeer vluchtig geweest. Er werd toen niets gevonden en zooals wij reeds meldden, liet v. O. niets los om trent de plaats waar hij de gestolen voor werpen had geborgen. Hij ontkende alle schuld aan de inbraken en betoogde zelfs dat hij niet de man was, dien de Bloemen daalsche agenten Ter Beest en Bronkhorst betrapten terwijl hij bezig was in te bre ken in de villa „Mignon aan den Duinlust- parkweg MaaT toen de Bloemendaalsche politie genoeg aanwijzingen had tegen v. O. om hem aan de justitie over te leveren en dit Zaterdag ook had plaats gehad, kreeg zij de. handen vrij om een onderzoek naar de schuilplaats van het gestolen goed in te stellen. Uit den aard der zaak dacht zij het eerst "aan de woning van den verdachte. Nadat zij zich uit goede kameraadschap eerst met de Schotensche politie had ver staan en van den „seigenaar vrijheid had gekrt*'en in de woning te breken, begaf zij zich Zaterdagmiddag daarheen. De huiseigenaar, zelf timmerman, verleen de assistentie bij het onderzoek dat van half vier tot zes uur duurde; Het waren de heeren G. Togtema en J. Zwarfeveen van de Bloemendaalsche en J. Tijsterman van de Schotensche recherche. In een hoek van de benedenkamer bleek een gat te zijn in de vermolmde planken. Men kon er met den arm in komen, maar voelde dan niets. Echter bleken ook de planken los te zitten Deze brak men open. Terzelfderfijd nam de agent Tijsterman een kijkje in de W C. Hier bleek een steen in den muur los te zitten cn toen deze ver wijderd was, vond de rechercheur tot zijn groot genoegen eenige parelen afkomstig van dc inbraak bij mevrouw Dudok van Heel en eenige sleutels, die ook van deze inbraak alkonwüg bleken te zijn. Bijna op hetzelfde oogenblik kwam ook de voorraad onder den vloer te voorschijn Het bleek een waardevolle collectie te zijn, waarvan de geldswaarde moeilijk te schatten is, maar in de duizenden loopt. Het verborgene was bedekt met een laag zand van ongeveer 'n halvtn meter. Alles was keurig verpakt. Elk gouden siraad ineen apart stukje papier. Met bij zondere zorg was een gouden ring met steen en briljanten in krantpapier gewik keld. Het was voor de rechercheurs een aangenaam, maar ook een griezelig werkje, om al die kostbaarheden U't den grond op te delven. Want niet alleen goud en zilver werd er gevonden en een naar gouden offi cierskwasten, maar ook tal van haring koppen lagen tusschen de kostbaarheden en bij het matte schijnsel der lampen, scheen elk paar haringoogen evenzoovele briljanten te zjjn. Alle voorwerpen, die bij de inbraken ontvreemd waren, op enkele kleinigheden na, bleken aanwezig te zijn, en meer dan dat, want er waren ook dingen bij, blijkbaar van andere diefstallen afkomstig, vermoe delijk van inbraken in den omtrek van Leiden gepleegd. Hiernaar wordt nog een onderzoek ingesteld. Een foto brengt de colectie in beeld, zooals die Zaterdagavond stond uitgestald in het bureau van dan inspecteur van po litie te Schoten, den heer Adriaansche. Wij hebben een kijkje genomen ;n hef huisje aan den Rijksstraatweg te Schoten. Het ligt even voorbij en tegenover de R.K. kerk nabij een binnenpad. De huiseigenaar had het aan V. O verhuurd ad twee gulden per week in de meening dat V. 0. er een pakhuis wilde inrichfen Hij zou namelijk aan het grossieren gaan, naar hij voorgaf, en had een filiaal gekregen van een of an dere grossierderij. Vandaar dat het ook niet vreemd was, dat hij geen meubelen in 't huis had. Op den vloer lagen twee dunne dekens een soldatenjas en eenige vodden, die ge diend hadden om de kostbaarheden in te wikkelen. Proper en netjes wat 't er allesbehalve en de vroegere bewoner scheen wel gehard tegen ontbering, wat trouwens van een oud- soldaat en zwerver niet anders te verwach ten is. Ook zagen wij er en dit is toch wel Alleen UR. HOUTSTR. 187, Telef. 1250* een aandoenlijke bijzonderheid een een voudig grijs geschilderd houten grafkruis van rond anderhalven meter hoogte. Het was door v. O. zelf vervaardigd en ver meldde den naam van zijn in 1924 op vier jarigen leeftijd gestorven dochtertje Su- zanna. Vele uren van den dag kon de man, naar men ons vertelde, op dat kruis zit ten turen. Hij knutselde blijkbaar veel. Op den zol der zagen wij enkele potten verf en wat boetseetklei. Op den schoorsteenmantel be neden stonden eenige niet onverdienstelijke schilderstukjes, een landschapje en een pa pegaai op eetborden geschilderd. Een doo- de kraai, die we ook zagen, moest blijk baar dienst doen als talisman Dit heeft hem niet vee! geholpen. Voorts schijnt de bewoner zich veel bezig te hebben gehouden met het lezen van detectieven-romans Op den grond lagen naast andere leesboeken. verschillende Lord Listers. Het vertrek zag er zeer armeli)k uit. Geen stoel, geen tafel stond er.^ Het was er vuil en de man scheen zijn eigen potje op primitieve wijze samen te stellen. Op den zolder vonden wij de schalen van een dertigtal eieren en elders in het huis lagen de^ noodige koppen en graten van haringen verspreid. De politie is blij dat ze de gestolen voor werpen heeft gevonden en voor de bestole nen alsook voor de verzekeringsmaatschap pij vooral is dit van groot belang, want zoo zullen de eigenaars 'weder in het bezit van De Bloemendaalsche politie heeft dus wel een goede vangst gedaan. Zoolang hij vrij rond liep, had hij de politie en de burgerij nog heel wat last kunnen bezorgen. Ook de politie van Bloemendaal 'is nu van meening, dat V. O. bij zijn inbraken geen medeplichtigen had en dat hij er ge heel alleen op uit ging. Het is ongetwijfeld een staaltje van moed, alléén in bewoonde oordeeld. Als inbreker stond hij dan ook niet bekend. Toch is zijn levensloop, on danks zijn 30-jarigen leeftijd, vrij avontuur lijk geweest. In den Helder werd hij geboren, maar bracht zijn jeugd in Leiden door. Op 15-ja- rigen leeftijd ging hij naar de Pupillenschool te Schoonhoven, maar daar beviel het hem niet cn na den proeftijd van 10 maanden vertrok hij dan ook vandaar. Op 18-jarigen leeftijd teekende hij b'/, <\2 huzaren zonder njede te deelen, dat hij te Schoonhoven was geweest. Toen dat uitkwam werd het hem, naar hij vertelt, lastig gemaakt en tee kende hij als koioniaal. Als huzaar diende hij o.m. te Haarlem en leerde daar zijn toekomstige vrouw kennen. In 1914 teekende hij als koloniaal. Terug uit de Oost kwam hij in Haarlem, kgeeg daar een baanfje als loopknecht eener wasscherij en huwde met het meisje dat hij vroeger gekend had. Op dit oogen blik is hij niet van zijn vrouw gescheiden, doch woont niet bij haar in. omdat er geen inkomsten zijn. Behalve loopknecht had hij ook eenige malen een winkeltje in Haar lem en eenmaal was hij filiaalhouder in Amsterdam. Door oneenigheid met een zijner chefs echter raakte hij daaruit en kwam nu eenige jaren geleden met de po- Een foto van de kostelijke uitstalling van de massa voorwerpen, die O. tijdens zijn inbraken in Bloemendaal, Overveen, Haarlem en Heemstede wist te bemachtigen. Het huis van den verdachte O. te Oud-Schoten. Voor den ingang de personen die het onderzoek verrichtten. Van links naar rechts; K. Tijsterman, agent van politie te Schoten; de heer A. Hiemstra, commissaris van politie te Bloemendaal; de heer G. Togtema, hoofd agent-rechercheur te Bloemendaal; de heer P. M. Adriaansche, inspecteur van ptflftffc te Schoten en G, Zwarteveen, agent van politie te Bloemendaal. hun eigendom komen. Ook staat de schuld van v. O. aan de inbraken nu vast. Maar ook zonder dat waren de bewijzen tegen hem voldoende. Want hoe geraffineerd in breker v. O. overigens ook was, zooals alle inbrekers, maakte ook hij fouten. Hij was zeer zorgeloos. Alhoewel hij volmaakt op de hoogte blijkt te zijn met het vingerafdruk ken-systeem en hij zeer goed de theorie daarvan kent. gebruikte hij toch nooit hand schoenen bij zijn inbraken. Hij meende overigens geheel ten on rechte dat de j »;titie geen misdadigers op vingerafdrukken alleen kan veroordee- huizen in te breken. Respect heeft de poli tie ook voor zijn klimkunst. Een raadsel bijv. is het, hoe hij in de villa van mevr. Dudok van Heel is gekomen. De beste cat- j burglar uit Engeland zou hem dat niet ver beteren. Dat hij de gestolen voorwerpen in zijn huis verborg, wijst er op, dat hij niet van plan was zich te laten pakken door dc politie, maar er straks met den buit stillet jes tusschen uit te trekken. Anders zou hij de voorwerpen wel ergens in het veld verborgen hebben, om ze, even tueel na zijn straftijd te hebben uitgezeten, Een kijkje in de kamer van de onbewoonbaar verklaarde woning te Ond-Schoten, waarin O. huisde. In den hoek het gat, waar de kostbaarheden onder den vloer verborgen waren. len Maar al zou dit waar zijn, dan had hij toch moeten b edenken dat vingerafdrukken er toe kunnen bijdragen om den dader van een inbraak gemakkelijk te vinden. De rest komt dan heel dikwijls van zelf. Hij ge bruikte dus geen handschoenen bij zijn in braken. Dit is hem nu noodlottig geworden want niet alleen komen zijn vingerafdrukken overeen met die, w elke bij de zeven laat ste inbraken gevonden zijn, maar zelfs is het uitgekomen, dat hij ook schuldig moet zijn aan een drietal inbraken, dat verleden jaar plaats had in Bloemendaal, Aerdenhout en Bennebroek. O.a. aan de inbraak ten huize van den heer Stoop. weer op te graven. Hij moest toch weten, dat de bergplaats in de woning zeer on veilig was voor het geval hij zou gepakt worden en veroordeeld. Wie waarborgde "em, dat tijdens zijn gevangenschap de on bewoonbaar verklaarde woning niet zou worden afgebroken? Hij had dus wel goed vertrouwen, dat er niets met hem gebeuren kon. Ondanks zijn ontkentenis is echter zijn zaak „lek", zooals het in dieven jargon heet. Zoo „lek" als een mandje, ten eerste door de vingerafdruk-bewijzen en ten tweede door de ontdekking van de gestolen waar. Voor, diefstal is v. O. nog nimmer ver- litie in aanraking. Dat was in Bennebroek, waar hij een opzichter bij de wegwerken met een moker op hef achterhoofd sloeg en ernstig verwondde. Hij werd door hem, naar zijn zeggen, benadeeld in zijn loon. Voor deze mishandeling gaf de Haarlemsche Rechtbank hem 8 maanden gev.strai. Na dezen tijd uitgezeten te hebben ver toefde hij in Frankrijk ono!*-r de Apachen, waar hij het inbrekersvak blijkbaar leerde. En zooals gebleken is, met succes. Ook heeft hij in Spanje in Barcelona een jaar in de gevangenis gezeten, naar zijn zeggen, omdat zijn papieren niet in orde waren. Hoewel dit onwaarschijnlijk klinkt, herinne ren wij er aan, dat tijdens de communisti sche woelingen in Spanje, nauwlettend werd toegezien op vreemdelingen, vooral bij de ernstige ongeregeldheden, die destijds in Barcelona plaats grepen Wat hij vertelt kan dus wel juist zijn in den grond. Het blijft echter de vraag, waarom hij naar Barcelona ging. Wij herinneren ons, dat in die dagen veel geschreven werd over vreemdelingen, vooral uit Frankrijk afkomstig, die daar de stad onveilig maakten. In den laatsten tijd vertoefde hij te Haarlem, maar was zonder verdiensten. Naar hij voorgaf zou hij nu weer als grossier optreden van snoeperijen en krui denierswaren. Het huisje te Oud-Schoten huurde hij ook om het als pakhuis te ge bruiken. Zijn vrouw vertoeft te Haarlem es is werkzaam op een bleekerij te Heem stede. Nu hij in handen der justitie is gevallen, zal men in Haarlem en Omstreken wel wei nig last meer van hem hebben, want ook na zijn straf te hebben uitgezeten, zal hem de noodige aandacht der politie niet ont houden worden. En wat dat beteekent, daar weet het inbrekersgilde in Haarlem over mee te praten. Als bijzonderheid kan nog worden gemeld, dat hij in het bezit was van een soort rooster van werkzaamheden met adressen van villa's, die reeds bewerkt waren ol nog bewerkt moesten worden. Al les mei de noodige details aan sleutels en teekeningen. Een woord van hulde mag hier worden

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1925 | | pagina 1