UTltïH
UIT DE PERS.
Binnenlandsch Nieuws.
Alleen op de wereld.
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT.
Tweede Blad Woensdag 9 December
Een opdracht aan Drde Visser.
Het betoog van Staatsraad
Fabius.
De financieele plannen van Loucheur omvatten zeven ontwerpen.
De Jouvenel, de hooge commissaris van Syrië, heelt een onderhoud ge
had met den patriarch der Maronieten. In een ziekenhuis in Westfalen
zijn zeven kinderen gestikt door kolendamp.
Onder de Radio-berichten: De financieele voorstellen van Loucheur
door den Franschen ministerraad goedgekeurd. De overeenkomst in
zake Ierland door het Engelsche Lagerhuis in tweede en derde lezing aan
genomen. Protesten der rubberplanters op Malakka. Het Engelsche be-
Tttfur troggelt hun hun koelies af.
Leather, Fisher en Philips, kooplieden in
Gem, buitenL berichten
RECHTSZAKEN.
De Lijster tot twee jaar
veroordeeld
De overeenkomst inzake Ierland
in tweede en derde lezing
aangenomen.
Een invoerrecht op pakpapier
in de volgende zitting.
De financieele voorstellen
van Loucheur.
De werkloosheid in Duitschiand.
Een nieuwe Landru.
Betoogende Duitsche
ambtenaren.
De in beslag genomen Duitsche
vermogens in de V. S.
Een ontploffing van een
electrische centrale.
Ontstemminguonder de
rubberplanters op Malakka.
Geen Japansche troepen-
versterkingen naar Mandsjoerye
Dr. de Visser confereert.
Een vergadering der
R.-K. Kamerfractie.
Vroedvrouwenschool te
Heerlen.
FEUILLETON.
Niet veel succes verwacht.
Over de opdracht aaa dr. De Visser tot
-vorming van een parlementair kabinet,
{schrijft „De Maasbode" het volgende:
Met de opdracht aan dr. De Visser is
de huidige crisis in 'een nieuw stadium ge
komen.
Als tweeden in de rij dergenen, die
welbewust de breuk in de rechtsche sa
menwerking hebben veroorzaakt en dus
hare gevolgen voor hun verantwoording
hebben te nemen, zijn na Marchant's
échec de Christelijk-Historischen aange
wezen voor een poging, aan ons land een
levensvatbaar kabinet te bezorgen.
Evenals voor Marchant luidt de op
dracht, dat het een parlementair kabinet
moet zijn.
Of wij vooral met het oo'g op de
persuitingen, onder verantwoordelijkheid
van den nieuwen formateur zeiven in het
licht gegeven erg optimistisch denken
over de kansen van slagen dezer nieuwe
poging?
- „Vooralsnog," zoo beantwoordt het blad
f'deze vraag, „zien wij den politieken toe
s' stand steeds meer verwikkeld worden en
veel succes durven wij ook van dr. De Vis-
ser's ondernemen, bij de situatie van het
oogenblik, ons niet beloven,"
„De Tijd" schrijft over oud-minister De
(Visser's taak o.a. het volgende:
De heer De Visser zal zelf hebben uit
te maken tot welke groepen hij zich wil
wenden om steun te krijgen; hij kan over
leg plegen met de groepen der rechterzij
de alléén, of zich richten bijvoorbeeld tot
de Christ.-Historischen en Anti-Revolu-
tionnairen, met uitschakeling van de Ka
tholieken. Ook staat het hem volkomen
vrij, de medewerking van linksche par
tijen in te roepen. Slaagt de formateur er
niet in een Kabinet uit een meerderheid
in de Tweede Kamer te vormen, dan laat
de opdracht hem voldoende ruimte om
met een minderheidskabinet iö zee te
gaan.
Dr. De Visser kan dus alle richtingen
uit.
Toch zal de Christ.-Hist. formateur, als
wij ons niet sterk vergissen, zegt het blad,
in eerste instantie probeeren, de samenwer
king der rechtsche partijen te herstellen. In
dit geval past de katholieke pers groote be
scheidenheid.
Wanneer de dokter komt in de kamer,
waar een zwaargewonde te zieltogen ligt,
dan blijven de huisgenooten ernstig-stil en
kijken zwijgend toe. Deze dokter heeft
ons vertrouwen. Misschien weet hij ook
het geneesmiddel aan de hand te doen,
om de geslagen wond te heelen. Als mede
voelende huisgenodten in het rechtsche
gezin, wachten wij met vertrouwen op de
boodschap, die de dokter ons zal brengen.
Als menschelijke kracht hier nog iets ver
mag zal dr. De Visser ons vertrouwen, be
sluit „De Tijd", niet te leur stellen.
„Niet uit te voeren".
Het „Handelsblad" zegt over de opdracht
aan dr. De Visser tot vorming van een par
lementair kabinet:
Het feit, dat de opdracht na het eerste
bezoek van dr. De Visser op Het Loo niej
en thans wel wordt gegeven, zou doen
vermoeden, dat inderdaad onderling over
leg tusschen de Roomsch-Kath. en de
Christelijk-Historische fracties heeft ge
leid tot overeenstemming. Men zal dat
dan weldra vernemen, want in dat geval
is natuurlijk de vorming van een evolutie
kabinet 'n niet al te moeilijke taak na het
voorbereidende werk, dqt dezen zomer is
gedaan.
Maar meer dan een onderstelling, waar
voor eenige gronden zijn aan te voeren, is
het niet, dat het overleg over de quaestie
van het gezantschap tot resultaat heeft
geleid. En de aanwijzingen, die de pers
geeft over de stroomingen in de coalitie
wijzen veeleer in tegenovergestelde rich
ting.
Maar dan beteekent dat ook, zegt het
blad, dat van de vorming van een parlemen
tair meerderheidskabinet geen sprake is en
zou dr. De Visser, als hij de opdracht zoo
opvat, al' zeer spoedig H, M. moeten ver
wittigen, dat hij de opdracht niet kan uit
voeren.
Over blijft dan de mogelijkheid van een
minderheidskabinet of van een nationaal
kabinet, dus niet als zakenkabinet, maal
ais een regeering met een nieuwe doel
stelling, waarvoor de medewerking der
(of van bijna alle) fracties van te voren
moet zijn gewonnen.
Een minderheidskabinet onder Christ-
Hist. leiding zou een zeer kort leven heb
ben. Wij behoeven niet opnieuw te zeg
gen, waarom. Het zou bovendien naar alle
waarschijnlijkheid de door dr. Marchant
gewenschte meerderheidsvorming sterk in
de hand werken.
Voor een nationaal-kabinet, zooals wij
dat zouden wenschen, is het tijdstip, mee-
nen wij, nog niet gekomen.
Het resultaat zal dus wel zijn,-want dat
dr. De Visser de gevaren van een minder
heidskabinet, door hem geformeerd, niet
zou zien, lijkt ons ondenkbaar, zegt het
blad, dat weldra ook de feitelijke leider der
Cristelijk-historische partijfractie zal moe
ten erkennen, dat hij de opdracht niet kan
uitvoeren.
Nog langer Lohman verloochenen?
Het liberale „Utrechtsch Dagblad"
schrijft o.m.:
„De vraag is alleen, of een gedeelte der
christelijk-historischen nog langer de
staatsmanskunst van mr A. F, de Savor-
nin Lohman zal verloochenen en 't lands
belang zal blijven offeren aan inzichten
en ambities, die van éen helder oordeel
zich verwijderen. En of, indien de dissi
dente christelijk-historischen voor toena
dering gevonden worden met het nieuw
(of opnieuw) optredend Kabinet te voren
tegen nieuwe onverhoedsche aanvallen
kan beveiligen."
Bij het betoog van staatsraad Fabius
inzake den gczantschapspost bij Z. H, den
Paus, teekent „Het Centrum" het volgende
aan:
Naar aanleiding van deze beschouwing
van prof, Fabius, en de geruchten, welke
thans door de' pers gaan, zouden we er
hier toch één opmerking aan willen toe
voegen:
Men zij voorzichtig.
Formeel is het betoog van prof. Fa
bius volkomen juist.
Maar feitelijk staat we toch voor het
votum der Tweede Kamer.
Handhaaft de Kroon thans het Gezant
schap, dan kan het, hoezeer de Kroon
daartoe krachtens de Grondwet volko
men bevoegd is, den schijn krijgen, dat
er een conflict tusschen Kroon en Volks
vertegenwoordiging is gerezen.
En zelfs de schijn van zulk een con
flict moet vermeden worden.
Het mag zeker van de Rechterzijde niet
verwacht worden, dat zij, om zelf uit een
impasse te komen, de Kroon in een val-
sche positie brengt.
Prof. Fabius zegt wel: het votum van
de Tweede Kamer beteekende niet, dat
de meerderheid voor de opheffing van het
Gezantschap was. Maar dit geldt alleen
voor de Vrijzinnigdemocraten. Alle an
dere stemmers voor het amendement-
Ktrsten moeten geacht worden tegenstan
ders van de handhaving van het Gezant
schap te zijn, zij het op verschillende
gronden.
Al is het dus formeel juist, dat de
Kroon, ook na de beslissing over het
amendement-Kersten, bevoegd blijft, dit
Gezantschap te handhaven, het is de
plicht van hen, die dit thans wenschen,
ervoor te zorgen, dat er iets geschiedde,
vraardoor vast komt te staan vbgkkaqoj
waardoor vast komt te staan dat hierbij
dan van een conflict tusschen Kroon en
Kamer geen sprake is.
Zij die den wagen van Staat in de sloot
hebben gereden, moeten hem er zelf weer
uithalen.
Daartoe de Kroon te gebruiken, ware
Haar misbruiken.
Een spionnagezaak. Zij heeft een volledige bekentenis afgelegd en
Zaterdag is te Parijs een jonge vrouwelijke verklaard, dat zij sedert Maart 1.1. spionnage-
gpion gearresteerd, Marthe Moreuil genaamd, diensten verrichtte voor drie Engelschen,
rauio-artikelen. Deze drie zijn eveneens aan
gehouden.
Volgens de bladen, die groote beteekenic
hechten aan de spionnagezaak, welke tot de
arrestatie van Marthe Moreuil en drie En
gelschen-heeft geleid, zouden twee van hen
.lebben bekend tot den inlichtingsdienst te
oehooren zij beweren dat de inlichtingen,
die zij zochten slechts een commercieel doel
hadden. In hun verklaringen tegenover den
rechter van instructie is echter veel tegen
strijdigs.
De Fransche militaire
problemen.
Maandagavond had in het ministerie van
buitenlandsch'e zaken een conferentie plaats
nopens alle problemen van militairen aard,
die op het oogenblik de aandacht der regee
ring vragen, n.l. de militaire dienst, de her
groepeering der bezettingstroepen tengevolge
van de ontruiming van de Keulsche zone en
de toestand in Syrië en Marokko.
Havas meldt, dat aan de conferentie werd
deelgenomen door Briand, Painlevé, Foch en
Pétain,
De Fransche financieele
voorstellen.
Loucheur heeft Maandag in den kabinets
raad een uiteenzetting gegeven van zijn plan
nen inzake de financieele saneering.
Na vele gesprekken met specialisten uit
allerlei bedrijven heeft Loucheur zijn finan
cieele plannen in hoofdlijnen vastgesteld.
Ze zullen heden in den ministerraad worden
behandeld. De grondslag is het absoluut even
wicht der begrooting. Daartoe, en tot sanee-
ing, zal natuurlijk een nieuw beroep gedaan
worden op de belastingbetalers. Immers het
phs aangenomen wetsontwerp diende alleen
om de regeering door een voor de schatkist
buitengewoon moeilijke periode heen te hel
pen. Niettemin zal rekening worden gehou
den met de aanzienlijke betalingen, die de
belastingschuldigen daarvoor hebben te dceri,
zoodat de nieuwe belastingen, die Loucheur
voorstelt, eerst in 1927 een volledige effect
zouden berèiken.
De nieuwe financieele maatregelen wor
den samengevat in zeven ontwerpen, waar
van voorloopig de beide eerste nog slechts
in bijzonderheden zijn uitgewerkt. Ze be
oogen lo. de invoering van acht milliard
nieuwe belastingen 2o. de stichting eener
amortisatiekas 3o. de verscherping der be
lastingcontrole 4o. de toekenning van spe
ciale voordeelen aan aandeelen op naam, bo
ven die aan toonder 5o. een facultatieve
telling van de inruiling stukken van staats-
leeningen tegen voor den Staat voordeelige:
typen 60. een verhooging van de tarieven
der spoorwegen opdat de Staat niet langer
behoeve bij te passen 7o. een wijziging van
het mechanisme der inkomstenbelasting om-
de opbrengst te verhoogen.
De invoerrechten op mes
sen, scharen e.d.
De bij het Engelsche Lagerhuis ingedien
de resoluties, die der regeering machtiging
verleen en om invoerrec! en te heffen van
messen, scharen e.d., handschoenen en
gleeik u je:, wc-rden sjoien'wt ia een af
zon'e lijk finrncioel wetsontwe p, genaamd
„Safeguarding of Industries Customs du
ties bill". Het wetsontwerp werd formeel
in eerste lezing aangenomen.
De overeenkomst inzake
Ierland.
Maandag is zekerheid verkregen, dat het
parlement van den lerschen Vrijstaat de
ïersche overeenkomst zal ratificeeren. De
oppositie bracht slechts 26 afgevaardigden
bijeen tot het steunen van een motie tot ver
daging van het debat, terwijl vijf-en-twintig
afgevaardigden vóór de regeering stemden
President Cosgrave verklaarde, dat de Brit-
:che regeering den Vrijstaat met de meest
vriendschappelijke gevoelens was tegemoet
getreden, en Wees op de beteekenis van de
ratificatie van de overeenkomst om de on
rust en de onzekerheid te doen luwen. Hij
zeide dat de overeenkomst een keerpunt in
de geschiedenis 'van Ierland zou beteeke-
nen.
Auto door een trein ver
pletterd.
Te Fenny Stratford (gr. Buckingham)
reed een groote personen auto tegen een
gesloten slagboom van een spoorwegover
gang en verbrijzelde deze even voor het pas-
seeren van een trein. Deze vernielde het
voertuig, tengevolge waarvan zes personen
werden gedood en acht zwaar gewond.
Het Zwitsersche parle
ment geopend.
De 27e zittingsperiode van het Zwitser-
:che parlement is Maandag geopend.
De pas-visa..
Zwitserland heeft aan Duitschiand, Oos
tenrijk en Italië voorgesteld wederkeerig de
pasvisa Op te heffen voor reizigers, die zich
naar een bepaalde plaats begeven voor het
aanvaarden eener functie.
De emigratie-conferentie in
Italië.
De internationale conferentie inzake de
emigratie is Zondag door Mussolini geopend.
Er zijn 45 staten vertegenwoordigd.
De toestand in Syrië.
De Jouvenel bracht Zondag een bezoek
aan den patriarch der Maronieten, die he
ien het bezoek te' Beiroet beantwoordde.
Het bezoek van De Jouvenel aan den oa-
triarch gaf overal langs den 30 K.M. langen
weg aanleiding tot pro-Fransche betoogin-
2en.
Het onderhoud was allerhartelijkst en
werd bijgewoond door de geheele hooge
geestelijkheid en eenige leden van den wet-
gevenden raad.
De patriarch hernieuwde de verzekering
van eeuwige trouw aan Frankrijk en van
dankbaarheid van zijn land voor de wel
daden, die Frankrijk het tót op dit oogen
blik bewijst.
De reis van den patriarch naar Beiroet
was een groote gebeurtenis. Een groote me
nigte ging hem tegemoet, roepende „leve
het mandaat
Het bericht omtrent de nieuwe beschie
ting van Damascus wordt tegengesproken
Dc artillerie bepaalde zich tot het verdrij
ven der benden, die zich in de omgeving der
stad hadden verborgen.
Belastingverlaging in de V.S.
Alvorens te worden verdaagd, plaatste het
Representantenhuis boven aan de agenda
.iet nieuwe wetsontwerp inzake belasting
verlaging, hetwelk de inkomsten van het
volgende jaar met 325.736.000 dollar ver
mindert. De inkomstenbelasting alleen wordt
verlaagd met 193.575.000 dollar.
De toestand in China.
Uit Peking wordt gemeld, dat de Mands-
joerijsche generaal'Tsjang Tso Lin van alle
echten op het gouverneurschap afstand
heeft gedaan. Dit is een rechtstreeksch ge
volg van den flankaanval van Kwo Soeng
Ling. De troepen van Tsjang Tso Lin trek
ken in wanorde op Moekden terug. Tsjang
Tso Lin heeft Moekden verlaten.
Nu het terrein der vijandelijkheden de
Japansche verdeaigingszóne in Mandsjoe-
ije nadert maakt het departement van oor
log den tekst bekend van c!e medec'eeling,
die de Japansche opperbevelhebber in Kwan
toeng naar men verwacht tegelijktijciig zal
encen aan de elkaar bestrijdende generaals,
waarin de nadtuk wordt gelegd op Japan's
politiek van non-interventie, doch de waar
schuwing wordtgegeven, dat zoo de vijan
delijkheden leven en gced der Japanners in
gevaar mochten brengen, de Japansche troe
pen wel eens zouden kunnen worden opge
roepen om handelend op te treden.
DRIE NIEUWE STANDBEELDEN.
In Parijs zullen drie nieuwe standbeelden
worden opgericht een voor Emile Verhoe
ren, dat door een FranschrBelgisch comité
wordt aangeboden en in het Pare Monceau
zal worden geplaatst een voor Paul Dé' ou-
lède op de Square Laborde tegenover de
Place Saint-Augustin, en een voor den Pool-
schen dichter Adam Mickiewitsj, hetwelk
door den Poolschen Landdag wordt geschon
ken, maar welks bestemming nog niet geheel
vaststaat.
ZEVEN KINDEREN GESTIKJ.
In het ziekenhuis te Lemgo in Westfalen,
zoo wordt uit Berlijn gemeld, zijn zeven kin
deren gestikt, doordat zich in het vertrjk
naast hun slaapkamer kolendamp had ge
vormd.
DE VOORMALIGE LEGATIE IN PE
TERSBURG;
Uit Moskou is bericht ontvangen dat de
Sovjetregeering het voormalige Belgische
legatiegebouw te Petersburg wederom ter
beschikking der Belgische ïegeering heeft
gesteld.
DÊ GROOTSTE ELECTRISCHE CEN
TRALE.
Te Sjatoerka bij Moskou heeft Trotsky
volgen? een bericht uit Berlijn de grootste
electrische centrale /Van Rusland geopend.
De plechtigheid werd o.a. bijgewoond door
vertegenwoordigers der Duitsche legatie en
door den Finschen ambassadeur.
DE CONCESSIES.
Op 23 November 1925 was het vijf jaar
dat de wet op de concessies in Rusland was
ingevoerd. De „Izwestia" wijdt aan dit jubi
leum een artikel, waarin de politiek van de
regeering in deze gerechtvaardigd wordt.
Wij ontleenen aan het bolsjewistische blad
de volgende cijfers
Tot het einde van 1922 ontving de rggee-
ring der Unie 338 aanvragen om concessies,
in 1923 607 aanvragen, in 1924 311 aanvra
gen, in 1924 311 aanvragen, in 1925 (tot 1 Oc
tober) 199 aanvragen. In het geheel hee'ft de
regeering dus in de vijf jaren plm. 1500 aan
vragen om concessies ontvangen. Volgens
het blad gaat de daling van het aantal der aan
vragen gepaard met een aanzienlijke stijging
van de beteekenis er van. Hetzelfde zou gel
den voor de toegestane concessies. Tot het
einde van 1922 werden 18 concessies toege
staan in 1923 44, in 1924—25, in 1925 (tot
1 October) 23.
DE GROEI VAN DE INDUSTRIEELE
COÖPERATIE.
In de „Izwestia" komen de volgende bij
zonderheden voor over den groeLvan de in
dustrieele coöperatie in Sovjet-Rusland
In 1924 waren er in de Unie 2466 indus-
trieele „artjelj's" (soort van coöperatie) met
105.000 leden. Op 1 Januari 1925 is het aan
tal artjelj's gestegen tot 2877 en het aantal
leden tot 140.000 op 1 Juli 1925 waren er
reeds 2945 artjelj's met 187.000 leden.
De omzetten van den Wsekomprosojoez,
de centrale van de industrieele coöperaties, be
droegen het laatste jaar 14 millioen roebel
tegen 4.7 millioen in het vorige jaar.
DE NI'ET-BETAALDE BELASTINGEN.
De „Ekonomitsjeskaja Zjiznj" klaagt er
over, dat een aanzienlijk gedeelte van de be
lastingen oninbaar is. Zoo was er op 1 Octo
ber oninbaar gebleken aan accijnzen, bedrijfs-
en inkomstenbelasting alleen in Rsfsr een
totaal bedrag van 66.6 millioen roebel. Dit
verschijnsel neemt steeds toe eênige maan
den was de stijging voor de bedrijfsbelasting
212 voor de inkomstenbelasting 163
Bijzonder sterk is dit verschijnsel bij de rijks
ondernemingen.
De Vierde Kamer der Rechtbank te Am
sterdam deel Dinsdag uitspraak in de zaak
tegen den beroepsoplichter A. de Lijster,
die terecht stond omdat hij in het begin van
dit jaar talrijke advocaten en bankiers in
het het geheele land voor kleine geldbedra
gen had opgelicht. De rechtbank veroor
deelde hem tot 2 jaar gevangenisstraf. De
eisch luidde 3 jaar. Dit is de 23ste veroor»
deeling wegens oplichting van de Lijster.
Het Lagerhuis heeft de wet inzake de
ersche overeenkomst in tweede en derde
lezing zonder stemming aangenomen.
Baldwin deelde mede, dat de regeering
voornemens is, in de volgende zitting een
'nvoerrecht van 16 2 3 pCt. voor te stel
len op pakpapier, dat wegens de overla
ding met werkzaamheden niet in deze zit
ting kan behandeld worden.
De ministerraad heeft de uiteenzetting
van Loucheur nopens zijn financieele ont
werpen goedgekeurd. Loucheur heeft gis-
eravond bij de Kamer zijn ontwerp inge
diend om de noodige inkomsten te verze
keren voor het evenwicht der begrooting
en zijn ontwerp betreffende de stichting en
de inkomsten van een amortisatiekas.
De rijkskanselier heelt gisterenavond de
leiders van alle partijen als gewoonlijk
met uitzondering van de communisten en
de völkischen ontvangen, teneinde hen
in te lichten omtrent de schrikwekkende
stijging van het werkloozencijfer.
Dr. Luther noemde den toestand op de
arbeidsmarkt in vele opzichten hachelijk.
Naar de „Ostdeutsche Morgenpost" meldt
heeft men te Gleiwitz Zondagavond een ar
beider gearresteerd, die een groot aantal
vrouwen in zijn woning moet hebben ver
moord. In enkele weken tijds zijn eenige
vrouwen in zijn woning gestorven. Verschil
lende getuigen hebben verklaard, dat de
arbeider de vrouwen met geweld brand
spiritus in den mond heett gegoten, teneinde
den indruk te wekken, dat ze aan alcohol-
vergiftiging waren gestorven.
Gisterenavond hebben 30.000 latfere amb
tenaren, ontevreden over hun sslarieering,
op den Gendarmenmarkt te Berliin een
protestmeeting gehouden, die zonder inci
denten afliep. Met algemeene stemmen
werd een motie aangenomen, waarin de
'egeering en het parlement worden gewaar
schuwd het geduld van de ambtenaren niet
'anger op proef te stellen.
Van de zijde van de ambtenarenorganisa-
ties werd ons medegedeeld, dat de stem
ming, vooral onder het personeel van de
rijkspost en de spoorwegen zoodanig is, dat
men als de salarieering niet spoedig wordt
verhoogd er niet meer voor kan instaan,
dat het niet denzelfden kant zal uitgaan als
in Oostenrijk.
Vooral de regeling van de schadeloosstel
ling aan de Hollenzollerns heet de ontevre.
denheid onder de ambtenaren zeer doei
toennemen.
De particuliere onderhandelingen tus
schen de Duitsche bezitters van in de Ver-
Staten in beslag genomen vermogens en
Amerikaansche staatsburgers, die oorlogs
vorderingen op Duitschiand hebben, hebben
onder medewerking van het Amerikaansche
departement van Financiën tot een resul
taat geleid, dat de oplossing van het pro
bleem mogelijk maakt, te meer, daar zoo
wel het Amerikaansche kabinet als de
Duitsche regiering het beschouwt als een
aannemelijken grondslag daarvoor.
De overeenkomst moet door de belang
hebbenden worden goedgekeurd en de be
handeling zal zoozeer worden bespoedigd,
dat zij reeds in de winterzitting van het
Amerikaansche congres kan worden afge
daan.
Een ontploffing van de electrische cen
trale van Vereeniging zette het meerendeel
der goudmijnen aam den Rand tijdelijk stop.
Door de groote ontploffing van het
krachtstation van Victoria Falls te Vereeni
ging zijn de werkzaamheden in de meeste
goudmijnen aan den Rand tijdelijk stopge
zet, ofschoon er pogingen worden gedaan
om een hervatting hedenavond mogelijk te
maken. Er hebben geen persoonlijke onge
vallen plaats gehad.
Een vergadering van het plantersverbond
van Malakka protesteert tegen bet feit dat
koelies worden onttrokken aan de rubber-
plantages en te werk gesteld bij den bouw
van de oorlógshaven. In de vergadering
werd medegedeeld dat reds drie stakingen
bij het werk aan de oorlogshaven hadden
plaats gehad, waarvan loonsverhooging het
gevolg was. De hooge loonen lokten de
koelies van de rubberplantages naar het
werk aan de ocrlogshaven. De dubberplan-
ters drongen er bij de autoriteiten op aan
1200 koelies aan te werven, niet afkomstif
van de plantages, zooals ook de andere re
geeringsdepartementen doen,
Het Japansche kabinet heeft besloten
geen versterkingen naar Mandsjoerije tr
zenden.
Bijeenkomst der C. H. Kamerfractie.
Dr. J. Th. de Visser, die door de Koningin
is belast met de vorming van een parlemen
tair kabinet, heeft reeds Dinsdagmiddag kort
na het ontvangen van die opdracfit eenige
conferenties gehouden.
De C.H. Kamerfractie komt heden in het
Tweede Kamergebouw bijeen in verband
met den politieken toestand.
Naar wij vernemen zal Donderdagmiddag
na afloop van de vergadering der Tweede
Kamer, in het Kamergebouw een bijeen
komst plaats hebben van de R.K. Kamer
fractie.
Voldoende waarborgen voor een
goede opleiding,
In zijn Memorie van Antwoord merkt de
Minister van A. H. en N. aangaande de
Vroedvrouwenschool te Heerlen, o.m. op:
Wordt het voorstel van den Minister
aanvaard, dan zijn de moeilijkheden over
wonnen en kan de school blijven voortbe
staan. Met een beperking, zooals in de Me
morie 'voor Toelichting is aangegeven,
biedt zij naar zijn meening, voldoende waar
borgen voor een goede opleiding.
De bezuiniging van 22.000 (niet 32.000
zooals in het Voorloopig Verslag vermeld
staat) is niet gebaseerd op een optimism^ bij
den directeur maar op een zorgvuldig onder
zoek.
Een vergelijkend overzicht van de exploi
tatiekosten van de beide Rijksscholen en
van die te Heerlen, is om verscnillende re
denen niet te maken. Ais voornaamste reden
geldt wel dat het nieuwe gebouw te Heer
len eerst in den loop van 1923 in gebruik ge
nomen is. Maar bovendien zijn in 1925 maat-
'regelen tot zulke belangrijke bezuinigingen
getroffen dat thans vergelijkingen een on
juist beeld zouden geven.
Eerst na verloop van enkele jaren zal een
vergelijking gemaakt kunnen worden, die
eenigszins deugdelijke gegevens verschaft en
waarbij met voldoende nauwkeurigheid ge
ëlimineerd kunnen worden de bijzondere
factoren, we(ke voor de school te Heerlen
gelden.
Wat de toekomst zal brengen t.a.v. de
aanmelding van leerlingen, valt moeilijk te
voorspellen. Zeker is, dat tot dusver, on
danks den strijd over de school gevoerd, het
aantal gegadigden dat der toegelatenen ver
overtrof.
In welk stadium dc plannen, om te Breda
een Vroedvrouwenschool te vestigen ver-
keeren, is den minister niet bekend. Het
zou evenwel naar zijn meening, niet van
verstandig beleid getuigen, indien aan een
oudere inrichting, die met Rijkssteun tot
stand kwam, terwille van later opgekomen
plannen bestaansrecht in zekere mate zou
worden onzegd.
De minister ziet geen reden om naar het
verlangen van sommige leden de school ge
heel tot Rijksinrichting te maken.
Wordt het subsidie verleend, dan zal de
regeeringsgedc.'.egeerde van zelf inzicht krij
gen in het beleid van de adjunct-directrice.
Tot dusver hebben de regeering of het be
stuur daarover geen klachten bereikt. Zij is
een hoogstaande vrouw die met veel tact
haar moeilijke taak vervult. Wat den direc
teur betreft moge worden verwezen naar
hetgeen te zijnen aanzien in de Memorie
van Toelichting is opgemerkt.
26
De eerste koude begon te heerschen in de
kamertjes van de zesde etage. En evenals
alle Parijzenaars, was de graaf d'Aultrec,
de burgemeester van Sint Jan de Braye,
naar Parijs gekomen en zijn vriendschap
met de familie de Montvert, gedurende
den zomer onderbroken, was weer aange
knoopt. Zijn koetsier Edmond en Antoon
de lakei, waren oude vrienden. Beiden
waren even lichtzinnig van aard en gele
ken op elkaar zoowel lichamelijk als gees
telijk. Zij waren van die doortrapte schel
men wier onverschilligheid in het kwaad
de zielkundigen verstomd doet staan.
Op zekeren dag nam Edmond Antoon
ter zijde.
„Er is bij jullie een meisje, Marie Picot.
is 't niet?"
„Ja, een dwaas, een trotsch ding, die
nooit hierheen had moeten komen,"
„Zoo'" z
„En die we graag kwijt zouden zijn.'"
„Zoo! Er zijn er nog meer, die haar niet
uitstaan kunnen. Je kunt vijf gulden ver
dienen en dan kun je je wraak koelen,"
„Op wat vóór manier?"
„Luister, de zaak is heel ernstig en je
moet me eerst geheimhouding beloven,"
„Wees daar zeker van. Je kent me,"
De tuinknechten hadden toen met ge
dempte stem een lang gesprek, waarin ver
schillende malen de naam van Lucien Dol
let voorkwam.
Een maand verliep zonder eenig bijzon
der voorval. Emma en Antoon schenen
zelfs hun afkeer tegenover Marie te heb
ben afgelegd en toonden zich seer voor
komend voor haar. Maar dikwijls zei de
kamenier onverschillig tot haar meeste-
resse:
,,'t Is vervelefld. Nu is dit weer verdwe
nen. Ik had 't toch stellig daar neergelegd".
„Je zult je niet precies meer herinneren
waar je het gelegd hebt, zoek maar en
dan zul je 't wel vinden", antwoordde de
markiezin zonder er verder acht op te
slaan.
Spoedig evenwel gebeurde er een ge
wichtig feit. Mevrouw de Montvert, die
's-nachts thuis gekomen was uif 't theater,
had haar juwcelen op den schoorsteen ge
legd. Den volgenden morgen wilde zij ze
opbergen en bemerkte, dat een gouden
armband van kostbare bewerking Verdwe
nen was. Zij vreesde, dat zij hem op den
grond had laten vallen en zocht hem
overal, maar tevergeefs. Het lag voor de
hand, dat hij gestolen was. Alleen Emma
en Marie waren in het vertrek geweest;
Mevrouw de Montvert "ontbood eerst
Emma.
„Emma, ben je van morgen in deze ka
mer geweest?"
„Ja, Mevrouw."
„Jij alleen en Marie bent erin geweest, is
't niet?"
„Ja, Mevrouw."
„Heb je mijn armband niet gezien?"
„Zeker, mevrouw'.'
„Hij is er niet meer."
„Wat, mevrouw! Dat is onmogelijk! Hij j
was er van morgen nog. Ik heb 'm gezien.
„Ben je daar zeker van?"
„Volkomen zeker, mevrouw."
Mevrouw de Montvert dacht een oogen
blik na, zij vónd 't vreeselijk vervelend.
Die Emma boezemde haar in 't geheel
geen vertrouwen in en toch was Jiaar toon
oprecht; zeker, zij sprak de waarheid,
„Roep Marie."
Marie kwam, verwonderd dat zij zoo uit
haar gewone doen gehaald was. Zij trad
binnen, een weinig blozend, omdat zij zich
gehaast had en vroeg:
„Wat verlangt u, mevrouw?"
„Je bent van morgen hier geweest, na
Emma, is 't niet?"
„Ja, mevrouw," antwoordde zij, steeds
meer verontrust door den toon van haar
meesteres en door de tegenwoordigheidvan
Emma.
„Heb je geen armband gezien?"
„Neen, evrouw."
De markiezin trok de wenkbrauwen op.
Zij bleef in gedachten staan en toen Marie
haar mef grogte vraag-oogen bleef aanzien,
antwoordde zij:
„Die armband is verdwenen en ik hoopte,
dat je me inlichtingen zoudt kunnen ge
ven."
Marie had enkele oogenblikken noodig
voor zij het begreep. Eensklaos steeg het
bloed haar naar het voorhoofd.
„Oh, mevrouw! U denkt tóch niet..."
Maar de markiezin maakte aan dit too-
neel een einde:
,,'t Is goed! 't )s goed! Je hoeft je niet
te verdedigen. Men beschuldigt je niet.
Gaat heen."
Emma en Marie gingen heen.
Emma, schijnbaar zeer opgewonden,
stortte zich uit in geklaag en gehuil.
„Ik ben zoo eerlijk als goud. God! Dat is
al te erg! Wat een geschiedenis! Ik, die
geen mug kwaad kan doen."
Marie weende in stilte.
Toen mevrouw de Montvert weer alleen
was, geraakte zij in onoplosbaren twijfel.
In het eerst, toen Marie zeide, dat zij den
armband niet gezien had, terwijl Emma
dadelijk bekende hem gezien te hebben,
had zij gedacht: Marie is de schuldige. Maar
nu was de twijfel weer gekomen, pijnlijk
stekend als een puntige speld, die bij elke
beweging dieper indringt.
Mevrouw de Montvert had er een af
schuw van, lastige zaken af te wikkelen.
Na den raad van haar man ingewonnen te
hebben, besloot zij tot de eenvoudigste op
lossing. Opnieuw liet zij Emma en Marie
bij zich komen.
„Meisjes, de armband is nog niet gevon
den. Het staat vast, dat een van u hem
heeft weggenomen. Ik zou de politie kun
nen waarschuwen, maar ik wil er liever
geen poLcie inhalen en zal daarom mijn
kostbare juweel aan de dievegge laten.
Beiden zeg ik u mijn dienst op en de
schuldige zal, buiten het bewustzijn van
haar misdadige handelwijze, nog de wroe
ging dragen, dat zij een onschuldige haar
betrekking heeft doen verliezen."
Marie stond sprakeloos van schande en
wanhoop. Moest zij, zoo eerlijk, aldus be
handeld worden? Zij vóelde zich bijna in
zwijm vallen voor het schandelijke van zulk
een aanklacht en zij had noch de kracht,
noch het verlangen cm zich te verdedigen.
Men had haar verdacht. Dat was genoeg.
De verdenking alleen vond zij al vernede
rend. Zij zou zich niet nog dieper vernederen
door te trachten zich te verdedigen. Zij zou
niet doen als de groote Emma. die haar
gelaat bedekte met haar' schort en snikte
en smeekte.
„O mevrouw. Ik zweer u, dat ik onschul
dig ben. Ik zweer het! Ik zweer het! Luis
ter! Onderzoek mijn kamer u zult zien, dat
er niets is. U zult overtuigd worden van
mijn eerlijkheid, U kunt al miin koffers
leeg maken. U kunt alles onderzoeken."
De markiezin, die haar zenuwen bijna
niet meer meester was, maakte een einde
aan dit toonecl:
„Gaat heen. Binnen acht dagen zulle»
jullie beiden vertrokken zijn.'
Maar toen zij alleen was, begon zij na
te denken:
Emma had toch eigenlijk gelijk, 't Was
te probeeren. Waarom de kamers niet eens
onderzocht? Misschien zou die onderzoe
king een resultaat opleveren. Die kleine
Marie, met haar openhartig uiterlijk, bad
niet aangeboden om inzage te geven van
haar toebehooren. Wie weet.... Maar de
zesde verdieping was zoo hoog!
Nog niet wetend wat te doen, verliet
markiezin het vertrek. Anton was bezig in
de voorkamer. Zij vroeg hem:
„Is iemand van jullie na vanmorgen niet
meer naar boven geweest, naar zijn kamer?"
„Ik weet 't niet. Ja toch, ik geloof, dat
Marie...."
„Marie, 't k goed. Haal haar eens en
Emma ook."
De twee meisjes kwamen.
„Emma, ik heb over je voorstel nage
dacht en ik neem het aan. Breng me maar
naar jullie kamers."
Toen de markiezin, na verscheidene
malen gerust te hebben om adem te halen,
op de zesde verdieping was gekomen, kon
zij een beweging vanafschuw niet onder
drukken en ternauwernood kon zij een uit»
roep onderdrukken:
„Wat is 't hier vuil!"
Nog nooit was zij er geweest.
(Wordt vervolgd.)