s-fz u - «--5 s is na.- «rass "o.- stsarM.-
niïmktbak
AmsterdamscheAnlhraciet P d^Ü,
Deken A. Vergeer.
&a toch moorje mn>
Voornaamste Nieuwt
Een ernstig ongeluk
te IJmuiden.
Een ernstig trainongeluk in
de Jansstraat.
V erkeersonge vallen
PRIMA ANTBRACIET VERZEGELDE ZAKKEN
Plaatselijk Nieuws
Maandag 8 Februari 1926*
SÖste Jaargang No. 16170
Dit nummer bestaat uit 12 bladzijden - Eerste blad
Chr. Histr. Voorlichting.
Leiden - Bussum - Naaiden
C. J. Gonnet. f
BINNENLANDSCH NIEUWS.
De Directeur-Generaal der
P. en T. voorloopig
buiten functie.
R. K. Textielarbeidersbond.
s.
Tanklichter gezonken.
in dit nummer.
llppi
WM
ra
J. J. WEBER ZOON
OPTICIENS FABRIKANTEN
Koningstraat 10
Haarlem.
Tweede Hoogoven Ontstoken.
Telegrafisch Weerbericht
Een meisje tusschen een muur
en den tramwagen bekneld.
De slechte rails de oorzaak.
De abonnemen ,p:ljs bedraagt voo»
Haarlem et Agentschappen:
Per kwartaal 3.25
Per weak 0.2b
Franco per post per kwartaal bij
vooruitbetaling 3.56
Bureaux: NASSAULAAN 49.
Telefoon No. 13866 (3 lijnenj.
Postrekening No. 5970.
rfrertenfïêt 35 cents par regel
Bij contract belangrijke korting
AdvertentiëD tusschen den tekst,
als ingetonoen Bjededeeling, 60 ct
per regel, op de le pagina's 75 ct
per regel. Vraag- en aanbod-adv»-"!
tentiën 1—4 regels 60 ct per
plaatsing; elke regel meer 15 ct
bii vooruitbetaling.
.Alle abonnes op dit blad zijn, ingevolge de verzekeringsvoorwaarden f Cjfjflfl Levenslange geheele ongeschik
tegen ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen: 1 ÖUUU." verlies van beide armen, beide
ctheid tot werken doo. Qll>
beenen of beide oogco 5 v
bij een ongeval
lelöke"
bij verlies v. eea
andere vinger
De zaak van het Pauselijk gezantschap
blijft nog steeds de publieke aandacht bezig
houden en wij hebben het al eerder be
toogd hoe langer een oplossing der
regeeringscrisis uitblijft, hoe grooter het
gevaar voor onherstelbare misverstanden
wördt. Wij zouden daarom de personen, die
in deze moeilijke dagen in het publiek op
treden, de leiders der openbare meening, er
wel dringend op willen wijzen, dat zij, voor
zooverre zij niet enkel met de lippen, maar
ook in hun ziel van de noodzakelijkheid van
het herstel der christelijke coalitie in de
toekomst overtuigd zijn, toch aflaten om
door spitsvondigheden en gewrongen voor
stellingen de diplomatieke vertegenwoordi
ging bij het Vaticaan in een verkeerd dag
licht te stellen om zoodoende het gelijk aan
hun kant te krijgen.
Wij kunnen ons heel goed in het standpunt
der tegenpartij, dat is in deze het meeren-
deel der christelijk-historische voormannen
indenkén. Wij hebben van den aanvang van
het conflict af bewijs geleverd hun moeilijke
positie tegenover hun kiezers, tegenover de
Staatkundig Hervormde partij, tegenover de
eenmaal door hun voormannen gegeven
leiding en uitspraken, te begrijpen. Wij
willen zelfs aannemen, dat een* deel der
Christeliik-Historische Kamerleden zich
enkel door hun geweten laten leiden, wan
neer zij zeggen tegen een gezantschapspost
bij het Vaticaan te moeten stemmen en dat
zij er dus nooit toe kunnen komen om in
een blijvenden gezantschapspost bij den Paus
te berusten. Best! Wij willen zelfs nog ver
der gaan en aannemen, dat er door de lei
ding van alle drie de christelijke partijen
sinds de laatste verkiezingen, speciaal ten
opzichte van de gezantschapkwestie, tacti-
iche fouten zijn begaan. Dan staat tegenover
dit alles toch één ding vast; n.m. dat alle
drie de partijen zeggen liefst maar weer zoo
spoedig mogelijk in ééne regeeringscombi-
natie samen te gaan. Welke houding is dan
wanneer men dit werkelijk meent de
beste? O.i. toch deze, dat wij nu met het
uitzoeken, welke fouten er zijn begaan, wat
er zooal in de coalitie hapert, wat er ver
anderen en verbeteren moet enz. na al wat
er in de afgeloopen maanden gesproken en
geschreven is eens rustig wachten, tot er
«en of andere oplossing der regeerings
crisis gekomen is en vooral niet noodeloos
misverstand en .verdere verwijdering wekken;
saxar wel integendeel moeite doen, om be
staande misverstanden uit den weg te rui
men.
Wanneer men dat ook aan christelijk-
historische zijde met ons eens is en dat
moét, omdat men ook daar zegt de voort
zetting der coalittie in de toekomst te be-
geeren dan is de eerste taak van de
leiding in de Unie om eens, met handhaving
van het eigen standpunt, eerlijk en objec
tief de opvatting der andere partij door de
volgelingen te doen begrijpen. En dat ge
beurt zeker niet, wanneer de heer Snoeck
Henkemans zijn taak van voorlichter opvat
op de wijze, als waarvan wij gewag vinden
gemaakt in een verslag van een rede, welke
hij dezer dagen over ,,de crisis en laar op
lossing" in den Zegveidschen poiier heeft
gehouden.
Volgens een verslag in „het Centrum",
heeft de heer Snoeck Henkemans betoogd,
,dat het bij deze crisis gaat om de beteekenis
van het Pausschap voor de volken.
Spr, zet uiteen aldus het verslag hoe
de R, K. Kerk van de vervolgde de heer-
schende Kerk is geworden. Hoe de gedachte
van de Romeinsche overheersching ook bij de
R. K. Kerk de machtsgedachte had gewekt.
Dit is niets nieuws. Lang voor Nederland
bestond, waren ook in de R. K. Kerk vele
vrome mannen die verklaarden, dat niet in
den aard der Kerk het machtsidee lag. In
1300 was het Paus Eugenius, die in een ge
schrift afkeurde het streven naar de
machtspositie en den eisch stelde: kiest de
macht der wereld of die van den godsdienst.
Vervolgens vergelijkt spr, het begin der
crisis met den strijd, die de Hervorming
in de 16e eeuw tegen den Paus voerde. Ook
nu is het een strijd voor een beter geestelijk
leven. Hier gaat de strijd om het eigen ge
weten tegen de hecrschende macht. Hoe kan
men de ontwikkeling van Nederland inden
ken zonder dien godsdienststrijd der 16e
eeuw. De groote gedachte van Prins Willem
van Oranje was vrijheid van godsdienst en
ook hier tegenover altijd het Pausschap,
Sommigen zeggen, het is toch zoo erg niet,
ook andere landen hebben een gezant bij
den Paus. Maar dan vraagt spreker, is ook
de geschiedenis van dat land als de onze.
en dan zal men neen moeten antwoorden.
In de Ned. historie hebben vele groote
mannen altijd voor de geestelijke prot. vrij
heid gepleit. De prinsen van Oranje, breed
van gedachten, wilden nooit de R. K. Kerk
onderdrukken en waren toch ook altijd voor
de Prot. geestelijke vrijheid. In 1672 was het
weer Willem III, dje den strijd om de gods
dienstvrijheid verwon tegen een Lodewijk
XIV.
Aan de hand van een citaat uit de jong
ste Encycliek van den Paus toont spr. nu
aan, hoe ook nu de Kerk nog voor zich op-
eischt het wereldlijk gezag. Hier spreekt
weer het eeuwenoude woord, het gezag al
leen aan den Paus, die alle daden der R. K.
beheerscht.
Ziedaar een voorstelling van zaken, die
bijna in iederen zin strijdt met de geschied
kundige waarheid. Van een overheersching
°f een streven naar overheersching der
Katholieke Kerk op staatkundig en maat
schappelijk terrein, over geheel de wereld
gerekend, is ook voor den scherpsten
speurder niets te bemerken. Er is geen land
°P de wereld te noemen, waar de Katho
lieke geestelijke macht een overheersefcende
positie inneemt; in Rome zelf is de Paus de
gevangene. En wat ons eigen land betreft,
wanneer de Roomsch-Katholieken inwoners,
tc zamen, als georganiseerde partij de groot
ste eenheid vormend, zich uit een staat van
onderdrukking hebben opgeheven en een
sterke positie innemen, dan doen zij dit
louter als staatburgers, die in een goed ge
leide en stevig uitgebouwde organisatie zich
verworven hebben wat hun krachtens hun
getalsterkte toekomt; eer minder dan meer.
Wat dat met de machtsposite der Katho
lieke Kerk te maken heeft, is niet te ver
staan.
Even onjuist is de voorstelling, als zou
Nederland tegenover het Pausschap in een
geheel bijzondere positie staan. Wanneer
Duitschland en Engeland wel een gezant bij
het Vaticaan hebben en Nederlnd niet, ligt
dan de oorzaak hierin, dat die beide landen
zulk een Katholieke historie hebben?! Wij
dachten nog altijd, dat Luthcr een Duitscher
was geweest en dat de afscheuring van de
Engelsche Staatskerk aan Hendrik den
Achtste te wijten was.
Maar heel dit complex van ongerijmd
heden culmineert wel in de bewering, als
zou de thans regeerende Paus in zijn jongste
Encycliek weer het wereldlijk gezag hebben
opgeëischt. Gelukkig zijn er ook nog prote
stanten, die een beter begrip van de ware
inzichten van het hoofd der Roomsche Kerk
hebben en die met ons in de encycliek van
Christus' Koningschap een verblijdende po
ging hebben opgemerkt om de staatkunde
weer te doordringen van de christelijke be
ginselen. Daarvan heeft „de Standaard" on
langs in een tweetal hoofdartikelen over
's Pausen encycliek blijk gegeven.
Laat de heer Snoeck Henkemans zich nu
eens tot die breedere en eerlijker beschou
wing opwerken; laat hem ook eens het
standpunt van de instellcrs en handhavers
van het Pauselijk gezantschap voor zijn ge
hoor én zijn lezers uiteen zetten, van de
liberale ministers Cort van der Linden en
van Karnebeek, die de stichting van een
luisterpost bij het Vaticaan niet uit verec-
ring voor het hoofd der Katholieke Kerk,
maar ter wille van een Nederlandsch belang
hebben verdedigd, van een nationaal belang,
hetwelk er ook Frnkrijk, Engeland, Duitsch
land en meer dan twintig andere staten in
zien. De Christelijk-Historischen behoeven
het met dit natinoale standpunt dan nog niet
eens te zijn, zij mogen er de juistheid van
betwisten, maar zij dienen het toch te er
kennen en afstand te doen van de voorstel
ling, alsof het hier gaat om een religieus,
om een Katholiek belang. Deze voorstelling
verwekt al de andere vakche ideeën boven
genoemd, an bederft de politi ke sfeer. Dat
de politike voormannen in deze dagen het
land ingaan en overal spreekbeurten vervul
len, wij begrijpen het en juichen het zelfs toe
Maar wanneer het den christelijken politici,
naar zij zeggen, nog te doen is om herstel
der christelijke coalitie, laten zij dan op
houden met het doceeren van geschiedenis
op een manier, zooals de heer Snoeck Hen
kemans nu weer in den Zegveidschen pol
der heeft gedaan, en waarvan wij dagelijks
staaltjes in „de Nederlander" te lezen
krijgen. Dit is een manier om juist het tegen
deel te bereiken van wat men beweert na
te streven!
Alleen GR. HOUTSTR. 18?, Telef. 12504
Hedennacht is te Wognum plotseling
overleden de Hoogeerw. Heer Deken A.
Vergeer, deken en pastoor te Wognum.
A. Vergeer werd geboren te Reeuwijk
Raamburg op 13 Mei 1861, priester ge
wijd op 16 Augustus 1885, was kapelaan te
Voorburg en van Mei 1886 tot 24 Februari
1904 leeraar aan het Seminarie Hageveld te
Voorhout. Op 24 Februari 1901 werd hi,
benoemd tot deken en pastoor te Wognum.
Na de laatste maanden herhaalde malen
voorzien te zijn geweest van de H.H. Sa
cramenten der Stervenden is gistermiddag
te ruim vijf uur de heer C. J. Gonnet, be
kend oudheidkundige en een bekend figuur
op het vereenigingsgebied, zacht en kalm
overleden in den ouderdom van 83 jaar
Wij weten niet wal wij in den heer Gon
net het meest moeten bewonderen. Zijn
bescheidenheid en voorkomendheid waren
even groot als zijn uitgebreide en gedegen
wetenschap, welke hij zich eigen had ge
maakt door ernstige en jarenlange studie,
door een zeldzame dorst naar weten en door
Meeningsverschil met den minister
van Waterstaat.
Naar de „Tel." van welingelichte zijde
verneemt, is ten opzichte van den heer
Damme, directeur-generaal van de Poste
rijen en Telegrafie een bijzondere maatre
gel getroffen, welke niet nalaten zal opzien
te baren. Maandag a.s. zal n.l. per dienst
order worden bekendgemaakt, dat de heer
Damme voorloopig gedurende het verdere
deel van de maand Februari afwezig zal zijn.
Zijn werk zal dan worden waargenomen
door de heeren mr. J. F. van Royen, alge
meen secretaris der Posterijen en Telegra
fie, G. J. Hofker, inspecteur der Posterijen
en Telegrafie in Algemeenen Dienst, en A.
P. F. Duynstee, inspecteur der Posterijen en
Telegrafie, welke beide laatste heeren tij
delijk belast zijn met de waarneming van
de functie van hoofdinspecteur der Poste
rijen en Telegrafie.
De aanleiding van den ten aanzien van
den heer Damine getroffen maatregel is ge
legen in een zakelijk meeningsverschil over
dienstopvattingen tusschen den minister van
Waterstaat en den heer Damme. Deze laat
ste was de laatste dagen reeds niet meer
op het kantoor van het hoofdbestuur der
Posterijen en Telegrafie aanwezig.
Nader verneemt het blad nog, dat het
reeds getuimen tijd in postkringen geen ge
heim meer was, dat de samenwerking tus
schen den directeur-generaal eenerzijds en
den minister van Waterstaat benevens de
leidende hoofdambtenaren van het hoofd
bestuur der P. en T, anderzijds, in tal van
onderdeden te wenschen overliet. In het
bijzonder schijnt dit naar voren te zijn ge
komen tijdens de afwezigheid van den heer
Damme, die onlangs als regeeringSvertegen-
woordiger de Internationale Telegraafconfe-
rentie te Parijs heeft bijgewoond.
Het ledental van den R. K. Textielarbei-
dersbond ,,St Lambertus" bedroeg op 1
Januari 1925 totaal 9931, op 31 Dec. was dit
cijfer gestegen tot 10852. alzoo een stijging
van 921 leden. De winst ontstond o.m. door
de stichting van 3 nieuwe afdeelingen: Boe-
kelo 6, Made 20 en Oss met 223 leden.-
zelfontwikkeling. Hij is een mooi voorbeeld
van den autodidact, den man. die zich we
tenschappelijk zelf gevormd heeft en zoo n
hoogen trap van zelfontwikkeling heeft be
reikt, dat hij op zijn gebied algemeen als
een autoriteit werd erkend.
Den 4cn Juni 1842 werd hij te Haarlem
geboren. Op' 14-jarigen leeftijd kwam hij
als klerkje op de gemeente-secretarie, die
teen nog bestond uit een gemeente-secre
taris, een chef der secretarie en zes amb
tenaren Al spoedig trok de jongste ambte
naar door zijn ijver en leerlust de aandacht
van den toenmaligen gemeente-secretaris,
den heer mr J. Tielcman Kruijlhoff, die hëjja
de moderne talen onderwees
Deze lessen werden voortgezet door den
heer Dr B. W Hoffmann, conrector, later
rector van het Gymnasium. Hij voelde zich
vooral aangetrokken tot de geschiedenis en
stond -den heer mr. A. J. Enschedé bij in
zijn arbeid als gemeente-archivaris. Op het
stadhuis klom de heer Gonnet ook op in
hoogeren rang: op 1 Juli 1864 werd hij be
noemd tot adjunct-commies en op 1 Janu
ari 1874 tot commies. Hoezeer de gemeen
teraad van Haarlem zijn wetenschappelijke
verdiensten en werkzaamheden op prijs
stelde bleek wel uit het feit, dat de ge
meenteraad hem bij besluit van 13 Juli 1879
den titel van adjunct-archivaris verleende
eu op 1 Juli 1874 de benoeming van ad
junct-bibliothecaris. Het was dan ook niet
te verwonderen, dat hij uitverkoren werd
de opvolger te worden van den bekenden
gemeente-archivaris Mr. A. J. Enschedé,
toen deze op 19 Maart 1896 overleed. Zijn
geheele leven heeft de heer Gonnet een
grooten eerbied gehouden voor den heer,
Enschedé.
Intusschen viel ook de aandacht van de
Regeering op den jongen, ijverigen geleer
de. In het Paviljoen was destijds gehuisvest
het Museum van Moderne Kunst, een Rijks
verzameling van schilderijen. De heer Gon
net kreeg de opdracht in 1874 van deze
verzameling een catalogus te maken én zoo
waardevol was dit werk, dat hij in 1880 be
noemd werd tot conservator van dat Mu
seum als opvolger van den heer E. Koster.
Sindsdien woonde den heer Gonnet in het
Paviljoen. Op 26 Februari 1886 werd hij bi'
Koninklijk besluit benoemd tot eerste
Rijksarchivaris in de Provincie Noordhol-
iand en op 1 October van datzelfde jaer
volgde hij den heer Mr. Scheltema op als
archivaris der Provincie. Deze beide ar
chieven waren ondergebracht in het Pro-
Unciaal gebouw aan de Jansstraat, maar de
uitbreiding der Griffie maakte verplaatsing
noodig en Gonnet wist daarvoor te benut
ten de Vleeschhal aan de Groote Markt,
die daarmede een nuttige en haar waardige
bestemming verkreeg. Veel heeft de heer
Gonnet als archivaris voor Rijk, Provincie
en gemeente gedaan. Niet alleen dat de
stukken op oordeelkundige wijze werden
gerangschikt en gecatalogiseerd, maar op
gelukkige wijze beeft hij de archiefstukken
van Rijk, Provincie en gemeente aan elkan
der weten dienstbaar te maken. Geschied-
vorschers, die de archieven kwamen bestu-
deeren, vonden in den heer Gonnet immer
een vriendelijk, voorkomend en geleerd
functionaris en helper.
Tot op zijn 70ste jaar diende hij de ge
meente Haarlem. Op 1 Januari 1921 ver
kreeg hij eervol ontslag als Rijksarchivaris
van dc Provincie Noordholland, welk ambt
hij gedurende 34 jaar bekleedde.
De fegeering erkende zijn verdiensten
door hem op 31 Augustus 1906 te benoe
men tot ridder in de orde van den Neder-
landschen Leeuw. Dat is in het kort de loop
baan van' den heer Gonnet.
Maar hoeveel heeft de heer Gonnet zijn
medemenschen laten genieten van zijn ga
ven!
En dan valt wel allereerst op wélk aan
deel hij had in het nuttige werk als oud
heidkundige in de vereeniging „Haerlcm".
Hij was daar een graag geziene gast en waar
schijnlijk wel het meest op den voorgrond
tredende lid. Hoevelen hebben genoten van
de kunstbeschouwingen, die de heer Gon
net gaf en hoe bewonderde men daarbij zijn
ongeëvenaarde topografische kennis van
Haarlem en plaatselijke toestanden.
Hij bracht in den loop der jaren talrijke
dorps-en stadsarchieven in hun verband te
rug en maakte het mogelijk dat van menige
gemeente het archief in druk kon worden
uitgegeven.
Zijn aangename omgang en groote bele
zenheid, gepaard aan een nuchter, oordeel,
verwierf hem ook een plaats in de bestu
ren van tal van vereenigingon. Wij noemen
er enkele: secretaris van de commissie van
toezicht op het Stedelijk Museum; secretaris
van de Vereeniging tot uitbreiding van de
verzameling vaa kunst en oudbeden in het
Stedelijk Museum, voorzitter van de R K.
Leesvereeniging, lid en eenigen tijd voorzit
ter van het Plaatselijk Comité der Katho
liek Sociale Actie, lid van de Commissie
van Advies der Vereen tot Verfraaiing van
Haarlem en omstreken; secretaris van het
Kerkbestuur van de parochie „Sint Bavo
secretaris van het bestuur der Sint Bavo-
school; bestuurslid van de Haarlemsche Be
grafenis-sociëteit; secretaris var. de com
missie van toezicht op het Frans Halsmu
seum. Hij was lid van verschillende oud
heidkundige en geschiedkundige genoot
schappen, zooals het Zeeuwsch Vjenootschap
der Wetenschappen te Middelburg, het Prov
Utrechtsch Genootschap van Kunsten en
Wetenschappen, van de Maatschappij der
Nederlandsche Letterkunde te Leiden, van
het Kon. Oudheidkundig Genootschap te
Amsterdam.
Van zijn hand verschenen tal van weien-
schappelijke geschriften, opstellen en stu-
dieën. Dg meeste in Bijdragen tot de Ge
schiedenis van het Bisdom Haarlem. In
samenwerking met mr. A. J. Enschedé pu
bliceerde hij enkele resultaten van archief
onderzoek, maar zijn grootste trots was de
samenstelling van den atlas van Haarlem.
Memoreeren wij nog het gróót aandeel
dat hij heeft gehad in de opkomst en der
bloei van het Bisschoppelijk Museum te
Haarlem, de heiligdommen van Hcilo en
Sint Adalbert te Egmond, de ontginningen
die hij verrichtte op het gebied der kerkge
schiedenis van Haarlem en het bisdom
Haarlem, ^Wij weten dat wij met de bloote
vermelding van die feiten geenszins naar
waarde teekenen de groote verdiensten, die
de heer "Gonnet zich op dat gebied heeft
verworven, - doch de beperkte ruimte van
een doodsbericht leent zich dan ook kwa
lijk om op alles diep in te gaan. Allicht
zullen anderen, op verschillend terrein, de
verdiensten van den heer Gonnet breeder
uitmeten - en zal het ons gegeven zijn om
nog eenige malen de aandacht te vragen
voor Gonnet's werk op zoo velerlei terrein.
De heer Gonnet heeft een lang menschen-
leven gearbeid met taaie volharding en
grooten vlijt en heeft de gemeenschap,
vooral de stad zijner inwoning, groote dien
sten bewezen. Hij mocht zich in de onver
deelde sympathie verheugen van autoritei
ten, collega's en ondergeschikten, van allen,
die met hem in aanraking kwamen. Op zijn
70en verjaardag en bij elk neerleggen van een
functie was hij het voorwerp van een har
telijke en welverdiende huldiging en zijn
beeltenis prijkt in het tehuis van de ver
eeniging „Haerlem" op de Grpote Marjct,
waar hem dat eenige jaren terug door een
aantal vereerders is aangeboden.
De heer Gonnet was ook 'een man met
vroom gemoed en wij Katholieken, zijn
trofsch dal wij hem een der' onzen mogen
noemen. Ook aan de Roomsche zaak heeft
de heer Gonnet veel goeds gedaan.
Gonnet's naam zal nog vele, vele jaren
■in Haarlem geroemd worden!
En zoo moge dit vluchtig geschreven/ uit
den aard der zaak zeer onvolledige doods
bericht. eindigen met den traditione: !en
katholieken wensch dat het Gode moge be
haagd hebben Zijn dienaar reeds nu het loon
te hebben gegeven dat wij allen voor een
vroom en welbesteed leven hopen te be
reiken.
Hij ruste in vrede!
Van zeer geachte zijde schrijft men ons
nog:
Aan Oud-Haarlem is zijn trouwste wach
ter ontvallen, want Zondagmiddag is de oud-
archivaris C. J. Gonnet overleden. Wat een
schat van kennis van onze stad, wat een
trouwe toewijding voor oud-Haarlem in
hem verloren gaat, is in het kort bestek
van dit stukje niet in onderdeden te be
schrijven. Bewaarder van het „Paviljoen
Welgelegen" was de laatste officieele titel
dien hij droeg; als wachter van oud-Haar
lem zal hij blijven voortleven, zoolang het
nageslacht oud-Haarlem hoog zal weten te
houden.
Maar met Gonnet verdwijnt ook een zeer
sympathieke merkwaardige figuur uit de
Haarlemsche samenleving. Bij elke offici
eele gebeurtenis in zijn dierbare geboorte
stad achtte hij 'J: zijn plicht tegenwoordig
te zijn.
Dezen winter was zijn 'grootste verdriet
dat hem het bijwonen van de Hoogmissen
in de Kathedraal, waar hij kerkmeester
was. hem door zijn medicus ontzegd moest
worden. Echt bedachtzaam bewoog hij zich
door zijn vaderstad. Met kleine, preciese
passen, vriendelijk opmerkzaam op alles,
hebben wij hem tientallen van jaren door
zijn geboortestad zien gaan. Een groet was
hem geen sleur, maar een daad van hof
felijkheid, die hem haast stil deed staan.
Trouwens, stil staan, was een deel van zijn
wandelen; kijkend (of het oude nog onaan
getast stond, kijkend hoe het nieuwe over
al oprees en altijd in zijn oogen het stralen
van stil genieten bij al het oude dat bleef
en met lichten spot "voor het veel minder
mooie, wat er zoo vaak voor in de plaats
was gekomen. Zoo liep hij daar als wachter
door Haarlem en met woord, pen en daad
bepleitte hij het behoud van al het schoo-
ne, dat gered kon worden.
In de vertrekken, die hem in het Pavil
joen waren afgestaan, verzorgde hij al de
mooie. ouderwetsche meubelen, glaswerk,
porcelein, prenten en schilderijen uit zijn
ouderlijk huis, aangevuld door wat eigen
goede smaak en speurzin voor het schoone
in zijn lange leven had bijeenverzameld, als
die-bare schaften. Alles zorgvuldig ge
plaatst en onderhouden, zóó, dat het op
zijn mooist naar voren kwam De wijze,
waarop hij die schatten bekeek, aanpakte,
gebruikte en aan zijn vrienden toonde was
die van den echten fijnproever, op dit ge
bied. Zoo leefde hij ook in huis te midden
van Oud-Haarlemsch, Oud-Hollandsch
schoon, door hem al hoog geschat toen
nog bijna niemand er het waardevolle van
inzag.
Zijn leven zelf was een toonbeeld van
oud-Hollandsche orde: voor alles de vaste
plaats en de vaste lijd. Orde scheppen in
archieven en bibliotheken is een groot
deel van zijn levenswerk geweest. Orde
nend ontdekte hij die talrijke wetenswaar
dige historische bijzonderheden, waarmede
hij de geschiedenis van Haarlem en Noord-
Holland' verrijkt heeft. Het geschrift, waar
in hij zijn laatste zinnen neerschreef, was
een beschrijving van de oude buitenplaat
sen van Bloemendaal, dat hij helaas on
voltooid moest laten.
Hij stierf, zooals hij geleefd had. Alles
stipt bepalend, wat er na zijn afsterven ge
beuren moest, wakende dat zijn verzame
lingen daar terecht zouden komen, waar
ze gewenscht en gewaardeerd zouden, zijn,
15 Cl PERPA1WF J
en dan eindelijk, zich volkomen overgeven
de aan Gods Wil, waren in zijn langdurige
ziekte wel de meest hem kenmerkende
voorden:
„Ik ben bereid; maar.... ik ben niet ge
presseerd."
De uitvaartdiensten zullen Donderdag
morgen plaats hebben, waarna, na de ge
zongen Id. Mis van 9 uur, de begrafenis
op het R.K. kerkhof te Schoten zal plaats
hebben
Te IJmuiden is binnengekomen de Argen-
tijnsche sleepboot „Schiffsbail", welke ge
rapporteerd heeft, van Hamburg te zijn ver
trokken naar Buenos Ayres met een tank-
lichter op sleeptouw.
Zaterdagavond heeft de boot ter hoogte
van Terschelling door het breken vap den
tros den lichter verloren. Den volgenden
morgen is men nog 3 uur bezig geweest met
het zoeken naar het verloren schip, doch
noch de lichter, noch dc daarop bevindende
man zijn teruggevonden. De sleepboot is daar
na naar IJmuiden vertrokken, om het onge
val te rapporteeren..
Naar later werd bericht, moet het wrak
zich op een gevaarlijke plaats onder water
bevinden.
De Directeur-Generaal der P. en T. voor
loopig buiten functie. Meeningsverschil met
den Minister van Waterstaat.
De Maas valt weer.
De Paleis-Raadhuiskwestie te Amster.
dam.
Geestdriftige viering van het zilveren hi
weiijksfeest van het Kon, Echtpaar te Ape'
doorn.
Jhr. Mr, G. L. M, H. Ruys de Beeren-
brouck overleden.
C. J. Gonnet f
Doodelijk ongeval te Santpoort.
Madagascar door een cycloon geteisterd.
De Koning van België opent het tweed-
koloniale Congres te Brussel.
Ernstig spoorwegongeluk bij La Louvièrt
een doode, veertig gewonden,
In Korea wordt een complot tegen de
Regeering verijdeld,
Barometerstand 9 uur v.m.: 757. ooruil
Licht op. De lantaarns moeten morgen
worden opgestoken om 5.23.
EEN LANTAARNPAAL, DIE DEN KOP
LAAT HANGEN.
De electrische lantaarnpaal aan de Vosse-
dwarsstraat te Hillegom moest het dezer da
gen ontgelden door een achteruitrijdenden
auto. De aanrijding had tot gevolg, dat dc
lantaarnpaal in dc hierboven afgebeelde
typische situatie kwam te staan.
MeifSneldl ons uit IJmuider.:
Zaterdag, tegen der, middag, was de over
weg over het spooi, bij het station, afgeslo
ten, omdat er een trein rangeereu moest.
Deze boomen worden bediend aan de Noord
zijde, waar ze vastgehouden moeten worden
door pallen en mei eer ketting in verbinding
staan met de Zuidzijde. Door het personeel
werd, voor dienstzaken, even de boom van
de Noordzijde geopend wijl de trein aan de
Zuidkant passeeren moest Een ongeduldig
persoon die aan den gevaarlijken kant stond
te wachten, gooi3e, schoon daaitue niet be
voegd, de boom aldaar cck in de hoogte, in
de meening dat de weg vrij was. In een der
gelijk geval komt cr ruimte in de ketting en
de pal gaat nir-x over zoodat de boom niet
vaststaat Achtc der ongeduldigen aan kwam
de heer J F A Jungbacker, die den weg
open zag doch de situatie niet kende. Hij
ging dus door tot juist toen hij den boom
passeerde, deze weer naar beneden viel.
Het zware voorwerp trof den heer Jung
backer boven op zijn hoofd, waardoor het
slachtoffer ineenzonk
Onmiddellijk werd Dr. de Vries Robles ont
boden, die eer- lichte hersenschudding con
stateerde, dat voor ten menscb op rijperen
leeftijd steeas zeer gevaarlijk is.
Per brancard werd de heer J naar zijne
woning in de Midden Havenstraat, vervoerd.
Aangaande de omstandigheden van dit on
geluk kan nóg worder, medegedeeld dat het
spoorwegpersoneel vrij uit gaat en de over
wegwachter werkte, onder onmiddellijk toe
zicht van zijn chef, nauwkeurig volgens ont
vangen instructies.
Het is geheel te wijten aan den man die de
boomen opende, en wiens naam bekend is.
Verder blijft dit ongeluk een waarschuwing
voor velen-, die daar ter plaatse dikwijls, on
geduldig zijn en den aansporing voor de be
trokken autoriteiten, dat eindelijk de ont
worpen loopbrug op dit drukke punt eens
tot stand komt
Hedenmorgen 10 uur is de tweede Ijoog-
oven te Velsen ontstoken De plechtigheid
geschiedde door mevr. Ingenhousz, de echt-
genoote van den directeur. Aanwezig waren
o m. de directeur en het technisch personeel.
LENTEBODEN?
Bij den landbouwer P. van R. in Haarlem
mermeer kan men thans al jonge lammeren
in het land zie nloopen.
Ze huppelen al zoo vroolijk rond, alsof het
reeds in de Meimaand is.
Medegedeeld door het Kon. Meteorou
Instituut te De Bilt.
Naar waarnemingen in den morgen van
9 Februari.
Hoogste Barometerstand 781.2 m. M. te
Haparamda.
Laagste Barometerstand 747.4 m. M. te
Valentia.
Verwachting van den avond van 8 tot
den avond van 9 Februari;
Zwakke tot matigen Zuidoostelijke tot
Oostelijken wind, meest zwaarbewolkt
weinig of geen neerslag. Iets kouder.
Zaterdag j.l. kwart voor één, stond het
11-jarig meisje A, M. Drogtrop, wonende
Korte Bagijnenstraat 11, Haarlem, voor per
ceel 6 aan de Jansstraat, waar zij een
mandje fruit moest bezorgen. Uit de rich-
ting van het Station kwam een tramwagen
op hezelfde oogenblik aanrijden. De tram,
van de brug rijdend, had flinken gang, ter
wijl de toestand der rails daar ter plaatse
slecht is. Hoe het zij, de tramwagen liep
uit de rails en schoot op het trottoir. Het
meisje werd tusschen den muur en den
tramwagen geklemd. Ernstig inwendig ge
kneusd, werd het ongelukkige slachtoffer
ter plaatse verbonden en op- een brancarc
naar haar woning vervoerd en vandaar naar
het St. Elisabeths Gasthuis. Zaterdagavond
ontving zij de H. Sacramenten der Ster
venden De winkelpui en de deur van het
perceel werden ernstig beschadigd.
Het ongeluk wordt geweten aan den
slechten toestand ter plaatse. De Janssraat
vereeniging wees daar reeds meermalen op
De heer Duijn, voorzitter van de Jans-
straat-Vereeniging, gaf ons als zijn meening
tc kennen dat een ongeluk niet kon uit
blijven. De rails waren geheel uitgesleten.
Den dag tevoren ontving de Jansstraat-ver-
eeniging antwoord op een adres, dat de ver
eeniging 15 September 1925 had ingezonden.
Verbetering in de bestrating werd toege
zegd; het aanleggen van enkel spoor in dat
gedeelte van de Jansstraat, zou op groote
moeilijkheden stuiten. Den volgenden dagge-
beurde het ongeluk.
Volgens ooggetuigen zijn de tramwagens,
hoewel zij zeer langzaam de brug afreden,
nog meermalen op dezelfde plaats uit de
rails geloopen Zaterdagnacht zijn er nieu
we rais gelegd, hedenmorgen zijn de oude
in beslag genomen.
De Jansstraat-Vereeniging heeft nu we
derom een adres aan B. en W. verzonden
waarin de slechte verkeerstoestanden in -de
Jansstraat nogmaals onder de aandacht
worden gebracht: de toestand der rails was
van dien aard dat ongelukken te verwach
ten waren. Nieuwe rails en nieuwe bestra-'
ting zijn slechts halve maatregel. De Jans-
straat is te smal hetgeen door de werk-
zaamheden aan de trambran nu nog meer
j uitkomt om dubbel spoor te kunnen ber
gen.
in Haarlemmermeer.
Terwijl de heer N. v. D. te Hoofddorp
met zijn auto op den Kruisweg in Haar
lemmermeer reed, raakte hij, vermoedelijk
foor verkeerd of te ver utiwijken, de macht
over het stuur kwijt, met het gevolg, dat de
auto van den hoogen walkant naar bene
den stortte en daar op het opgespoten ge
deelte grond bleef ligge. Het mag een -won-
der heeten, dat v. D noch zijn vrouw en 2
kinderen, die mede in de auto zaten, eenijl
letsel bekwamen. De auto werd nogal ge>;
havend.