Het Haarlemsche Gasbedrijf.
Stadsnieuws.
NIEUWE HAARL. COURANT
Tweede Blad Woensdag 2 Juni 1926
De neerstortende, saamgekoekte cokesmassa wordt door besproeiing
met water gedoofd.
Een geopende kamer, (bovenzijde) met den feilen vuurgloed.
Congres van den Bond van
Loodgieters- en Fitterspatroons
in Nederland.
Het vullen der kamers.
KUNST EN KENNIS.
UIT BOEK EN BLAD.
In welke badplaats zal ik mijn
vacantie doorbrengen?
Gids voor schoolreizen 1926.
INGEZONDEN.
Het Haarlemsche gasbedrijf,..
De verschillende kamers worden beurtelings geledigd.
steenkolen, van dc lucht afgesloten, op hoo-
ge temperatuur worden verhit.
Dat men uit steenkolen door verwarming
een brandbaar gas kan verkrijgen, werd in
1680 ontdekt door Becker, na hem in 1727
door Hales en in 1739 door Clayton. De
eerste evenwel, die steenkolengas tot
verlichting aanwendde, was lord Dundonald
in 1786. Bij het bereiden van cokes conden
seerde hij de teer, die hierbij ontstond en
op de teervaten plaatste hij een buis, waar
uit het brandbaar gas ontweek, dat door de
werklieden gedurende den nacht als ver
lichting werd gebruikt. Soortgelijke pogin
gen werden gedaan in Frankrijk, Duitsch-
land, Amerika en ook in ons land. In Ne
derland werd het gas uit steenkool voor het
eerst toegepast door een priester, een Maas
trichtenaar, Jan Pieter Minckelers in het
jaar 1783. Het zou evenwel nog ruim veer
tig jaren duren voor de eerste gasfabriek
hier te lande verscheen en wel in Amster
dam in 1825. Merkwaardig genoeg stookte
deze fabriek lichtgas uit olie! Rotterdam
voglde in 't zelfde jaar.
Aanmerkelijke hoeveelheden lichtgas wer
den intusschen reeds in 1803 bereid door
den Engelschman Murdoch. Van dezen tijd
dateert eigenlijk het gebruik van lichtgas.
Het voorbeeld van Murdoch vond navolging
en in 1807 werd te Londen de eene zijde
van Pall Mali door een naamlooze vennoot-
nootschap met gas verlicht. Deze kreeg in
1812 een privilege van het Parlement,
bracht in 1814 de straatverlichting van Lon
den tot stand en een jaar later die van
Parijs, De weg was gebaand en sindsdien
nam het gebruik van lichtgas in de be
schaafde landen hand over hand toe.
De meest gebruikte grondstof voor de
gasbereiding is steenkool. Steenkolen wor
den vrijwel in alle deelen der aarde aange
troffen. Niet alle soorten evenwel zijn ge
schikt voor de gasbereiding.
De beste steenkool voor gasbereiding is
die, welke bestaat voor ongeveer 83 pet.
uit koolstof, voor 5 pet. uit waterstof en
voor 12 pet. uit zuurstof en bij verhitting,
afgesloten van de lucht 3040 pet. vluch
tige, gasvormige bestanddeelen oplevert en
na deze verhitting een samengebakken,
koolstofrijke massa achterlaat, bekend on-
plaats is van zoodanigen omvang, dat bij
stagnatie door vorst, staking of anderszins,
de gang van het bedrijf is verzekerd.
Van de mijn tot de leiding is een lange
weg! We zullen thans, nu de koien in de
opslagplaats liggen, het verdere proces van
de vergassing en zuivering volgen.
Van de opslagplaats verhuizen de kolen
allereerst naar de kamers, waar, zooals
hierboven is medegedeeld, dc kolen worden
veranderd in cokes. Het nu ontstane, onzui
vere gasmengsel is bruin van kleur en heeft
een scherpen reuk. Het ruwe koolgas be
staat hoofdzakelijk uit: waterstof, kool-
monoxyde en methaan. Deze geven aan het
koolgas zijn hoog, warmtegevend vermogen.
Verder bevat het koolwaterstoffen, waaraan
het zijn lichtsterkte dankt en voorts kool-
dioxyde, ammoniak, zwavelwaterstof, cyaan-
waterstof en stikstof. De ongewenschte gas
sen worden door toepassing van verchillende
zuiveringsprocessen zooveel mogelijk ver
wijderd. Het ruwe gas bevat bovendien nog
enkele procenten waterstof.
Bij een bepaald ovenssteem leveren 100
Kg. goede gaskolen 3040 M3 koolgas;
daarnaast ongeveer 70 Kg. cokes, 5 Kg.
koolteer en 2 a 3 Kg. ammoniak. Bij het
vergassingsproces is het streven van den fa
brikant er voortdurend op gericht dit zoo
economisch mogelijk te doen geschieden en
zoodoende is het begrijpelijk, dat de primi
tieve retort, die Murdoch gebruikte, heel
wat verschilt van onzen modernen kamer
oven.
Bij de tegenwoordige groote gasbedrijven
zijn algemeen de kamerovens, smalle-kamer-
vormige ruimten, met een inhoud van 3000
10.000 Kg. kolen in gebruik. Is de kamer
gevuld, dan wordt zij door een goed slui
tend deksel van de buitenlucht afgesloten,
en dank zij de verhitting door een onder de
kamers aangebrachten generator-oven, kan
de gasproductie een aanvang nemen. Bij de
ze destillatie wordt 'n temperatuur bereikt
van 10001200 gr. Celsius. Het ontwijkende
gas wordt door een buis naar een met
water gevulden bak geleid. Hier vindt reeds
de eerste zuivering van het ruwe gas plaats.
Het verliest ^en groot gedeelte van de teer-
en ammoniakdampen, welke laatste in het
water oplossen; de teerdampen condensee-
ren gedeeltelijk in 't water. Ammoniakwater
en teer worden door een speciale leiding
naar putten afgevoerd.
Het gas komt nu in de hoofdleiding, om
vandaar naar de koelinrichting te worden
vervoerd. Na het verlaten van de kamer nl.
heeft het gas een temperatuur van 200250
gr. Celsius, wanneer het de koelers bereikt
nog 80100 gr. Celsius. Voor de verdere
reiniging van het gas is het noodig, dat de
temperat. op ongeveer 15 gr. Celsius wordt
gebracht. Daartoe werden condensors ge
bruikt. Men onderscheidt lucht- en water-
condensors. De koeling dient met overleg
te geschieden.. Zij mag n.l. niet te plotse
ling plaats vinden. Daardoor zou een ge
deelte van de nog in het gas aanwezige
teer niet worden gecondenseerd, en zou
men gevaar loopen, dat naphtaline uit het
gas kristalliseert. Om een geleidelijke af
koeling te verzekeren leidt men het gas
eerst door een luchtcondensor.
De luchtcondensor bestaat uit twee ijze
ren cilinders; door den buitensten stroomt
het gas, door den binnensten koude lucht.
Bij den watercondensor wordt water aan
gewend voor de afkoeling, met dien ver
stande evenwel, dat water en gas niet met
elkaar in aanraking komen. Tijdens deze
geleidelijke afkoeling, welke het gas onge
veer op de gewenschte temperatuur brengt
condenseert een verder gedeelte van de
teer en lost een belangrijk deel van de in
het gas aanwezige naphtaline in de teer op.
Thans wordt het gas door een zuig-pers-
pomp, den zgn. exhaustor uit de condensors
gezogen en geperst in andere zuiverings
toestellen. Allereerst wordt in de pelouse
(naar den Franschman Pelouse genoemd)
het gas teervrij gemaakt. Na de teerafschei-
ding wordt de naphtaline uit het gas ver
wijderd door een zoogenaaipden naphtaline-
wasscher. Naphtaline kan heel licht storend
werken, doordat het bij lage temperatuur
kristalliseert en de leiding verstopt. In den
ammoniak-wasscher of de scrubber wordt
het gas vrij gemaakt van ammoniakgas. Dit
geschiedt op een zeer eenvoudige manier,
n.l. in koud water in een soortgelijk appa
raat als de naphtaline-wasscher.
De zuivering van het gas heeft nu de
meeste phasen doorloopen. De zwavel- en
cyaanverbindingen, die bij de verbranding
storend werken, zijn alleen nog aanwezig.
Daartoe wordt het gas geleid naar groote
gietijzeren kisten, de zoogenaamde zuiver-
kisten, die met ijzeraarde zijn gevuld. Dit is
een ijzererts, dat met de zwavel- en cyaan-
waterstof verbindingen aangaat. Er zijn ge
lijktijdig verschillende zuiverkisten in ge
bruik. In grootere fabrieken geschiedt di
cyaan- en de zwavelwaterstof-wassching af
zonderlijk; voor kleinere bedrijven is deze
scheiding niet loonend.
Het gas is thans voor distributie gereed.
De laatste schakel in de fabricage-keten
vormt het meten van het gas door middel
van groote gasmeters. Hierna wordt het in
een gashouder opgeslagen, een groote klok
van plaatijzer, die op water drijft. De gas
houder is niet alleen de voorraadschuur,
doch doet meteen dienst als menginrichtin£.
't Is duidelijk dat in de eerste uren van 't
vergassingsproces beter gas wordt geprodu
ceerd dan tegen het einde der destillatie.
Om dus den gebruikers een gelijkmatige
kwaliteit te verzekeren, worden in den gas
houder de betere kwaliteiten met de min-
feit, dat hij er is. Over de positie van dc -mid
den standsgroepen, staande tusschen kapi
taal en arbeid, mag niet te Jicht gedacht
worden. Spr. werpt verre van zich af het
provoceeren van de botsinig, maar door een
krachtige organisatie moet men het hechte
van de positie van den middenstnd verzeke
ren. Spr. haalt aan de uitspraken in binnen- en
buitenland van vooraanstaande mannen, die
onomwonden als hun meening te kennen
geven, dat het bestaan van den midden
stand noodzakelijk is voor het algemeen
welzijn. Mr. Zimmerman verklaarde de ver
zwakte positie van den Russischen staat uit
het feit, dat er een gezonde middenstand
ontbrak.
Spr. gaat in den breede na, welke constel
latie zou verkregen werden, als we ons een
oogenblik indenken, dat de middenstand
zcu zijn weggenomen en ons een
afgrond scheppen, zonder voldoende te be
seffen en te overzien wat we zouden krijgen,
als de beide groepen: producent en consu
ment elkander bij voortduring als twee ge
lieven in de armen zouden vallen.
Eenvoudig op het feit, dat we er zijn,
ons bestaansrecht gronden, is geen bewijs.
Dat bewijs moet elders gezocht worden.
Wanneer wij overwegen, dat de midden
stand niet in zijn volle waarde recht is
gedaan, treft ons dan niet een verwijt?
Hebben we dan geen tekort onzerzijds te
constateeren? vraagt spr. zich af en beveelt
innerlijke reorganisatie aan als de krachtige
basis waarop de positie van den midden
stand in de toekomst kan worden ver
sterkt.
Een langdurig applaus besluit deze geest
driftige rede, waarvoor de voorzitter den
spreker warme woorden van dank brengt.
Na een korte pauze komt thans aan het
woord Jhr. J. C. Mollerus, met 't onderwerp:
De economische positie van den midden
stand.
De spreker begint met hulde te bren
gen aan den heer Jansen, waarvan naar
het oordeel van den heer Mollerus, nog niet
voldoende bekend i9, wat deze strijder
voor den middenstand in Amsterdam en het
heele land heeft bewerkstelligd.
Vervolgens spreekt de heer Mollerus
den voorzitter toe in waardeerende woor
den, in de Fransche taal de vertegen
woordigers van Frankrijk en die van België.
De economische positie van den midden
stander wordt in eigen kring niet voldoen
de begrepen.
Algemeen ziet men zich blind op de
pecunia.
Het kost de verschillende middenstands
organisaties de grootste moeite de schapen
tot één kudde te vcreenigen en het besef
te doen doordringen, dat de belangen der
verschillende groepen parallel loopen.
Nog iets anders is te constateeren ten
opzichte dezer middengroep: altijd weer
voeren dezelfde menschen het woord en
zijn het dezelfde leiders, die de zaken op
knappen,
Naast deze punten valt te constateeren,
dat in essentieele vraagstukken geen een
heid bestaat ter bestrijding van bestaande
euvels. Ook in andere kringen (werkgevers)
sluit men op dezelfde verschijnselen.
Deze typische toestand is wellicht te wij
ten aan het feit, dat nog niemand ter
dere vermengd. Deze menging geschiedt op
voldoende wijze door de stooming van het
gas, De druk van het gas, dat den gashou
der verlaat, is afhankelijk van den inhoud
van den gashouder. Om bij het verbruik
een constanten druk te verkrijgen, stroomt
het gas eerst door een druk-regulateur.
Wij hebben nu het bereidingsproces van
koolgas gevolgd, tot op 't oogenblik, dat het
alle bewerkingen ondergaan heeft en door
den verbruiker kan worden aangewend.
EUG. DE BY.
Na de buitengewone algemeene vergade
ring in de morgenuren, welke niet voor de
pers toegankelijk was, werd Dinsdagmiddag
te ongeveer 2 uur in een der zalen van het
Gemeentelijk Concertgebouw het Congres
geopend van den Bond van Loodgieters- en
Fitterspatroons in Nederland, onder voor
zitterschap van den heer J. H. Harmeijer,
van Rottendam. Het Congres werd bijge
woond o.m. door enkele raadsleden, be
stuursleden der Middenstands-centrale voor
Haarlem e. o., enkele buitenlandsche ver
tegenwoordigers en de directeuren der drie
gemeentelijke bedrijven.
De voorzitter heet de aanwezige raadsle
den welkom en wijst op de aangename sa
menwerking met de gemeente, den heer v.
Liemit, als •voorzitter van de afd. Klein
bedrijf van de K. van K., wiens verdienste
en werkzaamheid voor den middenstand
een meer dan plaatselijke bekendheid heeft.
Verder de directeuren der plaatselijke ge
meentebedrijven, voor hun medewerking en
adviezen. Ongetwijfeld zullen wij de afspie
geling hiervan terugvinden in den vooruit
gang der bedrijven. Eveneens de nijverheids
consulenten, de Vertegenwoordigers van
vereenigingen op handelsgebied, R.K, Zus-
tervereeniging „St. Bemuiphus" en „Door
eendracht saamgebracht", enz. enz.
De heer Chris Jansen, directeur van het
Centraal Hanze Bureau, te Amsterdam, komt
thans aan het woord ter behandeling van
zijn onderwerp: „De Maatschappelijke po
sitie van den Middenstand". Spreker wijst
op de warme belangstelling van zuidelijke
gewesten waardoor de veiligstelling van de
positie van den middenstand een interna
tionaal karakter krijgt.
In dezen tijd, die mank gaat aan gebrek
aan reëel inzicht en werkelijkheidszin, be
wijst de middenstand zijn bestaan door 't
wereld juist omschreven heeft het begrip
middenstander.
Dr. Nederbragt heeft, om een Neder
lander te noemen, getracht in het Maart
nummer van „de Maatschappij" een defi
nitie te geven van den middenstander. Mid
denstander kan genoemd worden de tus-
schenschakel tusschen producent en con
sument. Die functie brengt onomstootelijk
mee, dat de middenstander aan den weg
timmert en dus.... veel bekijks heeft.
De middenstander, die de duurte-verwekker
zou zijn, brengt mee, dat het publiek, dat
niet de duurte-problemen voldoende kent,
het eerst val heeft op deze groep. Toch
vervult de middenstander een economi
sche functie: het overhevelen van de pro
ducten naar den consument. De meening,
dat gemeentebedrijven en coöperatieve
gebruiksinstellingen zonder winstmarge wer
ken, is niet geheel juist. Er worden stel
lingen gehoord, dat het maken van winst
een schande is. Het distributie-proces, zoo
als wij dit kennen, is, dieper gepeild, niet zoo
gek, zelfs noodzakelijk.
Ik zal de laatste zijn, om te beweren,
dat aan het werk van den middenstander
geen fouten kleven. Die fouten uitbuiten en
generaliseeren is hoogst gevaarlijk.
De „Hetze" tegen de ambtenaren is even
eens een fout van generaliseeren en om
fouten van den eenling mag niet een ge
heel corps verguisd worden.
Spr. acht het een fout, dat op bijeen
komsten en congressen van den midden
stand nooit tegenstanders van dien stand
zich doen hooren. De economische positie
van den middenstander in onze samenleving
wordt al moeilijker; dit is het werk van
niet-socialisten en wel-socialisten. Al die
menschen, die die instellingen begunstigen,
welke in een zeker kamp worden gepro
pageerd, werken mee tot versterking van
de gelederen der sociaal-democraten. Spr.
wijst op het, helaas niet persoonlijk verde
digd en goed gedocumenteerd prae-advies
van Dr. van Beurden op het R. K. Mid
denstandscongres te Amsterdam. De groote
pers publiceert nu en dan artikelen, dat het
socialisatie-rapport wel bestuiven zal. Spr.
laat een waarschuwend woord hooren. „Wat
er thans nog over is van het granieten blok
van het communisme, is ongevaarlijk voor
de samenleving," verklaarde een redacteur
van De Telegraaf op het congres der com
munisten te Amsterdam.
Even gerust kan de middenstander zijn
omtrent het socialisatie-rapport.
Voor mij, zegt spr., staat vast, dat de
economische positie van den middenstander
belaagd wordt.
In deze vergadering wenscht spr. de aan
dacht te vestigen op de tactiek der ge
meenten wat betreft de exploitatie van ge
meentewinkels. Spr. zal blijven strijden te
gen het systeem yan „de groote pot".
Elk belastingbetaler in Nederland heeft
het recht te weten, hoe het gemeentelijk
bedrijf werkt.
Spr, wijst op den hopeloozen chaos in de
bestaande tarieven op het gebied van
electriciteits-afname. Laat de middenstand
een krachtige actie voeren tegen de tarie
ven-politiek en de bestaande begrootings-
en rekeningsvoorschriften.
De middenstand vormt op het oogenblik
het groote centrum, om de bestaande toe
standen te verbeteren, hij moet niet bij
voorbaat verketteren, wat socialisten wen-
schen en schrijven, maar dat terdege on
der 't ook zien.
Laat elk middenstander in z'n hoofd
prenten, wat de oud-minister Dr. de Vis
ser onlangs zei: „de middenstand dient te
zijn de stalen veerkracht van een solidair
willen."
(Langdurig applaus).
Dë voorzitter dankt den spreker voor
zijn leerrijke en interessante rede.
Als plaats voor het eerstvolgende con
gres wordt Amsterdam aangewezen.
Hierna wordt het congres gesloten.
Als titel staat bovenstaand opschrift ge
drukt op een handig boekje in zakformaat,
waarvan in 1924 de eerste druk verscheen
en thans de derde druk het licht ziet. Het
feit, dat deze gids in drie jaren tijds drie
uitgaven beleefde, is het beste bewijs, dat
deze zeer veel navraag gehad heeft en in
eene groote behoefte voorziet, is de beste
aanbeveling voor het boekje en eene waar
dige bekroning van het omvangrijk en uit
stekend werk van den samensteller den
heer J. W. Kockx, directeur der N. V. Mij.
„Noordzeebad Egmond".
Deze gids geeft een samenvatting van alle
Nederlandsche badplaatsen in een boek
deeltje, waarbij men in de keuze wordt
vrijgelaten en geen aanbeveling ten gunste
van welke badplaats ook wordt gedaan. De
volgorde der plaatsnamen is alphabetisch,
In het eerste hoofdstuk worden besproken
de badplaatsen langs de Noordzee, in het
tweede die op de Waddeneilanden en in
het derde die langs de Zuiderzee.
Om badgasten met de beteekenis van den
stormwaarschuwingsdienst (waarschuwingen
die langs de Nederlandsche kust worden
gegeven) op de hoogte te brengen, is deze
derde druk met een overzicht daarvan ver
meerderd.
Teneinde dit hoogst practische boekje,
dat den adspirant-badgasten uitstekend ge
legenheid biedt een keuze te doen, algemeen
ingang te doen vinden, is het gratis bij de
administratie Boulevard 4 te Egmond aan
Zee verkrijgbaar.
Liet zal velen, die zich de weelde kun
nen veroorloven hun vacantie geheel of
gedeeltelijk in een onzer Nederlandsche
badplaatsen door te brengen, goede diensten
kunnen bewijzen.
Redactie: Jac. Dam en J. H.
Boon, onderwijzers. Admini
stratie: Jac. Dam, Acaciastraat
174, 's-Gravenhagc.
Het schoolreiswezen heeft zich de laatste
jaren sterk uitgebreid. In 1924 vervoerden
de Ned. Spoorwegen 222.000 kinderen, m
1925 niet minder dan 419.491. Als men
daarbij bedenkt, dat ook trams, booten ea
autobussen duizenden schoolkinderen ver
voeren, mag worden aangenomen, dat het
vorig jaar 500.000 kinderen een schoolreis
maakten. Naar schatting werd aan deze
reizen een bedrag van minstens 1 Yi mil-
lioen gulden besteed. Het is de verdienste
van den „Gids voor Schoolreizen", die
jaralijks gratis en franco worden toegezon
den aan alle scholen en alle personen, die
met kinderen reizen, dat hij aan die uit
breiding van schoolreiswezen zooveel heeft
bijgedragen.
Het is dan ook niet te verwonderen, dat,
nu de schoolreizen beteekenis krijgen voor
het vreemdelingenverkeer, verschillende
gemeentebesturen en Vereenigingen van
Vreemdelingenverkeer belangstelling voor
het werk van den „Gids voor Schoolreizen"
gaan toonen.
Vermelding verdient in het bijzonder de
in den „Gids" aangekondigde gift van de
firma Ant. Jurgens te Oss aan de zieke en
gebrekkige kinderen in Nederland.
De „Gids voor Schoolreizen 1926" wordt
evenals de vorige jaren, gratis en franco
verspreid, ditmaal in een oplage van 12.000
exemplaren.
Voor den inhoud van deze rubriek steil
de Redactie zich niet aansprakelijk.
ZAL DE PLECHTIGE ONTHULLING VAN
HET PETRUS DONDERS-MONUMENT TE
TILBURG PER RADIO WORDEN
UITGESEIND?
Bij gelegenheid der feestelijke onthulling
van het Petrus Donders Monument te Til
burg, zal in de kerk van den H. Dionysius,
Goirke (eertijds ook de parochiekerk van
den Eerbiedwaardige) en welke behoudens
onvoorziene omstandigheden op Zondag 1
Augustus a.s. plaats heeft tijdens de Ponti
ficale H. Mis, opgedragen door Z. D. H. Mgr.
Diepen, de 8-stemmige Missa Solemnis van
Loots worden uitgevoerd door een koor van
90 der beste koorzangers dezer stad.
Het behoeft geen betoog dat dit hoog
staande en schitterende werk van een van
Neerlands beste componisten met een der»
gelijke bezetting een machtige en sublieme
uitvoering zal doen te genieten geven. Daar
voor is de dirigent, de heer H. Hoppenbrou- j
wers als talentvol koorleider zonder twijfel
borg.
Het uitvoerend Comité besloot daarom,
tevens als blijk van waardeering voor de
vele bijdragen van alle zijden ontvangen,
alle belangstellenden de gelegenheid te
moeten geven, deze plechtige uitvoering per
radio te kunnen volgen. J
Daar echter de geldelijke middelen nog
niet toereikend zijn om de onkosten daar
aan verbonden te bestrijden, doet het Co
mité een beroep op allen die belangstellen
in de uitzending dezer schoone misgezangen
om eenige bijdrage, hoe klein dan ook.
Mochten de ontvangsten de onkosten over
treffen, zoo zal het overige, onverhoopt ook
bij niet doorgaan het reeds ontvangene,
worden besteed ten bate van het Monu
ment.
Het al of niet doorgaan hiervan hangt na
af van de belangstellende zelf.
Met het oog op de in deze te nemen be
slissing is spoedige toezending dringend ge.
wenscht en kunnen bijdragen worden over
gemaakt aan het adres: den heer H. Man.
naerts, Goirkestraat 85, Tilburg, Postgiro
No. 1436.
HET COMITé.
Hoe weinigen onder ons zullen zich een
goede voorstelling kunnen maken van de
eigenlijke gasfabricage?
Vroeger, toen het gebruik van lichtgas in
onze woningen nog niet zoo zeer was ver
drongen door de electrische verlichting, stel
den we deze vinding wellicht nog meer op
prijs dan thans, nu het gebruik van gas in
onze keukens en steeds algemeener voor
verwarming aangewend wordt. Wij schake
len nu een oogenblik, als wij deze bewering
neerschrijven, het krachtgas uit, dat voor
beweegkracht nog veelvuldig wordt ge
bruikt.
Als grondstof voor de lichtgasbereiding
komt in hoofdzaak steenkool in aanmerking,
hoewel ook andere grondstoffen als hout,
oliën, hars, bitumineuze stoffen, petroleum-
residu's, enz. daarvoor benut kunnen wor
den.
Wat wij in dit verband onder gas ver
staan, is een mengsel van brandbare gassen
en dampen, dat verkregen wordt, wanneer
der den naam van cokes. Tijdens de verhit
ting der gaskolen ontstaan bovendien nog
waardevolle nevenproducten als koolteer en
ammoniak-water.
De wereldvoorraad aan steenkolen neemt
de laatste jaren zóó sterk af, dat volgens
betrouwbare gegevens de mijnen, welke
thans bekend en in exploitatie zijn genomen,
over ruim honderd jaar zullen zijn uitgeput.
De Haarlemsche gasfabriek is zoodanig
gelegen, dat aanvoer van kolen per waggon
en per schip mogelijk is.
De tegenwoordige, moderne lossingsme-
thode door middel van electrisch gedreven
kranen met grijpers, die 10002000 Kg. te
gelijk uit het ruim van een schip opnemen,
vereenvoudigt het lossen, dat vroeger aan
vele handen werk verschafte, in niet geringe
mate.
De aangevoerde kolen worden in een
loods opgeslagen, nadat zij een kolenbreker
zijn gepasseerd, waarin ze op een bepaalde
grootte worden gebroken. Deze opslag-