-
NIEUWE
Tweede Blad
HAARL. COURANT
Vrijdag 2 Juli
1926
STATEN-GENERAAL.
TWEEDE KAMER.
Verdrag Nederland
Duitschland.
LUCHTVERKEER.
Rondvlucht over Nederland.
Vliegtuig tegen duif.
UIT ONZE OOST.
De aardschokken op Sumatra
duren voort.
KUNST EN KENNIS.
Keuring van Chauffeurs.
Nederland op de tentoonstelling
te Bazel.
MARKTNIEUWS.
SPORT EN WEDSTRIJDEN.
Vergadering van Donderdag 1 Juli
a.m. 1 uur.
Aan de orde is het wetsontwerp Goed
keuring van het verdrag tot aanvulling van
handel en scheepvaart van 31 December
1851 met daarbij 'behoorend protocol, en
van het Neerlandsch-Duitsche douane- en
credietverdrag met bijlage en daarbij be
hoorend protocol, beide op 26 November
1925 te Berlijn tusschen Nederland en
Duitschland gesloten.
De algemeene beschouwingen worden
geopend.
De heer KORTENHORST R.K. consta
teert, dat het vrijwel onmogelijk is iets aan
het verdrag te veranderen. Toch is het ge-
wenscht het tractaat nader te beschou
wen, vooral na de slechte pers, die het over
al heeft gehad. Het gaat allereerst om de
beginselen, waarvan de regeering is uitge
gaan bij de onderhandelingen. In de Me
morie var. Antwoord is groote terughou
dendheid betracht en de regeering beant
woordt vele vragen uit het Voorloopig Ver
slag met opzet niet. Over vaagheid -ran de
toezeggingen van Duitschland zegt de mi
nister alleen, dat dit op een misverstand
Wrusf. Waarom zijn b.v. de belastingen
niet ter sprake gebracht? De onderhande
lingen over de steenkolen worden niet na
der toegelicht, omdat het der regeering niet
gewenscht voorkomt daarover te spreken.
In algemeene beschouwingen over de
handelspolitiek wil de regeering ook al niet
treden. Wanneer wil zij dat toch eens
doen? Want spr. is al dikwijls afgescheept
met de medeedeeling, dat het tijdstip niet
geschikt is. Omtrent het gebruik dat van
het crediet wordt gemaakt, zwijgt de re
geering om het bankgeheim niet te schen
den. Gebrek aan wederkeerigheid is de re
geering verweten. maar de regeering
poeiert die opmerking al weer af. De op
zegtermijn voor Duitschland bijv. is anders
dan die voor Nederland, maar een argu
menteering daarvan is niet gezien. Ten aan
zien van de grensstations is ook een zon
derlinge bepaling getroffen, waarbij Duitsch
land vrijheid behoudt.
In al deze punten ziet men het air de
mystère dat de regeering aanneemt.
Wat de Regeering van de Kamer vraagt
is een onbeperkt en blind vertrouwen in
haar beleid. Bij spr. is dit vertrouwen niet
aanwezig, omdat op geen enkel punt vol
ledige mededeeling is gedaan. Een verdrag
te accepteeren alleen op grond hiervan dat
de Regcering dit in 's lands belang acht,
ligt niet in spr's voornemen.
De geschiedenis van dit verdrag heeft
verschillende fasen. Het oude verdrag liep
af en Nederland achtte het 'gewenscht dit
te herzien na den nieuwen toestand die ont
staan was door het Verdrag van Versailles,
Duitschland had de gunst van meestbegun-
stiging feeds eerder toegestaan en het is te
begrijpen dat Nederland trachtte wederzijd-
sche meestbegunstiging te verkrijgen. In dit
stadium is de commissie voor een handels
verdrag wel gehoord, toen n.l. het verdrag
nog één geheel was. Lates is deze commis
sie noch de Nijverheidsraad gehoord.
In Januari 1925 liep het gerucht, dat
Duitschland van plan was de invoerrechten
zeer te verhoogen. Dit gaf eenige beroering
in vele kringen. In dit stadium stond onze
Regeering op het standpunt om invoerrech
ten niet tot een onderwerp van onderhan
delingen te moeten maken. Het hooren van
belanghebbenden geschiedde dus alleen om
eenige' geruststelling te geven. Nederland
wilde dc verklaring zien te krijgen, die Hon
garije had verkregen n.l. dat niet door een
vér doorgevoerde specificatie het nut van
de meestbegunstiging zou verloren gaan. De
Regeering leed liever een klein échec dan
richting te volgen, die den schijn zou heb
ben wijziging te brengen in onze handels
politiek. Zij deed afstand van concessies
door de algemeene politiek te redden.
Toen Duitschland oprees, trachtte de Re
geering nog weer het doel te kunnen be
reiken door de oude politiek der meestbe
gunstiging te volgen. Op 1 October zouden
de nieuwe Duitsche tarieven in werking
treden en nog was er niets tot stand ge
bracht. Duitschland eischte toen, dat de cre-
dietkwestie tegelijkertijd zou worden be
handeld en de haast die toen noodig was,
maakte het onmogelijk nadere adviezen te
vragen. Duitschland had de zaak slepende
gehouden om ons te overvallen met den
cisch, dat het crcdiet zou worden toege
staan. Was onze onderhandelingscommis
sie gelimiteerd in haar daden? Onze cre-
dietverleening was ons ruil-object, maar
daarvoor is niet binnengehaald wat noodig
was ten aanzien van de artikelen, die alleen
uit ons land naar Duitschland worden uit
gevoerd.
De Regeering vindt haar eigen succes
eigenlijk een beetje gênant. Spr. verwijt de
onderhandelaars voor onze zaak niets, want
bet was hun onmogelijk gemaakt te be
reiken wat zij wilden, omdat de Regeering
hen had vastgelegd. De oppositie tegen de
gebruikmaking van het crediet zou voor spr.
begrijpelijk zijn geweest, maar de geestver
wanten en verdedigers van den Minister
doen dit niet. De Minister zegt dit eigenlijk
ook niet te begrijpen. Het crediet heeft
klaarblijkelijk bij de onderhandelingen een
ondergeschikte rol gespeeld. De groote
politiek der meest begunstiging is hoog
gehouden en zij, die daarvan voorstander
zijn, moeten wel juichen, maar dat men als
gevolg daarvan échec heeft geleden, wil
men niet inzien.
Spr.'s kritiek richt zich tegen het begin
sel dat de Regeering heeft gevolgd. Het
beginsel moet zijn volkomen reciprociteit.
Heeft de Regeering de Duitsche politiek
volkomen doorzien? Duitschland wil wel
concessies doen, mits het meer terug krijgt
dan het zonder handelstractaat zou kunnen
bereiken. De tegenwoordige Duitsche han
delspolitiek is van tijdelijken aard en tel
kens zal Duitschland gelegenheid hebben om
haar tarieven om te werken. In 1928 zal op
nieuw onderhandeld moeten worden en
Duitschland zal wel zorgen dat zijn tarie
ven zóó zijn, dat Nederland moet accep
teeren.
Het lijkt er wel op, dat Duitschland zal
trachten zóóver te gaan als maar mogelijk
is. Het zal alles in het werk stellen om Ne
derland tot het uiterste te voeren en van
Nederland gedaan te krijgen wat er maar
te halen valt. Teneinde den landbouw in
Duitschland tot het uiterste te prikkelen en
tot het allerhoogste op te voeren wordt ge
tracht den invoer uit het buitenland zoo
veel mogelijk tegen te gaan. Duitschland
wil op landbouwgebied onafhankelijk wor
den. Blijkens de uitvoercijfers heeft Neder
land reeds harde slagen ontvangen. In de
maanden JanuariMei 1925 bedroeg onze
uitvoer 184 millioen gulden en in dezelfde
maanden 1926 126 millioen. Het invoersal-
do van Duitschland was in 1925 4 milliard
rijksmark, terwijl reeds in de eerste maan
den in 1926 er een uitvoersaldo was. Had
Nederland nu geen druk op Duitschland kun
nen uitoefenen. Spr. wijst op het Duitsch-
Spaansche contract, dat door Duitschland
werd afgewezen, omdat het te gunstig was
voor Spanje. Later is een contract afgeslo
ten op grond van meestbegunstiging. Het
land dat als een kooper van het andere
land van belang is, staat bij onderhandelin
gen met dat land sterker. Nederland is in
dat opzicht tegenover Duitschland steeds
sterker geworden, want het staat als no.
2 in de lijst van degenen, die uit Duitsch
land importeeren. Het is dan ook geen won
der dat Duitschland er op stond te bepa
len, dat bijv. ten aanzien van de steenko
len uit Duitschland geen toestand moest
ontstaan die minder was dan de bestaande.
De export-goederen uit Nederland, de
monopolie-artikelen zijn voor Duitschland
juist van heel veel belang en door die
artikelen kan Nederland bij onderhandelin
gen sterk staan. Door het stelsel der
reciprociteit af te wijzen, heeft de Neder-
landsche Regeering deze macht, die zij had,
laten varen, om haar binnenlandsche
politiek van vrijhandel te handhaven. Ne
derland had als ruilobject alleen het krediet
en het stond daardoor vrijwel machteloos.
Nederland stond op het standpunt van den
onbaatzuchtigen handelaar, den doctrinai-
ren diplomaat en kwam daardoor er zeer
slecht af.
De concessies, die Nederland heeft ver
kregen, zijn van zeer geringe beteekenis,
meent spr. Alleen dc reductie op sommige
invoerrechten heeft het karakter van een
concessie van de zijde van Duitschland. Zes
millioen 180,000 gulden zou daarop vermin
derd zijn. Inmiddels zijn dc cijfers van
1926 reeds gedaald, zoodat dit bedrag min
der is, maar bovendien gaat daaraf de
vermindering van het percentage van het
crediet.
Al moge iets zijn gewonnen, dan is an
derzijds zeer veel verloren voor onze in
dustrie in het algemeen. Spr. kan zich niet
tot geestdrift opwerken om mee te wer-
«en tot verlenging van het crediet. Gaarne
hoorde hij eens wat de minister van Arbeid
daarvan zeide. Mede namens vele van zijn
medestanders wacht hij diens antwoord af
alvorens ie bepalen of hij zijn stem aan
deze verlenging zou geven.
De heer KNOTTENBELT V. B. heeft
zeer vele vragen te doen en verzocht den
minister bereid te zijn eventueele stukken
ter inzage van de leden te stellen als hij
niet bereid zou zijn in het openbaar te
antwoorden. Spr. betreurt het dat de Rijks
dag het verdrag reeds heeft goedgekeurd
zoodat verandering niet meer mogelijk is.
Voorts betreurt hij het dat de onderhande
laren niet voor hun taak ten volle bere
kend waren. Zoo wijst hij er op dat ver
schillende artikelen niet ter sprake zijn ge
bracht o.a. cacao en melasse, waarover
Duitschland juist graag had gesproken, om
dat het een monopolie in eigen land wilde
voorkomen. Aan den éénen kant acht de
Regeering een zekere omschrijving niet
noodig, en aan den anderen kant wordt
een omschrijving gegeven die niet afdoende
is. Zoo waarborgt niets een zeker Neder-
landsch contingent als „invoer-verboden"
wordt uitgevaardigd.
Men moet niet alleen zien naar de voor-
deelen voor land- en tuinbouw alleen, men
moet alle voordeelen te samen bezien. De
nijverheids-, de steenkolen en de spoorweg-
belangen wil spr. speciaal bezien. De nijver
heid klaagt dat voor haar zoo weinig is
bereikt. Spr. begrijpt niet waarom wij geen
vrijen uitvoer van steenkolen hebben ver
kregen terwijl wij wel vrijen uitvoer toe
stonden en zelfs beloofden den toestand
nimmer ongunstiger te zullen maken dan die
is. Hier had Nederland toch een sterk wa
pen in de hand bij de onderhandelingen.
Hetzelfde geldt voor de invoer-tarieven
voor de kolen; Dtiitschiand handicapt daar
mede onzen kolen-export door lagere ta
rieven voor eigen kolen-transport te stellen.
De voorkeur-tarieven óp de Duitsche
spoorwegen zijn niet dan in een vage be
lofte van Duitschland opgenomen. Wij zijn
er niet mee geholpen tot alle voorkeur
tarieven worden afgeschaft, wij zijn pas
geholpen als wij alleen een voorkeur-tarief
krijgen.
Tenslotte wijst spr. op de kwestie der
schadevergoeding van de zijde van Duitsch
land voor de getorpedeerde schepen. De
Regeering meent dat die kwestie niet aan
het contract moet worden vastgebonden.
Indertijd, bij de verleening van het crediet,
is reeds betreurd dat deze kw°stie toen
niet was behandeld. Nu zijn wij zes jaar
verder en is weer de gelegenheid niet be
nut om dit punt eens te behandelen. Op
die wijze komen wij niet verder. Juist bij
dergelijke gelegenheden moet een punt als
dit vooropgesteld worden. Spr. is voorne
mens een motie in te dienen, waarin de Re
geering wordt uitgenoodigd te trachten de
onderhandelingen te heropenen. Eerst wacht
hij echter het antwoord der Regeering af.
De heer VAN DER SLUIS S.-D. zal vóór
dit wetsontwerp stemmen, omdat verwer
ping een zeer ernstige benadeeling voor
land- en tuinbouw zou zijn. Hij acht het
ontwerp niet in alle opzichten fraai, maar
liever had hij één vogel in de hand dan tien
in de lucht, als nieuwe onderhandelingen
zouden worden geopend.
Men is boos op Duitschland, maar gaat
Nederland wel vrijuit? Op 1 Juli '25 is de
Nederlartdsche Tariefwet ingevoerd, waar
bij als recht het tarief van 5 op 8 pet. werd
verhoogd. Op 1 Oct. '25 is het Duitsche
tarief ingevoerd. Die Nederlandsche ver
hooging was een misstap, en spr. beweert
dat er verband is tusschen het Nederland
sche en het Duitsche stelsel en dat dit
laatste eenigermate is uitgelokt door het
onze. Spr. licht dat toe met citaten uit
de toelichting der Duitsche herziening, waar
uit blijkt, dat het streven in andere landen
om tot verhooging te komen één der aan
leidingen voor de Duitsche regeering was
om ook haar tarief te verhoogen.
De actie van mannen als van den heer
Kottenhorst acht hij gevaarlijk voor land
en tunbouw. Ook de handelwijze van den
heer Weitkamp keurt hij af, toen deze re
presaille-maatregelen vroeg tegenover het
invoerverbod van vleesch in Engeland. Ge
lukkig is de regeering daarop niet ingegaan
en hij hoopt, dat de regeering niet met re
torsie- of represaille-maatregelen zal be
ginnen om een slechte zaak tot nog slechter
zaak te maken.
De heer OUD V.-D. betreurt het dat het
demissionaire kabinet deze zaak niet heeft
afgedaan. Er was haast bij om althans de
zaak te bespreken vóór dat Duitschland dit
verdrag goedkeurde. Ook betreurt spr. het,
dat de Regeering niet eens precies zegt hoe
de onderhandelingen zijn gegaan, wat de
moeilijkheden waren en wat bereikt is.
Met den heer Kortenhorst is spr. het niet
eens, dat onze tarieven een strijdmiddel
moeten zijn. Naar spr.'s oordeel zijn van
Nederlandsche zijde de onderhandelingen
niet op gelukige wijze gevoerd, omdat men
niet heeft weten te woekeren met de
macht die men had o.a. in de al of nïet-
verlenging van het crediet.
Spr. keurt het af dat de consul-generaal
niet actief aan de onderhandelingen heeft
deelgenomen. Het is eigenlijk al een ver
keerde toestand dat Buitenlandsche Zaken
zoo'n zaak afdoet. Het is een handelszaak
en door dit departement wordt de omhaal
noodeloos groot. Dit departement is veel
chiquer dan eenig ander departement en
men laat zelfs niet toe dat rechtstreeks met
een consul-generaal wordt onderhandeld. Er
moet in ieder geval meer verband komen
tusschen de diverse afdeelingen.
Nederland krijgt nu de onvoorwaarde
lijke meestbegunstiging. Dat klinkt mooi,
maar veel beteekent dit niet, want die had
den we bij het Artactaat van 1851 al.
De verlaging van invoerrechten van land
en tuinbouw beteekent stellig iets, maar
niet zooveel als de heer v. d. Sluis meende.
Voor vele artikelen is de verlaging niet zoo
belangrijk. De kolenkwestie en de voor
keurtarieven op de Duitsche spoorwegen
heeten concessie van Duitsche zijde, maar
precies weet niemand hoe de zaken staan.
In elk geval ziet spr. de belangrijkheid
dezer concessie niet.
De heer OUD, voortgaande, zegt er niet
voor te zijn, dat in comité-generaal mede-
deelingen worden gedaan. Dc zaak moet in
het openbaar worden behandeld.
De concessies van Nederland zijn belang
rijk. De verlaging van de rente is een tast
bare opoffering onzerzijds; de verlenging
van het tarief is voor Duitschland van be
lang.
Ten aanzien van het concurrentic-gevaar
praat de Memorie van Antwoord in en uit.
Hoe dat zit, weten we nog niet. De alge
meene handelspolitiek zal spr. thans niet
behandelen. Spr. staat op het standpunt
van den vrijhandel en gevoelt niets voor 'n
tarieven-oorlog, omdat hij daarvan nooit
eenig nut heeft gezien. Het gaat er mee
als met de bewapening: als men daarmee
begint, gaat het crescendo. Spr. acht den
tarieven-oorlog gevaarlijk en wijst dien af.
Het ontwerp uit een oogpunt van een al
gemeen belang beoordeelcnd, vóór en tegen
van aanneming en verwerping wikkend en
wegend, komt spr. tot de conclusie, dat hij
nog niet in staat, is zijn stem definitief te
bepalen. Hij wacht de verdediging van den
Minister af.
De heer VAN RAPPARD (V.B.) acht de
concessies van de zijde van Duitschland
waardeloos, met name ten -aanzien van
den uitvoer vah paarden. Duitschland had
toch tot meer concessies moeten overgaan,
als dat verdrag niet was aanvaard. Duren
de onderhandelingen over de paarden nog
voort? Waarom zoo toegevend geweest je-
igens Duitschland, dat in het begin van den
oorlog zoovele paarden van ons kocht te
gen papier dat nu waardeloos is? Met Rus
land wilde men niet onderhandelen, omdat
het zijn vóór-oorlogsche verplichtingen niet
nakomt. Duitschland doet niets beters, Spr
hoopt dat betere en waardevoller conces
sies alsnog worden verkregen.
De heer v. VOORST TOT VOORST (R.K.)
betoogt ook, dat door den invoer van paar
den onze positie veel slechter is dan die in
België. Spr. zet uiteen, dat willekeurige
behandeling van Duitschland niet kan wor
den achterhaald met arbitrage. Ook doet
Duitschland geen afstand van specialisatie.
Sommige tarieven zijn vastgelegd o.a. voor
de land- en tuinbouwproducten, maar daar
mede is het gevaar van invoerverboden niet
goedgemaakt.
De concessies, die reeds genoemd zijn,
acht spr. niet gewichtig. Die over het voor
keur-tarief voor kolenvervoer zweeft z. i.
in de lucht.
Spr. vertrouwt gaarne op de mededee-
lingen van de Regeering maar hij hoopt, dat
de bepalingen nauwkeurig zullen worden
nageleefd. Hij betreurt het, dat de Kamer
het verdrag niet in vollen omvang kent.
Op het oogenblik verzetten de agrariërs in
Duitschland zich al tegen dit verdrag, zoo
dat hij het wel moet accepteeren om on
zen land- en tuinbouw niet té schaden.
De heer VAN GIJN (V.B.) betoogt, dat
de beer Kortenhorst de consumenten heele-
maal vergeet, die de dupe worden van de
vecht-tarieven. Nederland heeft zich bang
laten maken door de hooge tarieven, die
Duitschland aanvankelijk stelde en het is
juist gewenscht, dat wij geen vrees toonen,
aangezien wij goederen hebben te leveren,
die Duitschland niet kan missen Men kon
afwachten, tot Duitschland zelf inzag niet
te veel te moeten vragen en men kon gaan
rnderhandelen. Beide systemen kunnen tot
het doel leiden en als wij niet waren gaan
onderhandelen, waren we wellicht beter af
geweest na een korten tijd van groote scha
de. Het credietverleenen is onzerzijds een
«ffer, omdat Duitschland nergens op die
wijze geld kan krijgen, een wijze die van
een niet solieden bankier is. Verlaging van
het rentetype acht hij ongemotiveerd, om
dat het percentage niet te hoog was en te
gen het lagere percentage nog geen geld is
te verkrijgen.
Spr. meent, dat we met deze onderhande
lingen een verkeerden weg zijn opgegaan
en hij heeft weinig lust zijn stem aan dit
onderwerp te geven. Voorloopig wacht hij
hét antwoord der Regcering af.
De heer VLIEGEN (S.D.) vraagt, of het
onmogelijk is, dat door allerlei trucs de
meestbegunstiging wordt ongedaan ge
maakt. Dat is voor spr. de kern van de
handelspolitiek.
Principieel acht hij het verdrag ongunstig
practisch wil hij het aanvaarden. Het ver
drag is van beperkten duur in verband met
het crediet. Spr. vraagt of in de contrac
ten van de groente-koopers een bepaling is
opgenomen, voor het geval de lagere ta
rieven niet gehandhaafd worden.
Het contract is voor spr. een les om dezen
weg niet verder op te gaan; het is het beste
bewijs tegen de theorieën van den heer
Kortenhorst.
Ten aanzien van talloos vele artikelen
wordt geklaagd dat zij zijn achtergesteld,
Als niemand een voordeeltje had gekregen,
had ook niemand uit afgunst geklaagd. Het
systeem deugt dus niet en spr. hoopt dat
het nimmer meer gevolgd zal worden.
De adressen van de Kamers van Koop
handel te Amsterdam en te Rotterdam heb
ben spr. verbaasd. Deze Kamers betreuren
het, dat te weinig is bereikt, maar daarover
loopt het toch niet nu het voor ons geheele
land geldt. Fout is het te wenschen dat op
grond van de spoorwegtarieven het verdrag
maar moet worden verworpen, want men
kan den binnenlandschen toestand niet be-
heerschen door het sluiten van een ver
drag.
De kwestie van een active of passieve
handelsbalans heeft voor de welvaart van
een land niets te beteekenen, hetgeen ook
wel blijkt uit de statistieken van de diverse
landen.
Ten slotte zegt spr. het te betreuren dat
nog maar steeds tal van artikelen hier wor
den ingevoerd die hier evengoed zijn te
maken. Het particuliere kapitaal schijnt
daarvoor niets te voelen en dat is jammer.
De heer v. d. BILT (R. K.) betoogt dat de
tariefsverlaging voor land- en tuinbouw zóó
belangrijk is, dat zonder deze er een ramp
gebeurd zou zijn in die industrieën. Duitsch
land kan heusch wel zonder onze produc
ten, als het moet. Spr. begrijpt niet hoeve-
len zich tegen dit verdrag kunnen verkla
ren,
De vergadering wordt verdaagd tot Vrij
dag elf uur.
2400 K.M. in één dag afgelegd.
Men meldt aan het Haagsche Aneta-
kantoor:
Gisteren is de luitenant-vlieger Eiker
bout van het Marinevliegkamp De Koov
begonn ennlet een rondvlucht over Neder
land te maken, om aldus te trachten per
dag een zoo groot mogelijk traject af te
leggen. Hiervoor maakte hij gebruik van een
onzer nieuwste en snelste militaire vlieg
tuigen, de Fokker C 5 met Lorraine Dietrich
motor 450 P. K.
30 Juni vertrok luit. Eikerbout en als
Tweede piloot Veenstra om 's morgens
kwart vóór vier van het vliegkamp De Kooy
en keerde er zes uur later weer terug om
een nieuwen voorraad benzine in te nemen.
Even later vertrok hij weer en des avonds
werd het vliegkamp De Kooy weer bereikt,
In het geheel werd enafgelegd 2400 K.M.
in 15 uur.
De bedoeling van deze rondvlucht was
de volgende: In marinekringen had men
het plan opgevat, de nieuwe door de marine
aangeschafte Dornier Wall-vliegbooten het
volgende jaar van Nederland naar Indië
over te vliegen. Door sommigen werd bier-
tegen bezwaar gemaakt als zouden onze
vliegers niet in staat zijn in één dag de
grootste étappe op dien tocht van 1800 K.M.
af te leggen.
De schitterende prestatie van den vlieger
Eikerhout heeft hiermede echter het tegen
deel bewezen door op één dag zelfs 2400
kilometer af te leggen.
Een merkwaardige wedstrijd over 50 mijl
is te New-York gehouden tusschen een
vast te stellen wie de grootste snelheid
ontwikkelt.
Hoewel de duiven in meer rechte lijn
hebben gevlogen, kwam het vliegtuig drie
minuten eerder aan.
De verwoesting te Fadang-Pandjang.
De inspecteur te Padang van de Poste
rijen, Telefonie en Telegrafie seint, dat het
post- en telegraafkantoor, a ePadang-Pand-
jang e engroote puinhoop is. De kantoor
chef, Mattern, is gewond, terwijl omtrent
het verdere personeel nog niets gemeld
wordt. Het telefoonkantoor is opgesteld in
de muziektent van de Militaire Sociëteit.
Het treinverkeer met Padang-Pandjang zal
denkelijk binnen vijf dagen hersteld zijn.
De schokken duren voort. Het is on
mogelijk te Solok te komen.
De mail van Padank, bestemd om
met het s.s. „Prins der Nederlanden" ver
zonden Te worden (4 Juli uit Medan ver
trekkende) is tijdig afgezonden.
Padang-Pandjang is een puinhoop, welke
alle beschrijving tart. Nog steeds
een paniekstemming.
Aan het Legerbestuur wordt uit Padang-
Pandjang geseind, dat het hospitaal en de
kampementen vrijwel intact zijn gebleven,
De woningen van dc officieren en onder
officieren zijn bewoonbaar. De eerste luite
nant der infanterie A. J. Donk is licht ge
wond. De onder-officier Kist ernstig.
Volgens een telegram van de Posterijen
Telegrafie en Telefonie is men nog niet
begonnen met het opruimen van het puin
van het postkantoor. De koelies moeten
eerst de dooden bergen. Een detachement
genie, onder bevel van .den kapitein A.
Treffers, is naar de Westkust vertrokken
om noodlogies in orde te maken, waartoe
de Lombok-barakken van het vliegveld
Soeka Miskin zijn meegenomen. Een aantal
gewonden wordt te Padang-Pandjang be
handeld. Er zijn 30 licht en 20 ernstig ge
wond. De zwaar gewonden worden naar
Padang gezonden." Het hospitaal te Fort de
Koek wordt vrijgemaakt voor gewonden
van Bapitoeh, welk gebied nog niet is af
gezocht.
De doctoren veronderstellen, dat er meer
dooden dan zwaar gewonden, zijn wijl de
snelheid van de instorting der huizen der
mate was, dat redding van de binnens
huis vertoevenden "vrijwel onmogelijk was.
Er zijn 51 dooden onder de puinhoopen
vandaan gehaald. Vermoed wordt, dat nog
velen daaronder liggen.
De schokken duren voort.
De militairen verrichten schitterend
werk. Voortdurend zijn zij bezig met het
opruimen. Geklaagd wordt, dat de bevol
king geen hand uitsteekt.
Nog steeds heerscht er een paniekstem-
firing. Verschrikkelijke tooneelen speelden
zich aE in de Chineesche en Inlandsche
wijken bij de instorting van de stad. Het
donderend geraas duurde enkele seconden.
De geheele handelswijk is verdwenen.
Te Soengei Boeloe is alles van steen
verwoest. Er zijn daar 17 dooden en 8 ge
wonden. Kota Baroe heeft weinig geleden,
ook Pasar Rebo is er goed afgekomen.
Verderop in de richting van Padang-Pand
jang ligt alles in puin. Te Penjalangin zijn
10 dooden en 8 gewonden. Te Paninjawan
zijn 42 dooden en vele gewonden. "V an an
dere afdeelingen is nog geen bericht.
De assistent-resident van Padang-Pand
jang heeft met de grootste moeilijkheden te
kampen, doch doet mooi werk. Padang
Pandjang is een puinhoop, welke alle be
schrijving tart.
In Solok 33 dooden en drie zwaar gewonden
Uit Padang wordt nog noor Aneta ge
meld: In de afdeeling 'Solok zijn tot dus
ver 33 dooden en drie zwaargewonden. De
passarloodsen zijn nagenoeg alle vernield.
„De Sumatrabode" opende een inschrij
ving tot steünverleening aan de geteisterde
gebieden. Hulpverleening wordt ten zeerste
noodig geacht. Het Ophirgebied en de Loe-
boeksikaping zijn niet geteisterd. Wat het
Moearalaboesche betreft, daarover zijn tot
dusver nog geen berichten ontvangen.
Tc stellen eischen.
Veiligheid op den weg.
Als mededeeling van de Nederlandsche
Maatschappij tot bevordering der genees
kunst publiceert het N. T. v. G. in een bij
blad het rapport der commissie, inzake keu
ring en psycho-technisch onderzoek ven
chauffeurs. Het ontworpen onderzoek is een
product van mentale analyse, dat langs ex-
perimenteelen weg nader moet worden on
derzocht. Het volgende ikeuringsrcglement
wordt dan in het rapport opgesteld:
Art. 1.
De candidaat moet den leeftijd van 19 jaar
hebben bereikt.
Art 2.
Hij moet aan de navolgende eischen vol-
(Soen:
a. afwezigheid van elke lichamelijke of
geestelijke ziekte of afwijking, die kan lei
den tot een plotselinge ongeschiktheid voor
het besturen van een automobiel;
b. voldoende functie der vier ledematen;
c. een, gezichtsscherpte van minstens H op
elk oog zonder aanwending van glazen, een
voldoend stereoscopisch zien voor het schat
ten van afstanden, normaal blik- en gezichts
veld, voldoend 'kleuronderscheidingsvermo-
gen, afwezigheid van nachtblindheid;
d. norhiale functie van hart, longen, nieren
en zenuwstelsel;
e. een gehoorscherpte van minstens 5 M.
fluisterstem op een oor en minstens K M. op
het andere.
Art. 3.
De candidaat moet een verklaring afleggen
en met zijn handteekening bekrachtigen, dat
hij bij de ondervraging van den keurenden
geneeskundige geen enkele ziekte of afwij
king zoover hem bekend, verzwegen
heeft.
9 Art. 4.
Het onderzoek geschiedt aan de hand
eer.er „handleiding", waarin de ziekten, af
wijkingen en gebreken, die tot afkeuring lei
den, nader zijn omschreven en de methoden
van onderzoek zijn aangegeven.
In de handleiding voor de toepassing van
dit reglement wordt de keuring verdeeld in
anamnese, algemeen lichamelijk en neurolo
gisch onderzoek, oog- en ooronderzoek, psy-
cho-techniscK onderzoek.
Van eiken chauffeur wordt een keurings-
boek aangelegd. Bij het opnemen van de
anamnese wordt in het bijzonder o.a. na
vraag gedaan naar de mate van alcoholge
bruik en, het vorig beroep in de maat
schappij.
Een aanvullend rapport is opgesteld door
de huisartsen- en specialisten-commissie der
Ned. Mij. tot bevordering der geneeskunst.
Degenen, die op den openbaren weg een
auto besturen, worden verdeeld in twee
groepen.
A. Chauffeurs ten dienste van het publiek
voor personen-vervoer (taxi's, omnibussen
enz.), met inbegrip van chauffeurs van
vrachtwagens.
B. Andere chauffeurs (particuliere autobe
stuurders of personeel, in dienst van par
ticulieren).
Volgens een gedeelte der leden zouden dc
eischen, waaraan de onderzochten voor
goedkeuring moeten voldoen, als volgt kun
nen worden geformuleerd:
Voor groep A zouden de volgende keu
ringsvoorschriften kunnen gelden;
Art. 1. De candidaat moet den leeftijd van
18 jaar bereikt hebben.
Een enkele meende, dat hiervoor beter 21
jaar te stellen ware.
Art, 2. Hij moet aan de volgende eischen
voldoen:
a. Een voorgeschiedenis, waaruit geen on
geschiktheid voor chauffeur kennelijk blijkt
en met%iame de mogelijkheid van plotseling
opkomende storingen die momenteel onge
schikt maken, niet naar voren komt.
b. Voldoende lichamelijke geschiktheid in
den gewonen zin des woords.
c. Voldoende geschiktheid met betrekking
tot het gezichtsvermogen en het gehoor.
d. Voldoende geschiktheid op grond van
psycho-technisch proeven.
Voor groep B.
Art. 1. De candidaat moet den leeftijd van
18 jaar bereikt hebben.
Art. 2. Hij moet aan de volgende eischen
voldoen:
a. afwezigheid van geestelijke ziekte of
afwijkingen, die ongeschikt maken tot het
besturen van motorrijtuigen.
b. voldoende functie der vier ledematen
hebben.
c. een gezichtsscherpte na correctie met
glazen van minstens V» op het beste oog,
Yk op het andere. Bedraagt de visus op het
beste oog M of meer, dan mag het andere
minder dan Yk zijn, tot 1/6 toe, met of zon
der glazen.
d. de gehoorscherpte van 34M. fluisterstem
op een en 1 M. op het andere oor.
Uit Bazel wordt gemeld, dat onder de
kleine Staten Nederland no. 1 en de door
de „Vereeniging voor Tentoonstellingsbelan-
gen" te 's-Gravenhage gegroepeerde inzen
ding in de hallen der B'azeler Munstermes'sc
een zeer goed figuur maakt. In het bijzonder
trekt de kaart, die de drooglegging der Zui
derzee in beeld brengt, de aandacht der
buitenlandsche ingenieurs en technici. Het
publiek krijgt er door de havepmaquettes van
Amsterdam en Rotterdam en inzendingen
van Vlissingen en Dordrecht, alsmede van
een twintigtal particuliere firma's een goe
den indruk van Nederland als oeverstaat
en als Rijn- en zeevarende mogendheid.
Mondelinge toelichting wordt gegeven
door den secretaris der „Vereeniging voor
Tentoonstellingsbelangen", den heer Snoek,
voorts door een vertegenwoordiger der ha
veninrichtingen van Amsterdam en van den
Handel.
Aan allen, die in de ontwikkeling der bin
nenscheepvaart en der moderne electrotech-
niek belang stellen, kan een bezoek warm
worden aanbevolen.
HOOGKARSPEL, 1 Juli. Aardappelen.
Schotsche 3.103.15. Ninityfold 3.55
3.70. Kleine aardappelen 1.701.80.
MEDEMBLIK, 30 Juni 1926. Ansjovis.
Aanvoer 4879 K.G. Hoogste 172 K.G., laag
ste 30 K.G. Prijs 3943 ct, per K.G. Vaar
tuigen 75.
MEDEMBLIK, 1 Juli 1926. R. K. Markt-
vereeniging „St. Jozef." Aardappelen. Gr.
muizen 3.103.35 per halve H.L. Kleine
Muizen 1.651.95. Groote witte 3.50
3.80 per halve ILL. Aanvoer 6000 manden
of zakken.
UITHOORN 1 Juli. Op dc kaasmarkt
waren aangevoerd '155 partijen. Prijs Goud-
sche kaas R. M. 45—48; de soort 40
44; zwaardere 5052; zonder Rijksmerk
3846. Handel vlug.
VOLENDAM, 1 Juli. Visscherij. De aal
vangst is even beter; de botters losten ge
middeld 50 pond kwakaal, prijs 5055 ct.
per pond. Garnalenvangst één lit per bot
ter, prijs 4 per bot. Hoekbot 35 ct. per
pond, vangst 150200 pond per schuit.
PURMEREND. Noteering van de „Afslag-
slagvereeniging Beemster, Purmerend en
omstreken van Woensdag 30 Juni 1926.
Aardappelen 1.511.85 per 25 K.G. KI.
aardappelen 1.011.38 per 25 K.G. Blau
we Schokken 2.71—3.03 per 15 K.G.
Blauwe Eigenheimers 2.95 per 25 K.G.
Slaboonen 7884 ct. per K.G. 4176 zak
Tuinboonen 1.051.21 per 15 K.G. Peu
len 10.5017 per 50 K.G. Doperwten
11.5013 per 50 K.G. Rooda Aalbessen
0.36—0.52 per K.G. Zwarte Bessen 37 ct.
per K.G. Klapbessen 21.5028.50 per 100
K.G. Kersen 3640 ct. per K.G. Aardbeziën
4160 ct. per K.G. Bloemkool 4.1020.10
per 100 stuks. Postelein 1.201.40 per
10 K.G. Sla 0.30—2.20 per 100 krop. An
dijvie 3.60 per 100 struik. Rabarber 8.10
15 per 100 bos. Wortelen 9.6020.10
per 100 bos.
PURMEREND. Noteering van de .,Af-
slagvereeniging Beemster, Purmerend en
omstreken,, van Donderdag 1 Juli. Aard
appelen 1.471.75 per 25 K.G. KI. aard
appelen 0.991.44 per 25 K.G. 634 zak
Blauw Schok 2.39 per 15 K.G. Blauwe
eigenheimers 2.60 per 25 K.G. Snijboonen
77 ct. per K.G. 3722 zak Tuinboonen ƒ1.23
—1,34 per 15 K.G. gemiddeld 1,29. Peu
len 10"14.50 per 50 K.G. Doperwten 7
12 per 50 K.G. Roode Aalbessen 30—49
ct. per K.G. Klapbessen 16.50—31.50 per
100 K.G. Kruisbessen 8.70—9.70 per 100
K.G. Aardbeziën 3754 ct. per K.G. Kom
kommers 2.90 per 100 stuks. Bloemkool
9.40 per 100 stuks. Postelein 1.20 per
10 K.G. Sla 0.70—2.20 per 100 krop. Wor
telen 6.2013.90 per 100 bos.
AMSTERDAM, 1 Juli. Aardappelen. (Be
richt v./d. ïr.ak. Jac. Knoop) IJpolder blau
we eigenheimer.; f7.'7C8.40, idem mui
zen f 4.905.25, Westl. muizen f 5.60
5.95, idem kleine muizen f 5.255,26 per
Hl.; zomer Malta f2324, per 100 Kg.;
Andijker blauwen f77.70, idem muizen
f 5 255 60, idem kleine muizen f 4 20
4 90, Langedijker muizen f 5 605 75,
Rijper muizen f 4 905 60 per Hl
.AMSTERDAM, 1 Juli (Noteering v /h
Veilinggebouw De Jong Koene) Kersen
extra f 0 400 52, idem I f 0 280 36,d i
rood f0 140 18 druiven blauw fl 15
1 36, id wit f 0 700 90, bessen f 0 38
0.48, aardbeien extra f 0.54—0.64 id. I#
f 0.400.50 per Kg. aardbeien f 0.15—0.19
per pot; perziken ex ra f 0.150.26, idem I
f0.080.16, pruimen f 0.060.16 per St.;
snijboonen f 0.700.84, spercieboonen
f 0.320.36, peulen f 12—0.16, tomaten
f 0.400.56 per Kg.: tuinboonen f 8.80
9.60, spinaize f 1216, postelein f 1317,
augurken f 2226 per 100 Kg. peen f 14
20, rabarber f 6llm, dunne prei f24,
selderie f 313, peterselie f 2.505 per
100 bos; bloemkool extra f 1724,idem I
f 6.50—7.80, idem II f 4—5.50 per 100 st.;
sla f 23.60, andijvie f 2.609.20 kleine
f 5.50-3.10 per 100 Kg.
Bloemen. Hadley f 56, Pernet f 35,
Columbia f 35.50, Ophelia, f 35, Gol
den Ophelia f 35.50, Verschure f 35.
Sunburst f 34, Keizerin f 24, Violieren
f711, Am. Anjers f79, Lathyrus f 0.40
—0.80, Delfinium f 1—1.10, Callas f 16
22, Dahlia's f 24 per 100 stuks.Lelies f 10
lies f 1016 per 100 kelk; Buiten Lelies
f811 per 100 tak: Snijgroen f24 per
100 rank.
Potplanten. Hortensia's groot f 0.801,
klein f 0.20—0.50, Colus f 0,25—0.36, Tra-
descantia f 0.20—0.25, Paul Grampal 0.24
0.28, Rubin f 0.25—0.31. Spirea's f 0.10
0.25, Adrianthums f 0.10—0.23, Plumo-
sa f 0.060.09, Varens f 0.040.05 per
stuk.
ENKHUIZEN, 30 Juni. Zaden en peul
vruchten. Bruine boonen f 14 k 19 per Hl.,
Bruin mosterdzaad f 36 per 70 kg. Maanzaad
f 3035, karwijzaad f 12 a 13.50, beide per
50 kg.
DELFT, 1 Juli. Boter. Aanvoer 207/8 en
12/16, tezamen 4260 kg. Prijs f 1.70 a 2.05
p. kg. Handel traag.
1 GELDERMALSEN, 30 Jum. Fruit. (Vei-
2ing Geldermalsen.) Aardbeien le soort 14
1 ct., id. 2e soort 513 ct. per pond. Ker
sen (rijp) 2551 ct. per kg. id. (rood) 1124
ct. per kg.
GOUDA, 1 Juli. Kaas. Ter markt waren
381 partijen. Prijzen le soort f 4548, 2e
soort f 3844, rijksmerk le soort f 4853,
2e soort f 40—47, zware f 53. Handel flauw.
HALFWEG, 30 Jum. Eierenveiling. Aan
voer 8800 kippen-, f 5.506, 500 eenden-
f 3.90—4.80.
HOORN, 1 Juli Kaas. Aangevoerd 18
stapels fabriekskaas f 40, 35 st. boerenkaas
f 41, 1 st. fabriekscommissie f 40, 5 st. boe-
rencommissie f 42, totaal 59 stapels, wegende
43.575 kg. Handel vlug.
WIJK BIJ DUURSTEDE, 30 Juni.
Fruit Meikersen 3239 ct., idem rood 15
22 ct., idem zwart 3041 ct., roode bessen
1926 ct.. frambozen 3240 ct. per kg.
SCHAGEN. 1 Juli. Eieren. (Veiling.)
Aanvoer 35639 kipeieren, bruine 55.70,
wit 4.605.40 per 100 st. ongewogen,
bruin (30—33 kg) 5.80, wit (25—28 kg)
4.50—4.90 (28—30 kg) 4.90—5.30, (30—
33 kg) 5.305.60) Aanvoer 6955 eendeieren
3.703.90 per 100 stuks ongewogen.
TIEL, 1 Juli. Fruit. (Veiling Ons Belang.)
Aardbeien 2438 c., meikersen 1628 c.,
rood 912 c., roode bessen 22 c., alles per
k8-
(Veiling Tielsche Veilingsvereeniging.)
Meikersen 2234 c., rood 916 c., zwarte
bessen 5880 c., roode id. 1828 c., kruis
bessen 18 c., zwarte kersen 3440 c., kaas
84 c., alles per kg.
(Veiling Tiel en Omstreken.) Mei
kersen 2734 c., rood 1823 c., zwarte
kersen 3239 c., roode bessen 2844 c.,
zwarte id. 7284 c., frambozen 4452 c.,
alles per kg.
UITHOORN, 1 Juli. Kaas. Aangevoerd
155 partijen. Prijs Goudsche met R. M.
f 4543, 2e soort f 4044, zwaardere f 38
46, zonder R. M. Handel vlug.
BARNEVELD, 1 Juli. Pluimvee. Tamme
eenden f 11.75, jonge hanen f 0.501.80,
hanen f 11.75, jonge hennen f 1.252.90,
oude kippen f 12.25, tamme duiven f 0.28
0.32, tamme konijnen f 12, alles per stuk.
Handel nogal vlug.
BOVENKARSPEL (Station), 1 Juli. Aard
appelen. Koks f 3.503.70, Schotse f 3.05—
3.20, Kleine f 2.40—2.25, Ronder f 4.55—
4.50, Blauwe f 4.454.60 per baal. Aange
voerd 22.100 balen. Bloemkool, le f 323.80,
2e f 3.20—10.60, 3e f 0.90—2 p. 100 st- Aan
gevoerd 21.230 st.
GELDERMALSEN, 1 Juli. Fruit. (Vei-
lingsvèreeniging Geldermalsen en Omstreken
Men besteedde voor Meikersen extra 70 ct.,
idem rijp 2635 ct., idem rood 10%16 ct.,
zwarte kersen 2935 ct., zwarte bessen 78
83 ct., alles per kg. Aardbeien 15%—21 ct.,
frambozen 3538 ct., roode bessen 1417ct.
alles per pond.
CULEMBORG, 1 Juli. Fruit. (Veiling
Culemborg en Omstreken.) Kersen le soort
30—40 ct., 2e s. 17%—22 ct., 3e s. 13 ct.,
aardbeien le s. 3036 ct., 2e s. 17%28 ct.,
roode bessen 27 ct., alles per kg.
ELST (Bet.), 1 Juli. Fruit' (Speciale veiling
V.V.O.B.) Aardbeien 1ste soort 33—47,
2de soort 1320 c., meikersen 2531 c..
rood 1017 c., frambozen 3343 c., blonde
kruisbessen 1213 c., groene kruisbessen
4%6 c., roode bessen 2731 c., zwarte
bessen 8286 c., oranje kersen 2728 c.,
zwarte kersen 4146 c. per kg.
ENKHUIZEN, 1 Juli. Aardappelen.
Schotsche muizen 3.103.25, kleine 1.9C
L05, Ninityfold 3.45—3.50, kleine 60—
65 ct., alles per baal (100 pd.).
R.K. DAM- EN SCHAAKCLUB D. O. S,
TE ZAANDAM.
Dezer dagen heeft de prijsuitreiking plaats
gehad van de onderlinge damwedstrijden
van bovengenoemde club. Er is gespeeld
geworden in drie groepen. De prijzen wel
ke beschikbaar waren zijn uitgereikt met
een korte toespraak.
Groep 1: le prijs zilv, medaille A. Kalk
man; 2e prijs, verz. bronzen medaille D.
Scholten.
Groep 2: le prijs zilv. medaille J. Gou
weleeuw; 2c prijs verz. bronzen medaille
J. Willemse.
Groep 3: le prijs e*n zilv. medaille, C.
v. Santc.
Tevens is beschikbaar gesteld een groote
verguld zilveren medaille als wisselprijs
voor den kampioen, welke el kjaar ver
speeld moet worden 'en na 3 maal achter
een of 5 maal in 't geheel gewonnen word
als eigendom aan de winnaar komt. Dit
jaar heeft de heer A. Kalkman hem weten
te veroveren en werd hem de medaille met
een hartelijk woord overhandigd.
Hierna gaf de kampioen een simultaan
seance dafimen, waaraan door 19 personen
werd deelgenomen. De uitslag van dezen
simultaan was, in tijd van 2 uur, veertig
minuten, gewonnen door A. Kalkman 13
partijen, remise 1 tegen C. van Santé en
verloren 5 tegen A. Koedooder, A de Mooy
J. Willemse, A. Overmeer en W. v. d. Ven.
Daar er zich tevens weer eenigen opga
ven om lid te worden was dezen avond een
waar succes voor D, O. S,