- NIEUWE Tweede Blad HAARL. COURANT Vrijdag 2 Juli 1926 STATEN-GENERAAL. TWEEDE KAMER. Verdrag Nederland Duitschland. LUCHTVERKEER. Rondvlucht over Nederland. Vliegtuig tegen duif. UIT ONZE OOST. De aardschokken op Sumatra duren voort. KUNST EN KENNIS. Keuring van Chauffeurs. Nederland op de tentoonstelling te Bazel. MARKTNIEUWS. SPORT EN WEDSTRIJDEN. Vergadering van Donderdag 1 Juli a.m. 1 uur. Aan de orde is het wetsontwerp Goed keuring van het verdrag tot aanvulling van handel en scheepvaart van 31 December 1851 met daarbij 'behoorend protocol, en van het Neerlandsch-Duitsche douane- en credietverdrag met bijlage en daarbij be hoorend protocol, beide op 26 November 1925 te Berlijn tusschen Nederland en Duitschland gesloten. De algemeene beschouwingen worden geopend. De heer KORTENHORST R.K. consta teert, dat het vrijwel onmogelijk is iets aan het verdrag te veranderen. Toch is het ge- wenscht het tractaat nader te beschou wen, vooral na de slechte pers, die het over al heeft gehad. Het gaat allereerst om de beginselen, waarvan de regeering is uitge gaan bij de onderhandelingen. In de Me morie var. Antwoord is groote terughou dendheid betracht en de regeering beant woordt vele vragen uit het Voorloopig Ver slag met opzet niet. Over vaagheid -ran de toezeggingen van Duitschland zegt de mi nister alleen, dat dit op een misverstand Wrusf. Waarom zijn b.v. de belastingen niet ter sprake gebracht? De onderhande lingen over de steenkolen worden niet na der toegelicht, omdat het der regeering niet gewenscht voorkomt daarover te spreken. In algemeene beschouwingen over de handelspolitiek wil de regeering ook al niet treden. Wanneer wil zij dat toch eens doen? Want spr. is al dikwijls afgescheept met de medeedeeling, dat het tijdstip niet geschikt is. Omtrent het gebruik dat van het crediet wordt gemaakt, zwijgt de re geering om het bankgeheim niet te schen den. Gebrek aan wederkeerigheid is de re geering verweten. maar de regeering poeiert die opmerking al weer af. De op zegtermijn voor Duitschland bijv. is anders dan die voor Nederland, maar een argu menteering daarvan is niet gezien. Ten aan zien van de grensstations is ook een zon derlinge bepaling getroffen, waarbij Duitsch land vrijheid behoudt. In al deze punten ziet men het air de mystère dat de regeering aanneemt. Wat de Regeering van de Kamer vraagt is een onbeperkt en blind vertrouwen in haar beleid. Bij spr. is dit vertrouwen niet aanwezig, omdat op geen enkel punt vol ledige mededeeling is gedaan. Een verdrag te accepteeren alleen op grond hiervan dat de Regcering dit in 's lands belang acht, ligt niet in spr's voornemen. De geschiedenis van dit verdrag heeft verschillende fasen. Het oude verdrag liep af en Nederland achtte het 'gewenscht dit te herzien na den nieuwen toestand die ont staan was door het Verdrag van Versailles, Duitschland had de gunst van meestbegun- stiging feeds eerder toegestaan en het is te begrijpen dat Nederland trachtte wederzijd- sche meestbegunstiging te verkrijgen. In dit stadium is de commissie voor een handels verdrag wel gehoord, toen n.l. het verdrag nog één geheel was. Lates is deze commis sie noch de Nijverheidsraad gehoord. In Januari 1925 liep het gerucht, dat Duitschland van plan was de invoerrechten zeer te verhoogen. Dit gaf eenige beroering in vele kringen. In dit stadium stond onze Regeering op het standpunt om invoerrech ten niet tot een onderwerp van onderhan delingen te moeten maken. Het hooren van belanghebbenden geschiedde dus alleen om eenige' geruststelling te geven. Nederland wilde dc verklaring zien te krijgen, die Hon garije had verkregen n.l. dat niet door een vér doorgevoerde specificatie het nut van de meestbegunstiging zou verloren gaan. De Regeering leed liever een klein échec dan richting te volgen, die den schijn zou heb ben wijziging te brengen in onze handels politiek. Zij deed afstand van concessies door de algemeene politiek te redden. Toen Duitschland oprees, trachtte de Re geering nog weer het doel te kunnen be reiken door de oude politiek der meestbe gunstiging te volgen. Op 1 October zouden de nieuwe Duitsche tarieven in werking treden en nog was er niets tot stand ge bracht. Duitschland eischte toen, dat de cre- dietkwestie tegelijkertijd zou worden be handeld en de haast die toen noodig was, maakte het onmogelijk nadere adviezen te vragen. Duitschland had de zaak slepende gehouden om ons te overvallen met den cisch, dat het crcdiet zou worden toege staan. Was onze onderhandelingscommis sie gelimiteerd in haar daden? Onze cre- dietverleening was ons ruil-object, maar daarvoor is niet binnengehaald wat noodig was ten aanzien van de artikelen, die alleen uit ons land naar Duitschland worden uit gevoerd. De Regeering vindt haar eigen succes eigenlijk een beetje gênant. Spr. verwijt de onderhandelaars voor onze zaak niets, want bet was hun onmogelijk gemaakt te be reiken wat zij wilden, omdat de Regeering hen had vastgelegd. De oppositie tegen de gebruikmaking van het crediet zou voor spr. begrijpelijk zijn geweest, maar de geestver wanten en verdedigers van den Minister doen dit niet. De Minister zegt dit eigenlijk ook niet te begrijpen. Het crediet heeft klaarblijkelijk bij de onderhandelingen een ondergeschikte rol gespeeld. De groote politiek der meest begunstiging is hoog gehouden en zij, die daarvan voorstander zijn, moeten wel juichen, maar dat men als gevolg daarvan échec heeft geleden, wil men niet inzien. Spr.'s kritiek richt zich tegen het begin sel dat de Regeering heeft gevolgd. Het beginsel moet zijn volkomen reciprociteit. Heeft de Regeering de Duitsche politiek volkomen doorzien? Duitschland wil wel concessies doen, mits het meer terug krijgt dan het zonder handelstractaat zou kunnen bereiken. De tegenwoordige Duitsche han delspolitiek is van tijdelijken aard en tel kens zal Duitschland gelegenheid hebben om haar tarieven om te werken. In 1928 zal op nieuw onderhandeld moeten worden en Duitschland zal wel zorgen dat zijn tarie ven zóó zijn, dat Nederland moet accep teeren. Het lijkt er wel op, dat Duitschland zal trachten zóóver te gaan als maar mogelijk is. Het zal alles in het werk stellen om Ne derland tot het uiterste te voeren en van Nederland gedaan te krijgen wat er maar te halen valt. Teneinde den landbouw in Duitschland tot het uiterste te prikkelen en tot het allerhoogste op te voeren wordt ge tracht den invoer uit het buitenland zoo veel mogelijk tegen te gaan. Duitschland wil op landbouwgebied onafhankelijk wor den. Blijkens de uitvoercijfers heeft Neder land reeds harde slagen ontvangen. In de maanden JanuariMei 1925 bedroeg onze uitvoer 184 millioen gulden en in dezelfde maanden 1926 126 millioen. Het invoersal- do van Duitschland was in 1925 4 milliard rijksmark, terwijl reeds in de eerste maan den in 1926 er een uitvoersaldo was. Had Nederland nu geen druk op Duitschland kun nen uitoefenen. Spr. wijst op het Duitsch- Spaansche contract, dat door Duitschland werd afgewezen, omdat het te gunstig was voor Spanje. Later is een contract afgeslo ten op grond van meestbegunstiging. Het land dat als een kooper van het andere land van belang is, staat bij onderhandelin gen met dat land sterker. Nederland is in dat opzicht tegenover Duitschland steeds sterker geworden, want het staat als no. 2 in de lijst van degenen, die uit Duitsch land importeeren. Het is dan ook geen won der dat Duitschland er op stond te bepa len, dat bijv. ten aanzien van de steenko len uit Duitschland geen toestand moest ontstaan die minder was dan de bestaande. De export-goederen uit Nederland, de monopolie-artikelen zijn voor Duitschland juist van heel veel belang en door die artikelen kan Nederland bij onderhandelin gen sterk staan. Door het stelsel der reciprociteit af te wijzen, heeft de Neder- landsche Regeering deze macht, die zij had, laten varen, om haar binnenlandsche politiek van vrijhandel te handhaven. Ne derland had als ruilobject alleen het krediet en het stond daardoor vrijwel machteloos. Nederland stond op het standpunt van den onbaatzuchtigen handelaar, den doctrinai- ren diplomaat en kwam daardoor er zeer slecht af. De concessies, die Nederland heeft ver kregen, zijn van zeer geringe beteekenis, meent spr. Alleen dc reductie op sommige invoerrechten heeft het karakter van een concessie van de zijde van Duitschland. Zes millioen 180,000 gulden zou daarop vermin derd zijn. Inmiddels zijn dc cijfers van 1926 reeds gedaald, zoodat dit bedrag min der is, maar bovendien gaat daaraf de vermindering van het percentage van het crediet. Al moge iets zijn gewonnen, dan is an derzijds zeer veel verloren voor onze in dustrie in het algemeen. Spr. kan zich niet tot geestdrift opwerken om mee te wer- «en tot verlenging van het crediet. Gaarne hoorde hij eens wat de minister van Arbeid daarvan zeide. Mede namens vele van zijn medestanders wacht hij diens antwoord af alvorens ie bepalen of hij zijn stem aan deze verlenging zou geven. De heer KNOTTENBELT V. B. heeft zeer vele vragen te doen en verzocht den minister bereid te zijn eventueele stukken ter inzage van de leden te stellen als hij niet bereid zou zijn in het openbaar te antwoorden. Spr. betreurt het dat de Rijks dag het verdrag reeds heeft goedgekeurd zoodat verandering niet meer mogelijk is. Voorts betreurt hij het dat de onderhande laren niet voor hun taak ten volle bere kend waren. Zoo wijst hij er op dat ver schillende artikelen niet ter sprake zijn ge bracht o.a. cacao en melasse, waarover Duitschland juist graag had gesproken, om dat het een monopolie in eigen land wilde voorkomen. Aan den éénen kant acht de Regeering een zekere omschrijving niet noodig, en aan den anderen kant wordt een omschrijving gegeven die niet afdoende is. Zoo waarborgt niets een zeker Neder- landsch contingent als „invoer-verboden" wordt uitgevaardigd. Men moet niet alleen zien naar de voor- deelen voor land- en tuinbouw alleen, men moet alle voordeelen te samen bezien. De nijverheids-, de steenkolen en de spoorweg- belangen wil spr. speciaal bezien. De nijver heid klaagt dat voor haar zoo weinig is bereikt. Spr. begrijpt niet waarom wij geen vrijen uitvoer van steenkolen hebben ver kregen terwijl wij wel vrijen uitvoer toe stonden en zelfs beloofden den toestand nimmer ongunstiger te zullen maken dan die is. Hier had Nederland toch een sterk wa pen in de hand bij de onderhandelingen. Hetzelfde geldt voor de invoer-tarieven voor de kolen; Dtiitschiand handicapt daar mede onzen kolen-export door lagere ta rieven voor eigen kolen-transport te stellen. De voorkeur-tarieven óp de Duitsche spoorwegen zijn niet dan in een vage be lofte van Duitschland opgenomen. Wij zijn er niet mee geholpen tot alle voorkeur tarieven worden afgeschaft, wij zijn pas geholpen als wij alleen een voorkeur-tarief krijgen. Tenslotte wijst spr. op de kwestie der schadevergoeding van de zijde van Duitsch land voor de getorpedeerde schepen. De Regeering meent dat die kwestie niet aan het contract moet worden vastgebonden. Indertijd, bij de verleening van het crediet, is reeds betreurd dat deze kw°stie toen niet was behandeld. Nu zijn wij zes jaar verder en is weer de gelegenheid niet be nut om dit punt eens te behandelen. Op die wijze komen wij niet verder. Juist bij dergelijke gelegenheden moet een punt als dit vooropgesteld worden. Spr. is voorne mens een motie in te dienen, waarin de Re geering wordt uitgenoodigd te trachten de onderhandelingen te heropenen. Eerst wacht hij echter het antwoord der Regeering af. De heer VAN DER SLUIS S.-D. zal vóór dit wetsontwerp stemmen, omdat verwer ping een zeer ernstige benadeeling voor land- en tuinbouw zou zijn. Hij acht het ontwerp niet in alle opzichten fraai, maar liever had hij één vogel in de hand dan tien in de lucht, als nieuwe onderhandelingen zouden worden geopend. Men is boos op Duitschland, maar gaat Nederland wel vrijuit? Op 1 Juli '25 is de Nederlartdsche Tariefwet ingevoerd, waar bij als recht het tarief van 5 op 8 pet. werd verhoogd. Op 1 Oct. '25 is het Duitsche tarief ingevoerd. Die Nederlandsche ver hooging was een misstap, en spr. beweert dat er verband is tusschen het Nederland sche en het Duitsche stelsel en dat dit laatste eenigermate is uitgelokt door het onze. Spr. licht dat toe met citaten uit de toelichting der Duitsche herziening, waar uit blijkt, dat het streven in andere landen om tot verhooging te komen één der aan leidingen voor de Duitsche regeering was om ook haar tarief te verhoogen. De actie van mannen als van den heer Kottenhorst acht hij gevaarlijk voor land en tunbouw. Ook de handelwijze van den heer Weitkamp keurt hij af, toen deze re presaille-maatregelen vroeg tegenover het invoerverbod van vleesch in Engeland. Ge lukkig is de regeering daarop niet ingegaan en hij hoopt, dat de regeering niet met re torsie- of represaille-maatregelen zal be ginnen om een slechte zaak tot nog slechter zaak te maken. De heer OUD V.-D. betreurt het dat het demissionaire kabinet deze zaak niet heeft afgedaan. Er was haast bij om althans de zaak te bespreken vóór dat Duitschland dit verdrag goedkeurde. Ook betreurt spr. het, dat de Regeering niet eens precies zegt hoe de onderhandelingen zijn gegaan, wat de moeilijkheden waren en wat bereikt is. Met den heer Kortenhorst is spr. het niet eens, dat onze tarieven een strijdmiddel moeten zijn. Naar spr.'s oordeel zijn van Nederlandsche zijde de onderhandelingen niet op gelukige wijze gevoerd, omdat men niet heeft weten te woekeren met de macht die men had o.a. in de al of nïet- verlenging van het crediet. Spr. keurt het af dat de consul-generaal niet actief aan de onderhandelingen heeft deelgenomen. Het is eigenlijk al een ver keerde toestand dat Buitenlandsche Zaken zoo'n zaak afdoet. Het is een handelszaak en door dit departement wordt de omhaal noodeloos groot. Dit departement is veel chiquer dan eenig ander departement en men laat zelfs niet toe dat rechtstreeks met een consul-generaal wordt onderhandeld. Er moet in ieder geval meer verband komen tusschen de diverse afdeelingen. Nederland krijgt nu de onvoorwaarde lijke meestbegunstiging. Dat klinkt mooi, maar veel beteekent dit niet, want die had den we bij het Artactaat van 1851 al. De verlaging van invoerrechten van land en tuinbouw beteekent stellig iets, maar niet zooveel als de heer v. d. Sluis meende. Voor vele artikelen is de verlaging niet zoo belangrijk. De kolenkwestie en de voor keurtarieven op de Duitsche spoorwegen heeten concessie van Duitsche zijde, maar precies weet niemand hoe de zaken staan. In elk geval ziet spr. de belangrijkheid dezer concessie niet. De heer OUD, voortgaande, zegt er niet voor te zijn, dat in comité-generaal mede- deelingen worden gedaan. Dc zaak moet in het openbaar worden behandeld. De concessies van Nederland zijn belang rijk. De verlaging van de rente is een tast bare opoffering onzerzijds; de verlenging van het tarief is voor Duitschland van be lang. Ten aanzien van het concurrentic-gevaar praat de Memorie van Antwoord in en uit. Hoe dat zit, weten we nog niet. De alge meene handelspolitiek zal spr. thans niet behandelen. Spr. staat op het standpunt van den vrijhandel en gevoelt niets voor 'n tarieven-oorlog, omdat hij daarvan nooit eenig nut heeft gezien. Het gaat er mee als met de bewapening: als men daarmee begint, gaat het crescendo. Spr. acht den tarieven-oorlog gevaarlijk en wijst dien af. Het ontwerp uit een oogpunt van een al gemeen belang beoordeelcnd, vóór en tegen van aanneming en verwerping wikkend en wegend, komt spr. tot de conclusie, dat hij nog niet in staat, is zijn stem definitief te bepalen. Hij wacht de verdediging van den Minister af. De heer VAN RAPPARD (V.B.) acht de concessies van de zijde van Duitschland waardeloos, met name ten -aanzien van den uitvoer vah paarden. Duitschland had toch tot meer concessies moeten overgaan, als dat verdrag niet was aanvaard. Duren de onderhandelingen over de paarden nog voort? Waarom zoo toegevend geweest je- igens Duitschland, dat in het begin van den oorlog zoovele paarden van ons kocht te gen papier dat nu waardeloos is? Met Rus land wilde men niet onderhandelen, omdat het zijn vóór-oorlogsche verplichtingen niet nakomt. Duitschland doet niets beters, Spr hoopt dat betere en waardevoller conces sies alsnog worden verkregen. De heer v. VOORST TOT VOORST (R.K.) betoogt ook, dat door den invoer van paar den onze positie veel slechter is dan die in België. Spr. zet uiteen, dat willekeurige behandeling van Duitschland niet kan wor den achterhaald met arbitrage. Ook doet Duitschland geen afstand van specialisatie. Sommige tarieven zijn vastgelegd o.a. voor de land- en tuinbouwproducten, maar daar mede is het gevaar van invoerverboden niet goedgemaakt. De concessies, die reeds genoemd zijn, acht spr. niet gewichtig. Die over het voor keur-tarief voor kolenvervoer zweeft z. i. in de lucht. Spr. vertrouwt gaarne op de mededee- lingen van de Regeering maar hij hoopt, dat de bepalingen nauwkeurig zullen worden nageleefd. Hij betreurt het, dat de Kamer het verdrag niet in vollen omvang kent. Op het oogenblik verzetten de agrariërs in Duitschland zich al tegen dit verdrag, zoo dat hij het wel moet accepteeren om on zen land- en tuinbouw niet té schaden. De heer VAN GIJN (V.B.) betoogt, dat de beer Kortenhorst de consumenten heele- maal vergeet, die de dupe worden van de vecht-tarieven. Nederland heeft zich bang laten maken door de hooge tarieven, die Duitschland aanvankelijk stelde en het is juist gewenscht, dat wij geen vrees toonen, aangezien wij goederen hebben te leveren, die Duitschland niet kan missen Men kon afwachten, tot Duitschland zelf inzag niet te veel te moeten vragen en men kon gaan rnderhandelen. Beide systemen kunnen tot het doel leiden en als wij niet waren gaan onderhandelen, waren we wellicht beter af geweest na een korten tijd van groote scha de. Het credietverleenen is onzerzijds een «ffer, omdat Duitschland nergens op die wijze geld kan krijgen, een wijze die van een niet solieden bankier is. Verlaging van het rentetype acht hij ongemotiveerd, om dat het percentage niet te hoog was en te gen het lagere percentage nog geen geld is te verkrijgen. Spr. meent, dat we met deze onderhande lingen een verkeerden weg zijn opgegaan en hij heeft weinig lust zijn stem aan dit onderwerp te geven. Voorloopig wacht hij hét antwoord der Regcering af. De heer VLIEGEN (S.D.) vraagt, of het onmogelijk is, dat door allerlei trucs de meestbegunstiging wordt ongedaan ge maakt. Dat is voor spr. de kern van de handelspolitiek. Principieel acht hij het verdrag ongunstig practisch wil hij het aanvaarden. Het ver drag is van beperkten duur in verband met het crediet. Spr. vraagt of in de contrac ten van de groente-koopers een bepaling is opgenomen, voor het geval de lagere ta rieven niet gehandhaafd worden. Het contract is voor spr. een les om dezen weg niet verder op te gaan; het is het beste bewijs tegen de theorieën van den heer Kortenhorst. Ten aanzien van talloos vele artikelen wordt geklaagd dat zij zijn achtergesteld, Als niemand een voordeeltje had gekregen, had ook niemand uit afgunst geklaagd. Het systeem deugt dus niet en spr. hoopt dat het nimmer meer gevolgd zal worden. De adressen van de Kamers van Koop handel te Amsterdam en te Rotterdam heb ben spr. verbaasd. Deze Kamers betreuren het, dat te weinig is bereikt, maar daarover loopt het toch niet nu het voor ons geheele land geldt. Fout is het te wenschen dat op grond van de spoorwegtarieven het verdrag maar moet worden verworpen, want men kan den binnenlandschen toestand niet be- heerschen door het sluiten van een ver drag. De kwestie van een active of passieve handelsbalans heeft voor de welvaart van een land niets te beteekenen, hetgeen ook wel blijkt uit de statistieken van de diverse landen. Ten slotte zegt spr. het te betreuren dat nog maar steeds tal van artikelen hier wor den ingevoerd die hier evengoed zijn te maken. Het particuliere kapitaal schijnt daarvoor niets te voelen en dat is jammer. De heer v. d. BILT (R. K.) betoogt dat de tariefsverlaging voor land- en tuinbouw zóó belangrijk is, dat zonder deze er een ramp gebeurd zou zijn in die industrieën. Duitsch land kan heusch wel zonder onze produc ten, als het moet. Spr. begrijpt niet hoeve- len zich tegen dit verdrag kunnen verkla ren, De vergadering wordt verdaagd tot Vrij dag elf uur. 2400 K.M. in één dag afgelegd. Men meldt aan het Haagsche Aneta- kantoor: Gisteren is de luitenant-vlieger Eiker bout van het Marinevliegkamp De Koov begonn ennlet een rondvlucht over Neder land te maken, om aldus te trachten per dag een zoo groot mogelijk traject af te leggen. Hiervoor maakte hij gebruik van een onzer nieuwste en snelste militaire vlieg tuigen, de Fokker C 5 met Lorraine Dietrich motor 450 P. K. 30 Juni vertrok luit. Eikerbout en als Tweede piloot Veenstra om 's morgens kwart vóór vier van het vliegkamp De Kooy en keerde er zes uur later weer terug om een nieuwen voorraad benzine in te nemen. Even later vertrok hij weer en des avonds werd het vliegkamp De Kooy weer bereikt, In het geheel werd enafgelegd 2400 K.M. in 15 uur. De bedoeling van deze rondvlucht was de volgende: In marinekringen had men het plan opgevat, de nieuwe door de marine aangeschafte Dornier Wall-vliegbooten het volgende jaar van Nederland naar Indië over te vliegen. Door sommigen werd bier- tegen bezwaar gemaakt als zouden onze vliegers niet in staat zijn in één dag de grootste étappe op dien tocht van 1800 K.M. af te leggen. De schitterende prestatie van den vlieger Eikerhout heeft hiermede echter het tegen deel bewezen door op één dag zelfs 2400 kilometer af te leggen. Een merkwaardige wedstrijd over 50 mijl is te New-York gehouden tusschen een vast te stellen wie de grootste snelheid ontwikkelt. Hoewel de duiven in meer rechte lijn hebben gevlogen, kwam het vliegtuig drie minuten eerder aan. De verwoesting te Fadang-Pandjang. De inspecteur te Padang van de Poste rijen, Telefonie en Telegrafie seint, dat het post- en telegraafkantoor, a ePadang-Pand- jang e engroote puinhoop is. De kantoor chef, Mattern, is gewond, terwijl omtrent het verdere personeel nog niets gemeld wordt. Het telefoonkantoor is opgesteld in de muziektent van de Militaire Sociëteit. Het treinverkeer met Padang-Pandjang zal denkelijk binnen vijf dagen hersteld zijn. De schokken duren voort. Het is on mogelijk te Solok te komen. De mail van Padank, bestemd om met het s.s. „Prins der Nederlanden" ver zonden Te worden (4 Juli uit Medan ver trekkende) is tijdig afgezonden. Padang-Pandjang is een puinhoop, welke alle beschrijving tart. Nog steeds een paniekstemming. Aan het Legerbestuur wordt uit Padang- Pandjang geseind, dat het hospitaal en de kampementen vrijwel intact zijn gebleven, De woningen van dc officieren en onder officieren zijn bewoonbaar. De eerste luite nant der infanterie A. J. Donk is licht ge wond. De onder-officier Kist ernstig. Volgens een telegram van de Posterijen Telegrafie en Telefonie is men nog niet begonnen met het opruimen van het puin van het postkantoor. De koelies moeten eerst de dooden bergen. Een detachement genie, onder bevel van .den kapitein A. Treffers, is naar de Westkust vertrokken om noodlogies in orde te maken, waartoe de Lombok-barakken van het vliegveld Soeka Miskin zijn meegenomen. Een aantal gewonden wordt te Padang-Pandjang be handeld. Er zijn 30 licht en 20 ernstig ge wond. De zwaar gewonden worden naar Padang gezonden." Het hospitaal te Fort de Koek wordt vrijgemaakt voor gewonden van Bapitoeh, welk gebied nog niet is af gezocht. De doctoren veronderstellen, dat er meer dooden dan zwaar gewonden, zijn wijl de snelheid van de instorting der huizen der mate was, dat redding van de binnens huis vertoevenden "vrijwel onmogelijk was. Er zijn 51 dooden onder de puinhoopen vandaan gehaald. Vermoed wordt, dat nog velen daaronder liggen. De schokken duren voort. De militairen verrichten schitterend werk. Voortdurend zijn zij bezig met het opruimen. Geklaagd wordt, dat de bevol king geen hand uitsteekt. Nog steeds heerscht er een paniekstem- firing. Verschrikkelijke tooneelen speelden zich aE in de Chineesche en Inlandsche wijken bij de instorting van de stad. Het donderend geraas duurde enkele seconden. De geheele handelswijk is verdwenen. Te Soengei Boeloe is alles van steen verwoest. Er zijn daar 17 dooden en 8 ge wonden. Kota Baroe heeft weinig geleden, ook Pasar Rebo is er goed afgekomen. Verderop in de richting van Padang-Pand jang ligt alles in puin. Te Penjalangin zijn 10 dooden en 8 gewonden. Te Paninjawan zijn 42 dooden en vele gewonden. "V an an dere afdeelingen is nog geen bericht. De assistent-resident van Padang-Pand jang heeft met de grootste moeilijkheden te kampen, doch doet mooi werk. Padang Pandjang is een puinhoop, welke alle be schrijving tart. In Solok 33 dooden en drie zwaar gewonden Uit Padang wordt nog noor Aneta ge meld: In de afdeeling 'Solok zijn tot dus ver 33 dooden en drie zwaargewonden. De passarloodsen zijn nagenoeg alle vernield. „De Sumatrabode" opende een inschrij ving tot steünverleening aan de geteisterde gebieden. Hulpverleening wordt ten zeerste noodig geacht. Het Ophirgebied en de Loe- boeksikaping zijn niet geteisterd. Wat het Moearalaboesche betreft, daarover zijn tot dusver nog geen berichten ontvangen. Tc stellen eischen. Veiligheid op den weg. Als mededeeling van de Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der genees kunst publiceert het N. T. v. G. in een bij blad het rapport der commissie, inzake keu ring en psycho-technisch onderzoek ven chauffeurs. Het ontworpen onderzoek is een product van mentale analyse, dat langs ex- perimenteelen weg nader moet worden on derzocht. Het volgende ikeuringsrcglement wordt dan in het rapport opgesteld: Art. 1. De candidaat moet den leeftijd van 19 jaar hebben bereikt. Art 2. Hij moet aan de navolgende eischen vol- (Soen: a. afwezigheid van elke lichamelijke of geestelijke ziekte of afwijking, die kan lei den tot een plotselinge ongeschiktheid voor het besturen van een automobiel; b. voldoende functie der vier ledematen; c. een, gezichtsscherpte van minstens H op elk oog zonder aanwending van glazen, een voldoend stereoscopisch zien voor het schat ten van afstanden, normaal blik- en gezichts veld, voldoend 'kleuronderscheidingsvermo- gen, afwezigheid van nachtblindheid; d. norhiale functie van hart, longen, nieren en zenuwstelsel; e. een gehoorscherpte van minstens 5 M. fluisterstem op een oor en minstens K M. op het andere. Art. 3. De candidaat moet een verklaring afleggen en met zijn handteekening bekrachtigen, dat hij bij de ondervraging van den keurenden geneeskundige geen enkele ziekte of afwij king zoover hem bekend, verzwegen heeft. 9 Art. 4. Het onderzoek geschiedt aan de hand eer.er „handleiding", waarin de ziekten, af wijkingen en gebreken, die tot afkeuring lei den, nader zijn omschreven en de methoden van onderzoek zijn aangegeven. In de handleiding voor de toepassing van dit reglement wordt de keuring verdeeld in anamnese, algemeen lichamelijk en neurolo gisch onderzoek, oog- en ooronderzoek, psy- cho-techniscK onderzoek. Van eiken chauffeur wordt een keurings- boek aangelegd. Bij het opnemen van de anamnese wordt in het bijzonder o.a. na vraag gedaan naar de mate van alcoholge bruik en, het vorig beroep in de maat schappij. Een aanvullend rapport is opgesteld door de huisartsen- en specialisten-commissie der Ned. Mij. tot bevordering der geneeskunst. Degenen, die op den openbaren weg een auto besturen, worden verdeeld in twee groepen. A. Chauffeurs ten dienste van het publiek voor personen-vervoer (taxi's, omnibussen enz.), met inbegrip van chauffeurs van vrachtwagens. B. Andere chauffeurs (particuliere autobe stuurders of personeel, in dienst van par ticulieren). Volgens een gedeelte der leden zouden dc eischen, waaraan de onderzochten voor goedkeuring moeten voldoen, als volgt kun nen worden geformuleerd: Voor groep A zouden de volgende keu ringsvoorschriften kunnen gelden; Art. 1. De candidaat moet den leeftijd van 18 jaar bereikt hebben. Een enkele meende, dat hiervoor beter 21 jaar te stellen ware. Art, 2. Hij moet aan de volgende eischen voldoen: a. Een voorgeschiedenis, waaruit geen on geschiktheid voor chauffeur kennelijk blijkt en met%iame de mogelijkheid van plotseling opkomende storingen die momenteel onge schikt maken, niet naar voren komt. b. Voldoende lichamelijke geschiktheid in den gewonen zin des woords. c. Voldoende geschiktheid met betrekking tot het gezichtsvermogen en het gehoor. d. Voldoende geschiktheid op grond van psycho-technisch proeven. Voor groep B. Art. 1. De candidaat moet den leeftijd van 18 jaar bereikt hebben. Art. 2. Hij moet aan de volgende eischen voldoen: a. afwezigheid van geestelijke ziekte of afwijkingen, die ongeschikt maken tot het besturen van motorrijtuigen. b. voldoende functie der vier ledematen hebben. c. een gezichtsscherpte na correctie met glazen van minstens V» op het beste oog, Yk op het andere. Bedraagt de visus op het beste oog M of meer, dan mag het andere minder dan Yk zijn, tot 1/6 toe, met of zon der glazen. d. de gehoorscherpte van 34M. fluisterstem op een en 1 M. op het andere oor. Uit Bazel wordt gemeld, dat onder de kleine Staten Nederland no. 1 en de door de „Vereeniging voor Tentoonstellingsbelan- gen" te 's-Gravenhage gegroepeerde inzen ding in de hallen der B'azeler Munstermes'sc een zeer goed figuur maakt. In het bijzonder trekt de kaart, die de drooglegging der Zui derzee in beeld brengt, de aandacht der buitenlandsche ingenieurs en technici. Het publiek krijgt er door de havepmaquettes van Amsterdam en Rotterdam en inzendingen van Vlissingen en Dordrecht, alsmede van een twintigtal particuliere firma's een goe den indruk van Nederland als oeverstaat en als Rijn- en zeevarende mogendheid. Mondelinge toelichting wordt gegeven door den secretaris der „Vereeniging voor Tentoonstellingsbelangen", den heer Snoek, voorts door een vertegenwoordiger der ha veninrichtingen van Amsterdam en van den Handel. Aan allen, die in de ontwikkeling der bin nenscheepvaart en der moderne electrotech- niek belang stellen, kan een bezoek warm worden aanbevolen. HOOGKARSPEL, 1 Juli. Aardappelen. Schotsche 3.103.15. Ninityfold 3.55 3.70. Kleine aardappelen 1.701.80. MEDEMBLIK, 30 Juni 1926. Ansjovis. Aanvoer 4879 K.G. Hoogste 172 K.G., laag ste 30 K.G. Prijs 3943 ct, per K.G. Vaar tuigen 75. MEDEMBLIK, 1 Juli 1926. R. K. Markt- vereeniging „St. Jozef." Aardappelen. Gr. muizen 3.103.35 per halve H.L. Kleine Muizen 1.651.95. Groote witte 3.50 3.80 per halve ILL. Aanvoer 6000 manden of zakken. UITHOORN 1 Juli. Op dc kaasmarkt waren aangevoerd '155 partijen. Prijs Goud- sche kaas R. M. 45—48; de soort 40 44; zwaardere 5052; zonder Rijksmerk 3846. Handel vlug. VOLENDAM, 1 Juli. Visscherij. De aal vangst is even beter; de botters losten ge middeld 50 pond kwakaal, prijs 5055 ct. per pond. Garnalenvangst één lit per bot ter, prijs 4 per bot. Hoekbot 35 ct. per pond, vangst 150200 pond per schuit. PURMEREND. Noteering van de „Afslag- slagvereeniging Beemster, Purmerend en omstreken van Woensdag 30 Juni 1926. Aardappelen 1.511.85 per 25 K.G. KI. aardappelen 1.011.38 per 25 K.G. Blau we Schokken 2.71—3.03 per 15 K.G. Blauwe Eigenheimers 2.95 per 25 K.G. Slaboonen 7884 ct. per K.G. 4176 zak Tuinboonen 1.051.21 per 15 K.G. Peu len 10.5017 per 50 K.G. Doperwten 11.5013 per 50 K.G. Rooda Aalbessen 0.36—0.52 per K.G. Zwarte Bessen 37 ct. per K.G. Klapbessen 21.5028.50 per 100 K.G. Kersen 3640 ct. per K.G. Aardbeziën 4160 ct. per K.G. Bloemkool 4.1020.10 per 100 stuks. Postelein 1.201.40 per 10 K.G. Sla 0.30—2.20 per 100 krop. An dijvie 3.60 per 100 struik. Rabarber 8.10 15 per 100 bos. Wortelen 9.6020.10 per 100 bos. PURMEREND. Noteering van de .,Af- slagvereeniging Beemster, Purmerend en omstreken,, van Donderdag 1 Juli. Aard appelen 1.471.75 per 25 K.G. KI. aard appelen 0.991.44 per 25 K.G. 634 zak Blauw Schok 2.39 per 15 K.G. Blauwe eigenheimers 2.60 per 25 K.G. Snijboonen 77 ct. per K.G. 3722 zak Tuinboonen ƒ1.23 —1,34 per 15 K.G. gemiddeld 1,29. Peu len 10"14.50 per 50 K.G. Doperwten 7 12 per 50 K.G. Roode Aalbessen 30—49 ct. per K.G. Klapbessen 16.50—31.50 per 100 K.G. Kruisbessen 8.70—9.70 per 100 K.G. Aardbeziën 3754 ct. per K.G. Kom kommers 2.90 per 100 stuks. Bloemkool 9.40 per 100 stuks. Postelein 1.20 per 10 K.G. Sla 0.70—2.20 per 100 krop. Wor telen 6.2013.90 per 100 bos. AMSTERDAM, 1 Juli. Aardappelen. (Be richt v./d. ïr.ak. Jac. Knoop) IJpolder blau we eigenheimer.; f7.'7C8.40, idem mui zen f 4.905.25, Westl. muizen f 5.60 5.95, idem kleine muizen f 5.255,26 per Hl.; zomer Malta f2324, per 100 Kg.; Andijker blauwen f77.70, idem muizen f 5 255 60, idem kleine muizen f 4 20 4 90, Langedijker muizen f 5 605 75, Rijper muizen f 4 905 60 per Hl .AMSTERDAM, 1 Juli (Noteering v /h Veilinggebouw De Jong Koene) Kersen extra f 0 400 52, idem I f 0 280 36,d i rood f0 140 18 druiven blauw fl 15 1 36, id wit f 0 700 90, bessen f 0 38 0.48, aardbeien extra f 0.54—0.64 id. I# f 0.400.50 per Kg. aardbeien f 0.15—0.19 per pot; perziken ex ra f 0.150.26, idem I f0.080.16, pruimen f 0.060.16 per St.; snijboonen f 0.700.84, spercieboonen f 0.320.36, peulen f 12—0.16, tomaten f 0.400.56 per Kg.: tuinboonen f 8.80 9.60, spinaize f 1216, postelein f 1317, augurken f 2226 per 100 Kg. peen f 14 20, rabarber f 6llm, dunne prei f24, selderie f 313, peterselie f 2.505 per 100 bos; bloemkool extra f 1724,idem I f 6.50—7.80, idem II f 4—5.50 per 100 st.; sla f 23.60, andijvie f 2.609.20 kleine f 5.50-3.10 per 100 Kg. Bloemen. Hadley f 56, Pernet f 35, Columbia f 35.50, Ophelia, f 35, Gol den Ophelia f 35.50, Verschure f 35. Sunburst f 34, Keizerin f 24, Violieren f711, Am. Anjers f79, Lathyrus f 0.40 —0.80, Delfinium f 1—1.10, Callas f 16 22, Dahlia's f 24 per 100 stuks.Lelies f 10 lies f 1016 per 100 kelk; Buiten Lelies f811 per 100 tak: Snijgroen f24 per 100 rank. Potplanten. Hortensia's groot f 0.801, klein f 0.20—0.50, Colus f 0,25—0.36, Tra- descantia f 0.20—0.25, Paul Grampal 0.24 0.28, Rubin f 0.25—0.31. Spirea's f 0.10 0.25, Adrianthums f 0.10—0.23, Plumo- sa f 0.060.09, Varens f 0.040.05 per stuk. ENKHUIZEN, 30 Juni. Zaden en peul vruchten. Bruine boonen f 14 k 19 per Hl., Bruin mosterdzaad f 36 per 70 kg. Maanzaad f 3035, karwijzaad f 12 a 13.50, beide per 50 kg. DELFT, 1 Juli. Boter. Aanvoer 207/8 en 12/16, tezamen 4260 kg. Prijs f 1.70 a 2.05 p. kg. Handel traag. 1 GELDERMALSEN, 30 Jum. Fruit. (Vei- 2ing Geldermalsen.) Aardbeien le soort 14 1 ct., id. 2e soort 513 ct. per pond. Ker sen (rijp) 2551 ct. per kg. id. (rood) 1124 ct. per kg. GOUDA, 1 Juli. Kaas. Ter markt waren 381 partijen. Prijzen le soort f 4548, 2e soort f 3844, rijksmerk le soort f 4853, 2e soort f 40—47, zware f 53. Handel flauw. HALFWEG, 30 Jum. Eierenveiling. Aan voer 8800 kippen-, f 5.506, 500 eenden- f 3.90—4.80. HOORN, 1 Juli Kaas. Aangevoerd 18 stapels fabriekskaas f 40, 35 st. boerenkaas f 41, 1 st. fabriekscommissie f 40, 5 st. boe- rencommissie f 42, totaal 59 stapels, wegende 43.575 kg. Handel vlug. WIJK BIJ DUURSTEDE, 30 Juni. Fruit Meikersen 3239 ct., idem rood 15 22 ct., idem zwart 3041 ct., roode bessen 1926 ct.. frambozen 3240 ct. per kg. SCHAGEN. 1 Juli. Eieren. (Veiling.) Aanvoer 35639 kipeieren, bruine 55.70, wit 4.605.40 per 100 st. ongewogen, bruin (30—33 kg) 5.80, wit (25—28 kg) 4.50—4.90 (28—30 kg) 4.90—5.30, (30— 33 kg) 5.305.60) Aanvoer 6955 eendeieren 3.703.90 per 100 stuks ongewogen. TIEL, 1 Juli. Fruit. (Veiling Ons Belang.) Aardbeien 2438 c., meikersen 1628 c., rood 912 c., roode bessen 22 c., alles per k8- (Veiling Tielsche Veilingsvereeniging.) Meikersen 2234 c., rood 916 c., zwarte bessen 5880 c., roode id. 1828 c., kruis bessen 18 c., zwarte kersen 3440 c., kaas 84 c., alles per kg. (Veiling Tiel en Omstreken.) Mei kersen 2734 c., rood 1823 c., zwarte kersen 3239 c., roode bessen 2844 c., zwarte id. 7284 c., frambozen 4452 c., alles per kg. UITHOORN, 1 Juli. Kaas. Aangevoerd 155 partijen. Prijs Goudsche met R. M. f 4543, 2e soort f 4044, zwaardere f 38 46, zonder R. M. Handel vlug. BARNEVELD, 1 Juli. Pluimvee. Tamme eenden f 11.75, jonge hanen f 0.501.80, hanen f 11.75, jonge hennen f 1.252.90, oude kippen f 12.25, tamme duiven f 0.28 0.32, tamme konijnen f 12, alles per stuk. Handel nogal vlug. BOVENKARSPEL (Station), 1 Juli. Aard appelen. Koks f 3.503.70, Schotse f 3.05— 3.20, Kleine f 2.40—2.25, Ronder f 4.55— 4.50, Blauwe f 4.454.60 per baal. Aange voerd 22.100 balen. Bloemkool, le f 323.80, 2e f 3.20—10.60, 3e f 0.90—2 p. 100 st- Aan gevoerd 21.230 st. GELDERMALSEN, 1 Juli. Fruit. (Vei- lingsvèreeniging Geldermalsen en Omstreken Men besteedde voor Meikersen extra 70 ct., idem rijp 2635 ct., idem rood 10%16 ct., zwarte kersen 2935 ct., zwarte bessen 78 83 ct., alles per kg. Aardbeien 15%—21 ct., frambozen 3538 ct., roode bessen 1417ct. alles per pond. CULEMBORG, 1 Juli. Fruit. (Veiling Culemborg en Omstreken.) Kersen le soort 30—40 ct., 2e s. 17%—22 ct., 3e s. 13 ct., aardbeien le s. 3036 ct., 2e s. 17%28 ct., roode bessen 27 ct., alles per kg. ELST (Bet.), 1 Juli. Fruit' (Speciale veiling V.V.O.B.) Aardbeien 1ste soort 33—47, 2de soort 1320 c., meikersen 2531 c.. rood 1017 c., frambozen 3343 c., blonde kruisbessen 1213 c., groene kruisbessen 4%6 c., roode bessen 2731 c., zwarte bessen 8286 c., oranje kersen 2728 c., zwarte kersen 4146 c. per kg. ENKHUIZEN, 1 Juli. Aardappelen. Schotsche muizen 3.103.25, kleine 1.9C L05, Ninityfold 3.45—3.50, kleine 60— 65 ct., alles per baal (100 pd.). R.K. DAM- EN SCHAAKCLUB D. O. S, TE ZAANDAM. Dezer dagen heeft de prijsuitreiking plaats gehad van de onderlinge damwedstrijden van bovengenoemde club. Er is gespeeld geworden in drie groepen. De prijzen wel ke beschikbaar waren zijn uitgereikt met een korte toespraak. Groep 1: le prijs zilv, medaille A. Kalk man; 2e prijs, verz. bronzen medaille D. Scholten. Groep 2: le prijs zilv. medaille J. Gou weleeuw; 2c prijs verz. bronzen medaille J. Willemse. Groep 3: le prijs e*n zilv. medaille, C. v. Santc. Tevens is beschikbaar gesteld een groote verguld zilveren medaille als wisselprijs voor den kampioen, welke el kjaar ver speeld moet worden 'en na 3 maal achter een of 5 maal in 't geheel gewonnen word als eigendom aan de winnaar komt. Dit jaar heeft de heer A. Kalkman hem weten te veroveren en werd hem de medaille met een hartelijk woord overhandigd. Hierna gaf de kampioen een simultaan seance dafimen, waaraan door 19 personen werd deelgenomen. De uitslag van dezen simultaan was, in tijd van 2 uur, veertig minuten, gewonnen door A. Kalkman 13 partijen, remise 1 tegen C. van Santé en verloren 5 tegen A. Koedooder, A de Mooy J. Willemse, A. Overmeer en W. v. d. Ven. Daar er zich tevens weer eenigen opga ven om lid te worden was dezen avond een waar succes voor D, O. S,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1926 | | pagina 5