BRIEVEN UIT FRANKRIJK.
Radio-omroep.
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT
Derde Blad Zaterdag 6 Maart 1926
Reims, het dorado der woningzoekenden.
Een groep te Genève zou geprotesteerd hebben tegen de aanwezigheid
van graaf Bethlen. De regeling met de vroegere Duitsche Vorstenhui
zen en het daarmee samengaande plebisciet veroorzaakt strijd en sabo
tage. Een ultimatum aan Abd el Krim. Een nieuw ^hineesch kabinet.
Onder de Radio-berichten: Ten aanzien van de commissie voor het
Saargebied is een voorloopige regeling getroffen. Eene ernstige ont
ploffing te Praag. Verscheidene dooden en een groot aantal gewonden.
FEUILLETON.
EEN GEHEIMZINNIGE
VERDWIJNING.
KERK EN SCHOOL.
De terugkeer der
Karthuizers.
Jubileum van Broeder Janianus.
KUNST EN KENNIS.
UIT BOEK EN BLAD.
„Naar het Licht
HANDEL EN NIJVERHEID.
De Jaarbeurs te Utrecht.
Een Fransche stad die als het ware om
inwoners bedelt en tevens een keur van
woningen ter beschikking heeft, is een zeld
zaamheid.
En toch bestaat die uitzondering waardoor
de algemeene regel van bijna pijnlijken
woningnood wordt bevestigd.
Terwijl in Parijs met den besten wil van
de wereld en een goed gevulden buidel een
appartement niet is te vinden, zit Reims op
twee uren afstand gelegen, met een duizend
tal onverhuurde woningen verlegen.
Een luilekkerland voor dakloozen. En
men begrijpt niet dat zij die vrij zijn in de
keuze van een woonplaats, dit dorado
in een tijd van woningcrisis, onachtzaam
voorbij gaan.
Hier geen concierge die oppermachtig
de lakens uitdeelt maar uiterst vriendelijk
de nieuwe sleutels aan een eventueelen
bewoner overhandigt.
De overname van waardelooze meubelen
tegen hoogen prijs is onbekend. Een bezoek
aan deze herbouwde stad, waar de oorlog
zoo gruwelijk heeft huis gehouden, heeft ons
hiervan de verzekering gegeven.
Reims is in den waren zin des woord uit
fijn asch herrezen. Vol bewondering hebben
wij de Bisschopsstad doorkruist en zijn wij
getroffen door de werkkracht en de energie
die zich sedert het einde van den oorlog hier
hebben ontplooid. Het allereerst richtte zich
onze blik naar de kathedraal, dat wonder
van Middeleeuwsche schoonheid, waarvan
het oorlogsvuur de steenen heeft geblakerd,
de ruiten heeft vernield en een groot deel
aan verwoesting heeft prijs gegeven.
Nog altijd troont dit kerkgebouw als een
verminkte te midden der bebouwde stad, de
herinnering al te zeer levendig houdend aan
jaren van leed en ontzetting.
Maar toch hoe merkbaar is reeds de her-
stellingsarbeid die onvermoeid wordt voort
gezet. De grijze Aartsbisschop gesteund door
zijn kundigen architect en de 10 millioen
door Rockefeller geschonken, koestert de
hoop met Paschen voor het eerst na den
oorlog in dit Godshuis de H. Mis op te dra
gen, al zullen vermoedelijk nog lange jaren
noodig zijn om het geheel zijn ouden aanzien
weer te geven.
De stad zelf doet weinig meer denken aan
e puinhoopen die wij er eens hebben aan
schouwd. Zij heeft een nieuw kleed aan
getrokken dat aantrekkelijk is door uiterlijke
voornaamheid en getuigt van goeden smaak,
maar dat helaas te wijd is voor het lichaam
dat er mede is omhuld. Eenzaam en verlaten
zijn de straten, onbewoond de huizen die
in grooten getale wachten op bewoners,
Reims telde voor den oorlog 120.000 in
woners. Na den wapenstilstand was de
bevolking ongeveer even groot, maar de
aard was veranderd. Een 40.000 arbeiders,
belast met den herbouw waren in de plaats
getreden van de vaste bevolking van indu-
strieelen en kooplieden, die de stad nood
gedwongen den rug hadden toegekeerd en
eens elders gevestigd er niet zijn terug
gekomen.
Thans hebben die arbeiders het werk
grootendeels gereed, Reims verlaten, en
nauwelijks 80.000 zielen blijven over. De
berekeningen hebben gefaald. De 4 groote
magazijnen, die op het hoofdplein hun gevels
verheffen, wachten vergeefs op de noodige
bezoekers. De middenstand doorleeft moei
lijke tijden en de huiseigenaren zien hun
bordjes met „woning te huur" al te lang aan
wind en weer blootgesteld.
De oorzaak is verklaarbaar. Reims leefde
hoofdzakelijk van de champagne en de wol
industrie. De eerste is nog altijd bloeiend,
maar de laatste is door den oorlog ten onder
gang gebracht.
Nieuwe bronnen van inkomsten zullen
noodig zijn om deze stad het hoofd boven
water te doen houden. Nieuwe industrie
dient gezocht om het ontvolkte Reims den
welstand van weleer terug te geven en het
aantal inwoners te vergrooten. Men sprak-
van een linoleumfabriek die 4 a 5000 ar
beiders aan het werk zal stellen en andere
ondernemingen die worden voorbereid.
De financieele moeilijkheden ontkenen
echter niet alleen hieraan hun bezorgdheid.
De benepen toestand van de Fransche
schatkist speelt ook een rol. Voor het jaar
1925 waren 25 miliioen door het Rijk toe
gezegd, 200.000 francs zijn slechts gestort
en in de laatste maanden is niets ontvangen.
Reims verkeert inderdaad in een betreurens-
waardigen toestand ondanks de uiterlijke
teekenen van herleving en den aanblik die
het herstelde stadsbeeld bij oppervlakkige
beschouwing biedt.
Het is verwonderlijk dat niet uit alle
oorden de menschen samenstroomen om
zich hier te vestigen. Uiterst gunstig gelegen
ten opzichte van Parijs, België en Zwitser
land, biedt het bovendien als stad zelf menige
bekoring. Het leven is er niet bijzonder duur,
de woningen staan er te keus en te keur
de bevolking is de vreemdelingen goed
gezind en de gezondheidstoestand laat niets
te wenschen over.
In de Fransche pers is dan ook een cam
pagne geopend om zooveel mogelijk de aan
dacht op Reims als woonstad te vestigen.
Of het baten zal De trek der Franschen
naar de groote steden, waaronder wij Reims
maar eens zullen rekenen, waar voor dit
land een stad met 100.000 inwoners al aan
zienlijk heet, beperkt zich voornamelijk
tot Parijs. Het lij kt" wel of allen die het platte
land vaarwel zeggen, slechts een wensch
koesteren, de ville lumière te gaan bewonen.
En zoo groeit iederen dag de bevolking
van deze millioenenstad tot schade van de
dorpen, die hoe langer hoe meer arbeids
krachten gaan missen tenzij deze door
buitenlandsche worden aangevuld.
Parijs is als een kaars waarop een ieder
aanvliegt, zonder te denken aan het gevaar
zich te zullen schroeien. De woningnood
schrikt blijkbaar niet. af, de moeite arbeid
te vinden evenmin.
Liever dan in Gods vrije natuur van een
behoorlijk bestaan verzekerd te zijn, zoekt
de mannelijke en ook de vrouwelijke jeugd
de lichtstad op, om er vaak een zorgelijk en
lichamelijk en geestelijk een gevaarlijk leven
te leiden.
Dit laatste geldt zeker op het oogenblik,
nu de franc bergafwaarts holt, de dagelijksche
levensbehoeften ontstellend in prijs stijgen
en de loonen daarmede alles behalve gelijken
tred houden.
Hoeveel ellende, zelfs honger in deze
dagen te Parijs wordt geleden door duizenden
die in hoopvolle verwachtingen er heen zijn
gekomen, doch zonder zekere waarborgen,
is niet te zeggen.
Onze wekelijksche zittingen der Ver. voor
Liefdadigheid, en hier komen nog slechts
Hollanders of met Franschen gehuwde land-
genooten, spreken boekdeelen.
Mocht Reims, dat het zoo broodnoodig
heeft, een deel der overtollige Parijsche
bevolking, natuurlijk de beter gesitueerde,
tot zich zien getrokken. Over smaken valt
echter niet te twisten. Parijs heeft nog altijd
de voorkeur. -
r-r.-.r.p-nu-.
Vó-v
i i.i. j. uUiNInuk iVüh". L. A. wo l.
(raad-adviseur aan het Dep. van Just.), (hoogleeraar te*Delft) Minister van Oorlog
Minister van Justitie. en ai. van Marine.
Parijs, 24 Febr.
Mr. P. v. S.
De quaestie der Raadszetels.
Volgens de Matin" zou de Duitsche ge-
:ant te Parijs gisteren ter kennis van Briand
lebben gebracht, dat de Duitsche regeering
;en voorloopige Fransch-Brilsch-Duitsche
bijeenkomst te Genève zou wenschen vóór
:iat de Raad van den Volkenbond bijeen
komt.
De „Matin" acht het zeker dat de Fran-
voorstel zal aanvaarden. Er zou en confe
rentie tusschen de zeven onderteekenaars
van het verdrag van Locarno worden be
oogd, welke zeer kort zou zijn en morgen
te Parijs of Zondag te Genève zou plaats
vinden.
Italië steunt Polen.
Het „Petit Journal" maakt melding van
het gerucht volgens hetwelk er een gehei
me overeenkomst tusschen Italië en Polen
zou zijn gesloten, welke de voorwaarden
vaststelt waaronder Italië zich verbindt de
Poolsche candidatuur tot een permanenten
zetel in den Raad te steunen.
Een moreele steun.
Het Fabra Ag. meldt dat de rtgeering van
„Gij heet dus ook Durand," vervolgde de
hoofdofficier, „en gij zijt ook ingenieur
En ook civiel-ingenieurOpperbest
En zijt gij beiden soms familie?"
„Wij zijn neven," antwoordde Charles
Minières.
De hoofdofficier beschouwde beiden met
doordringenden blik.
„Het is wel vreemd. Zeer vreemd,' zei
de hoofdofficier, terwijl hij bedenkelijk het
hoofd schudde „Gij hebt geen enkelen
familietrek met elkaar gemeen.
„En toch is het de waarheid." zei Justin
Brejon, d.e ten gunste van zijn kapitein
wilde getuigen.
„Zwijg," zei een der soldaten, terwijl hij
Justin Bréjon met de kolf van zijn geweer
een stomp gaf. „Er wordt u niets gevraagd.
„De reispassen van de andere heeren zal
ik maar niet vragen. Ze heeten misschien
ook wel Durand," vervolgde de hoofdoffi
cier op spottenden toon. „Een groote fa
milie!"
Het was overbodig, daarop te antwoorden
Het viertal begreep wel, dat zij in de val
waren geloopen, en dat de hoofdofficier
zich erg met het geval amuseerde.
„Welnu," zoo besloot hij met vriendelij
ken glimlach, „nu zult ge zien, hoe vlug en
gemakkelijk de zaak zal afloopen."
Toen richtte hij het woord tot Maurice de
Prévannes.
„Ik verzoek u alleen een kleine formali
teit te willen vervullen, en dan zal ik u en
ook uwe reisgenoot onmiddellijk in vrijheid
stellen. Wilt u mij de volgende woorden na
zeggen?" t
Toen vervolgde hij langzaam, terwijl hij
op elke lettergreep den nadruk lei:
„Ik verklaar op mijn eerewoQrd. dat mijn
naam werkelijk is: Maurice Durand, en dat
mijn neef Charles Durand. hier aanwezig,
evenals ik, het beroep van civiel-ingenieur
uitoefent, en dat ik geen Fransch offecicr
ben."
„O, de schurken!" mompelde Justin Bré
jon binnensmonds. Maar dc soldaat, die
naast hem stond, gaf hem weer een stomp
met de kolf van zijn geweer, nod harder dan
de eerste maal, zoodat hij een kreet niet
kon onderdrukken.
„Het is mij onmogelijk aan uw verzoek
te voldoen, antwooidde Maurice de Pré
vannes den hoofdofficier.
„Ja, dat wist k wel vooruit.' antwoord
de deze met een schaterlach.
En terwijl hij Maurice de Prévannes drei
gend aanzag, voegde hij erbii:
„Gij erkent dus, dat gij Fransch officier
zijt. En dat gij een spion zijt. die een val-
Panama een draadloos telegram naar den
Volkenbond te Genève heeft gericht, waar
in zij zich uitspreekt ten gunste van Spanje's
verkiezing tot permanent lid van den Raad.
Spanje bereidt zich op den strijd
om een zetel voor.
De Spaansche minister van buitenland
sche zaken heeft de diplomatieke vertegen
woordigers van Engeland, Italië, Polen en
Brazilië ontvangen, die met hem een be
spreking hebben gehad over de samenstel
ling van den Raad en de houding van
Spanje. De Duitsche zaakgelastigde begal
zich eveneens naar den minister, die daarna
een langdurig onderhoud met Primo de Ri
vera over dezelfde quaestie had.
De minister zal hedenochtend naar Ge
nève vertrekken.
E«n betooging tegen Bethlen.
De „Matin" verneemt uit Genève, dat zich
aldaar een groep zou hebben gevormd om
te protesteeren tegen de aanwezigheid van
graal Bethlen, den Hongaarschen minister
president, te Genève ter gelëgenheid van
het bijeenkomen van den Volkenbond.
De regeling met de vroegere
vorsten.
Mag men het „Berl. Tag." gelooven, dan
blijken de monarchistische kringen alle
middelen van terreur en sabotage aan te
wenden teneinde het „Volksbegehren" tegen
te gaan en de inschrijving in de lijsten te
verhinderen. De geheele monarchistische
pers schrijft dagelijks vol verontwaardiging
over de „Fiirstenbereubung", terwijl over
al vetgedrukte manifesten zijn aangeplakt,
waarin een ieder, die op de lijsten teekent,
voor bolsjewist, dief en roovers wordt uitge
maakt. De Duitsche officiersbond en derge
lijke vereenigingen komen met luider stem
op voor de vorstelijke beurzen en spreken
van de bedreigde moraliteit.
De van de agrariërs afhankelijke platte
landers worden bedreigd met vergeldings
maatregelen de controle is thans gemak
kelijk: immers wie een inteekeningslokaal
binnentreedt, bewijst daarmede aanhanger
van het „Volksbegehren" te zijn.
Het blad verneemt, dat ook in Berlijn op
den eersten inschrijvingsdag, Donderdag,
vele lokalen te laat geopend zijn, dat de be
trokken beambten ontbraken en dat het op
verschillende plaatsen tot onverkwikkelijke
tooneelen is gekomen. Een D.-nationale
wethouder zou voor een en ander aanspra
kelijk zijn.
De ontwapeningsconferentie.
Volgens den Duitschen draadloozen dienst
rekent men in Weensche politieke kringen
met de mogelijkheid van het houden der
voorbereidende ontwapeningsconferentie te
Weenen, ten einde de Sovjet-regeering deel
neming gemakkelijker te maken.
Tsjccho-Slowakije en Oostenrijk.
De minister van buitenlandsche zaken van
Tsjeeho-Slowakije, Benesj, werd door pre
sident Hainisch ontvangen, die hem de ver
sierselen van het grootkruis van de Repu
bliek overhandigde. Bondskanselier Ramek
gaf een diner ter eere van Benesj. De
Bondskanselier hield een rede, waarin hij
betoogde, dat de politiek van Benesj door
drongen was van de overtuiging der nood
zakelijkheid van samenwerking tusschen de
Donaustolen eri van de zekerheid, dat het
herstel van Europa slechts mogelijk is door
vrede. Dit nu is ook het program van Oos
tenrijk.
Benesj wees op de loyale en vriendschap
pelijke samenwerking van beide landen.
De T. S. zaakgelastigde overhandigde den
bondskanselir Ramek de versirselen van het
grootkruis van de orde van de Witte Leeuw
De T. S. minister vertoeft, zooals men
weet, té Weenen, op zijn doorreis naar Ge
nève, teneinde in de Oostenrijksche hoofd
stad van de gelegenheid der onderteekening
van een arbitrigeverdrag ter aanvulling van
het verdrag van Lana van Dcc. '21 (hetwelk
de betrekkingen tusschen beide landen na
der regelde op den grondslag natuurlijk van
dc erkenning der vredesverdragen) gebruik
te maken om door zijn persoonlijke aanwe
zigheid daarbij de toenadering tusschen bei
de landen te accentueeren.
Aan het sluiten van dit arbitrageverdrag
is reeds een dergelijk verdrag van Tsjecho-
Slowakije met Polen en Duitschland vooraf
gegaan, zoodat door deze nieuwe politieke
daad wederom een stap is gezet in de rich
ting der consolideering van Midden-Europa
en van de algemeene poging om langs vreed-
zamen weg eventueele moeilijkheden en
wrijvingen weg te nemen.
Welk karakter van het huidige politieke
gebeuren te Weenen ook duidelijk blijkt uit
de gehouden toespraken.
De anti-ltaliaansche campagne
in Tirol.
Ofschcrn er na de heftige redevoeringen
van Mussolini over de vermeende anti-lta
liaansche actie in Zuid-Tirol en de daarop
gevolgde diplomatieke verwikkelingen niets
meer omtrent den toestand in Tirol is ver
nomen, meldt de correspondent van de
„Temps" in Rome dat de rust er nog lang
niet is weergekeerd. Vooral de Oostenrijk
sche geestelijkheid verzet zich sterk tegen
het verilalianiseeren van Zuid-Tirol. Tever-
geefsch is b.v. getracht dc Duitsche nonnen
van verschillende religieuse congregaties
door Italia&nsche te vervangen; de regee
ring te Rome wilde in de nieuwe provincie
de Italaansche wet op de relg euse instel
lingen toepassen, doch hiertoe dienden de
Duitsche congregaties te worden schadeloos-
geteld en de toestemming te worden ge
vraagd van het Vaticaan, dat tot dusver
de kathedraal in Bozen onder het beheer
van het Duisch kapittel heeft gelaten. De
Italianen beschikken slechts over een klein
kerkje, dat slechts tweehonderd personen
bevatten kan.
Het valschemuntersschandaal.
Hongaarsche politieke kringen en de
bladen zijn over het algemeen voldaan over
de door Briand gisteren afgelegde ver
klaringen, met name over de passage," dat de
vervalschers niet met de Hongaarsche natie
behooren te worden vereenzelvigd.
De betrekkingen tusschen Grieken
land en Italië.
Mussolini ontving den Griekschen minis
ter van buitenlandsche zaken en besprak
met hem de voornaamste quaesties, waarbij
beide landen, belkng hebben en die betref
fende den Europeeschen toestand. Het
bleek, dat tusschen de opvattingen der béi
de staatslieden ten aanzien van een groot
aantal quaesties overeenstemming bestond.
Een Engelsche school gesloten.
Gemeld wordt uit Konstantinopel dat de
poliiie gisteren de Engelsche meisjesschool
aldaar heeft gesloten na een ultimatum,
waarin met sluiting werd gedreigd indien
men niet §en Turkschen Ieeraar zou toe
laten, die echter tot tweemaal toe in be
schonken toestand op school was gekomen.
De oorlog in Marokko.
De door het opperbevel noodzakelijk ge
oordeelde operatie in den sector Tetoean,
om de plaatselijke acties van den vijand te
beletten, is begonnen. De operatie zal be
staan uit verschillende stadia, waarvan het
eerste heden met succes is beëindigd. De
verliezen waren minimaal, geen enkel offi
cier werd getroffen. De Spaansche troepen
ontmoetten den verwachten tegenstand niet.
Uit Madrid wordt aan dc ..Westminster
Gazette" gemeld, dat aan Abd el Krim is
medegedeeld dat in geval de vredesvoor
waarden, met inbegrip van den waarborg
van zijn goede trouw, niet vóór 15 April
ontvangen zijn, een gemeenschappelijke
militaire actie door Frankrijk en Spanje
zal worden ondernomen.
Het „Journal" weet mede te deelen, in
verband met de verschillende geruchten,
welke omtrent het opperbevel in Marokko
de ronde doen, dat aangaande den terug
keer van maarschalk Pétain naar het oor-
logstooneel nog niets is beslist. Tot nader
order is generaal Boichut opperbevelhtbbei
der troepen. Sedert 15 Februari heeft hij
zijn -hoofdkwartier in Rabat gevestigd.
Op het noordelijk front zijn de strijd
krachten in twee groepen verdeeld .welker
kwartieren in Fez en Taza zijn gevestigd.
Generaal Dufieu, oud-commandant der
Hoogere Krijgsschool heeft het bevel over
de groep van Fez, generaal Mittelhausei,
oud-chef van den generalen staf van het
Tsjccho-Slowaaksche leger, over de groep
van Taza.
Het bevel over de verschillende gebieden
is als volgt verdeeld: kolonel Huot in Taza,
generaal de Chambrun in Fez, generaal
Freydenberg in Meknès en generaal Dau-
gan in Marrakesj. Generaal Georges is Pè-
tains onmiddellijke medewerker.
De strijd om Peking.
Een regeeringsbesluit benoemt' generaal
Feng Joe Hsing tot commissaris van pacifi
catie in de provincies Sjihli, Honan en
Sjensi en geeft hem aldus officieel het bevel
over de strijdmachten, die staan tegenover
de verbonden troepen van de maarschalken J
Woe Pei Foe en Tsjang Tso Lin
Een nieuw Chineesch Kabinet.
Een regeeringsbesluit aanvaardt het ont
slag van Hsoe Sjih Jing en zijn ministers en
benoemt Tsjoe Joeng Koeang tot minister
van Binnenlandsche Zaken. Ho Teh Lin,
Financiën; Koeng Hsin Tsjan, Verkeer; ad
miraal Foeh Si Kwei, Marine; Loeh Sin,
Justitie; Matsjoenoere, Onderwijs; Jang Wen
Kai, Landbouw. Het nieuwe kabinet bestaat
voor het meerendeel uit aanhangers van de
Koeo Min Tsjoen, doch de benoeming van
Wio Jen(?) wijst op den wensch om een
invloedrijk lid van de Sjihlipartij in het kabi
net op te nemen.
Naar „De Gooische Post" verneemt, zal op
het omstreeks Paschen a.s. te houden gene-
raal-kapittel van de Orde der Karthuizers
een voorstel worden behandeld om weder
om een chartreuse te vestigen in Nederland,
In breede kringen wordt deze beslissing met
belangstelling tegemoet gezien. In het Kart-
huizerklooster van Valsainte (Gruère), Zwit
serland, vindt men reeds een kleine Holland-
sche kolonie koormonniken zoowel als lee-
kebroeders. Ook in andere kloosters der
Orde bevinden zich Hollandsche gepro-fes-
ten.
De plaats der eventueele vestiging schijnt
nog niet vast te staan. Men berichtte aan
het blad, dat verschillende onderhandelin
gen over de verkrijging van terreinen wor
den gevoerd. Omstreeks 80 K.A. grond zou
den voor den kloosterbouw noodig zijn. Ver
moedelijk zal de belangwekkende stichting
daar gevestigd worden, waar deze terrei
nen geheel kosteloos worden aangeboden.
Van" verschillende zijden moeten reeds
bijdragen voor den kloosterbouw zijn ge
schonken, terwijl ook de gelegenheid zou
bestaan om den bouw van een of meer cel
len te bekostigen.
Men schrijft ons:
De Eerwaarde Broeder Junianus, eerste
Provinciaal Assistent en Overste van het
sanatorium „Overdonk" te Dongen, voor
dien Overste van het gesticht „Voorburg"
te Vught, hoopt 19 Maart 1926 zijn vijf en
twintig jarig Professiefeest te herdenken.
Met het oog op den H. Vastentijd zal het
feest nadien op plechtige wijze gevierd
worden.
Dit is de algemeene titel van een serie
lectuur. Het edel streven der missionarissen,
cm „licht te brengen aan hen, die zitten in
de duisternis" wordt daarin geteekend en
de moeilijkheden of vertroostingen, die ge
paard gaan met dat streven, zullen
in allerlei schakeering en afwisseling in deze
beekjes worden beschreven. Wij hebben
hier niet te doen met dorre taal, land- en
volkenkunde, niet met devote bespiege
lingen of propagandistische preekjes, maar
met prettige leerzame schetsen, zooals de
Missionarissen van het H. Hart, die vanuit
hun verschillende Missiegebieden van
Nieuw-Guinea, Celebes, Philippijnen, Bra
zilië enz. hebben geschreven.
Met recht mag een ruime verspreiding
dezer bovendien fraai geïllustreerde boekjes,
onder onze geloofsgenoot en in 't algemeen
en de Missie-vrienden in het bijzonder,
worden verwacht.
Tijdens de 14de Jaarbeurs die van 9 tot
18 Maart te Utrecht gehouden wordt, zullen
wederom, zooals gebruikelijk is, verschil
lende vereenigingen te Utrecht vergaderen,
o.a. de Vereeaiging van Gemeeuttleijke
Bouwtechnische Hoofdambtenaren, de
nieuwe Grossiersbond, de Ver, van Hande
laren in Bouwmaterialen, die van de secre
tarissen van de Kamers v. Koophandel in
Nederland en de Vereeniging van Schelp
kalkfabrikanten. Ook heeft de Kon. Lucht
vaart Mij. dit jaar weder pleiziervluchten
georganiseerd en wel van 11 tot en met 17
Maart. Dagelijks zal worden gevlogen van
11 tot 6 uur, ook 's Zondags. Het vliegtuig,
dat hiervoor bestemd is, is de bekende
Fokker F. VII, waarmede de expeditie naar
Indië werd ondernomen, en waarin acht pas
sagiers plaats kunnen nemen. Op den eer
sten Jaarbeursdag zal om 11 uur de ten
toonstelling van gemeentewerken, die in het
dezer dagen overkapte gedeelte tusschen de
Handelsbeurs en het vaste Jaarbeursgebouw
is ondergebracht, officieel door den burge
meester worden geopend. Ondanks den kor
ten tijd, dien men voor het gereed maken
van deze ruimte beschikbaar had, is ze
thans gereed gekomen. Vernomen wordt nog,
dat Donderdag zeven firma's, die op de
Meubelbeurs te Amsterdam hebben geëx
poseerd, aanvragen tot het secretariaat
hebben gericht om eveneens te Utrecht te
exposeeren. Aan enkele dezer aanvragen
kon nog worden voldaan; wegens gebrek aan
plaatsruimte moesten er ook eenigc worden
afgewezen. Alle beschikbare ruimte van
deze beurs is dan ook besproken, en er kan
geen enkel verzoek om nog te exposeeren
worden ingewilligd.
ZONDAG 7 MAART.
Hilversum. 1050 M. R.K. Radio-omroep
8.309.30. Morgenwijding. Spreker: J. C.
Berger, directeuur Nederl. R.-K. Bond van
Bouwpatroons. Onderwerp: Voor Christus
arbeiden. Zang: Mej. Truus ter Steege. so
praan, de heer Eduard Koopmans, bariton,
beiden van Amsterdam. Mej. Ter Steegs
zingt. 1. Kom süsser Tod, Bach. 2. Patrons
mea, Jansen. 3. Liebster Herr Jesu, Bach.
De heer Koopmans zingt: 1. Maris Stella.
Jansen Pr. 2. Die Schöpfung: Arie des Ra
phael, Haydn. Und Gott sprach: „Es bringe
die Erde hervor". 3. Celèbre Agnus Dei
(melodie religieuse), Bizet. 4. Petrus Klage,
Brandts-Buys. Pianobegek Jan Nieland.
7.00 Vrijz. Prot. Radio-Omroep. Ds. A.
Trouw, voorganger Vrijz. Hcrv. Kerk, te
Haarlem. Kerlöiitzending. 8.00 Pesberichten
voetbal- en andere sportuitslagen. 8.10 „De
Tooverfluit", opera van Mozart. Rolver-
deeling: Pami~a-Lotte Musken Sleurs. Ko
ningin der Nacht, Jeanne Bacilec. Papa-
gena Annie Hofman. Ie Dame en le Knaap
Annie Lieman. 2e Dame en 2c K-aap Ma
rie Hendriks. 3c Dame en 5e Knaap A.
Cup. Tamino Louis van Tul Ier Sarastro
Gerard Leenders. Papagana M. van Reen.
Spreker B. Leewin Monostat's Iwan Mo-
nasch. le Priester J. Jansen 2e Priester
I. Hattink. le Geharnaste J. van Rijn, 2e
Geharnaste K. v. Zanten. 1 oor van de
Amersfoortsche Zangver., beslaande uit 28
dames en heeren Het versterïte H. D. O.-
orkest, o. 5. v. d enheer J. J v. Amerom,
Königswiisterhausen. 1300 M. 10.5012.10
Steiner-kapel. E. Transky, tebor. 7.20 „Fa-
tinitza". operette in 3 actef) van F. v.
Suppé 9.5011.20 Dansmuziek.
Daventry, 1600 M. 10.50 Tijdsei-., weerber.,
3.50 Lichte klassieke muziek door het sym-
phonie-orkest. L.Trenton, sopiaan. L. Ficu-
ry. fluit. 4.35 „Twelfth night van Sha
kespeare. 2e acte, 5e scène eu 3e acte, 4e
scène. 4.55 Orkest. L. Trenton, sopraan,
en L. Fleury. fluit. 5.205.50 Orkestmuziek
8.20 Klokkengelui. 8.25 Orgelconcert van
de St. Marv Le Bow. 8.35 Kerkdienst in
de studio. Preek, zang en orgelconcert. 9.20
Weerber.. nieuws. 9.35 Concert door de
band van H. M. Royal Air Force. 9.50 R.
Helder. Zang. 10.10 Lafitte-fluitsoli. 10.30
De band. 10 45 R. Helder, Zang. Daarna
weder bardmuziek tot 11.05.
Parys „Radio-Paris", 1750 M. 1.05 Concert
Lucien Paris (piano, viool, cello). 2.05
Nieuws. 8.35 Havespersber. en sportuitsla
gen. 9.0510.50 Jazzmuziek door het or
kest Mario Cazes.
Brussel, 262 M. 8.35 Concert met roede
werking van den heer M. Neles, declama
tor. 9.05 Causerie: Les evènements de ia
semaine. 9.20 Voortzetting v, h. concert-
10.20 Nieuws.
Munster, 410 M. 8.20 Morgenconcert door
het Strijkkwartet en zang. 9.2010.00 Een-
fceidskortschriftles. 10.5011.50 i-ezing.
Klaag der Landschaft in gesprochener
Dichtung. 3.20 Concert door de Frciherr v.
Stein-schoo! 4.20 Orkestconcert. 5.20 Le
zing: Paul Ernst. 5.50 Schaaklcs. 6.20 Lo
zing: Was soil unser Junge werden? 6.50
Lezing: Die Schnepfe und ihr Strich. 7.20
Lezing: Die Bedeuturg der Pflanzkartoffel
für die Ertrage. 7.50 „Die Regimentstoch-
ter'', opera v. Donizetti.
MAANDAG, 8 Maart.
HILVERSUM 1050 M. 12.00 en 7.30
Politieberichten 5—6 u Kinderuurtje
verzorgd door Mevr. Ant. v. Dijk. 6.05
7.05 Vooravondconcert door het H D.
O.-orkest. o. 1. van Fr. Lupgens. 7.05
—7.30 Radio-praatje. Spreker de heer R-
Swierstra. Onderwerp: Hoe wordt muziek
overgebracht? -7.45 en 10.00 Persbe
richten 8.10 Kamermuziek door liet
Dresdener Strijkkwartet (aangeboden
door de N.V. Philips-Radio) bestaande uit
de heeren Fritsche, le viool, Schneider,
2e viool, Rysbahn. altviool. Kropholler,
cello. Mevr. Sophier Haas. sopraan.
Kwartet A Mol op. 132 Beethoven.
Kwartet op. 41.111, Schumann. Hier tus-
schendoor zang van Mevr. Sophie Haas.
KONINGSWUSTERHAUSEN 1300 M -
7.509.20 Kamermuziek van Schubert
door het Mahlke-trio (piano-viool-ceiio.)
K. Raitz, viola, H. Schubert, contra-bas.
Daarna nieuws. 9.5011.20 Dansmuziek.
DAVENTRY 1600 M. 10.50 Tijdsein,
weerber. 11.201.20 Concert dóór het
Radio-kwartet en solisten (sopraan-ba
riton-piano) 1 202.20 Tijdsein. Orgel
concert. 3.35 Lezing: British wild ani
mals. 4.20 Tijdsein. Causerie: Persona
lity and clothes. 4.35 Dansmuziek.
5.35 Kinderuurtje 6.20 Dansmuziek^
6.50-^7.20 Omroep voor Europa. 7.20
Tijdsein. Big-Ben, weerber., nieuws. --
7.45 Pianocomposities van Debussy 8.00
Causerie: On the National memorial to
Queen Alexandra. 8.209.20 Concert
door het quintet (viool, 2 viola's, celle en
hoorn.) M. Richardson, mezzo-sopraan.
J. P. Dunn, piano. 9.20 Concert door
het Colombo's orkest van Hotel Victoria.
K. Opperman, contra-alt. 10.20 Tijdsein
weerber. nieuws. Lezing: Development of
the horn, met muzik. illustr. op de post
hoorn een moderne orkeslhoorn. 11.20
Sluiten. 11.2012.20 Dansmuziek.
PARIJS „RADIO PARIS" 1750 M. 12.50
Concert Lucien Paris (piano, viool, cello,)
2.05 Nieuws, 5.05 Orkestconcert
8.5010.20 Concert. Het vocale kwartet
Torelli. Operette-selectie L. Hatu. orkest
Radio Paris. Feuilleton dramatique.
MUNSTER 410 M. 12.35—1.50 Orkest
concert 3.204.20 Concert door de
scholieren van het Gymnasium Reckling
hausen. 4.20 Orkestconcert. L. Stoll,
declamatie en Ch. Schroeder, sopraan.
5.50 Lezing: Bienenzucht 6.40 Sportle-
zing. 7.05 Lezing: Stneifzüge in das
Gebiet der modernen Biologie 7.50
Concert door het Schoenmakerkwartet
9.50 Uitslagen van de 6-daagsche wie
lerwedstrijden.
schen naam hebt aangenomen.
Het gelaat van Maurice de Prévannes
werd vuurood van schaamte.
En terwijl hij zijn verontwaardiging niet
langer kon bedwingen, riep hij met bevende
stem uit:
Dal is een leugen! En dat weet gij ook
wel!"
De hoofdofficier behield zijn kalmte on
der d:e voor hem beleedigende woorden die
hem in zijn hooge waardigheid aantastten.
Hij vergenoegde zich er mede, onverschil
lig de schouders op te halen en antwoordde
bedaard:
„Denkt gij dan werkelijk, dat gij het
iemand, wie dan ook, aannemelijk zult ma
ken, dat een F'ransch officier, die onder een
valschen naam in Posen reist, met een val-
schen reispas, vergezeld van drie' andere
personen, die eveneens van valsche reis
passen zijn voorzien, geen spion is?
„En toch zeg ik de waarheid. Ik hen geen
spion."
„Als ik in uw plaats was en gesnapt was
zou ik er geen bezwaar in vinden het te
erkennen," zei de hoofdofficier
„Dat is mogelijk," antwoordde Maurice
de Prevannes droog „Maar ik heb nu een
maal een andere opvatting van de militaire
M
eer.
Nu werd het gelaat van den boofdoff.cier
vuurrood,
„Wij zijn hier niet, om met elkaar te re
detwisten," zoo riep hij driftig uit, terwij!
hij met de vuist op de taiel sloeg. „Gij ziil
in de val geloopen, en goed ook. Gij zult
voor den krijgsraad moeten verschijnen en
ik ben er zeker van, dat gij wegens spion-
nage zult worden veroordeeld.
„Dat is mogelijk. Misschien zelfs waar
schijnlijk. Maar dan zullen rij een onschul
dige veroordeelen," zei Maurice de Prévan
nes bedaard.
De hoofdofficier vervolgde zijn verhoor.
„Hoe is uw werkelijke naam?"
„Maurice de Prévannes
„Wat is uw graad?"
„Kapitein bij het 12e regiment dragonders
in garnizoen te Nancv.
De hoofdofficier scheen door dit ant
woord bevredigd.
„En met welk doel zijt gij naar het groot
hertogdom Posen gekomen?" vroeg hij weer
„Om redenen van geheel persoonlijken
aard."
„Zoudt gij zoo beleefd willen zijn, mij die
geheel persoonlijke redenen mede te dee
len?" vroeg de hoofdoff.cier toornig.
„Dat is mij absoluut onmogelijk.
„Maar gij reist toch zeker met bagage,
evenals uwe reisgenóoten,"
„Ja.
„En waar is die bagage?"
„Bij graaf Mathen."
„Te Lekno?"
„Ja. In het kasteel te Lekno".
„Opperbest. Naar de waarheid van uwe
verklaringen zal onderzoek worden ge
daan," zei de hoofdofficier.
i Toen wees hij met zijn rechterhand naar
Charles Miniéres en vroeg;
„Is hij ook officier?"
„Neen, Hij is militair geneesheer. Hij is
een vriend van mij vanaf mijn eerste jeugd."
De hoofdofficier gaf zich de moeite niet,
de anderen nog eer, verhoor af te nemen.
Hij scheen hen als ondergeschikten, als
personen van minder gewicht te beschouwen
Daarop stond hij op en zei:
„Ik sluit het verhoor, en houdt u gevan
gen. Ik laat u met uw reisgenooten in dit
vertrek. En men zal u van spijs en drank
voorzien, in dit goed verwarmde vertrek.
Maar op één voorwaarde: Gij moet mij op
uw eerewoord als, offic.er beloven, dat gij
geen pogingen zult doen om te ontvluchten.
Anders laat ik u in de gevangenis op
sluiten, zonder vuur, met uwe re.sgenooten.
De nachten zijn in dit land zeer koud. Denk
daarom. En gedenk ook, of gij uwe lot-
genooten aan die ontberingen en aan dat
lijden zouden willen blootstellen."
„Ik zwefcr u op mijn eere woord als offi
cier, dat ik geen pogingen zal deen, om
te ontvluchten," zei Maurice de Prévannes
met opgeheven hand.
Nu kon de hoofdofficier gerust zijn.
Hij kon gaan slapen,
a hij w st dat hij zijn gevangene den
volgenden morgen opdezelfde plaats zou
icrugvinden.
De soldaten brachten stroozakken in het
schoollokaal waar dit tooneel zich had af
gespeeld.
En men bracht ook een ketel, die warme
soep bevatte, aardappelen en groenten.
Toen ging de hoofdofficier heen.
Ook dc soldaten verlieten het lokaal.
De gevangenen bleven alleen.
Maurice bood den inspecteur, en zijn
vriend Charles Minières zijne verontschuldi
gingen aan.
„Bah!" zei de inspecteur „Het zal nog
wel beter afloopen dan wij denken. Ze zul
len ons niet levend verslinden. Ik heb wel
voor heeter vuren gestaan. Maak u daar
om niet beangst, mijn waarde kapitein. Voor
ons is het zoo'erg niet. naar voor u.. Ik
geloof niet, dat gij er zoo gemakkelijk af
zult komen. Misschien krijgt gij wel eenige
maanden vestingstraf."
Charles Minières zag zijn vriend vol har
telijk medelijden aan
En terwijl Justin Bréjon de stroozakken
op hun plaats lei, en Maurice de Prévannes
bezig was, zijne eig enlegerstede gereed te
maken, naderde August doctor Minières, en
gaf hem een onmerkbaren wenk, om hem tc
beduiden, dat hij hem iets in het geheim
had te zeggen
„Weet gij, wat ik denk?" fluisterde de
inspecteur doctor Miniéres in het oor. „Ik
ben bijna verheugd over heigeen nu ge
beurt."
„Wat zegt gij daar?" vroeg de doctor
met de grootste verbazing.
„Ja zeker. Ik weet zeer goed. wat ik
zeg. Ik geloof, dat hetgeen nu gebeurd is,
ons misschien te pas kan komen.