J f f^UBRjEi\, Onze Gratis Ongelukken-Verzekering keert uit bij: Troosten. WMW0MW-M ONZE KLEEDING. Onze woning inrichting hoe een keuken er uit dient te zien. Morgenjaponnen. EEN FLEURIG ROLKUSSEN. Recepten. Een practische boek- omslag. Patronen naar Maat. Levenslange geheeie ongeschiktheid tot werken door verlies van beide armen, beide beenen oi beide oogen, f 3000.—; bij een ongeval met doodelijken afloop f750verlies van een hand, een voet of een oog f 250.--; verlies van 'n duim of wijsvinger f 125.— breuk van been, of arm f 50.—; verlies van 'n anderen vinger f 40-—- met appLiauè ve.RsieR.ing >1 zpVrouwem- „De eaeiste gevoelens der vrouw ontwaken, als zij troosten en helpen kan." Ik had eens een mooien scheurkalender hij heette „Veldbloemen" of „Woudbloemen" of iets dergelij ks en daar stond dat op, met nog een heeleboel andere dingen, die zoo weinig mogelijk met veld of woud te maken hadden, en erg veel met litteratuur-lessen. Maar dit scheen een citaat van onbekenden oorsprong te zijn, want er stond heelemaal geen Auteurs-naam onder, wat erg rustig aandeed. En waar was- 't óók. De menschen praten altijd heel minachtend van scheurka lender-wijsheid maar bij al onze verheven minachting worden we toch soms gewaar, hoe zoo'n radend woord, zoo'n bescheiden vriend van één dag, die zijn einde vindt in den aschbak, ons soms jaren in herinnering blijft. Er gaat inderdaad iets open in 't hart van iedere vrouw, zoodra ze iemand ziet schreien, onverschillig of hij haar na staat, of een vol slagen vreemde is. Ze voelt 't als haar goed recht daar de eerste hulp te brengen, ais haar eigen onvervreemdbare taak, haar door de natuur toegewezen.Hoe schuchter ze overi gens ook zijn mag waar ze groote droefheid of nijpende ellende ziet, treedt zij onmiddel lijk handelend op, schuift manmoedig aar zelende omstanders op zij, en weet als bij in stinct klaar en rustig wat haar het eerst te doen staat. Toch al voelt elke vrouw bij het zien an anderer leed onmiddellijk de nobele aan drift, te troosten en te helpen lang niet altijd heeft zij den noodigen tact om het rech te woord op de rechte plaats te vinden, hoe vol goeden wil zij ook is. Troosten is een zeer speciaal talent, een uiterst teere toe passing der vrouwelijke intuïtie. Zoodra we waarlijk troosten willen, moeten we onze ei gen zorgen en belangen absoluut opzij weten te zetten, om ons heelemaal te verdiepen in den ander. We mogen ons in geen geval er af maken met wat oppervlakkige meewarig heid en gedachteloos gepraat, maar we moe ten onze aandacht geheel concentreeren en al onze vindingrijkheid te hulp roepen. Want iedere raad, ieder woord, ieder gebaar zelfs, moet dan veel meer gewikt en gewogen wor den dan in gewone omstandigheden. Iemand c^e diep bedroefd is, is over-gevoelig voor mdrukken door te weinig meevoelen kun nen we licht zijn verlatenheid verergeren, en net al te veel troost-bereddering prikkelen en ermoeien we hem Er zijn geen algemeene regels aan te ge- zen, want onze wijze van troosten zal voor :lke voorkomende gelegenheid geheel indivi dueel moeten zijn, evenals het verdriet dat we te verlichten hebben. We troosten onze kleine kinderen met een afleiding, en onze groote juist weer door een diep-ingaan op hun moeilijkheden. Maar iets spontaans, iets nieuws en verrassends in onze wijze van op treden is voor alle gevallen aan te bevelen Toonen we in gewonen doen onze genegen heid weinig naar buiten, dan kunnen we nu met een impulsieven kus of omhelzing wonderen doen Zijn we in het dagelijksch leven druk en hartelijk van nature, dan kan nü een zwijgende handdruk een innige blik soms beter ons gevoel vertolken dan een stroom van troostwoorden en liefkoozingen. Op die manier slagen we erin, werkelijk de aandacht te winnen van dengene dien we opbeuren'willen, en dan hebben we véél ge wonnen, in zijn eigen belang. Want hij zal on middellijk échte bewogenheid van afgezaagde vormelijkheid weten te onderscheiden en het zal van óns afhangen of onze troostwoor den langs hem heen gaan. of genezend bezin ken in zijn ziel Er zijn vrouwen die maar altijd één en de zelfde methode volgen. Of ze stellen tegen over de smartelijkste problemen een onbenul lige opgeruimdheid altijd met de beste be doelingen óf ze leremieeren vol dreinige instemming meè, zoodat het slachtoffer wenscht dat hij er maar niet aan begonnen was, ze in vertrouwen te nemen. We moeten niet vergeten dat, in sommige gevallen, voor al daar, waar het meer tegenspoed of ontstem ming, dan verdriet geldt een hartgrondig „zich uitspreken" soms alles is, wat de pa tiënt noodig heeft. Heeft hij zijn hart gelucht, dan voelt hij soms plotseling dat 't „klaar' is de grootste narigheid heeft hij al vertel lend geloosd, en dan kan hij soms opeens, in een reactie, 'n plotselingen overgang tot lucht hartigheid, geen woord over de heele zaak meer velen. Geen verwondering, geen be schouwingen, en bovenal geen beklag. Ziel kundig is dat uitstekend te verklaren. Hij voelt zich voor 't oogenblik wonderlijk opgelucht, en wenscht dien nieuwen kijk op de zaken tot eiken prijs te bewaren Weet ge dan den juisten toon te treffen en hem in stemming te houden met wat galgenhumor, of een dappere, niet te langdradige belofte van 't samen best te zullen opknappen, of een fideel voorstel voor 'n uitgangetje op stel-en- sprong, dan is het resultaat niet te vergelijken met dat van geijkte „troostredenen." Wat echter nog een vee! grootere kunst is, dan 't troosten zelf, dat iszich laten troosten Dat wil zeggen de gave, ons tot in 't diepst van ons verdriet te herinneren dat we een grens moeten stellen aan onze eischen, en ons nooit, hoeveel behoefte we er ook aan zouden gevoelen, tot een middelpunt mogen maken Nog veèl zeldzamer dan de vrouwen die écht kunnen troosten, zijn zij die ten allen tijde vol zelfvergetende fijngevoelig heid anderen blijven ontzien en zich nog te midden van eigen leed in anderer gevoelens blijven indenken. We mogen ons gerust laten troosten, desnoods vertroetelen daar doen we onze omgeving meer plezier mee dan met een afwerende martelaressen-houding. Maar we moeten altijd een beetje om hén blijven denken oófc, en ze voorat steeas in aen waan brengen dat hun welgemeende pogingen ons werkelijk goed doen Dit geldt van onze kin deren met hun wonderlijke ideeën die 't medelijden hun aan de hand doet van wan hopig meehuilen af tot aanbiedingen van verminkt lievelings-speelgoed en half-ver- smolten zuurtjes toe. Maar vooral geldt dit van onze mannen. Eiken keet dat een man ons troost, vindt hij zelf dat hij érg veel ge duld met ons heeft mogen we hem dien naieven trots laten en hem nooit doen vermoe den dat wij het zijn, die geduld met hém heb ben, ook nü, zooals Altijd een lief, glim lachend geduld met zijn onbeholpen goeden- wil en zijn kinderlijke zelfvoldaanheid Als we er maar uit 'n hoekje van onze roode oogen op willen letten hij is zoo aandoenlijk in zijn typisch-mannelijke. eemgszins omslachtige bedrijvigheid zoo oprecht ontdaan soms Het valt hem tóch al moeilijk, zich te uiten, hij is niet sentimenteel en he^f heimelijk een doodschrik voor vrouwengehuil maar nu spant hij zich tot 't uiterste in, en slooft zich uit en vindt zelf aldoor dat hij zich buitengewoon kranig weertEn er is niets akeligers voor hem, dan wanneer al zijn goe de bedoelingen afstuiten op onze afgetrok kenheid, en als tets belachelijks op hemzelf terugvallen. En dan verbazen we ons nog over dat bekend verschijnsel, dat we zoo dikwijls bij hem waarnemen die schijnbaar onlogische overgang van engelachtige voor komendheid naar plotseling ongeduld en hartigen wrevel. Hoe of dat komt? We hebben eenvoudig verzuimd te kennen te geven dat wij óók vtnden dat hij zich buiten gewoon kranig weert Laten we ons groot kind dan zijn illusie, en wanneer we, soms ten koste van eigen zelfbeheersching ons gewoon evenwicht her kregen hebben, gunnen we hem dan de over tuiging dat hij dat bewerkt heeft met zijn tee- dere zorgen De praktijk zal ons leeren hoe prachtig we die scheurkalender-uitspraak kunnen varieeren uit onze eigen ervaringen „de moederlij kste gevoelens der vrouw ontwaken, wanneer zij zich troosten en hel pen laat." MACH TeLD No 342. Zwarte stoffen komen den laat- sten tijd weer meer en meer in de mode voor japonnen van allerlei genre. Beginnen we deze week derhalve met een zeer be koorlijk staand modelletje van een eenvou dige namiddagjapon in zwarte crêpe maro- cain. Het is een zoogenaamde overslagjapon welker voorpand in de taille zoodanig is uitgebreid geworden, dat een gedrapeerde ceintuur ontstond die om het achterpand heen weer bij zijn uitgangspunt belandt en hier in een spleet verdwijnt. Aan het rokge- deelte zijn de beide voorpanden zoodanig tegen elkaar gevoegd dat ze samen een stolpplooi vormen. Het uitgesneden borst stuk is vervangen door een front van crêpe de chine bleu; van deze laatste stof maakt men eveneens het liggend? ronde kraagje, dat gegarneerd is met een bont gekleurde zijden strik. De mouwen zijn recht met een kleine verwijding in de richting, van de hand; ze worden vanonder gedeeltelijk ge voerd met de blauwe crêpe de chine. Kou sen beige, schoenen blauw of beige leer. Patroon 1.35 No 343. Een keurige middagjapon van z.g.n. chinacrêpe in de tint bleu. De rok is om de heupen nog strak gehouden, doch meer naar beneden met g-oote ruimte ge knipt zoodat een soepele klokvorm ont stond. Uit het voorpand van het lijfje zijn vier stukken zoodanig weggeknint dat twee "lkaar kruisende strooken ontstonden één midden over de borst, de ander even boven de zoom die over het midden wordt gevoerd om hem meer relief te ge ven. Onder het gezamenlijke weggeknipte is een groot front van kleurig gebrodeerd zilverlamee gezet. De halsopening heeft, verborgen door de strook een klein splitje over de borst en ter garneering een rond kraagje met een strik in een der kleur van de broderie. De mouwen hebben van onder manchetten, sluitbaar op een dub bele knoop. Kousen licht beige, schoenen zwart met blauw Patroon 1.35. De jonge, aanstaande huisvrouwen, die peinzen over hare woning-inriqjating, de gezinnen, die gaan verhuizen en ook zij, die van plan zijn, hare woning- eens wat anders in te richten, zullen in den tegen- woordigen tijd allereerst op twee dingen dienen te letten en na te denken over het vraagstuk: hoe richt ik alles, tegelijk gezel lig en practisch in. Bij het kiezen van een woning moeten wij zoo mogelijk altijd een zonnige woning zoe ken. De zon is zoo'n machtige warmtebron, de zon werkt zoo herstellend en zuiverend, wij kunnen haar niet missen in onze woning, in winter, voor - en najaar koesteren en ver warmen haar stralen onze vertrekken en hoevele kille zomerdagen kunnen wij haar warmte niet best gebruiken. Daarom moeten ook de meest gebruikte vertrekken aan dien zonnenkant worden gekozen en zeker de kinderkamer en de huis kamer. Nu is lang niet ieder vrij in de keuze van zijn huis en ook niet eens altijd in de ver deeling der vertrekken, maar wat er van zij, voor uw indeeling te maken, denk er dan rustig over na en tracht er het beste van te maken. Voor de huisvrouw is ook van groot be lang, dat huiskamer en keuken dicht bij el kaar zijn, dat vermijdt veel geloop en ver gemakkelijkt haar taak, en vooral bij weinig hulp wordt het werk dan niet zoo bezwaar lijk en kunnen de andere huisgenooten beter eens hulp verleenen. Een algemeene regel, om aan te geven waar de huiskamer moet zijn, aan straat- of tuinkant, waar de slaapkamers, valt niet te geven. De huizen zijn zoo verschillend, grooter of kleiner, het zijn boven- of bene denhuizen, de straat is druk of stil, er gel den hierbij zooveel factoren, maar één moet blijven staan en wel, dat de best gelegen en gezelligste kamer voor huiskamer dienen moet. In de huiskamer klopt de hartader van het gezin, daar zijn allen het meest bijeen en daar moet ieder dan ook het beste plekje vinden. De huiskamer moet ook rustig en eenvou dig gemeubeld zijn en de jonge huisvrouw, die nog een behang moet kiezen voor een nieuwe woning, vermijde vooral de drukke patronen, het kiezen van gordijnen, zeil of vloerkleed wordt zooveel gemakkelijker, als het behang in rustigen toon is gehouden de schilderijen komen mooier tot hun recht, terwijl men met een druk behang geen raad weet, hoe te handelen, wil de kamer geen bont aanzien krijgen. Voor vloerbekleeding is in de huiskamer zeil het doelmatigst: het is veel frisscher en beter stofvrij te houden en ook duurzamer, wanneer men linoleum neemt. Zooals met vele dingen, is 't met onze vloerbekleeding stellig zoo „goedkoop is duurkoop," een best linoleum gaat tien tallen jaren mede, een goedkoop zeil een paar jaar. Heeft men meerdere vloeren te beleggen, dan doet men wijs, hetzelfde patroon te nemen, omdat men dan altijd bij mogelijke verhuizing in kamers van andere maten voordeeliger uitkomt. Behang ook uwe ramen met met te veel gordijnen, geef zon en licht gelegenheid, in uw kamers te komen, hardnekkige bacte riën en ziektekiemen worden door de in werking der zonnestralen gedood, zou het dan niet wijzer zijn, dien bondgenoot onzer gezondheid vrij entree te laten. Een heerlijke inrichting voor onze slaap kamers zijn tegenwoordig de vaste wasch- tafels. Wie eenmaal waschtafels met toebe- hooren heeft, zal ze zich zoo gauw niet aan schaffen, maar wie zich nog in moet richten, bedenke zich niet. Het gebruik is stellig niet duurder en zeker veel doelmatiger, men be denke eens, wat een arbeidsbesparing zulk een vaste waschtafcl is, waarbij men het water maar weg kan laten loopen, geen vermoeiend vullen van kannen, en geen gescheurde kommen meer en geschonden lampetkannen. Bij het inrichten onzer woning doen wij wijs ons goed op de hoogte te stellen van al wat er nieuws en goeds is uitgevonden, om zoodoende onze huishouding zoo gezellig en practisch mogelijk in te richten. Niet altijd is er een aparte keuken, maar vaak moet de keuken tevens als woonver trek dienst doen. Bij de inrichting van de keu ken moet daarmede natuurlijk rekening ge houden worden In sommige streken van ons land dient de keuken ook nog tevens voor slaapvertrek en zijn er bedsteden in de keuken aangebracht Dit is natuurlijk een heel verkeerde toestand, want niet alleen dat het heel ongezond is te slapen in een vertrek waar den heelen dag gekookt wordt, 't is in zoo'n geval ook haast onmogelijk de keuken zindelijk te houden, en dit is toch een eerste eisch, die aan een keuken gesteld moet worden. Wanneer we een keuken moeten inrich ten en meer nog als we een nieuwe moeten bouwen, .moeten we er voor zorgen, dat alles erop gemaakt is. dat het goed schoon gehou den kan worden. In de eerste plaats de vioer. De vloer in de keuken moet niet van hout zijn, dat rot gauw én is haast niet schoon te houden, dus maar liever van steen. De beste vloer is wel die, die goed glad is en geen naden heeft, b.y. graniet of terrazzo of ook wel cement, die goed glad geschuurd is. Graniet of terrazzo is cement met steentjes erin gelegd, die later goed glad afgeschuurd worden. Dan krijgen we de harde gladde tegel tjes, verder plavuizen en steenen. Deze laat ste zijn ruwer en daarom niet zoo goed schoon te houden. Boerenmenschen kennen niet an ders dan plavuizen. Die zijn goedkoop. De muren kunnen het beste gewit zijn of gewoon cement, dat glad geschuurd is, of met een kleurtje bewerkt is. Deze muren zijn doorlaatbaar, zoodat het vocht door de muren naar buiten trekt. Betegelde of geverfde muren zijn ondoorlaat- baar en daarom altijd vochtig. De onderste helft betegeld of geverfd, is wel prettig, daar dit goed afwaschbaar. De keuken moet goed licht zijn, daarom groote ramen en de ramen moeten geopend kunnen worden, liefst boven een valraam, omdat de dampen omhoog trekken en daar dus kunnen ontsnappen. Liefst ook openslaande ramen voor in den zomer Een rooster boven in den muur kan ook goede diensten verrichten. Een walmkap boven de kachel eveneens deze moet een afvoerpijp hebben naar boven b.v. vast langs den schoorsteen Het moet in de keuken niet te warm wor den, daarom moet ze liefst niet op den zon kant van het huis liggen, maar liever op het Noorden, dan heeft men in den zomer ook niet zooveel last van de vliegen. Een te groote keuken heeft het nadeel, dat men veel vergeefs moet loopen en in een te kleine keuken kan men zich ook niet helpen, ze moet dus juist groot genoeg zijn, en dat is ze, als alles, wat erin gedaan moet worden, er ook in gedaan kan worden. Verder moeten we zorgen voor veel bergruimte, vaste of losse kasten, planken tegen den muur en haken waar een en ander opgehangen kan worden, en zorgen dat alles een vaste plaats heeft. De keuken moet er ook gezellig uitzien met aardige gordijntjes en netjes geverfde deuren en kasten, maar 't moet er ook vooral eenvoudig blijven. Er zijn zóóveel aardige, ecbt-gezellige stoffen, die toch niet duur zijn, waarvan wij een aardige japon voor de ochtenduren kunnen maken. Ja, natuurlijk zélf maken, dët is juist het leukste ervan, Het kimono-model, waarvan haast ïeae- re vrouw houdt, geeft in t geheel geen moeilijkheden in het maken. De kimono is zulk een dankbaar en ge makkelijk te maken kleedingstuk, dat ge, onder 't maken ervan,, en vooral onder t dragen, er veel schik in zult hebben, aan dit werkje begonnen te zijn. De stoffen die ge kunt aanwenden zijn legio. Alles kunt ge ervoor gebruiken: flanel, molton, rati- né, serge en nog veel meer. Maar ook komt tegenwoordig china crêpe, pongé, satijn en zijde in aanmerking, doch eigenlijk slechts voor verwende vrouwtjes, die de handen niet uit de mouwen behoeven te steken en alleen maar -dood-leuk hun bevelen kunnen geven Weet u wat een nouveauté is op t gebied van peignoirs? De kimono, die aan twee kanten gedragen kan worden De eene zijde vertegenwoordigd de luxueuse uitvoering de andere practi sche. De luxueuse bestaat uit zijde of satijn, soms met broderie of galon versierd, welke in de morgenuren een goed effect maakt in de huisljamer; de practische bestaat uit warm flanel, effen of bedruk', en is voor de slaapkamer bestemd. De kimono bestaat uit dri- banen, n.I. een achterbaan en twee voorbanen en de stof voor de voering bestemd is eveneens drie-deelig. De kimono behoudt steeds het wijde sil houette, ze omsluit de schouders en valt in soepele plooien, wijder wordend naar om laag. Een seintuur of kleurig breed lint wordt om de taille gestrikt. Voor wie niet van een kimono houdt is de rechte japon, die hoog aan den hals wordt toegeknoopt, misschien een geschikt model. Deze knoopsluitjpg eindigt ter hoog te der taille, soms echter loopt ze tot aan den zoom, door Voor versiering aan effen stof prefereert men algemeen metaal ga lon, goud- of zilver-tres. Bij stoffen die be drukt zijn met zilveren of gouden figuren wordt een lint in bijkomende metaalkleur om de taille gedragen. Dit is reeds voldoen de om een aardig effect te geven, want stoffen met dessin vragen weinig versiering. De mouwen van alle japonnen voor de morgen-uren zijn lang en wijd Rib-fluweel in de nieuwe mode-kleuren is voor de koude maanden een zeer ge schikte en flatteuse stof. Men garneert het met randjes bont- of metaalkleurig tres. Dergelijke japonnen, wanneer ze door het model niet een uitgesproken cachet van morgenjapon hebben, zijn door de stof ge ëigend om als dagjapon gedragen te wor den Zoo'n echt-gezellige, gemakkelijke eri tóch niet ongekleedc japon, wil iedere vrouw bezitten! Hebt gij een divan of een rustbank of een diepe, gemakkelijke fauteuil in uw kamer? Dan kunt gij stellig ook dit aardige rolkus- sen gebruiken, en als gij dit wenscht ook zelf maken. Het benoodigde materiaal bestaat uit 125 c.M. fluweel, een stukje grijs en wat zwart laken, gouddraad en koord en een paar gouden kwasten, Laten we als voorbeeld een mooi rood fluweel of velours chiffon nemen. Knippen we hiervan (stof 100 c.M. breed) voor het groote mid denstuk 80 c.M. bij een breedte van 70 a 75 c.M. Vervolgens twee cirkelvormige zij stukken met een doorsnede van 25 c.M. elk. In het midden dezer stukken knipt men ron de gaten met een doorsnede van 16 c.M. De versiering van het kussen is z.g.n. appliqüéwerk. Ronde grijze en o v a 1 e zwarte stukken laken worden volgens het voorbeeld der vergróote teekening tot guirlandes bij elkaar gevoegd, met rijgste- ken vastgezet en vervolgens door koord en rechte steken in gouddraad afgewerkt; ook de verdere afwerking der bloemen ge schiedt met goudborduursel, terwijl tenslotte enkele hartjes in zwarte zijde hoog opge werkt worden. Wanneer men met de broderie klaar is plooit men de beide zijstukken tegen het groote middenvak, nadat men van dit laat ste eerst de beide einden aan elkaar ge naaid heeft. Ook worden de randen der gaten nu bij elkaar geplooid zoo dat ze geheel gesloten worden (Een en ander na tuurlijk nadat eerst de binnenzak er inge werkt is en het geheel naar believen op gevuld met kapok of dons) Tenslotte mas keert men de naden der zijstukken met een gouden koord en bevestigt men de beide kwasten. Het is goed deze laatste onderling door een stevig koord te verbinden (dwars door den binnenzak), zoo, dat ze eenigs- zins verdiept komen te liggen. Tegelijk houdt men hierdoor de zijstukken mooier in dei* vorm. BRUINE BOONENSOEP. 1 L. bruine boonen, ongev. 4 L. water een paar uitjes, ongev. 150 gr. boter, vet van jus of margarine, desverkiezend wat bruin van jus, 20 gr. zout. Wasch de boonen, zet ze een nacht te wee ken, kook ze ongev. 2 uur in het weekwater gaar en stuk. Wanneer de boonen bijna gaar zijn, voegt men 2 lepels zout toe. Wrijf de boonen en het vocht door het vergiet, de schillen blijvèn dan achter. Ook kan men de boonen door den vleesch- molen malen en dan aan het vocht toevoegen. In dien tusschentijd snijdt men de schoon gemaakte ui fijn, laat het vet heet worden en maakt hierin het uitje lichtbruin Wanneer de soep door de boonen met vol doende gebonden wordt, voegt men bij het uitje en het vet een paar lepels bloem. Roer er de kluitjes uit en voeg onder voortdurend roeren langzamerhand de gezeefde boonen massa toe. Laat de soep doorkoken, totdat ze gelijkmatig gebonden is, maak ze op smaak af met peper en naar verkiezing wat bruin van jus. Meng de peper eerst op den lepel aan met een weinig soep, anders geeft ze kluitjes. Wanneer men geen magere soep wil koken, kan men met de boonen 'n varkens pootje of krabbetjes meekoken. Men kan deze soep ook heel goed maken van een rest bruine boonen en het nat waar ze in gekookt zijn. EIERKOEK a LA KRASNAPOLSKY. Bijzonder lekkere eierkoeken bakt men op de volgende wijze pond bloem, L. melk, 4 eieren, 'n beetje zout. Men mengt de bloem en het zout en de melk dooreen, langzaam de melk toevoe gende en goed roerende, zoodat men 'n mooi glad deeg krijgt zonder klontjes. De eieren klopt men 7 minuten met twee vorken en doet die dan ook al roerende bij de massa. Dan laat men alles 'n uur staan. Men bakt dan in de koekpan met boter de koeken aan neide kanten bruin, vlak vóór ze gebruikt worden. Uit de bovengenoemde hoeveel- i 'eid kan men 6 mooie, groote koeken bakken. BIETEN (KROTEN). 4 pers. I K.G. bieten, 20 gr. bloem, 40 gr. boter, 1 d.L. azijn, 1 lepel suiker, zout. Wasch de bieten goed schoon maar zorg dat de huid niet afgeschaafd wordt. Kook de bieten in ruim water gedurende 3 a 4 uur tot de huid er goed af gaat. Wrijf het vel er af en schaaf of snijd de bieten in plakjes. Maak een sausje van boter, bloem en water, maak het af met azijn, suiker en zout en naar verkiezing peper, laurierblad en kruidnagel en stoof de bieten hierin ongev 20 min. RIJSTKOEKJES. 3 Kopjes rijst, een half ons bloem, een ei» een half kopje melk, 1 theelepel kaneel, een half kopje suiker en een paar eetlepels boter. Nadat de rijst gaar gekookt is, wordt deze vermengd met den dooier, de suiker, de melk, de bloem en 't kaneel. Het eiwit wordt na stijf geklopt te zijn het laatst toegevoegd. Van dit beslag bakt men in de gesmolten boter kleine koekjes in de koekepan aan bei de zijden mooi lichtbruin. Deze koekjes worden veelal opgediend met een half thee lepeltje abrikozen-jam er boven op of ook wel met warme vanillesaus. RIJSTBEIGNETS. Van de overgebleven in melk gekookte rijst kan men lekkere rijstbeignets maken. Men spreide de rijst ter hoogte van een paar centimeter gelijkmatig uit op een platten chotel, steekt er met een klein kopje ronde -tukjes uit, die men in geklopt ei en paneer meel of gestampte beschuit paneert en bakt ze in wat boter mooi goudgeel. Als ze nog warm zijn bestrooit men ze met vanillesuiker. Ze kunnen warm of koud ge geten worden i De boekomslag, dat nuttige en practische ding voor ieder die van lezen houdt, heeft in den loop der laatste jaren tal van ver anderingen ondergaan We hebben 'm gekend, de ouderwetsche, van mooie stof vervaardigd, maar - met een vreeselijk smakelooze versiering. Hoe veel mooier is dan de moderne omslag, soms maar van een 2eer eenvoudig grof weefsel vervaardigd, waarop een passende versiering in modernen stijl is uitgevoerd. En dan nog al die andere variaties in boek omslagenvan gebatikt doek, met kra len bewerkt, van gepersj leer en wat niet al..,. Steeds zoekt men iets nieuws. Een aardigen boekomslag verkrijgt men ook met mooie knipfiguren. Ge teekent eerst een ornament voor uw boek, b.v. zoo iets als ge op ons plaatje ziet. Dit wordt daarna op stof Overgebracht en voorzichtig uitge knipt. Liefst neemt men het ornament van sterk afstekende kleur of in zwart. Het boek van ons plaatje heeft een beige Iakenschen omslag met een versiering in zwart fluweel. Zwart laken of vilt zou natuurlijk ook zeer goed voldoen. Met kleine, bijna onzichtbare festonneersteekjes wordt de versiering op den omslag bevestigd. Papleren patronen op maat gemaakt, kunnen besield worden onder toezending of bijvoeging van het bepaalde bedrag plus 15 cent porto, aan het Comptoir des Patrons, Molenstraat 48 B, Den Haag. De maten op te geven volgens onderstaande teekening.,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1926 | | pagina 8