m
ANDERS DAN ANDERE
WHLIBR0RDUS"
„ST.
B!£<EdörtS
f50.
filt nummer bestaat uit 20 bladzijden, waaronder het
geïllustreerd Zondagsblad In acht bladzijden.
V erkeersonge vallen
Voornaamste Nieuws
Leekepreeken.
Plaatselijk Nieuws.
ELF MILLIOEN GULDEN
Zaterdag, 5 Juni 1926.
50ste Jaargang No. 16267
Onze vaiuia afdeeling Itbopi en verkoopt
vreemd bankpapier enbuitenlandsche chèques tegen
de scherpste noteeringfen.
DE BENOEMING VAN EEN
GEMEENTE-SECRETARIS
IN HILLEGOM.
Nummer 2 dei1 voordracht,
mr. J. B. Sens wordt benoemd.
Twee Eucharistische Tridua
te Bloemendaal.
De gevaarlijke Zwetbrug.
in dit nummer.
J. J. WEBER ZOON
Koningstraat 10
Haarlem.
De nieuwe Gemeente-Secretaris,
van Hillegom.
Het eigen gebouw van Bloem
bollencultuur en de gemeenten
Haarlem en Heemstede.
MARKTNIEUWS.
De abonnementsprijs bedraagt voor
Per week 0.25
Haarlem en Agentschappen:
Per kwartaal3.25
franco per post per kwartaal bij
vooruitbetaling 3.58
Bureaux: NASSAULAAN 49.
Telefoon No. 13866 (3 lijnen).
Postrekening No. 5970.
Adverlentiën 35 cents per regeL
Bij contract belangrijke korting.
Advertentiën tusschen den tekst,
als ingezonden mededeeling, 60 ct.
,per regel: op de le pagina's 75 ct.
per regel. Vraag- en aanbod-
advertentiën, 14 regels 60 ct.
per plaatsing, elke regel meer
15 ct, bij vooruitbetaling.
Alle a bonne's op dit blad zijn, ingevolge de verzekerings voorwaarden f QfiftH Levenslange gsheele ongeschiktheid tot werken door f7CJfj m bij een ongeval met f
tegen ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen: 1 «UUU. verlies van beide armen, beide beenen of beide oogen: 4 «JU. doodelijken afloop: 1
bij verlies van een hand, fjOC
een voet of een oog: 1 l^di"
bij verlies van een
duim of wijsvinger:
bij 'n breuk van f /.ft m bij verlies v. een
an
been of arm:
andere vinger.
141.
DE TAAK DER INDUSTRIE
De vorige week vond ik gelegenheid om
het een en ander te zeggen over de ver
antwoordelijkheid van bestuurders in han
delsondernemingen en industrieele lichamen
een verantwoordelijkheid, welke zich veel
Verder uitstrekt dan toezicht op winst en
dividend. Dit geeft mij aanleiding de vraag
te stellen en te beantwoorden: welke is de
taak van do industrie in onze tegenwoor
dige maatschappij?
Menigeen zal van die vraag vreemd op
kijken. Wat is dat nu voor een opmerking!
Onder industrie verstaan wij de voortbren
ging van verbruiksartikelen. Als we het
woord uitspreken, dan denken we aan fa
brieken en werkplaatsen. Waarvoor sticht
men die anders dan om zoo veel mogelijk
geld te verdienen? Zoolang een zaak ren
dabel is, houdt men ze aan of verkoopt ze,
zoodra men er zelf rijk genoeg in geworden
is om de zorg aan een ander over te dra
gen. Zoodra er geen winst meer gemaakt
wordt of geen uitzicht meer is op winst in
korten tijd, wordt de poort gesloten en de
inventaris verkocht. Daar behoeft dus ver
der niet over gepraat te worden.
Inderdaad is dit de opvatting van onzen
tijd, een oplossing, die al heel wat milder
is geworden dan de meening bij de opkomst
van het moderne industrialisme, dat n.m.
aan die winstmakerij alles ondergeschikt
moest worden gemaakt en waartegen de be
roemde encycliek van Leo XIII stelling nam.
Maar hoewel er onder den drang der sociale
beweging veel is verbeterd in het leven der
vroegere loonslaven en de instellingen voor
massaproductie zich niet meer over haar be
staan behoeven te schamen, de idee, dat d
industrie geen andere bestaansreden heeft
dan winstmakerij is nog vrij algemeen.
Dat de zaak ook nog van een anderen
kant te bekijken is, ziet men, wanneer ze als
volgt tot eenvoudige proporties wordt terug
gebracht. Hoe was het in den tijd, dat wij
nog geen gas en electriciteit hadden, dat er
geen machines bestonden, in den tijd van het
handwerk? En dan nemen wij gemakshalve
den bloeitijd van het ambacht, den tijd van
bet gildenwezen in zijn besten vorm.
De arbeid stond, zooals bekend, toen
tertijd in hooge eere; men ging trotsch op
zijn werk. De timmerman, de beeldhouwer,
de schrijnwerker, de koperslager noemde
zich meester, na zijn leertijd, meester in
zijn vak. Zijn voornaamst© zorg was zijn
opdracht zoo volmaakt mogelijk naar de
eischen van het beroep en de wenschen
van den opdrachtgever uit te voeren. Wan
neer gij zoo'n middeleeuwer zoudt gevraagd
bebben, wat is het doel van uw meubel
makerij of uw smederij, dan zou zijn ant
woord zijn geweest: mijn medemenschen te
helpen aan deugdelijke stoelen, kasten, ta
fels, lofwerk ter versiering, haardstellen enz.
En eerst wanneer gij zoudt zijn blijven aan
dringen dan zou hij op de gedachte zijn ge
komen te zeggen: en natuurlijk probeer ik
met mijn werk een eerlijk stuk brood te
verdienen voor me zelf en mijn gezin. Maar
in zijn gedachtenleven, in zijn dagelijksch
streven stond niet de hoogte van het loon,
maar de waarde van den arbeid voorop. Eerst
toen de win- en heerschzucht overhand be
gonnen te nemen, toen de gilden het eigen
belang boven het algemeen belang gingen
stellen, kwam het verval.
Hoever zijn we nu in onzen tijd? Vraag
eens aan een fabrikant, waarom hij produ
ceert, aan een arbeider, waarom hij werkt.
In negen van de tien gevallen zal het ant
woord van den eersten zijn: om geld te ver
dienen en van den tweede: als ik niet werk,
heb ik niet te eten. Deze twee, de werk-
£ever en de werknemer, beheerschen de in
dustrie en wat zij elk voor zich zeggen is
de algemeene opvatting, de geest dus, welke
de industrie beheerscht.
In zijn onlangs gepubliceerd werk: „het
groote heden en een grootere toekomst,"
schrijft de bekende Amerikaansche indus
trieel Henry Ford, dat het vroeger de ge
woonte was een zaak te beschouwen alleen
ten profijte van haar eigenaar. Tegenwoor
dig is deze opvatting echter geheel omge
slagen: er is n.m. nu één opvatting, dat een
- Zaak alleen bestaat voor degenen, die er in
werken en meer in het bijzonder voor de
loontrekkers, een misvatting, even groot als
de andere opvatting, als zou een zaak n.m.
alleen bestaan om aandeelen voort te bren
gen ter verhandeling op de effectenbeurs.
En Ford geeft ter illustratie van deze al
gemeen heerschende misvatting een frap
pant bewijs. Hij vertelt, dat er in zijn on
dernemingen eens 'n aantal gestudeerde lieden
kwamen, om in hun vacantie in zijn
zaken te werken en dan het resultaat hun
eer bevindingen te beschrijven.
pitaal voor de genezing van de wereld be
wees. Deze universiteitsmenschen gingen van
de opvatting uit, dat de industrie moet be
oordeeld worden naar de winst, die zij af
werpt voor degenen, die er in werkzaam zijn.
Alsof de waarde van een school beoordeeld
moet worden naar de salarissen van de
onderwijzers!
Is dit niet den wijs woord, zooals wij er
helaas zoo weinig hooren in onzen tijd?
Ziedaar een scherp opmerker, tevens man
van gezag door zijn daden ,die begrijpt, dat
er wat hapert in de tegenwoordige in
dustrieele opvattingen. Ford heeft niet na
gelaten te omschrijven hoe hij zelf de taak
van de industrie ziet.
Industrie moet beoordeeld worden naar
de diensten, die zij aan het publiek bewijst
en het probleem van winst en loon zal
nooit een gezonde oplossing vinden, zoo
lang de industrie niet gegrond is op het
verrichten van nuttigen dienst aan het pu
bliek. Winst en loon hangen geheel samen
met het nut, dat de indusrie oplevert. De
enge kapitalistische opvatting en de enge
vakvereenigingsopvatting zijn eenzelfde
soort misvatting.
Voor den engen kapitalist bestaat het
eigenlijke ware product van de industrie
in.dividend, voor den engen vakver-
eenigingsman inloon. Zoo vindt de
eerste, bij elke verbetering van de in
richting van het bedrijf, waardoor de kos
ten bespaard worden en de poductie goed-
kooper wordt, dat het uitgespaarde omge
zet moet worden in dividend, de tweede,
dat het product dan zooveel te goedkoo-
per verkocht kan worden. De kooper
krijgt bij ons dit voordeel en de eigena
ren, zoowel als de werklieden zullen daar
door van zelf hun belooning krijgen door
den grooteren verkoop, tengevolge van de
lagere prijzen.
litiek, de denkrichting mee kon spreken,
was volkomen begrijpelijk, dat gebeurt bij
links en bij rechts. De heer Vooren inter
rumpeert: „Voor links is dat niet waar". De
heer Fijma interrumpeert: ,„er was geen op
roeping".
De heer Vermeer: „daar kom ik op terug.
Het is een feit, dat de Katholieken de meer
derheid in de plaats en in den Raad beb
ben en evenzeer was het bekend, bij hen de
wensch leefde voor een Katholieken secre-
taris. Van alle zijden, ook van Chr.-Hist. en
A. R. zijde is gepoogd, de Katholieken van
dien wensch af te brengen, waartoe dezen
niet te bewegen waren. De billijkheid van
aen wensch moet spr. onomwonden erken
nen, al is het pijnlijk, een eerste ambtenaar
opzij te zetten. Toen de Katholieken hun
standpunt niet wenschten te verlaten, was
de zaak feitelijk uit, van de baan. Een
schoolkind weet, dat 7 meer is dan 6. Nu
komen we in dezen aan het beleid van B.
en W. in deze voordracht. Wat doen ze nu?
Een oproeping? Neen, men begint met: 1.
J. C. Schouten. Ik sta paf. Is dat nu waar
deering, om zoc iemand als figurant te ge
bruiken? Dit is m.i. een beleediging van
alle niet-katholieke ambtenaren. Wat moet
len nemen. Spr. is echter nooit uitgenoodigd
tot het bijwonen eener desbetreffende ver
gadering. Tot den heer Balvers zegt hij, da'
deze hem eens gezegd heeft: wat zou jij,
Vooren, een goed Wethouder zijn, daar je
administratief zoo goed onderlegd bent. Sr
geeft daarna een loflijk getuigenis aangaande
den heer Lyclama en hoe de moeilijke kwes
tie had kunnen worden opgelost. Spr. ein
digt zijn betoog met er nog op te wijzen, hoe
de heer Schouten, uit arbeidersgezin gespro
ten, zich zelf heeft gevormd en vraagt de
hoogstaande daad, hem te benoemen.
De heer Vermeer zet even recht het mis
verstand bij den heer Vooren gewekt inzake
zijn opvatting van de meerderheid rechts of
links in de gemeenteraden.
De heer Hoogmoed zegt, dat zijn partij be
hoort tot de oppositie-partij, dat is geen
anti-papisme. De vraag is: wie heeft recht?
We mogen geen trap geven aan wie het niet
verdient.
Weth. Balvers heeft respect voor des hee-
ren Voorens daden. Was u wethouder ge
weest, was u beter administrateur geweest
dan ik of collega De Vreugd. Het heeft niet
aan mij gelegen, dat we niet met 13 verga
derden. Er is verschil tusschen een Postdi-
De taak van de industrie is dus dienen,
werken voor de gemeenschap, dan komt
de rest van zelf, zegt een der grootste
industrieelen van heel de wereld. En met
terdaad heeff hij de juistheid van zijn stel
ling bewezen: in enkele jaren tijds zijn
millioenen menschen tegen fabelachtig lage
prijzen aan automobielen geholpen en toch
bleven er voor de leiders en het groote
leger w\erkers in de ondernemingen rui
me winsten en hooge loonen over.
Zou het sociale probleem, waarop men
maar niet uitgestudeerd raakt, wel zoo
onoplosbaar zijn als het lijkt, wanneer eens
wat meer van de stelling werd uitgegaan,
dat de industrie er op de eerste plaats is
om te produceeren voor de gemeenschap,
dat zij dus een sociale taak heeft? Dan zou
den zoovele bezwaren, welke in theorie
o zoo mooie regelingen meebrengen, maar
waarbij in de praktijk de verbruiker het
slachtoffer dreigt te worden, niet bestaan.
Eerst wanneer de industrie in het groot
weer die eigenwaarde krijgt, welke de
oude gildebroeder had van zijn ambacht in
het klein, wanneer met de liefde en eer
bied voor het vak het begrip terugkeert,
dat een producent een roeping heeft, n.m.
de gemeenschap te dienen en niet op de
eerste en laatste plaats op eigen tijdelijk
gewin uit te zijn, dan eerst is er kans op
een betere wereld, met meer normale ver
houdingen, met meer rust, orde en wel
vaart.
HOMO SAPIENS.
Het waren, vertelt Ford, onderzoekende
Cn intelligente koppen en het waren geen
Partijmannen, behalve dan wat betreft dat
olkomen menschelijke instinctieve partij
kiezen voor de arbeiders. Op een of twee
na verklaarden allen in hun opstellen, dat
verhouding: van werkgever tot werknemer
S°ed was, dat de arbeidsvoorwaarden goed
aren en zoo voort. Maar geen een zeide
fn woord over het product. Indien een hos-
P' aal onderzocht was op deze wijze, zou het
erslag vermeld hebben hoe goed de dokters
smnstalleerd waren, hoe aardig de inrich-
V.X00r ^e verpleegsters was en hoe be-
Q^felijk de assistenten gehuisvest waren,
en woord over de diensten, die het hos-
In de gisteren gehouden gemeenteraads
zitting van Hillegom kwam aan de orde de
benoeming van een gemeente-secretaris,
wegens het verleend eervol ontslag als zoo
danig aan den heer A. M. van der Jagt. Hier
onder laten wij de besprekingen volgen.
De heer Fijma vraagt den voorzitter, of
hem het woord verleend kan worden over
deze zaak vóór en na de stemming. De voor
zitter zegt: Als u buiten personen blijft, ter
wijl de heer Vooren er op wijst, in dezen het
hooge ambt niet naar beneden te halen. De
Heer Fijma verkrijgt nu het woord. Spr. doet
een beroep op het gevoel van den Raad, om
zich te verplaatsen in den toestand van een
eersten ambtenaar, die zich heeft opge
werkt en gepasseerd wordt. Spr. ziet daarin
een groote onbillijkheid. De toestand van den
heer Balvers vindt spr. eigenaardig, daar
deze de dupe geworden is van zijn eigen
partijgenooten, die hem inzake het Kamer
lidmaatschap met enkele geestelijken tegen
werkten en verstieten, schoon hij een meer
derheid achter zich had. Het gold hier een
algemeene zaak, geen partijbelang. De coa
litie heeft een ruzie-vergadering gehad,
waarbij de S. D. A. P. en de Vrijzinnig-de-
.mocraat was uitgesloten. Wel werden we uit
genoodigd voor het kiezen van een Room-
schen wethouder en mochten een woordje
meespreken, maar voor een Roomschen se
cretaris mocht dat niet. En toch is het ons
niet onverschillig, welken Kath. Secretaris
we krijgen. Dan komt spr. tot wat hij noemt
een pijnlijke zaak en waarvoor hij de bewij
zen in de zak heeft. Er zijn taktieken gedaan
die niet deugen, er zijn concessies gevraagd,
die in strijd zijn met den ambtseed en den
zuiveringseed Het spijt spr. dat hij het zeg
gen moet, maar wat is dat voor vuil? Een
der sollicitanten zal zelfs ten brochure
schrijven over deze laagstaande politiek.
De heer Vermeer zegt, dat er geen coali
tievergadering is geweest. De heer Fijma
heeft zeer terecht gesproken over het ge
wichtig» van het ambt, maar dat hier de po-
het eind zijn? Het ergste in dezen is de ver
antwoordelijkheid. Welke overwegingen heb
ben geleid tot no. 2? No. 2 wordt onze se
cretaris. Zullen we een oproep plaatsen? Oi
uit die 22 den beste nemen? Er is niets ge
daan. Ik acht dit een grove onbillijkheid
jegens de anderen 21. B. en W. hebben ge
zegd: we zullen de zaak aan de R.-K. frac
tie overlaten en als protestant protesteer ik
daartegen. Het beleid moet spr. laken en
hij wendt zich dan bizonder tot den heer
Balvers die had moeten begrijpen, dat hij
ook wethouder is. Het geeft den indruk, als
of gezegd is: we zijn tevreden met den buit,
laat Schouten de vlag maar zwaaien vooi
niets. Laten we, nu de zaken zoo staan, ons
sociaal gevoel laten spreken en gezamenlijk
trachten, dat de heer Schouten op de meest
eervolle wijze uit de impasse komt en den
nieuwen functionaris op eervolle wijze hier
gekozen wordt.
De heer Loerakker denkt, dat weth. Bal
vers wel een verklaring zal afleggen. Spr.
heeft weinig voor de zaak kunnen doen. Met
menschen van verschillende kleur en denk-
richCing heeft spr. over de kwestie gespro
ken, die het zeer goed konden verklaren, dat
men naast een eerste kracht met de levens
beschouwing der meerderheid rekening
houdt. De politiek is nu eenmaal zoo. Bij in
terrupties van links zegt spr.: „de val van
Pastoors." Bij de Katholieken heeft bij alle
met den meesten ernst voorgezeten de be
kwaamheid van den ambtenaar. De heer
Fijma heeft met zijn grieven niet de katho
lieke ambtenaren geslagen, maar hen, voor
wie hij het opneemt. Ik heb geïnformeerd bij
velen maar aan niet één is een belofte of
toezegging gedaan. Zoo dit wel gebeurd zou
zijn, zou het een handigheidje van een solli
citant kunnen zijn, om er wat uit te krijgen
Van een brochure gesproken, deze zien we
gaarne tegemoet, ik acht dit zoo vermetel,
daar ik die candidaat verwijt, dat deze he
den een politieken vriend opschelde, om de
benoeming uit te stellen. Er waren sollici
tanten, vrienden van enkele raadsleden, doch
de heer Sens is er een van allen, om zijn ca
paciteiten. Spr. weerlegt, als zou de secre
taris van Bergen op Zoom een ambtenaar
hebben becritiseerd, dat is laster; het tegen
deel is waar, hij heeft hem hemelhoog ge
prezen. We hebben gevraagd naar de prak
tijk en zijn zoo objectief mogelijk geweest.
We wenschen een secretaris, die aan alle
eischen voldoet. We hebben voor een moei
lijke keuze gestaan. Plechtig verklaar ik, dat
ik van geen enkele intrige weet en evenmin
mim fractierfnooten.
De Katholieken hebben niets gedaan, dan
gezocht naar den beste.
Weth. Balvers had zich aanvankelijk
voorgenomen, alleen een kort woord te spre
ken ter aanbeveling van no. 2. Spr. heeft
geen plan, te antwoorden op al de insinua
ties van Fijma. Ter tegemoetkoming van wat
de heer Vermeer opmerkte inzake oproe
ping, dat in B. en W. een uur gediscussieerd
werd over al of niet oproepen, dat spr. voor
'n oproeping was, doch er geen meerder-heid
voor was, dat de Kath. niet een vriend naar
voren hebben gebracht, doch dat de Room-
sche raadsfractie een 5-tal sollicitanten aan
den Burgemeester op heeft gegeven, met
verzoek, naar deze te informeeren en ons
den beste op te geven. Bij de aanbeveling
heeft spr. er den Burgemeester en Weth. De
Vreugd reeds op gewezen, dat het stellen
van onzen hooggeachten heer Schouten als
no. 1, de politieke hartstochten zou opwek
ken of prikkelen. Niemand heeft deze vaca
ture gewild. Dat de Katholieken een van
hun denkrichting wenschten, is alleszins bil
lijk en hoe jong ook de heer Sens is, hij is
alleszins bekwaam en spr. durft hem vol
gaarne aanbevelen Spr. toont aan zijn prak
tische ervaring en rechtswetenschap, zóó
zelfs, dat Burg. en Weth. van Hazerswoude
hun spijt uitdrukten, dat we den heer Sens
wilden weghalen.
De heer Jansen vindt het erg jammer, dat
er aan een candidaat getornd is en de zaak
verdraaid.
De heer Vooren zegt, voornemens te zijn j
geweest, geen woord over de zaak te reppen.
De aanmerking van den heer Vermeer werpt
echter een verkeerd licht op de linkerzijde
en spr.1 kan getuigen, dat zijnerzijds nimmer
/en poging werd aangewend in dien geest.
De handplwijze van B. en W. acht spr. niet
correct. Het is niet de taak van een raads
fractie zulk een gewichtige benoeming af te
werken. Toen een vacature in uitzicht was,
is spr. naar 3 R.-K. Raadsleden gegaan, be
grijpend de moeilijke situatie. Spr. had zoo
gaarne een bespreking gezien met alle
raadsleden, daarbij sprak niet sprekers poli
tiek maar zijn ambtenaarshart. Spr. heeft
toen uiteengezet, wat de heer Schouten had
gedaan en wat zou het een hoogstaande mo-
reele daad zijn, indien ge Schouten zoudt wil-
recteur en een besteller, tusschen een Hoofd
ambtenaar en een lagere. Wat den heer Ly
clama betreft krijgt u binnenkort gelegenheid
uw wenschen te vervullen.
De heer Vermeer komt terug op zijn vraag
van straks en stelt een motie voor ten gun
ste van den heer Schouten en den a.s. secre
taris beide.
Wethouder Balvers wil deze graag steunen.
De heer Vooren zegt, dat had ook kunnen
gebeuren, als er 13 bij elkaar waren, daarom
zal spr. alleen op No. 1 stemmen.
Het wordt een door elkaar praten en de
voorzitter hamert.
De heer Vooren zou aan de motie alleen
zijn stem geven als waardeering voor een
ambtenaar.
De heer Fijma is aangevallen en wil nog
eens het woord. Hij brengt nog eens de zaak
Asberg te berde en de heer Loerakker inter
rumpeert.
De voorzitter hamert en wil de debatten
sluiten.
De heer Fijma: ik heb het woord, het
wordt een wil, verward dooreenpraten.
De heer Loerakker bekent ongewild de
fout te hebben gemaakt, dat het lijstje van 5
niet aan allen is gezonden, dat was zijn taak
geweest. Hij zegt, dat de heer Vooren even
zijn kalmte had verloren. Als er platvloers
gesproken is, noem dan namen, het treft ons
allen. Ik verklaar, dat bij de keuzè in alle
opzichten royaal en eerlijk is gehandeld, om
dat reeds vaststond, dat de niet-katholieken
hun stem hadden gegeven aan anderen. Die
er komt, heeft niet de minste verklaring af
gelegd.
De heer Hoogmoed noemt het een afschu
welijke manier van handelen, meer dan
schande.
De heer Loerakker: pardon, leg dan pro
test af bij den Burgemeester.
Er ontstaat een groote herrie en de Voor
zitter sluit de discussie. De motie Vermeer
wordt in stemming gebracht en aangenomen
met 9 temmen. Weth. De Vreugd en de heer
Hoogmoed blijven buiten stemming, de hee-
ren Fijma en Vooren stemmen tegen.
Daarna komt in stemming de vacature Ge
meente-Secretaris. Op den heer J. C. Schou
ten worden 5 stemmen uitgebracht, op Mr.
B. Sens, No. 2 der voordracht 8 stemmen,
zoodat deze gekozen is.
De heer Hoogmoed zegt: de Godsvrede is
van nu af uit.
gebruik vanaf deze plaats den gekozene onze
oprechte felicitatie te doen toekomen en
hopen,'dat Hillegom zeer vele jaren van zijn
talenten moge profiteeren.
Fiets tegen hondenkar.
Op den Zeeweg te Velseroord kwam een
wielrijder, C. v. d. Z., in botsing met de hon
denkar van B. S. uit Haarlem. De wielrijder
werd op den grond geworpen en bekwam
vrij ernstige verwondingen. Tegen S. is pro
ces-verbaal opgemaakt wegens het niet uit
wijken met zijn kar.
Auto tegen tram.
Gisternamiddag kwam Dr. van Slogteren
met zijn auto van de Tuinbouwschool te
Lisse, toen juist de stoomtram van half vijf
uit de richting Leiden kwam. Dr. v. S.
meende nog tijdig te kunnen oversteken,
doch bleek te hebben misgerekend. De tram
reed met volle kracht achter tegen den
auto, waardoor deze op den straatweg werd
geduwd. Wonderlijk genoeg kwam dr. v. S.
er met een bloedende hoofdwonde af. De
auto was echter deerlijk gehavend. Den ma
chinist treft geen schuld.
De deelname aan het Eucharistisch Tri
duüm voor zieken in de R. K. kerk te Bloe
mendaal is zoo groot, dat er twee Tridua
gegeven zullen worden; het eerste op 15, 16
en 17 Juni en het tweede op 22, 23 en 24
Juni, juist in de dagen van het Eucharistisch
Congres. Aan de zieken zal worden meege
deeld aan welk van de beide tridua ze kun
nen deelnemen.
In verband met de verbreeding van den
Rijksstraatweg HalfwegHaarlem is bij de
Zwetbrug een zeer gevaarlijk verkeerspunt
ontstaan. Doordat die brug moet worden ver
nieuwd, is men thans bezig de noordelijk lig
gende tramlijn om te leggen zóó, dat deze
ten zuiden van de brug komt te liggen. Ook
de rijweg zal in dien geest worden omgelegd,
terwijl de zuidelijk liggende tramlijn al reeds
omgelegd is. Het onlangs in gebruik geno
men rijwielpad kruist daar de zuidelijke
tramlijn. Door de werkzaamheden en mede
door den zeer nauwen rijweg ter plaatse is
het den fietsers er niet gemakkelijker op ge
maakt. Een ongeluk vandaag of morgen is
zeer zeker niet denkbeeldig, zoodat toezicht
wel gewenscht is, vooral in het drukke zo
merseizoen.
300 personen
gearresteerd.
op Sumatra's 'Westkust
Engeland zendt 300 varkens naar Neder-
,'and terug.
Vermiste Franschen. Inlichtingen ver
zocht.
Roofmoord op een hoeve in Limburg.
Pogingen tot herstel van de eenheid ill
de Engelsche liberale partij.
De Fransche Senaat heeft de overeen
komsten van Locarno goedgekeurd.
Mgr. Seipel wordt te Parijs geestdriitié
ontvangen.
President Dcumergue zal
Kardinaal Dubois décorcererv
Zie verder Laatste Nieuws.
persoonlijk
Barometerstand 9 uur v.m.:
Stilstand.
OPTICIENS FABRIKANTEN
Licht op. De lantaarns moeten morgen
worden opgesto ken 9.45 en overmorgen
cm 9.46.
Verzekering Maatschappijen is de Verzekerings-Maatschappij
VERZEKERD KAPITAAL RUIM
Zij besteedt een groot deel der Netto-Winst aan Zieke en Zwakke
Verzekerden. Thans worden er ZES Patiënten in Sanatoria ver
pleegd. Ons streven is aan dit verplegingswerk de grootst mo
gelijke uitbreiding te geven. Door Uwe verzekeringen te sluiten
bij „St. Willibrordus" helpt U ons, ons doel bereiken.
Inlichtingen worden gaarne verstrekt door de Directie,
Catharijnesingel 48, Utrecht, en door hare Vertegenwoordigers.
In de Raadszitting van gisteren werd als
opvolger van den heer A. M. van der Jagt
tot Gemeente-secretaris van Hillegom be
noemd de heer Mr. J. B. Sens, eerste ambte
naar ter secretarie der gemeente Hazers
woude.
Onze lezers zullen zeker nieuwsgierig zijn
een en ander te vernemen aangaande dezen
nieuwen Hoofdambtenaar, We zijn in de ge
legenheid gesteld een en ander over den
heer Sens aan de weet te komen en geven
dit hieronder weer.
De heer Sens werd op 15 April 1898 te
Heusden in Noord-Brabant geboren en is
dus ruim 28 jaar. Hij bezocht de lagere
schooi in zijn geboorteplaats en daarna ge
durende 2 Vi jaar een Fransche onderwijsin
richting. In Juni 1914 Werd hij benoemd tot
ambtenaar ter secretarie van de gemeente
Gendcren, thans Eethen in Noord-Brabant
en tevens tot directeur van het distributie
bedrijf; de heer Sens was toen pas ruim 16
jaar. Bij die drukke bezigheden wist hij toch
nog tijd te vinden om de R. K. Leergangen
te 's-Hertogenbosch te volgen, ten einde
zich voor te bereiden voor het admissie-
examen tot de universiteit. In 1919 werd de
heer Sens bevorderd tot adjunct-commies
aan de secretarie der stad Tilburg, uit welke
betrekking hij einde 1920 eervol ontslag aan
vroeg en verkreeg, ten einde tijd beschikbaar
te krijgen, om het lyceum in die stad te be
zoeken. In October van het volgend jaar be
gon de heer Sens te Leiden aan de studie in
de Rechtswetenschap. In Juni 1923 werd hij
benoemd tot eerste ambtenaar ter Secreta
rie der gemeente Drunen, in Noord-Brabant,
een jaar later in gelijke betrekking te Ha
zerswoude, waar hij als onder de rook van
Leiden gelegenheid had, zijn studie in de
rechten voort te zetten. In Mei van het vo
rig jaar promoveerde de heer Sens te Lei
den tot meester in de rechten.
Uit dit overzicht blijkt ten volle, dat de
nieuwe functionaris een werker is van groote
kennis en een hoogst wetenschappelijk man,
We mogen dan ook zeker zeggen, dat de
raad een zeer goede keus heeft gedaan, We
maken van deze gelegenheid dan ook gaarne
DE GRENSREGELING
EEN NIEUWE FACTOR.
In de geheime zitting van den gemeente
raad, 1.1. Woensdag gehouden, is, wat reeds
bekend was, opnieuw ter sprake gekomen
de aanbieding van 100,000 aan Bloembol
lencultuur voor de stichting van een eigen
gebouw. Die nieuwe bespreking vond haar
oorzaak in het feit, dat zich bij die aanbie
ding moeilijkheden hebben voorgedaan en
wel bezwaren, voortvloeiende uit de kwestie
der grensregeling.
Zooals onlangs gepubliceerd is, heeft Mi
nister Kan zich op het standpunt gesteld,
dat de gemeente Haarlem een schadever
goeding moet betalen aan Heemstede voor
het gedeelte van Heemstede, dat door Haar
lem geannexeerd zou worden. Over de groot
te van dat bedrag worden thans onderhande
lingen gevoerd en niet onwaarschijnlijk is
het, dat het advies van Ged. Staten over
deze aangelegenheid spoedig naar de regee
ring zal gaan.
In de grensregeling valt ook het buiten
„Spaar en Hout", waar- Bloembollencultuur
dan mogelijk haar zetel gaat vestigen. Het is
haar door Heemstede voor 75.000 te koop
aangeboden. Zelf heeft de gemeente er ech
ter veel meer voor moeten betalen, ruim
2 ton, naar wij meenen. En nu naderen wij
het punt, waar de moeilijkheden beginnen.
Als de grensregeling doorgang vindt en een
schadeloosstelling aan Heemstede moet be
taald worden (aan dit laatste behoeft men
in het minst niet te twijfelen, zoolang mr.
Kan minister van Binnenlandsche Zaken is),
is het waarschijnlijk, dat Haarlem voor
„Spaar en Hout" de koopsom moet terug be
talen aan Heemstede, welke deze gemeente
er voor gegeven heeft min de 75.000, welke
Bloembollencultuur er voor betalen moet.
Dat zou dus ruim 100.000 zijn. In dien koop
zijn echter ook gronden begrepen, welke
Bloembollencultuur dan niet in eigendom
heeft, maar het is zeer de vraag, of door
verkoop van die gronden die ruim 100,000
er uit gehaald kunnen worden. Hoeveel de
opbrengst precies zal zijn, is moeilijk te
schatten, maar het volle bedrag van die ruim
100,000 zullen zij wel niet opbrengen.
Nu heeft de Haarlemsche gemeenteraad
zich op het standpunt gesteld: de gemeente
Haarlem geeft Bloembollencultuur 100.000
voor de stichting van een eigen gebouw in
Haarlem, maar.... zij geeft ook niet méér.
Loopt de zaak echter, zooals hiervoor uit
eengezet is, dan geeft de gemeente echter
wél meer en wel door het feit, dat zij „Spaar
en Hout" voor denzelfden duren prijs moet
overnemen, welke Heemstede er indertijd
voor betaald heeft. Het geschenk van
100.000 wordt dan veel grooter. En dat
wil de gemeenteraad juist niet. Die acht een
aanbod van 100.000 voldoende.
Een oplossing voor deze zich nieuw voor
doende moeilijkheid heeft men nog niet ge
vonden. Er wordt echter ijverig gepoogd,
deze nieuwe hindernis uit den weg te kun
nen ruimen.
MEDEMBLIK. Ansjovis. Aanvoer 7274
K.G. Prijs 0.440.46. Hoogste 415, laagste
66 K.G. Vaartuigen 58.
HOOFDDORP, 3 Juni 1926. Tarwe voer
f 1516. Tarwe nieuwe 16.5017.50.
Rogge 9.5010.50. GerstChevalier 10.50
—11.50. Haver 10.50—11.50. Witte Duive-
boonen 1416.50. Groene erwten 11
14.50. Karwei 2526. Blauwmaanzaad 62
66. Kanariezaad 15.5016.50.
Luidspreker.
Vrouwe Fama had weleer bazuinen. Zij
moderniseert zich en bedient zich nu van
luidsprekers. Zelfs in onze kerken hier en
daar hebben de luidsprekers hun intrede
gedaan.
Het is niet goed, dat de mensch niet mee
groeit met zijn tijd. Dat belet hem evenwel
niet het nieuwe critisch te bezien.
Is de vraag niet voor de hand liggend,
waarom de hedendaagsche redenaars luid
sprekers noodig hebben? Welke verande
ringen hebben er plaats gegrepen? Hebben
ze hun stem verloren of hebben hunne toe
hoorders plotseling het gehoor verloren?
Ik heb in mijn leven al heel wat redevoe
ringen aangehoord: in de Kamer, in groote
vergaderzalen, in overvolle kerken, in 't
circus, zelfs in de open lucht. Wanneer de
spreker zijn stem weet te doen uitzetten en
den toon weet te kiezen, is het hem tot nu
to: altijd gelukt zich verstaanbaar te
maken. De Ouden bedienden zich van flui
ten, welke hun den gewenschten toon aan
gaven. Zelfs zonder dit muzikale hulpmid
del hebben onze redenaars der laatste jaren
hun gehoor weten te bereiken. Door ge
bruik te maken van den luidspreker zal de
spreker zich zeer zeker minder behoeven in
te spannen, maar de redenaarskunst zal er
niet op verbeteren. De bekoring, welke er
van de stem uitgaat en die voor een goed
deel de overtuigende kracht uitmaakt, gaat
b.jna geheel verloren. Ik geloof, dat we met
de luidsprekers den verkeerden weg op
gaan. Het is, of men plotseling de stelling
is gaan huldigen, dat de redenaar voor
t publiek moet schreeuwen. En hoe wordt
er dan nog geschreeuwd? Soms klinkt het
geluid of de spreker den neus dichthoudt
tiidens zijn rede.