UIT DE PERS!
ÜTFËfff
Radio-Omroep
-1»
NIEUWE HAARL. COURANT
Derde blad Woensdag 16 Juni 1926
jr Krasse beschuldiging.
De R.-K. Staatspartij.
Het besluit van den Franschen minister van Financiëh, Péret, onherroe
pelijk. Godsdienstonlusten in Voor-Indië. Het aantal slachtoffers
bij de ontploffing te Cary (Indiana) tot veertien gestegen.
Onder de Radio-berichten: Het ministerie-Briand afgetreden. Een
/oorstel der regeering, om te bereiken dat de arbeidsdag gedurende een
bepaalden tijd in de Engelsche mijnen op acht uur wordt gesteld.
GEM. BUÏTENL. BERICHTEN.
BINNENLANDSCH NIEUWS.
STATEN-GENERAAL.
Tweede Kamer.
Intendant op Het Loo.
De prijsvraag voor het Paleis
van den Volkenbond.
Interpellatie.
De dioc. Haarlemsche
Katholiekendag.
Het verdrag met België.
FEUILLETON.
HET ERFDEEL VAN
ZIJN VADER.
Het Kamerlid Hiemstra schrijft in „Het
,Volk":
„Minister Aalberse heeft met betrekking
tot een wettelijke beperking der arbeidsduur
geen eerlijk spel gespeeld.
Zijn voorstel om den 8-urendag in ver
schillende groepen geleidelijk in te voeren,
was aanvarikelijk slechts bedoeld om de uit
voering daarvan te vergemakkelijken. De
in de wet neergelegde bevoegdheid ten de
ren, heeft hij gebruikt om bepaalde groepen
buiten de arbeidsbescherming te houden."
Het ergste, waarvan men iemand in" het
politieke leven beschuldigen kan is: oneer
lijkheid, teekent het „Centrum" hierbij aan.
„Men wil er mee zeggen, dat hij, die zich
daaraan heeft schuldig gemaakt, onwaar
heid heeft gesproken, en dat hij dit opzet
telijk deed, om te misleiden, of wel: dat
hij heeft gehandeld, zooals van een eerlijk
man niet te verwachten viel.
Het is een krasse beschuldiging.
Maar wordt zij hier terecht geuit?
Wij meenen van niet.
Hij, die haar uitspreekt, vergeet één ding:
dat na 1919, toen de nieuwe Arbeidswet tot
(tand kwam, de economische toestand aan
zienlijk slechter is geworden.
De bezuiniging op de staatsuitgaven was
daardoor een eisch van absolute? noodzake
lijkheid.
Wat thans in Frankrijk en België gebeurt,
bewijst dit nog weer eens voor iedereen
met volkomen duidelijkheid.
Onderdeel dier bezuiniging was: inkrim
ping van het aantal ambtenaren.
Dit lot trof ook de arbeids-inspectie.
En het eendge motief, waarom de Arbeids
wet buiten fabrieken en werkplaatsen nog
geen verdere toepassing vond, was: het per
soneel ontbreekt, om de uitvoering der wet
ten aanzien van de nieuwe categorieën van
personen te controleeren.
Ware dit motief slechts een voorwendsel
geweest, dan zou terecht van „oneerlijk
spel" gesproken mogen worden.
Maar wie beschuldigt, moet bewijzen.
Niet dat hij 't met dit motief niet eens
was. Dat doet hier niet ter zake.
Maar hij moet bewijzen, dat dit motief
aangevoerd werd om een ander het
eigenlijke motief te verbergen.
Deze bewijs-levering wachten wij met ge
rustheid af. f
Over de laatste bondsvergadering schrij
vend, wijst De Tijd erop, dat het wezen der
Katholieke Partij niet is veranderd. Alleen
de organisatie is uit den tijd en uit omstan
digheden gerezen behoeften aangepast.
Hetgeen ons hierbij het meeste verheugt,
is niet, dat men de perfectie op het stuk
van organisatie heeft bereikt, of tracht te
bereiken, maar wèl, dat de geest in de partij
goed is. Prof. Veraart constateerde terecht,
hoe de Rijkskieskringorganisaties uit eigen
beweging bij de keuze hunner afgevaardigden
voor een werkelijk veelzijdige samenstelling
van deze Bondsvergadering hadden gezorgd.
De goede geest had hier verwezenlijkt, wat,
als de geest anders is, door statuaire eischen
en reglementaire voorwaarden noioit kan
worden bereikt. De wil, om elkaar te ver
staan, heerschte in deze vergadering, en dank
zij de vlotte leiding, welke naar een ieder
erkende, bij jhr. Ruys de Beeren'brouck in
goede handen rust, bleef de soms zeer le
vendige bespreking van de dorre reglements
artikelen in goede banen, en werd ten slotte
het geheele bouwplan met algemeene stem
men aangenomen.
Nu kan het bestuur al dadelijk beginnen
aan de voorbereiding van den Partijraad,
welke in October a.s. wordt gehouden.
Het is kprt dag.
Het' Centrum schrijft o.m.:
De vergadering van den Algemeenen Bond
van R.-K. Rijkskieskringorganisaties heeft
een resultaat opgeleverd, dat nieuwe en
goede vooruitzichten opent voor den bloei
en de verdere ontwikkeling van onze partij.
Onder de bekwame en tevens prettige lei
ding van Jhr. Ruijs had de beraadslaging een
vlot verloop en bij herhaling viel te consta-
teeren, dat de beslissingen met overgroote
meerderheid van stemmen werden genomen,
hetgeen aan de gevallen besluiten ook een
groote moreele kracht geeft en bewijst, dat
de gewenschte overeenstemming in hooge
mate was verkregen. Men mag zich daarover
des te meer verheugen en daarin een waar
borg voor onze eenheid in de toekomst
zien, daar het juist belangrijke punten wa
ren, waaromtrent men het in groote, of
overgroote meerderheid eens bleek te zijn.
Aan onze partij zal thans een breedere en
vastere basis worden gegeven, en de ver
gadering was blijkbaar ook van meening, dat
daarmede niet langer kon en mocht worden
gewacht, Het bestuur had getoond, evenals
de organisatie-commissie, tot nader overleg
bereid te zijn. Het oude ontwerp verschilde
niet onbelangrijk van 't nieuwe, dat thans in
behandeling kwam, en de veranderingen wa
ren, voior zoover wij het zien, verbeteringen.
De Bondsvergadering heeft er blijkbaar ook
zoo over gedacht. Zonder stemming werd
tenslotte het gewijzigde ontwerp aanvaard
en de reorganisatie tot een feit gemaakt. De
Katholieke Staatspartij, waarvoor eenige
tientallen van jaren geleden door dr. Schaep-
man 'en anderen, maar door den „doctor"
het meest, de grondslagen werden gelegd,
staat thans in baar breede vertakking, in
haar machtige ontplooiing voor ons. Een
partij, die meer dan welke andere ook in
ons land, een groot deel van het volk in al
zijn geledingen omvat. Een partij ook, wier
bestaan en werkzaamheid de rechten en be
langen' der Katholieken verzekert, maar te-
zelfder tijd voor den goeden gang van zaken
in ons geheele land van de hoogste beteeke-
nis is. Denk u de Katholieke Staatspartij
weg, en er ontstaat een leegte in ons land,
een bedenkelijke leegte, die door niets is
aan te vullen of te vergoeden.
De toestand van lord Oxford.
Lord Oxford lijdt thans aan zwakte van
tet hart. Men acht het niet onwaarschijnlijk
dat hij de leiding van dè partij zal nederleg-
gen. De vraag doet zich thans voor, of Lloyd
George dan wel Sir John Simon de leiding
der partij op zich zal nemen.
Het conflict in de Engel
sche mijnindustrie.
Zoowel Smith, de voorzitter, als Cook, de
secretaris van den Mijnwerkersbond, heb
ben er dezer dagen op gezinspeeld dat zij
eventueel wel bereid zouden zijn een loons
verlaging voor de mijnwerkers te aanvaar
den, doch van een verlenging van den werk
tijd wilden geen van beiden iets weten.
'Smith zeide nl., Zondag te Rotherham het
woord voerend, dat als hij gehoopt was óf
een loonsverlaging of een verlenging van
den werktijd te aanvaarden, hij een loons
verlaging zou aanvaarden, omdat er altijd
neg een mogelijkheid bestond, meer loon te
krijgen, wanneer het bedrijf beter ging.
Cook liet zich in Cornwall Zaterdag aldus
uit, dat als de regeering of de'mijneigenaars
met de mijnwerkers over een langertwerk
tijd zouden willen praten, zij daar niet op in
Zouden gaan. Als de heer Baldwin trachtte
langs wetgevenden weg een langeren werk
tijd af te dwingen, dan zou dat volgens Cook
het begin zijn van een Britsche revolutie.
Over de loonen repte Cook bij deze gelegen
heid niet, althans niet volgens het verslag
van de „Daily Herald".
Volgens andere Engelsche bladen zeide
Cook, dat hij binnenkort, en wellicht eerder
dan sommigen verwachten, geroepen zou
wordea eene overeenkomst voor de mijn
werkers te teekenen. Als de arbeiders (zoo
liet hij er op volgen) een achturendag wil
len of bereid zijn voor lagere loonen te wer
ken, dan moeten zij het zeggen. Zij moeten
het zeggen, niet ik. Wij willen geen langere
werktijden de tijd is gekomen voor kortere
werktijden.
Ten slotte verklaarde Cook beducht te
zijn voor verraad en zwakheid binnen de ar
beidersbeweging.
Een aanval op Baldwin.
Baldwin heeft in zijn te Chippenham ge
houden rede te kennen gegeven, dat de re
geering aan de mijnindustrie een bedrag van
21 millioen pond sterling als subsidie heeft
ten koste gelegd, omdat de regeering' toen
nog niet klaar was om den zooals hij zich
uitdrukte „onvermijdelijken" loop der
dingen te bestrijden. De „Westminster Ga-
zette" valt hem op deze verklaring aan; Het
blafü betoogt, dat wanneer Baldwin er deze
onvermijdelijkheidstheorie op na hield, het
kan begrijpen, waarom hij toeliet dat de zaken
haar loop namen zonder constructieve op
lossing van het conflict in de steenkoolin
dustrie en waarom hij nog steeds op dit punt
het stilzwijgen bewaart en werkloos blijft.
Ook zou de algemeene staking, meent het
blad, dat, zooals men weet, met Baldwin daar
tegen één lijn trok, niet „onvermijdelijk"
zijn geweest, indien hij in ernst was geweest
ten aanzien van de adviezen van Sir Herbert
Samuel. Het blad verklaart dan ook, dat de
liberalen, die medehielpen om de algemeene
staking den kop in te drukken, Baldwin niet
zullen volgen, zoo hij het rapport-Samuel in
de archieven mocht willen deponecren.
Een lading Duitsche steenkool is te Barry
aangebracht, ten gebruike van de fabrieken
in Zuid-Wales.
Wettelijke verlenging van
den arbeidstijd?
Gisterennacht heeft de kolencommissie
uit het kabinet een conferentie gehad met de
mijneigenaars over een voorloopige wettelijke
verlenging van den arbeidstijd voor de mijn
werkers tot acht uren.
In politieke kringen twijfelt men aan de
mogelijkheid van een dergelijken maatregel.
De „Times" verklaart dat de regeering de
voorstellen van het rapport der Steenkool
commissie moet uitvoeren, dat den eenigen
grondslag vormt voor hst bijleggen van het
conflict.
Debat in het Lagerhuis.
Het Lagerhuis heeft gisteren den toestand
in de steenkoolindustrie besproken. De pre
mier opent het debatde minister van arbeid,
Sir Arthur Steel Maitland, en de leiders der
oppositiepartijen zullen aan het debat deel
nemen.
Omkooperij bij Fransche
ambtenaren.
Onlangs is tegen eenige ambtenaren bij
het ministerie van justitie een aanklacht in
gediend wegens het zich laten omkoopen
Zij zouden eenige verzoeken om naturalisa
tie hebben laten voorgaan, waarvoor zij van
de verzoekers een geldelijke belooning had
den gekregen.
De instructie tegen den hoofdschuldige,
Fernand Parey, is begonnen. Deze bekende
voor een twintigtal dossiers telkens tusschen
de 50 a 300 frs. gekregen te hebben. Hij
verklaarde van zijn inkomen zijn gezin niet
te kunnen onderhouden. „En", voegde hij
er aan toe, „van hoogerhand werd het voor
beeld gegeven". Toen de rechter hem aan
spoorde man en paard te noemen, zeide be
klaagde op de openbare zitting zich nader
te zulleij verklaren.
De aütonomische beweging
in Elzas-Lotharingen.
Er wordt in Elzas-Lotharingen een zegel
verspreid, die links den Duitschen adelaar
draagt en rechts de wapens van Elzas en
Lotharingen. Het opschrift luidt :-„Voor de
onafhankelijkheid van Elzas-Lotharingen."
Volgens het „Journal des Débats", wordt
deze zegel door agenten van Ley verspreid,
die onlangs door de rechtbank van den Ne-
der-Rijn tot vestingstraf werd veroordeeld,
doch aan wien gratie werd verleend.
De „parti republicain democratique et
social" (comité van den Neder-Rijn) heeft
een manifest gepubliceerd, waarin zij de
schadedoende propaganda der autonomisti
sche groepen afkeurt en waarin zij haar ver
trouwen uitspreekt in Frankrijk om de crisis,
die in Elzas-Lotharingen heerscht, op te
lossen.
Het aftreden van Péret
Péret heeft verklaard, dat zijn aftreden
verband hield met den onvoldoenden steun
dien hij ondervond bij de verdediging van
den frank, daar zijn opvattingen principieel
verschillen met die van de leiders der Banque
de France. Briand verzocht Péret op zijn be
sluit terug te komen, deze verklaarde' echter
dat het onherroepelijk was.
De schoolkwestie in Oos
tenrijk.
Er schijnt een regeeringscrisis op handen
te zijn ten gevolge van het door de Christen
socialisten in het school vraagstuk ingenomen
standpunt, volgens hetwelk zij de destijds
door den socialistischen minister van onder
wijs ingevoerde „hervormingschool" willen
afschaffen. De sociaal-democraten hebben
een krachtig verzet daartegen aangekondigd.
Een Zwcedsch-Russisch
waarborgverdrag.
Volgens een bericht van de „Ost-Express
onderhandelt Zweden met de Sovjet-regee
ring over een waarborgverdrag naar het voor
beeld van het Duitsch-Russische verdrag.
Godsdienstonlusten in Indië.
Gemeld wordt, dat gisteravond te Pindi,
ter gelegenheid van godsdienstige feesten van
Sikhs en Mohammedanen, onlusten op groote
schaal zijn uitgebroken. Eenige personen ver
loren hierbij het leven. De schade aan eigen
dommen toegebracht is groot. Politie en mi
litairen onderdrukten de onlusten. De ma
gistraat van het district verbood het houden
van vergaderingen en het dragen van stokken.
Acht Mohammedanen werden gedood en
veertien gewond negen Sikhs werden ge
wond. De hal van de graanmarkt werd ver
nield. De plundering werd voortgezet in de
aangrenzende straten. Troepenafdeelingen
bezetten de stad. Men is den toestand mees
ter.
Het blijkt intusschen, dat de onlusten zijn
begonnen in de" nabijheid van een moskee.
De ontploffing tc Gary.
Het aantal personen, dat ten gevolge van de
ontploffing in een cokesoven van de Illinois
Steel Company het leven verloor, is tot veer
tien gestegen.
Het economisch herstel
van Europa.
Bij zijn terugkeer Van zijn bezoek aan het
buitenland heeft Winston, de onderminister
van de schatkist, gezegd, dat Europa op -weg
was naar economische stabilisatie. Britannië
had volgens hem een grooten stap voor
waarts gedaan door zijn belangrijke overwin
ning in de algemeene staking. Ook Italië had
een goede toekomst.
DE BELASTING OP HET WEDDEN.
In den loop van het debat over de belas
ting op het wedden in het Lagerhuis vulde
Churchill zijn vroegere verklaring nopens
een mogelijke wijziging der belasting aan.
Hij zeide, dat hij oorspronkelijk op grond
van hem verstrekte adviezen had geraamd,
dat een belasting van 5% in een vol jaar on
geveer 6 millioen pond sterling zou opbren
gen. Sedert had de schatkist gelegenheid
gehad de boeken van eenige der grootste
firma's op het gebied van het wedden te in-
specteeren. Het resultaat was, dat de re
geering thans =raamde, dat de omzet van alle
weddenschappen veel dichter bij de 300 dan
bij de 200 millioen kwam. Dit zoo zijnde,
was het volkomen duidelijk, dat men een cij
fer van 6 millioen kon bereiken met een veel
lager percentage.
Hij had daarom overwogen of het percen
tage kon worden verlaagd en of er een dif-
ferentieering zou kunnen worden toegelaten
tusschen het percentage geheven voor een
weddenschap, die eenvoudig door de tele
foon werd aangegaan en het percentage voor
een weddenschap aangegaan door iemand
die de moeite nam om naar de renbaan te
gaan. Maar er zou een wijziging worden
overwogen, waardoor niet volledig het doel
der regeering werd bereikt om tenminste
6 millioen pond sterling te halen uit aén be
lasting op het wedden.
DE VLAAMSCHE LEEUW.
Zaterdagavond is te Brussel op de Groote
Markt een incident voorgevallen bij het spe
len van de „Brabanponne". Na afloop van
de militaire taptoe, werd de „Braban^onne"
gespeeld. Eenige Vlamingen riepen „Speelt
de Vlaamsche Leeuw l" Dit verwekte de
woede van een groepje toehoorders, die de
Vlamingen te lijf gingen. De politie kwam
tusschenbeide om de orde te herstellen.
HET NIEUWE POOLSCHE BEWIND,
De premier Bartel is oververmoeid, zoo
dat hij zich verplicht zag d<; poitefeuille voor
de spoorwegen over te dragen aan den afge
vaardigde Romocki (christ-dem.)
De premier heeft den voorzitter van den
Landdag medegedeeld, dat de zitting, die 22
Juni wordt geopend, uiterlijk half Juli
moet zijn afgeloopen, daar de regeering haar
anders zal verdagen, aangezien de verkiezin
gen zeker niet voor zes maanden nmogen
plaats hebben.
STORM IN DE V. S.
Telegrammen melden,.dat in de laatste drie
dagen in het Zuiden en Westen der Ver. Sta
ten zware stormen hebben gewoed, die aan
tien menschen het leven hebben gekost en
veel schade hebben veroorzaakt, en den oogst
hebben beschadigd en het verkeer gestoord.
Ook heeft het zwaar geregend. Zondagnacht
b.v. is te Chicago in een kwartier tijds een
inch water gevallen.
OMKOOPERIJ BIJ DE VERKIEZINGEN
De Senaatscommissie is op het oogenblik
bezig met een onderzoek van een beschuldi
ging, dat bij de jongste verkiezingen in Penn-
sylvanië van een republikeinschen candidaat
een som van twaalf millioen gulden werd be
steed tot het koopen van stemmen. Het on
derzoek heeft aan het licht gebracht, dat dit
bedrag schromelijk overdreven is, doch vast
is komen te staan, dat tóch een som van niet
minder dan vier millioen gulden als omkoop
geld heeft dienst gedaan ten behoeve van
twee canaidaten, terwijl van een derden can
didaat, den verkozene, niet bekend is gewor
den, hoeveel geld ten behoeve van zijn ver
kiezing is uitgestrooid. De situatie werd in
tusschen aardig geteekend door prof. Beutel,
die ijverig aan de verkiezingscampagne heeft
deelgenomen hij noemde den dag, dat de
omgekochten in het hoofdkwartier werden
beloond „pay day" en vergeleek dezen dag
met een run op een bank. Mannen in rijen
van drie tot zes, zoo verklaarde Tiij, vochten
om plaatsen in de file en kwamen uit het ver
kiezingsbureau weer t'e voorschijn met rollen
geld „as big round as a glass". Beutel ver
klaarde, dat in Pittsburgh b.v. de overwin
ning kan worden gekocht en hij zeide, dat
een leger van 500.000 „workers and watchers"
drie dagen lang in de verschillende hoofd
kwartieren vocht om een bedrag van twaalf
tot vier en twintig gulden te krijgen in ruil
voor hun stem, of, zooals het officieel wordt
genoemd, „to get their fee as watcher at the
polls".
LORD CHELMSFORD.
Uit Sydney wordt gemeld dat lord Chelms
ford, de vroegere onderkoning van Indië, is
benoemd tot agent-generaal te Londen voor
Nieuw-Zuid-Wales. Lord Chelmsford zal
deze functie slechts tijdelijk vervullen.
VOOR HET CONGRES IN CHICAGO.
Het aanstaande Congres in Chicago wekt
niet alleen de belangstelling van de katho
lieken der gansche wereld, maar ook de
nieuwsgierigheid der andersdenkenden op
en duizenden gaan nu reeds naar Munelein
om In het park van het Seminarie als schouw
plaats voor de grootste religieuse ommegang
der wereld vooruit reeds plaatsen te kunnen
reservecren. Zoo telden de studenten van
dit instituut op een der laatste Zondagen in
één enkel uur 570 auto's, die met nieuws
gierige bezoekers naar het Seminarie kwa
men. Maar op dezelfde wijze als in dit uur,
ging het dien ganschen dag minstens 5 uur
lang.
Voor de bezoekers yan het Congres werd
een Gids van Chicago in een oplage van een
millioen exemplaren en in 20 talen gedrukt.
Deze zullen reeds in de treinen, die naar
Chicago komen, verspreid worden. Boven
dien staan den vreemdelingen 5000 vrijwil
lige mannelijke en vrouwelijke gidsen ten
dienste, waaronder duizend, die buiten En-
gelsch ook nog een andere taal spreken.
Het voorbereidingscomité voor het vol
gende Eucharistisch Wereldcongres, dat in
1928 in Sidney in Australië gehouden zal
werden, heeft twee zijner leden naar Chicago
gezonden, teneinde de organisatiemethode
aldaar te kunnen bestudeeren.
DE H. MIS IN EEN MOSKEE.
Op het feest van 's Keeren Hemelvaart
vindt in Jeruzalem teHtenjare een zeldzame
godsdienstige plechtigheid plaats de ka
tholieke H, Mis wordt dan in een Moham-
medaansche Moskee gelezen, die op den
Olijfberg buiten Jeruzalem juist op de plaats
staat, waar de Hemelvaart geschiedde. Voor
1500 jaar bouwde hier een vooraanstaand
Romeinsche een kerk, in ronden vorm, die
boven onbedekt bleef. De kruisvaarders ver
nieuwden de kerk en na hen voegden de
Mohamedanen er andere en meerdere bouw
werken in hun eigen Moorschen stijl aan toe.
Het ronde gebouw heet Imbomon „de ronde
kerkxvan den Hemelvaart." Zij behoort aan
de Mohamedanen. Maar éénmaal in het jaar
op Hemelvaartsdag, mogen de Christenen
er gebruik van maken.
Op de binnenplaats'van de kerk stellen de
Grieken, de Syriërs, de Kopten en Arme
niërs hunne altaren op, maar in het Imbonon
zelf de katholieken van het Latijnsche pa
triarchaat. De Fransiscanen verschaffen de
altaarbenoodigdheden en bedekken met
voorhangsels de overal zeer beschadigde
wanden. Ze zingen reeds aan den vooravond
de Vespers en de Metten, slapen dan in ten
ten naast de kerk en vanaf het aanbreken
van den dag worden H.H. Missen gelezen,
die met een Hoogmis besloten worden. Een
groot aantal geloovigen neemt aan dit feest
deel, terwijl de orde door de Katholieke pad
vinders van Jeruzalem gehandhaafd wordt.
Na de Hoogmis marcheeren dan de padvin
ders met wapperende vaandels en onder
trommelgeroffel den Olijfberg af. Ooggetui
gen verzekeren dat het Hemelvaartsfeest in
de Imbonon tot een der aangrijpendste ce-
remonie's der H. Stad behoort dat onverge
telijk blijft.
De Tweede Kamer heeft heden, na een
korte vergadering, in de afdeelingen onder
zocht de verdragen met België en Duitsch-
land en de financiëele ontwerpen.
De vergadering werd daarna verdaagd tot
Vrijag a.s. 1 uur.
Met ingang van Dinsdag heeft H.M. de
Koningin benoemd tot luitenant van het Ko
ninklijke Paleis en domein Het Loo, jhr. A.
J. B. van Suchtelen van de Haere, thans wo
nende te Hilversum.
De mededinging wordt op 25 Juli geopend.
De Minister van Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen heeft van den Secretaris-
Generaal van den Volkenbond te Genève
mededeeling ontvangen, dat een prijsvraag is
uitgeschreven voor den bouw van een Paleis
voor den Volkenbond. De mededinging wordt
geopend op 25 Juli 1926.
Nadere bijzonderheden in Stscrt. 112.
Dr. Moller zal in de Tweede Kamer een
interpellatie houden over de classificatie
der gemeenten in het Bezoldigingsbesluit.
Een telegram van den Paus.
Op het telegram van hulde, dat de 10de
Diocesane Katholiekendag te Goes aan
Z. H. den Paus richtte, antwoordde Kardi
naal Gasparri namens Z. H. Pius XI tele-
graphisch het volgende:
Monseigneur Callier. Bisschop,
Goes (Haarlem).
De Heilige Vader, de betuiging van kin
derlijke vereering en volgzaamheid der dio
cesane katholieken, onder uw presidium in
congres bijeen, aanvaardend, dankt daar
voor van harte en zendt als onderpand der
hemelsche genaden voor den arbeid van
het congres en de bevruchting der resulta
ten voor het Christelijk leven der huisgezin
nen en van de maatschappij den Apostoli-
schen zegen.
Kard. GASPARRI
DONDERDAG 17 JUNI.
HILVERSUM 1050 M. 12.00 Politie
ker. 3.304.30 Uurtje voor wees-en
ziekenhuizen, door Mevr. Ant. v. Dijk
6.307.30 Fransche conversatieles, door
den heer Ch. Miche 7.00 Politieber.
7.308.00 Orgelconcert uit de St. Bavo-
kerk te Haarlem. OrganistHr. Roberts,
organist der Stad Haarlem 10.00 Persber
8.10 Concert. Het H. D.. O.-orkest,
o. 1. v. Fr. Lupgens Mevr. Jetty Bleyswijk
-Sombeeks-declamatie. Smit's klassiek
Plectrumkwartet. Mevr. Bleyswtjk-Som-
beek draagt o. m. verzen voor van Roiand-
Holst, Boutens en Balthasar Verhagen.
DAVENTRY 1600 M. 11.20—1.20
Concert door het radiokwartet en solisten
(alt. -tenor-piano) 1.202.20 Gramo-
foonmuziek 4.20 Causerie Books te
read 4.25 Trocadero-theemuziek 5.35
Kinderuurtje 6.20 Dansmuziek 6.50
Lezing The theatrical garden partij, en
landbouwprijzen 7.00 Lezing First
days as a boy scout. 7.20 Tydsein Big
Ben, weerber. nieuws. Lezing Ancient
Egypt-The valley of the tombs 7.45
Piano-etudes van Scriabin 8.00 Lezing
Road users requirements 8.20 Vaxiëte
Nichols en Howe-banjoduetten Doreen
Reid Datas (de man met het geheugen). T.
Brown-xylophone 9.05 Orkestmuziek.
Werken van Liszt 9.50 Weerber.
nieuws 10.20 Vocaal concert door H,
Williams 10.5012.20 Dansmuziek
van het Savoyhotel.
PARYS „RADIO-PARIS," 1750 M.
•12.50 Concert Lucien Paris (piano-'viool-
cello) 5.05 Klassiek uur 8.20 Espe
ranto en boekhoudles 8.50 Convcert.
Orkest en solisten.
KONIGSWUSTERHAUSEN, 1300 M.
8.20 „Ein Sommernachtstraum," van
van Shakespeare. Muziek van F. Mendels^
sohn-Bartholdy. 10.5012.20 Dans
muziek door de Kermbachkapel.
BRUSSEL 486 M. en ANTWERPEN
265 M. 5.20 Kindermatinee 8.20
Werken van M. Ernest d' Agremes Mile.
A. Rotsaert-viool. M. Baroen-altvioo!
9.30 Dansmuziek. Antwerpen 9.2(1
Vlaamsche lezing.
MUNSTER 410 M. 1.35—2.50 Orkest
concert 4.20 „Ratsmadelgeschichten,"
voorlezing 5.10 Liesles bij de luit
6.30 Lezing Das Ratsel der Kohle. 6.50
Lezing Der Reichsgesundheitswoche
7.308.00 Lezing Notwehr und Nots-
tand 9.05 Concert door het Westfaalsche
blaaskwartet 10.20 „Radioboio, der
Funkdfibel," blijspel.
Prof. J. de Louter besluit een artikel in
het „U. D." over het Nederlandsch-Belgisch
verdrag als volgt:
Nederland zet door dit verdrag een nieu
wen stap op internationaal terrein, waarvan
het zich doorgaans met reden angstvallig
onthoudt, maar uitsluitend op den weg van
vreedzame betrekkingen, waardoor het nie
mand aanstoot 'geeft en nergens wantrouwen
wekt, doch veeleer met een door gemeen
schappelijke belangen en gevaren verwant
nabuür nieuwe en hechte banden van vriend
schap aanknoopt. Het verdrag moge het va
derland geldelijke offers kosten, natuurlijke
voorrechten schijnbaar lichtvaardig prijsge
ven, lastige verplichtingen opleggen en niet
elke mogelijkheid van toekomsiig meenings-
verschillig en wrijving uitsluiten deze na-
deelen wegen niet op tegen het overgroot
belang eener onmisbare en onafwijsbare wel
gezindheid van een omniddellijken en eer-
zuchtigen buurman, met wien het vele klei
nere en sommige groote nog ongeregelde be
langen gemeen heeft, welke gemeen overleg
vereischen; nog minder tegen de verheffing
en versterking van Nederlands internationaal
aanzien, waarin het zich sedert den vrede
van Versailles bijna onafgebroken mocht
verheugen.
Het zou een nationale ramp zijn, indien
eene heterogene meerderheid er in mocht
slagen, eene gewichtige en duur verworven
tractaat te verwerpen, daardoor den onver
droten arbeid onzer uitnemendste en in
vloedrijkste staatslieden te doen mislukken
en Nederland aan nieuwe verwikkelingen
bloot te stellen. Een waarschuwing daartegen
wordt in een evenredig besef van Neder
lands waarachfig belang en in eene diepe
bekommering over de hachelijke toekomst
van gansch Europa. Moge eenzelfde bewust
zijn van verantwoordelijkheid elk lid onzer
Staten-Generaal bezielen!
HET INVOERVERBOD VAN VERSCH
VLEES CH IN ENGELAND.
Gemeld wordt, dat de Britsche minister
van landbouw in het Lagerhuis zeide, niet
te gelcoven dat de Nederlandsche inspec
teurs betwistten dat de ziekte afkomstig
bleek te zijn van karkassen te Carluke. Van
Nederlandsche zijde werd beweerd, dat het
Belgische, geen Nederlandsche karkassen
waren, hetgeen de minister niet betwijfelde.
De verantwoordelijkheid voor het inspec-
teeren van het ingevoerde vleesch berust bij
den inspecteur, maar het viel (aldus de mi
nister) niet moeilijk te begrijpen dat inspec
teurs zonder veterinaire ervaring sporen van
mond- en klauwzeer over het hoofd konden
aien.
44
Zeg hem, dat...."
„Het is nu tijd," zei d» gevangenbewaar
der, die Manila naar de cel van de veroor
deelde geleid had, op strengen toon. „Er
zijn al vijf minuten na den bepaalden tijd
verloopen. Ik verzoek u, heen te gaan.'
„Hebt gij nog een wensch?" vroeg Marilla
bevend, en vol medelijden.
Toen trad Clara Eek even vooruit.
„Ja," antwoordde ze, „de fijne kanten
zakdoek, die gij in de hand draagt, is door
iiwc tranen bevochtigd. Er is dus nog een
edele vrouw op de wereld, die tranen van
nedelijden kan storten om eene ongelukkige
moordenares. Geef mij dien zakdoek als een
«andenken."
Marilla gehoorzaamde werktuigelijk.
Ze Zag, dat de oogen van Clara Eek met
eene bijna teedere uitdrukking op haar ge
richt waren.
„God zij u genadig," zei Marilla.
„Vaarwel, en leef gelukkig," antwoordde
Clara Eek.
Met ongeduld had de directeur der gevan
genis op den terugkeer van Marilla 'gewacht.
Haar gelaat getuigde van rust en tevre
denheid. Hij kon er niet op lezen, dat zij
iets ontzettends had doorleaJM-
Maar toch was er iets, dat hem van het
stellen van vragen afhield.
Met een zekeren eerbied gaf hij haar alle
bewaarde voorwerpen terug, en toen deed
hij haar uitgeleide, zonder dat beiden nog
een woord spraken.
W'eer werd het eenzaam in de kamer van
den directeur. Alleen de regelmatige stap
pen der wachters drongen tot boven door.
Nog denzelfden avond werden twee
nieuwstijdingen bekend, die overal het groot
ste opzien verwekten.
Hendrik Hegemeister werd ingevolge zijn
verzoek eervol uit zijn ambt ontslagen, ter
wijl hem de kans in 't verschiet' werd ge
steld eene andere staatsbetrekking tc er
langen.
En Clara Eek werd door den Vorst van
het land begenadigd.
De doodstraf werd in levenslange gevan
genisstraf veranderd, in aanmerking geno
men de bijzondere omstandigheden die de
daad wel is waar niet minder afschuwelijk
maakten, maar toch deden veronderstellen,
dat zij zich op het oogenblik der misdaad in
een toestand van mindere toerekenbaarheid
bevond, en bovendien in aanmerking geno
men, dat zij moeder was.
Hegemeister ontving die beide berichten
door de bemiddeling van den burgemeester
en van een van zijne wethouders.
Zij waren nu ten opzichte van den scherp
rechter geheel anders gestemd, en zij hoop
ten, dat een nu zoo beroemd geworden per
soon als Hendrik Hegemeister voor hun
dorp bewaard zou blijven.
De storm was bedaard, en men was ver
zoeningsgezind.
Maar de -tevierde man had a!le«n een
bitteren glimlach over voor de voorkomend
heid van hen, die hem die beide gelukkige
tijdingen brachten.
Zij kwamen ie laat!
Met ijskoude beleefdheid ontving Hendrik
Hegemeister de beide heeren.
En toen zij heengingen, waren beiden het
er over eens dat een huiveringwekkend ambt
als dat van scherprechter, altijd sporen ach
terliet bij dengene, die dat ambt had be
kleed.
Maar Hendrik Hegemeister hield eene af
rekening met zichzelven.
Morgen zou hij vóór Marilla staan!
En dan zou hij moeten boeten voor de
misdaad, die hij aan haar had begaan.
Maar als hij dat'gedaan had zou hij ten
minste yrij zijn van leugen, en van dat twee
de leven, dat hij op valschen grondslag had
willen opbouwen, en dat nu recht had op
waarheid.
Verschillende kleinigheden, die hem per
soonlijk toebehoorden en eenige souvenirs
van zijn vader, verzamelde hij, en pakte die
bijeen.
En toen dacht hij opeens aan het kerk
boek van Clara Eek.
Hij huiverde.
Maar men bad haar immers gratie ver
leend van de doodstraf!
Men zou haar dat nu zeker wel reeds heb
ben medegedeeld.
Arme Clara Eek!
De herinnering aan hare gebogen gestalte,
aan baar vroeger zoo schoon maar nu door
leed verwrongen gelaat, zweefde hem
steeds voor oogen.
Het was alsof ze hem riep.
Altijd had hij haar verstooten,
Eenigen tiid stond hij besluiteloos daar.
Toen nam hij zijn hoed en mantel, en ver
liet zijne woning.
Vóórdat hij voor altijd deze streek ver
liet, wilde hij eene poging doen, Clara Eek
nog een laatst waarwei toe te roepen.
Het was, alsof eene geheimzinnige macht
hem daartoe aandreef.
Hij wist zelf niet, dat hij met snelle schre
den ging, dat de zomeravond zwoel was, en
het zweet hem van het voorhoofd drup
pelde.
Hij zag alleen in de verte de daken van
de huizen van de stad Mühlheiffl boven den
nevel uit, en den blauwen rook, die uit de
schoorsteenen omhoog ,steeg.
Het oude gebouw der gevangenis hief drei
gend zijne hooge, donkere muren 'omhoog.
Het maakte op Hendrik Hegemeister den
indruk van een kouden, vochtigen grafkel
der.
Langzaam ging hij achter den portier de
trappen op, die naar de kamer van den di
recteur geleidden.
De oude heer zat aan zijne schrijftafel.
Zijn gelaat was ernstig.
„Wenscht u Clara Eek te spreken?" vroeg
hij ernstig. ,,U komt te laat. Toen wij hare
cel binnengingen, om haar de tijding te bren
gen, dat de doodstraf in levenslange gevan
genisstraf was veranderd, vonden wij haar
in den doodslaap. Ze ademde niet meer,
maar de uitdrukking van haar gelaat was
vredig. Hij, die Rechter is over leven en
dood, had haar uit dit aardsche leven weg
genomen. Ze is verlaten gestorven en nie
mand was bij haar dood tegenwoordig."
Een lang stilzwijgen volgde.
Hegemeister staarde naar den grond.
„Een kleine fijne battisten zakdoek met
wit kantwerk hield ze im de hand. Het was
gewikkeld om een klein kruisbeeld. Hier is
het."
De directeur reikte hem den zakdoek toe
Hegemeister boog zich er over heen, en
beschouwde het fiine^ weefsel lang .en met
bijzondere aandacht.
„Wij weten niet, hoe dit zakdoekje in
haar bezit is gekomen," zei de directeur.
Hegemeister had in een der hoeken van
den zakdoek twee fijn geborduurde ineen-
geslingerde letters bemerkt. M. S.
Opeens hief bij het hoofd op, en zei met
eene stem, die als uit de verte kwam:
„Deze zakdoek is het eigendom van mijn
vrouw!"
De directeur staarde hem verbaasd aan.
„Wat zegt gij daar?"
„Ja zeker. Ik bedrieg mij niet. Ik ken de
zen zakdoek. Hij behoorde tot de uitzet van
mijn vrouw."
Beide mannen zagen elkaar aan. Niemand
waagde het, de stilte te onderbreken.
Marilla was dus bij Clara Eek geweest.
En ze had met haar gesproken. Dat onbe
grijpelijke wist Hegemeister met zekerheid.
Marilla had dus niet uit zijn mond de be
kentenis vernomen van hetgeen hij haar had
verzwegen.
En hoe zou zij dat hebben aangehoord?
Welken indruk zou dat op haar hebben
gemaakt? Zou ze hem veroordeelen, hem
haten?
Hegemeister reisde den geheelen nacht
door. In Ncurenburg vroeg hij tevergeefs
naar Marilla, evenals in Mühlheim.
Dwaas die hij was!
Zij moest immers naar hare moeder zijn
teruggekeerd!
Tegen het aanbreken van den dag hield
een rijtuig stil voor de deur van de kleine
woning, die hij met zooveel zorg tot een
aangenaam verblijf voor Marilla had inge
richt.
Vóórdat hij Marilla zou gaan opzoeken,
om zijn vonnis uit haar mond te vernemen,
wilde hij nog eens voor de laatste maal zijn
oogen door dat verlaten nest laten gaan.
Hij stak den sleutel in de deur, en open
de die. Er heerschte in de woning eehe
doodelijke stilte. Dc bloemen waren ver
welkt, want niemand had ze begoten. Het
geluid van zijn schreden werd door het
zachte tapijt gedempt.
Daar was de plaats, waar Marilla had
zitten lezen! Een opengeslagen boek lag nog
op haar stoel. Hegemeister drukte beide
handen tegen zijn voorhoofd, en lang bleef
hij daar staan, in gepeins verzonken.
Opeens gevoelde hij eene hand op zijn
schouder. Hij ontwaakte als uit een droom.
„Marilla! Gij hier!" fluisterde hij.
Nog in reisgewaad gekleed, bleek en ver
moeid, stond ze daar voor hem.
„Ge hebt mij toch hier terug willen vin
den? Dat heb ik niet vergeten," fluister
de ze.
Hij kon het bijna niet gelooven.
Zwijgend zagen beiden elkaar eenige
oogenblikken aan.
„Ik heb ook het kind van Clara Eek me
degebracht," zei Marilla, alsof dat vanzelf
sprak.
Die woorden maakten op hem een indruk,
die moeilijk zou zijn te beschrijven.
Hij vatte hare hand, en viel vóór haar op
de knieën.
Hij wist, dat nog een niauw leven van on
gestoord geluk voor hen» was weggelegd.
EINDE.