J f f^UBRjEi\,
Onze Gratis Ongelukken-Verzekering keert uit bij:
Troosten.
WMW0MW-M ONZE KLEEDING.
Onze woning
inrichting
hoe een keuken er
uit dient te zien.
Morgenjaponnen.
EEN FLEURIG ROLKUSSEN.
Recepten.
Een practische boek-
omslag.
Patronen naar Maat.
Levenslange geheeie ongeschiktheid tot werken door verlies van beide armen, beide beenen oi beide oogen, f 3000.—; bij een
ongeval met doodelijken afloop f750verlies van een hand, een voet of een oog f 250.--; verlies van 'n duim of wijsvinger f 125.—
breuk van been, of arm f 50.—; verlies van 'n anderen vinger f 40-—-
met appLiauè ve.RsieR.ing
>1
zpVrouwem-
„De eaeiste gevoelens der vrouw ontwaken,
als zij troosten en helpen kan."
Ik had eens een mooien scheurkalender
hij heette „Veldbloemen" of „Woudbloemen"
of iets dergelij ks en daar stond dat op, met
nog een heeleboel andere dingen, die zoo
weinig mogelijk met veld of woud te maken
hadden, en erg veel met litteratuur-lessen.
Maar dit scheen een citaat van onbekenden
oorsprong te zijn, want er stond heelemaal
geen Auteurs-naam onder, wat erg rustig
aandeed. En waar was- 't óók. De menschen
praten altijd heel minachtend van scheurka
lender-wijsheid maar bij al onze verheven
minachting worden we toch soms gewaar, hoe
zoo'n radend woord, zoo'n bescheiden vriend
van één dag, die zijn einde vindt in den
aschbak, ons soms jaren in herinnering
blijft.
Er gaat inderdaad iets open in 't hart van
iedere vrouw, zoodra ze iemand ziet schreien,
onverschillig of hij haar na staat, of een vol
slagen vreemde is. Ze voelt 't als haar goed
recht daar de eerste hulp te brengen, ais
haar eigen onvervreemdbare taak, haar door
de natuur toegewezen.Hoe schuchter ze overi
gens ook zijn mag waar ze groote droefheid
of nijpende ellende ziet, treedt zij onmiddel
lijk handelend op, schuift manmoedig aar
zelende omstanders op zij, en weet als bij in
stinct klaar en rustig wat haar het eerst te
doen staat.
Toch al voelt elke vrouw bij het zien
an anderer leed onmiddellijk de nobele aan
drift, te troosten en te helpen lang niet
altijd heeft zij den noodigen tact om het rech
te woord op de rechte plaats te vinden, hoe
vol goeden wil zij ook is. Troosten is een
zeer speciaal talent, een uiterst teere toe
passing der vrouwelijke intuïtie. Zoodra we
waarlijk troosten willen, moeten we onze ei
gen zorgen en belangen absoluut opzij weten
te zetten, om ons heelemaal te verdiepen in
den ander. We mogen ons in geen geval er
af maken met wat oppervlakkige meewarig
heid en gedachteloos gepraat, maar we moe
ten onze aandacht geheel concentreeren en
al onze vindingrijkheid te hulp roepen. Want
iedere raad, ieder woord, ieder gebaar zelfs,
moet dan veel meer gewikt en gewogen wor
den dan in gewone omstandigheden. Iemand
c^e diep bedroefd is, is over-gevoelig voor
mdrukken door te weinig meevoelen kun
nen we licht zijn verlatenheid verergeren, en
net al te veel troost-bereddering prikkelen en
ermoeien we hem
Er zijn geen algemeene regels aan te ge-
zen, want onze wijze van troosten zal voor
:lke voorkomende gelegenheid geheel indivi
dueel moeten zijn, evenals het verdriet dat
we te verlichten hebben. We troosten onze
kleine kinderen met een afleiding, en onze
groote juist weer door een diep-ingaan op
hun moeilijkheden. Maar iets spontaans, iets
nieuws en verrassends in onze wijze van op
treden is voor alle gevallen aan te bevelen
Toonen we in gewonen doen onze genegen
heid weinig naar buiten, dan kunnen we
nu met een impulsieven kus of omhelzing
wonderen doen Zijn we in het dagelijksch
leven druk en hartelijk van nature, dan kan
nü een zwijgende handdruk een innige blik
soms beter ons gevoel vertolken dan een
stroom van troostwoorden en liefkoozingen.
Op die manier slagen we erin, werkelijk de
aandacht te winnen van dengene dien we
opbeuren'willen, en dan hebben we véél ge
wonnen, in zijn eigen belang. Want hij zal on
middellijk échte bewogenheid van afgezaagde
vormelijkheid weten te onderscheiden en
het zal van óns afhangen of onze troostwoor
den langs hem heen gaan. of genezend bezin
ken in zijn ziel
Er zijn vrouwen die maar altijd één en de
zelfde methode volgen. Of ze stellen tegen
over de smartelijkste problemen een onbenul
lige opgeruimdheid altijd met de beste be
doelingen óf ze leremieeren vol dreinige
instemming meè, zoodat het slachtoffer
wenscht dat hij er maar niet aan begonnen
was, ze in vertrouwen te nemen. We moeten
niet vergeten dat, in sommige gevallen, voor
al daar, waar het meer tegenspoed of ontstem
ming, dan verdriet geldt een hartgrondig
„zich uitspreken" soms alles is, wat de pa
tiënt noodig heeft. Heeft hij zijn hart gelucht,
dan voelt hij soms plotseling dat 't „klaar'
is de grootste narigheid heeft hij al vertel
lend geloosd, en dan kan hij soms opeens, in
een reactie, 'n plotselingen overgang tot lucht
hartigheid, geen woord over de heele zaak
meer velen. Geen verwondering, geen be
schouwingen, en bovenal geen beklag. Ziel
kundig is dat uitstekend te verklaren. Hij
voelt zich voor 't oogenblik wonderlijk
opgelucht, en wenscht dien nieuwen kijk op
de zaken tot eiken prijs te bewaren Weet
ge dan den juisten toon te treffen en hem in
stemming te houden met wat galgenhumor,
of een dappere, niet te langdradige belofte van
't samen best te zullen opknappen, of een
fideel voorstel voor 'n uitgangetje op stel-en-
sprong, dan is het resultaat niet te vergelijken
met dat van geijkte „troostredenen."
Wat echter nog een vee! grootere kunst is,
dan 't troosten zelf, dat iszich laten
troosten Dat wil zeggen de gave, ons tot in
't diepst van ons verdriet te herinneren dat
we een grens moeten stellen aan onze eischen,
en ons nooit, hoeveel behoefte we er ook aan
zouden gevoelen, tot een middelpunt mogen
maken Nog veèl zeldzamer dan de vrouwen
die écht kunnen troosten, zijn zij die ten
allen tijde vol zelfvergetende fijngevoelig
heid anderen blijven ontzien en zich nog te
midden van eigen leed in anderer gevoelens
blijven indenken. We mogen ons gerust laten
troosten, desnoods vertroetelen daar doen
we onze omgeving meer plezier mee dan met
een afwerende martelaressen-houding. Maar
we moeten altijd een beetje om hén blijven
denken oófc, en ze voorat steeas in aen waan
brengen dat hun welgemeende pogingen ons
werkelijk goed doen Dit geldt van onze kin
deren met hun wonderlijke ideeën die 't
medelijden hun aan de hand doet van wan
hopig meehuilen af tot aanbiedingen van
verminkt lievelings-speelgoed en half-ver-
smolten zuurtjes toe. Maar vooral geldt dit
van onze mannen. Eiken keet dat een man
ons troost, vindt hij zelf dat hij érg veel ge
duld met ons heeft mogen we hem dien
naieven trots laten en hem nooit doen vermoe
den dat wij het zijn, die geduld met hém heb
ben, ook nü, zooals Altijd een lief, glim
lachend geduld met zijn onbeholpen goeden-
wil en zijn kinderlijke zelfvoldaanheid Als we
er maar uit 'n hoekje van onze roode oogen op
willen letten hij is zoo aandoenlijk in zijn
typisch-mannelijke. eemgszins omslachtige
bedrijvigheid zoo oprecht ontdaan soms
Het valt hem tóch al moeilijk, zich te uiten,
hij is niet sentimenteel en he^f heimelijk
een doodschrik voor vrouwengehuil maar
nu spant hij zich tot 't uiterste in, en slooft
zich uit en vindt zelf aldoor dat hij zich
buitengewoon kranig weertEn er is niets
akeligers voor hem, dan wanneer al zijn goe
de bedoelingen afstuiten op onze afgetrok
kenheid, en als tets belachelijks op hemzelf
terugvallen. En dan verbazen we ons nog
over dat bekend verschijnsel, dat we zoo
dikwijls bij hem waarnemen die schijnbaar
onlogische overgang van engelachtige voor
komendheid naar plotseling ongeduld en
hartigen wrevel. Hoe of dat komt? We
hebben eenvoudig verzuimd te kennen te
geven dat wij óók vtnden dat hij zich buiten
gewoon kranig weert
Laten we ons groot kind dan zijn illusie,
en wanneer we, soms ten koste van eigen
zelfbeheersching ons gewoon evenwicht her
kregen hebben, gunnen we hem dan de over
tuiging dat hij dat bewerkt heeft met zijn tee-
dere zorgen De praktijk zal ons leeren hoe
prachtig we die scheurkalender-uitspraak
kunnen varieeren uit onze eigen ervaringen
„de moederlij kste gevoelens der vrouw
ontwaken, wanneer zij zich troosten en hel
pen laat." MACH TeLD
No 342. Zwarte stoffen komen den laat-
sten tijd weer meer en meer in de mode
voor japonnen van allerlei genre. Beginnen
we deze week derhalve met een zeer be
koorlijk staand modelletje van een eenvou
dige namiddagjapon in zwarte crêpe maro-
cain. Het is een zoogenaamde overslagjapon
welker voorpand in de taille zoodanig is
uitgebreid geworden, dat een gedrapeerde
ceintuur ontstond die om het achterpand
heen weer bij zijn uitgangspunt belandt en
hier in een spleet verdwijnt. Aan het rokge-
deelte zijn de beide voorpanden zoodanig
tegen elkaar gevoegd dat ze samen een
stolpplooi vormen. Het uitgesneden borst
stuk is vervangen door een front van crêpe
de chine bleu; van deze laatste stof maakt
men eveneens het liggend? ronde kraagje,
dat gegarneerd is met een bont gekleurde
zijden strik. De mouwen zijn recht met een
kleine verwijding in de richting, van de
hand; ze worden vanonder gedeeltelijk ge
voerd met de blauwe crêpe de chine. Kou
sen beige, schoenen blauw of beige leer.
Patroon 1.35
No 343. Een keurige middagjapon van
z.g.n. chinacrêpe in de tint bleu. De rok
is om de heupen nog strak gehouden, doch
meer naar beneden met g-oote ruimte ge
knipt zoodat een soepele klokvorm ont
stond. Uit het voorpand van het lijfje zijn
vier stukken zoodanig weggeknint dat twee
"lkaar kruisende strooken ontstonden
één midden over de borst, de ander even
boven de zoom die over het midden
wordt gevoerd om hem meer relief te ge
ven. Onder het gezamenlijke weggeknipte
is een groot front van kleurig gebrodeerd
zilverlamee gezet. De halsopening heeft,
verborgen door de strook een klein splitje
over de borst en ter garneering een rond
kraagje met een strik in een der kleur
van de broderie. De mouwen hebben van
onder manchetten, sluitbaar op een dub
bele knoop. Kousen licht beige, schoenen
zwart met blauw Patroon 1.35.
De jonge, aanstaande huisvrouwen, die
peinzen over hare woning-inriqjating,
de gezinnen, die gaan verhuizen en ook
zij, die van plan zijn, hare woning- eens wat
anders in te richten, zullen in den tegen-
woordigen tijd allereerst op twee dingen
dienen te letten en na te denken over het
vraagstuk: hoe richt ik alles, tegelijk gezel
lig en practisch in.
Bij het kiezen van een woning moeten wij
zoo mogelijk altijd een zonnige woning zoe
ken. De zon is zoo'n machtige warmtebron,
de zon werkt zoo herstellend en zuiverend,
wij kunnen haar niet missen in onze woning,
in winter, voor - en najaar koesteren en ver
warmen haar stralen onze vertrekken en
hoevele kille zomerdagen kunnen wij haar
warmte niet best gebruiken.
Daarom moeten ook de meest gebruikte
vertrekken aan dien zonnenkant worden
gekozen en zeker de kinderkamer en de huis
kamer. Nu is lang niet ieder vrij in de keuze
van zijn huis en ook niet eens altijd in de ver
deeling der vertrekken, maar wat er van zij,
voor uw indeeling te maken, denk er dan
rustig over na en tracht er het beste van te
maken.
Voor de huisvrouw is ook van groot be
lang, dat huiskamer en keuken dicht bij el
kaar zijn, dat vermijdt veel geloop en ver
gemakkelijkt haar taak, en vooral bij weinig
hulp wordt het werk dan niet zoo bezwaar
lijk en kunnen de andere huisgenooten beter
eens hulp verleenen.
Een algemeene regel, om aan te geven
waar de huiskamer moet zijn, aan straat- of
tuinkant, waar de slaapkamers, valt niet te
geven. De huizen zijn zoo verschillend,
grooter of kleiner, het zijn boven- of bene
denhuizen, de straat is druk of stil, er gel
den hierbij zooveel factoren, maar één moet
blijven staan en wel, dat de best gelegen en
gezelligste kamer voor huiskamer dienen
moet. In de huiskamer klopt de hartader
van het gezin, daar zijn allen het meest bijeen
en daar moet ieder dan ook het beste plekje
vinden.
De huiskamer moet ook rustig en eenvou
dig gemeubeld zijn en de jonge huisvrouw,
die nog een behang moet kiezen voor een
nieuwe woning, vermijde vooral de drukke
patronen, het kiezen van gordijnen, zeil of
vloerkleed wordt zooveel gemakkelijker,
als het behang in rustigen toon is gehouden
de schilderijen komen mooier tot hun recht,
terwijl men met een druk behang geen raad
weet, hoe te handelen, wil de kamer geen
bont aanzien krijgen. Voor vloerbekleeding
is in de huiskamer zeil het doelmatigst: het is
veel frisscher en beter stofvrij te houden en
ook duurzamer, wanneer men linoleum
neemt. Zooals met vele dingen, is 't met onze
vloerbekleeding stellig zoo „goedkoop is
duurkoop," een best linoleum gaat tien
tallen jaren mede, een goedkoop zeil een paar
jaar. Heeft men meerdere vloeren te beleggen,
dan doet men wijs, hetzelfde patroon te
nemen, omdat men dan altijd bij mogelijke
verhuizing in kamers van andere maten
voordeeliger uitkomt.
Behang ook uwe ramen met met te veel
gordijnen, geef zon en licht gelegenheid, in
uw kamers te komen, hardnekkige bacte
riën en ziektekiemen worden door de in
werking der zonnestralen gedood, zou het
dan niet wijzer zijn, dien bondgenoot onzer
gezondheid vrij entree te laten.
Een heerlijke inrichting voor onze slaap
kamers zijn tegenwoordig de vaste wasch-
tafels. Wie eenmaal waschtafels met toebe-
hooren heeft, zal ze zich zoo gauw niet aan
schaffen, maar wie zich nog in moet richten,
bedenke zich niet. Het gebruik is stellig niet
duurder en zeker veel doelmatiger, men be
denke eens, wat een arbeidsbesparing zulk
een vaste waschtafcl is, waarbij men het water
maar weg kan laten loopen, geen vermoeiend
vullen van kannen, en geen gescheurde
kommen meer en geschonden lampetkannen.
Bij het inrichten onzer woning doen wij
wijs ons goed op de hoogte te stellen van al
wat er nieuws en goeds is uitgevonden, om
zoodoende onze huishouding zoo gezellig
en practisch mogelijk in te richten.
Niet altijd is er een aparte keuken, maar
vaak moet de keuken tevens als woonver
trek dienst doen. Bij de inrichting van de keu
ken moet daarmede natuurlijk rekening ge
houden worden
In sommige streken van ons land dient
de keuken ook nog tevens voor slaapvertrek
en zijn er bedsteden in de keuken aangebracht
Dit is natuurlijk een heel verkeerde toestand,
want niet alleen dat het heel ongezond is te
slapen in een vertrek waar den heelen dag
gekookt wordt, 't is in zoo'n geval ook haast
onmogelijk de keuken zindelijk te houden,
en dit is toch een eerste eisch, die aan een
keuken gesteld moet worden.
Wanneer we een keuken moeten inrich
ten en meer nog als we een nieuwe moeten
bouwen, .moeten we er voor zorgen, dat alles
erop gemaakt is. dat het goed schoon gehou
den kan worden.
In de eerste plaats de vioer. De vloer in
de keuken moet niet van hout zijn, dat rot
gauw én is haast niet schoon te houden, dus
maar liever van steen. De beste vloer is wel
die, die goed glad is en geen naden heeft, b.y.
graniet of terrazzo of ook wel cement, die
goed glad geschuurd is.
Graniet of terrazzo is cement met steentjes
erin gelegd, die later goed glad afgeschuurd
worden. Dan krijgen we de harde gladde tegel
tjes, verder plavuizen en steenen. Deze laat
ste zijn ruwer en daarom niet zoo goed schoon
te houden. Boerenmenschen kennen niet an
ders dan plavuizen. Die zijn goedkoop.
De muren kunnen het beste gewit zijn
of gewoon cement, dat glad geschuurd is,
of met een kleurtje bewerkt is.
Deze muren zijn doorlaatbaar, zoodat
het vocht door de muren naar buiten trekt.
Betegelde of geverfde muren zijn ondoorlaat-
baar en daarom altijd vochtig. De onderste
helft betegeld of geverfd, is wel prettig, daar
dit goed afwaschbaar.
De keuken moet goed licht zijn, daarom
groote ramen en de ramen moeten geopend
kunnen worden, liefst boven een valraam,
omdat de dampen omhoog trekken en daar
dus kunnen ontsnappen.
Liefst ook openslaande ramen voor in den
zomer
Een rooster boven in den muur kan ook
goede diensten verrichten.
Een walmkap boven de kachel eveneens
deze moet een afvoerpijp hebben naar boven
b.v. vast langs den schoorsteen
Het moet in de keuken niet te warm wor
den, daarom moet ze liefst niet op den zon
kant van het huis liggen, maar liever op het
Noorden, dan heeft men in den zomer ook
niet zooveel last van de vliegen.
Een te groote keuken heeft het nadeel, dat
men veel vergeefs moet loopen en in een te
kleine keuken kan men zich ook niet helpen,
ze moet dus juist groot genoeg zijn, en dat is
ze, als alles, wat erin gedaan moet worden, er
ook in gedaan kan worden. Verder moeten we
zorgen voor veel bergruimte, vaste of losse
kasten, planken tegen den muur en haken
waar een en ander opgehangen kan worden,
en zorgen dat alles een vaste plaats heeft.
De keuken moet er ook gezellig uitzien
met aardige gordijntjes en netjes geverfde
deuren en kasten, maar 't moet er ook vooral
eenvoudig blijven.
Er zijn zóóveel aardige, ecbt-gezellige
stoffen, die toch niet duur zijn, waarvan
wij een aardige japon voor de ochtenduren
kunnen maken.
Ja, natuurlijk zélf maken, dët is juist
het leukste ervan,
Het kimono-model, waarvan haast ïeae-
re vrouw houdt, geeft in t geheel geen
moeilijkheden in het maken.
De kimono is zulk een dankbaar en ge
makkelijk te maken kleedingstuk, dat ge,
onder 't maken ervan,, en vooral onder t
dragen, er veel schik in zult hebben, aan
dit werkje begonnen te zijn. De stoffen die
ge kunt aanwenden zijn legio. Alles kunt
ge ervoor gebruiken: flanel, molton, rati-
né, serge en nog veel meer. Maar ook komt
tegenwoordig china crêpe, pongé, satijn en
zijde in aanmerking, doch eigenlijk slechts
voor verwende vrouwtjes, die de handen
niet uit de mouwen behoeven te steken en
alleen maar -dood-leuk hun bevelen kunnen
geven
Weet u wat een nouveauté is op t gebied
van peignoirs?
De kimono, die aan twee kanten gedragen
kan worden
De eene zijde vertegenwoordigd de
luxueuse uitvoering de andere practi
sche.
De luxueuse bestaat uit zijde of satijn,
soms met broderie of galon versierd, welke
in de morgenuren een goed effect maakt in
de huisljamer; de practische bestaat uit
warm flanel, effen of bedruk', en is voor
de slaapkamer bestemd.
De kimono bestaat uit dri- banen, n.I.
een achterbaan en twee voorbanen en de
stof voor de voering bestemd is eveneens
drie-deelig.
De kimono behoudt steeds het wijde sil
houette, ze omsluit de schouders en valt
in soepele plooien, wijder wordend naar om
laag. Een seintuur of kleurig breed lint
wordt om de taille gestrikt.
Voor wie niet van een kimono houdt is
de rechte japon, die hoog aan den hals
wordt toegeknoopt, misschien een geschikt
model. Deze knoopsluitjpg eindigt ter hoog
te der taille, soms echter loopt ze tot aan
den zoom, door Voor versiering aan effen
stof prefereert men algemeen metaal ga
lon, goud- of zilver-tres. Bij stoffen die be
drukt zijn met zilveren of gouden figuren
wordt een lint in bijkomende metaalkleur
om de taille gedragen. Dit is reeds voldoen
de om een aardig effect te geven, want
stoffen met dessin vragen weinig versiering.
De mouwen van alle japonnen voor de
morgen-uren zijn lang en wijd
Rib-fluweel in de nieuwe mode-kleuren
is voor de koude maanden een zeer ge
schikte en flatteuse stof. Men garneert het
met randjes bont- of metaalkleurig tres.
Dergelijke japonnen, wanneer ze door het
model niet een uitgesproken cachet van
morgenjapon hebben, zijn door de stof ge
ëigend om als dagjapon gedragen te wor
den Zoo'n echt-gezellige, gemakkelijke eri
tóch niet ongekleedc japon, wil iedere
vrouw bezitten!
Hebt gij een divan of een rustbank of een
diepe, gemakkelijke fauteuil in uw kamer?
Dan kunt gij stellig ook dit aardige rolkus-
sen gebruiken, en als gij dit wenscht
ook zelf maken. Het benoodigde materiaal
bestaat uit 125 c.M. fluweel, een stukje
grijs en wat zwart laken, gouddraad en
koord en een paar gouden kwasten, Laten
we als voorbeeld een mooi rood fluweel of
velours chiffon nemen. Knippen we hiervan
(stof 100 c.M. breed) voor het groote mid
denstuk 80 c.M. bij een breedte van 70 a
75 c.M. Vervolgens twee cirkelvormige zij
stukken met een doorsnede van 25 c.M. elk.
In het midden dezer stukken knipt men ron
de gaten met een doorsnede van 16 c.M.
De versiering van het kussen is z.g.n.
appliqüéwerk. Ronde grijze en o v a 1 e
zwarte stukken laken worden volgens het
voorbeeld der vergróote teekening tot
guirlandes bij elkaar gevoegd, met rijgste-
ken vastgezet en vervolgens door koord
en rechte steken in gouddraad afgewerkt;
ook de verdere afwerking der bloemen ge
schiedt met goudborduursel, terwijl tenslotte
enkele hartjes in zwarte zijde hoog opge
werkt worden.
Wanneer men met de broderie klaar is
plooit men de beide zijstukken tegen het
groote middenvak, nadat men van dit laat
ste eerst de beide einden aan elkaar ge
naaid heeft. Ook worden de randen der
gaten nu bij elkaar geplooid zoo dat ze
geheel gesloten worden (Een en ander na
tuurlijk nadat eerst de binnenzak er inge
werkt is en het geheel naar believen op
gevuld met kapok of dons) Tenslotte mas
keert men de naden der zijstukken met een
gouden koord en bevestigt men de beide
kwasten. Het is goed deze laatste onderling
door een stevig koord te verbinden (dwars
door den binnenzak), zoo, dat ze eenigs-
zins verdiept komen te liggen. Tegelijk houdt
men hierdoor de zijstukken mooier in dei*
vorm.
BRUINE BOONENSOEP.
1 L. bruine boonen, ongev. 4 L. water een
paar uitjes, ongev. 150 gr. boter, vet van jus
of margarine, desverkiezend wat bruin van
jus, 20 gr. zout.
Wasch de boonen, zet ze een nacht te wee
ken, kook ze ongev. 2 uur in het weekwater
gaar en stuk.
Wanneer de boonen bijna gaar zijn, voegt
men 2 lepels zout toe.
Wrijf de boonen en het vocht door het
vergiet, de schillen blijvèn dan achter.
Ook kan men de boonen door den vleesch-
molen malen en dan aan het vocht toevoegen.
In dien tusschentijd snijdt men de schoon
gemaakte ui fijn, laat het vet heet worden en
maakt hierin het uitje lichtbruin
Wanneer de soep door de boonen met vol
doende gebonden wordt, voegt men bij het
uitje en het vet een paar lepels bloem. Roer er
de kluitjes uit en voeg onder voortdurend
roeren langzamerhand de gezeefde boonen
massa toe. Laat de soep doorkoken, totdat
ze gelijkmatig gebonden is, maak ze op smaak
af met peper en naar verkiezing wat bruin
van jus. Meng de peper eerst op den lepel
aan met een weinig soep, anders geeft ze
kluitjes. Wanneer men geen magere soep wil
koken, kan men met de boonen 'n varkens
pootje of krabbetjes meekoken.
Men kan deze soep ook heel goed maken
van een rest bruine boonen en het nat waar
ze in gekookt zijn.
EIERKOEK a LA KRASNAPOLSKY.
Bijzonder lekkere eierkoeken bakt men
op de volgende wijze
pond bloem, L. melk, 4 eieren, 'n
beetje zout.
Men mengt de bloem en het zout en de
melk dooreen, langzaam de melk toevoe
gende en goed roerende, zoodat men 'n mooi
glad deeg krijgt zonder klontjes. De eieren
klopt men 7 minuten met twee vorken en
doet die dan ook al roerende bij de massa.
Dan laat men alles 'n uur staan. Men bakt
dan in de koekpan met boter de koeken aan
neide kanten bruin, vlak vóór ze gebruikt
worden. Uit de bovengenoemde hoeveel-
i 'eid kan men 6 mooie, groote koeken bakken.
BIETEN (KROTEN).
4 pers. I K.G. bieten, 20 gr. bloem, 40
gr. boter, 1 d.L. azijn, 1 lepel suiker, zout.
Wasch de bieten goed schoon maar zorg
dat de huid niet afgeschaafd wordt. Kook de
bieten in ruim water gedurende 3 a 4 uur tot
de huid er goed af gaat. Wrijf het vel er af en
schaaf of snijd de bieten in plakjes. Maak een
sausje van boter, bloem en water, maak het af
met azijn, suiker en zout en naar verkiezing
peper, laurierblad en kruidnagel en stoof
de bieten hierin ongev 20 min.
RIJSTKOEKJES.
3 Kopjes rijst, een half ons bloem, een ei»
een half kopje melk, 1 theelepel kaneel, een
half kopje suiker en een paar eetlepels boter.
Nadat de rijst gaar gekookt is, wordt deze
vermengd met den dooier, de suiker, de
melk, de bloem en 't kaneel. Het eiwit wordt
na stijf geklopt te zijn het laatst toegevoegd.
Van dit beslag bakt men in de gesmolten
boter kleine koekjes in de koekepan aan bei
de zijden mooi lichtbruin. Deze koekjes
worden veelal opgediend met een half thee
lepeltje abrikozen-jam er boven op of ook
wel met warme vanillesaus.
RIJSTBEIGNETS.
Van de overgebleven in melk gekookte
rijst kan men lekkere rijstbeignets maken.
Men spreide de rijst ter hoogte van een paar
centimeter gelijkmatig uit op een platten
chotel, steekt er met een klein kopje ronde
-tukjes uit, die men in geklopt ei en paneer
meel of gestampte beschuit paneert en bakt
ze in wat boter mooi goudgeel. Als ze nog
warm zijn bestrooit men ze met
vanillesuiker. Ze kunnen warm of koud ge
geten worden i
De boekomslag, dat nuttige en practische
ding voor ieder die van lezen houdt, heeft
in den loop der laatste jaren tal van ver
anderingen ondergaan
We hebben 'm gekend, de ouderwetsche,
van mooie stof vervaardigd, maar - met
een vreeselijk smakelooze versiering. Hoe
veel mooier is dan de moderne omslag,
soms maar van een 2eer eenvoudig grof
weefsel vervaardigd, waarop een passende
versiering in modernen stijl is uitgevoerd.
En dan nog al die andere variaties in boek
omslagenvan gebatikt doek, met kra
len bewerkt, van gepersj leer en wat niet
al..,. Steeds zoekt men iets nieuws.
Een aardigen boekomslag verkrijgt men
ook met mooie knipfiguren. Ge teekent eerst
een ornament voor uw boek, b.v. zoo iets
als ge op ons plaatje ziet. Dit wordt daarna
op stof Overgebracht en voorzichtig uitge
knipt. Liefst neemt men het ornament van
sterk afstekende kleur of in zwart. Het boek
van ons plaatje heeft een beige Iakenschen
omslag met een versiering in zwart fluweel.
Zwart laken of vilt zou natuurlijk ook zeer
goed voldoen. Met kleine, bijna onzichtbare
festonneersteekjes wordt de versiering op
den omslag bevestigd.
Papleren patronen op maat gemaakt,
kunnen besield worden onder toezending of
bijvoeging van het bepaalde bedrag plus 15
cent porto, aan het Comptoir des Patrons,
Molenstraat 48 B, Den Haag. De maten op
te geven volgens onderstaande teekening.,